Protocol Seksueel misbruik Kinderopvang Thuis



Vergelijkbare documenten
Protocol seksueel misbruik Stichting Peuterspeelzalen Steenwijkerland

Protocol seksueel misbruik

Protocol bij seksueel misbruik KDV Polderpret

Protocol bij seksueel misbruik. Januari

Hoe te handelen bij vermoedens van seksueel misbruik door een medewerker

Jeugd gezond heids zorg jaar

C. (Klachten)regeling voor (een vermoeden van) seksueel misbruik en/of (een vermoeden van) seksuele intimidatie in de basisscholen en de kinderopvang.

Protocol 2: het vermoeden van seksuele intimidatie tussen kinderen onderling in de schoolsituatie.

SKPC/Ongewenste omgangsvormen, protocol 22 september 2008 WI.2.1

OPVANG LEERLINGEN BIJ INCIDENTEN M.B.T. AGRESSIE, GEWELD OF (SEKSUELE) INTIMIDATIE

Protocol machtsmisbruik / meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Protocol ongewenst gedrag Stichting Mensen Met Mogelijkheden.

PROTOCOL ONGEWENSTE OMGANGSVORMEN

KLACHTENREGELING BERG EN BOSCHSCHOOL

Kinderdagverblijf Abeltje Protocol: Kindermishandeling door pedagogisch medewerk(st)er kinderdagverblijf

Handboek kwaliteit Datum: Versie: Pagina: Inhoudsopgave:

Meldcode deel 2 Meldplicht bij een vermoeden van een geweld- of zedendelict door een medewerker

Jaarlijks doet Stichting VSNON verslag van het aantal en het soort klachten en geeft aan op welke wijze de klachten zijn opgelost.

Beleidsnotitie intimiteit en seksualiteit. - Gedragscode medewerkers. - Richtlijn Omgangsvormen SGL. - Huisregels WBC en AC. - Agressiebeleidsplan

LCKV Protocol seksueel misbruik

VERSIE 1.0 (DEFINITIEF

Het werk van de vertrouwensinspecteur (VI)

af. Met dit protocol, in haar handelen en in haar beleid wil Klik Kinderopvang

Protocol Hulp aan leerling en personeel

Stroomschema: klachtenroutes bij Ongewenste Omgangsvormen

Protocol ongewenste intimiteiten tussen leerlingen Juni 2012

Meldcode bij vermoeden van kindermishandeling en huiselijk geweld (KDV/BSO/gastouder)

Gedragscode Stichting Rumi

Protocol Ongewenste omgangsvormen

Gedragscode FloreoKids. Versie

Klachtenregeling PO OPOO

Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling Gastvrij. Het Stappenplan

OPVANG PERSONEEL BIJ INCIDENTEN M.B.T. AGRESSIE, GEWELD OF (SEKSUELE) INTIMIDATIE

Beleidsdocument ongewenst gedrag jegens jongeren

PROTOCOL SEKSUELE INTIMIDATIE EN SEKSUEEL GEWELD - SCALA COLLEGE

Klachtenregeling. Deel. Van Beleid Klachten bij Scholengroep LeerTij

Overeenkomst ter gebruik van de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling BSO Herpen

PROTOCOL WAT TE DOEN BIJ (VERMOEDENS) VAN SEKSUEEL MISBRUIK

PREVENTIEF BELEID GRENSOVERSCHRIJDEND GEDRAG ZV DE GELENBERG

MELDCODE HUISELIJK GEWELD

Molenstraat HP Steenwijk Tel/fax Protocol voor opvang bij ernstige incidenten. Sint Clemensschool

KlachtenProtocol SKPOOV

Klachtenregeling SVOL

Iedereen die sport moet dit kunnen doen in een veilige omgeving.

I.a Beleid klachtenregeling

Het werk van de vertrouwensinspecteur (VI) Presentatie 3 e Nationaal Congres Pesten

Veiligheid van kinderen preventie seksueel misbruik

Personen en instanties met specifieke taken dit is onderdeel van het Veiligheidsbeleid

6.21. Gedragscode THUIS met zorg Zaanstreek B.V.

Protocol ongewenste omgangsvormen

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Protocol Ongewenste omgangsvormen

Protocol betreffende de behandeling van seksueel misbruik en seksuele intimidatie

Het bevoegd gezag van Vivente, stichting voor christelijke primair onderwijs, gevestigd te Zwolle,

PROTOCOL. -wat te doen bij (vermoedens van) seksueel misbruik-

Document 1. Model omgangsregels IVN-afdeling Asten- Someren

Veiligheids- en gezondheidsbeleid locatie Kinderdrome

PROTOCOL SEKSUELE INTIMIDATIE EN SEKSUEEL GEWELD - SCALA COLLEGE

III. Route bij signalen van seksueel grensoverschrijdend gedrag tussen kinderen onderling

Reglement ongewenst gedrag Hogeschool Viaa

STICHTING BASISVOORZIENING PEUTERSPEELZAALWERK ERMELO

Protocol betreffende de behandeling van misbruik en intimidatie

REACTIEPLAN LOKAAL NIVEAU. groen geel rood zwart Inschatten mate van ernst bij vermoeden, onthulling of vaststelling

Vivente klachtenregeling

Klachtenregeling Ongewenst Gedrag TEMPO ATLETIEK VERENIGING

ROC LEEUWENBORGH MAASTRICHT/SITTARD REGLEMENT ONGEWENST GEDRAG

Protocol Ongewenste Omgangsvormen

Meldcode bij vermoeden van kindermishandeling en huiselijk geweld (KDV/BSO)

Gedragsregels begeleiders. Concretisering beleid aangaande veiligheid en (sexuele) intimidatie

Gedragscode Stichting Wijken voor Welzijn

GEDRAGSCODE/REGELING TER VOORKOMING VAN SEKSUELE INTIMIDATIE, AGRESSIE, GEWELD (WAARONDER PESTEN) EN DISCRIMINATIE

1. Stappenplan bij vermoeden kindermishandeling door een beroepskracht

Klachtenprocedure & Protocol Sociaal Veilige Sportomgeving

Draaiboek. Seksueel misbruik en seksuele intimidatie

Protocol ongewenste omgangsvormen

Protocol Hoe te handelen in geval van ongewenste omgangsvormen cq. seksuele intimidatie door een medewerker

GEDRAGSCODE (vrijwillige) medewerkers Veel grenzen in het contact tussen (vrijwillige) medewerkers en minderjarige of verstandelijk beperkte

Regeling Ongewenste omgangsvormen Gilde Opleidingen

SAMENVATTING VERNIEUWDE MELDCODE HUISELIJK GEWELD & KINDERMISHANDELING

KLACHTENREGELING STICHTING KPO SINT ANTONIUS

INLEIDING Wat verstaan we onder ongewenst gedrag en seksueel misbruik?

Vertrouwenspersoon op Koninklijke UD

Vertrouwenspersoon ouders beleid. (Versie september 2012)

Toelichting voorbeeld gedragscode

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Gastouderbureau Snoesje

KLACHTENREGELING LORENTZ CASIMIR LYCEUM

Gedragscode. De doelen van de gedragscode zijn:

Meldingsregeling misstanden en onregelmatigheden RUG

INLEIDING...1 DOEL EN OMVANG KLACHTENREGELING...3 SOORTEN KLACHTEN EN HUN AFHANDELING...3 INTERNE KLACHTENPROCEDURE...4 EXTERNE KLACHTENPROCEDURE...

Meldcode Kindermishandeling

Protocol Hoe te handelen in geval van ongewenste omgangsvormen cq. seksuele intimidatie door een medewerker van de buitenschoolse opvang

Voor iedereen die beroepshalve met kinderen te maken heeft INFORMATIE

Protocol Ongewenste Omgangsvormen. Van. De Banketgroep. en haar dochtervennootschappen

Gedragscode Raad & Daad Den Haag

REGELING KLACHTENBEHANDELING SEKSUELE INTIMIDATIE EN AGRESSIE EN GEWELD STICHTING CAVENT

Klokkenluiderregeling

Protocol Huiselijk geweld en Kindermishandeling

IN VEILIGE HANDEN. IVN-afdeling Vecht en Plassengebied

Klokkenluidersregeling Woonpartners Midden-Holland

Inspectierapport SKG KDV de (B)engeltjes (KDV) Curtevenneweg XZ KORTENHOEF Registratienummer

Transcriptie:

Protocol Seksueel misbruik Kinderopvang Thuis Richtlijnen hoe te handelen ter voorkoming van en in geval van ( een vermoeden van) seksueel misbruik van kinderen door (huisgenoten van) gastouders of (bemiddelings)medewerkers, aangesloten bij Kinderopvang Thuis, onderdeel van Kinderopvanggroep Tilburg. ATTENTIE: De beschreven meldingsprocedure en maatregelen vanaf artikel 4 en verder gelden in iedere situatie dat er een vermoeden van kindermishandeling is! Dus niet alleen bij vermoeden seksueel misbruik. Artikel 1. Definities Seksueel misbruik Seksueel misbruik is de ongewenste seksueel getinte aandacht die tot uiting komt in fysiek, verbaal of non-verbaal gedrag. Dit gedrag wordt door degene die het ondergaat ervaren als ongewenst en onplezierig. Seksueel intimiderend gedrag kan zowel opzettelijk als onopzettelijk zijn. (door gastouder en kinderen onderling). Onder gastouder wordt verstaan; een persoon, die onder verantwoordelijkheid van Kinderopvang Thuis de werkzaamheden uitvoert, zowel in dienst van als verbonden aan, inclusief stagiaires en vrijwillige gastouders. Onder huisgenoten van de gastouder worden verstaan: mensen die met de gastouder in één huis wonen en één gezin of familie vormen, dan wel mensen die op bezoek zijn ten tijde van de opvang van kinderen door de gastouder. Onder bemiddelingsmedewerker wordt verstaan: een persoon, die onder verantwoordelijkheid van Kinderopvang Thuis werkzaamheden uitvoert tbv een verantwoorde professionele opvang door de gastouder en afstemming daarvan met de ouder. Onder ouders wordt verstaan; ouders die de ouderlijke macht uitoefenen en de vader/moeder/ verzorger die de voogdij uitoefent. Reikwijdte Deze gedragscode heeft betrekking op alle kinderen en ouders die gebruik maken van een gastouder opvangvoorziening vallend onder de verantwoordelijkheid van Kinderopvang Thuis. De gedragscode geldt voor de duur van het verblijf bij de gastouder. Daar waar staat gastouder wordt de gastouder zelf bedoeld en de huisgenoten van de gastouder zoals vermeld in boven genoemde omschrijving. Artikel 2. Verbodsbepaling Verbod van seksueel misbruik De gastouder zal zich ervan onthouden het kind te bejegenen op een wijze die het kind in zijn waardigheid aantast (zowel verbaal als non-verbaal, als lichamelijk contact). Daarbij zal de gastouder nimmer de door Kinderopvang Thuis geboden kinderopvang gebruiken voor doeleinden ten eigen nutte, welke in strijd zouden zijn met zijn verantwoordelijkheid voor het kind of die de grenzen van de professionele relatie overschrijden. Seksuele handelingen en intieme relaties in de contacten met het kind zijn onder geen beding geoorloofd en worden beschouwd als seksueel misbruik. Dit omvat onder meer een verbod om het kind op zodanige wijze aan te raken dat het kind en of de gastouder deze aanraking naar redelijke verwachting als seksueel of erotisch van aard zal ervaren. Dit geldt ook voor aanrakingen tussen kinderen onderling. Ook is de gastouder 2013 1 van 6

gehouden, zelfs als het kind dat verlangt of daartoe uitnodigt, niet metterdaad in te gaan op seksuele en of toenaderingspogingen. Artikel 3. Organisatiebeleid ten aanzien van seksualiteit en seksueel misbruik Inhoudelijk preventief beleid Kinderopvang Thuis voert een preventief beleid ten aanzien van seksueel misbruik. Kinderopvang Thuis stelt daartoe richtlijnen op inzake seksualiteit in het algemeen en seksueel misbruik in het bijzonder. Daarbij wordt een relatie gelegd met het pedagogisch beleid voor wat betreft het omgaan met seksualiteit binnen het kindercentra. Kinderopvang Thuis voert preventieve activiteiten uit ten aanzien van grensoverschrijdend gedrag, zoals aandacht binnen het inwerkprogramma en het aanbieden van deskundigheidsbevordering en het agenderen van dit onderwerp in overlegsituaties. Personeelsbeleid Het protocol wordt aan alle gastouders ter kennis gesteld. Bij aanmeldingsprocedures komt de beroepshouding van de kandidaat aan de orde. Met name gaat het dan om respectvol omgaan met kinderen. Mondelinge en/of schriftelijke referenties kunnen zo nodig worden opgevraagd. opleidingsinstituten e.d. Van de bevindingen wordt melding gemaakt in het dossier. Gastouders dienen een bewijs van goed gedrag af te geven aan afdeling P&O. Voorzieningen voor ouders en kinderen Kinderopvang Thuis informeert de ouders over het gevoerde beleid inzake seksualiteit en het hebben van een protocol. Voor een ouder moet het duidelijk zijn bij wie ze een klacht kunnen indienen. Dit kan bij de manager Kinderopvang Thuis of bij de Raad van Bestuur. Artikel 4. Meldingsprocedure Binnen de Kinderopvanggroep waar Kinderopvang Thuis onderdeel van is bestaat een algemene meldingsplicht voor klachten over signalen van seksueel misbruik of elke andere vorm van kindermishandeling door een (huisgenoot van de) gastouder of (bemiddelings)medewerker van Kinderopvang Thuis of kinderen onderling. Deze meldingsplicht wordt als volgt uitgewerkt. (Melding gebeurt bij Kinderopvang Thuis of de Raad van Bestuur van de Kinderopvanggroep.) Melding door het kind: als de melding van seksuele intimidatie, aanranding of verkrachting afkomstig is van een kind, is de opvang en steun voor het kind het eerste aandachtspunt Degene bij wie het kind zich meldt mag nooit beloven dat hij het aan niemand anders zal door vertellen; de persoon bij wie de klacht wordt gemeld is verplicht dit te melden bij de direct leidinggevende. Ook kan het nodig zijn anderen in te schakelen voor hulp. In de meeste situaties zal het nodig zijn ouders direct te informeren. Aan de ouder wordt eveneens opvang en steun geboden. Het waarborgen van het gevoel van veiligheid van het kind is het uitgangspunt. Melding door de ouder: als de melding van de ouder(s) komt, moet worden uitgezocht over welke informatie de ouder beschikt en waar de melding op gebaseerd is. De ouder en het kind dienen alle opvang en steun geboden te worden die nodig is. Melding van een collega; wanneer een gastouder seksueel misbruik vermoedt door een collega die ook aangesloten is bij Kinderopvang Thuis, is hij/zij verantwoordelijk voor melding hiervan aan de bemiddelingsmedewerker. Wanneer een gastouder seksueel misbruik vermoedt door anderen dan collega s die aangesloten zijn bij Kinderopvang Thuis, heeft hij/zij de verantwoordelijkheid om dit te bespreken met daartoe bevoegde instanties, bijvoorbeeld het AMK of Bureau Jeugdzorg door middel van een adviesvraag. 2013 2 van 6

Melding door derden; als de melding van derden komt dient eveneens uitgezocht te worden over welke informatie deze derde beschikt en waar deze op gebaseerd is. In alle gevallen worden Kinderopvang Thuis en de Raad van Bestuur van de Kinderopvanggroep dezelfde dag geïnformeerd, die eraan gehouden is de noodzakelijke maatregelen te nemen ten aanzien van kind en ouders en afstemming van het kind van de mogelijke dader. Vervolg (zie artikel 5) wordt meteen ingezet. Artikel 5. Maatregelen naar aanleiding van een melding Het regelen van opvang kind en ouders Voor de opvang en steun voor het kind en ouders wordt een beroep gedaan op een instelling die hierin gespecialiseerd is ( bv. Slachtofferhulp of Loket Vroeghulp ) en er wordt een interne vertrouwenspersoon toegewezen aan ouders/kind. In overleg met ouders wordt bezien of de opvang van een kind bij een andere gastouder gecontinueerd kan worden, dan wel dat er een andere oplossing geboden moet worden. Kinderopvang Thuis gaat zorgvuldig om met de belangen van het betrokken kind en de ouders. Dat houdt onder meer in dat de ouders en het kind ( als de leeftijd dat toelaat) geïnformeerd worden over de te volgen onderzoeksprocedure. Ook worden de ouders geïnformeerd over de mogelijkheid aangifte te doen bij de politie. De toegewezen vertrouwenspersoon houdt contact en toont betrokkenheid vanuit Kinderopvang Thuis en informeert regelmatig over de voortgang van het onderzoek en andere zaken die voor de ouders van belang zijn. Afscherming van kind van de mogelijke dader De Raad van Bestuur van de Kinderopvanggroep beslist of het contract met de vermeende dader hangende het onderzoek (al dan niet tijdelijk) wordt opgezegd. De betrokken gastouder krijgt ook een interne vertrouwenspersoon toegewezen binnen de Kinderopvanggroep. Bovendien wordt erop gewezen waar de gastouder steun kan verkrijgen buiten de Kinderopvanggroep. Als het gaat om een vermoeden van misbruik tussen kinderen onderling dan volgt er een gesprek met beide ouderparen (individueel). De ernst van de zaak bepaalt of het kind die vermoedelijk dader is nog door de gastouder kan worden opgevangen gedurende het onderzoek. De Raad van Bestuur neemt hierover het besluit. Beide ouderparen krijgen een vertrouwenspersoon toegewezen. Contact opnemen met de vertrouwensinspecteur Na een melding van vermoeden van (seksueel) geweld tegen kinderen door een gastouder of een medewerker of andere persoon die werkzaam is voor of binnen onze gastouderopvang neemt de Raad van Bestuur contact op met de vertrouwensinspecteur. Dit is verplicht en vastgelegd in de Wijzigingswet kinderopvang 2013. De vertrouwenspersoon luistert, adviseert en informeert de werkgever over wat hij moet doen en begeleidt en ondersteunt daar bij. Hij / zij kan helpen bij het doen van aangifte bij de politie en bijvoorbeeld bij het indienen van een klacht. Het team van vertrouwensinspecteurs valt onder de Inspectie voor het Onderwijs en is telefonisch tijdens kantooruren te bereiken op nummer: 0900 1113111. Werknemers en ouders kunnen zelf ook altijd rechtstreeks contact opnemen met de vertrouwensinspecteur en vragen om advies. De vertrouwensinspecteur heeft geheimhoudingsplicht en is vrijgesteld van de plicht om aangifte te doen. Instellen van een onderzoek De Raad van Bestuur draagt zorg voor een zorgvuldige procedure van onderzoek en legt een dossier aan. Het intern onderzoek is gericht op te nemen maatregelen door Kinderopvang Thuis. Na overleg met de vertrouwensinspecteur en zo mogelijk na raadpleging van de ouders wordt 2013 3 van 6

besloten of eerst een intern onderzoek wordt gedaan of onmiddellijk melding c.q. aangifte wordt gedaan bij de politie. In het geval van melding c.q. aangifte bij de politie vindt het intern onderzoek in nauw overleg met de politie plaats. De Raad van Bestuur stelt binnen maximaal 3 werkdagen na de melding een commissie in zodanig, dat de objectiviteit van het oordeel van de commissie gewaarborgd is. De commissie bestaat uit manager Kinderopvang Thuis, stafmedewerker AVR, lid Raad van Bestuur, communicatiemedewerker, vertrouwenspersonen benodigd voor de casus, en wordt desgewenst aangevuld met een extern deskundige. De leden van de commissie hebben een geheimhoudingsplicht uit hoofde van hun verantwoordelijkheid van onderzoek. De commissie voert het intern onderzoek uit volgens de in artikel 6 genoemde procedure en adviseert de raad van Bestuur op grond van resultaten over de te nemen maatregelen. Draaiboek Vanaf de start van de melding wordt een draaiboek samengesteld waarin vermeld staat hoe er vanaf dat moment gehandeld wordt, wie men op welk tijdstip informeert en waarover. Zo kan men later reconstrueren hoe men precies gehandeld heeft en waarom. Dit kan in een strafrechtelijk onderzoek van pas komen wanneer Kinderopvang Thuis moet getuigen. Bij het informeren van betrokken personen dient te worden vermeld dat het om een onderzoek gaat, dat nog niet is afgerond en dat men derhalve discreet met de informatie moet omgaan. De personen en organen die over het onderzoek moeten worden geïnformeerd zijn in ieder geval; Voorzitter Ondernemingsraad Voorzitter Raad van Commissarissen En afhankelijk van de situatie; De bemiddelingsmedewerker Oudercommissie Externe relaties (gemeente, GGD, basisschool) ouders van de andere kinderen die door deze gastouder worden opgevangen Ook als er geen melding c.q. aangifte volgt wordt er preventief door de stafgastouder AVR gemeld aan de politie en/of een melding gedaan bij het AMK dat er wordt gestart met het intern onderzoek. Het draaiboek moet steeds worden geactualiseerd naar aanleiding van nieuwe ontwikkelingen, of nieuwe informatie die bekend wordt. Verantwoordelijk voor het draaiboek is de stafgastouder AVR. Artikel 6. Procedure van onderzoek De termijn van een intern onderzoek bedraagt maximaal 3 weken. De commissie adviseert de ouders, dat het mogelijk is de toedracht van zaken volgens het kind vast te leggen indien de leeftijd van het kind dit toelaat en het kind in staat is de toedracht te verwoorden. Bij gesprekken hierover kan iemand van zedenpolitie of AMK als deskundige betrokken worden, dit in overleg met de ouders. De ouders worden in de gelegenheid gesteld de door hun bemerkte reactie van het kind op hetgeen zich zou hebben voorgedaan weer te geven. De commissie gaat zorgvuldig om met de belangen van het betrokken kind en de ouders. De commissie (of een afvaardiging hieruit) hoort de betrokken gastouder en / of voert een gesprek met de ouder(s) van de andere betrokken kind(eren). De toedracht van zaken volgens de gastouder wordt vastgelegd. De commissie gaat zorgvuldig om met de belangen van de gastouder. De gastouder wordt geïnformeerd over verdere verloop van de procedure. De commissie kan worden bijgestaan door een externe deskundige. Ook deze heeft geheimhoudingsplicht. Alle gesprekken zijn erop gericht 2013 4 van 6

de ware toedracht van zaken te achterhalen. Van de gesprekken wordt een schriftelijk verslag gemaakt dat door de geïnterviewden moet worden goedgekeurd. Indien nodig volgen er vervolggesprekken. De onderzoekscommissie hoort eventueel aanwezige getuigen ( deze verklaringen zijn niet anoniem). Alle verslagen worden gebundeld en voorzien van advies, overhandigd aan de Raad van Bestuur en/of voorzitter van de Raad van commissarissen. Deze informatie is geheim. Artikel 7. Besluitvormingsprocedure De commissie biedt de gebundelde verslagen binnen maximaal 2 werkdagen na afronding van het onderzoek (maximaal 3 weken na de melding) aan de Raad van Bestuur aan. Op grond daarvan stelt de Raad van Bestuur binnen een week, in ieder geval binnen 4 weken na het opzeggen van het contract met de betrokken gastouder vast of dat er wel of niet voldoende aanleiding bestaat om aan te nemen dat er sprake is geweest van seksueel misbruik. Deze bevindingen worden schriftelijk opgenomen in het archief van Kinderopvang Thuis en minimaal 10 jaar bewaard. Indien er maatregelen worden genomen die de gastouder betreffen dan wordt er een afschrift van het verslag opgenomen in het personeelsdossier. Na afsluiting van een dossier waar een gastouder bij is betrokken als (mogelijke) dader, worden kopieën van alle verslagen (die gelezen zijn door betreffende gastouder) in een gesloten envelop aan het personeelsdossier toegevoegd. Op de envelop wordt gezet: vertrouwelijk, alleen te openen door Raad van Bestuur en/of stafmedewerker AVR, te bewaren minimaal tot.. (datum 5 jaar na sluiting dossier). Artikel 8. Maatregelen naar aanleiding van het onderzoek Rehabilitatie: wanneer er geconstateerd wordt dat er geen grond bestaat dat er seksueel misbruik heeft plaatsgevonden wordt de betrokken gastouder door de Raad van Bestuur in ere in zijn/haar functie hersteld. In samenspraak tussen gastouder, manager Kinderopvang Thuis en de Raad van Bestuur wordt er een rehabilitatieplan opgesteld. Ook dit wordt in het personeelsdossier bewaard. Zie bij artikel 7. Waarschuwing: het besluit kan ook zijn dat er een schriftelijke waarschuwing gepast is, onder mededeling dat bij herhaling de politie en justitie direct wordt ingeschakeld en het opvangcontract definitief wordt opgezegd met de toevoeging dat in de toekomst geen contract meer zal worden afgesloten. Aangifte: Als het onderzoeksrapport daartoe aanleiding geeft kan de Raad van Bestuur formeel aangifte doen bij politie en Openbaar Ministerie. De gastouder wordt hierover geïnformeerd. Wanneer het gaat om misbruik tussen kinderen onderling volgt er een gesprek met beide ouderparen. De ernst van de zaak bepaalt dan de maatregel die de Raad van Bestuur neemt. Opzegging van het opvangcontract is mogelijk. Afsluiting: om een casus goed af te ronden vindt er altijd een evaluatie plaats over genomen stappen en behaalde resultaten. Aan de hand van opgedane ervaringen worden zo nodig relevante interne protocollen aangescherpt/uitgebreid. Artikel 9. Interne en Externe communicatie Wanneer Kinderopvang Thuis wordt geconfronteerd met (journalistieke) belangstelling dienen een aantal zaken duidelijk te zijn afgesproken. De afdeling communicatie coördineert de interne en externe communicatie. Zo zal er een woordvoerder namens Kinderopvang Thuis worden 2013 5 van 6

aangesteld. Alle betrokken partijen dienen in ieder geval op zeer korte termijn te worden geïnformeerd over de genomen maatregelen. Afhankelijk van de betrokkenheid gebeurt dit zowel schriftelijk dan wel mondeling. Er moet te allen tijde worden voorkomen dat er gedurende het onderzoek onrust ontstaat, een duidelijke, open berichtgeving gedurende het lopende onderzoek kan dit gedeeltelijk voorkomen. 2013 6 van 6