Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 5 Samenvatting door een scholier 1563 woorden 18 februari 2004 4,9 26 keer beoordeeld Vak Methode Geschiedenis Pharos Hoofdstuk 5 Primair: bron door iemand geschreven die het zelf van dichtbij heeft meegemaakt. Secundair: bron door iemand geschreven die er niet zelf bij is geweest (een aantal jaren na dato) Representativiteit van bronnen: is onder andere af te leiden aan de persoon die het geschreven (primair of secundair). Standplaatsgebondenheid: je kijkt naar bepaalde situaties op basis van onder andere je: - afkomst - religie - huidskleur/ras - politieke overtuiging - tijd Verschillen tussen handel met Indonesië en andere delen van de wereld. - Indonesië was een kolonie van Nederland de andere delen van de wereld (Oostzee bijvoorbeeld) niet. - Indonesië werd bevaren door de VOC veel andere landen niet. - Was het commerciële en militaire middelpunt van de VOC - Indonesië was een vruchtbaar land. Het heeft veel grondstoffen waarvoor in het westen veel werd betaald, zoals specerijen. Economische ontwikkeling van de 16e tot de 19e eeuw. Er was verandering. Nederland heeft een grote groei in de economie gekend. In de 15e eeuw was het nog niet zo zeker dat de Noord Nederlandse gewesten zouden uitgroeien tot de vrachtvaarder van Europa. Aan het eind van de middeleeuwen waren de gebieden rondom de Middellandse Zee en de Noord-Europese steden de belangrijkste economische centra in Europa. Het https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-geschiedenis-hoofdstuk-5-14739 Pagina 1 van 5
belangrijkste punt in de lage landen was Antwerpen. De Amsterdammers gingen het in de 2e helft van de 15e eeuw anders aanpakken. Zij ontwikkelden een hele andere manier van handeldrijven. Tijdens de opstand tegen het Spaanse gezag breidde de Nedl. zeevaart zich sterk uit. De vaargebieden waren nog zeer beperkt. In het noorden lag de grens bij de Noordkaap, in het oosten bij Letland in het zuiden bij de Kanarische eilanden en in het westen bij Engeland. In 1602 oprichting van de VOC = alleenrecht op handel en scheepvaart naar het gebied ten oosten van Kaap de Goede Hoop en ten westen van de Straat Magaldhaes. In 1621 oprichting van de WIC = alleenrecht over de scheepvaart en handel met Amerika en de Westkust van Afrika (slavenhandel) In 1636 had de Nederlanden ongeveer 400 schepen in de vloot een eeuw later waren dit er 1750. Rond het midden van de 17e eeuw kwam de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden met kop en schouders boven elke nationale vloot uit. Dit was natuurlijk erg gunstig voor de economie. Een aantal dingen zijn bij dit proces van groei van belang: - Technische ontwikkelingen, bestaande schepen werden aangepast, zo kwam er onder andere de galjoot en het fluitschip. - De noordelijke Nederlanden lagen op het snijpunt van de belangrijke handelslijnen van oost naar west en van noord naar zuid. Het lag voor de hand dat het hier tot een uitwisseling van goederen zou komen. - Een derde oorzaak is de mentaliteit van de Hollandse zeevarenden. Deze waren gehard, wouden winst maken. Na de 17e eeuw nam deze macht af in het Koninkrijk der Nederlanden. De tweede helft van de 18e eeuw, tot en met de jaren rond 1800 ten tijde van de Bataafse Republiek, waren rampzalig voor de Nederlandse scheepvaart. Nederland werd hard getroffen door het continentaal stelsel. In de loop van de 19e eeuw maakt Nederland opnieuw een fase van snelle economie door. Tijdens deze ronde speelde handel en scheepvaart een grote rol. Na de val van Napoleon had Koning Willem I in levendig besef van de noodzaak tot economische vernieuwing. Een nieuw economisch beleid diende gericht te zijn op de ontwikkeling van alle hulpbronnen van het land, met name van de eigen nijverheid. = de vrijhandelsgedachte: rijke kooplui werd in staat gesteld het verloren terrein ter herwinnen bleek uiteindelijk niet te slagen. 1824 oprichting van de Nederlandsche Handel-Maatschappij= deze was bedoeld om de Nederlandse economie er weer bovenop te helpen. De NHM richtte zich voornamelijk op Indie. Men ging zich hier zo sterk op toeleggen dat er een maatregel https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-geschiedenis-hoofdstuk-5-14739 Pagina 2 van 5
van de overheid kwam: het cultuurstelsel: het Nederlandse koloniale bestuur ging zelf de organisatie van de exportproductie van Java ter hand nemen. In 1848 toen het stelsel het meest succesvol leek kwam er kritiek op van de liberalen = stelsel was uit de tijd. Na een aantal jaren durende discussie trok de Nederlandse overheid zich in 1870 terug. Inmiddels begon Nederlands zich aan te sluiten bij de ontwikkelingen die bij andere landen al veel eerder en veel heviger waren = industrialisatie. Nederland kreeg een meer centrale positie. Aan het eind van de 19e eeuw kwam de industrialisatie pas echt op gang. Handel en nijverheid profiteerde daarvan. De Nederlandse havens werden steeds meer een doorgeefluik = transitohandel (handelswaar wordt niet meer opgeslagen (zoals bij de stapelmarkt) maar gelijk doorvervoerd). De grote havens kregen dus eindelijk hun distributiefunctie terug. Rotterdam liet Amsterdam en Antwerpen achter zich doordat: - Rotterdam aan de monding van de rijn ligt - Vlakbij Engeland ligt Situatie in Indonesië qua economie (1830 1870) Indonesië werd uitgebuit door Nederland. Indonesië was de basis voor Nederland dit kwam onder andere door de NHM en het later ingestelde cultuurstelsel. Deze zorgde ervoor dat Indonesië werd geregeerd door de Nederlanders en dat deze ook de organisatie van de handel regelden. Indonesië werd zo geplunderd en de bevolking uitgebuit. Er kwam kritiek op die manier van regeren door onder andere de liberalen. Zij vonden dit uit de tijd. Wat deed de bevolking voor de kost: - voor 1800: bestond de Nederlandse bevolking voornamelijk uit boeren. En in de grotere steden ambachtslui en kooplieden, toch waren er ook een heleboel zeelieden. - 1800 1900: er kwamen steeds meer mensen in de scheepsbouw te werken en was er een lichte vorm van industrialisatie. - 1900 2000: industrialisatie zet door. Boeren worden verdrongen voor industrie. Een groot deel van de bevolking werkt ook in de industrie. Wat voor gevolgen had de industrialisering? - industrie werd belangrijker dan de agrarische sector - Handel en nijverheid profiteerden. - Hierdoor hoefde de scheepvaart niet het loodje te leggen: Engeland en Duitsland beleefde de economie ook een enorme expansie. Nederlandse havens werden steeds meer een doorgeefluik. Door de industrialisering komt ook het sociale vraagstuk naar boven. https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-geschiedenis-hoofdstuk-5-14739 Pagina 3 van 5
Wat is het sociale vraagstuk? - Door de industriële revolutie ontstond in de steden een klasse van arbeiders die zeven dagen per week twaalf en meer uren werkte. Zij woonden in bedompte en kleine woningen. Hoe keek men hier tegen aan Socialen Maatschappijhervorming, socialisten leggen de nadruk op gelijkheid. De overheid moest ordenend kunnen optreden om achtergebleven groepen te helpen. Communisten Wilden ook gelijkheid, maar dan doormiddel van een opstand van de arbeiders = dictatuur van het proletariaat. De productiemiddelen moesten in handen van de gemeenschap komen. liberalen (Geestelijk-politieke stroming die de vrijheid van het individu als hoogste goed beschouwt) waarom bemoeide zij zich met het armoede vraagstuk. Conservatief: In het klassiek liberalisme betekende dit vooral dat de overheid zich zeer terughoudend diende op te stellen; eventueel noodzakelijk ingrijpen moest bij de wet geregeld worden. Progressief: Volgens dit modern liberalisme diende de overheid de individuele vrijheid van haar burgers niet alleen te beschermen, maar ook te bevorderen. Sociale wetgeving en bescherming van zwakken in de samenleving moesten de actieve deelname van iedereen in de maatschappij garanderen. Hiertoe propageerde het liberalisme tevens het algemeen kiesrecht. Begrippen Koning Willem I: was de zoon van stadhouder Willem V. Hij werd de 1e koning van Nederland, hij wou Nederland weer opbouwen en heeft hier ook veel aan gedaan. Zo heeft hij wegen aangelegd, kanalen gegraven en ervoor gezorgd dat Nederland op de kaart kwam onder andere door middel van rijkdommen uit Indonesië. VOC: Verenigde Oost-Indische Compagnie: richtte zich voornamelijk op gebieden voorbij kaap de Goede Hoop (specerijen, etc. WIC: West-Indische Compagnie: richtte zich op Amerika en de Westkust van Afrika. (slavenhandel). Republiek der Verenigde Nederlanden: aan het eind van de 16e eeuw tot stand gekomen tijdens de Opstand tegen Spanje en met de vrede van Munster in 1648 erkend als zelfstandige staat. In de 17e eeuw beheerste de Republiek een groot deel van de wereldhandel en bouwde het een koloniaal rijk op. Op het einde van de 17e eeuw begon de invloed van de Republiek te tanen, vooral door de opkomst van de omringende landen. Met het uitroepen van de Bataafse Republiek in 1795 hield de Republiek op te bestaan. Middeleeuwen: periode van 500 tot 1500 Hanze: gebieden rond de Middellandse Zee en Noord-Europese steden Piet Hein: veroverde in naam van de WIC een Spaanse zilvervloot. Is het grootste succes van de WIC. https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-geschiedenis-hoofdstuk-5-14739 Pagina 4 van 5
Koninkrijk der Nederlanden: Nederland met aan het hoofd een staatshoofd in de vorm van een koning of koningin. Bataafse Republiek: Bataafse Republiek De Nederlandse staat tussen 1795 en 1806. In 1795 werd Nederland veroverd door een Frans. De patriotten namen de macht over van de oude regentenaristocratie en proclameerden de Bataafse Republiek; stadhouder Willem V vluchtte naar Engeland. Op 16 mei 1795 werd het Haags Verdrag gesloten waarmee de Bataafse Republiek zich in sterke mate verbond met Frankrijk. Toen Napoleon Bonaparte echter met het continentaal stelsel een blokkade tegen Engeland oprichtte wenste hij een nog grotere controle over de Nederlanden. Hij maakte de Bataafse Republiek in 1806 tot een koninkrijk onder zijn broer Lodewijk Napoleon. Napoleon: Franse heerser die ook Nederland en grote stukken van Europa voor enkele jaren in zijn macht had. Continentaal stelsel: continentaal stelsel: complex van economische maatregelen door Napoleon (1769-1821) ingesteld met het doel de handel van Engeland te vernietigen. Het handhaven van het continentaal stelsel dwong Napoleon grote delen van Europa te beheersen. Aangezien de handelsblokkade verschillende landen grote economische schade berokkende stimuleerde het continentaal stelsel het verzet tegen Frankrijk. Cultuurstelsel: stelsel ingesteld in 1848 dat ervoor zorgde dat de Nederlandse regering in Indonesië de macht kreeg over de handel die er plaatsvond. Liberalen: Geestelijk-politieke stroming die de vrijheid van het individu het belangrijkst vindt. Duitse keizerrijk: Duitse rijk tussen 1871 en 1918, uitgeroepen na Versailles na de Frans-Duitse oorlog. Eerst was Bismarck aan de macht later Keizer Wilhelm II. https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-geschiedenis-hoofdstuk-5-14739 Pagina 5 van 5