14950/18 gys/gra/fb 1 LIFE.1.B

Vergelijkbare documenten
a) Titel voorstel Een duurzame bio-economie voor Europa: versterking van de verbinding tussen economie, samenleving en milieu

Tweede Kamer der Staten-Generaal

5627/19 ons/gra/cg 1 LIFE.1

Het beleid voor Plattelandsontwikkeling na 2013

BIJLAGE. bij. Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad. tot vaststelling van het InvestEU-programma

6133/16 pro/pau/mt 1 DG B LIMITE NL

Samenvatting van de partnerschapsovereenkomst voor Nederland,

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 april 2014 (OR. en) 9026/14 JEUN 65 SOC 299

BIJLAGE. bij MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

5805/19 1 LIFE. Raad van de Europese Unie. Brussel, 11 februari 2019 (OR. en) 5805/19 PV CONS 4 AGRI 38 PECHE 37

RECHTSGROND OPDRACHT EN PRIORITEITEN

7482/1/19 REV 1 dep/sv 1 LIFE.1

8273/1/18 REV 1 dui/ass/sv 1 DG E 1C

11265/19 1 LIFE. Raad van de Europese Unie. Brussel, 23 juli 2019 (OR. en) 11265/19 PV CONS 42 AGRI 393 PECHE 332

8301/18 van/pau/sl 1 DG E 1C

Hierbij gaan voor de delegaties de conclusies die de Europese Raad op bovengenoemde bijeenkomst heeft aangenomen.

vooruitgang met financieringsinstrumenten vanuit ESI-fondsen Het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling Financieringsinstrumenten

Fiche 6: Mededeling Een snellere overgang van Europa naar een koolstofarme economie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

EIR 2019: Selectie van de belangrijkste feiten over de stand van de uitvoering van de milieuwetgeving in Europa

Voor de delegaties gaat hierbij de in hoofde genoemde oriënterende nota met het oog op de zitting van de Raad (Epsco) op 8 juli 2019.

Niet-wetgeving 12831/19 + COR 1

Bio-economie en circulaire economie

NOTA het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties Gezamenlijke conclusies van de Jeugdconferentie van de EU (Dublin, maart 2013)

WOENSDAG 5 DECEMBER 2007 (10.00 uur): WERKGELEGENHEID EN SOCIAAL BELEID

NATUUR EN BIODIVERSITEIT

10500/17 oms/dep/sl 1 DG E 1A

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van verklaringen van de Raad en de Commissie

8653/19 voo/mak/hh 1 TREE.1.B

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0341/45. Amendement. Roger Helmer, David Coburn namens de EFDD-Fractie

Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid ONTWERPVERSLAG

nr. Comv.: 10436/04 + ADD 1 Betreft: Europees actieplan voor biologisch voedsel en biologische landbouw

10368/1/19 REV 1 DAU/cg 1 LIFE.2.B

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 13 maart 2013 (14.03) (OR. en) 7183/13 ADD 1. Interinstitutioneel dossier: 2011/0280 (COD)

Cultura Creative (RF) / Alamy Stock Photo

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 november 2012 (27.11) (OR. en) 16320/12 ENFOCUSTOM 127 COSI 117

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 april 2013 (26.04) (OR. en) 8578/13 JEUN 40 EDUC 114 SOC 255

nr. vorig doc.: 14354/04 FIN 502 RESPR 10 CADREFIN 118 Betreft: Discussienota over de eigen middelen van de Europese Gemeenschappen

7935/17 rts/van/fb 1 DG E - 1C

PAKKET ENERGIE-UNIE BIJLAGE STAPPENPLAN VOOR DE ENERGIE-UNIE. bij de

9895/19 mak/van/hh 1 ECOMP.2B

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-1043/8. Amendement. Giovanni La Via, Peter Liese namens de PPE-Fractie

3/12/13. Horizon 2020 Challenge 5: klimaat, milieu, resource efficiency en grondstoffen

DE ULTRAPERIFERE GEBIEDEN

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 februari 2017 (OR. en)

Verklaring van Letland en Litouwen

LEADER in POP3. Voorlichting over achtergronden, eisen en procedures? Met deze informatie kunt alvast aan de slag* Ochtend programma

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

PUBLIC. Brussel, 15 maart 2006 (03.04) (OR. fr) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 5549/06 LIMITE PV/CONS 1 AGRI 11 PECHE 17

5776/17 dau/gar/ln 1 DG G 3 C

Raad van de Europese Unie Brussel, 14 juni 2017 (OR. en)

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

RECHTSGRONDSLAG OPDRACHT EN PRIORITEITEN

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-0360/1. Amendement. Paolo De Castro, Ulrike Rodust, Isabelle Thomas namens de S&D-Fractie

15396/14 dau/jel/sv 1 DG G C 3

15445/17 ver/cle/ia 1 DG G 2B

2. Voor de voorgestelde insolventierichtlijn geldt de gewone wetgevingsprocedure.

7495/17 tin/gra/sl 1 DGG 1A

Raad van de Europese Unie Brussel, 3 november 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 mei 2017 (OR. en) het secretariaat-generaal van de Raad het Comité van permanente vertegenwoordigers/de Raad

- de voorlopige agenda van de zitting in document EEE 1605/03 (zie bijlage I);

12950/17 van/asd/dp 1 DG B 2B

Fiche 4: Mededeling Normalisatiepakket Europese normen voor de 21e eeuw

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 september 2016 (OR. en)

10049/19 mey/gra/fb 1 ECOMP.2.B

Intentieverklaring biomassa uit bos, natuur, landschap en de houtketen

Het Interreg project New-C-Land Een nieuw leven voor marginale sites!

Mevrouw de voorzitter, Geachte leden van het Bureau, Dames en heren,

Zittingsdocument B7-0000/2013 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2013

EU subsidies voor KRW opgaven

Commissie industrie, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, onderzoek en energie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT. Brussel, 7 juni 2010 (OR. en) 2009/0138 (COD) PE-CONS 23/10 AGRI 209 POSEICAN 7 POSEIDOM 7 POSEIMA 7 CODEC 506

Zittingsdocument B7-0000/2011 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2011

4. Het voorzitterschap verzoekt de Raad derhalve de ontwerp-conclusies in bijlage dezes aan te nemen.

Malthus ( ) Kan landbouw de wereld blijven redden? Het ongelijk van Malthus. An essay on the principle of population 25/11/2013

Vlaams beleid rond de bio-economie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

Investeren in klimaatactie, investeren in LIFE

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995.

ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING Nr. 2 BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2019

Strategische visie Biomassa drs. Marten Hamelink Directie Topsectoren & Industriebeleid

Manifest Circulair Onderwijs

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 maart 2015 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 januari 2006 (01.02) (OR. en) 5853/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0010 (CNS) SOC 42 ECOFIN 27

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

8461/17 nes/ons/sl 1 DGG 2B

Bos en klimaatverandering

Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over duurzame en inclusieve bioeconomie Nieuwe kansen voor de Europese economie

9635/17 mou/gys/ln 1 DG E 1C

*** ONTWERPAANBEVELING

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 april 2010 (20.04) (OR. en) 8570/10 ENFOPOL 99

13640/15 nes/ass/fb 1 DG E - 1C

POP-3. Plattelands Ontwikkelings Programma Informatiebijeenkomst Europese Fondsen november 2014 POP3

De nieuwe energie-efficiëntierichtlijn - Uitdagingen & oplossingen -

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

Transcriptie:

Raad van de Europese Unie Brussel, 30 november 2018 (OR. en) 14950/18 AGRI 595 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap het Speciaal Comité Landbouw/de Raad Geactualiseerde EU-strategie voor de bio-economie - Gedachtewisseling Ter voorbereiding van de Raad Landbouw en Visserij op 17-18 december 2018 gaat voor de delegaties in bijlage dezes een achtergrondnota van het voorzitterschap over bovengenoemd onderwerp, aangevuld met voorstellen voor vragen om het debat van de ministers aan te sturen. 14950/18 gys/gra/fb 1 LIFE.1.B NL

BIJLAGE BIO-ECONOMIE: EEN KANS OM PLATTELANDSONWIKKELLING EN HET GEBRUIK VAN HERNIEUWBARE ENERGIEBRONEN TE BEVORDEREN I. De bio-economie in de Europese Unie Volgens de Europese Commissie omvat de definitie van bio-economie zowel "de productie van hernieuwbare biologische hulpbronnen als de verwerking van die hulpbronnen en afvalstromen tot producten met een meerwaarde zoals voedsel, diervoeder, biogebaseerde producten en bio-energie." Die economie bestrijkt alle sectoren en systemen die afhankelijk zijn van hernieuwbare hulpbronnen en op de werking en de beginselen ervan zijn gebaseerd, en heeft een vergaande invloed op meerdere actoren, van primaire producenten van landbouw- en bosbouwproducten tot kleinhandelaars, gebruikers en consumenten van biogebaseerde producten (van levensmiddelen en diervoeders tot brandstoffen en materialen). De bio-economie is gericht op oplossingen voor milieuproblemen, zoals koolstofarme en hernieuwbare materialen. Daarnaast draagt zij bij tot het bevorderen van de plattelandsontwikkeling en zorgt zij ervoor dat de gehele economie minder afhankelijk is van ingevoerde fossiele brandstoffen. Andere gunstige effecten zijn: de beperking van de broeikasgasemissies, meer hulpbronefficiëntie en minder afval. Zoals het Europees Milieuagentschap 1 aangeeft, zijn de bio-economie en de circulaire economie in die zin partners op het gebied van duurzaamheid, aangezien een beter afvalbeheer kan helpen bij het ontwikkelen van nieuwe bronnen voor grondstoffen. 1 EEA-verslag nr. 8/2018 De circulaire economie en de bio-economie - partners in duurzaamheid (ISSN 1977-8449), beschikbaar op: https://www.eea.europa.eu/publications/circular-economy-and-bioeconomy. 14950/18 gys/gra/fb 2

Tegelijk wil de bio-economie economische waarde en welvaart scheppen. Volgens het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek van de Europese Commissie (GCO) genereerde de bio-economie in 2015 een omzet van 2,3 biljoen EUR (380 miljard EUR in de landbouw) en was zij goed voor 18 miljoen banen (9,2 miljoen in de landbouw). Van de vele sectoren die de bioeconomie bestrijkt, spelen landbouw en bosbouw een cruciale rol, omdat zij de grootste producenten/leveranciers zijn van biomassa die als grondstof voor de bio-economie wordt gebruikt. De landbouw- en bosbouwsector zijn de belangrijkste primaire producenten/leveranciers van biomassa. De grondgebonden sectoren van de EU-28 produceren jaarlijks gemiddeld 1466 megaton biomassa droge stof. In 2015 besloeg de landbouw ongeveer de helft van het landoppervlak van de Europese Unie en bood de sector werk aan 4,2% van de actieve bevolking van de EU-28. Bossen en beboste gebieden nemen ongeveer 43% van het landoppervlakte van de EU in, en vormen een bron voor hout en andere producten. Zij bieden een scala aan ecosysteemdiensten zoals koolstofopslag en -sequestratie, habitatvoorziening en de regeling van het waterpeil. Ongeveer 84% van het bosareaal in de EU komt mogelijk in aanmerking voor houtvoorziening. In dat gebied groeit jaarlijks 444 megaton hout. Het is mogelijk om het percentage geoogst hout en de houtexploitatie op te voeren en extra hoeveelheden houtachtige biomassa ter beschikking te stellen zonder dat de jaarlijkse houttoename wordt overschreden, zodat de binnenlandse houtaanvoer van de EU naar de bestaande houtverwerkende industrie op peil blijft en aan de groeiende vraag naar biogebaseerde materialen en producten in de bio-economie wordt voldaan. Bovendien kan door gebruik te maken van bijproducten, resten en afval, meer waarde uit de originele grondstof worden gegenereerd, met ook gunstige effecten voor de werkgelegenheid op het platteland. De bio-economie biedt niet alleen een potentieel vervanger voor op fossiele brandstoffen gebaseerde materialen, maar biedt ook kansen voor nieuwe producten en diensten, voor het diversifiëren van het inkomen in de land- en bosbouwsector en voor de werkgelegenheid op het platteland. Vraag voor de ministers (1) Benut de bio-economie uws inziens ten volle haar potentieel om meerwaarde te creëren in de land- en bosbouw en om de economische groei en de werkgelegenheid, met name op het platteland, te stimuleren? 14950/18 gys/gra/fb 3

II. Een strategische aanpak van de EU De EU-strategie voor de bio-economie van 2012 De Commissie maakte in 2012 de mededeling met als titel "Innovatie voor duurzame groei: een bioeconomie voor Europa " bekend (hierna: "EU-strategie voor de bio-economie van 2012") met het bijhorend actieplan 2, waarin de nadruk lag op het sectoroverschrijdende karakter van de bioeconomie en het vermogen om maatschappelijke uitdagingen aan te pakken zoals voedselzekerheid, de schaarste van de natuurlijke hulpbronnen, de afhankelijkheid van niet-hernieuwbare (fossiele) hulpbronnen, de klimaatverandering en het scheppen van banen. De Commissie heeft in 2017 de EU-strategie voor de bio-economie van 2012 3 geëvalueerd, en geconstateerd dat de strategie en het actieplan resultaten opleverden op belangrijke actiegebieden en dat de kansen die bio-economie biedt en het belang van de coördinatie van de strategie in de EU steeds meer worden erkend. Tevens stelde ze vast dat er meer investeringen moesten worden gemobiliseerd en dat de beleidssamenhang beter verdiende. Daarnaast werd beklemtoond dat in de huidige politieke context de behoefte aan duurzaamheid en circulaire economie naar voren komt, in overeenstemming met mondiale beleidsontwikkelingen zoals de circulaire economie; de energie-unie, de Overeenkomst van Parijs en de duurzame-ontwikkelingsdoelstellingen. Tijdens de vergadering van het Speciaal Comité landbouw van 5 februari 2018 en de Raad Landbouw en Visserij van 19 februari 2018 is de evaluatie van de EU-strategie voor de bioeconomie van 2012 besproken, en was er een brede consensus over het potentieel van de bioeconomie voor de landbouw en over de noodzaak landbouwers beter te integreren in de waardeketen van de bio-economie. 2 COM(2012) 60 final van13.2.2012 - ST 6487/12 + ADD 1. 3 SWD(2017) 374 final van 13.11.2017 - ST 14362/17. 14950/18 gys/gra/fb 4

De geactualiseerde strategie voor de bio-economie De Commissie heeft op 11 oktober 2018 de mededeling "Een duurzame bio-economie voor Europa: versterking van de verbinding tussen economie, samenleving en milieu" bekendgemaakt (hierna: geactualiseerde strategie voor de bio-economie) 4, die een actualisering van de EU-strategie voor de bio-economie van 2012 inhoudt, met bijhorend actieplan. Met die mededeling zet de Commissie in op een beter duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen om mondiale en lokale problemen zoals klimaatverandering, duurzame ontwikkeling en de degradatie van ecosystemen aan te pakken. Deze actualisering is, in het licht van het grote potentieel van de bio-economie, van groot belang voor de landbouw en de bosbouw: zij waarborgt de voedselzekerheid voor de groeiende wereldbevolking, pakt tegelijk milieuproblemen aan, draagt bij tot meer circulaire en duurzame productiesystemen, en zorgt voor nieuwe kansen voor groei en plattelandsontwikkeling. In het actieplan staan 14 belangrijke acties die de weg effenen voor een duurzame, circulaire bioeconomie en zich richten op drie prioriteiten: i) versterken en opschalen van de biogebaseerde sectoren, aanboren van investeringen en markten ; ii) zorgen voor een snelle uitrol van lokale bioeconomieën overal in Europa; iii) begrijpen van de ecologische grenzen van de bio-economie. Het concept van een circulaire een duurzame bio-economie is ook een instrument om in de Unie via de Europese doelen voor biodiversiteit of andere milieudoelstellingen, de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen te verwezenlijken. 4 COM(2018) 673 final van 11.10.2018 - ST 13229/18 + ADD 1. 14950/18 gys/gra/fb 5

Onder de voorgestelde acties noemt de Commissie de start van het thematisch investeringsplatform voor de circulaire bio-economie ter waarde van 100 miljoen EUR, dat bedoeld is om de lacunes aan te pakken in de toegang tot privékapitaal voor bio-economische innovatieprojecten, en wel door financiële toewijzingen uit hoofde van Horizon 2020. Een ander voorbeeld: proefacties ter ondersteuning van lokale activiteiten, bijvoorbeeld om brownfields te herstellen; dit soort acties kan ook het bewustzijn vergroten en de communicatie tussen producent en consument vereenvoudigen. Gelet op het potentieel van de bio-economie kunnen mogelijkheden worden verkend die verder reiken dan deze acties, ook in het kader van andere fondsen die gekoppeld zijn aan de bioeconomie 5. Tevens zij gememoreerd dat de bio-economie een van de negen specifieke doelstellingen van het toekomstige gemeenschappelijk landbouwbeleid is, zoals de Commissie dat ziet in haar verordeningsvoorstel over de zogenaamde strategisch GLB-plannen 6 (artikel 6, lid 1, punt h): "bevorderen van de werkgelegenheid, groei, sociale inclusie en lokale ontwikkeling in plattelandsgebieden, met inbegrip van bio-economie en duurzame bosbouw;"). Toekomstige uitdagingen Tijdens de conferentie "Duurzame en circulaire bio-economie, de Europese manier", die het Oostenrijkse voorzitterschap en de Europese Commissie op 22 oktober 2018 in Brussel hebben georganiseerd, is de geactualiseerde strategie voor de bio-economie voorgesteld. Een van de belangrijke boodschappen waarop zowel Commissielid Moedas ( DG RTD), die de werkzaamheden ter zake leidt, als Commissielid Hogan (DG AGRI) wees, was dat er beter moet worden gecommuniceerd over het belang van de bio-economie, om het volledig potentieel, dat anders onbenut dreigt te blijven; te kunnen ontsluiten. 5 Het is dienstig eraan te herinneren dat in de mededeling van de Commissie over het meerjarig financieel kader voor 2021-2027 (ST 8353/2018 + ADD 1 + ADD 2), in het Horizonprogramma ongeveer 10 miljard EUR is opgenomen ter ondersteuning van innovatie in de levensmiddelensector, de landbouw, plattelandsontwikkeling en de bio-economie. 6 COM(2018) 392 final van1.6.2018 - ST 9645/2018 + ADD 1 + COR 1. 14950/18 gys/gra/fb 6

Een andere uitdaging voor een succesvolle uitrol van de strategie bestaat erin alle actoren in de waardeketen, ook consumenten, volledig te betrekken bij alle beraadslagingen over de uitvoering van de geactualiseerde strategie voor de bio-economie. Indien nieuwe producten en diensten niet breed ingang vinden, de flankerende maatregelen ontbreken of de inspanningen van belangrijkste actoren in de waardeketens achterblijven, kan dit het welslagen van de strategie belemmeren. Daarom moeten onderwijs, opleiding en vaardigheden bij primaire producenten, het bedrijfsleven en de consument worden bevorderd. Vraag voor de ministers (2) Denkt u dat de 14 acties die worden voorgesteld in de geactualiseerde EU-strategie voor de bio-economie, volstaan om, met name vanuit het oogpunt van een primaire producent, het volledige potentieel van de bio-economie te ontsluiten? Moeten verdere mogelijkheden worden verkend, onder meer door interactie met reeds bestaande fondsen? 14950/18 gys/gra/fb 7