Inhoud INHOUD INLEIDING. Opdrachtsverklaring van het Katholiek onderwijs in Vlaanderen. Een christelijk mensbeeld

Vergelijkbare documenten
Deel 1 Opvoedingsproject

Deel 1. Opvoedingsproject

Vlaams Verbond van het Katholiek Basisonderwijs Guimardstraat 1, 1040 BRUSSEL. Deel 1 Opvoedingsproject

Vijf opdrachten voor het Katholiek Basisonderwijs in Vlaanderen

levensbeschouwelijke identiteit van catent Scholen zijn als bomen Leven niet alleen Zonder grond en wortels Leeft geen school, niet één

Aan alle jongeren in België

Ludo Guelinckx WEGWIJS IN OKB

BELOFTE-FORMULES DOOPLITURGIE. voor het doopsel van meerdere kinderen

leerplandoelen derde cyclus 1 Dit overzicht lijst alle leerplandoelen van de derde cyclus op.

Visie pastoraal in Monsheide

Christus als leerling volgen

Gids voor de leraar rooms-katholieke godsdienst

Opvoedingsproject. Nieuwen Bosch Humaniora Gent

Visie Jokri begeleiders 2.0

Identiteit in woorden Stichting St. Josephscholen Nijmegen

Competenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject

ONS EIGEN OPVOEDINGSPROJECT

Opvoedingsproject. A. ONS OPVOEDINGSPROJECT p. 2. A.1 De christelijke identiteit p. 2. A.2 Gevarieerd en goed begeleiden p. 3

Handreiking bij een spirituele zoektocht.

Deel 1: Pedagogisch project Vrije Basisschool Lenteland

Aangenaam: Guido. Informatie over kennismaken met Guido. gelooft

1 Werken aan de schooleigen christelijke identiteit (opdracht 1)

Godsdienstonderwijs vandaag

pdrachtverklaring voor de scholen van de zusters Annuntiaten van Heverlee

Ankerpunten voor morgen

(Deel van) Zijn Lichaam

-Onze school behoort tot het officieel gesubsidieerd onderwijsnet. Het schoolbestuur is de gemeente Olen.

P.E. & Catechese. kansen & mogelijkheden

Werken in Teamverband Vragen voor een groepsgesprek

Zeggen of doen, zeggen en doen? Pastoraal of toekomst, pastoraal en toekomst

Motieven 1: Een wereld

het vuur van de liefde pinksteren 2008

Engagementsverklaring

VIERENDE GEMEENSCHAP...

opdrachtsverklaring centrum voor volwassen personen met handicap MOZAÏEK

OPDRACHTVERKLARING WZC Leiehome (Actualisering )

Opdrachtsverklaring Missie - Visie

VRIJE BASISSCHOOL SCHEUTPLANEET- Ninoofsesteenweg Anderlecht 02/ of

Eén, twee, drie en rust.

Kerk Ik wens jullie vrede! Zoals de Vader mij heeft uitgezonden, zo zend ik jullie uit.

Mijn gelijk en ons geluk

Een Visioen van Liefde

Ons opvoedingsproject

' Dit is de tijd die niet verloren gaat: iedre minuut zet zich in toekomst om.' M. Vasalis

Catechese 1 ste leerjaar (Tuin van Heden.nu)

leren omgaan met Diversiteit In je gemeente

Onderwijskundige doelen

VISIE. Met opvoeden en onderwijzen beogen leerkrachten de harmonische ontplooiing van de totale persoon.

ZEGENING MET ZALVING ALS KRACHTMOMENT

Over de liefde, het huwelijk, mogelijke huwelijksperikelen, de duurzame trouw,. tussen :

Leerplan VVKBaO. Verbondenheid door middel van rituelen tijdens speciale gelegenheden. Jenthé Adriaens, Elise Buts & Sharis Vertommen

THEMA 3: EEN BIJBELSE MENSVISIE

Voorstelling leerplan godsdienst kleuter- lager en buitengewoononderwijs. enkele klemtonen. Elementen van visie

Verwerkingsmodellen bij de Pastoraaltheologische conferentie Over de handreiking Groeien in geloof

We willen kansen scheppen om uw kind evenwichtig te laten ontplooien. We houden rekening en hebben respect voor de eigen mogelijkheden van elk kind.

informatie Identiteit in woorden

Het leven leren. De theorie en visie achter het levo lesmateriaal

Visie en missie. Voorwoord. De Wingerd, samen groeien

Paulus brieven leren ons enorm veel over gemeente zijn Ook over samenhang. We kijken naar 2 specifieke teksten in 2 brieven en leren iets over:

Een boog van solidariteit: vrijwilligerswerk

Analyse visieteksten vijf bisdommen

De drie-engelenboodschap, ACTUEEL!

Samenvatting Levensbeschouwing Hoofdstuk 1, Heeft het leven zin?

Het sacrament van de ziekenzalving.

De identiteit van Catent

Aangenaam: Guido. Informatie over kennismaken met Guido. gelooft

Identiteitsdocument Met de Bijbel op weg de wereld in

onderwijsgroep noord identiteitsbewijs

' Zijn wie je bent. Dat is geluk.'

GIBO HEIDE. pedagogisch project

1 Korintiërs 12 : 27. dia 1

Leeftijd: 9-12 Thema: God, heilige Geest, identiteit, Normen en waarden, Pinksteren Tijdsduur: 60+ min.

Preek 2 Timotheüs 1:6 6 januari 2019

Inspectie RK Godsdienst Griet Liebens 0486/

Beleidsplan. Sint-Vincentiusregio Inzetten op zorgzaam omgaan met wie we zijn als Broeders van Liefde en Aangesloten Leden

Brief voor ouder over thema 1

Kerndoelen Godsdienstige / Levensbeschouwelijke vorming (GL) Uitgewerkt voor protestants-christelijk basisonderwijs

Vormgeving christelijke identiteit binnen PricoH

Sint-Nicolaas, de bisschop van Myra

Functieprofiel. Leraar. op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE. Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling.

Identiteitsdocument van Jenaplanschool de Sterrenwachter

TENT VOL TALENT JAARTHEMAVIERING

Wie is de Heilige Geest?

MODEL VAN FUNCTIEBESCHRIJVING KINDERVERZORGER. Instelling: FUNCTIEBESCHRIJVING. Opgemaakt op... Naam:.. Adres:..

Gemeentelijke basisschool De Knipoog Cardijnlaan Vorselaar 014/ / /

Welkom door de priester-moderator en/of leider van de avond

Protestantse Gemeente Burgum. Beleidsplan van de Protestantse Gemeente te Burgum Oer grinzen hinne

ONS EIGEN OPVOEDINGSPROJECT

Laten wij even in stilte onze pijn, onze moeite en ons zoeken verwoorden.

Arrangement: Sport en spel

1. Heer, leven volgens uw wil is een moeilijke opdracht. Heer, ontferm U over ons.

WELKOM 10/09/2015. De pastorale keuzes in de pastorale eenheid verkennen en ontdekken hoe ze een concretisering zijn van visioen en visie

v.u.: Ward Van Hoorde, Kwatrechtsteenweg 168, 9260 Wetteren opdrachtsverklaring SINT-LODEWIJK

Functiebeschrijving mentor

Viering voor de 1e zondag van de missiemaand 7 oktober e zondag doorheen het jaar B

Groei van baby tot volwassene. Zondag 12 augustus 2018

Gezinsviering voor Missiezondag 21 oktober e zondag doorheen het jaar B

Strategisch beleidsplan O2A5. De dialoog als beleid

Kennismakingsvragen:

Inhoudsopgave. Eén druppel jou. Gebeden. Eenheid van Alles. Namenlijst. Colofon. Geloven. Leven. Kyrie. Voorbeden. Momenten

Transcriptie:

INHOUD INLEIDING Basis Opdrachtsverklaring van het Katholiek onderwijs in Vlaanderen Een christelijk mensbeeld Pastoraal op school in relatie tot christelijke identiteit en godsdienst Inhoud Visieontwikkeling pastoraal op school Concretisering visieontwikkeling pastoraal op school Werkvormen visieontwikkeling pastoraal op school Uitdieping Mensen Wie geeft mee gestalte aan de pastoraal op school Functiebeschrijving van de verantwoordelijke voor de pastoraal op school Gedifferentieerd aanbod Pastoraal en vakoverschrijdende thema s Stille en sacrale ruimte op school Verlies en rouw op school Pastoraal in de scholengemeenschap Beleid Pastoraal beleid en beleidsvoerend vermogen

Wat voorligt Deze map visieontwikkeling pastoraal op school kan aan de hand van woord en beeld onderwijsmensen op weg helpen. Het materiaal dat wordt aangeboden is bedoeld als reflectie over en verdieping van de eigen katholieke identiteit, altijd met respect voor andere levensovertuigingen. Personeelsleden worden uitgenodigd om samen op een deskundige en betrokken manier mee gestalte te geven aan het pedagogisch project van een katholieke school. Dit is wat verondersteld wordt onder pastoraal op school: onderwijsmensen die loyaal, vanuit hun persoonlijke en professionele zijn, de katholieke identiteit van een school zichtbaar maken. Mensen die meer vertrouwd zijn met het christelijke geloofsleven en bereid zijn om hun bewogenheid op een gastvrije manier met anderen te delen, zullen hierin een voortrekkersrol spelen. Naast tekst- en beeldmateriaal worden ook werkvormen aangereikt die de brug kunnen slaan van theorie naar praktijk. Ze kunnen ervoor zorgen dat mensen zich eigen maken wat hier is verwoord en verbeeld. Het een eigen taal en gezicht geven. Pastoraal geïntegreerd in het pedagogisch project. Inleiding Visieontwikkeling pastoraal op school werd samengesteld voor alle onderwijsmensen uit het secundair onderwijs en geeft de lezer gaandeweg een brede en gevarieerde kijk op pastoraal op school. Wat voorligt is niet af. Materiaal zal in de toekomst worden toegevoegd. In die zin is deze bundeling een weergave van een groeiproces. Pastoraal op school is immers groeien in het geloof dat mensen samen het visioen tot leven willen brengen dat gegrondvest is op de persoon van Jezus Christus en door Hem genoemd wordt: het rijk Gods. Samenhang en wisselwerking tussen de verschillende teksten Alle teksten moeten gelezen worden in de lijn van de vergelijking die Paulus brengt in 1 Kor. 12, 12-30 waarin hij de kerk beschrijft als het lichaam van Christus. Een lichaam is een eenheid die uit vele delen bestaat; ondanks hun veelheid vormen al die delen samen één lichaam. Zo is het ook met het lichaam van Christus. Wij zijn allen gedoopt in één Geest en zijn daardoor één lichaam geworden, wij zijn allen van één Geest doordrenkt, of we nu uit het Joodse volk of uit een ander volk afkomstig zijn, of we nu slaven of vrije mensen zijn. Immers, een lichaam bestaat niet uit één deel, maar uit vele. Als de voet zou zeggen: Ik ben geen hand, dus ik hoor niet bij het lichaam, hoort hij er dan werkelijk niet bij? En als het oor zou zeggen: Ik ben geen oog, dus ik hoor niet bij het lichaam, hoort het er dan werkelijk niet bij? Als het hele lichaam oog zou zijn, waarmee zou het dan kunnen horen? Als het hele lichaam oor zou zijn, waarmee zou het dan kunnen ruiken? God heeft nu eenmaal alle lichaamsdelen hun eigen plaats gegeven, precies zoals hij dat wilde. Als ze met elkaar slechts één lichaamsdeel zouden vormen, zou dat dan een lichaam zijn? Het is juist zo dat er een groot aantal delen is en dat die met elkaar één lichaam vormen. Het oog kan niet tegen de hand zeggen: Ik heb je niet nodig, en het hoofd kan dat evenmin tegen de voeten zeggen. Integendeel, juist die delen van het lichaam die het zwakst lijken, zijn het meest noodzakelijk. De delen van ons lichaam waarvoor we ons schamen en die we liever bedekken, behandelen we zorgvuldiger en met meer respect dan die waarvoor we ons niet schamen. Die hebben dat niet nodig. God heeft ons lichaam zo samengesteld dat de delen die het nodig hebben ook zorgvuldiger

Inleiding behandeld worden, zodat het lichaam niet zijn samenhang verliest, maar alle delen elkaar met dezelfde zorg omringen. Wanneer één lichaamsdeel pijn lijdt, lijden alle andere mee; wanneer één lichaamsdeel met respect behandeld wordt, delen alle andere in die vreugde. Welnu, u bent het lichaam van Christus en ieder van u maakt daar deel van uit. God heeft in de gemeente aan allerlei mensen een plaats gegeven: ten eerste aan apostelen, ten tweede aan profeten en ten derde aan leraren. Dan is er het vermogen om wonderen te verrichten, de gave om te genezen en het vermogen om bijstand te verlenen, leiding te geven of in klanktaal te spreken. Is iedereen soms een apostel? Of een profeet? Is iedereen een leraar? Kan iedereen wonderen verrichten? Of kan iedereen genezen? Kan iedereen in klanktaal spreken en kan iedereen die uitleggen? Hoewel het in alle teksten dus gaat om één visie, zijn er toch meerdere teksten nodig om ze tot haar recht te laten komen. Geen enkele tekst kan op zichzelf als de visie op pastoraal gelezen worden, maar kent wel een specifieke plaats binnen het geheel en kan als dusdanig ook niet weggelaten worden. Pastoraal vanuit een gegeven context Bij wijze van opstap en voor de lezers die niet houden van een overdaad aan lectuur, willen we in vier punten schetsen en samenvatten welke elementen in de uitbouw van een schooleigen pastoraal een grote rol spelen. 1. De pastoraal in een katholieke school vertrekt in de eerste plaats vanuit de persoon van Jezus Christus, zijn verhaal en de bredere geloofstraditie. 2. Als we de dynamiek die de pastoraal in een school op gang brengt, vergelijken met de dynamiek eigen aan een wiel in beweging, dan vormt het verhaal van Jezus de naaf van het wiel. Zonder die as kan het wiel niet draaien en kan het katholieke onderwijsproject haar identiteit, noch haar plaats vinden in het bredere onderwijslandschap. Met nevenstaand beeld visualiseren we de relatie die pastoraal onderhoudt met de christelijke identiteit en de specificiteit van dit onderwijs. Keuze vrijheid godsdienst ruimte identiteit INSPIRATIE Jezus Christus samenhang traditie mensen engagement getuigenis pastoraal 3. De pastoraal op school helpt de christelijke identiteit van de school vorm te geven en laat haar groeien. De pastoraal op school geeft een gezicht aan de christelijke identiteit. Zonder haar zou die identiteit een leeg en abstract begrip blijven. Verder heeft de pastoraal hoe dan ook een relatie met alle vakken, maar het meest specifiek met het vak rooms-katholieke godsdienst en beiden inspireren elkaar. Het oorspronkelijke verhaal, de brede geloofstraditie moet geduid en gekend worden in het pedagogisch handelen. 4. De bredere context waarin de pastoraal ingebed ligt, zo je wil, de velg van het wiel, wordt bepaald door drie elementen: mensen, tijd en ruimte. De pastoraal zal een eigen stijl krijgen door de mensen die dichtbij en veraf bij de school betrokken zijn. Het tijdskader waarbinnen het onderwijs zich situeert en de fysieke tijd die aan de gelovige inspiratie besteed worden, bepalen mee het karakter van de pastoraal. Ten slotte zullen de ruimte, in de betekenis van openheid/vrijheid en de concrete plaats waarbinnen alles vorm krijgt, de pastoraal kleuren. Wie kiest voor verdieping van deze visie kan verder grasduinen in de map. Zo vindt ieder gesneden brood naar eigen behoefte. tijd

PASTORAAL OP SCHOOL DENK & DOE IN DIALOOG Basis

Een christelijk mensbeeld De visie van de christenen op de mens, het christelijke mensbeeld, wordt gevormd vanuit een geloof in een scheppende God. Scheppen betekent dat God de mogelijkheid geeft tot bestaan. Niets is zonder God. De mens en het leven worden door God tot bestaan geroepen. Ze zijn gave. Daardoor krijgen de mens en het leven een oneindig grote waarde. Ze zijn zinvol. De waardering voor leven en mens komen het best tot uiting in de persoon, het leven en de boodschap van Jezus. In Jezus wordt God in de mens zichtbaar. Hij geeft God vlees, handen en voeten. Hij overwint het zinloze en absurde, in één woord, de dood. De dood heeft niet het laatste woord. God is immers een bevrijdende God. God spijkert niemand vast op zijn verleden, opent altijd nieuwe toekomst hier en nu, en over de grens van leven en dood. Basis Het tot leven geroepen worden, vraagt om een antwoord, een verantwoorden. Leven is gave en opgave. Als medeschepper, beeld van God, is de mens geroepen om anderen leven te geven, te bevrijden, in woord en daad, om te helpen voltooien wat onaf is, om te vergeven wat fout loopt, om te helen wat gekwetst is. De mens is niet de eigenaar van het leven, maar is eraan gehouden dit leven te respecteren, de tijd, de aandacht en de zorg te schenken die het vraagt en vanuit zichzelf verdient. De mens is bovendien maar ten volle mens door het andere en de andere. De mens is vanuit de relatie met God wezenlijk relationeel. Hij is met alles en allen verbonden in bestaan. Vanuit dit christelijke mensbeeld streeft een katholieke school het volgende na: Elke mens is oneindig waardevol en verdient de volledige erkenning van zijn persoon, talenten en noden. Daarom richt de school zich op de totale persoonlijkheidsvorming van elke jongere en volwassene. Ze biedt een evenwichtig vormingsaanbod aan met aandacht voor het cognitieve, het psychomotorische, het sociaal-emotionele, het muzisch-creatieve en het levensbeschouwelijke domein. Het leven en de mens zijn zinvol en hebben een diepe betekenis. De katholieke school is eraan gehouden de zin van de werkelijkheid en het menselijk bestaan te laten oplichten en is in die zin een school van de hoop. Elke mens is deel van een groter geheel en is geen individu dat losstaat van al de rest. Het leerproces hoort dus een interactief en coöperatief karakter te hebben. Er kan niet zinvol geleerd worden zonder samenwerking, empathie, openheid, vertrouwen. Jongeren en volwassenen worden uitgedaagd om zich te oefenen in sociale en relationele vaardigheden: zich leren inleven in de ander; conflictsituaties leren oplossen; oefenen in openheid en aanvaarding van de ander; opmerken en aanpakken van isolement en discriminatie. Leven en leren zijn gekenmerkt door groei. Ondanks beperkingen en onmacht blijft het perspectief op nieuwe kansen open. Niets of niemand is onverbeterlijk of onveranderlijk. Wat nog niet is, kan worden. De school is voor jongeren en volwassenen een plek om zich te oefenen in het aanvaarden van grenzen, het zien van onverwachte mogelijkheden en het met geduld en mildheid omgaan met onmacht. Niet alles moet getolereerd, maar er hoeft niet te snel en te definitief geoordeeld te worden. Er is aandacht voor de sterke en bemoediging van de zwakke. Het komt erop aan dat elke leerling op het spoor komt van zijn of haar roeping en dat niemand verweesd aan de kant blijft staan. Kwetsbaarheid is geen teken van zwakte, maar een uitnodiging tot heling. Er moet aandacht en zorg zijn voor de kwetsuren van jongeren en volwassenen. De school is niet eenzijdig gefocust op succes, maar biedt ruimte aan de kansen die besloten liggen in elke mislukking.

OVERZICHT WERKVORMEN 1 De visietekst begrijpen 2 Het zou goed zijn, het zou jammer zijn 3 Stellingen Basis 4 De visietekst verkennen 5 Hoe verhoud ik me tot de visietekst? 6 Zelfbevraging i.v.m. pastorale praktijk op school 7 Werken met film 8 Werken met beelden/prenten 9 Fotograferen 10 Denkhoeden 11 Affiche ontwerpen 12 Mindmapping 13 Kwaliteitstoets 14 De ijsberg 15 Fotomontage 16 De webverantwoordelijke 17 Van visie naar praktijk 18 Pastoraal in relatie 19 Relatie identiteit, pastoraal en godsdienst 20 Een schilderij vertelt

18 Pastoraal in relatie verkenning verdieping transfer Doelstelling Om leerkrachten te laten nadenken en spreken over wat belangrijk is bij een goede pastorale werking, kan deze tekening een hulp zijn. Hierbij kan het besef groeien dat het pastorale handelen niet los staat van het pedagogische handelen in de school. Aantal deelnemers Onbeperkt, wel verdelen in groepen van ongeveer 4 personen om een goed gesprek mogelijk te maken. Basis Materiaal Tekening (niet ingevuld), woordstrookjes Werkwijze Een groepje krijgt een blanco tekening met de woordstrookjes. Samen geeft men de woordstroken in de tekening een plaats zodat het geheel een zinvolle betekenis krijgt. Het is hierbij de bedoeling te laten ervaren dat het pastorale handelen een weerslag heeft op het hele schoolgebeuren. Slotvraag Wat onthoud ik uit dit gesprek en wat kan dit betekenen voor mijn dagelijkse inzet op school? Eigen notities / aanpassingen / evaluatie

pastoraal identiteit godsdienst mens tijd ruimte inspiratie

19 Relatie identiteit, pastoraal en godsdienst verkenning verdieping transfer Doelstelling Tijd nemen om even na te denken rond de relatie identiteit, pastoraal en godsdienst. Een mogelijkheid om zelf tot de ontdekking te komen dat iedereen een eigen taak heeft om de christelijke inspiratie in de school te bewaren. Basis Aantal deelnemers Onbeperkt, alleen of in groep Materiaal Zie bijlage tekening van het wiel met schrijfruimte Werkwijze Elke deelnemer krijgt een tekening en wordt uitgenodigd om alleen of in groepje een antwoord te formuleren bij de vragen. Nadien volgt een plenum waarbij men één en ander kan delen. Slotvraag Wat onthoud ik uit dit gesprek en wat kan dit betekenen voor mijn dagelijkse inzet op school? Eigen notities / aanpassingen / evaluatie

mensen tijd identiteit keuze vrijheid engagement getuigenis INSPIRATIE Jezus Christus godsdienst pastoraal samenhang traditie ruimte Bekijk deze tekening alleen of in groep. Wat maakt deze tekening duidelijk? Wat is niet goed weergegeven? Welke vragen roept deze tekening op?

20 Een schilderij vertelt verkenning verdieping transfer Doelstelling Kennismaken met en in gesprek gaan over de vier doelstellingen van pastoraal op school aan de hand van het schilderij van Koen Lemmens. (te vinden op de kaft en in de map) Aantal deelnemers Onbeperkt aantal, onder te verdelen in kleinere groepen. Basis Materiaal Het schilderij als geheel en de 4 stukken. Werkwijze Het schilderij van Koen Lemmens heeft een plaats gekregen in de ruimte. Als bezinnend moment kunnen de deelnemers uitgenodigd worden om het stil te maken en de gedachten de vrije loop te laten bij het schilderij. (nog niet gekoppeld aan de visiemap) Wat muziek erbij en een kaarsje kan de sfeer aangenaam maken. Het is niet nodig om nadien van gedachte te wisselen. Dat gebeurt in een volgende stap. Uitleggen van de opdracht: het schilderij werd gemaakt als visuele voorstelling van de visietekst pastoraal op school. In kleine groepjes zal dit schilderij van dichterbij worden bekeken. Daarbij gaat men op zoek naar een mogelijke link met pastoraal. Mogelijke richtvragen om het gesprek op gang te brengen: Wat zie jij in het schilderij? Helpt het kleurgebruik jou om iets over het schilderij te vertellen? Wat is pastoraal op school voor jou? Wat vertelt volgens jou dit schilderijdeel over pastoraal op school? Na een tijdje kan men in plenum met de andere groepen delen wat er werd besproken. Ter aanvulling krijgen de deelnemers extra informatie: Wie het wenst kan ter aanvulling de duiding van de schilder meegeven aan de deelnemers. De 4 deelschilderijen kunnen daarbij een hulp zijn. De uitleg vind je in bijlage. Zo bespreekt men de vier schilderijen en meteen werden ook de vier doelstellingen onder de aandacht gebracht. Slotvraag Wat onthoud ik uit dit gesprek en wat kan dit betekenen voor mijn dagelijkse inzet op school? Eigen notities / aanpassingen / evaluatie

De schilder vertelt Volwassenen en jongeren laten kennismaken met christelijk geloven Uitgedrukt in een beeld: het geloof is als een open deur die je toelaat de ruimte van het leven te betreden. De open deur staat dus voor vertrouwen, de grondhouding van het geloof. Het kruis is het teken van een christelijke cultuur en drukt kernachtig uit hoe christenen hun geloof beleven. Het kruis is zinnebeeld van de belofte van leven over de dood heen. Het christelijke geloof kent een verticale beweging: het transcendente, wat het gewone bestaan overstijgt en een horizontale: wat het aardse bestaan kenmerkt, de werkelijkheid zoals ze is. Het christelijke geloof is richtinggevend. De deur openen is een dialoog op gang brengen tussen mensen (horizontale dimensie) en tussen God en de mens (verticale dimensie). Basis De christelijke inspiratie voeding geven Kansen tot beleving geven Uitgedrukt in een beeld: de christelijke inspiratie wordt gevoed vanuit het licht van de verrijzenis. Het beeld nodigt uit om samen, met anderen, in de schaduw van dit licht van de verrijzenis te gaan staan. Pasen, als bron van het geloof, is een teken dat ons eraan herinnert dat lijden en dood niet het laatste woord hebben. Deze inspiratie voeding geven, is licht geven aan het bestaan, ook al wordt dat bestaan getekend door het kruis. Geloven is kwetsbaar durven zijn, maar tegelijkertijd openstaan voor de belofte van heelheid en bevrijding. Uitgedrukt in een beeld: uitnodigen om hoopvol in het leven te staan als een kracht die toelaat om de (gele) scheidingslijn tussen het bekende en het onbekende over te steken zonder alles vooraf krampachtig te willen invullen. Groeien in geloof is het onbekende durven inkleuren met eigen gaven die altijd ook aangereikt worden door een Ander en in contact met de ander. Het geloof beleven is het menselijke bestaan, in relatie tot de ander, inkleuren met ervaringen, denkbeelden en gevoelens. Alles wat op het levenspad komt, kansen geven. De inspiratie voel- en tastbaar maken in het hele schoolleven Uitgedrukt in een beeld: de christelijke inspiratie voel- en tastbaar maken is enthousiast tot uitdrukking brengen hoe het geloof het leven wezenlijk verandert. Het is als de gloed van Pinksteren (rode kleur). De innerlijke gedrevenheid voor mens en wereld met vreugde naar buiten dragen. De geest van het evangelie belichamen in woord en daad. Met vuur durven getuigen van Gods liefde in jezelf, maar evenzo oprecht luisteren naar en gehoor geven aan de stem van de ander die op jou een beroep doet. Uiteindelijk is het plaatje niet helemaal ingekleurd. Er blijft altijd een open ruimte. Dat wat niet ingevuld is, de belofte die je zelf waar mag maken vanuit het licht en de oproep van de verrezen Christus.

PASTORAAL OP SCHOOL DENK & DOE IN DIALOOG Uitdieping

PASTORAAL OP SCHOOL DENK & DOE IN DIALOOG uitdieping Mensen

Wie geeft mee gestalte aan de pastoraal op school? Toen Hij eens langs het meer van Galilea liep, zag Hij twee broers Simon, die Petrus genoemd wordt, en zijn broer Andreas het net uitwerpen in het meer; want het waren vissers. Hij sprak hen aan: Kom achter Mij aan, en Ik zal jullie tot vissers van mensen maken. Meteen lieten ze hun netten achter en volgden Hem. Verderop zag Hij nog twee broers, Jakobus van Zebedeüs en zijn broer Johannes; ze waren in de boot met hun vader Zebedeüs hun netten aan het klaren. Hij riep hen. Meteen lieten ze de boot en hun vader achter en volgden Hem. Mt 4, 18-22 In een katholieke school mag van elke schoolmedewerker verwacht worden dat hij/zij loyaal is en meewerkt aan de gelovige identiteit van de school en aan het christelijke opvoedingsproject. Eigen talenten inzetten om de pastoraal op school handen en voeten te geven is iets wat tot de mogelijkheden van elk teamlid behoort. Pastoraal op school is daarom een samen gedragen project waaraan elk teamlid kan meewerken. Sommigen zijn bereid om zelfs iets meer te doen, maar vragen zich af of ze wel over de juiste kwaliteiten beschikken, of ze wel een betekenis kunnen hebben om actief mee te werken in een pastorale groep. Wie zich in een of meer van de onderstaande elementen herkent, zal een waardevolle inbreng hebben in de pastorale werking van de school en zal om deze inbreng erg gewaardeerd worden. Uitdieping - mensen Inspiratie vinden in de boodschap van Jezus van Nazareth; authentiek christen proberen zijn in het dagelijkse leven en het werken op school, in de wijze van omgaan met mensen en doorheen het pedagogische proces; kansen zoeken tot groei in het eigen geloof en gebed; ervan overtuigd zijn dat het christelijke geloof zinvol en zingevend is voor zichzelf, de collega s en de leerlingen; oog en oor hebben voor de zinvragen van alle schoolbetrokkenen, vooral bij ingrijpende ervaringen; aandacht en respect hebben voor wat leeft in de samenleving en de brede kerkgemeenschap; jongeren willen begeleiden in hun levensbeschouwelijke groei; sociaal bewogen zijn, met een bijzondere aandacht voor de zwakste; meewerken aan pastorale initiatieven op school en hiertoe zijn/haar mogelijkheden en talenten ten dienste stellen; zich bewust zijn van een religieuze gevoeligheid bij zichzelf, een symboolgevoeligheid en een ontvankelijkheid voor een diepere duiding van de alledaagse werkelijkheid; openstaan voor verdere vorming. De sterkte van een pastorale groep kan afhangen van het aanwezig zijn van deze elementen in verschillende personen.

Uitdieping - mensen Reflectie op een pastorale groep Stap 1 1 Kruis aan welke kenmerken jij belangrijk vindt. 2 Kruis in onderstaande lijst de kenmerken aan die voor jezelf van toepassing zijn. 1 2 inspiratie vinden in de boodschap van Jezus van Nazareth authentiek christen proberen zijn in het dagelijkse leven en het werken op school, in de wijze van omgaan met mensen en doorheen het pedagogische proces kansen zoeken tot groei in het eigen geloof en gebed ervan overtuigd zijn dat het christelijke geloof zinvol en zingevend is voor zichzelf, de collega s en de leerlingen oog en oor hebben voor de zinvragen van alle schoolbetrokkenen, vooral bij ingrijpende ervaringen aandacht en respect hebben voor wat leeft in de samenleving en de brede kerkgemeenschap jongeren willen begeleiden in hun levensbeschouwelijke groei sociaal bewogen zijn, met een bijzondere aandacht voor de zwakste meewerken aan pastorale initiatieven op school en hiertoe zijn/haar mogelijkheden en talenten ten dienste stellen zich bewust zijn van een religieuze gevoeligheid bij zichzelf, een symboolgevoeligheid en een ontvankelijkheid voor een diepere duiding van de alledaagse werkelijkheid openstaan voor verdere vorming Stap 2 Leg alle overzichten bij elkaar en maak een overzicht voor de hele groep. Stap 3 Bespreek het resultaat. Mogelijke vragen hierbij: welke kenmerken zijn in de groep duidelijk aanwezig? werd dit vooraf ook zo ingeschat? welke kenmerken zijn minder of niet aanwezig? is het voor de groep nodig dat er op zoek wordt gegaan naar mensen die de minder aanwezige kenmerken willen behartigen?

FUNCTIEBESCHRIJVING VAN DE VERANTWOORDELIJKE VOOR DE PASTORAAL OP SCHOOL Deze leidraad tot functie-invulling van een verantwoordelijke (voorzitter) van de pastoraal op school dient aangepast te worden aan de concrete situatie van elke school of scholengemeenschap, van de betrokkene en van het aantal uren vrijstelling. De toekenning van een aantal uren vrijstelling aan een verantwoordelijke (voorzitter) pastoraal en opvoedingsproject ontslaat de directie of het directieteam niet van de eigen verantwoordelijkheid op dit vlak. Hij/zij blijft, in overleg met de betrokken verantwoordelijke, ook op het vlak van pastoraal en opvoedingsproject, de spil en de eindverantwoordelijke. De verantwoordelijke voor de pastoraal op school is een pastoraal geëngageerde met de volgende competenties: beschikken over communicatieve vaardigheden, relatiebekwaamheid, inspirerende kracht, zin voor initiatief en samenwerking; begeleiden en animeren van groepsprocessen; ervaring hebben met pastoraal werk, ervaring in het overleg en de coördinatie van opdrachten in een school of scholengemeenschap; het evenwicht bewaken tussen de vier pijlers van de pastoraal: het ontmoeten, verkondigen, dienen en vieren; willen nadenken over de visie van de pastoraal op school en bekommerd blijven om het duidelijk stellen en het realiseren van de doelstellingen; samen met andere collega s (en leerlingen) zoeken naar middelen en momenten om collega s en jongeren een spiritueel houvast, waarden en zingevingselementen aan te reiken, met een voortdurende aandacht voor de situatie en de vragen van de betrokkenen. Uitdieping - mensen Mogelijke taakomschrijving: betrokken zijn bij de initiatieven rond de identiteit van de katholieke school, het christelijke opvoedingsproject en de pastoraal op school; het organiseren van overleg hierover met collega s in de school, scholengemeenschap, bisdom ; het opstellen van de agenda en de uitnodigingen (en de verslagen) van de pastoraal dragende groepsvergaderingen, die hij/zij voorzit en opvolgt; de pastorale vragen van personeelsleden en leerlingen bij de directie aankaarten in de pastoraal dragende groep; het ondersteunen van de leden van de pastorale groep op het vlak van: - het ontwikkelen van initiatieven rond de toekomstgerichte concretisering van het christelijke opvoedingsproject in de school en/of scholengemeenschap; - het delen van de gelovige inspiratie van waaruit het christelijke opvoedingsproject gestalte krijgt; - het ontwikkelen van strategieën tot integratie van het christelijke opvoedingsproject in de school en/of scholengemeenschap; de pastoraal dragende groep begeleiden op de zoektocht om collega s en jongeren open te maken voor vragen rond verdieping, inzicht en vieren van zingeving;

Uitdieping - mensen samen met de pastoraal dragende groep de planning van de pastorale activiteiten in het schooljaar opstellen; stimuleren en ondersteunen van graadgebonden pastorale initiatieven; het opzetten, ondersteunen of uitvoeren van vormingsactiviteiten op het vlak van opvoedingsproject en pastoraal op school; samen met de directie, graadcoördinatoren en pastoraal dragende groep, de personeelsleden uitnodigen, stimuleren en ondersteunen in de realisatie van pastorale activiteiten (in de brede betekenis) voor en met de leerlingen; zich daartoe permanent informeren en vormen op het vlak van identiteitsontwikkeling, christelijk opvoedingsproject en pastoraal op school, o.m. via contacten met andere pastoraal dragende groepen, het opvolgen van vormingsinitiatieven, relevante literatuur en de mededelingen van het VSKO, de diocesane dienst voor pastoraal op school en de DPB, en documenten daaruit volgend; lid zijn van de directie- of pedagogische raad.

PASTORAAL OP SCHOOL DENK & DOE IN DIALOOG uitdieping Gedifferentieerd aanbod

Pastoraal en vakoverschrijdende thema s Er zijn goede redenen waarom in een visie op pastoraal op school de vakoverschrijdende thema s een plaats krijgen. Beide hebben een aantal zaken met elkaar gemeen. Vakoverschrijdende thema s, zoals de naam laat vermoeden, noch pastoraal, zijn aan vakken gebonden en hebben maar zin als ze geïntegreerd worden in het opvoedingsproject. De klemtoon ligt bij beide niet in de eerste plaats op kennis, maar veeleer op een attitude, een houding, een manier van zijn. Ze bieden de ruimte om te vertrekken vanuit een bepaald mens- en wereldbeeld en hebben elk hun specifieke doelstellingen. Bij de vakoverschrijdende thema s gaat het over de vraag over welke (minimum)capaciteiten een mens moet beschikken om kritisch en creatief te kunnen functioneren in de samenleving en zijn eigen leven te kunnen uitbouwen. Bij de pastoraal gaat het erom jongeren en volwassenen te laten kennismaken met christelijk geloven, de christelijke inspiratie voeding en kansen tot beleving te geven en die voel- en tastbaar te maken in het hele schoolleven. Zowel in hun gemeenschappelijke kenmerken als in hun verschillen bieden de pastoraal op school en de vakoverschrijdende thema s voor elkaar niet te verwaarlozen opportuniteiten. Wie de pastoraal op school en vakoverschrijdende thema s weet te verbinden kan: 1 Een kader bieden De vakoverschrijdende thema s bieden een kader om jongeren en volwassenen in contact te brengen met de christelijke inspiratie en spiritualiteit via schoolactiviteiten, projecten, engagementen en verbintenissen. De maatschappelijke uitdagingen waar een school voor staat, kunnen getoetst worden aan het eigen opvoedingsproject, de eigen christelijke kijk op opvoeden en onderwijzen. 2 Eigen accenten leggen In het uitwerken van de voorgeschreven, decretale thema s en eindtermen liggen kansen besloten om eigen accenten te leggen waaruit blijkt waarom een katholieke school die bepaalde keuzes maakt en van waaruit ze dit doet. Zo komt niet alleen een duidelijk mensbeeld naar voren, het wordt ook gedeeld en beleefd in activiteiten die niet alleen gericht zijn op de persoon van de leerling en de klaspraktijk, maar die soms ook overstijgen. Een mensbeeld veronderstelt altijd een wereldbeeld en een al dan niet aanwezig godsbeeld. Een mens is immers in wezen relationeel en herbergt in zich meerdere dimensies, ook een religieuze en transcendente. Het is een hele uitdaging om die verschillende beelden en dimensies zo met elkaar te verbinden dat het de integrale vorming van de leerling ten goede komt. Uitdieping - gedifferentieerd aanbod 3 De pastoraal integreren De pastoraal op school wordt soms gezien als het terrein van specialisten. Met de uitwerking van de vakoverschrijdende thema s in concrete projecten en activiteiten kunnen katholieke scholen in een voor iedereen toegankelijke taal uitdrukken wat ze verstaan onder pastoraal op school. Leerlingen moeten beschikken over bepaalde capaciteiten en competenties om uit te kunnen groeien tot gelukkige mensen die een eigen kritische en creatieve bijdrage leveren aan een samenleving zó, dat ook die samenleving er beter van wordt. Wat betekent dit vanuit christelijk perspectief? Welke capaciteiten en competenties krijgen meer of minder nadruk?

Uitdieping - gedifferentieerd aanbod Hoe worden die capaciteiten getoetst en uitgewerkt in een concreet project? Krijgen leerlingen die op schools vlak minder presteren voldoende kansen om onvermoede talenten te ontdekken, aan te boren en te delen? Waarom worden die bepaalde projecten gekozen? De pastoraal op school brengt zo mensen tot directe keuzes en er wordt aangetoond dat pastoraal te maken heeft met heel gewone en alledaagse dingen die iedereen op school en in de maatschappij bezig houden. Wat betekent bijvoorbeeld duurzaamheid voor een katholieke school en waarom wil ze hier aandacht aan besteden? Heeft dit te maken met een brede zorg voor de schepping? Wordt duurzaamheid benaderd vanuit de overtuiging dat het leven een (Gods)geschenk is, heilig, en dus niet maakbaar, noch verwisselbaar? 4 De pastoraal ruimte bieden In elke school zijn verschillende levensbeschouwingen aanwezig, net als in de maatschappij. De christelijke levensbeschouwing ter sprake brengen is niet langer evident. Hoewel de vakoverschrijdende thema s nergens verwijzen naar een levensbeschouwing, biedt het samenbrengen van pastoraal en vakoverschrijdende thema s kansen om mensen te laten kennismaken met de christelijke inspiratie. De zoektocht naar een zinvolle integratie van de pastoraal in de vakoverschrijdende thema s helpt om een dialoog op gang te brengen over de aanwezige levensbeschouwingen. De ervaring om kennis en inzichten in levensbeschouwingen te mogen delen, bevordert, volgens onderzoek, een cultuur van wederzijds begrip. Het verhoogt bovendien de kans op een actieve deelname in de pastoraal. Dankzij dit proces verruimen vakoverschrijdende thema s het draagvlak van de pastoraal.

STILLE en SACRALE RUIMTE OP SCHOOL Blikopener Een stille ruimte kan helpen om te ontdekken wie je bent, waar je je bevindt en waarheen je wilt gaan. Een beetje zoals de lege ruimte in een vaas. Dankzij de lege ruimte die ze bevat, is een vaas wat ze is. De stilte meet niets af. Alles is mogelijk. Er heerst alleen de vrijheid van het scheppen. Visie Als katholieke school kiezen voor een stilteplaats vraagt overleg en een dialoog waarbinnen een gedragen visie vanuit de eigen identiteit en diversiteit kan ontstaan. Het komt erop aan om samen met de nodige creativiteit een sacrale ruimte uit te werken op maat van de school. Een stilteplaats vormt een positief alternatief voor de hedendaagse maatschappelijke tendensen als: altijd bereikbaar zijn; nood aan functionaliteit; een wereld vol geluiden. In een stilteplaats kom je los van ruimte en tijd. Je ontdekt er de stilte in jezelf. Daardoor schep je ruimte voor innerlijke dialoog. In een stilteplaats geeft de school voorrang aan de binnenkant en aan het zoeken naar zingeving, waardoor eigen levenservaringen een zinvolle plaats en invulling kunnen krijgen. Vanouds brengen mensen in stille ruimtes tekenen aan die hen herinneren aan wat belangrijk is, wat hen overstijgt, wat hen verbindt en wat hen mens maakt. Deze symbolen krijgen daardoor een religieuze lading: ze brengen letterlijk samenhang en maken de ruimte zinvol en sacraal. Religieuze symbolen maken dus van een lege ruimte een sacrale plaats, waar het niet vanzelfsprekende oplicht in het hier en nu. Het is goed als er in de keuze van deze symbolen naar een evenwicht gezocht wordt tussen de eigenheid van de katholieke geloofstraditie van de school en de openheid voor diversiteit, pluraliteit, gemeenschap en individualiteit. Elke mens en elke levensbeschouwing mogen er hun plaats en hun verhaal vinden. In de stille en sacrale ruimte komt de visie op spiritualiteit en gemeenschap aan bod die men als katholieke school wil uitdragen en van waaruit men samen leeft. Wegwijzers doorheen het proces De sacrale ruimte is vandaag veel meer dan een antwoordruimte, veel meer een geïntegreerde dan een geïsoleerde ruimte Het is een ruimte voor de toekomst maar gevoed door de traditie. (Tom Callebaut, interieurarchitect) Uitdieping - gedifferentieerd aanbod Aan het tot stand brengen van een sacrale ruimte gaat heel wat denkwerk vooraf, zowel op inhoudelijke vlak als op het praktische niveau. Deze zoektocht verloopt in elke school anders en hangt nauw samen met de visie op spiritualiteit en gemeenschap die in de school heerst en met de architectuur van de school. Men kan dan ook onmogelijk het concept dat in de ene school werd uitgewerkt, gaan kopiëren in een andere school. Het is belangrijk dat de hele school hierbij betrokken wordt. Zowel leerlingen als leerkrachten en directie (en ouders), gelovigen als niet-gelovigen, godsdienstleerkrachten en niet-godsdienstleerkrachten, leden van het pastoraal team en anderen, mogen en kunnen deelnemen aan deze zoektocht. (Sacrale ruimtes op school. Dossier op Thomas)

Uitdieping - gedifferentieerd aanbod Denken in dialoog Vanuit de doelstellingen van pastoraal is het belangrijk dat er op school een ruimte wordt gecreëerd waar deze doelstellingen een concrete invulling kunnen krijgen. Het nadenken in dialoog hierover kan geleid worden door een aantal concrete vragen als: wie zijn we en/of waar staan we voor vanuit de christelijke identiteit, de traditie van de school en de aanwezige diversiteit op school; welke ruimten en plaatsen roepen nu reeds op tot stilte, bezinning ; hoe gebeurt dit, zijn deze geïntegreerd in het schoolleven; waar halen we symbolen, zijn er verhalen of figuren die inspiratie bieden en verbonden zijn aan de school; hoe laten we iedereen thuiskomen in de stilteplaats met respect voor de eigen christelijke identiteit in dialoog met de diversiteit op school; hoe willen we de stille of sacrale ruimte integreren in het hele schoolgebeuren; welke ondersteuning wensen we in het denkproces omtrent de stille of sacrale ruimte? Doen in dialoog Bij de realisatie van een stille en sacrale ruimte laten we ons in dialoog opnieuw leiden door een aantal concrete vragen als: welke ruimte in de school willen we (her)bestemmen tot een stilteplaats of tot sacrale ruimte; aan welke noden moet deze plaats of ruimte voldoen; hoe komt de visie op pastoraal en geloven tot uiting; welke symbolen krijgen een plaats in de ruimte en hoe; wat is architecturaal, esthetisch, technisch (licht en geluid) en financieel mogelijk; welke flexibiliteit (aanpassen aan grootte van de groep, tijd van het jaar, doel van het gebruik van de ruimte ) willen we nastreven; welke ondersteuning wensen we bij het realiseren van de stille of sacrale ruimte?

Verlies en rouw op school Inleiding Uit de Opdrachtsverklaring Elke katholieke school legt de nadruk op een pedagogische benadering van het kind en de jonge mens. Zij streeft de totale vorming van de persoon na. De ontplooiing van hoofd, hart en handen staat daarin centraal. Een katholieke school is een plaats waar kinderen, jongeren en volwassenen de gelegenheid krijgen om in dialoog te gaan met anderen en de Andere. In respect voor de eigenheid en vanuit de kracht van verbondenheid krijgen ze kansen om hierin te groeien. Jezus vertelt en handelt naar zijn overtuiging. Hij heeft aandacht voor de totale mens. Hij geeft hem niet alleen water dat de onmiddellijke dorst lest, maar ook water dat hem doet leven. Bij Jezus is alles met alles verbonden. Iedereen die het water uit deze bron drinkt zal weer dorst krijgen, zei Jezus tegen de Samaritaanse vrouw, maar wie het water drinkt dat Ik hem geef, zal nooit meer dorst krijgen. Het water dat Ik geef, zal in hem een bron worden waaruit water opwelt dat eeuwig leven geeft. Naar Joh 4, 13 14 Kennis, attitudes, vaardigheden, waarden en de zoektocht naar zingeving zijn ingangspoorten die een katholieke school gebruikt om samen met kinderen, jongeren en volwassenen op zoek te gaan naar: de verbondenheid met zichzelf; de verbondenheid met de ander; de verbondenheid met de natuur en cultuur; de verbondenheid met God. (Kenmerkend voor een katholieke school is dat men ook God en het toekomstperspectief dat het geloof biedt, ter sprake brengt) In deze zoektocht kleuren gevoelens rond blije of droeve momenten, lukken of mislukken, gezondheid of ziekte deze vier dimensies. Gevoelens horen bij de mens. Ermee leren omgaan, is een onderdeel van de vorming van de totale mens. god Uitdieping - gedifferentieerd aanbod natuur en cultuur thema ander ik

Uitdieping - gedifferentieerd aanbod Enkele voorbeelden Een mama van een kind uit de klas is onverwachts overleden. Hoe ga ik daarmee om? Wat kan voor het kind een hulp zijn? Wat bestaat er voor de andere leerlingen? Krijgt dit voorval een plaats in het schoolgebeuren? Bestaat er een Bijbelverhaal dat een aanzet kan geven tot gesprek? Binnenkort vertrekt een waardevolle leerkracht ten gevolge van reaffectatie naar een andere school. Wat doet dit met de leerkracht? Wat betekent dit voor de collega s? Hoe kijkt een directeur er tegenaan? Is een gesprek mogelijk? Krijgt dit gebeuren een plaats in de personeelsvergadering? Een nieuwe leerling is ingeschreven in de school. Het gezin waartoe zij behoort, is hals over kop uit het thuisland vertrokken. Ze laat heel veel achter, komt in een nieuwe wereld en verstaat niemand op school. Heeft de school een plan om deze leerlingen op te vangen? Wat wordt er aan klasgenoten gevraagd? Hoe gaat de leerkracht hiermee om? Zegt de christelijke inspiratie iets over opvangen van mensen in een nieuwe omgeving? Wat houden rouw en verlies in? Rouw en verlies, in de ruimste zin bekeken, hebben te maken met een verliessituatie of een ervaring van falen bv. ontgoochelingen en frustraties verwerken, uit een vertrouwde plek wegtrekken, een vriend verliezen door een verhuis naar een andere school, afscheid nemen van een lievelingsdier, falen in studies, relaties, ervaringen van pesten, getroffen worden door ziekte, echtscheiding, overlijden, zelfdoding Deze verliessituaties roepen gevoelens op van pijn, verdriet, woede, angst, schuld, onmacht, bevrijding. Je wordt heen en weer geslingerd tussen gevoelen van leven en dood tot je een evenwicht vindt. Het zijn emoties die diep in de mens snijden, tot in de kern van zijn bestaan. Omgaan met gevoelens van gemis en de leegte een plaats geven in het eigen leven, dat is rouwen. Een rouwproces is niet altijd eenvoudig en vergt dikwijls ook veel energie. Rouw en verlies op school Een katholieke school wil aandacht besteden aan alle existentiële ervaringen, ook van verlies, verdriet en rouw. Deze zijn onlosmakelijk met het leven verbonden en raken de hele mens. Daarom laat een katholieke school de spirituele ontwikkeling en vorming van leerkrachten en leerlingen aan bod komen in het dagelijkse schoolleven. De vier doelstellingen van pastoraal op school geven richting om dit thema op een christelijk geïnspireerde manier te ontdekken, waarbij iedereen de gelegenheid krijgt om te groeien. Volwassenen en jongeren laten kennismaken met christelijk geloven Welke woorden, ervaringen, rituelen zijn bruikbaar om verdriet en rouw bespreekbaar te maken in verbinding met de christelijke inspiratie? De christelijke inspiratie voeding geven Zijn er voorbeelden van mensen die vanuit hun christelijke geloof getuigen hoe zij omgaan met verlies? Kansen tot beleving geven Hoe kunnen we het even stil maken? Hoe stilstaan bij ervaringen? Hoe bezinnen, bidden? De inspiratie voel- en tastbaar maken in het hele schoolleven Hoe kunnen we als gemeenschap laten zien dat we meeleven, in woord en daad met de getroffenen? Hoe kunnen we aanwezig zijn?

Pastoraal in de scholengemeenschap Inleiding Elke school geeft vanuit haar eigen traditie en opvoedingsproject een bepaalde invulling aan het schoolgebeuren. De vorming en de opvoeding van de aan de katholieke school toevertrouwde leerlingen gebeurt steeds vanuit een schooleigen inspiratie. De pastorale werkgroep is voor vele scholen (mede) een stuwende motor in dit gebeuren. Niemand kan christen zijn op zijn eentje: wie christen wil zijn, sluit zich aan bij een gemeenschap van (andere) christenen. Katholieke school kan men nooit alleen zijn. Een katholieke school treedt in verbondenheid met andere katholieke scholen. De partners in dit verbond delen elkaars vreugden en zorgen (zelfs wereldwijd). Voor katholieke scholen in elkaars nabijheid wordt die verbondenheid nog intenser. Zij worden uitgedaagd door de vragen: wie zijn wij, katholieke scholen, in deze regio, vandaag? Wat betekenen wij voor deze regio? Samen dragen de scholen elkaars lot en zijn tochtgenoten met respect voor de verscheidenheid in opvoedingsprojecten en schoolculturen. Pastoraal ook in de scholengemeenschap Uit bovenstaand punt blijkt duidelijk dat de pastorale invulling van het schoolgebeuren tot de autonomie en de eigenheid van elke school behoort. Het bestaan van de scholengemeenschappen doet niets af aan dit principe. Dit betekent niet dat een pastorale samenwerking op niveau van de scholengemeenschap onmogelijk is. Een pastorale werking op het vlak van de scholengemeenschap kan een toegevoegde waarde bieden voor elke school of pastorale animatiegroep. Nadenken en spreken over de waarde van een pastoraal in de scholengemeenschap is dus zeker zinvol. Binnen deze verscheidenheid is de eenheid fundamenteel. De verscheidenheid kan immers maar bestaan tegen een achtergrond van eenheid en verbondenheid. De voedingsbodem van de eenheid, de inspiratiebron, is Jezus Christus. In het pastoraal handelen gaat het om Jezus en wordt vertrokken vanuit zijn evangelie. Vanuit de christelijke spiritualiteit voelen de schoolbesturen zich verantwoordelijk voor elkaar. Dit verantwoordelijkheidsgevoel leidt tot solidariteit. Precies die solidariteitsgedachte is een sleutelbegrip voor de eigenheid en de toekomst van het katholiek onderwijs. Deze visietekst zet aan om in groep na te denken en te spreken over pastoraal in de scholengemeenschap en daarnaar te handelen. Kan er in het kader van de scholengemeenschap een open dialoog ontstaan waarin samen gezocht wordt hoe, in respect voor ieders eigenheid, de pastorale draagkracht van elke pastorale animatiegroep vergroot en de draaglast zo nodig verminderd wordt? Deze visietekst geeft ook aan dat de invulling van pastoraal in de scholengemeenschap op verschillende wijzen kan gebeuren. Uitdieping - gedifferentieerd aanbod Pastoraal in de scholengemeenschap is een verhaal van kansen. Wat in de ene scholengemeenschap kan, kan niet in de andere. Pastoraal in de scholengemeenschappen is geenszins een verhaal van moeten! Het is niet de bedoeling pastorale groepen tot fusioneren op te roepen, maar wel tot samenwerken over de schoolmuren heen. Schoolwerkingen dienen dus zeker niet afgebouwd te worden. De particuliere visie omtrent schoolpastorale werking wordt niet gereduceerd tot één grote alomvattende eenheidsvisie. Alle scholen hebben hun eigenheid en hun accenten. Het kan en mag niet de bedoeling zijn dat de ene school zich zal buigen over de pastorale werking van de andere scholen uit de scholengemeenschap. Pastoraal in de scholengemeenschap p. 1/4

Uitdieping - gedifferentieerd aanbod Toegevoegde waarde van pastoraal in de scholengemeenschap Zoals in het vorige punt reeds is aangehaald, dient een pastorale werking op het vlak van de scholengemeenschap een toegevoegde waarde te bieden voor elke school of pastorale groep. Dit is een voorwaarde om pastoraal op het niveau van de scholengemeenschap te laten slagen. In onderstaande punten wordt geduid wat de toegevoegde waarde van een pastorale werking in een scholengemeenschap kan inhouden. 2.1 Meer mensen vergroten de draagkracht Elke school heeft zijn eigen creativiteit en inspiratie. Doorheen de ontmoeting met anderen kan de eigen werking bevraagd, uitgeklaard en versterkt worden. De leden van de groep kunnen voor elkaar oproepend en vernieuwend zijn. De eigen gewoonten (tradities) worden opgefrist of alternatieven worden aangereikt. Het overleg leidt zeker tot nieuwe ideeën. 2.2 De ervaring van het samen aan pastoraal werken Via samenwerking kan men uitgroeien tot complementaire solidariteit en verbondenheid met elkaar, ten dienste van alle leerlingen en collega s in de scholengemeenschap. Pastoraal draait op deze manier veel méér om de mens dan om de school. 2.3 Gelijkgezinden ontmoeten De pastoraal geëngageerde ontmoet andere christenen met wie hij/zij langzaam maar zeker zal groeien naar respect en waardering voor elkaars anders zijn. Het doet deugd te voelen dat anderen dezelfde hoop en vreugde en soms dezelfde frustratie delen. In deze groep kan de zorg voor elkaar groeien. In deze zorg voor elkaar wordt het eigen geloof en leven gemakkelijker ter sprake gebracht en gevoed. Adem en geestdrift om de pastoraal op school te funderen en vorm te geven, worden aangereikt. 2.4 De eigen identiteit van het katholiek onderwijs. Vaak worden van buitenaf vragen gesteld aan het katholiek onderwijs. Vragen die te maken hebben met de identiteit, de eenheid en de verbondenheid in de scholengemeenschap. De pastoraal geëngageerden van de scholengemeenschap geven door een gezamenlijke werking een teken van verbondenheid. Ze doen dit vanuit het fundament en de inspiratiebron van hun eenheid: Jezus Christus en zijn evangelie. Op dit vlak worden ze zo de kleurgevers van de identiteit en de inspiratie van de scholengemeenschap. Voorwaarden om tot een vruchtbare samenwerking te komen Een vruchtbare pastorale samenwerking in de scholengemeenschap vereist een klimaat dat hiervoor openstaat. Dit betekent onder meer dat: pastorale zorg en werk gedragen worden door de veldwerkers ter plaatse en gebeuren in teamverband. Een pastorale werking op welk niveau ook kan geen zaak zijn van enkele individuen, maar moet het resultaat zijn van onderling overleg en samenwerking. de pastorale werking in de scholengemeenschap geen vervangende, maar een ondersteunende en complementaire werking heeft. De samenwerking gebeurt dus steeds in een zo groot mogelijke soepelheid en in respect voor de tradities en de eigenheid van de respectievelijke scholen. Pastoraal in de scholengemeenschap p. 2/4

de pastorale werking op elk niveau wordt gedragen door de directie. De directeur blijft in het dagelijks schoolleven de spil in de realisatie van het opvoedingsproject. Dit betekent dat de pastoraal ook aan bod komt op de directievergaderingen. Een schoolpastorale werking in de scholengemeenschap kan dus ook maar gebeuren in overleg en in wisselwerking met de respectievelijke directies. De scholengemeenschap: een groot huis met vele kamers De scholengemeenschap is te vergelijken met een groot huis. Een groot huis met vele kamers. Elke kamer (school) heeft een aparte eigenheid en gewoonten. Maar af en toe willen we eens samen (op zolder, in de kelder of in de keuken) bij elkaar gaan zitten: om elkaars mogelijkheden (nog) wat beter te leren kennen; om in gesprek te delen en te overleggen wat ons bezig houdt; om gewoon samen te zijn en op verhaal te komen; om samen te ervaren: dat antwoorden op vragen soms een paar schoolmuren van je eigen school verwijderd zijn, en omgekeerd, dat wat moeizaam loopt bij de ene, het goed doet bij de andere, dat knelpunten elders kansen zijn, dat wat moeilijk is door anderen herkend en begrepen wordt, dat we zeker geen minimalisten zijn, maar dat er ook veel dubbel werk gebeurt in onze scholen; dat onze hoofdbekommernis in grote lijnen dezelfde is en we elkaar dus zeker kunnen ondersteunen; kortom, dat samenwerken in solidariteit en verbondenheid met elkaar de moeite waard is om er in alle openheid werk van te maken. Mogelijke en concrete vormen van samenwerking Op verschillende niveaus is een pastorale samenwerking in de scholengemeenschap mogelijk. We geven enkele suggesties en concrete voorbeelden. 4.1 Beleidsopties Op het niveau van de scholengemeenschap worden een gezamenlijk pastoraal beleid en pastorale visie uitgebouwd. Het is geenszins de bedoeling om hier voorbij te gaan aan de eigenheid van elke school. Zelfs in scholengemeenschappen die ressorteren onder één schoolbestuur kan een opvoedingsproject nog op een schooleigen manier worden ingevuld en beleefd. Uitdieping - gedifferentieerd aanbod Toch kan het op dit niveau ook een uitdaging zijn om, bv. in het kader van een pedagogische herstructurering, een pastoraal beleid uit te tekenen dat geïntegreerd is in de hedendaagse scholengemeenschap. Voorbeelden In het comité van directeurs wordt iemand verantwoordelijk gesteld voor het domein pastoraal. Deze brengt de verantwoordelijken van de pastorale werking van de verschillende scholen samen. Pastoraal (in de brede zin van het woord) wordt alvast in het beleidsplan van de scholengemeenschap opgenomen. Pastoraal in de scholengemeenschap p. 3/4

Uitdieping - gedifferentieerd aanbod 4.2 Kennismaking, onderlinge uitwisseling en ondersteuning We denken o.a. aan: een ontmoeting van de collega s pastorale verantwoordelijken: elkaar (beter) leren kennen is een eerste vereiste; het waarderen en erkennen van elkaars sterke kanten, kennis e.d. is mooi meegenomen; mogelijke uitwisseling van visies en ideeën; inventarisatie en ondersteuning van pastorale activiteiten; het samen uitschrijven van een (pedagogisch) project of een gezamenlijke visie. Voorbeelden Vanuit de verschillende pastorale groepen uit de scholen van eenzelfde scholengemeenschap komt men een aantal keren per schooljaar samen rond een bepaald thema. Iemand van de directies is hierbij aanwezig en brengt nadien verslag uit bij de collega s. Directies van een scholengemeenschap komen gedurende een gezamenlijke bezinningsdag bijeen om samen na te denken en van gedachte te wisselen over de identiteit van de katholieke school in een pluralistische maatschappij. 4.3 Ondersteuning vanuit de scholengemeenschap Wij denken o.a. aan: uitwisseling van pastoraal-didactisch materiaal: welke dvd s, cd s e.d. zijn voorhanden, welk materiaal voor bezinningsdagen gemeenschappelijke aankopen van pastoraal-didactisch materiaal. Hierdoor kunnen dan bepaalde budgetten vrijkomen voor andere pastoraal georiënteerde initiatieven. Voorbeeld Een aantal scholengemeenschappen heeft reeds een (afzonderlijke) website waarop allerlei informatie en materiaal in verband met schoolpastoraal is terug te vinden. 4.4 Organisatie van gezamenlijke projecten Net zoals sommige aankopen zijn bepaalde interessante projecten voor één school soms moeilijk haalbaar of realiseerbaar. Men slaat de handen in elkaar om bepaalde projecten gezamenlijk aan te pakken of uit te werken. Wij denken o.m. aan: het gezamenlijk opzetten of volgen van bepaalde vormingsinitiatieven; het uitwerken van een pedagogische studiedag voor de scholengemeenschap i.v.m. opvoedingsproject en pastoraal op school; de voorstelling van begeleidingsinitiatieven en andere informatie door pedagogische begeleiding of andere externen; een gezamenlijke organisatie: bv vastenvoettocht of initiatief voor leerlingen van een bepaald jaar. Voorbeeld In een scholengemeenschap komt een stuurgroep pastoraal drie- tot viermaal per jaar samen voor de planning van impulsmomenten voor leerlingen. Zo werd bv in een schoolkerk de ruimte gezamenlijk aangekleed en ingericht. Alle godsdienstleraren van de verschillende scholen van de scholengemeenschap gaan er met hun klas(sen) naartoe om er gedurende een uur te werken rond een bepaald thema. Pastoraal in de scholengemeenschap p. 4/4

PASTORAAL OP SCHOOL DENK & DOE IN DIALOOG uitdieping Beleid

PASTORAAL BELEID EN BELEIDSVOEREND VERMOGEN Pastoraal Beleid Een school heeft een bepaald beleid rond pastoraal. Dit beleid is een zaak van bestuur, directie en medewerkers en betreft de volledige organisatie in al zijn aspecten, uitgewerkt in drie kerntaken. Waar de directie vooral fungeert als spil in het beleid, zorgt het bestuur voor de voorwaarden die het pastorale beleid mogelijk maken en helpen de medewerkers om het op de werkvloer uit te voeren. De kerntaken van een pastoraal beleid bestaan ten eerste uit het formuleren van doelen, weten in welke richting men stapt en wat men wil verwezenlijken. Het is belangrijk bij het formuleren van de doelstellingen de christelijke identiteit en de pastorale bekommernis duidelijk te omschrijven. Want de pastoraal is uitdrukking van een christelijke identiteit. Het is in, met en door de pastoraal dat de christelijke identiteit zichtbaar wordt op school. Een tweede kerntaak bestaat uit het organiseren, weten hoe dit te realiseren, een school zodanig inrichten in al haar deelaspecten dat ze die doelen een plek kan geven. Daarvoor beschikt het beleid over zes domeinen: strategie, leiderschapsstijl, personeelsbeleid, structuren, systemen en communicatie. Ten slotte komt het erop aan die doelen te realiseren die leiden tot een kwaliteitsvolle visie op pastoraal. Die staat beschreven in het schooleigen opvoedingsproject. De school plant zorgvuldig met alle geledingen acties en voorziet daarbij in de nodige ondersteuning. Ze volgt de effecten van bepaalde beslissingen op en stuurt de werking op basis van zelfevaluatie bij. Uitdieping - beleid Het moge duidelijk zijn dat een visie continu groeit en niet beperkt is tot een tekst of document dat eens ingekaderd voor altijd zegt waar het op aankomt. Een visie op pastoraal ontwikkelt zich door permanente communicatie en reflectie van alle betrokkenen. Beleidsvoerend vermogen Om een kwaliteitsvol beleid rond pastoraal te kunnen voeren, dienen de directie, het bestuur en het schoolteam te beschikken over een beleidsvoerend vermogen. Dat betekent dat ze capaciteiten ontwikkelen die het proces van de beleidsvoering, onder andere op het gebied van profilering, op peil houden. Die capaciteiten bestaan uit clusters van kennisstructuren, vaardigheden, beslissingsstrategieën, attitudes en werken vanuit overtuigingen en waarden. Die capaciteiten van beleidskrachtige scholen worden doorgaans geordend tot 9 pijlers van beleidsvoerend vermogen: 1. Visie en doelgerichtheid 2. Gedeeld leiderschap, 3. Betrokkenheid en samenhang 4. Doeltreffende communicatie 5. Responsief vermogen 6. Reflecterend vermogen 7. Innovatief vermogen 8. Professionalisering 9. Geïntegreerd beleid. De cruciale vraag hierbij is: Hoe ga ik om met de visie op pastoraal? Of nog: Draagt mijn pastoraal handelen vruchten en bevordert dit handelen het vormen en opvoeden van de leerlingen? Pastoraal beleid en beleidsvoerend vermogen p. 1/4

Uitdieping - beleid 1. Visie en doelgerichtheid: de school komt op een getuigende manier uit waarvoor ze staat. Kennen directie en leerkrachten de essentiële componenten van een schooleigen pastoraal en kunnen ze concrete aspecten van de schoolwerking en de schoolcultuur daarmee in verband brengen? Begrijpt iedereen wat bedoeld wordt met wat achter het woord pastoraal schuilt? Kent iedereen de vier doelstellingen van pastoraal? Hoe gaat elke school die doelstellingen concretiseren? 1. Jongeren en volwassenen laten kennismaken met het christelijk geloof 2. De christelijke inspiratie voeding geven 3. De christelijke inspiratie kansen tot beleving geven 4. De christelijke inspiratie voel- en tastbaar maken in het hele schoolleven 2. Gedeeld leiderschap: de directeur is een spilfiguur van de pastoraal, maar elke leerkracht draagt mee de zorg om de pastoraal op school te realiseren. Hoeveel mensen worden actief betrokken in de pastorale bewogenheid? Hoe geeft de directie zelf een concreet en actief voorbeeld van een geëngageerde pastoraal? Hoe en waar proberen leidersfiguren, indien nodig, tegen de stroom in te roeien? In welke mate zijn alle teamleden zich ervan bewust en ervan overtuigd dat het voorleven van normen en waarden en in het bijzonder het christelijke levensgetuigenis van leerkrachten en leidinggevenden de opvoeding van de leerlingen sterk bepalen en hen meer mens maken? Hoe wordt bij werving en selectie van personeelsleden de levensbeschouwelijke inslag ter sprake gebracht? Wanneer wordt ze op een passende wijze ingeschakeld in de beoordeling van kandidaten? Op welke manier tracht de schoolleiding een gesprekspartner te zijn voor leerkrachten met levensbeschouwelijke vragen? 3. Betrokkenheid en samenwerking: er is bij alle geledingen van de school de bereidheid om consequent werk te maken van gezamenlijk gekozen actiepunten rond pastoraal. Werken alle geledingen van de school mee met groepen uit de parochie of de buurt aan de sociaal-caritatieve initiatieven? Hoe zorgt de school ervoor dat mensen uit alle lagen van de samenleving aan de verbetering van opvoeding en onderwijs meewerken? Hoe zorgen de leerkrachten en de schoolleiding ervoor dat de participatie aan projecten die het eigen schoolproject verlevendigen, permanent zichtbaar zijn? (cfr. posters in de gemeenschappelijke ruimten, prikborden, werkstukken, fotocollages, e.d.) Op welke wijze heerst er een geest van dienstbaarheid en naastenliefde in de professionele relaties? In welke mate weet men specifieke talenten van personeelsleden te waarderen en ze constructief aan te wenden om de pastoraal te versterken? 4. Doeltreffende communicatie: de school is in staat om met haar omgeving doeltreffend te communiceren Hoe sterk is de school er zich van bewust dat ze leeft en werkt in een sterk geseculariseerde omgeving en hoe indringend gaat ze de dialoog aan met de ouders en de bredere omgeving ook als die haar opvoedingsproject in vraag stellen? Met welke kanalen probeert de school haar pastorale bewogenheid in een directe en verstaanbare taal te communiceren en weet ze beginselvastheid te combineren met bereidheid tot verandering of aanpassing? Pastoraal beleid en beleidsvoerend vermogen p. 2/4

5. Responsief vermogen: de vragen die van buiten op haar afkomen weet de school te toetsen en af te wegen aan de krachtlijnen en de kwaliteit van het eigen christelijk schoolproject. Vanuit welke inzichten is de school bereid om haar specificiteit in het algemeen en de pastoraal in het bijzonder te zien in termen van groei en ontwikkeling? Hoeveel mensen zijn er op school bereid om toe te treden tot schooloverstijgende netwerken en vanuit welke motivatie engageren ze zich in organisaties die maatschappelijke en filosofische thema s opvolgen? 6. Reflecterend vermogen: de school reflecteert over haar pastorale werking en is bereid waar nodig bij te sturen en het aanbod te verdiepen Welk model hanteert de school om haar eigen krachten op het spoor te komen en te waarderen? Hoe boort ze nieuwe creatieve krachten aan, waarbij ze gebruik maakt van een creatieve verbeelding, om samen voor kinderen en jongeren extra betekenis te creëren? Hoe consequent is de school in de uitwerking van de pastoraal en de christelijke inspiratie? Dekt de vlag de lading? Op welke manier wordt er gezocht naar wegen en middelen om de eigen bijdrage van elk personeelslid aan de pastoraal te waarderen en te optimaliseren? 7. Innovatief vermogen: de school besteedt zorg aan vernieuwde vormen van pastoraal (innovatief vermogen) Uitdieping - beleid Hoe sterk is de school zich ervan bewust dat vernieuwing op het domein van de pastoraal slaat op het beter omzetten van de krachtlijnen van de pastoraal in de werking van de school? Vernieuwing komt er niet zomaar. Hoeveel aandacht is er voor recente ontwikkelingen op het gebied van het levensbeschouwelijke in de maatschappij van vandaag? Deze pijler hangt nauw samen met de vorige. In welke verwezenlijkingen kan men aflezen dat reflectie een belangrijk onderdeel heeft gevormd van elk vernieuwingsproces binnen de school? Sluit de pastoraal aan bij de beginsituatie van leerlingen en personeelsleden zodat wat aanwezig is kan groeien en bloeien? Bij hoeveel mensen is er oog voor en aansluiting bij vernieuwingstendensen op pastoraal gebied buiten de eigen kring? Zijn de prioritaire werkpunten werkbaar en haalbaar? Welke middelen worden aangewend om ervoor te zorgen dat er voldoende zorg, ruimte, tijd en planning besteed wordt aan de vernieuwing van de werking van de pastoraal? 8. Professionalisering: de school maakt werk van de professionalisering van haar teamleden, via interne als externe ondersteuning Maakt de school bij de professionalisering van de teamleden een keuze in functie van de noden en de prioriteiten en geeft ze kansen aan bepaalde initiatieven zoals pedagogische studiedagen en individuele nascholingen? Hoe probeert de school ruimte en tijd vrij te maken voor de groei van elke medewerker zodat persoonlijke ervaringen, geloof en twijfels ter sprake kunnen gebracht worden en geduid? Met welke stimuli moedigt de school haar medewerkers aan om hun persoonlijke zingeving te verdiepen? Op welke wijze stelt ze sommigen in staat om een bijzondere vorming te genieten omtrent de grondslagen van het christelijke geloven, het spirituele leven en de essentie van de christelijke geloofstraditie? Hoe zorgt de school voor voldoende bezinningsmomenten en vormingstrajecten waarbij de klemtoon ligt op de confrontatie van de personeelsleden met zichzelf en met hun diepste betrokkenheid? Pastoraal beleid en beleidsvoerend vermogen p. 3/4

Uitdieping - beleid 9. Geïntegreerd beleid: de school voert een geïntegreerd beleid Voor de ontwikkeling van een kwaliteitsvol beleid van de pastoraal op school is het bewustzijn dat binnen de school iedereen voor de realisatie van de pastoraal een verantwoordelijkheid draagt van wezenlijk belang. Op welke wijze bevordert de school dit bewustzijn? Hoe wordt de zorg voor de levensbeschouwelijke of religieuze groei en de ontwikkeling van een zingevend referentiekader bij de leerling door elke leerkracht ontwikkeld? Welke punten in de functiebeschrijving van alle personeelsleden besteden aandacht aan opdrachten die met de realisatie van de pastoraal op school te maken hebben? Via welke initiatieven wordt er gezorgd voor een transparante taakverdeling, zodat de organisatie van en de zorg voor de pastoraal voor iedereen duidelijk is? Wat zijn mogelijke effecten van een pastoraal beleid dat stoelt op een goed ontwikkeld beleidsvoerend vermogen? Het leren van de leerlingen is de kernopdracht van elke school. De katholieke school tracht haar opvoedingsideaal te funderen op een mens- en wereldbeeld dat christelijk geïnspireerd is en dat mede door de christelijke geloofstraditie haar inhoud krijgt. Dat ideaal tracht de school dagelijks te vertalen in meer concrete vormingsdoelen waar de hele school zich bewust van is en waar vooral de leerkrachten zich bij hun didactische praktijk laten door leiden. Die vormingsdoelen zijn ook referentiepunten om de effecten van onderwijs op de leerlingen na te gaan en te beoordelen. Het team en de school zijn gericht op het leren van de leerlingen in brede zin. Dat betekent in het bijzonder gerichtheid op de harmonische ontwikkeling, op het kunnen omgaan met zinvragen, op de ontwikkeling van persoonlijke zingeving en van levensbeschouwelijke en religieuze groei en ten slotte op de ontwikkeling van een christelijke levenshouding. Pastoraal beleid en beleidsvoerend vermogen p. 4/4