Lees het verhaal over master Roelof en slaaf Tomboy (deel 1).

Vergelijkbare documenten
Wat denken de jongens? Trek een lijn naar het denk-wolkje. Het is niet eerlijk, ik ben arm en hij is rijk. Ik wil graag vrienden blijven

een zee van tijd een zee van tijd Werkblad 17 Ω Over Indië en Suriname Ω Les 1: Van Batavia tot Jakarta Naam:

8 6 Samenwerking in de wereld. Lees het verhaal Bijna de derde Wereldoorlog.

1 De tropische regenwouden liggen.. de evenaar. 2 Nederland ligt.de evenaar. 3 Het Amazone gebied ligt. de evenaar.

Lees het verhaal over Columbus de ontdekkingsreiziger (deel 1)

3. Van wie is de kreet? 4. Wat wil Albor met het zwijntje doen?

Werkblad Meander Thema 1: Onderweg

Geschiedenis van Suriname : de slavenhandel

HANDEL LES 2. De Oostzeevaart of de Sontvaart. Aangenaam. De naam is Bicker, Jacob Bicker, directeur bij de Oostzeevaart.

8 4 Streken en klimaten

Tijd van Monniken en ridders: Het Christendom

Werkblad Meander Thema 5: Over de grens

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Wat zie jij op het plaatje? Schrijf het vehaal af. De golf was zo hoog als een. Er staan heel veel huizen onder

lo-pen bo-ten ha-len ze-ven spa-nen ko-gels ne-gen re-gen ra-ket wa-ter ka-no va-ren dra-ven ma-nen zwe-ven ho-ge

Melkweg. Wat leert je kind? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: de basisschool

Samenvatting Gouden Eeuw ABC

Werkblad 1 (Bij bladzijde 2 en 3 van het lesboek)

Klas 2: Revoluties en Slavernij

BIJLAGEN LESPAKKET 1.2

Nederland. Op welke dag is deze foto gemaakt?.. Welke bekende persoon is er altijd bij?

1 Valeria is de van Vrouwe Julia. 2 Vrouwe Julia is trouw aan. 3 Keizer Nero stuurt om Valeria te pakken

Schooljaar: 2013/2014. Groep: 7a. Makers: Jesse m, Lucas, Nikki, Näara, Nancy en Sem

Klas 2: Revoluties en Slavernij

Welke wapens worden voor het eerst gebruikt in de Eerste Wereldoorlog? 1. Geweren en gifgas. 2. Machinegeweren en gifgas. 3. Gifgas en pistolen.

Hoe ik talent voor het leven kreeg

Verhalen uit het. Midden-Oosten. naverteld door Sandra van der Stege

7.1 Slavenhandel en abolitionisme.

Naam: DE GOUDEN EEUW en Rembrandt

WERKBOEK VOOR DE DALTON-VERSIE. Dit werkboek is van:. Ik zit in groep:.

!"#$%&'&(%)*#+&,-#./##

Ria Massy. De taart van Tamid

4.1 Leven van een slaaf

Geschiedenis groep 6 Junior Einstein

Samen met Jezus op weg

Melkweg. Een dak boven je hoofd. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Wonen: Het huis

Wij slaven van Suriname

Lesbrief. Voetstappen Kader Abdolah

Samenvatting geschiedenistoets hoofdstuk 6: Een tijd van revoluties

Introductie. Havens als belangrijk knooppunt

inhoud 1. Slavernij 2. Slavernij in de oudheid 3. Europa in de middeleeuwen 4. Afrikaanse slavenhandel 5. Nederland en slavernij

Werkstuk Geschiedenis Slavernij

Naam:... 1

Suriname in de kijker

Voor jongeren in het praktijkonderwijs. Geen Amerikaanse aanval op Syrië

De ramp met de Titanic

Zwijsen. jaargroep 4. naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs. rekentrainer. jij. Bezoek alle leuke dingen. Teken de weg.

Het onze Vader. Naam:.

Boekverslag Latino King

blok 11 groep 4 Malmberg s-hertogenbosch

[Kies de datum] REDACTIETEAM 3 SLAVERNIJ. Slavernij Redactieteam 3

Ik ben Juul de giraf en ik heb gehoord dat jij je eerste communie

Jeremia 1: Vertel het door!

Jeremia 1:4-19 Vertel het door!

ZOEK HET UIT! KinderBijbelKeet-week Grote Kerk Hilversum. 28 tot en met 31 augustus. dit boekje is van:.

Schokland Werelderfgoed Kijktocht basis onderwijs

Tijd van ontdekkers en hervormers: Nieuwe tijden

Geschied- en Heemkundige Kring vzw

INHOUD. Hoofdstukken

Melkweg. Naar de dokter. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Gezondheid: De huisarts

Melkweg. Beterschap! Lezen van Alfa A naar Alfa B. Gezondheid: Het ziekenhuis

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht.

7.1 Slavenhandel en abolitionisme.

Tijd van de wereldoorlogen: De tweede wereldoorlog

Pater Damiaan. Een vriend van de melaatsen. Deze bundel is van...

Waar gebeurde het? Korte omschrijving. Lesdoel. Lesbeschrijving. Materiaal. Docentenblad

Vragen voor Sint. met werkblad, puzzels en filmpjes. groep 5/6

Inhoud blz. 1. Op reis 2. De trekschuit 3. De postkoets 4. De stoomtrein 5. De auto 6. Het vliegtuig 7. Filmpjes Pluskaarten Bronnen en foto s

Bevolkingsgroepen DOE KAART 1. Naam van het project. Als je voor deze opdracht kiest leer je meer over een bepaalde bevolkingsgroep.

Voorwoord. Rome en de Romeinen

De exodus. Foto s van het materiaal

Begrippen. mammoet Een dier uit de prehistorie. Een mammoet leek op een grote harige olifant. jagers

zeeland en slavenhandel driehoeksreizen overtocht naar Amerika.

NATIONALE HERDENKING NATIONALE VIERING

Dit Kompas is van: SEPTEMBER 2017 NUMMER 2A GOD IS RECHTVAARDIG "WIE IS GOD?" verbindt jongeren

Melkweg. Pinnen mag. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Geld

10+ verbindt jongeren. Dit Kompas is van: OKTOBER 2017 NUMMER 3B

Het leven van Kant, van Hegel

HAND-OUT STATION 1 KAARTEN. In mijn land. Onderweg naar België. In België. Hand-outs Wie ben ik? Lespakket RG 2.1 en 2.2 1

Aapjes kijken. Je leert: Je bent met je ouders op vakantie. Vandaag mag jij kiezen waar je naartoe wilt. Dat is niet zo moeilijk: naar het apenpark!

Naam:

Voor jongeren in het praktijkonderwijs. Verdriet om Nelson Mandela. gediscrimineerd door de blanke regering. Deze tijd wordt apartheid genoemd.

Tijd van regenten en vorsten: De gouden eeuw

Op Voeten en Fietsen 3

Wat weet jij over wonen? Dat ga je met je groepje opschrijven in een woordspin.

Recht op vrije meningsuiting

Je moet de Heere God liefhebben met heel je hart en ziel, met al je kracht en verstand. En je moet je naaste net zo lief hebben als jezelf.

Spreekbeurt Geschiedenis Slavernij

Driehoekshandel hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Wat kun je doen als je baby huilt? Kijk mee hoe de vader en moeder van Sam dat doen...

ZOMERBOEKJE 2. Zoek de vijf verschillen!

4 In de tekst staat: Dit is een recept voor een toetje. Weet jij wat een recept is? Kruis de goede zin aan.

Het onze Vader. Naam:

Sessie 68. Meningen over Wat Tyler. Mening in Mening Nu. Niet waar of Valt niet te zeggen

Wat vindt de ChristenUnie belangrijk. Verkiezingsprogramma in eenvoudige taal

Het geheim van Cleopatra

Lesbrief bij het boek Kiezen in de oorlog. Marte Jongbloed Roelof van der Schans

Mijn mond zat vol aarde

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

DVD speler. mobiele telefoon. verwarming. Lees de uitleg over meten. en energie meten. Zet een X bij het juiste antwoord.

Transcriptie:

Lees het verhaal over master Roelof en slaaf Tomboy (deel 1). Kijk, een schip uit Amerika, Amerika is een nu een vrij land. Zie jij de blanke jongen? Hij heet Roelof. Roelof is de zoon van de gouverneur. Dat is de baas van het eiland. Het eiland heet Sint Eustatius. Zie jij de zwarte jongen? Hij heet Tomboy. Tomboy is een slaaf. Tomboy moet altijd doen wat Roelof zegt. Het eiland is van Nederland, het jaar =1776. Wat denken de jongens? Trek een lijn naar het denk-wolkje. Het is niet eerlijk, mijn familie is slaaf. Mijn vader is de baas, dus ik ben ook de baas Waarom zijn zwarte mensen niet vrij? Vragenblok 1: Zet een X voor het juiste antwoord. 1. Van welk jaar is dit verhaal? 2. Van welk land komt het schip? Het is een verhaal van nu. Het verhaal is uit het jaar 1776. Het schip is van Sint Eustatius. Het schip komt uit Amerika. 3. Wat is een gouverneur? 4. Is Tomboy een vrij kind? Een gouverneur is de baas van een land. Een gouverneur is de baas van een slaaf. Ja, een slaaf is vrij. Nee, een slaaf mag nooit weg. 1

Lees het verhaal over master Roelof en slaaf Tomboy (deel 2). Dit is het fort van Sint Eustatia? Zie je Roelof en zijn vader?. Ze praten over het schip. Ze praten over het nieuwe land Amerika. Tomboy wil ook in het fort. Maar dat mag niet. Een slaaf mag niet in het fort. Anders krijgt hij straf, met de zweep. Vragenblok: schrijf het antwoord. Op welk eiland staat het fort? Wie mogen er wel in het fort? Wie mag niet in het fort? Waarom mag Tomboy niet in het fort? Wat denkt Tomboy? Schrijf het op. 2

Lees het verhaal over master Roelof en slaaf Tomboy (deel 3). Dit is het schip uit Amerika. De gouverneur gaat op het schip. Roelof gaat ook op het schip, super-leuk!! Tomboy wil ook op het schip uit Amerika. Zie je de man op het schip? Hij schreeuwt naar Tomboy: ga weg jij!! Hij wil geen slaaf op zijn schip. Ook in Amerika zijn zwarte mensen niet vrij. Vragenblok: schrijf het antwoord. Uit welk nieuw land komt het schip? Wie klimmen er wel op het schip? Wie mag niet op het schip? Waarom mag Tomboy niet op het schip? Wat denkt Tomboy? Schrijf het op. 3

Lees het verhaal over Suriname in het jaar 1667. Zie jij Nederland? Zie jij Suriname? Schrijf Suriname en Nederland in de vakjes. Vroeger was Nederland de baas in Suriname. In Suriname is het altijd warm weer. Er groeit koffie en katoen en suiker. Nederland haalde alles op met grote schepen. Is dat wel eerlijk? Dit is een koffie-plantage in Suriname. Er staan koffie-planten op het land. Het land is afgepakt van de indianen. De slaven doen al het werk. De boer doet niets. Wat hoort bij Nederland en Suriname? Schrijf de woorden in het juiste vakje. koud land / warm land / koffie / grote schepen / arme slaven / land afpakken Nederland Suriname 1. 1. 2. 2. 3. 3. Was Nederland eerlijk en goed voor Suriname? Leg uit. 4

Lees het verhaal over de slavenhandel. Zet een 1 in Afrika. Zet een 2 in Suriname. Kijk in de legende, wat betekenen de pijlen? = Vul in: Nederland / Suriname / Afrika. 1. was de baas in Suriname. 2. De Nederlanders haalden slaven uit 3. De slaven moesten op de boot naar Dit is een slaven-schip. De slaven hadden het heel slecht aan boord. Kijk maar op de plattegrond: prop-vol. Hoeveel slaven zijn er op dit schip? 10 100 200 meer dan 300 Zet een X voor het juiste antwoord. Waarom gingen er veel slaven dood tijdens de reis van Afrika naar Suriname? De slaven waren oud. De slaven werden ziek want er was veel te weinig plek. 5

Lees het verhaal over het leven van de slaven in Suriname. 1 De slaven hadden een slecht leven. Het werk op de plantage was zwaar en saai. 3 Als ze vluchten kregen ze straf. 2 4 en ze kregen een brand-merk. Een brandmerk is een stempel van ijzer. Het stempel ging eerst in het vuur en dan op de rug van een slaaf. Wat zie je op het plaatje? Trek een lijn naar het juiste woord. 1. 2. 3. 4. vuur-korf slaaf brand-merk slaven-baas Zet een X voor het juiste antwoord. Op een brandmerk stonden letters, weet jij waarom? Dan wist iedereen de naam van de slaaf. Dan wist iedereen wie de baas van de slaaf was. Waarom vluchten de slaven niet? Als ze vluchten hadden ze geen huis. Als ze vluchten kregen ze een zware straf. Wat vindt jij van slavernij? Slecht, want Goed, want.. 6

Lees het verhaal over Amerika (deel 1). Tussen het jaar 1600 en 1700 gingen veel mensen van Europa naar Amerika. Zet 1 bij Europa. Zet 2 bij Amerika. Er gingen ook veel Nederlands naar Amerika. De mensen gingen met de boot. De reis duurde erg lang. Op het land reisden ze met de huifkar. Er was nog geen weg, geen trein, geen huis. Engeland was toen de baas in Amerika. Lees de zin, schrijf: in 1700 of nu. in 1700 of nu Naar Amerika reis je met het vliegtuig. In Amerika zijn veel huizen en straten. De reis naar Amerika duurt wel een paar weken. In Amerika zijn veel treinen en bussen. In Amerika kun je in een hotel slapen. Kleur de huifkar 7

Lees het verhaal over Amerika (deel 2). In het jaar 1700 was Engeland de baas in Amerika. Maar de mensen in Amerika wilden een vrij land. Er was oorlog en de Engelse koning verloor. Engeland was niet meer de baas. Amerika was een vrij land. En het standbeeld van de Engelse koning?. dat gooiden de Amerikanen omver. Vul in: Engeland / Amerika. 1. In 1700 was de baas in Amerika. 2. wilde een vrij land zijn. 3. In 1776 won de oorlog van 4. Het standbeeld van de koning van werd omgegooid. Teken een nieuw standbeeld voor Amerika. 8

Lees het verhaal over herdenken. Dit is Koning Willem Alexander. Hij legt een krans bij het monument op de Dam. Op 4 mei denken we aan de oorlog. En aan de mensen die dood zijn gegaan. We willen geen oorlog: vergeet dat nooit. In Amsterdam staat nog een monument. Het is een monument voor de slaven. Als je er naar kijkt, denk je aan de slaven. Je denkt dan: dat mag nooit meer. Iedereen moet vrij zijn: vergeet dat nooit. Zet een X voor het juiste antwoord. Waar is een monument goed voor? Een monument is een mooi beeld om naar te kijken. Een monument helpt je om vroeger niet te vergeten. Waarom is er in Amsterdam een monument voor de slaven? Omdat er vroeger in Nederland ook slaven waren. Omdat Nederlanders vroeger slaven hadden, en dat mag nooit weer gebeuren. Waar denken we in Nederland aan op 4 mei? Dan denken we aan alle mensen die dood gingen in de oorlog. Dan vieren we dat er geen oorlog is in Nederland. 9