Gemeente Haarlem. Drs. Jur Botter, MPA. Retouradres: Stadhuis, Postbus PB Haarlem

Vergelijkbare documenten
Raadsstuk. Onderwerp Kaderstelling Sociale Basis 2020

gelezen de nota d.d., 5 december 2017, Directie/Samenleven/ Sociale Basisinfrastructuur;

Alleen activiteiten die vrij en openbaar toegankelijk zijn komen voor subsidie in aanmerking

Raadsbesluit Raadsvergadering: 1 februari 2018

Gelet op artikel 3, van de Algemene subsidieverordening gemeente Haarlem,

Aan de gemeenteraad. Uw brief van: Uw kenmerk: Ons kenmerk: Datum: 26 november 2015

Naam regeling: Algemene Subsidieverordening gemeente Zundert Citeertitel: Algemene Subsidieverordening gemeente Zundert 2011

Wonen, Welzijn, Gezondheid en Zorg

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

Advies aan de gemeenteraad

Nadere regels subsidieverstrekking gemeente Medemblik 2014

Subsidiëring innovatieve projecten algemene voorzieningen en integratie algemene voorzieningen met specialistisch aanbod

Hieronder volgen onze reacties op uw vragen.

Gemeente Haarlem, Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Wonen, Welzijn, Gezondheid en Zorg

Raadsvoorstel. Besluit om: Inleiding. Beoogd effect

Initiatiefvoorstel aan gemeenteraad

Subsidies basisinfrastructuur Sociaal Domein vanaf 2016

Raadsvoorstel. Inleiding

COLLEGEVOORSTEL. Onderwerp Verlening budgetsubsidies 2015 (2 e tranche)

Subsidieregeling Nieuwe Culturele Initiatieven. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Capelle aan den Ussel;

Raadsstuk. De vraagstelling van dit onderzoek luidt als volgt:

Subsidieregeling Inloopvoorziening(en), ontmoeting en lotgenotencontact

Flexibele subsidies 2018: Thema - Positieve Gezondheid

Onderwerp: Nota lokaal gezondheidsbeleid: Gezondheid, welzijn en welbevinden.

Onderwerp: RKC adviesbrief over tweede afdoening aanbevelingen Openbaar Groen

Bespreeknota. Vraag aan de commissie: Context / achtergrondinformatie: 1. Inleiding. Commissie Samenleving College van B&W Dilemma's dubbele subsidies

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 maart 2015 ; Subsidieverordening Maatschappelijk Innovatiefonds gemeente Ommen

Tenders Flexibele subsidies 2015: Nieuwe Vrijwilligersorganisaties

Advies aan de gemeenteraad

Raadsinformatiebrief. Kenmerk: 2019/ /6

Gemeente Haarlem. Drs. Jur Botter, MPA. Retouradres: Stadhuis, Postbus PB Haarlem

SUBSIDIEREGELING STERK ZIJN HAGENAARS MET EEN BEPERKING, DEN HAAG 2016

Raadsstuk. Onderwerp: Actualisatie financiële verordening Haarlem BBV nr: 2015/98823

REGELING BEWONERSINITIATIEVEN 2019

Wijziging Nadere regels voor subsidieverstrekking Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roosendaal;

B en W voorstel. 13int Onderwerp

: 14 april 2014 : 12 mei : dhr. G.H.J. Weierink : Onderwerp: Synchronisatieproces Planning- & controlcyclus Montfoort en IJsselstein

A. ALGEMENE BEPALINGEN

Besluit van de gemeenteraad d.d. 12 december 2011, nr. 14B/B, tot vaststelling van de Algemene subsidieverordening Tubbergen

Raadsvergadering. Onderwerp Algemene Subsidieverordening en subsidieregelingen gemeente Bunnik 2017

Flexibele subsidies 2018: Thema - Samen voor de Stad

Raadsvergadering d.d.: 25 april 2016 Agenda nr: Onderwerp: Vaststellen Algemene subsidieverordening Gemeente Valkenburg aan de Geul 2016

Raadsvoorstel. Onderwerp: Vrijwillige inzet in Velsen

Adviesaanvraag Wmo adviesraad **

Subsidieregeling Vrijwillige ondersteuning en dienstverlening

I Aan de leden van de Participatieraad

Subsidieregeling Bewonersinitiatiefgelden 201

A. ALGEMENE BEPALINGEN.

B&W Vergadering. 1. de visienotitie cliëntondersteuning sociaal domein 2017 e.v. vast te stellen;

Aan de besturen van organisaties op het terrein van welzijn, zorg, cultuur, sport en onderwijs. Dhr. J.B. de Lange

Overgangsregelingen. Amateurkunst en volkscultuur. Educatie. Jeugd en Jongeren. Maatschappelijke zorg. Ouderenorganisaties. Buurtverenigingen.

Alleen activiteiten die vrij en openbaar toegankelijk zijn komen voor subsidie in aanmerking

Flexibele subsidies 2018: Thema - Weerbaar opvoeden en competenties versterken

Subsidieregeling Participatie in de buurt Gouda 2018

1. Beslispunten 1. Het Beleidskader financiering zorg, welzijn, kunst, cultuur en toerisme Gooise Meren 2018 (bijlage 1) vast te stellen.

Subsidieregeling Opbouwwerk

Beleidsregels Algemene subsidieverordening Gouda 2003 (zoals gewijzigd op 28 november 2006)

Drs. Jur Botter, MPA. Wethouder WMO, Welzijn, Volksgezondheid, Cultuur en Vastgoed. Aan de leden van de raadscommissie ontwikkeling

VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND

Oplegvel Collegebesluit

Besluit Wij verlenen u een meerjarige subsidie voor de periode 1 januari 2019 tot en met 31 december 2022 en wel als volgt:

Aan het college van Burgemeester en Wethouders van Haarlem

Gemeente Haarlem. Retouradres; Stadhuis, Postbus PB Haarlem. Aan de leden van de commissie Samenleving

Beslisdocument college van Peel en Maas

RAADSBERICHT (voor de leden van de raad en de algemene raadscommissie)

Regeling subsidie promotie gemeente Oisterwijk 2016

Onderwerp Zaaknummer Uw kenmerk Datum tussenevaluatie subsidieverlening op grond van de Algemene Subsidieverordening

Subsidie. Bijlage 1. De definities van de categorieën zijn als volgt:

Regeling subsidie sportdeelname jeugd gemeente Oisterwijk 2016

Beslisdocument college van Peel en Maas

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Asten; Gelet op het Subsidiebeleid Welzijn en Participatie gemeente Asten ;

Algemene subsidieverordening Gemeente Werkendam 2012

Gemeente Delft. !$ -Dl Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. Gevraagde beslissing: de 'Verordening Blijverslening gemeente Delft vaststellen.

Registratienummer: GF Datum: 17 september 2013 Agendapunt: 20

Nadere regels subsidie voor het verhogen sportdeelname en bewegen onder ouderen. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING LEIDERDORP 2012

Subsidieregeling Wmo vernieuwende activiteiten Weert 2017

Notitie Subsidieverlening voor professionele organisaties in 2020 Sociale Agenda

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Verslag van de informatiebijeenkomst Uitvoeringsplan Maatschappelijk Domein Opgroeien en Ontwikkelen

f" Provincie Noord-Holland

Subsidieregeling: Doelgroepgebonden Sportstimulering

Subsidie. Bijlage 1. De definities van de categorieën zijn als volgt:

Opinienota. Onderwerp Opinienota Sociale Basis 2020

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag, gelet op artikel 5 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014,

HANDREIKING HARMONISATIE SUBSIDIEBELEID GEMEENTE EDAM-VOLENDAM

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MAASTRICHT 2015

GEMEENTEBLAD. Nr HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Met het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten:

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem

Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad,

Folder Stimuleringssubsidie

Voorstel raad en raadsbesluit

Collegebesluit. uitvoering minder gecompliceerd. N.v.t. Behandelvoorstel voor commissie Relevante eerdere besluiten

Alleen activiteiten die vrij en openbaar toegankelijk zijn komen voor subsidie in aanmerking

Flexibele subsidies 2017: Thema - Opgroeien in de buurt en zwerfjongeren

Raadsvoorstel agendapunt

Subsidieregeling Sport en bewegen

Beleidregels Sociaal Cultureel Werk 2005 (en verder)

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Langedijk heeft de nadere regels Innovatiefonds Sociaal Domein vastgesteld

Transcriptie:

Gemeente Drs. Jur Botter, MPA. Wethouder Wmo, Welzijn, Volksgezondheid, Cultuur en Vastgoed Retouradres: Stadhuis, Postbus 511 2003 PB Aan de commissie Samenleving Datum Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer E-mail Bijlage(n) Onderwerp 9 juni 2016 2016/191925 F. van Hattem 023-5113609 fdj hattem@haarlem.nl Formats per organisatie Overzicht subsidies basisinfrastructuur Geachte leden van de commissie Samenleving, Inleiding De informatienota subsidieverstrekking basisinfrastructuur 2016 tot en met 2019 (2016/46463) is op 14 april 2016 in de commissie Samenleving besproken. De commissie had opmerkingen over de beperktheid van de verstrekte informatie en over de eigen rol en verantwoordelijkheden en die van het college in het maken van afspraken over de inzet van maatschappelijke partners in de basisinfrastructuur sociaal domein. Ik heb toegezegd uitgebreidere informatie over de inzet per organisatie te verstrekken. Deze informatie is als bijlage bij deze brief gevoegd. Hierin zijn uitgebreidere beschrijvingen van de inzet opgenomen, evenals een uitgebreider overzicht aan welke doelen de inzet bijdraagt, voor welke doelgroepen en informatie over de bekendmaking van het aanbod. Daarnaast wordt in deze brief de gevolgde procedure geschetst en nader ingegaan op een aantal opmerking tijdens de commissievergadering. Kaderstelling De gemeenteraad heeft de kaders voor de inzet door maatschappelijke organisaties vastgesteld met het raadsbesluit Kaderstelling gemeentelijke vraag basisinfrastructuur 2016-2020 (2015/68952). In dit document zijn de in de Programmabegroting 2015-2019 opgenomen doelen en effecten nader uitgewerkt om een goede vraagstelling naar de maatschappelijke organisaties te kunnen doen voor hun inzet in de basisinfrastructuur van het sociaal domein. Dit is een kader stellend besluit en daarmee voorbehouden aan de gemeenteraad. De uitvoering van het besluit is een taak van het college. Het college heeft het verstrekken van subsidies, zonder bovengrens in het subsidiebedrag, gemandateerd aan de ambtelijke organisatie. Uiteraard blijft het college verantwoordelijk. Gaarne bij beantwoording ons kenmerk vermelden Stadhuis, Grote Markt 2 - Telefoon 14023

2 Uitvoering De ambtelijke organisatie heeft op basis van de door de raad vastgestelde kaders aan de maatschappelijke organisaties gevraagd met welke inzet zij kunnen bijdragen aan de doelen en effecten zoals die in het kader stellende raadsbesluit zijn vastgelegd. De organisatie hebben daarop hun prestatieplannen' ingediend bij de gemeente. De ambtelijke organisatie heeft deze prestatieplannen beoordeeld op hun (effectieve en efficiënte) bijdrage aan de doelen en effecten, maar ook op onderlinge overlap tussen of dubbele inzet bij organisaties. De beoordeling heeft plaatsgevonden door een team van medewerkers die allen betrokken zijn bij het sociaal domein breed. De accounthouder van de organisatie overlegt over het plan met een team van medewerkers van de afdelingen Wonen, welzijn, gezondheid en zorg, Jeugd, onderwijs en sport, Sociale zaken en werkgelegenheid, ondersteund door medewerkers van het Subsidiebureau en Juridische zaken. Zij hebben, ieder vanuit de eigen beleidsinvalshoek, met elkaar kritisch naar de prestatieplannen gekeken. Uit deze gesprekken zijn de nodige vragen over en aandachtspunten voor de inzet van de diverse organisaties naar voren gekomen. Deze punten zijn door de afzonderlijke accounthouders meegenomen in de verdere gesprekken met de organisaties. De resultaten daarvan zijn, na overleg met de projectleider van deze subsidies als geheel, verwerkt in de subsidieafspraken. Het maken van subsidieafspraken1 2 is vooral een proces waarin de gemeente in de persoon van de accounthouder en de organisatie, samen tot die prestatieafspraken komen die het best bijdragen aan de doelen en effecten, binnen de mogelijkheden zoals het beschikbare budget. De noodzakelijke checks en balances zitten in de rol van de beoordelingsgroep en de projectleider. Door de ambtelijke organisatie is de beoogde subsidieverlening afgestemd met de portefeuillehouder. De uitvoering van de gemaakte afspraken wordt gevolgd en besproken met de organisaties. In de Algemene Subsidieverordening zijn hiervoor bepalingen opgenomen. Bij subsidies tussen de 50- en 500-duizend euro is een tussentijdse verantwoording verplicht. Bij subsidies boven de 500-duizend euro worden maximaal drie tussentijdse rapportages gevraagd, afhankelijk van de risicoclassifïcatie van de subsidieontvanger. Nu de subsidieafspraken meeijarig zijn worden er nieuwe richtlijnen opgesteld voor het volgen en bespreken van de uitvoering van de prestatieplannen. Deze gesprekken en tussentijdse rapportages kunnen in overleg leiden tot tussentijdse aanpassingen. 1 De prestatieplannen betreffen een periode van vier jaar: 2016 tot en met 2019. Dit is vastgelegd in het collegebesluit 'Subsidies basisinfrastructuur Sociaal Domein vanaf 2016' (2014/420648) en op 11 december 2104 en 15 januari 2015 besproken met de commissie Samenleving. 2 In de Kadernota Subsidiesystematiek in (2012/113347) en de nota 'Afwegingskader Subsidiesystematiek in (2012/207540) is vastgesteld dat het instrument subsidie het meest geëigend is om afspraken te maken in dit beleidsveld.

3 Indexering Er is in de afgelopen jaren geen indexering toegepast op de subsidiebedragen en voor 2016 slechts een beperkte indexering. Hierdoor is de inzet van de organisaties ook onder druk komen te staan; er zijn immers wel kostenstijgingen voor de vaste lasten als huur, iet en personeel. Verantwoording en aanpassingen De hierboven genoemde gesprekken en tussentijdse rapportages kunnen leiden tot aanpassingen in de prestaties. Het kan zijn dat dat sommige prestaties niet de verwachte deelname of resultaten hebben en beter kunnen vervallen voor andersoortige inzet. Ook voortschrijdend inzicht (innovatie) of nieuwe ontwikkelingen in (bepaalde delen van) de stad kunnen leiden tot verschuivingen in de inzet. Dit kan in onderling overleg gedaan worden zolang de inzet blijft bijdragen aan de vastgestelde doelen en effecten. Na afloop van ieder kalenderjaar gedurende deze subsidieperiode leggen de organisaties inhoudelijk en financieel verantwoording af. De informatie over de bijdrage van de inzet van de organisaties wordt samengevat in een collegenota die na de zomer aan de commissie zal worden aangeboden3. Er is op dat moment een controlerende rol voor de gemeenteraad en mogelijk weer een kader stellende rol. Dit is ook nadrukkelijk in de eerder genoemde nota Kaderstelling gemeentelijke vraag basisinfrastructuur 2016-2020 opgenomen. De raad kan beoordelen of de uitvoering van de prestaties voldoende heeft bijgedragen aan de doelen en effecten, en de raad kan zo nodig aanpassingen doen of accenten aanbrengen in de vastgestelde doelen en effecten. Er zijn wel twee belangrijke kanttekeningen. Een directe relatie tussen de uitgevoerde prestaties en de doelen en effecten is moeilijk vast te stellen. Bij een groot deel van de prestaties wordt er, op basis van kennis en ervaring (in het land), vanuit gedaan dat deze een bijdrage leveren, maar hard bewijs hiervoor is er niet. Ook uit het proces rondom de verbetering van de indicatoren voor de programmabegroting, met een werkconferentie met de raad, bleek dat dit binnen het beleidsterrein algemene voorzieningen sociaal domein lastig vast te stellen is. De commissie Depla heeft in haar rapportage over landelijke indicatoren geen indicator op dit terrein (kunnen) opnemen. Overigens wordt door ons, en de organisaties, toegewerkt naar het verantwoorden op resultaten en effecten. Dit is echter een proces dat enige tijd in beslag neemt omdat er nieuwe dingen gemeten moeten worden en nieuwe meetinstrumenten moeten worden ontwikkeld. De tweede kanttekening is dat eventuele wijzigingen niet zo ingrijpend kunnen zijn dat de meerjarige afspraken met de organisaties in de stad in het gedrang komen, uitzonderlijke situaties daargelaten. Daarmee bedoelen we niet tussentijds geheel afscheid kunnen nemen van de volledige subsidierelatie met een organisatie; we kunnen wel het volume wijzigen en een focus op andere doelen afspreken. 3 Deze eerste nota betreft de verantwoording over de inzet in 2015. Deze inzet was gebaseerd op een eerdere kaderstelling (2013/368525).

Innovaties In de vergadering van de commissie Samenleving is ook gesproken over innovaties binnen de basisinfrastructuur. In het verstrekte overzicht staat bij een aantal subsidies vermeld dat de inzet vrijwel ongewijzigd is. Bij veel organisaties is de inzet in de vorige subsidieperiode al aangepast aan de veranderingen in het sociaal domein. En veel inzet in de basisinfrastructuur is niet aan grote veranderingen onderhevig. Huiskamerprojecten voor laagdrempelige ontmoeting, maatjesprojecten, ondersteuning van bewonersinitiatieven en peuterspeelzaalwerk zijn voorbeelden van goede inzet die gecontinueerd wordt. Hierboven is al genoemd dat binnen de prestaties waarover subsidieafspraken zijn gemaakt door de organisaties wel wordt geïnnoveerd. Binnen het buurthuiswerk wordt de inzet bijvoorbeeld meer gericht op versterken van de eigen kracht en bij het jongerenwerk wordt meer inzet gedaan op de plek waar jongeren zijn, in plaats van in accommodaties. In de kader stellende nota is een passage opgenomen over innovaties door andere partijen. Hiervoor is een uitvoeringsregeling met een subsidiebudget vastgesteld. De regeling is bedoeld om initiatieven met eenmalig geld te kunnen laten starten. Het structureel maken van die initiatieven kan alleen óf door financiering door anderen / eigen inkomsten óf door een uitruil met bestaand aanbod. Bekendheid basisinfrastructuur De commissie refereerde ook aan het Cliënttevredenheidsonderzoek Wmo maatwerkvoorzieningen in 2015. Deelnemers aan dit onderzoek gaven aan grotendeels onbekend te zijn met de algemene voorzieningen in de basisinfrastructuur. Dit onderzoek is gehouden onder mensen die een vraag (melding) hebben gedaan bij de gemeente in het kader van de Wmo. Bij het gesprek over deze vraag moeten de mogelijkheden die de algemene voorzieningen bieden een plek hebben. Dit kan verbeterd worden en daarvoor starten wij met een traject om de betrokken medewerkers en professionals hier beter voor te faciliteren (informatiemarkt). De nieuwe digitale sociale kaart speelt hierbij ook een rol. Maar vooral mensen die (nog) geen Wmo-vraag of melding hebben, maken gebruik van de basisinfrastructuur. De basisinfrastructuur zorgt ervoor dat burger in hun eigen kracht ondersteund en geholpen worden zodat zij zelfstandig, zonder vraag aan de gemeente, kunnen participeren. Op het overzicht per organisatie is apart opgenomen hoe zij hun aanbod onder de aandacht brengen. Bundeling versus versnippering Het overzicht van verstrekte subsidies leidde in de commissievergadering ook tot opmerkingen over versnippering c.q. diversiteit tegenover bundeling. Er zijn organisaties die (op andere plekken) een gelijksoortige inzet hebben. In de eerdergenoemde nota Subsidies basisinfrastructuur Sociaal Domein vanaf 2016 (2014/420648) is vastgelegd dat de gemeente doorgaat met de bestaande partners (mits de inzet positief wordt beoordeeld).

5 Wij zijn wel met onze maatschappelijk partners in gesprek omdat wij ook zien dat de manier waarop het sociaal domein georganiseerd is aan verandering onderhevig is (transformatie, sociaal wijkteams, centrum jeugd en gezin, kanteling maatwerkvoorzieningen) en dat dit ook consequenties kan hebben voor deze organisaties en hun samenwerking. Wij voeren vooralsnog geen actief beleid om organisaties samen te voegen.