Naam: DE MIDDELEEUWEN Ridders en kastelen



Vergelijkbare documenten
Het leven op en om een kasteel

Naam: KASTELEN. Vraag 1a. Waarvoor moeten we onze huizen tegenwoordig beschermen? ... pagina 1 van 6

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken

Spreekbeurt en werkstuk over. Ridders. Door: Oscar Zuethoff

een zee van tijd Werkblad 31 Ω De riddertijd Ω Les 1: De bouw van een kasteel Naam:

Voorleesverhaal. Het leven in een kasteel. Voorleesverhaal voor groep 1 t/m 4 van het basisonderwijs

Kastelen. Dit werkboekje is van:

een zee van tijd Werkblad 31 Ω De riddertijd Ω Les 1: De bouw van een kasteel Naam:

Inleiding 3. Hoofdstuk 1: Hoe word je een ridder 4. Hoofdstuk 2: Wapenuitrusting 4. Hoofdstuk 3: Riddertoernooien 5. Hoofdstuk 4: Veldslagen 5

Informatie voor groep 5 t/m 8 van het basisonderwijs. Het leven in. een kasteel

5,5. Werkstuk door een scholier 2300 woorden 20 november keer beoordeeld. Geschiedenis. Inhoudsopgave

De Romeinen. Wie waren de Romeinen?

Kastelen in Nederland

RHET LEVEN VAN EEN. idder

De middeleeuwen. Isabel Vogelezang 10 jaar OBS De Vogelenzang Leonardo Middenbouw Groep 6.

Werkstuk Geschiedenis Wapens en ridders

Opwindende ontdekkingen in oud-oosterhout! Wo uter is

QUIZ OVER TIJD EN RUIMTE gemaakt door kinderen van unit 2

Begrippen. mammoet Een dier uit de prehistorie. Een mammoet leek op een grote harige olifant. jagers

In het oude Rome De stad Rome

* = Hallo in het Latijn (de taal van de Romeinen). Het Romeinse Rijk

Voorwoord Inhoudsopgave Inleiding Hoofdstuk 1. Wat zijn ridders?

De Middeleeuwen het leven in de middeleeuwen

Verloren grond. Murat Isik. in makkelijke taal

Auditieve oefeningen bij het thema: ridders en kastelen

5,8. Werkstuk door een scholier 2065 woorden 7 juni keer beoordeeld. Geschiedenis. Inhoud

De eerste boeren Het dorp

De steen die verhalen vertelt.

Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2)

Naam: FLORIS DE VIJFDE

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken

Fototentoonstelling WO I

k a s t e l e n i n n e d e r l a n d

100 jaar geleden. t Is Oorlog! Een lesmap voor het vierde, vijfde en zesde leerjaar, door juffrouw Anita en de papa van Anna.

Project Prehistorie, Grieken en Romeinen ABC

Welkom in het kartuizerklooster

inhoud 1. Kastelen 2. Castellum 3. Het kasteel 4. Soorten kastelen 5. De delen van een kasteel

Voorwoord. Daarna ging ik praten met Chitra, een Tamilvrouw uit Sri Lanka. Zij zette zich in voor de Tamilstrijd.

Docentenhandleiding. Het leven in een kasteel. Voor leerkrachten van groep 1 t/m 8 van het basisonderwijs

een zee Rendierjagers De rendierjagers leefden in de prehistorie in ons land. Dat is de tijd voordat de van tijd een zee van tijd

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur.

JAARVERSLAG OUDERVERENIGING

Samenvatting Middeleeuwen ABC

3000 v. Chr v. Chr v. Chr v. Chr.

Verhaal: Jozef en Maria

Middeleeuwen. door: Joshua Murray Vogelenzang groep

Woordenschat Taal Actief groep 4 Thema 1 Les 1

De tijd die ik nooit meer

Lei en griffel: Kinderen schreven met een griffel op een lei. Soms leerden ze lezen met een ABC-boekje.

Voorwoord. Rome en de Romeinen

Kastelen en Ridders. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Geschiedenisproefwerk groep 7 Hoofdstuk 5 Een nieuwe wereld: Amerika

3. Van wie is de kreet? 4. Wat wil Albor met het zwijntje doen?

Ik ben maar een eenvoudige ezel, maar ik wil je graag een mooi verhaal vertellen

Tijdwijzer. Het begin. Voor en na Christus

Voor de ouders of verzorgers

Kinderroute. Kinderroute pag. 1

DE MIDDELEEUWEN. Gemaakt Door: Amy van der Linden Leonardo Middenbouw groep 6

De zolder van opa Groepen 3-4-5

z11gemaakt ik ben het nog

KOPIEERBLADEN. THEMA 5: Ik wil ridder worden! Plantyn - TotemTaal - Thema 5: ik wil ridder worden!

Exodus 17,1-7 - Water uit de rots voor mensen met een kort lontje

2. Bourtange I. Kijk naar het plaatje en lees bovenstaande titel. Waar zou de luistertekst over gaan? Kruis het juiste antwoord aan.

Inhoud. Thema 5.1 Jagers en boeren 3. Thema 5.2 Grieken en Romeinen 6. Thema 5.3 Monniken en ridders 9. Thema 5.4 Steden en staten 12.

De IJzertijd (van 800 tot 12 voor Christus).

De steentijd Jagers en verzamelaars

Samenvatting Middeleeuwen DEF

Opdracht 1 Deze week ga je precies bijhouden wat je allemaal eet en drinkt. Dat kun je noteren in je weekmenu, dat je van je juf of meester krijgt.

Uitzicht op de heuvels 10 km van Kabaya Uitzicht op de heuvels ten noorden van Kabaya. Ongeveer 7 km van het dorp.

Extra: Waarom hebben mensen paarden

1. Van je juf of meester krijg je een plaatje. Bekijk je plaatje goed. 3. Zoek samen nog vier klasgenoten met een ander plaatje.

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

groetjes Thijs Bezoek kasteeltje Geijsteren.

Ze gebruikten bijna alleen maar streepjes omdat ze het snel en makkelijk in stenen wilden krassen. Rondjes waren erg moeilijk!

BIJLAGE 1 BEELD met toelichting BOEREN IN DE IJZERTIJD

Batavia werf. We gingen naar Batavia werf.

De familie schaap. Praat eens zoals een schaap Welke dierengeluiden ken je nog? Doe ze eens na?

In de vriendschap tussen mensen is het Gerlachus zelf die ons groet.

b. Bekijk het laatste deel van de maquette, de kwelders. Waarom staat daar geen dorpje, denk je?

Naam: DE BEELDENSTORM Ketters Luther en Calvijn

1. De zolder van opa 3 2. Spullen van vroeger 4 3. De stoof 5 4. Het leesplankje 6 5. De Keulse pot 7 6. De tol 8 7. De foto 9 8.

Het leven van vroeger

HET TRECHTERBEKERVOLK. het hunebed de trechterbeker de provincie Drenthe de zwerfkei. het hunebed de trechterbeker de provincie Drenthe de zwerfkei

Maar hij ziet niemand. Ik zal het wel gedroomd hebben, denkt hij dan. Hij gaat weer liggen en slaapt verder.

Dit verhaal is geschreven door Jisse.

Door welke oorzaak voelde Saul zich alleen en onbeschermd? En wat had hij vernomen?

Vraag 1: Waar en wanneer begon en eindigde de Griekse beschaving?

Wat een vreemde bromfiets!

Vraag 1b. Wat was de oorzaak van deze ramp? Vraag 1a. In welke provincie was de Watersnoodramp van 1953? ...

Over het toneelstuk Gijsbrecht van Amstel

2 maart maart Leerlingen groep 7 en 8 De Meeander Heelweg

Geschiedenis hoofdstuk 3

WERKBOEK VOOR DE DALTON-VERSIE. Dit werkboek is van:. Ik zit in groep:.

Niet in slaap vallen hoor!

Kruittoren. Ω Hoogte: ca. 18 m Ω Bouwjaar: ca Ω Muurdikte: ruim 1 m Ω Basisvorm: vierkant

Karel de Grote Koning van het Frankische Rijk

Oerboeren in de Friese Wouden.

Dit brachten we allemaal mee:

Doel: Na deze opdracht weet je meer over het leven en de gebruiken van de Vikingen

Quiz Kleed de Ridder. versie 2017

Transcriptie:

Naam: DE MIDDELEEUWEN Ridders en kastelen De eerste ridders De eerste ridders waren vroeger gewoon soldaten te paard. Pas vanaf de 12de eeuw moesten deze soldaten zich aan strenge voorschriften en regels houden. De afspraken die ze hierover gemaakt hadden noemde ze ook wel een erecode. Er waren zo speciale regels voor bij de jacht, aan tafel en tijdens een gevecht. Hoe werd je ridder Om een ridder te worden moest je een man zijn en uit een adellijke familie komen. Dit kwam omdat ridder zijn heel duur was. Denk maar eens aan de opleiding die je moest volgen en de spullen die daarvoor nodig waren. Om ridder te worden moest je dus veel geld hebben, maar je kon ook ridder worden als je veel land had. Land gaf veel aanzien en bracht geld op. Je moest zo vroeg mogelijk met je opleiding beginnen. Vanaf een jaar of zeven werd de leerlingridder naar een ander kasteel gestuurd waar hij als een soort hulpje tafels moest leren bedienen en les kreeg in goede manieren. Op de binnenplaats van een kasteel leerde een soldaat de jongens vechten met stukken hout of botte wapens. Daarnaast deden ze ook aan worstelen en zwemmen, om in vorm te blijven. Het eerste paard van een jongen was een houten paard dat op wieltjes vooruit getrokken werd door anderen. Met een bezem die als lans diende kon men oefenen in het aanvallen te paard. Als je veertien jaar oud was, werd je een schildknaap. Dit hield in dat je een ridder moest helpen met de voorbereiding op het gevecht ( de strijd) en aan zijn zijde mee moest vechten. Na vier jaar schildknaap te zijn geweest werd je ridder. Dit gebeurde op een heel speciale manier. Vooraf werd er een nachtwake gehouden. De volgende dag werd je met een zwaard tot ridder geslagen. Dit noemde men ook wel een ridderslag. Als nieuwe ridder kon je een zwaard en gouden sporen dragen. Zo kon iedereen zien dat je een ridder was. pagina 1 van 8

Vraag 1a. Wat moest een jongen die ridder wilde worden allemaal doen?... Vraag 2. Wat is een schildknaap?... De wapenrusting van een ridder De eerste ridders vochten in maliënkolders. Dit was een soort pak dat van kleine ringetjes gemaakt was. Het materiaal was buigzaam en bedekte alles heel goed. Maar het pak bood niet genoeg bescherming, want een pijl of ander wapen kon er zo doorheen gaan. Vanaf het eind van de 13de eeuw gingen de ridders zich bedekken met stalen platen. In de volgende honderd jaar werden er steeds meer platen toegevoegd. Wilde je als ridder niet zo snel gewond raken in een veldtocht dan was het van groot belang dat je een goed harnas had. Een goed harnas was vaak heel duur om te kopen. In heel Europa maakte men wapenuitrustingen, maar de beste kwamen uit Italiaanse steden zoals Milaan of Brescia, of uit Zuid-Duitse steden zoals Augsburg of Neurenberg. Daar was het makkelijk om aan ijzererts en houtskool te komen. Hoe ging men nu te werk? Men hamerde stukken ijzer tot platen en deze werden in model geknipt. Daarna werden ze op aambeelden in de goede vorm geslagen. Dan werden ze gehard in het vuur om tenslotte gepolijst te worden met stro en linnen. Niet alle wapens konden natuurlijk tegelijkertijd gebruikt worden in het gevecht. Ieder wapen had zijn eigen functie. De mannen vooraan in de groep gebruikten meestal pijl en boog. pagina 2 van 8

Zo nu en dan schoot men ook wel eens pijlen met vuur naar de vijand toe. Dit was meestal het teken om de strijd te beginnen. Vervolgens had je de ridders met hun lans die ze konden gebruiken om de vijand van zijn paard af te stoten. Daarnaast had je ook ridders die vochten met zwaarden, knotsen, speren en bijlen. Deze wapens werden gebruikt om te voet tegen de vijand te vechten. Vraag 3. Hoe werden de ridders steeds beter beschermd? Veldslagen Veldslagen waren gevechten die gehouden werden tijdens oorlogen. De ridders reden vooruit om te verkennen waar de vijand ergens verbleef. De soldaten verspreidden zich over het land of gebied van de vijand. Daar werden boeren vermoord en alles verbrand wat de vijand nog zou kunnen gebruiken: huizen, stallen, oogst enz. Achter het leger aan kwamen de voorraadwagens, bedienden en zieken of gewonden. De leiders probeerden de vijand altijd te verrassen of soms de strijd te vermijden door vrede met de vijand te sluiten. De beslissingen die deze leiders maakten hingen voor een groot deel af van het weer, het landschap, of ze genoeg te eten hadden en of ze niet verraden werden door een spion of overloper. Tijdens de strijd tegen de vijand vielen als eerste de ridders aan gevolgd door de rest van het leger. Dit konden soldaten te paard of te voet zijn. Een veldslag kon soms wel een tot drie dagen duren, maar vaak waren de legers al langer bij elkaar in de buurt. Bij een veldslag konden wel duizenden mannen omkomen. De meeste ernstig gewonden werden uit hun lijden verlost door ze alsnog te doden, maar sommige wisten toch wel weg te komen en werden verbonden door vrienden, monniken of nonnen. Vraag 4a. Waarom werden er veldslagen gevoerd? pagina 3 van 8

Riddertoernooien Ongeveer 800 jaar geleden begonnen ridders schijngevechten tegen elkaar te houden. Dit deden ze om te oefenen en aan elkaar te laten zien wat ze konden. In het begin werden er ruwe massagevechten gehouden. Maar al heel snel werden er regels opgesteld. Het terrein waar de toernooien gehouden werden, waren versierd met vaandels en wapenschilden. Daarnaast werden er ook tribunes gebouwd. De wapenrusting van de ridders waren rijk versierd. Bij een toernooi kon een jonge ridders bekend worden, waardoor hij misschien wel een huwelijk kon sluiten met een rijke jonkvrouw. Ridders trokken op deze manier van land naar land om bekend te worden en rijk te worden. Het populairste man tot man gevecht was het steekspel. Dan probeerde men met een lans elkaar uit het zadel te stoten. De winnaar kreeg een wapenrusting of goud. Een toernooi was dan ook wel een vriendschappelijk gevecht, toch konden daar wel eens doden bij vallen. Vraag 4b. Wat is het verschil tussen een veldslag en een riddertoernooi? Vraag 4c. Waarom werden er toernooien gehouden?... pagina 4 van 8

Het ontstaan van het kasteel De eerste kastelen werden gebouwd tussen 800 en 1000 na Christus. Dit kwam omdat in die tijd de Noormannen de kusten van Europa onveilig maakten met hun plunderingen. De mensen voelden zich niet zo veilig meer en wilde hun land en woning beschermen tegen die indringers. De mensen begonnen wallen of muren rondom hun huis te bouwen. Zo ontstonden de eerste kastelen. Een kasteel bouwen Een kasteel kon je niet zomaar bestellen en kopen. Ieder kasteel zag er wel anders uit. De heer was degene die bedacht hoe het kasteel eruit zou komen te zien, hij was dus ook de eigenaar van het kasteel. Om een kasteel te laten bouwen was het belangrijk om een geschikte plaats te zoeken. Een omgeving moest veel natuurlijke hindernissen hebben; een steile heuvel of een brede rivier. Dat was om het voor de vijand extra moeilijk te maken. Daarnaast was het ook heel belangrijk dat er zoet water en voedsel in de buurt waren. De eerste echte kastelen waren van hout. Ze bestonden uit een houten toren met daaromheen een aarden wal en een gracht. Op die wal stond meestal een palissade (houten omheining van palen met scherpe punten). De toren in het midden noemt men een donjon. Zo rond 900-1000 ontstonden de eerste stenen kastelen. Die waren wel een stuk beter dan de houten kastelen, omdat ze niet konden wegrotten, zoals hout. Daarnaast kon een kasteel van steen niet in brand gaan en het was bovendien veel sterker dan hout. pagina 5 van 8

Er waren veel mensen nodig om een kasteel te kunnen bouwen. Je had slootgravers, steenhouwers, metselaars, timmerlieden en mensen die gespecialiseerd waren in het aanleggen van een waterput. Het duurde wel twee tot vier jaar om een kasteel te bouwen. Bij hele grote kastelen kon het zelfs tien tot twintig jaar duren voordat het helemaal klaar was. Vraag 5. Vul het juiste woord op de goede plaats in. sterker - wal - gracht - wegrotten - donjon - stenen - kasteel - hout De eerste echte kastelen waren van. Ze bestonden uit een houten toren met daaromheen een aarden.. en een.. Op die wal stond meestal een palissade. De toren in het midden noemt men een.. Zo rond 900-1000 ontstonden de eerste kastelen. Die waren wel een stuk beter dan de houten kastelen, omdat ze niet konden.. zoals hout. Daarnaast kon een.. van steen niet in brand gaan en het was bovendien veel dan hout. Een kasteel als verdediging Veel steden werden in de middeleeuwen door kastelen beschermd. Soms werd een kasteel gebouwd als de stad allang bestond. Ook kon het wel eens voorkomen dat er al een kasteel stond en er een stad rondom de muren van het kasteel ontstond. Als er gevaar dreigde werd het poortgebouw van het kasteel dag en nacht bewaakt door soldaten. Die soldaten hadden het recht om alle karren en manden te doorzoeken en vreemde mensen te ondervragen. Vraag 6. Hoe werd een kasteel gebruikt als er vijandige ridders in aantocht waren?.. pagina 6 van 8

Het leven op en om een kasteel De meeste kastelen die gebouwd werden waren bedoeld om in te wonen. Koningen en hoge adel waren degene die vaak in de kastelen woonden. Ze hadden vaak wel meer dan één kasteel. Door het jaar heen reisden ze dan heen en weer tussen hun kastelen. De gewone ridders woonden vaak in kleinere versterkte landhuizen, die wel een grote zaal en soms ook een kapel hadden. Ridders leefden samen met hun familie, pages en schildknapen, soldaten, bedienden, koks en stalknechten. In het kasteel zorgde de kasteelvrouwe dat alles goed geregeld werd. Zij lette op de bedienden en ontving bezoek van andere adellijke dames. Als de kasteelheer er niet was zorgde zij ervoor dat de voorraden met eten aangevuld werden en bezocht zij zelf ook de boerderijen. Die tijd was een echte mannenwereld waarin vrouwen niet echt serieus genomen werden. Jammer voor de kasteelvrouwe, want zij mocht geen land bezitten of een testament hebben. De kinderen mochten vrij in het kasteel rondlopen en spelen. Ze liepen de stalknechten in de weg of werden verjaagd uit de keuken als ze weer eens van het eten hadden zitten snoepen. Vraag 7a. Wie woonden er voornamelijk op het kasteel? In de zomer konden ze lekker buiten spelen en in de winter zaten ze veel binnen bij het vuur waar hun moeder borduurde en verhalen vertelde. Naast het spelen moesten de kinderen ook wel mee helpen in het huishouden en kregen les. Vanaf hun zesde jaar werden de kinderen naar een ander kasteel gestuurd. Daar leerden de jongens vechten en werden opgeleid tot pages. Meisjes daarentegen leerden nette manieren en hoe zij het huishouden moesten regelen. Op veertien jarige leeftijd werd men uitgehuwelijkt. Dit lijkt voor onze begrippen heel jong, maar je moet bedenken dat de mensen van toen niet ouder werden dan veertig jaar. Vraag 7b. Waar woonden de ridders? pagina 7 van 8

Vroeg in de middeleeuwen waren de kastelen en huizen vaak koud en vochtig. Dit kwam omdat men toen nog geen glas Of ruiten had. Glas bestond toen al wel, maar het was in die tijd een duur en luxe iets. In plaats van glazen ramen hadden ze tralies en luiken. Als je dus wat daglicht wilde zien of gewoon naar buiten wilde kijken kreeg je altijd de wind van buiten erbij. Gelukkig hadden de meeste kamers een eigen open haard waardoor je er toch prettig kon wonen. In de torens van het kasteel bevonden zich meestal de kamers. Het bovenste deel van de toren was het vertrek van de persoonlijke bedienden van de kasteelvrouwe. Al het linnengoed werd daar ook opgeborgen. De kamer daaronder was de leef -en slaapkamer van de hofdame. Daaronder kwam de privé-woonkamer van de kasteelheer. Daar at hij en kon hij uitrusten. In de kelder werden wapens en kostbaarheden bewaard. Kastelen werden vaak bezocht door rondreizende artiesten. Zij zorgden voor vermaak. De kasteelheer en kasteelvrouwe maakten zelf ook graag muziek, zongen en maakten gedichten. Verder vermaakten zij zich door te schaken, te borduren (vrouw) en om te luisteren naar ridderverhalen. Vraag 8. Wat gebeurde er in de toren? Kies uit: hofdame - persoonlijke bedienden van kasteelvrouwe - woonkamer kasteelheer - wapenkelder 3 e verdieping: 2 e verdieping: 1 e verdieping: Kelder: Eten en drinken In het kasteel was er door het jaar heen maar een kleine voorraad voedsel aanwezig. Dit kwam natuurlijk omdat een kasteelheer of koning meestal niet een heel jaar op een kasteel verbleef. Vroeger had men geen koelkast dus legde men het voedsel in de stenen kelders van het kasteel. Helaas bleef het meest verse voedsel daar niet heel lang goed. Daar hadden ze gelukkig wel wat op gevonden. Het vlees werd gerookt of flink gezouten, de groente werd gedroogd of ingelegd. Soms werd het fruit en het vlees ook wel eens samen in een ton gedaan. Het vruchtensap drong dan in het vlees waardoor het langer houdbaar bleef. Koeien, schapen en geiten gaven hen melk. Daar werd dan room, boter en kaas van gemaakt. Om brood te kunnen bakken moesten wel eerst tarwe, rogge en gerst tot meel vermalen worden. Dit werd gedaan in de windmolens. Sommige kastelen hadden zelfs hun eigen windmolen. Hiernaast was het ook erg belangrijk dat men iedere dag fris water had om zich te wassen en te drinken. Dit water kwam uit putten die meestal binnen het kasteel lagen. pagina 8 van 8