Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 5 Samenvatting door een scholier 2342 woorden 16 maart 2003 7,4 33 keer beoordeeld Vak Methode Geschiedenis Sprekend verleden Geschiedenis, 5 Democratie en de ismen: begrippen blijven hun inhoud verandert Macht is het vermogen om iets te doen, het heeft te maken met betrekkingen tussen mensen, het gaat in een staat om mensen met meer en mensen met minder macht. Macht is ook in de democratie niet eerlijk verdeeld, niet iedereen heeft dezelfde: - Mogelijkheden om macht uit te oefenen - Vaardigheden om van de bestaande mogelijkheden gebruik te maken - Wil om de mogelijkheden te benutten Democratie, komt uit het Griekse demos (volk) en kratos (macht) Democratie is een regeringsvorm waarbij mensen het recht hebben hun eigen regering te keizen en hun staat naar eigen inzicht in te richten, mits de burgers hun grondwet houden. Essentiële kenmerken van een parlementaire democratie: - Degene die de macht uit oefenen ontlenen deze aan het volk en zijn dus ook verantwoording schuldig aan het volk - De macht word beperkt doordat de regering zich moet houden aan grondrechten die vastgelegd zijn in een grondwet onafhankelijke rechters zien toe op de naleving hiervan - Iedere burger heeft het recht om mee te beslissen Volksdemocratie, is een misleidend in het woord democratie zit al volk het is alleen maar meer misleidend omdat het niks te maken heeft met een democratie ( dit komt uit oost europa het is ontstaan tijdens de periode van het communisme en heeft helemaal niks te maken met een echt democratie of stem van het volk) De aanvullende kenmerken van een parlementaire democratie (tot deze kenmerken behoren een aantal grondrechten): * Vrijheid om te denken, te geloven, te zeggen en te schrijven wat men wil: - recht op eigen godsdienst, deze te onderwijzen en met andere te beleven https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-geschiedenis-hoofdstuk-5-9186 Pagina 1 van 7
- iedereen mag zijn mening uiten op welke manier dan ook, dat betekend niet dat je iemand zomaar vals mag beschuldigen of beledigen - vrijheid van journalistiek (zonder censuur) - gelijke kansen voor elke groepering om zijn mening te kunnen verspreiden * gelijkheid voor iedereen bij de wet: - iedereen wordt gelijk behandeld ondanks afkomst e.d. - iedereen heeft vanaf een bepaalde leeftijd recht om te kiezen of gekozen te worden * recht op bescherming privé-leven en bezit: - de overheid mag iemand niet gevangen zetten zonder dat er een openbare rechtszaak heeft plaatsgevonden - de rechtsprekende macht is onafhankelijk van de overheid - iedereen heeft recht op privé-leven de overheid mag niet zomaar iemands huis binnenbaan, brieven openen of telefoon afluisteren - de overheid mag alleen onteigenen tegen vergoeding * vrije verkiezingen in een twee of meer paartijen stelsel * recht op een menswaardig bestaan * bereidheid om compromissen te sluiten en rekening te houden met groepen die in de minderheid zijn * vertrouwen van de bevolking in de parlementaire democratie: - de belangstelling van de bevolking om politieke ontwikkelingen via de media te volgen - de bereidheid om deel te nemen aan politieke besluitvorming vormen van democratie: - directe democratie - indirecte democratie (repententatieve) - gemengde democratie Evenredige vertegenwoordiging en districten stelsel. Voorgeschiedenis van de democratie in Europa. Het begrip democratie ontstond in de Griekse stad Athene in de 6e eeuw v. Chr. Het hield in dat alle belangrijke beslissingen moesten worden genomen in de volksvergadering, die bestond uit alle mannelijke Atheners. Bij de Romeinen maakte je alleen kans tot de volksvertegenwoordiging als je heel rijk was. In de middeleeuwen ontstond in veel Europese staten een regeringsvorm waarin de vorst zijn macht niet aan god maar aan het volk ontleende. Engeland was een uitzondering de republiek. 1215 de Engelse koning werd verplicht de Magna Carta te tekenen waardoor zijn macht werd beperkt ( ook de koning moest nu de wetten gehoorzamen ) later die eeuw kwam er een parlement deze had nog niet veel inbreng pas toen de Bill of rigths er kwam 1689 kreeg het parlement de meeste macht. In 1581 scheidde de Nederlandse republiek zich af van het Spaanse rijk het plakkaat zorgde ervoor dat de burgers het gezag van de koning mochten ondermijnen als hij handelde tegen god zijn gebod. In het nieuwe politieke systeem regeerde regenten (wederom de rijke) de patriotten gaan strijden tegen de https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-geschiedenis-hoofdstuk-5-9186 Pagina 2 van 7
regenten tijdens de oorlog tegen Engeland zij werden de pro Engelse Oranje klanten genoemd zij streden om ook de gegoede burgers mee te laten beslissen. Verlichting => Franse revolutie zorgde voor uitbreiding van de grondrechten: - grondwet waarin bepaalde grondrechten werden vastgelegd (verklaring van de rechten v.d. mens) - regeringen die hun beleid aan het parlement moest voorleggen en algemene verkiezingen voor deze parlementen in de 19e eeuw raakten de democraten verdeeld over verschillende stromen en partijen er ontstonden verschillende stromingen omdat er verschillende ideeën ontstonden over het organiseren van de democratie: conservatisme, liberalisme, nationalisme, socialisme, communisme en feminisme. Door de Franse revolutie kwam er een verschuiving van macht. Congres van Wenen vanaf september 1814 tot juni 1815 ze kwamen bijeen om de macht verdeling in Europa opnieuw te ordenen de beslissingen werden genomen door de overwinnaars van Napoleon die bepaalde dat alles zoveel mogelijk weer moest worden als voor de Franse revolutie alleen Frankrijk, Zweden, Nederland, Bijeren en Noorwegen kregen een grondwet. Conservatisme ontstond doordat mensen waren afgeschrokken door de revolutie ze wilde weer terug naar de oude situatie, pessimistische kijk op de mens, ze geloven niet dat de mens van naturen goed is ze gaan van het volgende uit: - de mens is geneigd tot het kwade zij zal altijd hare eigen belang nastreven ten koste van andere. Daarom is een sterk gezag nodig om het algemeen belang te beschermen - iedereen heeft een vaste plaats in de samenleving de regering is om hen daar te houden - de maatschappij is stap voor stap uit het verleden gegroeid we moeten rekening houden met het verleden - grote snelle veranderingen in de samenleving zijn tot mislukking gedoemd volgens de conservatieven was de regering er niet om de standen op te heffen maar om deze harmonies samen te laten leven. Eerste helft van de 19e eeuw verdedigde de conservatieven de macht van de vorst, in de 2e helft van de 19e eeuw werden twee andere kwesties belangrijk: uitbreiding van het kiesrecht en de sociale kwestie, liberalen en socialen waren hiervoor conservatieven ertegen (want zij vonden dat de macht op god moest terug gebracht moest kunnen worden) ook vonden zij dat je je het lot van de zwakken moest aantrekken anders dan de liberalen en socialisten Conservatisme in de 20e eeuw, het word kreeg een negatieve betekenis niemand durfde mee conservatief te zijn t zou ouderwets zijn alleen Engeland bleef een conservatieve partij houden, de toestroom naar andere partijen was groot omdat de verschillen steeds kleiner werden tussen de verschillende stromingen. https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-geschiedenis-hoofdstuk-5-9186 Pagina 3 van 7
De nieuwe ideeën van de conservatieven waren: - de parlementaire democratie is waardevol, de macht moet berusten bij het parlement, en algemeen kiesrecht moet er ook komen - zij erkennen de rechten van de arbeiders maar vinden plichten daar tegenover erg belangrijk tegen over het conservatisme kan het radicalisme worden geplaatst onder het radicalisme word het streven verstaan snel en grondig veranderingen aan te brengen als ontwikkelingen in de samenleving daartoe aanleiding geven; radicalisme kan zich naar twee kanten uiten: ontwikkelingen in de samenleving stimuleren of zich er vel tegen keren. Het radicalisme komt voort uit een sterk ongenoegen over wat er in de samenleving gaande is. Radicalen zijn weinig tot compromissen bereid, maar werken binnen democratische kaders. Naast de radicalen heb je ook ultra radicalen zij geloven niet in de democratie en schuwen niet om geweld te gebruiken. Het bekendste voorbeeld van zo n groep is de Duitse Rote Armee Fraktion (RAF) die de afgelopen jaren verschillende (moord)aanslagen heeft gepleegd Anarchisme, anarchie betekend letterlijk zonder regering zonder bestuur anarchisten willen twee dingen (een vb. van een anarchist Michael Bakoenin 1814-1876): - de mens moet zich bij alles wat hij denkt of doet zich laten leiden door zijn eigen oordeel en niet iets doen of een mening hebben omdat iemand dat ook vind - de mens moet zo veel mogelijk de vrijheid van andere mensen erkennen het publiek is bezittelijk zo is de fabriek van de arbeiders die er werken, de mens moet zo min mogelijk gebonden zijn aan regels, gewoonten of opvattingen. Ook streven anarchisten naar afschaffing van de staat. Zij zijn een voorstander van het kiezen van afgevaardigden die elk moment afzetbaar zijn. Om zo te bereiken dat de burgers zo groot mogelijk inspraak hebben. Liberalisme het ontstond als stroming in de eerste helft van de 19e eeuw het kwam voort uit ideeën voort van de 18e eeuwse verlichters (Montesquieu, Rousseau, Adam Smith) Het liberalisme wil vrijheid voor de individu op alle gebieden (economisch, politiek, godsdienstig enz.): - vrijheid van handel productie en arbeid - vrijheid om je eigen belang na te streven - volkssoevereiniteit: grondwet parlement en uitbreiding van het kiesrecht het liberale principe van vrijheid voor het individu leidde tot de opvatting dat de staat zo weinig mogelijk moest ingrijpen in het leven van de burgers en zich daarom zich moest beperken tot slechts drie taken: - de burgers beschermen tegen buitenlandse vijanden - de binnenlandse rechtsorde handhaven - en openbare werken uitvoeren (zo de burgers gelegenheid te geven voor handel) de staat mocht wel belasting heffen om deze taken te kunnen vervullen. https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-geschiedenis-hoofdstuk-5-9186 Pagina 4 van 7
Het liberale principe van vrijheid werd verder nog in de praktijk gebracht, doordat de liberalen zich in het bijzonder inspanden voor: - vrijheid van godsdienst en dus van scheiding van kerk en staat - afschaffing van de censuur vrijheid van mening en drukpers - vrijheid voor wetenschap en kunst - afschaffing van de slavernij liberalisme valt na 1870 uiteen in conservatief en radicaal liberalisme veel liberalen kregen het idee dat hun opvatting over de regering als nachtwaker in een nachtwakerstaat aan herziening toe was. Omdat de maatschappij zo ingewikkeld geworden was, moest de overheid meer taken op zich gaan nemen, vb. onderwijs, openbare nutsvoorzieningen, huisvesting en gezondheidszorg. Ook vonden zij dat de staat de zwakken tegen uitbuiting moest beschermen. Zij waren dus voorstanders van een zekere vorm van sociale wetgeving, deze liberalen werden radicaal genoemd. De liberalen die aan het oude beleid vast hielden werden conservatief genoemd. Hedendaags conservatief en radicaal liberalisme, liberalisme streeft voor individualisering en privatisering de burgers moesten tegen de macht van de staat beschermt worden. Daarom hechten zij grote waarde aan toezicht op de handhaving ervan door internationale mensenrechten organisaties. De conservatieven liberalen vinden nu even als de radicalen dat de overheid een zekere verantwoordelijkheid heeft ten opzichte van de zwakkere groepen in de samenleving Revolutie van de arbeiders was volgens Marx logisch deze hadden toch niets te verliezen volgens Marx kon je de daden van de mens begrijpen door er vanuit te gaan dat iedereen altijd eerst strijd voor genoeg voedsel en bezit en dan pas gaat nadenken Socialisme, het ideaal dat de gemeenschap alle, of in ieder geval de belangrijke productiemiddelen in handen heeft en via vertegenwoordiging beheert Kritiek op Marx: - de armen zijn niet steeds armer geworden - de regering is anders dan marx zij vanzelf sociale wetgeving gaan maken - de revolutie is juist niet uit gebroken in de westerse landen zoals Marx had voorspelt eerst te gebeuren maar juist wel in landen als China en Rusland - de regering speelt niet altijd zo n overheersende rol als Marx aangaf Marxistische partijen herzien de leer van Marx, aan het einde van de 19e eeuw kozen alle marxistische west-europese partijen de weg van de parlementaire democratie het werd evolutie in plaats van revolutie deze gedachte gang word revisionisme genoemd Het marxisme-lenisnisme, in west Europa bleven slecht kleine groepen in de leer van Marx geloven. In https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-geschiedenis-hoofdstuk-5-9186 Pagina 5 van 7
Rusland lag dat anders daar ontstond deze nieuwe stroming die de richtlijn werden voor het communisme aparte kenmerken van deze leer zijn: - revolutie ontstaat niet vanzelf - geen massa partij maar een klein goed gereorganiseerde partij - om je doel te kunnen bereiken moet je af en toe een stapje terug doen - imperialisme en kapitalisme waren tijdelijk wel handig om wat geld bij elkaar te krijgen de invloed van het Marxisme: - sinds het begin van de 19e eeuw zijn er in de parlementaire democratieën socialistische vak verengingen en partijen tot stand gekomen door hun acties zijn er in de loop der jaren veel hervormingen uitgebracht - ook Marx zag in dat door de bouw van fabrieken de welvaart kon worden verhoogd - ook uiting van cultuur is het marxisme erg belangrijk - Marx heeft er voor gezorgd dat armoede niet meer als iets natuurlijks word gezien Eerste helft 19e eeuw was er nog geen behoefte aan confessionele partijen want deze voelde zich nog goed vertegenwoordigd door de huidige conservatieven partijen tweede helft van de 19e eeuw verdwenen de conservatieven steeds meer uit de politiek de liberalen kregen steeds meer macht als gevolg hiervan ontstonden er einde 19e eeuw confessionele partijen Rerum novarum paus pius IX gedachte over politiek e.d. zo kon arm en rijk niet zonder elkaar Christen democraten na WO II toen ontstonden er een aantal belangrijke veranderingen: - katholieke partijen maakte zich gedeeltelijk los van de kerk - ook versmolten protestanten en katholieke partijen tot algemeen christelijk - christen-democraten werd de nieuwe term gelovig maar toch ook democratisch - christelijke beginselen werden aangehouden feminisme, einde 19e eeuw ook vrouwen gingen rechten opeisen. Aletta Jacobs was bekend in Nederland als het gaat om het strijden voor de rechten van de vrouw, alles moest gelijk worden voor man en vrouw Jeanne d Arc zij had in een visioen van god de opdracht ten gunste van de koning in te grijpen in de 100 jarige oorlog met Engeland dit was in 1429 ze had de Franse bijna van Engeland verlost toen het hof besloot dat hun gel beter naar feest vieren kon dan naar oorlog voeren maar toch is zij zelfs vandaag de dag nog de heldin van Frankrijk Het ontstaan van het nationalisme: een algemene definitie van het woord is het gevoel van samenhorigheid van een groep mensen die samen een staat vormen of willen vormen voor dat gevoel van saamhorigheid zijn enkele voorwaarde noodzakelijk: - besef over gemeenschappelijke ervaringen te bezitten - het besef gemeenschappelijke belangen te hebben Het nationalisme groeit sterk in de eerste helft van de 19e eeuw omdat de standenstaat nog niet zolang https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-geschiedenis-hoofdstuk-5-9186 Pagina 6 van 7
geleden was afgeschaft en het volk meer overeenkomsten met land genoten ging zien en zo een eenheid ging vormen. Emanciperend nationalisme, vooruitstrevend nationalisme de bevolking moest zelf gaan kiezen wie hun land ging besturen In de tweede helft 19e eeuw ontstond een nieuwe vorm van nationalisme: het staatsnationalisme dit is dat alle leden van een volk streven zich te verenigen en tot een eenheid te worden. Doorvoor is het nodig dat iedereen zich binnen de staat grenzen zich dan al niet gedwongen tot de gemeenschappelijke cultuur bekeerd. Emanciperend nationalisme in Europa leid tot verbrokkeling burgeroorlog en oorlog bij het uiteenvallen van de Sovjet Unie heeft het emanciperend nationalisme geleid tot het ontstaan van 15 staten dit soort bewegingen zorgen altijd voor uiteenval in verschillende delen Emanciperende en staatsnationalisme in de niet westerse wereld, de koloniën wilde weer de baas zijn over hun eigen land de kolonisten hadden hier wel begrip voor en na WO II waren de koloniën bijna allemaal weer in eigendom van de oorspronkelijke bewoners. https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-geschiedenis-hoofdstuk-5-9186 Pagina 7 van 7