Uitgegeven door de Bryologische. Werkgroep van de Koninklijke. Vereniging. penningmeester: Koos Schröder, Brantu/ijk 12, 1181 KT



Vergelijkbare documenten
Ranglijst woongebied land van matena 1 januari 2019

10 Buxbaumiella 59 (2002)

Monitoring van epifytische mossen en korstmossen in 2000 in het Noord-Hollands Duinreservaat

PA 9623PB 9623PC 9623PE 9623PG 9623PH 9623PJ 9623PK 9623TH PA 9624PB

Mossig Nieuws no oktober 2018

De mossen van Vlieland

Mossig Nieuws no februari 2019

Mossig Nieuws no april 2019

zijn reis door Nederland,

Mossig Nieuws no februari 2018

De Eendagsexcursie naar de duinen bij de. Wassenaarse Slag (Ganzenhoek. Joop Kortselius. Inleiding

Eendagsexcursie Boswachterij Dorst

Het bryologische najaarsweekend naar Texel in 2004

Mossen van de Damvallei (Destelbergen) Verslag van de excursie op 27 april 2013

SLOBKOUSNIEUWS 10 jrg7

De bryoflora van het Zalkerbos (Ov.)

Indeling in ecologische groepen

Inleiding. Het Najaarsweekend 1990 op de Noord-Veluwe. was het september. Vertrekpunt NBAS-Bondshuis, de jeugdherberg te

De mossen van het Weerterbos

De mossen van Schiermonnikoog

Buxbaumiella 67 augustus 2004

SLOBKOUSNIEUWS 4 jrg9

De mossen van het kasteeldomein Cantecroy (Mortsel, provincie Antwerpen)

H O E D U U R I S L I M B U R G?

SLOBKOUSNIEUWS 14 jrg7

85 98 Hypnum pratense Hypnum cupressiforme var. lacunosum

T I P S I N V U L L I N G E N H O O G T E T E G E N P R E S T A T I E S B O M +

Buxbaumiella KNNV. Nummer 28. van. Juni Werkgroep. Lichenologische. Bryologische

Mossig Nieuws no januari 2018

University of Groningen. The decline of the flora of dutch megalithic tombs Boele, C; van Zanten, B.O. Published in: Lindbergia

L i mb u r g s e L a n d m a r k s

Bepaling toezichtvorm gemeente Stein

Buxbaumiella KNNV. Nummer 29. van. December Werkgroep. Lichenologische. Bryologische

SLOBKOUSNIEUWS 9 jrg9

Bepaling toezichtvorm gemeente Meerlo-Wanssum

De mossen van de Groninger waddeneilanden.

SLOBKOUSNIEUWS 50 jrg8

H 0 5 R R -F 5 x 1, 5 m m

Buxbaumiella 59 januari 2002

Bepaling toezichtvorm gemeente Venray

niet hadden ontwikkeld. struiken konden toch diverse de kalkstenen die tijdens de zuiderzeewerken ten westen van de Wielse van de lunch, gezocht naar

H a n d l e i d i n g d o e l m a t i g h e i d s t o e t s M W W +

Buxbaumiella 72 november 2005

B e l e i d s k a d e r K e r k e n, K l o o s t e r s e n a n d e r e r e l i g i e u z e g e b o u w e n

SLOBKOUSNIEUWS 03 jrg7

Adres post code Soort monument Woonplaats

B01 B02 B03 B04 B05 B06 B07 B08 B09 B10 B11 B12 B13 B14 B15 B16 B17 B18 B19 BR* BR+

Rijks- en Gemeentelijke monumenten december 2013

PLANNING PLANMATIG ONDERHOUD 2017

Bryofieten van de internationale proefvlakken level I van het bosvitaliteitsmeetnet in het Vlaamse Gewest

R e s u l t a a t g e r i c h t h e i d e n c o m p e t e n t i e m a n a g e m e n t b i j d r i e o v e r h e i d s o r g a n i s a t i e s

Bepaling toezichtvorm gemeente Simpelveld

SLOBKOUSNIEUWS 11 jrg8

Voorkomen van mossen op enkele kerkterreinen van de Stichting Oude Groninger Kerken

Buxbaumiella HRI19 WERKGROEP UCUEHOLQOISCUE. BRYOLOaiSCUE. k n n v

Beschermde monumenten in de gemeente Utrecht. huisnummer

Stad Straat PCMin PCMax Verzekeraar Product PrijsMin PrijsMax Verschil Verchil % Jaarbasis Utrecht Amsterdamsestraatweg 3513AA ED - 469

Buxbaumiella 66 januari 2004

Q u i c k -s c a n W M O i n L i m b u r g De e e r s t e e r v a r i n g e n v a n g e m e e n t e n e n c l i ë n t e n

Inleiding. Thuidium tamariscinum in Friesland. meldingen van Thuidium tamariscinum. Van. meldingen. Buxbaumiella 33 (

De mossen van de Groninger waddeneilanden. 2. Rottumeroog, Vuurtorenduin en Zuiderduin

Buxbaumiella HCL18 VE&KQ&OEP. BRyOlDöISCUE UCUEHOLQQISCUE. K M ri V

Buxbaumiella 48. maart Uitgegeven door de. Bryologische en Lichenologische Werkgroep

beekjes, die in verband met het

Deel 2. Basiskennis chemie

Buxbaumiella nr k. juni 75

R e g i o M i d d e n -L i m b u r g O o s t. G r e n z e l o o s w o n e n i n M i d d e n -L i m b u r g R e g i o n a l e W o o n v i s i e

Buxbaumiella HR120 UCUEH0LQQ1SCHE WERKGROEP BRYOÜOQISCUE. K M n V

SLOBKOUSNIEUWS 7 jrg6

Op zoek naar Vloedschedemos (Timmia megapolitana) in de Otter- en Sterlinggriend in de Sliedrechtse Biesbosch

Buxbaumiella KNNV. Nummer 27. van. Januari Werkgroep. Lichenologische. Bryologische

Herhaling BHV. De herhaling BHV bestaat uit 1 lesdag : aanvangstijd 8.30 uur. vrijdag 19 mei 2017 Pagina 1 van AS Amsterdam.

Buxbaumiella. Inhoud Buxbaumiella 86, mei mossen en korstmossen. tijdschrift van de bryologische en lichenologische werkgroep

DE MOSFLORA VAN DE ALPHENSCHE BERGEN

Herhaling BHV. De herhaling BHV bestaat uit 1 lesdag : aanvangstijd 8.30 uur. Postcode + plaats Datum. vrijdag 24 november 2017 Pagina 1 van 11

Buxbaumiella. nc 11 LICUMOLOQISCUE WERKQ&OEP BRYOLOAISOLE. K n n v

Definitief overzicht geactualiseerde lijst met gemeentelijke monumenten 2015 d.d. mei 2015

(fig. 1, a). Het thallus is bruin tot zwart van kleur verder en glad en enigszins glanzend.

SLOBKOUSNIEUWS 7 jrg9

Buxbaumiella HRI13 WERKSEOEP. BRYOÜOöISCUE UCUEHOLQGISCUE K M H V

Stad Straat PCMin PCMax Verzekeraar Product PrijsMin PrijsMax Verschil Verchil % Jaarbasis Eindhoven Karel de Grotelaan 5615ST HC - 154

De teloorgang van een rijke bryoflora op forten bij Utrecht

Texel Landschappelijke ontwikkelingen

DE MOSSEN VAN VENRODE EN OMGEVING

Axioma Custom Media Lt. Gen. Van Heutszlaan JN Baarn informatie@axioma.nl

Oude venen. nummers l t/m 4) Op 18 en 19 september 1982 werd de bryologische. bij Eernewoude (in de soortenlijst. During Heinjo & Bart van Tooren

SLOBKOUSNIEUWS 5 jrg6

Opmerkelijke vondsten van Groot gaffeltandmos, Dicranum majus, op Texel en Ameland

Mossen in het Robbenoord- en Dijkgatbos (Wieringermeer)

DE associaties die de bryophyten in de duinen vormen zijn arm aan soorten, in vele

Stad Adres Openingstijden Aalsmeer (warenhuis) Oosteinderweg AV

gebeurtenis blijven Groenhuijzen, Dieuwke de Heer, Albert Hoekstra, tochtige kampeerboerderij van gelegen, maar enigszins Daan, Mutsers, Wim Rubers,

Adres Postcode Woonplaats Soort Achterstraat AX Den Hout boerderij Achterstraat AX Den Hout schuur vl Achterstraat AZ Den Hout

Voorjaarskamp 1998 in de omgeving van Herbricht

Ledenlijst SSZ op arrondissement ARRONDISSEMENT ALKMAAR

Basis BHV met e-learning

Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten Postbus MB AMSTERDAM. ArtEZ Postbus AA ARNHEM

Verklaring kolommen Tape Lite

Gemeente Giro G 183 (via postgiro 13500) t.n,v. S.Groenhuijzen. ... pag. 56. Holland, voornameli jk in het Noordhollands Duinreservaat... pag.

naar aanleiding van het directie van Gemeentewaterleidingen de vorm van fietsvergunningen bovendien had Wim Margadant rond 1935

Transcriptie:

Buxbaumiella nr 8

BUXBAUPIIELLA nr. 8, Kaart 1979 Uitgegeven door de Bryologische en Lichenologische Werkgroep van de Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging secretariaat: Huub van Melick, Uniastate 47, 5655 HH Eindhoven, tel. 040 521231. penningmeester: Koos Schröder, Brantu/ijk 12, 1181 KT Amstelveen, tel. 020 411337. redactie: Harrie Sipman, Bakkerlaan 43, 3431 EG Nieuwegein. tel. 03402 36967. Voorwoord Hier is weer een normale Buxbaumiella, na de extraeditie gewijd aan het Buzenol-zomerkamp 1976. Ditmaal komen de excursieverslagen van 1976 aan bod. Ook dit nummer is weer aan de dikke kant. Het ziet er naar uit dat dit blijvend is, door de toenemende activiteiten van onze Werkgroep. De dikte wordt mede veroorzaakt door een lichenologische bijdrage buiten de excursieverslagen. Voor de lichenologen is er niet de mogelijkheid om nederlandstalige stukjes in Lindbergia op te nemen, en Uw redacteur is graag bereid om ze in Buxbaumiella te plaatsen. Op veler verzoek is er ook weer eens een ledenlijst opgenomen, voor het eerst met de adressen van de lichenologen. De copy is rechtstreeks van de computer overgenomen en verkleind, vandaar het afwijkende lettertype., Uw redacteur 2

Personalia Promotie Weer een lichenologische promotie in ons landl H.A. Beltman promoveerde op 16 juni 1978 in Groningen op het proefschrift: Vegetative Strukturen der Parmeliaceae und ihre Van Entwicklung. harte gefeliciteerd! Bestuurswisseling Tijdens de afgelopen voorjaarsvergadering, 29 april 1978 te Sellingen, zijn volgens het reglement afgetreden en niet herkiesbaar: onze voorzitter, lijim Margadant, sekretaris, Hoekstra. Hartelijk en onze Albert dank voor jullie vele werk voor ons gedaan. De bestuursvergaderingen op Klein Ginkel zullen we missen. Als nieuwe bestuursleden zijn gekozen Nol Luitingh en Huub van flelick, die resp, voorzitter en sekretaris geworden zijn. Voor velen geen onbekenden. We wensen hen veel succes. Mnium undulatum Hedw. 3

De voorjaarsexcursie naar Twente en het gebied rond Bentheim door M. Brand en W. Loode Twente heeft van ouds bij botanici een goede naam. Hoewel allerlei moderne ingrepen sterk nivellerend gewerkt hebben, is de geologische en geomorfologische gesteldheid van dit gebied nog steeds weerbarstig genoeg om voor veel afwisseling in milieuomstandigheden te zorgen. Het Twentse landschap behoort nog steeds tot de fraaiste van Nederland en nog zijn er aantrekkelijke natuurgebieden te vinden, loofbosrestanten, houtwallen, beekdalen, meden of maten en schrale hooilanden met een rijke flora. Voldoende reden dus om er van 30 april tot 2 mei 1976 een voor jaarsexcursie van de Bryologische Werkgroep aan te wijden. Sinds 1960 was de Werkgroep niet meer in Twente geweest. Hoewel men toen in de jeugdherberg Brecklenkamp logeerde, voor enige fraaie excursiegebieden zeer gunstig gelegen in NO Twente, maakt het verslag (Lit. 7) gewag van grote autoritten Duitsland in (tot bij Heiliges Meer bij Hopsten en toe), komt Twente er in de soortenlijst slechts met één locatie voor (Twickelse Bos). Daarvóór, in 1951, was de Werkgroep in Ootmarssum geweest (Lit. 1). Op basis van deze gegevens geven Agsteribbe en Groenhuyzen in 1965 een samenvatting van de mosflora van Twente (Lit. 2). Het was erg prettig dat we een vergaderzaaltje tot onze beschikking hadden in museum Natura Docet in Denekamp, waar ook voor enige deelnemers eenvoudige accomodatie aanwezig was voor de nacht en waar door anderen in de tuin gekampeerd mocht worden. De directrice van het museum, l*lej. H. Bernink, komt daarvoor alle dank toe. Een ander deel van de deelnemers vond een goed onderdak in hotel Dolce in Denekamp. Op de vergadering op vrijdagavond, vonden enige mutaties plaats in het bestuur: Koos Schroder volgde Frits nulier op als penningmeester en Harrie Sipman 4

werd als nieuwe redacteur van Buxbaumiella gekozen. Heinjo During verruilde deze laatste functie voor die van redacteur van Lindbergia, welke hij al enige tijd waarnam, en volgde daarmee Dries Touw op. Zaterdagavond vertoonde Wim Margadant een fraaie serie dia's (in spiegelbeeld dankzij de ongebruikelijke projectie-opstelling) van Tadzjikistan, gelegen in de zuidelijk aziatische Sovjetunie. De bezochte excursieterreinen in Twente liggen zeer verspreid. 1. Allereerst de brongebleden. te vinden in de "heuvels" ten N van Ootmarssum en in De Lutte, waar in erosiedalen uit het Wurm (de laatste ijstijd) door prachtige meanderende beekjes het op de tertiaire klei stagnerende water afgevoerd wordt. De mooiste liggen op de stuwwal ten N van Ootmarssum en wateren af naar het Westen. Hiervan werden bezocht de meest noordelijke, de Mosbeek (door 3 excursies zelfs) en de Hazelbekke, Westhoff (1973) geeft, in het kader van een zeer lezenswaardige samenvatting van de vegetatie van l\io Twente, een aardig kaartje van de beekdalen rond Ootmarssum, Op een gewone topografische kaart zijn de beek. Haar de deelnemers waren enthousiast over het hellingveentje waar de beek ontspringt (Narthecium ossifragum, Dactylorchis majalis, Carex hostiana), en over het fraaie Alnetum langs de beek met Montia rivularis, Cardamine amara en Chrysosplenium beekjes nauwelijks te vinden, wel daarentegen op de (oude) geologische kaarten (lit. 5). De Mosbeek zelf viel bryologisch wat tegen. Vermeldenswaard zijn alleen Platyhypnidium riparioides op steen bij de "Mol van Frans" en Cirriphyllum crassi - nervium gevonden door Wim Rubers op een steen in de opposi - tifolium. De gevonden planten van Philonotis, van de Rosbeek en ook van de andere bezochte beekdalen, zijn steeds tot P. fontana gerekend, hoewel P. caespitosa in het verzamelde materiaal aanwezig kan zijn. Nyholm (lit. 8, p. 299) acht de systematische positie van dit 5

taxon onzeker en geeft er ook geen beslissende verschilkenmerken voor t.o.v, P. fontana. De Springendaalse beek stroomt van de stuwwal van Ootmarssum naar het Oosten, Hier werd een kort bezoek aan de gebracht N bronbeek tot waar deze in een kunstmatig meertje komt, waarin het heldere water tot groentesoep wordt door het massaal voorkomen van Fontinalis antipyretica (c.sp.1), In het beekje werd een beekprik gezien. De bronnen en bronbeken in het heuvelland van Ootmarssum waren in 1951 het voornaamste excursiedoel. Bij het lezen van het verslag van deze excursie blijkt wel dat het hoe fraai het ook gebied, nu nog is, toch wel sterk achteruitgegaan is, In de soortenlijst komt dat duidelijk tot uitdrukking Niet, terug gevonden zijn onder andere Campylium stellatum, Drepanocladus exannulatus, D, revolvens, D, vernicosus, Scorpidium, Sphagnum contortum, S, rubellum, Riccardia sinuata, Pellia neesiana, Lophozia porphyroleuca, Microlepidozia setacea, Marsupella emarginata. Behalve de twee laatst genoemde Drepanocladus soorten werden al deze soorten toen in hetzelfde gebied gevonden als we nu bezocht hebben: de bronnen en bovenloop van de l*losbeek. In De Lutte, een 0 van Dldenzaal gelegen stuwwallengebied, zijn ook enige brongebieden bezocht: de Bloemenbeek, dicht langs de straatweg Dldenzaal-Bentheim gelegen, waar o,a, Plagiothecium latebricola gevonden en werd, de bronbeekjes aan de voet van de Tankenberg, Dat zijn eigenlijk niet veel meer dan moerassige kommen, de ene met veel Urtica dioica (door populierenaanplant?) en als dominerend mos Brachythecium rutabulum, de andere met Caltha palustris en Alnus glutinosus, en in heide gevallen met Chrysosoplenium oppositifolium. 2, Loofbosvegetaties werden bekeken in de wegens Paris quadrifolia beroemde bosjes van Achter de Voort, gelegen op keileem langs het kanaal Almelo-Nordhorn zuid van Ootmarsum, en in de eveneens op zure leem gelegen bossen van Duivelshof en het Smoddebos (bij Losser), 6

De hier dichtbij gelegen kleigroev/e van Gebr. Osse bij Losser werd eveneens op mossen onderzocht. Vermeldenswaard waren hier vooral Hypnum lindbergii, Pellia endiviaefolia, Mniobryum delicatulum en de massaal voorkomende Riccardia pinguis. Als lichenen moeten hier vermeld worden Cladonia rei, een pas sinds kort uit ons land bekende soort, die zeer veel lijkt op C. subulata, en Collema tenax. Een veel oudere groeve, in de Hoge Lutte, bij de Paasberg, door Bernink (1918) beschreven en toen al niet meer in gebruik, is met bos begroeid met o.a. zeer veel Vinca minor, Lamium galeobdolon en Mespilus germanica. Hier was een aardige vondst Isopterygium seligeri, op en tegen oude boomstompen groeiend, 3. Van de moerasgebieden in Twente werden alleen bezocht het Voltherbroek en de Lemseler Maten. Vooral het eerstgenoemde gebied leverde aardige vondsten; Ulota bruchii op een wilgenstam, Plagiothecium latebricola en Mniobryum slootrand. wahlenbergi op een afgestoken Dezelfde excursie bezocht op de terugweg naar Denekamp de watermolen van Singraven, waar Tortula latifolia gevonden werd op een kademuur bij de watermolen. 4. Het bezochte deel van het Duitse grensgebied is geologisch van een geheel ander karakter. Hier ligt in Bentheim hoog hoven de omgeving uitrijzend het Slot op vaste rots van zandsteen uit het Onder Krijt, Op de N - helling hiervan ligt de zg. Slottuin, met een hellingbos dat beroemd is om het massaal voorkomen van Corydalis ca va, waarschijnlijk het meest westelijke natuurlijke voorkomen van deze soort (lit. 6). Hier werd met succes naar mossen gekeken; o.a. Mnium rostratum en Thamnium alopecurum. Het Bentheimer Woud, gelegen op zware Waalden-klei, werd bezocht rondom het Kurort, waar een mooi oud haagbeukenbos langs een klein beekje ligt. Ranunculus auricomus, Phyteuma nigrum, Asperula odorata, Gagea spathacea en Lamium galeobdolon vormden er de fraaie kruidlaag. Huub van Melik vond hier Eurhynchium 7

schleicheri. Ook Barbula sinuosa en Didymodon tophaceus (op een brok kalksteen langs de spoorlijn) waren aardige vondsten, Isopterygium seligeri werd ook hier, op boomvoeten, aangetroffen, en verder werd een nieuwe vindplaats voor Carex brizoides een ontdekt, zich uitbreidende soort (zie Dirkse c.s, 1973), Vooral de epifyten waren goed vertegenwoordigd op de oude, kronkelige hoogbeuken; te noemen zijn onder de mossen: Anomodon viticulosus, Porella platyphylla, Radula complanata, Frullania dilatata, Metzgeria furcata en Zygodon viridissimus. Het bos was ook rijk aan zeldzame, aan oude bossen gebonden lichenen als Thelotrema lepadinum, Pyrenula nitida, Enterographa crassa en Graphis scripta. Enkele zeer oude eiken vlak bij de gebouwen hadden een rijke begroeing van Caliciaceae met als dominant Calicium salicinum en daarnaast C, viride en C, adspersum. Het is merkwaardig dat zulke fraaie vegetatie zo vlak over de grens nog voorkomt. Dergelijke vegetaties van Caliciaceae moeten vroeger algemeen geweest zijn, vooral op dood hout. Nu komen de eerste twee soorten in Nederland alleen nog voor op oude, droge schors, maar vooral C, salicinum is zeldzaam en komt nooit in zulke massa's voor} van C, adspersum is slechts nederlandse vondst, uit de vorige eeuw, bekend. Op 30 april bezocht een groep een oude leemgroeve in Suddendorf (bij Schuttorf), Oude, ondiep uitgegraven delen hiervan waren begroeid met Erica tetralix en Sphagnum soorten, en er kwam een niet bloeiende lage, vorm voor van Cladium mariscus. De leukste vondst was hier Solenostoma caespiticium (Huub van Me lik). Op 1 mei ging een andere excursiegroep naar deze contreien, deels dezelfde terreinen bezoekend, deels ook andere, met name een gedeelte van het Oentheimer Woud langs de Rammelbeek aan de Westzijde van de straatweg Dentheim-Nordhorn, in het deel dat Wald - seite genoemd wordt. Daar werd o.a. Isopterygium seligeri en ook weer Plagiothecium latebricola gevonden. 8

's Middags splitste deze groep zich: een deel bezocht de zg. Franzosenschlucht, een oude zandsteengroeve ten 0 van Bentheim (met o.a. Orthocaulis attenuatus), een ander deel bekeek het slot van Oentheim. Later weer werd, gezamelijk, het bos üphoff bij Ochtrup een fraai bezocht, Querco-Carpinetum op kalk. Het bos vertoonde een prachtig voorjaarsaspect, met o.a, daslook, aronskelk, bosgeelster en schedegeelster, maar bryologisch leverde het niets op; men had te veel aandacht voor de hogere zodat planten, zelfs geen soortenlijst werd gemaakt. Op de terugweg werd nog gestopt bij een verlaten kleigroeve bij een oude steenfabriek met o.a, Didymodon tophaceus. In 1960 werd het Bentheimer lüoud ook bezocht, op drie plaatsen in het nu niet bezochte noordelijke deel. Men vond toen o.a, Nowellia curvifolia en Neckera pumila, naar niet de vele neutrofytische epifyten die wij vonden bij het Kurort. Literatuur 1. Agsteribbe, E«& S, Groenhuyzen, 1952. De najaarsexcursie naar Oormarsum 1951. Buxbaumia _6: 15-22, 2. id. 1965. De mosflora van Twente. In: Twente Natuurhistorisch, deel \l, p. 35-44. (Fleded. KNNV 56). 3. Bernink, 3.B. 1918, Ons Dinkelland, 2 e druk. 4. Dirkse, G, c.s. 1973. Carex brizoides en Phyteuma spicatum bij Bentheim. Gorteria J5: 15D-152. 5. Geologische Kaart 1:50 000, blad Almeloo, kwartblad II, 1930. 6. Loode, D.W.D. & E»J. Ueeda, 1976, Geelsterren in Twente en het Duitse grensgebied. De Levende Natuur 79'. 222-228, 238-243. 7. Margadant, ld. & B.0. van Zanten, 1960. De voorjaarsexcursie 1960, Buxbaumia _L4: 1-9. 8. Nyholm, E. 1954-1969. Illustrated Mossflora of Fennoscandia, Lund. 9. Westhoff, V. c.s. 1973, Noordoost Twente, in: üjilde Planten, deel 3, p. 19B-223. 9

Lijst van vindplaatsen 1. Dal van de Hazelbekke bij Vasse: bron, beek, Calthion-hooiland jes, vochtig loofbos. 2. Bron en bovenloop van de Mosbeek en de Paardenslenkte bij Vasse: droge en natte heide, Calthionhooiland, weiland, bron, beek, watermolen (de Mol van Frans), 3. Springendalse beek bij Ootmarsumj beek en vijver in bos. 4. Achter de Voort, Z van Dotmarsum, aan het kanaal Almelo-Nordhorn; loofbos op keileem. 5. Lemseler Maten, 0 van Ueerselo: Calthion-hooiland, vochtige en droge heide, bos, 6. Voltherbroek; vers wilgestruweel, afgestoken slootkant, betonnen dammetje. 7. bij Denekamp: op 7a. Denekamp: betonnen tapir muur van watermolen. voor museum "Natura Docet", 8. Bos aan de voet van de Austiberg, Z van Denekamp: loofbos, betonnen dakpannen, 9. Bronbeekje aan de voet van de Tankenberg, 0 van Oldenzaal, 10. Oude groeve in de Paasberg bij De Lutte: loofbos. 11. Bloemenbeek, N van De Lutte: bronbeekje door loofbos, Calthion-hooiland, greppel, houten paaltjes langs weiland. 12. De Lutte, "Voetbrug": loofbos op helling, 13. Duivelshof N van Losser: boslaan en beek (Snoeiinkbeek). 14. Smoddebos, NU van Losser: bos en beek (Bethlehemse beek). 15. Losser, kleigroeve van gebr. Osse: open klei, grazige helling, betonnen paaltjes. 16. Bentheimer Uoud, Ualdseite: beek door loofbos, greppels langs paden door naaldbos, pad bij gasstation. 17. Bentheim-Bad: oud loofbos van Kurpark. 18. Bentheim, slot: zandsteenrotsen, slotpark, 19. Schilttorf, Franzosenschlucht; oude zandsteengroe- 10

Nol - li/im v/e, 20. Leemgroeve bij Suddendorf. 21. Leemgroeue aan de weg Bentheim-Ochtrup, 5 km uan Bentheim. p - met perianthen f - met kapsels resp. apotheciën onderstreept thuis nagedetermineerd HB - Maarten Brand HS - Harrie Sipman NL - HuM Dries Luitingh FS Flip Sollman - - Huub uan Flelick - DT Touw UIR Rubers Barbula unguiculata Hedw. 11

Soortenlijst voor jaarsexcursie Bryologische Werkgroep Twente 1976 Musci Amblystegium serpens 8 9 _1_0 13 17f var. juratzkanum 18 varium 2_ 21f Anisothecium staphylinum _6 _10 A. varium 15 20f 21 Anomodon viticulosus JL8 2_1 Atrichum undulatum 1 2 9 10 12 14 16 20 Aulacomnium androgynum 12 9 12 14 16 20 palustre 1 2 3 16 20 Barbula conv/oluta 13 _15 cylindrica 7_ JL8 fallax JL5f 18 0 sinuosa 17_ det. HvM, teste P1B unguiculata 20f 21 Brachythecium albicans 2f 20 21 rutabulum lf 2f 3f 4 6 8 9 lof 11 12T 13 14 15 16f 17f 20f Bryum argenteum salebrosum velutinum 18f 20f 21f 2 f 8 12 ü f 12 12 f il f 18 10 15 JL7 _20 bicolor 15 opg. HS capillare 8 10 18f _17 microerythrocarpum 2_ (9, cfx" pallens 2 6 det. UR pseudotriquetrum _1 7*20, cf) det. I*1B rubens sp. 2. 12 det. Hvf*), UR 1 15 Calliergon cordifolium 2_ Z 6 giganteum J5 stramineum 2 3 Callergonella cuspidata 1f 2 3 4 6 JL0 11 JL5 16 17 21 Campylopus brevipilus 2 5 flexuosus 2 13 fragilis 20 var. 9 13 Ceratodon purpureus 2 3 6 9 10 11 15 16 17 20 12

Cirriphyllum crassinervium 2_ piliferum 1 det, WR opg. MB Climacium dandroides _1 2 Dicranella cerviculata 20f opg. FS heteromalla 1 2 4 6f 8 9 10 11 12 13 14 15 16f 17 20f Dicranoweisia cirrhata 1 3f 8 9 lof 14 15 16F 20 Dicranum bonjeani 1^5 polysetum 3 17 20 scoparium 1 10 12 13 14 _17 19 20 spurium 5i det. WR Didymodon tophacaus JF7 21_ Drapanocladus aduncus _2 _15 17f fluitans 2 1_9 20f sendtnari 2CI leg, FS, det. MB Eurhynchium praelongum 123489 lof 11 12 13 14 15 _16f 17 19 20 hians lof 16 17 8 schleicheri _17 det. HvH, teste P9B striatum 5 12 13 17 Fissidens bryoides lof 13 1 17 taxifolius lof 12 16 17f Fontinalis antipyretlca _3f Funario hygrometrica 10 15 17f 20f Grimmia apocarpa 6f 8 pulvinata 8 9 Homalia trichomanoides 16 17 Homalothecium sericeum 3/7 18 Hypnum cupressiforme 123568 lof 12 14 16 11 12. var. ericetorum 5f 6 13 imponens J5 _13 lindbergii _15 det. HS Isopterygium elegans seligeri Isothecium myosuroides myurum 2 8 9 _10 11 _13 _14 16 _17 18 12 lof 16f 17f 16 1/7 16 JL7 18 Leptodictyum kochii _6 9_ det, WR 13

Leptodictyum riparium 4 13f 16 17f Leucobryum glaucum 1 13 Mniobryum delicatulum _15 (20, cf) det. HS, opg. NL wahlenbergii _6 det. UR, taste MB Flnium affine J2 5 6i 10 11 12 14 17 hornum 1f 2f 3 9 lof 11 12 13 14f 16 17 18 19 20 punctatum 2_ 9 10 13 14 16 17 18 rostratum 18f dat. Hul 7 ), NL. stellatum _9 JL7 undulatum 1 2 10 12 13 14 Neckera complanata 17 113 Orthodicranum montanum 1_3 (terrestrisch) 17 18 Orthodontium lineare 1 3f 17f 19 Orthotrichum diaphanum 8 sp. 10 Philonotis fontana _1 7_ 6_ Physcomitrium pyriforma 2f _6 Plagiothecium curvifolium 1 lof 12 16 denticulatum 1 6 9 10 12 14 17f 19 (ls overgang naar P. ruthei, det. DT) laetum 9f 10 12 14 16 17 19 20 latebricola 6 11 _16 nemorosum 9 16 17 _18 v, neglectum 2_ det, NL ruthei 2_ 3 9 12 succulentum _1 _6 _8 _9 11 1_3 _14 17 undulatum 10 13 17 19 platyhypnidium riparioides 2_ 1_ Pleuridium acuminatum lof det, Hvf 7! Pleurozium schreberi 16 19 20 Pogonatum aloides 20 opg. FS Pohlia bulbifera 2 16 nutans 2 9 JUD 11 12 13 14 17 20f Polytrichum commune 2: 16 2Of formosum 37 _13 14 marginatum 17 opg, FS piliferum 2 20 14

Polytrichum strictum 20 Pseudoscleropodium purum 1 12 15 0 21 Racomitrium canescens 20 opg, FS Rhynchostegium confartum 2_ Y7_ 1 Rhytidiadelphus squarrosus 1 3 5 6 13 14 15 16 17 20 21 Sphagnum auriculatum 2_ f, obesum 20 compactum 2CI cuspidatum 2. 20 fimbriatum 16 _17 nemoraum 3 palustre 1 2 17 papillosum 2_ recurvum 2_ j3 20 squarrosum 1 2_ 3 subsecundum 17 20 tenellum _5 det. FM, teste MB Tetraphis pellucida 1 3 9 10 13 14 17f 18 19 Thamnium alopecurum _1 Thuidium tamariscinum _10 _13 16 _17 Tortula latifolia _7 det, P4B muralis Ulota bruchii 2689 18F det, MB Zygodon viridissimus _17 det, HvN Hepaticae Calypogeia fissa 2 HD 11 _13 JA JL5 muelleriana J2 _3 9 J/7 19 Cephalozia bicuspidata 17 19 2JJ Cephaloziella divaricata 2_ Chiloscyphus polyanthus s,l, _1 2_ 13 14 16 Diplophyllum albicans 13 17 19f Frullania dilatata 17 Gymnocolea inflata 5p Lepidozia reptans _17 _18 19 Lophocolea bidentata s,l, JL 9 JL0 13'IS* ' L, cuspidata-opgav/e heterophylla 8 9 JJD 11 12 13 14 16 1/7 19 20 15

Marchantia polymorpha 236 Metzgeria furcata JL7 _1IB Nardia geoscypha 20f det. NL, Hun Orthocaulis attenuatus 19 opg, FS Pallia andiuiaefolia epiphylla 10 11 JL5 1 2 9 10 13f 14 20 Plagiochila asplenioides Vt_ det. DT Plectocolea crenulata _20 det. Hul*! Porella platyphylla 17 det. NL Ptilidium ciliare 19 pulcherrimum 5 P9» MB Radula complanata 1/7 det. Hun Riccardia pinguis 15 _17 21 sp. Scapania irrigua 16 P9» FS nemorosum 19p opg. FS Solenostoma caespiticium 2 det. Hun, teste nb Lichenes Arthonia spadicea Arthothelium ruanideum Bacidia nitschkeana 1 4 16 op eik op hazelaar op struikheide sabuletorum 7_ Buellia canescens 18 punctata 11 17 op zandsteen Calicium adspersum J/7 op oude eik salicinum 1J7 id. uiride _17 id. Caloplaca aurantiaca 6 7a op beton cerina u chlorina 7 citrina 2 5 6 7a 18 heppiana 18 holocarpa 2 5 6 7a 15 murorum 7a 18 Candelariella aurelia 2 5 7a 15 Chaenotheca melanophaea 1 3 17 stemonea 3 11 op eik Cladonia bacillaris 2_ chlorophaea sl 26 coccifera 2 16

Cladonia coniocraea 3 12 13 14 crispata _2 cryptochlorophaea 2_ impexa 2 5 fimbriata 15 floerkeana 2_ furcata 2 glauca 2 macilenta 2 merochlorophaea v merochlorophaea _2 pityrea 2 rei 1_5 squamosa 2f strepsilis _2 subulata 2_ 13 verticillata sp. J2 10 14 15 17 18 Collema tenax 15 18 Dimerella diluta 1 3 6 11 16 Enterographa crassa 17 op haagbeuk Evernia prunastri 1 2 3 14 17 Graphis elegans _1 scripta 14 17 op haagbeuk (17) Haematomma ochroleucum var. porphyrium 17 18 op eik (17), zandsteen (18) Hypogymnia physodes 2 3 6 10 12 13 14 17 Lecania erysibe 5 6 7a 18 Lecanora albescens 7a carpinea 18 chlarona 16 chlarotera 16 op eik (1), es (6) op haagbeuk conizaeoides 1 2 3 6 8 10 11 12 13 15 16 17 dispersa 2 5 6 7a 15 18 op beton, zandsteen expallens 1 3 6 11 16 17 flotowiana 6 7a 17

Lecanora hageni 5 op beton polytropa 11 op granietblok saligna 11 _17 op hout (11), oude eik (17) subfuscata 3/7 op eik Lecidea granulosa 2 6 11 13 18 lucida _1 18 op aarden walletje (1), zandsteen (8) scalaris 2 3 17 symmicta 17 op eik uliginosa 1 2 6 10 11 13 15 18 Lecidella scabra 18 stigmatea 2 6 7a 18 Lepraria candelaris 17 incana 3 6 7 9 10 11 12 13 14 16 17 18 Ochrolechia yasudae _T7 op eik Opegrapha subsiderella 17 op haagbeuk vermicellifera 17 op haagbeuk Parmelia glabratula 17 op eik saxatilis 1 3 17 sulcata 1 2 6 10 11 Pertusaria amara 1 17 op eik coccodes 1 op eik hymenea J/7 op eik pertusa Phlyctis argena 1 7 17 1 op eik op eik (l, 17), zandsteen (7) Physcia adscendens 2 caesia 2 Platismatia glauca 3 6 Porina chlorotica 1 16 17 op es (1), els (16), haagbeuk (17) Pyrenula nitida 17 op haagbeuk Protoblastenia quernea 1 17 op eik Rinodina subexigua 18 Sarcogyne pruinosa 7a 18

Schismatomma decolorans 7 17 op eik Thelotrema lepadinum 17 op haagbeuk Verrucaria muralis 5 6 18 nigrescens 6 7a 18 Xanthoria parietina 68 op beton Ledenlijst van de bryologische en lichenologische werkgroep, per 1 september 1978 A. APTPOOT W.V.VELSENSTPAAT 11 1962 WS HEFMSKEDK E.J. APHOLDS HOLTHE 21 9M11 TN REILEN J.J.V.6AAK KERKPAD 12 9951 EP WINSL'M G.J. BAAYENS LEEUWENBRUf. 99 7991 RE DWINGELO PROF. DR. D. BAKKER MARGRIETLAAN 9 9752 LT MAREN P.A. BAKKER MOLENEIND PROF. DR. J.J. BARKMAN KAMPSWEG 55 1291 LT KORTENHOEF 29 9> 18 PD WIJSTER F. BENJAMINSEN MULLERWEG 25 5629 JC EINDHOVEN J. BIRZA YARENSTRAAT 25 5662 EK GELDROP L. BLOM LEEK 28 1862 JC BERGEN BOELE, C. NIEUWEWEG I»A 9711 D. DE BOER IIOLLANPSEWEG 79 6706 TD GRONINGEN KS WAGENINGEN P. BOGAERS MARIAPLAATS 22 5511 LK UTRECHT H.J. V. BOHEMEN ANDROSDPEEF 190 556 1 XE UTRECHT G. eoon EMMASTRAAT 9 5505 J C VELDHOVEN F. BOS BOCHOLTSESTRAAT *9 7102 BT WINTERSWIJK R.H. V.D. BOSCH CAMPHUYSENSTR. 55 53< «) VK OSS A.C. BOUMAN PARMEMTIERSTRAAT 15 1903 A.M. BRAND DODEWFG 26 5852 MEJ. A.M.M. IRENCSTPAAT 2215 V. BREEMEN 25 BREMER, P. CHOPINIAAN 20, 9722 K. 501 XA BUSSUM RE LEUSDEN HK VOORHOUT KH GRONINGEN M.C.J. BOUTERSE TROELSTRAWEG 59 6702 AE WAGEN INGEN R.J. BIJLSMA PAPFNPAD 20 6705 CP WAGENIHGEN J.A.F. COHEN PLANETEMLAAN 5721 KC BILTHOVEN STI'ART 81 DEPOT V. NED. PUBLIKATIES POSTDI'S 7». 2501 AJ DEN HAAG KI 5 TIJDSCHRIFTEN ABONHENR. AFD. 15900 G.M. DIRKSE TPEKVOCELWEG 62G 5815 LP AMERSFOORT A.J. DOP KLOVENIERSBURGWAL 12 1012 CT AMSTERDAM H.J. DUPING FR. VAN DIJKIAAN 27 5991 KC DOORN L. DIJKSTPA NOORDERBINNENSINGEL 79 9712 XC GRONINGEN W.N. A.C. ELL15-ADAM JI SPERVELDSTPAAT 591 102". BD AMSTERDAM J.B.M. FRENCKEN JOH. GERAOTSWEG 71 1222 DR. S.R. GRADSTEIN PALESTRINALAAIJ 12 5725 PN HILVERSUM KN BILTHOVEN H.F. GRENDEL W.A.HOEVE, VIJVERHOF 5759 BN DEN DOLDER M.C. CROENHART P.C. HOOFTLAAN 9fi 1985 BK DRIEHUIS S. GROENHUYZEN OLYMpIAPLEIN 80 bfc 1076 AC AMSTERDAM W.G. DE GROOT IRENESTRAAT 1 5559 JJ VALKENSWAARD PROF. DR. G.J. DS. VEENWEG 58 8956 HS BOVF.NKNYPE HARMSEN MEVR. C.M. DEN HELD-JAGER DE LA PEYIAAN 2806 DA GOUDA 25 H. V. HELSDINGEN EERSTE DAALSEDtJK 282 3515 TL UTRECHT J.A. HOEKSTRA GROESBEEKSEWF.G 97 6529 CN NIJMEGEN R. DEN HOUTER RIGELSTRAAT 69 1223 AV HIIVERSUM PETER HOVFNKAMP KAISERSTRAAT 22B 2311 GR LEIDEN HUSSON, DR. A. M. PATER CUSTERSWEG J.M. IETSWAART WILLEM BUYSLAAN 8 6217 NL CADIFR-KEER 6 2015 EJ HAARLEM W.G. DE JONG BILTSESTRAAT 70 1913 EJ IEEUWARDFN MEVR. R. KETNER-OOSTRA JAGERSKAMP 27 6706 EG WAGENINGEN MR. G.J. KETS RIJKSWEG 36 6996 J.A. DE KLEUVER A. V. OSTADESTR. 92 9091 KNAAP, P.A. V.D. HOGE HEREWEG 89 9756 AC DREMRT HG RESTEREN TK GLIMMEN P V.D. KNAAP MAR IAPLAATS 16 5511 LJ UTRECHT 19

H. KNIBBELER JASMIJNSTRAAT 30 6011 RP ELI ES OEGSTGEEST M.J. KORT SELIUS P. MOL IJNLAAN 6 2 3 W 3 6601 GT YERSEKE B.P. KOUDSTAAL AZALEAIAAN 32 B. KRUYSEN MIDDELWEG 17 2312 KG LEIDEN W. LABEY KLOKKESTRAAT 8 62MS KL MESCH H. LAMMERS HOOFDSTRAAT 90 5706 AM HELMOND B. LANGENKAMP BLOEMSTPAAT 25-A 9712 LA GRONINGEN MEJ. B.L. V. LEEUWEN JOH. WlNCKLERHOF 6 12M1 CC KORTENHOEF MEVR. A.V.D. LINDE T. HAAGSTRAAT 16 1816 K.P ALKMAAR M.J.C. LIPS JAC. V. WEESENBEKESTR. 1067 PH AMSTERDAM 66 K.M. LOERAKKER KAPELSTRAAT 39 3572 CJ UTRECHT DR. G. LONDO PROEFTUIN 13 3925 EJ SCHERPENZEEL W, LOODF KIEVITLAAN 31 3738 EP MAARTENSDIJK C.H. V. LOOY NORELBOSWEG 19 8161 AS EPE A. LUITINGH MERELLAAN 13 5552 P>Z VALKENSWAARD DR. W.D. MARGADANT GINKELSEWFG 2 3956 KJ LEERSUM A.K. MASSELINK DE ZALMEN 117 6865 AN DOOPWERTH W. V. MEGGELEN BURG. V. HAARENLAAN 1185 3118 GD SCHIEDAM D. MELMAN VLIET 15 2311 RP LEIDEN H.M. V. MELICK UNIASTATE 67 5655 HH EINDHOVEN MELTZER, J.A. PODE KRUISLAAN 1027 1111 ZZ DIEMEN MEULEN, H.J. WILMELMINALAAN 8 3651 HJ VLEUTEN V.D. COCVORDERSTRAATWEG 7917 PP GEESBRUG H. DE MIR/WDA 33 DR. J.G. DE MOLENAAR GRUTTOSTRAAT 26 6021 EX MAURIK MR. L.H. MONTIJN HEEMSKERKLAAN 25 1612 CG NAARDEN DR. F.M. MULLER PE RUYTERSTRAAT 66 6712 DT EDE J.G. MUTSER5 LEVYLAAN 26 5652 VJ EINDHOVEN NAGEL, DR. W. SCHEIMSEWEG 21 C861 WP OOSTERBEEK MEVR. E. NANNINGA-BREMEKAMP UTRECHTSEWEG 622 6865 CP DOORWEKTH D.O. NIJLAND P.UPG. V. ADUARDSTR. 63 6671 ZE ZETTEN MEJ. A.C. ORT MAPISLAAN 9 2316 XV LEIDEN K. OVERSTEGEN RUSTENBURGSTR. 25 5662 ET EINDHOVEN g. POT PAPENGANC 2 9711 PA GRONINGEN J. V.D. MAANVISSTRAAT 5706 CP HELMOND PUTTEN 11 MEVR. REODINGIUS GRAAF W. DE OUDELAAN 22 1612 AV NAARDEN G. V. REENEN W. SCHUYLENBURGLAAN 65 3571 SC UTRECHT MEVR. R. RENSEN ZUIDERKAMP 22 5672 IID NUENEN TH. REYNDERS TARWEVELD 85 3902 GB VEENENDAAL W.J. REYNDEP.S TAAG 25 1186 LM AMSTELVEEN F. RIIJGENALDUS GORECHTKAPE 117 B 9713 BL GRONINGEN IR. P.N. ROORDA V. EYSINGA CASTOR 6 6501 EZ OOSTBURG G. TH. DE ROOS DORPSSTRAAT 198 8899 AP VLIELAND H. ROOS TINNEGIETER 57 1625 AS HOORN MEVR. R. V. POSMALEN AKP.ARSTR. 3 III 1061 DP AMSTERDAM W. RUBERS JOH. W. FPISOPLAATS 6A 6196 AC TPICHT C. RUINARD DALINCSKAMP 10 3085 SJ PPTTFPPAM RIJKSHERBARIUM SCHELPENKADE 6 2313 ZT LEIDEN J.K. SCHENPELAAR H.A. LORENTZSTR. 176 1782 JP PEN HELDER P. SCHEYGROND DORPSSTRAAT 26 6268 GJ MEEUWEN FR. V. SCMOUBROECK LOCHT 18 5506 KD VELDHOVEN J.H.J. SCHROEDER BRANTWIJK 12 1181 MT AMSTELVEEN R. SCIU'CHARD GREATE SUDEIU 6 8626 TW UITWEILINGERGA DHR. EN MEVR. SCHULP PR. JULIANAPA PK 2 8601 GJ SNEEK E.J. SCHUYLEMAN ZWARTEWAALSTRAAT 137 3081 HX ROTTERDAM H.J.M. SIPMAN BAKKERlAAN 63 3631 EG NIEUWEGEIN P.A. SLIM JUFFERSLAND 25 3956 TR LEERSUM F.J. SLUIMER IIEZER ENGMWEG 68 3736 GT DEN POLDER MEJ. E.M. SMIT DUISTERWFG 7A 3829 MP HOOGLANDERVEEN J.C. SMITTENPERG DELFT 78 9606 GJ ASSEN F. SOLLMAN V.WEBERSTPAAT 32 6906 KD ZEVENAAP MEJ. J.L. VAN SPANJE EELDERSINGEL 2 9726 AR GRONINGEN JOHAN STEENHUIS GROTE KRUISSTRAAT 63A 9712 TR GRONINGEN F. STEENKAMP NOOFOEINDE 60 2311 CE LEIDEN MEVR. C.M. SWART-VELTHUYZEN MIDDFN-ENG 17 6721 GV BENNEKOM TEYI.ERS STICHTING POSTBUS 333 2000 AH HAARLEM J. TÓNNAER GELDFRSEDAM 19 5212 B. V. TOOREN SCHAEPMANLAAN 65 9722 RA DEN BOSCH NS GRONINGEN DR. A. TOUW ERICALAAN 22 2351 CW LEIDEPOORP MEVP. S.H. V.D. VAART V. BROECKHl'YSENSTR. 30 6721 MEJ. M. VEERKAMP POORTSTPAAT 11 3572 TD BFNNEKPM HA UTRECHT JAC. VELT SILENESTPAAT 27 1216 A8 HIIVFRSUM J.P. V. VELZEN ABEL TASMANSTPAAT 5 3531 GR UTRECHT 20

MR. W. VERCOUW E tkeniaah 27 1231 BR NIEUW-LOOSDRECHT J.W. V. VLIET ARENDSHORST 126 3115 VS AMERSFOORT VOGELPOEL. D.A.J, HEL ENF SWARTHLAAN 13 9721 TP GRONINGEN PLANTAGE MIDDENLAAN 2A 1018 DD AMSTERDAM HUGO DE VRI ES-LABORATORIUM E.J. WEEDA L'ILENSTEEDE 250, L. 160* 1186 AMSTELVEEN NC IR. S. V.D. WFRF ALREMEER 38 6721 GD BENNEKOM E. WERKER VANENEtJRG 89 671* HK EDE PROF. DR. V. WESTHOFF SIEP 5 6561 KK GPOE5BF.EK H.G. V.D, WEYDEN IJSSELDUK NOORD 75 2935 BJ OUDERKERK AD IJSSEL MEVR. L. VOS-TERKEN TOLSTEEGPLANTSOEN 31 II 3525 AK LTRECHT MEVR. M, V. WIERINGEN DIRCK V. HORNELAAN 9 5581 CZ WAALRE E. TEN WINKEL RODE KRUISLAAN 971 1111 ZW DIEMEN G. V. WIPDUM POSTBUS 39 5956 ZR LEERSUM A.V. WIJK HOFAKKERS 2* 7861 AS OOSTERHESSELEN PROF. DR. R. V.D. WIJK VAN HOUTENLAAN 51 9722 GS GRONINGEN A.H. DE WITT NASSAL'LAAN *6 9717 CL GRONINCEN DR. B.O. VAN ZANTEN VOGELZANGSTEEG 8 9*79 TR NOORDLAREN PUDIE ZIELMAN VALKSTRAAT 38 551* TK UTRECHT LOES V.D. ZWART ENGEISERF 22 58*5 BE HARDERWIJK MEJ. G. ZIJLSTRA JULIANAWEO 59 3525 VB UTRECHT DR. H. BREUER MUNSTEREIFELERSTRASSE 17 5508 RHEINBACH DR. W. FREY INSTITUT BIOLOGIE AUF DEP MORGENSTELLE 1 D7* TUBINGEN DR. J P HEBRAPD ST JEROME 15597 KARSEILLE CEDEX * E. JACOUES TH. VERELIENLAAN 70 2170 WUUSTWEZEL DR. Y KUWAHARA 5-139, KOKUBU-MACIII KUREME, FUKUOKA, 830 J. LANDWEHR PECH DE GAMELE *6000 LE MONTAT PROF K. MAGDEFRAU WALDSTRASSE 11 D 802* DE ISENHOFEN BR. R. V. PELT SCHOOLSTRAAT 2 KATERSCHEI - GENK PROF. J. POELT HOLTEIGASSE 9 A-8010 GRAZ W. V, ROMPU BOSSTRAAT 58 B-9180 BELSELE H. STIEPERAERE BLOEMENDALESTRAAT 8030 BEERNEM 130 PROF. R. STOTLER SOUTHERN ILLINOIS UNIVERSITY CARBONOALE I LI 62901 SMEYERS, J % KANADEZENLAAN ** KALMTHOUT, BELG IE K.A.G. DE JONG COLUMBUSSTRAAT 79 2561 AC DEN HAAG Eurhynchium speciosum (Brid.) Jur. 21 Bladtop takblad

Verslag van de bryologische najaarsexcursie naar Texel 11-12 september 1976 door H. van Melick en F. Sollman De meeste deelnemers arriveerden vrijdag in de loop van de avond op het eiland en men ontmoette elkaar hoofdzakelijk in de jeugdherberg bij De Hoge Berg. Daar werden in gezamelijk overleg de excursiegebieden uitgestippeld. Aangezien niemand tijdens de excursies in alle gebieden is geweest, ook de auteurs niet, is het ons niet mogelijk om van alle gebieden even uitvoerig verslag te doen. Van enige gebieden is alleen een soortenlijst opgenomen. Voor een meer algemene beschrijving van de grotere reservaten op het eiland wordt verwezen naar Wilde Planten, deel I. Het reservaat De Geul aan de zuidkant van het eiland werd door een aantal groepen bekeken. Het is een bijzonder fraai en gevarieerd gebied. Op vrij korte afstand van elkaar treffen we allerlei overgangen aan, die het gebied erg waardevol maken. Een opvallende wat betreft vondst, de hogere planten, was wel Erica scoparia nabij de Hoornder Slag. Aan de N-kant van het reservaat, op geaccidenteerde hellingen, vielen o.a. op: Tortula subulata, Hylocomium splendens, Tortella flavovirens en zelfs Rhynchostegium megapolitanum. Dit is een combinatie van soorten, die in de kalkrijkere duinen, ten zuiden van Bergen, in een bredere zone voorkomt, maar hier beperkt is tot de kalkrijkere hellingen nabij de zee. De vlierstruiken waren ook erg mooi maar ontwikkeld, Cryphaea werd niet meer gesignaleerd. De Z-kant van het reservaat trok veel belangstelling door het voorkomen van vele Brya, met name op de zandige kwelderkopjes. Hier werd o.a. Bryum knowltonii verzameld. Een ander gebied dat uitvoerig werd bekeken was de polder De Nederlanden. Hier liggen percelen duingrasland, meestal bemest geweest, die de laatste jaren zijn 22

aangekocht en waar nu een verschralingsbeheer wordt gevoerd. Het gebied ie zeer gevarieerd met allerlei overgangszones, o.a. tussen zoet en zout grondwater. Lokaal erg mooi ontwikkelde begroeiingen van het Schoenetum (Vlakje van Stark) met o.a. Campylium stellatum, Fissidens adianthoides en Carex pulicaris. Op sommige plekken in de polder zijn dit soort begroeiingen wat verruigd. Een volgend groot gebied dat onder de loupe werd genomen was De Slufter. Voor een uitvoerige algemene beschrijving, zie alweer het eerste deel van Wilde Planten. Bryologisch opvallende vondsten waren hier b.v. Campylium elodes, Tortella flavovirens (deze ook in zoet zout overgangssituaties). Een hoogtepunt vormde de vondst van Oryum neodamense. Een bezocht de groep bosjes langs de Schansweg ten zuiden van Den Burg, Deze bosjes vielen bryologisch wat tegen, waarschijnlijk doordat het plaatselijke milieu nog te onbeschut was. Lichenologisch waren ze interessanter. De bosjes behoren vegetatiekundig in grote lijnen tot het Alno-Padion. In één van de bosjes kwam erg veel Scilla nonscripta voor. Daarna bezocht een groep het fort De Oude Schans, iets verder zuidelijk dan voornoemde bosjes. Een interessant waar gebied, tamelijk lang werd rondgekeken. Vroeger waren hier in de omgeving drie fortifikaties, waarvan er twee zijn afgegraven. De Oude Schans is omstreeks 1574 op last van Willem van Oranje aangelegd. Omstreeks 1925 is een gedeelte van de schans afgegraven, dit zand ging naar de dijkverhoging. Het verdedigingswerk is in 1974 door het Flin. van CRCI op de monumentenlijst geplaatst. Vegetatiekundig is het grotendeels te typeren als begroeiingen die behoren tot het Thero Airion, armere, zandige graslanden. De hellingen worden wat overbegraasd door schapen en konijnen, zodoende ook stond er relatief veel Ceratodon. Plaatselijk waren hier plekjes met zodat leem, bv. ook Pogona - tum aloides (nieuw voor de Waddeneilanden), Weissia microstoma (ook nieuw) en Dicranella cerviculata voorkomen. 23

De terreinen v/an het v/ogelreserv/aat De Bol kregen ook een beurt. Hier zijn o.a. zoet-zout gradiënten, trapgatenmilieu's langs de slenk en open zandige stukjes in het grasland. Het geheel was bryologisch niet zo interessant. Lichenologisch zeer belangrijk was het oude sluismuurtje. De iepenlaan bij Cocksdorp leverde o.a. Orthotrichum lyellii op. In het nabij gelegen bos met Arum maculatum kwam zelfs nog Thamnobryum alopecurum te voorschijn. Incidenteel werden door een aantal mensen nog gebiedjes bekeken vlak achter de duinen, met de polder, Vaak situaties met enige op de grens kwel uit de duinen, zie bijv. onder de soortenlijst, no. 7, 20. Zaterdag werd er een werkgroepsvergadering gehouden. Al met al kunnen we weer terugzien op een geslaagd weekend. Lijst van deelnemers A. Aptroot, 3. van Baak, P. Bakker met echtgenote en twee kinderen, F, Bos, M. Brand en echtgenote, C. van Dorp met introducé, H.3. During (HJD) en echtgenote, A. Ellis, L. Freese-Uoudenberg (LF), H. Greven (HG), S. Groenhuijzen (SG), K. den Held-3ager met zoon, A. P. Hoekstra, v.d. Knaap met introducé, M. Koopmans, A. Luitingh (AL), W.D. Margadant, H. van Flelick (Hvh), F. Muller, H. Roos met echtgenote, G. de Roos, R. van Rosmalen-Tervooren, U. Rubers (WR) en echtgenote, F. Sollman (FS) met zoontje, M. van Uieringen-Groot. Determinaties (en evt. veldlijsten) zijn afkomstig van hen, van wie de initialen zijn aangegeven. In de regel bevindt het materiaal zich in de desbetreffende col- in de soor- lectie. Alleen waar dit zinvol leek, zijn ternlijst de initialen opgenomen. Veldnotities werden ingezonden door: P.A. Bakker, H. Greven, A. Hoekstra, G. de Roos en F. Sollman. Verder zijn gegevens bijgevoegd van buiten de excursie, van L. Freese 1974, F. Sollman 1969, 1974, 1975 en LJ. Rubers. 24

Geraadpleegde literatuur Bakker, P.A. 1976 Schriftelijke mededeling, dd, l.xii. 1976. Rargadant, W.D, en \l. Uesthof 1949 De Texelexcursie. Buxbaumia _3: 1-12. Ooststroom, S.3. van, en Th.3, Reichgelt 1963 Erica scoparia L. nu ook op Texel. Gorteria 164. Prodromus, Ed.Altera 1893. Nijmegen. Sollman, F. en H.3. During 1975 De najaarsexcursie 1973 naar Vlieland. Buxbaumiella _4: 46-75 (met lijst van de bryophyta der Nederlandse Waddeneilanden, opgesteld door H.3. During) Bij de soortenlijst Gebruikte afkortingen (niet altijd gebruikt) t = terrestrisch U = op Ulmus S v = veldnotitie (overige opgaven in de regel microscopisch gecontroleerd) = op Sambucus (vlier) 1 = met kapsels resp, perianten Terreinkode: 1. N gedeelte van De Geul, Z van de parkeerplaats aan de Hoornder Slag. a. vlierstruweel b. vochtige vallei c. geaccidenteerde droge duinen 2. Z gedeelte van De Geul en Rokbaai. a. rudtraal plekje b. vlierstruweel c. rietmoeras d. zoet zout contactzones, meestal bovenkant kwelder e. heitje f. karrespoor g. open duinen, geaccidenteerd vlak ten N van De Geul 3. De Slufter. a. Z-deel b, stuifdijk 25

c. N-deel: 1. noordhelling} 2, karrespoor. d. moeras tussen Slufter en De Muy e. Binnenmuy-vlakte f. Muy-richel, open NüJ-helling tussen De Nederlanden en Binnenmuy g. Buitenmuy h. vlierstruweel aan ZO-zijde tussen Buitenmuy en strand i. O-deel 4, Krimduinen, N-kant van het eiland, Eierlandse duinen, 5, Vogelreservaat De Bol, a, muurtje/sluisje b, trapgaten bij slenk c, greppeltjes en open plekjes in weide 6, Bos U van Den Burg, bij Ploegelanderweg-Dunningsweg, 7, Meertje van Alloo en moeras, Z van De Koog, B, Fortifikatie De Oude Schans, ZO van Den Burg, a, muurtjes b, greppels c, hellingen (Thero-Airion) 9. Bosjes, ZO van Den Burg, aan de Schansweg, 10,Polder de Nederlanden, N van De Koog, Z van de Slufter, met o,a. Vlakje van Stark (Schoenetum). 11.Doolhofbos, Hoge Berg, bij Den Burg, 12,'t Mientje, Z van De Koog, stukje droge heide in binnenduin, 13»Staatsbossen, greppelkant Tureluursweg, 14,Greppelwand langs het bos Z van de Koog, 15,De Cocksdorp, iepen langs de Postweg met aangrenzend hakhoutbosje, 16,Westerslag. a. langs de bosweg b, binnenduinen 17,Slootkant aan de Uesterweg (Da Uesten), 1B,Tuinmuur te Den Burg, Schildersend 10. 19,Oprijlaan Middellandse weg (N van Oude Schild), 20,Binnenduinen NUi van Den Hoorn, bij boerderij De Mient, a. In ongeveer 1 m diep gat 26

b. in de heide 21,Eikenbosjes (Dicrano-Quercetum) N van het Nientje, Soortenlijst excursie Bryologische Werkgroep Texel 1976 Musci flmblystegium riparium lv 2c! 3d 3e serpens lv! 2v 3h! 10 15 v juratzkanum 2b (AT) Atrichum undulatum lv 16a Aulacomnium androgynum 16b 21 Barbula convoluta 2 3 8v fallax 3 (SG) hornschuchiana 2 (FS: op wegberm) recurvirostre 3f (AL) unguiculata Bv 19 Brachythecium albicans lv 2v 3 3a 4 5a 5v 16b mildeanum 10 (AT) rutabulum lv! 2b 3 3fl 3g! 3h 11 15 16a velutinum 2b'. 3h 15! Bryum algovicum (= angustirete) 2dl (AT) argenteum bicolor lv 3f lv 2a! 8v bornholmense 5 (WR) caespiticium 2a! capillare 2b 3c 3f 3h 9v 15 18 inclinatum 2dl 5c! (WR) knoultonii 2d! (HDD: bovenrand kweldei) micro-erythrocarpum 19 (WR) neodamense 3g (WR: ZW deel) aff. pallens 5b pseudotriquetrum 3 uarneum 2dl Calliergon cordifolium 7 Calliergonella cuspidata lv 2 2c 2d 3c2 3e 3g Campthothecium lutescens lc (FS) Campylium elodes 3g (WR) 10 (AT) 27

Campylium polygamum lb 3gl 3i stellatum 3c2 (teste SG) 3d 3e 10 Campylopus flbxuosus lc (N-helling) fragilis u pyriformis introflexus 2g 3i 3f 16bl 20b Ceratodon purpureus lu 2b 2g 31 3b 3e 3f 5a 5u 8 101 11 16b Climacium dendroides 15 Dicranella ceruiculata 8bl 171 heteromalla 61 8bl 9ul 11 13 16a Dicranoweisia cirrata luls 101t 11 151 Dicranum scoparium lu 2u 3e 3i 6u 8u 10 11 16a 16b Drepanocladus aduncus s.l. lu 2c 2d 3c2 3e 3g 10 Noot 1. u polycarpus 2d 3g 3i Noot 1. lycopodioides 3g (l_f, det. FS) Eurhynchium praelongum speciosum lc 2a 2d 3 3h 5a 5u 6u 8 9u 10 11 15 16a 3d (LF, det. FS) striatum lc 3e 3f 10 15 Fissidens adianthoides lbi 3 10 Fontinalis antipyretica 3e 3g 10 Funaria hygrometrica 2d 31 5a 5ul Grimmia puluinata 5a 5ul 151 181 Hylocomium splendens lc 16b Hypnum cupressiforme 2b 2g 3fl 3i 6u 9u 10 11 15 16a 16b u ericetorum lu 2u 3b u lacunosum lc 2u 31 3b 10 11 16b u tectorum 11 Isothecium myosuroides 4 (HDD, N-helling) 21 (lijr) Leptobryum pyriforme 2a 2f 2u 3f 5b 8 10 Leucobryum glaucum 6u 21 (UR) Plnium affine s.1. 1 8 16a Noot 2 hornum lc 6u 8 9u 10 11 14 16a rostratum 5 (UR, teste AT) undulatum lu Orthodontium lineare 61 20ult 28

Orthotrichum affine laj 2b] 3h] 15] diaphanum 2b] 3h] 5al 5v 8v] 15] 18J lyallii 15 (5G) pulchellum 2bJ (AT) Plagiothecium curvifolium 2b] denticulatum lc (HOD) 10 11 Pleurozium schraberi 2g 8v 11 12 16b Pogonatum aloides 8b (WR) Pohlia bulbifera 2üa (WR) nutans 6v 11 Polytrichum juniperinum 2v 3b 3a 3f 8v 11 16b piliferum lv 2v 11 Pottia heimii 2vl 3] 3aJ 5 Pseudephemerutn nitidum 20aJ (WR) Noot 3 Psoudoscleropodium purum lc 3f 8v 10 11 16a 16b Racomitrium canescens lc 2v 16b Rhynchostegium confartum 2b] 3h] 9] 15U megapolitanum lc] 3 Rhytidiadelphus squarrosus lu 2u 3 5a 5v 9u 12 triquetrus lc 2 2g Scorpidium scorpioides 3g (ijr) Thamnobryum alopecurum Thuidium tamariscinum lc 10 3b 16a 16b 15 (SG) (bosje) Tortella flavovirans lc 3a 3cl 3i Tortula laev/ipila 3h (ÜJR) muralis 5a 5v] 8u] 18] ruralis v ruraliformis lu 2v 3 3a 3cl 3f subulata lcj 2b] 3] 3c] 3f 3h] 4] Ulota crispa uar, crispa 21] (WR) (op eik) Noot 4 Weissia microstoma 8c] (WR, FS) Zygodon uiridissimus la 2b 3h (AT, AL) Hepaticae Calypogeia fiasa 21 (WR) mülleriana 17 Cephalozia bicuspidata 17 Cephaloziella diuaricata 2 20b Chiloscyphus polyanthus 10 (AT) Fossombronia sp. 10a (UR) F. fouaolata? 29

Frullania dilatata la 2b 3h 15 tamarisci 3i 3t (UR) Lophocolea bideritata 10 cuspidata 3f(cf.) 101 (AT) 15 heterophylla lv/ 3h 6v 9v 10 11 16a Lophozia excisa lel 3fJ 3iJ 4 (AL) Metzgeria furcata lv 2b 3h 15 Moerckia flotoviana 3 (HDD) Pellla endiviaefolia 3 3c2 3i epiphylla 13 Plectocolea crenulata 20a (UR) Radula complanata 3h (AT) Riccardia chamaedryfolia 3i (UR) cf. incurvata multifida pinguis 2v 10 (SG) 3 (SG) Noot 1. De omgrenzing v/an Drepanocladus aduncus hebben we nogal ruim genomen en opgaven van D. sendtneri hierbij gerekend. Dit in navolging van F.E. Uynne (1944). Zie met name zijn derde artikel, p. 77-78, Prummel (1973), die de relatie D. aduncus-d. sendtneri onderzocht heeft, komt tot de zelfde conclusie. Deze laatste publicatie zeer kort samenvattend, kan gesteld worden dat alle veronderstelde kenmerken van de gametophyt, die zouden moeten differentiëren tussen D. aduncus en D. een sendtneri, vloeiend verloop hebben. Ook D. polycarpus hebben we niet, zoals Nyholm in haar als soort flora, opgevat, we volgen hier bv. Crum 1973, Uynne (1944) houdt dit laatste taxon ook binnen de synoniemie van D, aduncus (derde art», p. 69 70), hij ziet er een fenotypische variatie in die hij niet verder benoemt, lüynne*s publicatie is gebaseerd op statistisch onderzoek en veldwaarnemingen. Dammer genoeg publiceert hij alleen maar statistieken van D. uncinatus en D. revolvens (incl. D. intermedius). lit.: Crum, H. 1973 Flosses of the Great Lakes Forest, 404 p. Ann Arbor, Nichigan Prummel, U. 1973 Een morfologische analyse van de 30

Drepanocladi aduncus en sendtneri in Nederland, Doct.v/erslag Groningen, 26 pp, en fig, (intern rapport) Wynne, F.E, 1944 Studies in Drepanocladus, I, History, Morphology, Phylogeny and Variation. Buil, Torrey Bot,Club 7JL: 207-225, III, Doubtful and excluded names. The 47: 66-78. Bryologist IV. Taxonomy, The Bryologist 4J7: 147-189. f!oo_t 2, Zie de Voorl. tabellen van de Bekn. blad- en levermosflora v/an Nederland, red. U.D. Margadant, derde deel, p. 116 (1976), Moot 3, De opgave in het vorige Texelverslag van Pleuridium wordt sterk betwijfeld, en berust wsch. op verwarring met Pseudephemerum lijkt te ontbreken (AT). nitidurn. Bewijsmateriaal Moot 4. Zie A.S.E. Smith and 1*1.0. Hill, 1975, 0. ïiryol. _8: 423-433, Pohlia nutans (Hedw.) Lindb. 31

De lichenen van de excursie naar Texel door Maarten Brand Op de najaarsexcursie 1976 naar Texel is minder intensief naar lichenen gekeken dan de laatste jaren gebruikelijk is. De oorzaak was dat Harrie Sipman niet aanwezig kon zijn en ondergetekende alleen de tweede dag. Dat dit verslag dan toch nog van een omvangrijke soortenlijst vergezeld gaat is te danken aan de uitvoerige veldlijsten van André Aptroot en doordat ook waarnemingen van privé excursies (in 1974 en 1978) van ondergetekende en literatuurgegevens verwerkt zijn. De lijst geeft zo een zoveel mogelijk compleet beeld van wat er bekend is van de lichenenflora van Texel. Het is echter duidelijk dat er nogal wat hiaten zijn. Zo zullen soorten als Candelariella reflexa, Bacidia umbrina, Lecidea saepincola, L. soredizodes nog best weleens gevonden worden. Door de diluviale kern onderscheidt Texel zich van de overige Waddeneilanden. Op deze kern staat o.a. het bosje met oude eiken op de Hoge Berg. Hier groeien o.a. Haematomma ochroleucum en Schismatomma decolorans, op soorten die de andere eilanden niet voorkomen. Opvallend is hier de grote hoeveelheid Enterographa crassa en de aanwezigheid van Pertusaria leucostoma. De essenhakhoutbosjes en de eendenkooi in de omgeving leverden vooral verschillende Opegrapha-soorten op, Porina carpinea en Arthonia radiata. Op jonge eiketakken werd Arthopyrenia fallax verzameld, Deze niet of meestal niet gelicheniseerde ascomyceet wordt vrijwel steeds tot de lichenen gerekend omdat verwante soorten wel gelicheniseerd zijn. Tot nu toe werd hij nog niet uit Nederland vermeld, maar ik heb hem al meermalen in oud herbariummateriaal gezien en ook op Vlieland en Schiermonnikoog verzameld. Door de relatieve kalkrijkdom van het duinzand zijn de vlierstruwelen op Texel goed ontwikkeld, in tegenstelling tot de rest van de waddeneilanden (met uit- 32

zondering van Schiermonnikoog). Deze leverden o.a. Bacidia arceutina en B. naegelii op. Daarnaast zijn er op Texel ook kalkarme gedeelten in de duinen. In de licheenflora komt dit o.a. tot uitdrukking in het voorkomen van Cladonia zopfii en Bacidia nitschkeana, welke laatste soort steeds groeit op struikhei. De waddenzeedijk is grotendeels van basalt, maar plaatselijk zijn er ook granietblokken in verwerkt, steeds vrij laag op de dijk. Daardoor zijn de litorale en de lage supralitorale zone plaatselijk goed ontwikkeld, maar de maritieme soorten die alleen incidentele onderdompeling in zout verdragen, ontbreken grotendeels. Fraai ontwikkeld is Verrucaria maura en Caloplaca marina, die hier naast de bij ons veel algemenere C. salina voorkomt. Ook komt in de lage supralitorale zone hier veel voor een Lecania-soort die ik voorlopig marina noem; hij is ook gevonden op granietdijken van Vlieland, Terschelling en bij Harlingen, doch nergens zo veel als op Texel. Bij Oost werd in de litorale zone Verrucaria sandstedei verzameld, een nieuwe soort voor ons land. Hij is van alle andere zoutwater- Verrucaria's gemakkelijk te onderscheiden door de vaak smalle, langwerpige, iets gebogen sporen. Buiten de dijken zijn weinig opvallende epilithische lichenen ook al gevonden, omdat niet "schoongemaakte" kerkjes ontbreken. Vermeldenswaard is oude, het op drie verschillende plaatsen voorkomen van Aspicillia calcarea (steeds op grafstenen), een soort die op de andere Nederlandse Waddeneilanden ontbreekt. Steentjes aan de rand van het weggetje tussen De Geul en De Koog, dat nu geasfalteerd is, maar vroeger waarschijnlijk half verhard was met schelpen en puin, leverden een paar interessante soorten op: Leptogium eerder al bekend van pusillum, Vlieland en onlangs ook op Schiermonnikoog gevonden, steeds op dergelijke plaatsen. En Acarospora heppii, een uiterst kleine Acarospora waarvan dit de eerste vondst in ons land was: hij is inmiddels ook gevonden op schelpen langs schelpenpaadjes of in de duinen op Ameland, op Terschelling en bij Castricum. 33

De epifytenflora op de niet zeer talrijke polderiepen (vermeld moeten vooral worden de iepen langs de bomendijk bij De Waal) was, zoals in het noorden van het land te verwachten is, vrij rijk, maar niet opvallend, Een spectaculaire vondst is die van Parmelia exasperata ( = p. aspera) door RIN-medewerker K, Westenbrink in 1973 op een iep bij De Koog, Vergelijking met de gegevens van Prof, 3,3. Barkman leert ons dat ook op Texel al wel enige soorten (waarschijnlijk) verdwenen zijn: Normandina pulchella, die groeide op de nu niet meer aanwezige dorpsiepen in Den Burg, Ramalina duriaei (op de nu eveneens gekapte iepen rond de kerk van De Waal), Bacidia luteola, Caloplaca luteoalba, Physciopsis adglutinata en Lecanora confusa. Deze laatste soort is niet eerder als zodanig herkend; in het rijksherbarium vond ik materiaal van Terschelling (coll. Westhoff) en Texel (coll. Barkman). Recent is hij niet meer gevonden, ook niet ondanks goed zoeken op dezelfde plaats waar Barkman hem in 1951 verzamelde op Texel, ten zuiden van De Koog in een strookje elzenbos. Bij de soortenlijst vindplaatsen 1. De Geul} duinen (A) 2. Westerduinen; duinen (a) 3. De Koog, W van Korverskooi; duinen (B, 1978) 4. De Nuy; duinen, vlierstruweel (B) 5. De Slufter, N-deel; duinen, vlieren (B) 6. Nokbaai, o,a. op steentjes van weggetje tussen Geul en Nok (A) 7. Oude Schans, op ruïne van fortificatie (A) 8. De Bol, op metselwerk van sluis (A) 9. Hoge Berg, begraafplaats van Oude Schild, op grafstenen, esdoorns, tuinwal (B, 1978) 10. Den Burg, grafstenen rond NH kerk (B, 1978) 11. Den Hoorn, grafstenen rond kerk (B, 1978) 12. Waddenzeedijk bij Oude Schans (B, 1974) 13. Waddenzeedijk bij Dijkmanshuizen (B, 1974) 14. Waddenzeedijk bij Oost, Krassekeet (B) 34

15. Biesbosch, essenbosje in duinen bij Uesterslag (B, 1974) 15. Staatsbossen, Lange Stuk, op elzen, esdoorns (B, 1974) 17. Staatsbos bij Ploeglanderweg (A) 18. Alloo, Z van de Koog, loofhoutstrook (els, esdoorn) langs dennebos (B, 1978) 19. De Hoge Berg; bos nabij top (eiken, iepen, esdoorn, linde) en iep bij huis (A, B, 1974, 1978) 20. Essenhakhoutbosje Z van de Hoge Berg, van de Schansweg (A) 21. Uestergeest, essenhakhoutbosje U van de Schansueg (A) 22. Eendenkooi Uestergeest; iepen, essen, eiken, esdoorns; op baksteen van huisje (B, 1978) 23. De Zeshonderd; bosje aan weg zuivelfabriek-troelje (A) 24. Den Hoorn, iepen in dorp (B, 1974) 25. De Hemmerkooi en Op Ruimte, tussen Den Burg en Den Hoorn, op iepen bij boerderijen (B, 1974) 26. 0 van het Torenhuis, N van Den Hoorn, op iepen bij voormalige boerderij (B, 1974) 27. Den Burg, iepen in dorp (8, 1974) 28. De Uaal, iepen langs Bomendijk; muurtje bij kerk (B, 1974) 29. De Petten, Z van Den Hoorn, op hout van schapenhok (B, 1978) 30. Oosterend, op muurtje rond kerk (B) onderstreept: gecontroleerd (door mij) A: veldwaarnemingen door André Aptroot B: veldwaarnemingen door Maarten Brand s: op steen (saxicool) t: op de grond (terrestrisch) e: epifytisch S: op vlier U: op iep (): opgaven uit naar literatuur, UHEN- en herbariumgegevens 35