2 Noteer de letter die de plaats aanduidt van het getal op de getallenas. nr. 8



Vergelijkbare documenten
gemeenschappelijke delers: g.g.d.: Noteer de delers in het schema. Omcirkel de gemeenschappelijke delers. Kleur de g.g.d. blauw.

WISKUNDE: HERHALINGSOEFENINGEN EINDE ZESDE LEERJAAR

oefenbundeltje voor het vijfde leerjaar

Taak na blok 1 startles 8

o na blok Naam:. Klasnr.:

BRUGPAKKET 8: VLAKKE FIGUREN

0,6 = 6 / 10 0,36 = 36 / 100 0,05 = 5 /100 2,02 = 2 gehelen en 2 / 100

i TiPDenk aan de rechthoeksstrategie!

toetswijzer wiskunde curriculumdifferentiatie 6de leerjaar *De waarde van natuurlijke getallen en kommagetallen, bv = 8 D + 5 H + 6 T + 0 E

.LJj. I Me ~en en metend rekenen. I Getallenkennis. L p : vierhoeken. Wa~r staat dit in het onthoudboeki- Meetkunde. I ~~~k, 20 en 21: g.g.d.

Onthoudboekje rekenen

---9. r-: I Getallenkenni:li. Tips voor de toets. Meetkunde. Bewerldngen. Meten en metend rekenen

en delen meetlat, een passer en een geodriehoek Toepassingen

Herhalingsles 5 Meetkunde Weeroefeningen

Onthoudboekje rekenen

Rekensprong 5 boek A. Getallenkennis boek A sprong 1, 2 en 3

Herhalingsles 3 Meetkunde Weeroefeningen

Herhalingsles 1 Getallenkennis en bewerkingen 1 Weeroefeningen

Ruimtelijke oriëntatie: plaats en richting

Les 20: gelijknamige breuken, gelijkwaardige breuken en breuken vereenvoudigen

Onthoudboekje rekenen

percent = procent per cent betekent per 100.

INHOUDSTAFEL. inhoudstafel... 2

MNEMOTECHNISCHE MIDDELTJES WISKUNDE. 2de 3de graad

Naam:... Nr... SPRONG 5. a Kleur het juiste percentage van de figuren en vul in hoeveel percent er overblijft.

Naam:... Nr... SPRONG 6

TOETS SPRONG Zoek het kleinste gemeenschappelijk veelvoud van... / 2,5. 2 Zoek de grootste gemeenschappelijke deler van...

Wiskunde - getallenkennis

Soorten lijnen. Soorten rechten

HMd TMd Md HM TM M HD TD D H T E, t h d. 84 (optelling) : 4 (het aantal getallen) (het gemiddelde)

Extra oefeningen hoofdstuk 12: Omtrek - Oppervlakte - Inhoud

handleiding pagina s 687 tot Handleiding 1.1 Kopieerbladen pagina 444: tangram 2 Werkboek 3 Posters

JAARPLANNING ZO GEZEGD, ZO GEREKEND - 5 leerjaar pag. 1 / 10

Op stap naar 1 B Minimumdoelen wiskunde

Taakanalytisch Leerlingvolgsysteem. Wiskunde. Eerste tot en met vijfde leerjaar van het lager onderwijs. Gompel&Svacina. Toetsen

aantal evaluatielessen

Hoofdstuk 2 : VLAKKE FIGUREN

Deel 1: Getallenkennis

Examenplanning 5 de leerjaar Juni 2016

Deel 1: Getallenkennis

Wiskunde Leerjaar 2 - Periode 1 Meetkunde

PARATE KENNIS & VAARDIGHEDEN WISKUNDE 1 STE JAAR 1. TAALVAARDIGHEID BINNEN WISKUNDE. a) Begrippen uit de getallenleer ...

Pienter 1ASO Extra oefeningen hoofdstuk 7

Deel 1: Getallenkennis

1 Junior Wiskunde Olympiade : eerste ronde

DE basis. Wiskunde voor de lagere school. Jeroen Van Hijfte en Nathalie Vermeersch. Leuven / Den Haag

Naam:... Datum: =. 2 x 15 = =. 4 x 12 = =. 6 x 7 = =. 100 : 4 = =. 36 : 6 =.

ZESDE KLAS MEETKUNDE

Klas: Naam: Hoofdrekenen

1. rechthoek. 2. vierkant. 3. driehoek.

MEETKUNDE 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN

MEETKUNDE 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN

DE basis WISKUNDE VOOR DE LAGERE SCHOOL

aantal evaluatielessen

Deel 12 en 13 van De Wiskanjers Zorg: Curriculumdifferentiatie

5 5d o e l e n k a t e r n

I Meetkunde 4VC { Wat leerde ik? - Schaduwbeelden - Oriëntatie - kijklijnen - vraagstukken. I - Het soortelijk gew'rcht

Naam:... Nr... 5,20 5,21 5,24 5,27 5,28 5,30 5,270 5,271 5,274 5,278 5,280 1,555 1,505 6,250 6,025 0,07 0,007

handleiding pagina s 1005 tot Handleiding 1.2 Huistaken nihil 2 Werkboek 3 Posters 4 Scheurblokken bladzijden 122, 147, 150 en Cd-rom

Hoofdstuk 3: De stelling van Pythagoras

handleiding pagina s 678 tot Handleiding 1.2 Huistaken huistaak 20: bladzijde Werkboek 3 Posters 4 Scheurblokken

Wiskunde Opdrachten Vlakke figuren

TVE TIEN VRAGEN EXTENSIE LVS - VCLB WISKUNDE Midden 1ste leerjaar INSTRUCTIE BIJ VRAGEN Wiskunde Midden 1 ste leerjaar

handleiding pagina s 241 tot Handleiding 1.1 Kopieerbladen pagina 59: wandelplannen pagina 60: grondplannen constructies 2 Werkboek

handleiding pagina s 956 tot Handleiding

handleiding pagina s 434 tot Handleiding 1.2 Huistaken huistaak 12: bladzijde Werkboek

Hoe groot is de kans?

1 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde

GEOGEBRA 6 IN DE eerste graad B

11 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde

Samenvatting VWO wiskunde B H04 Meetkunde

Datum: Naam: Klas: Nr: Welk verschil bestaat er tussen een cijfer, een natuurlijk getal en een kommagetal?

2.1 Cirkel en middelloodlijn [1]

aantal evaluatielessen

1 Junior Wiskunde Olympiade : eerste ronde

Toetswijzer examen Cool 2.1

2015 Voorronde Vragenbundel voor het 5 leerjaar

Jaaroverzicht Kompas zesde leerjaar

Wiskunde Leerjaar 2 - Periode 1 Meetkunde

Uitwerkingen wizprof D = = B 6 ronden duren 6 minuten en 66 seconden, dus 7 minuten en 6 seconden.

Je mag niet cijferen en geen zakrekenmachine gebruiken. Je krijgt 5 minuten tijd om de oefeningen te maken. Je mag tussenuitkomsten noteren.

Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : tweede ronde

Vl. M. Nadruk verboden 1

6 NEUZE-NEUZEBOEK REKENSPRONG. leerlijnen: Eric De Witte. Raf Lemmens. Paul Nijs. Hilde Van Iseghem. Viv Vingerhoets. Eric De Witte.

Datum: Naam: Klas: Nr: Welk verschil bestaat er tussen een cijfer, een natuurlijk getal en een kommagetal?

Hoofdstuk 4: Meetkunde

Niveauproef wiskunde voor AAV

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : eerste ronde

1 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde

Herhalingsles 2 Meetkunde 1 Weeroefeningen

1 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde

Oefentoets Versie A. Vak: Wiskunde Onderwerp: Meetkunde Leerjaar: 1 (2017/2018) Periode: 3

-----~8. GetaUenkennis Wat leerde ik? - Breuken: herhaling en inoefening - Romeinse djfers. Meetkunde Wat leerde ik?

Beste Curriculumdifferentiatie-gebruiker,

5 NEUZE-NEUZEBOEK REKENSPRONG. René De Cock. Raf Lemmens. Paul Nijs. Eric De Witte. Eline Govaert. Hilde Van Iseghem. Martien Hendrix.

2.1 Bewerkingen [1] Video Geschiedenis van het rekenen ( 15 x 3 = 45

Hoofdstuk 7 : Gelijkvormige figuren

1 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde . (D)

4 Jaarplan. 1 Leerplan

Transcriptie:

Toetswijzer extra Naam : Klasnr: Getallenkennis 1 Noteer de getallen met cijfers nrs 6,7,19,en 20 5,9 miljoen vierhonderd en tien duizendste 2 Noteer de letter die de plaats aanduidt van het getal op de getallenas nr 8 0 a b c d 1 miljoen e f g h 2 miljoen i 2,2 miljoen : 1 400 000 : 3 Kleur het cirkeltje bij het getal met de grootste waarde 7 998,099 7 989,909 7 899,999 nrs 6 en 19 O O O 4 Noteer 5/8 van 1000 = 4/5 van 75 = nr 17 5 A B Noteer hoe lang 2/3 van het lijnstuk [AB] is nr 17 2/3 van het lijnstuk [AB] = cm 6 1 Voor de streep staat een breuk Noteer die breuk op de juiste plaats in de rij van de breuken nr 112 9 9 9 9 9 4 3 6 8 10

7 Noteer met de eenvoudigste breuk welk deel van het geheel gekleurd is nr 17 8 Vul in 30 % van 750 = van 750 = nr 24 60 % van 75,5 = van 75,5 = 9 Teken een figuur die 25 % groter is dan de gegeven rechthoek nr 23 10 Noteer de delers in een T-vorm Noteer de gemeenschappelijke delers en duid de grootste gemeenschappelijke deler aan nrs 26 en 27 van 16 en 24 16 24 Gemeenschappelijke delers : ggd : 2

11 Noteer de ggd van 9 en 27 = van 21 en 35 = nrs 26 en 27 12 Noteer de veelvouden in het schema Omcirkel de gemeenschappelijke veelvouden Kleur het kgv blauw nrs 32 en 33 5 7 13 Noteer het kgv Van 5 en 8 = Van 4 en 6 = nrs 32 en 33 14 Noteer het kommagetal op de getallenas Noteer het dan als percent en als een breuk (eenvoudigste vorm) 0 1 0,375 = % = 15 Vul de kleinst mogelijke getallen in 14 op 70 is op 15 op 100 is op nr 14 16 Noteer : 20 % van 250 is 250 : = 12,5 % van 480 is 480 : = nr 24 17 Noteer de eenvoudigste breuk Noteer het kommagetal nr 14 0, 625 = 3/5 = 0,80 = 375/1000 = 3

18 Vul op elke stip en cijfer in 2 765 43 : 4 rest 2 nrs 28, 29, 30 7 654 3 : 25 rest 21 7 654 3 : 100 rest 78 19 a Vul de rest in Het quotiënt van 541 733 : 3 = 180 577 rest is nr 31 b Vul op de stip een cijfer in zodat het getal deelbaar is door 9 7 51 623 20 Werk uit Noteer de eenvoudigste breuk Nrs 58, 59, 60, 6 2 61, 62, 64 : 3 = x 3 = 7 9 1 1 1 3 - = + = 6 8 4 8 21 Boer Janus verdeelt een weiland in 4 percelen bouwgrond Perceel A is 1/2 van de totale oppervlakte en is 3 000 m² nrs 13, 58 Perceel B is 1/3 van de totale oppervlakte De percelen C en D zijn even groot Teken en bereken de oppervlakte van elk perceel bouwgrond Noteer bij elk deel de breuken met dezelfde noemer totale oppervlakte oppervlakte perceel B oppervlakte percelen C en D : : : 4

Bewerkingen 22 Kleur het cirkeltje bij de proef op de optelling 178 236 + 52 414 = 230 650 nr 72, 73 O 230 650-52 414 = O 230 650 + 52 414 = O 178 236-52 414 = O 230 650 + 178 236 = 23 Vul de ontbrekende getallen in 740 : 5 = 74 x 23 756-2 456 = 23 300-2,5 x 24 = 10 x nr 38 24 Reken cijferend uit Duid de waarde van de rest aan Tot op 0,01 nauwkeurig 76 195,43 : 407 = nr 79 rest O 0,96 O 9,6 O 96 25 Reken uit het hoofd Je mag tussenuitkomsten noteren nrs 38, 57, 0,1 x 25 = 66, 71 9,7 + 0, 6 = 4 x 8 x 1,25 x 5 = 336 : 3 = 0,7-0,003 = 357 + 469 + 43 = 6/8 van 56 = 43,7 + 2,006 = 133 : 7 = 99 x 13 = 7 350 : 50 = 607-324 = 598 + 43 = 3,86-0,55 = 5

26 Los cijferend op 0, 278 + 316,86 + 94 527 = 70 310-3 427,43 = 8 626,35 : 15 = 372 x 4,3 = nrs72, 73, 75, 79 27 Noteer de komma op de juiste plaats in het product 23,7 x 4,86 = 1 1 6 1 5 4 nr 75 28 Het verschil van twee getallen is 32 817 en de aftrekker is 21 385 Zoek het aftrektal nrs 72,73 6

29 Om op bosklas te gaan, koopt mama stevige stapschoenen voor Arne Met haar volle klantenkaart krijgt ze 30 % korting nr 24 De normale prijs van die schoenen is 120 euro Hoeveel betaalt mama voor de schoenen van Arne? 30 13 balpennen kosten 52 Vul de tabel aan nr 245 balpen 1 13 15 euro 52 104 31 Een arbeidster verdient 27 euro per uur bruto Zij werkt 8 uren per dag en dat gedurende 5 dagen per week nrs 24 en 38 Wat is het bruto weekloon van de arbeidster? Ze betaalt 40 % van haar loon voor belastingen en onkosten Hoeveel houdt ze over van haar weekloon? 32 Een groentehandelaar koopt op de veiling 60 bloemkolen tegen 1,50 per stuk Op de markt verkoopt hij ze allemaal met 0,50 winst per stuk Wat is de totale winst? 33 Van een som geld krijgt Hanne 1/4 deel, Koen 1/2 en Peter de rest, namelijk 150 Hoeveel krijgt Hanne? 7

34 Bereken de gemiddelde snelheid 45 km in 15 min = km per uur nrs 38, 245 270 km in 3 uur = km per uur Bereken de tijd of afstand Oom rijdt gemiddeld 80 km per uur met zijn wagen Na 15 min rijdt hij km 100 km rijdt hij in 35 Drie leerlingen verzamelen knikkers Gemiddeld hebben ze er 177 Hoeveel hebben ze er samen? 36 Zaterdag gaat Marie bij oma en opa op bezoek Voor de bus betaalt ze heen en terug 3 euro Ze koopt een ruiker bloemen voor 12,30 euro Voor onderweg koopt ze een flesje water en een koffiekoek Ze houdt 2,55 euro over van 20 euro Hoeveel kosten het water en de koffiekoek? 37 Op de boekenbeurs kocht Eva 3 leesboeken van 12,95 euro, 2 kookboekjes van 9,95 en een strip van 4,15 euro Nr 36 Bereken hoeveel Eva ongeveer betaalde voor die boeken 8

Meten en metend rekenen 38 Kleur het cirkeltje bij de figuur waarvan de oppervlakte van het vierkant de helft is nrs89, 90, 91 O O O 39 Noteer welke afmetingen een rechthoek met 24 cm² kan hebben nrs89, 90, 91 x x x x 40 Teken een vierkant, een driehoek en een parallellogram van 9 cm² nrs89, 90, 91 9

41 Vul het passende maatgetal in 3 m³ = dm³ nr 104 23 000 cm³ = dm³ 47 dm³ = m³ 5,2 dm³ = cm³ 42 Vul in wat ontbreekt 375 g = kg 1 m = 3/4 m + 25 nrs 83, 103, 0,028 = 28 mm 3 cl + 1 dl + 9 cl = l 110, 116 Een potlood is ongeveer 18 lang Noor drinkt elke dag 4 glazen fruitsap of ongeveer 1 43 Teken de hoeken en schrijf erbij welke soort hoek het is 80 105 nrs 127 en 129 44 Teken een ruit waarvan de diagonalen 7 cm en 3 cm zijn nr 135 10

45 KETNET 0700 Kinderprogramma s 0930 Disney Festival 0950 Peperbollen 1020 Spetter 1030 Disney s The Emperor 1050 Circus 1125 Robbedoes en Kwabbernoot 1150 Karrewiet 1800 Amika 1845 Eliot Kid 1855 Kulderzipken 1920 Karrewiet 1930 6tien 2000 Het jounaal 2010 Panorama Mumbai inder vuur 2100 Beroep : astronaut 2210 Iets met boeken Boekenmagazine met Jan Leyers 2305 De keien van de Wetstraat Politieke duiding 2335 Extra Time Noteer een programma dat juist 25 min duurt nr 1152 Het is 21 uur 43 min, het is nog min te vroeg voordat Iets met boeken begint 46 Noteer het passende schrikkeljaar Het eerste schrikkeljaar na 2 061 is nr 112 Noteer de passende eeuw waarin de jaartallen liggen Eerste wereldoorlog 1914-1918 : eeuw In 1658 werd het eerste bankbiljet uitgegeven : eeuw 47 De juffen, de meester en de leerlingen doen samen inkopen voor het kerstfeest in de klas : 5 flessen chocomelk aan 1,45 euro per fles 2 zakjes kerststerretjes aan 2,50 euro per zakje 3 cakes voor 21 euro Hoeveel krijgen ze terug als ze betalen met een biljet van 20 euro, één van 10 euro en één van 5 euro? 11

Meetkunde 48 Hoe lang is de zijde van de kubus die je bouwt met 64 blokjes één? nr 123 cm 49 Kleur het cirkeltje bij de juiste uitspraken O is een vierhoek O er zijn minstens 2 evenwijdige zijden O de hoeken zijn allemaal even groot O ik kan de figuur verdelen in 2 gelijke driehoeken O de diagonalen snijden elkaar middendoor O de diagonalen staan loodrecht op elkaar nr 139 50 Noteer het nummer van de figuren in de kolom met de meest passende naam nr 132 1 2 3 4 5 6 veelhoek vierhoek trapezium parallellogram ruit rechthoek vierkant 51 Vul in Een vierhoek met vier rechte hoeken en vier even lange zijden nr 132 is een Een rechthoek met vier even lange zijden is een Een parallellogram met vier rechte hoeken is een 12

52 Teken een rechthoekig trapezium : grote basis 7 cm, kleine basis 5 cm en hoogte 4 cm nrs 136 en 137 Teken een ruit : de kleine diagonaal is 3cm, de grote diagonaal is het dubbele daarvan 53 Duid op de cirkel het middelpunt P aan Overtrek de cirkelomtrek met groen nr 153 Trek de diameter RS met blauw De diameter meet cm Trek de straal PK met blauw De straal meet cm 13

54 Kleur het cirkeltje bij elke naam die past bij de figuren O vierhoek O parallellogram O ruit O veelhoek O vierkant O trapezium O rechthoek nrs131, 132, 139 O vierhoek O parallellogram O ruit O veelhoek O vierkant O trapezium O rechthoek 55 Kleur het cirkeltje bij de uitspraken die juist zijn O Een ruit heeft altijd vier rechte hoeken O In een rechthoek, een vierkant en een ruit snijden de diagonalen elkaar middendoor O In een gelijkbenig trapezium zijn de diagonalen even lang en staan ze loodrecht op elkaar O Een parallellogram heeft altijd 2 scherpe en 2 stompe hoeken O In een vierkant staan de diagonalen altijd loodrecht op elkaar en zijn ze even lang nr 139 56 Teken een vierhoek waarvan de diagonalen niet even lang zijn, niet loodrecht op elkaar staan, maar wel elkaar middendoor nr 139 snijden 14