Studentenstandpunt Implementatie Begeleide Zelfstudie aan de faculteit Wetenschappen.



Vergelijkbare documenten
Nota herindeling academiejaar (21 mei 2014)

Standpunt herindeling academiejaar

EXAMENREGLEMENT: VRAAG EN ANTWOORD

Bijzondere examenreglementen

Bij het quoteren worden geen negatieve cijfers toegekend per vraag van een examen, uitzondering: toepassing van gis -correctie.

Onderwijs- en examenreglement opleiding gerechtsvertalen en tolken cursusjaar

Aanvraagformulier toelatingsprocedure Faculteit Theologie en Religiewetenschappen

Wat komt er aan bod? Begrippen hoger onderwijs Leerkrediet Examens - resultaten tolerantie deliberatie Studievoortgang Heroriënteren Begeleiding

Onthaaldag Faculteit Ingenieurswetenschappen VUB Ba-Ma Industriële Wetenschappen

Examenspreiding in de praktijk

NOTA. Be kendmaking data herexamens. Onderwerp: Bekendmaking data herexamens Datum: 30/09/2015. Document voor. Ewoud De Sadeleer, Joris Gevaert

Onderwijs- en examenreglement opleiding gerechtsvertalen en tolken cursusjaar

Aan: College van Bestuur Van: Lijst Calimero Dagtekening: 29 oktober 2014 Betreft: Notitie Student-assistenten. Inhoudsopgave

Onderwijs- en examenreglement opleiding gerechtsvertalen en tolken academiejaar

Implementatie van het concept Begeleide Zelfstudie aan de faculteit Wetenschappen van de KU Leuven

Rapport Opvolgingsgesprek onvoldoendes 1 ste Informatica

DEPARTEMENTALE AANVULLING VAN HET ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT

Aanvulling onderwijs- en examenreglement RITS School of Arts

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT. Academiejaar Aanvullingen en afwijkingen Leuven Engineering College

De finale responsgraad voor alle opleidingen is 40% met een verdeling over de faculteiten zoals gegeven in onderstaande figuur.

Aanvraagformulier toelatingsprocedure Faculteit Theologie en Religiewetenschappen

Een conceptueel kader voor de implementatie van praktijkgericht onderzoek in de opleiding van studenten farmaceutische wetenschappen aan de K.U.

STUDIEGIDS (v. 3.0) INLEIDING

Examenreglement ten behoeve van de interuniversitaire opleidingen waarvoor inschrijving kan worden genomen aan meer dan één universiteit

Verkiezingsprogramma Lijst VUUR Faculteitsraad Geesteswetenschappen

Ouderinfo-avond Flexibel hoger onderwijs: creditsysteem en studievoortgangsbewaking

Fase 2-formulier voor ECTS-fiche opleidingsonderdeel

EXAMENREGLEMENT LEERGANG COMPLIANCE OFFICER LEERGANG COMPLIANCE PROFESSIONAL LEERGANG COMPLIANCE OFFICER IN DE ZORG

Fase 2-formulier voor ECTS-fiche opleidingsonderdeel

FAQ Frequently Asked Questions Master na master Notariaat

Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen UITGANGSPUNTEN

Aanvullingen bij het examenreglement Studiegebied industriële ingenieurswetenschappen

Wat heb je nodig om studie- en privé activiteiten goed te kunnen plannen? Het gaat al erg goed voor mijn gevoel.

Koen Van Riet VTK Didactiek

Examenreglement ten behoeve van de interuniversitaire masteropleidingen waarvoor inschrijving kan worden genomen aan meer dan één universiteit

Examenreglement ten behoeve van de interuniversitaire postgraduaatsopleiding Innoverend Ondernemen voor ingenieurs

Verkiezingsprogramma

Algemene Informatie. id 576 Ik ben student in : Studiefase op het moment dat je op Erasmus. Master of Science in de psychologie

Infosessie voor ouders. 1 juli 2019

FAQ Afstandsonderwijs vroedkunde

informatiegids vrijstellingen campus Brugge en campus Oostende

ECTS- FICHE. Via secretariaat en/of website. Bij aanvang van dit opleidingsonderdeel dient de cursist over de volgende competenties te beschikken:

NOTA. Studentenbevraging onderwijs binnen FEB. Studenten FEB FPOC FEB c.c. 6

ongewettigde afwezigheid van meer dan 25% aanleiding geven tot de quotatie afwezig voor het volledige opleidingsonderdeel.

DEPARTEMENTALE AANVULLING OP HET ALGEMEEN ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT EN DE ALGEMENE RECHTSPOSITIEREGELING

Beoordelingsreglement voor de opleiding Getuigschrift Vervolmaking in de pedagogische wetenschappen

Onderwijs op maat: een start met voorsprong

Masterproef en stage kunnen worden geïntegreerd, maar de masterproef moet meer zijn dan een loutere beschrijving van de stagewerkzaamheden.

Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen van de Universiteit Leiden &

Opleiding. Marketing. Code + officiële benaming van de module. C2 Management en Organisatie. Academiejaar Semester: Studieomvang

,87 persoonlijke groei, maatschappelijk engagement)

ID 247 Studiefase op het moment dat je op Erasmus vertrok. Bachelor derde studiefase (hoofdinschrijving) Klinische- en Gezondheidspsychologie

FAQ Frequently Asked Questions Master na master Notariaat

Informatie voor docenten

Bachelor in de politieke wetenschappen en sociologie

Leraar lager onderwijs in afstandsonderwijs (HAO) Infosessie 24/01/17. Infosessie Hoger Afstandsonderwijs

Beoordelingsreglement voor de opleiding Getuigschrift Bijzondere Leergang Pensioenrecht

VISIENOTA. 1 Situering. 2 Probleemstelling en doel van de nota. Feedback aan de faculteit Wetenschappen WG Feedback en Cursusmateriaal, oktober 2011

Opleiding Code + officiële benaming van de module Academiejaar Semester Studieomvang Totale studietijd Aantal lestijden

ZIN EN ONZIN VAN HET OER

Mastering tools: activeren van eerstejaars d.m.v. online huistaakjes

Verder studer e n. Wat je best weet als student in spé

Standpunt Flexibilisering

id 895 Ik ben student in : Studiefase op het moment dat je op Erasmus vertrok Bachelor tweede studiefase

College van Bestuur Lijst Calimero Dagtekening: 29 oktober 2014 Notitie Student-assistenten. Inhoudsopgave. 1. Inleiding en probleemstelling

Kwaliteitszorg UHasselt. Voorstelling intern kwaliteitszorgsysteem

Contracttypes. Infofiche 1. WAT VOORAF GING

Bachelor derde studiefase (hoofdinschrijving) Arbeids- en Organisatiepsychologie. Aan welke universiteit/onderwijsinstelling heb je gestudeerd-

RITCS School of Arts Aanvulling onderwijs- en examenreglement

DEPARTEMENTALE AANVULLING VAN HET ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT. Departement Design & Technologie

STUDIEPROGRAMMA S HOGER ONDERWIJS

Uitleg over de OER Alles wat iedere student moet weten over zijn of haar Onderwijs- en Examenregeling (OER)

Leidraad voor aanvragen van vrijstellingen (EVK - EVC) Departement HB. PBA Bedrijfsmanagement: Accountancy-Fiscaliteit in avondonderwijs

Status Vertrouwelijk Werkdocument Finaal document

Evalueren van grote groepen

INFO ECTS-FICHE AJ VOOR AJ 15-16

HUISHOUDELIJK REGLEMENT. Opleiding Pastoraal werk(st)er in de zorg

AANVULLING OP HET ALGEMEEN ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT EN DE ALGEMENE RECHTSPOSITIEREGELING. ו Royal Institute for Theatre, Cinema & Sound

OER. Uitleg over de. Alles wat iedere student moet weten over zijn of haar Onderwijs- en Examenregeling (OER)

id 907 Ik ben student in : Studiefase op het moment dat je op Erasmus vertrok Bachelor derde studiefase

Wat was de prijs/maand om deze accommodatie te huren? 326 Hoe was de prijs/kwaliteit verhouding voor deze accommodatie?

Aanvulling onderwijs- en examenreglement RITCS School of Arts

Aan de slag met het onderwijs- en examenreglement van de K.U.Leuven

Tolken voor Europa. Postgraduaat Conferentietolken

Onderwijs- en Examenreglement (OER)

Elke Denoo Eline Grouwels Ruth Jamers Sarah Van Leuvenhaege

Faculteit Rechten. Universiteit Hasselt. Reglement betreffende de bachelorscriptie (derde bachelor rechten)

EXAMENREGLEMENT Opleiding juridisch / gerechtelijk expert September 2016

Bijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs

Niet (volledig) geslaagd Wat nu?

ECTS- FICHE. Werken in en met groepen Academiejaar: Via secretariaat en/of website

Bachelor in de rechten & schakelprogramma werkstudenten

Uitbreiding studieomvang

Aanvullend Evaluatiereglement

Success is not final, failure is not fatal. It is the courage to continue that counts. Winston Churchill

Leraar lager onderwijs in afstandsonderwijs (HAO) Infosessie 02/09/17. Infosessie Hoger Afstandsonderwijs

Fase 2-formulier voor ECTS-fiche opleidingsonderdeel

OER juli 2017

Aanpassingen Onderwijs- en examenreglement Aanpak, advies- en goedkeuringsprocedure

Onderwijs op maat: een start met voorsprong

Transcriptie:

NOTA Studentenstandpunt Implementatie Begeleide Zelfstudie aan de faculteit Wetenschappen. 1 Inleiding Deze tekst wil de visie van de studenten van de faculteit Wetenschappen toelichten ten opzichte van de implementatie aan onze faculteit van het door de KU Leuven algemeen gebruikte onderwijsconcept Begeleide Zelfstudie. Deze tekst is tot stand gekomen na onze tussenkomst op de faculteitsraad van 29 november 2004 met als doel onze kritiek die we op de faculteitsraad uitten te verduidelijken. In die zin is dit enerzijds een reactie op de adviestekst Begeleide Zelfstudie aan de faculteit Wetenschappen die voorlag op de desbetreffende vergadering. Maar vooral willen we hier ons eigen standpunt verduidelijken. We vertrekken van een fundamenteel geloof in de capaciteiten en in de good-will van de studenten. In dit aspect specifiek en bij uitbreiding implementatie begeleide zelfstudie in het algemeen, gaan we uit van het algemeen principe dat het niet is omdat het nieuw is dat het goed is. Hierbij denken niet -wat de studenten vaak verweten wordt- conservatief, maar ijveren we ervoor om wat goed is in het huidige systeem te behouden en te verbeteren waar nodig. We zullen dan ook niet aarzelen om bepaalde onderwijsconcepten te verdedigen die volgens ons momenteel onterecht een negatieve bijklank hebben. 2 Pijnpunten in het huidige onderwijsgebeuren. Hier zullen we onze mening geven op de punten voorgesteld in punt 2 van de adviestekst over begeleide zelfstudie. 2.1 Passiviteit van de studenten Zoals we reeks bekritiseerd hebben op de faculteitsraad, vinden we dat dit puntje slecht uitgewerkt staat. Immers door interpelaties van de leden van de werkgroep werd duidelijk dat hier bedoeld wordt dat de studenten niet actief zijn in de les. We kunnen akkoord gaan met het feit dat de studenten niet altijd heel actief de lessen meevolgen, waar er wel een verschil is in graad van activiteit tussen hoorcolleges en werkzittingen. Hierbij we dan ook dadelijk willen opmerken dat deze percepties vanuit docenten meestal komen omdat studenten niet antwoorden op gestelde vragen. Er zijn verschillende redenen waarom een student niet antwoordt op de gestelde vragen. Het kan inderdaad zijn dat dit komt omdat de student zich niet wilt inzetten. Anderzijds kan het ook zijn dat de docent vragen van een te hoog niveau stelt. Immers men moet rekening houden met de indringtijd bij studenten van bepaalde leerstof. Het is niet logisch dat studenten tijdens het academiejaar vragen van een zelfde moeilijkheidsgraad als tijdens de examens kunnen beantwoorden. Het kan ook zijn -en dit lijkt misschien eigenaardig, maar komt frequent voor- dat docenten vragen van een dermate lage moeilijkheidsgraad stellen zodat elke 1

student het antwoord weet, maar waardoor geen enkele student meer gemotiveerd zal zijn om te antwoorden. Waar de studenten niet akkoord mee kunnen gaan is -zoals hierboven vermeld- de onduidelijke uitwerking van dit punt waardoor lijkt dat de studenten in het algemeen (i.e. in het totale onderwijs-leer-gebeuren) lui zijn. 2.2 Blokgedrag van de studenten Het is een vaststaand feit dat studenten hun leergedrag aanpassen aan de evaluatievorm. Hierin kunnen we de werkgroep gelijk geven dat er voor de opleidingsonderdelen waar er in grote mate reproductiegericht geëxamineerd wordt, de studenten ook reproductiegericht zullen studeren. Alhoewel we percipiëren dat er binnen sommige opleidingen aan onze faculteit al voornamelijk inzichtelijk getoest wordt, zijn er toch inderdaad opleidingen waar dit niet het geval is. We willen echter niet ijveren voor het volledig afschaffen van het reproductief testen van studenten. Het is immers voor bepaalde richtingen van belang om basisbegrippen uit het hoofd te kennen. De beste vorm om dergelijke kennis te examineren lijkt ons een reproductief examen. 2.3 Perceptie van grote belasting voor studenten Het is een onontkenbaar feit dat tegen het einde van het semester de studenten veel leren. Maar het is onze ervaring dat de studiebelasting door het jaar veel hoger ligt dan dat de werkgroep dit inschat. Immers studiebelasting moet worden onderverdeeld in 3 facetten: 1. Lessen: De studenten worden verwacht naar de les te gaan en kunnen op dat moment niets anders doen. Vandaar dat bij het wegvallen van de lessen, de studenten intensiever kunnen beginnen leren. 2. Werkjes en practica: Opdrachten en verslagen die thuis dienen gemaakt te worden, werken vooral tijdens het jaar enorm tijdsopslorpend. Hierdoor hebben de studenten op dat moment eveneens minder (soms geen) tijd om hun vakken bij te houden en kunnen de studenten wel degelijk achter raken met het bijhouden van de geziene leerstof. We vinden het dan ook een goed initiatief van de werkgroep om voor een opleidingsjaar een planning op te maken van de deadlines van deze werkjes. We willen ten slotte wel opmerken dat extra taken kunnen echter op een andere manier (dan hoorcolleges en werkzittingen) een zeer belangrijke rol spelen in het leergebeuren van de student. 3. Leren: Veel studenten houden hun lessen bij, zonder daarom alle terminolgie onmiddellijk van buiten te leren. Immers voor de practica en opdrachten is het van belang om de cursus te kennen. Zonder kennis van de cursus kan je deze immers niet tot een goed einde brengen. Hierbij komt dan nog het feit dat de kennis die bij een practicum verwacht wordt, vaak de vorige week net gezien is in het hoorcollege waardoor de studiedruk soms nog verhoogt tijdens de lesperiode. 2.4 Ex cathedra onderwijs We kunnen bevestigen dat het ex cathedra onderwijs nog vaak voorkomt en dat dit niet altijd even goed gebeurt. We willen eerst en vooral het ex cathedra onderwijs niet veroordelen. In tegendeel, het uitleggen van wat er in de cursus staat, kan zeer verhelderend zijn voor de studenten. Het echter niet omdat er uitgebreid cursusmateriaal bestaat, dat de studenten door dit te lezen dadelijk begrijpen. De meerwaarde van een hoorcollege ligt hem namelijk in de aangeboden ex-cursus voorbeelden en aantekeningen. Daarnaast willen we duidelijk stellen dat een verandering van lesvorm niet gepaard mag gaan met een verandering van hoeveelheid te kennen leerstof en het niveau waarop deze gekend moet zijn. Hoorcolleges zijn immers een snelle doceertechniek, in tegenstelling tot groepswerkjes e.d. 2

3 Operationele voorstellen inzake de implementatie van de Begeleide zelfstudie 3.1 Lesvormen Wij zijn opgetogen over de exhaustieve lijst die de adviestekst bevat. Dit is voor de docent een goede leidraad binnen begeleide zelfstudie. We hebben hierbij zelfs het gevoel dat bij verschillende opleidingsonderdelen begeleide zelfstudie al geïmplementeerd wordt. Als studenten willen wij toch benadrukken dat er voorzichtig moet omgesprongen worden met de term Begeleide Zelfstudie. Een aantal documenten op Toledo plaatsen of verschillende artikels aan de cursus toevoegen, kunnen wij moeilijk als begeleide zelfstudie zien. En verder willen wij - uit eigen ervaring - specifieker stellen dat reading courses één van de slechts mogelijke implementatievormen is van begeleide zelfstudie. 3.2 Evaluatievormen In de adviestekst stelt de werkgroep Begeleide Zelfstudie dat zij binnen het kader van begeleide zelfstudie een meer permanente evaluatie voor ogen heeft. Als studenten zien wij dit als een knelpunt voor de studenten en dit om verschillende redenen. Eerst en vooral pleiten wij ervoor dat er aan de docenten duidelijk wordt meegedeeld wat permanente evaluatie exact inhoudt en hoe dit aangevraagd moet worden. Permanente evaluatie houdt niet in dat er onder het jaar bvb. 2 of 3 testen gehouden kunnen worden die meetellen voor het eindresultaat. Om te verduidelijken wat permanente evaluatie wel inhoudt, verwijzen wij naar de tekst die hieromtrent staat in het Examenvademecum: 11. Permanente evaluatie (art. 7) De faculteit kan ook de mogelijkheid creëren om voor een volledig opleidingsonderdeel een vorm van permanente evaluatie te gebruiken. Hierbij wordt dus het klassieke examen vervangen door een voortdurend proces van beoordeling. Maar ook de invoering van deze beoordelingsvorm is aan strikte procedures gebonden, bepaald in artikel 7. Bij een permanente evaluatie vindt een beoordeling plaats over een langere tijdspanne. Daardoor sluit men toevalsfactoren ook meer uit. Wie echter in een systeem van permanente beoordeling niet slaagt, kan problemen hebben met herkansing. Niet elke faculteit voorziet in een mogelijkheid van herkansing en, als dit toch gebeurt, is het meestal niet onder dezelfde vorm. De titularis deelt de resultaten van de tussentijdse evaluaties mee. Het totaalpunt dat door de verschillende evaluatiecomponenten wordt gevormd, wordt na het eerste semester (voor een eerste-semestervak) of na de deliberatie van de tweede of derde examenperiode schriftelijk meegedeeld. [...] Alhoewel het examenreglement de mogelijkheid tot permanente evaluatie voor alle opleidingsonderdelen biedt, zien wij de practica als enige mogelijke opleidingsonderdelen die permanent geëvalueerd kunnen worden. Wij zijn immers tegenstander van een situatie waarin het punt van een opleidingsonderdeel met hoorcolleges (en werkzittingen) volledig verdiend wordt tijdens het academiejaar. Hiervoor zien wij verschillende redenen. Eerst en vooral wijzen wij hierbij weer op de indringtijd die de studenten nodig hebben om de stof te beheersen. We kunnen in geen enkel geval verdedigen deze indringtijd te verkorten. Bovendien zijn we van mening dat permanente evaluatie net het leren door het hele jaar fnuikt. Immers vlak voor een examenmoment, of tijdens indien het om taken gaat, zal de student zich grotendeels op dat vak concentreren. Sommige studenten vinden hier soms zo weinig tijd voor dat ze contactmomenten van andere opleidingsonderdelen missen. Bovendien willen we benadrukken dat de studenten tijdens het jaar veel tijd dienen te steken in practica, waardoor het op dat moment begrijpen van de leerstof op examenniveau onmogelijk is. We zijn er eveneens van overtuigd dat permanente evaluatie één van de belangrijke doelstellingen van 3

het universitair onderwijs onderuithaalt: namelijk het zelfstandig leren en werken. Wij ijveren er dan voor om de studenten niet extrinsiek, maar intrinsiek te motiveren. Enkel zo kunnen goede wetenschappers gevormd worden. Naast permanente evaluatie, biedt het examenreglement ook mogelijkheden tot partiële evaluatie (eveneens via artikel 7). We verwijzen hiervoor eveneens naar de tekst hieromtrent in het examenvademecum. 10. Partiële examens en evaluaties (art. 7) In vrijwel alle faculteiten zijn er wel opleidingsonderdelen (semester- of jaarvakken) die uit verscheidene activiteiten bestaan en waarvoor men ook afzonderlijke evaluatie wenst, aansluitend bij die activiteiten. Het is reglementair mogelijk het examen of evaluatie over een opleidingsonderdeel te splitsen in afzonderlijke examens/evaluaties. In de reguliere examenperiode kan nog een afrondend examen plaatsvinden. Om de studiebelasting niet te verhogen door meer examens en evaluaties te creëren, moet hierbij een strikte procedure worden gevolgd die voorgeschreven wordt door artikel 7. In de regeling moet o.m. worden bepaald hoe het eindcijfer wordt vastgesteld en hoe de student op de hoogte wordt gebracht van de resultaten van de afzonderlijke evaluaties. Zeer dikwijls bestaan deze beoordelingen deels uit practica, seminaries of werkcolleges. In dat geval moet bepaald worden of de deelbeoordeling opgenomen wordt in het examencijfer van de tweede en eventueel de derde examenperiode. De faculteit bepaalt ook hoe de partiële resultaten door de examinator tijdens het jaar worden meegedeeld. Het totaalpunt van het vak (op basis van partiële evaluaties en afrondend examen) wordt na de deliberatie van de tweede of derde examenperiode schriftelijk meegedeeld. Hierbij wijzen wij erop dat het dus essentieel is dat deze partiële evaluatie een afzonderlijke onderwijs-leer-activiteit dient te bevragen. Hieronder kunnen wij dus bijvoorbeeld een practicum op een deel van de punten verstaan. Wat wij hieronder niet kunnen verstaan is net zoals eerder vermeld een test tijdens de lesperiode over een deel van de cursus. Immers testen (of reguliere examens - what s in a name?) dienen volgens punt 8 van het examenvademecum in een examenperiode afgelegd te worden. 8. Periodes waarin en tijdstippen waarop geldig examens kunnen worden afgenomen (art. 4-7, 9) Examens afgelegd buiten de vastgelegde periodes zijn ongeldig. De ombudsman moet toezien dat deze regel wordt gerespecteerd. Een student die echter heeft ingestemd om een examen buiten de reglementaire periodes af te leggen, kan zich niet op de ongeldigheid van het examen beroepen om het totale examenresultaat te betwisten. In bepaalde gevallen voorziet het examenreglement echter bijzondere examineertijdstippen. Deze bepaling en de te volgen procedure vindt men terug in artikel 6. 3.3 Het testen van metacognitieve vaardigheden Als studenten vragen we ons af of metacognitieve vaardigheden wel apart getest moeten worden. Ergens verwacht je dat je als student ook informatie krijgt over de opleidingsonderdelen en hun waarom tijdens de opleidingsonderdelen zelf. In deze optiek, worden dan ook de metacognitieve vaardigheden al getest in de opleidingsonderdelen zelf. Wij zijn van mening dat in het eindproject van de bachelor en in de masterproef ook zal verwacht worden dat de verschillende opleidingsonderdelen met elkaar in verband gebracht worden en zien dus de noodzaak van een extra examen om dit te testen niet in. 4

4 Andere gevolgen van begeleide zelfstudie 4.1 Verminderde studiedruk? Als studenten zijn wij van mening dat begeleide zelfstudie de studiedruk tijdens de examenperiode niet zal verminderen. Studenten zullen namelijk steeds leren indien er een examenmoment aankomt. Indien de studenten geacht worden meer bezig te zijn met hun cursussen onder het jaar dan nu het geval is, zal volgens ons niet de studiedruk tijdens de examens verminderen, maar wel de studiedruk bekeken over het ganse academiejaar stijgen. Bovendien denken we dat niet alleen studenten een hogere druk zullen ervaren. Het concept begeleide zelfstudie is ook voor de docenten tijdsintensiever. Deze grotere belasting kan nefaste gevolgen hebben op de motivatie van de docenten, waardoor de kwaliteit van het onderwijs achteruit in plaats van vooruit gaat (cfr. burn-outs bij vele leerkrachten in het secundair onderwijs). 4.2 Studiepunten Wij zijn van mening dat de studiepunten van verschillende opleidingsonderdelen niet overeenkomen met de studietijd die nodig is om zich de leerstof van het vak eigen te maken. Dit dan vooral als men de verhouding van de studietijd tot vakken van gelijke grootte bekijkt. Ons lijkt dat studiepunten op dit moment vooral dienen om de weging in het puntenpercentage te bepalen. Echter op dit moment zien we hier geen grote problemen in. Indien door begeleide zelfstudie de studiedruk te hoog wordt voor de studenten, kunnen we dit uiteraard niet langer aanvaarden. In dat geval pleiten we voor algemene studietijdmetingen en aanpassing van de studiepunten aan de resultaten hiervan. 4.3 Andere activiteiten We willen benadrukken dat het deelnemen aan (en voor sommigen het organiseren van) extra-curriculaire activiteiten, de studentenvertegenwoordiging,... niet in gedrang mag komen door het systematisch toepassen van begeleide zelfstudie. Immers deze activiteiten zijn niet van belang voor het behoud van de studentikoziteit, maar vooral voor het ontspannen en de sociale ontplooiing van de studenten. 5 Besluit We hopen in deze tekst een duidelijk beeld uiteengezet hebben van hoe de studenten van de faculteit Wetenschappen de implementatie van Begeleide zelfstudie in hun faculteit zien. Wij willen zo een kritische, constructieve en actieve bijdrage geleverd hebben in de dialoog over dit onderwerp en op basis van deze tekst zullen wij, als studentenvertegenwoordigers, meewerken aan en waken over de goede implementatie van begeleide zelfstudie. 5