IJsvos Toets Zoet IJS Schrijf het nummer van de vraag en de letter van het juiste antwoord in een aan

Vergelijkbare documenten
IJsvos toets 1 Schrijf het nummer van de vraag en de letter van het juiste antwoord in een aan

IJsvossen Toets Groot/Zout, 28 november 2015, v10 Met dank aan Krister Valtonen en Johan Porsby voor inspiratie en foto s.

HLSK Gidsopleiding Invloed van weer op ijs. Rob Mulders met dank aan Johan Porsby (SSSK) en Krister Valtonen (LLK)

Basis ijskennis. HLSK Seizoen 2018/2019 Rob Mulders v2.0

Kaart 10 Sneeuw en ijs

HLSK Seizoenafsluiting Een veilig en prachtig seizoen

Het begin van de winter

Limburgs Landschap. natuurboekje van. winter Kinderbijlage_winter11.indd :3

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk en

Fasen: de die toestanden waarin je water (en veel andere stoffen) kunt tegenkomen.

Uiteraard moet je dit bovenstaande simpele ijsgroeimodel nuanceren, want er zijn nogal wat uitzonderingen. De belangrijkste zijn:

1. Zwaartekracht. Hoe groot is die zwaartekracht nu eigenlijk?

Inhoud inhoud blz. 1. Alles over ijs 2. Het water bevriest 3. IJspegels en ijsbloemen 4. Neerslag 5, Kunstijs 6. De polen 7.

Uiteraard moet je dit bovenstaande simpele ijsgroeimodel nuanceren, want er zijn nogal wat uitzonderingen. De belangrijkste zijn:

Herfstwerkboekje van

Leren voor de biologietoets. Groep 8 Hoofdstuk 5

Inhoud 1. Wat voor weer wordt het? 3 2. Het weerbericht 4 3. Temperatuur 5 4. Wind 5. Neerslag 6. Bewolking Filmpje Pluskaarten Bronnen 17

inhoud Herfst 1. Het weer 2. Overal blad 3. Zaden 4. Paddenstoelen 5. De eekhoorn 6. De egel 7. Insecten 8. Vogels op reis 9. Filmpje Pluskaarten

Water is een heel bekend begrip. De bekende molecuul formule voor water is uiteraard H2O, de stof heeft

Weerkundig jaarverslag 2018

Thema 2 Materiaal uit de natuur

bij een examen de antwoorden van iemand anders proberen te lezen en te gebruiken

les 1 Elfstedentocht

les 5 Kijkplaat thema 2 Wat een weer! les 5 Kijkplaat thema 2 Wat een weer!

Werkblad Naut Thema 5: Weer en klimaat

de lente het voorjaar de dag de nacht de wind

Opleiding tot HLSK-gids IJskennis en ijsbeoordeling IJSB-T3 IJs in verval

Leesboekje de seizoenen

Woordenschat blok 03 gr4 Les 1 De bodem: de grond waarin planten kunnen groeien. De duinen: heuvels van zand langs de zee. De plant: een stengel met

Hieronder volgt eerst een beschrijving van de uitvoering van de zes verschillende veiligheidsoefeningen. De zes oefeningen zijn:

inhoud 1. IJs 2. De ijspegel 3. De ijsberg 4. Kunstijs 5. De ijsbeer 6. De polen 7. Sporten op ijs 8. Beelden van ijs 9.

Les 3 Ophelderen Leestekst: De Friese Elfstedentocht

Weerkundig jaarverslag 2017

Auditieve oefeningen bij het thema:

inhoudsopgave voorwoord Blz. 2 inleiding Blz. 3 hoofdstukken Blz. 4 nawoord Blz. 11 bibliografie Blz. 12

Meander. Aardrijkskunde WERKBOEK

Lees de tekst hieronder. Er staan geen leestekens: geen hoofdletters, geen punten en geen komma s in het verhaal.

NATUURIJS. Delfzijl,

februari 2013 vanaf 9 jaar Schaatsen tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof

Zweeds schaatsen met de HLSK

Kun je elke stof vloeibaar maken?

H4 weer totaal.notebook. December 13, dec 4 20:10. dec 12 10:50. dec 12 11:03. dec 15 15:01. Luchtdruk. Het Weer (hoofdstuk 4)

H7 werken met stoffen

Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt op tafel gezet. De buitenkant wordt nat. Waarom?

Soms moet de lucht omhoog omdat er een gebergte ligt. Ook dan koelt de lucht af. Er ontstaan wolken en neerslag. Dit is stuwingsregen.

Waterpeil bovenste zwarte streep Hevelsluis Waterpunt voor pompaansluiting

Het klimaat is het gemiddelde weer in een bepaald gebied over een langere tijdsperiode. Meestal wordt hiervoor 30 jaar gebruikt.

Allemaal water Oppervlakte water: Water in sloten, rivieren, meren, zeeën en oceanen.

Opleiding tot HLSK-gids IJskennis en ijsbeoordeling IJSB-T1 IJs basistheorie. Wim Willemse Versie Oktober 2011

leerlingenboekje bij de voorstelling

Van de regen in de drup

PROTOCOL Kunstgras Voetbalvereniging Loenermark Lonapark EH Loenen Gld Tel.: Versie: 4 november 2015 Print datum: / 6

Richting de winter en in de winter worden veel vragen gesteld over het gebruik van kunstgrasvelden onder winterse omstandigheden.

WATER. station 1. com. N Werkblad

Klimaat is een beschrijving van het weer zoals het zich meestal ergens voordoet, maar ben je bijvoorbeeld in Spanje kan het ook best regenen.

Jaarverslag Meteo 2016

3.1 Negatieve getallen vermenigvuldigen [1]

6. Luchtvochtigheid. rol bij het A g g r e g a t i e t o e s t a n d e n v a n w a t e r. 6.1 inleiding. 6.2 Aggregatietoestanden

Bij bijlen zijn verschillende soorten bijlen te herkennen, afhankelijk van hun functie :

Naam: Klas: REPETITIE STOFFEN EN MOLECULEN VWO (versie A)

Voor jongeren in het praktijkonderwijs. temperatuur is er min twintig. De harde wind maakt het nog kouder. Daardoor voelt het als min vijftig.

Papier recyclen. Inlage

Wat zie jij op het plaatje? Schrijf het vehaal af. De golf was zo hoog als een. Er staan heel veel huizen onder

Een verhaal uit het tijdschrift Handwerken zonder grenzen. ( 4/81 )

8 4 Streken en klimaten

Het weer. Expertgroep 4: Wind. Naam leerling:... Leden expertgroep:..

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 3

Het klimaat. Tip. Gebruik kleine bekers, dan heb je minder klei nodig.

school ijsvrij. Zo vaak vriest het niet, zei de directeur van de school. Daar mogen jullie van gaan genieten! Als Spekkie aanbelt, doet Sproet meteen

Hendrick Avercamp, de winterschilder

Lesvoorbereiding. Student leraar secundair onderwijs groep 1

1 Warmteleer. 3 Om m kg water T 0 C op te warmen heb je m T 4180 J nodig Het symbool staat voor verandering.

Leerlingboekje Sonnenborgh

IJskennis groot/zout water. Wim Willemse Versie november 2014

Wegwijs op natuurijs

inhoud blz. 1. Donker 3 2. Dikke jas 4 3. Het vriest 5 4. Sneeuw 6 5, Dieren in de winter 8 6. Bomen Winterkost Beweeg 12 9.

Winterboek. Met filmpjes, werkblad en puzzels. Groep 3/4. uitgave januari 2013

7,5. Samenvatting door Anne 867 woorden 12 april keer beoordeeld. Aardrijkskunde. paragraaf 2. klimaten wereldwijd.

ligt. Druppelen: als ergens druppels vanaf vallen. Je haar druppelt bijvoorbeeld als je net uit het zwembad komt. Gieten: heel hard regenen.

Aardappelen verdienen een goede coach

Stevin havo Antwoorden hoofdstuk 11 Stoffen en materialen ( ) Pagina 1 van 6

Touchscreen ipad 3 Reparatie handleiding


IJ S B A A N C U L E M B O R G

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken

LCD scherm ipad 2 Installatie handleiding

Van Tinkercad naar de 3D printer Stap 1 Ontwerpen

Condens niet binnen maar buiten

hoog staat de zon? De zon in Noord-Europa Wat ga je leren? Begrippen

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 2

Inhoud 1. De zee is groot 2. Zonder zee geen leven 3. Golven 4. De zee is zout 5. De zee en rivieren 6. De kleur van de zee

Hier en daar een bui

S C I E N C E C E N T E R

RISICOSIGNALERING Winterse neerslag

Dooikorrels Plus. Tien redenen om Chemifor Dooikorrels te kopen: 02 Werkt 5x sneller dan strooizout

Richtlijnen voor Gebruik

Kracht en beweging (Mechanics Baseline Test)

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 17 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Neerslag vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Transcriptie:

IJsvos Toets Zoet IJS Schrijf het nummer van de vraag en de letter van het juiste antwoord in een email aan r.mulders@furore.com Many thanks to Krister Valtonen and Johan Porsby, www.thinkice.com, for some of the pictures, drawings and ideas for questions. Vraag 1 Welke twee termen zijn elkaars tegenovergestelde? A bevriezen en sublimeren B condenseren en smelten C rijpen en sublimeren D verdampen en bevriezen Vraag 2 Wat is zwaarder, een liter natuurijs of een liter water? A. Allebei even zwaar B. Een liter natuurijs C. Een liter water D. Als het kärnis is, dan het natuurijs; als het snöis is, dan het water Vraag 3 Wat is een geldige reden dat het grijze ijs te beschaatsen is en het nieuwe zwarte ijs niet op deze foto? A Boven ondiep water kleurt ijs grijs en dus wordt het sterker B Langs de kant heeft oud ijs gelegen C Stöpis is altijd sterker dan zwart ijs D IJs onder een bomenrand is altijd sterker 1/7

Vraag 4 Welke kant van dit uitgezaagde blok zat boven toen het blok nog op zijn plaats lag? A kan allebei zijn B de linkerkant C de rechterkant D dit stuk ijs is geen natuurijs Vraag 5 Na een warme herfst valt de vorst in. Een plaatselijke bewoner meldt 5 cm ijs langs de kant op zowel Tåkern als Boren, zonder geschaatst te hebben. Welke meer kies je als je voor maximale veiligheid gaat? A Tåkern B Boren C Vättern D Veiligheid is op alle meren hetzelfde Vraag 6 Dit meer was prima rond te schaatsen toen de foto werd gemaakt. Welk soort ijs ligt op dit meer? A Snöis B Kärnis C Stöpis D Is niet te bepalen 2/7

Vraag 7 Hoe heet het ijs op de foto? A Kärnis B Stöpis C Snöis D Is niet te bepalen Vraag 8 Waardoor is deze schaatsbare baan ontstaan op een verder ondergesneeuwd meer? A Door de zon die precies boven de baan staat B Door een open scheur die breed is geweest en daarna dichtgevroren is C Door de sneeuw die water uit een scheur heeft gezogen, dat daarna is bevroren D Door een sneeuwschuiver Vraag 9 Ligt het verderop achter de schaatsers open of dicht? A Open B Dicht met kärnis C Dicht met stöpis D Dicht maar de ijssoort is niet te bepalen 3/7

Vraag 10 De grafiek toont het weer van het ijs van vraag 3 in de week waarin de schaatsfoto van vraag 3 gemaakt is. Het betreft de eerste vorst van het seizoen. Op welke dag was de schaatstocht? A 4 december B 5 december C 8 december D 10 december Vraag 11 Het gat in het ijs geeft aan waar iemand geplurrd is. Had de geplurrde kunnen zien dat het ijs daar dunner was? A Nee, aan beide kanten van het randje had het dun kunnen zijn B Ja, dat is te zien aan het randje C Ja, dat is te zien aan het riet D Nee, hij kon er eigenlijk vanuit gaan dat beide kanten even dik ijs waren Vraag 12 Het gat is van een plurrning. Waaraan had de geplurrde kunnen zien dat het ijs dun werd? A Aan het open water verderop B Aan de andere zwarte plekken in de sneeuw C Aan de dikke besneeuwde schots waar de man op staat D Aan het feit dat het een heel groot meer is 4/7

Vraag 13 Het is helder, -10 en droge lucht in januari. Toch zie je water in de voetsporen. Hoe kan dat? A De sneeuw isoleert zodanig dat de temperatuur op de grens van sneeuw en ijs een boven nul wordt B Het gewicht van de sneeuw duwt het ijs onder water waardoor water op het ijs komt en in de sneeuw wordt gezogen C De zon straalt door de sneeuw heen waardoor de bovenlaag van het ijs smelt D Het ijs onder de sneeuw is opgewarmd tot boven nul waardoor de sneeuw van onderaf smelt Vraag 14 Hoe dik is het kärnis op de foto? A Minder dan 4 cm B Tussen 4 en 8 cm C Dikker dan 8 cm D Niet te bepalen Vraag 15 Het is herfst en de eerste kou valt in. De zwakke tot matige wind is noord-oost. Het water in het meer is goed afgekoeld. Welke baaien van dit meer vriezen het eerste dicht? A A en B B C en F C D en E D A en D 5/7

Vraag 16 De zwarte lijn is de bovenkant van ijs op een meer. Rechts van het opstaande randje ligt een dun nieuw vliesje van de afgelopen nacht. Links van het randje ligt oud ijs. Hoe dik is bij benadering het oude ijs? A 1 cm B 2 cm C 5 cm D 10 cm Vraag 17 Hoe ontstaat een ijsnaald als deze? A Door vallende regendruppels die bevriezen door kou uit het ijs B Door rijp die aangroeit als er mist en vorst tegelijk is C Door luchtbellen van onder het ijs die ijs omhoog duwen D Door water dat uit dubbelijs omhoog wordt gedrukt als de tussenlaag bevriest Vraag 18 Hoeveel parallelle breuken in het ijs heeft een uppråk? A 3 B 4 C 5 D 6 6/7

Vraag 19 Deze scheur ontstond op een windstille dag in het tijdsbestek van een koffiepauze. Wat gebeurde er tijdens de pauze? A Eerst dooide het en tijdens de pauze begon het te vriezen B Tijdens de pauze werd het warmer C Tijdens de pauze regende het D Er was mist die optrok tijdens de pauze Vraag 20 Bekijk de foto aandachtig. Welke bewering is waar? A De plek waar geplurrd is kan alleen een windwak zijn B Door constant te prikken had ik de ijsgrens gevonden C Dit kom je in Nederland niet tegen D Er moet meer dan één schaatser geplurrd zijn 7/7