300 miljoen jaar. 300.000 jaar. Eos 42

Vergelijkbare documenten
DE APPEL VALT NIET VER VAN DE BOOM

Samenvatting Levensbeschouwing LV \'Over wondere feiten\' Hoofdstuk 1

Determineren van gesteente

Werkstuk Nederlands De Ruimte werkstuk

Basiscursus Sterrenkunde

De Pluraliteit der Werelden. Ons en andere planetenstelsels. Leuven,, 20 november Instituut voor Sterrenkunde

De meest revolutionaire momenten belicht, de momenten waarin iets gebeurde waardoor nieuwe dingen ontstonden.

Darwin en de evolutieleer

1. Het Heelal. De aarde lijkt groot, maar onze planeet is niet meer dan een stip in een onmetelijke ruimte.

infprg03dt practicumopdracht 4

T2b L1 De ruimte of het heelal Katern 1

De ruimte. Thema. Inhoud

Werkstuk Natuurkunde Negen planeten

Er groeit iets in Meise!

Tijd. een tijdlijn met daarop verschillende gebeurtenissen sinds het ontstaan van het heelal tot nu. 60 minuten

Materie en geest. Grenzen aan het fysische wereldbeeld. Gerard Nienhuis. Universiteit Leiden. Workshop Conferentie SCF, 20 januari 2018

6.1. Boekverslag door K woorden 22 mei keer beoordeeld

Ik doe mijn spreekbeurt over de ruimte omdat ik het een interessant onderwerp vind en ik er graag meer over wilde weten.

En toen kwam Darwin. On the origin of species. 1. Het ontstaan van het leven. Fossielen. 2. Getuigen van deevolutietheorie

Zoeken naar leven. Jouw werkbladen. In NEMO. Ontdek zélf hoe de wereld werkt! Mijn naam:

100 miljard sterrenstelsels... ons zonnestelsel Planeten bij andere sterren. In een spiraal-arm van de Melkweg. De zon is maar een gewone ster...

Volgens de meeste wetenschappers vond 13,7 miljard jaar geleden de big bang plaats en ontstond het universum.

Galileo Galileï

Werkbladen In NEMO. Zoeken naar leven. Naam. School. groep 7-8. Klas

Les Koolstofkringloop en broeikaseffect

Ontdek de planeten van ons zonnestelsel. In 90 minuten door het helal. Tijdens een wandeling tussen Ehrenfriedensdorf en Drebach

Prehistorie (van tot )

Werkbladen in NEMO. Leven in het heelal. Naam. School. Onderbouw havo-vwo. Klas

Planeten. Zweven in vaste banen om een ster heen. In ons zonnestelsel zweven acht planeten rond de zon. Maar wat maakt een planeet nou een planeet?

Verslag Module 3: Heelal

De Evolutietheorie Door: Gijs Steur (Jur was ziek) Klas: B2a Docent: ERH Datum:

4 Het heelal 6. De zon. De aarde. Jupiter. De maan. Ons zonnestelsel. Mars. Mercurius Venus

Zoeken naar leven. Jouw werkbladen. In NEMO. Ontdek zélf hoe de wereld werkt! Mijn naam:

Tweede Bijeenkomst: Zoektocht naar het Verborgen Hemelbeeld. Rond de Waterput donderdag 31 oktober 2013 Allan R. de Monchy

Evolutie. schepping. belangrijk! Wat geloof jij?

Antwoorden Biologie Thema 5

Introductie Ruimtemissie Rosetta

Werkstuk Nederlands Ontstaan van leven in het heelal en de aarde

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Biologie: evolutieleer 6/29/2013. dr. Brenda Casteleyn

Wat weten we van ASTRONOMIE? Dr. Jonathan F. Henry

TIJDLIJN. Een reis door de geschiedenis

Onze bijzondere planeet De aarde is een bijzondere planeet. Er zijn in het heelal veel meer planeten. Leven op onze planeet is mogelijk door de zon.

Lamarck. oudste jaarlagen ongewervelden, pas later gewervelden soorten langzaam veranderen nieuwe ontstaan

HOE MAAK JE EEN BEWOONBARE PLANEET? Wat is nodig voor life as we know it?

Evolutie. Basisstof 4 thema 5

Woord vooraf Schepping Inleidende vragen Genesis Wereldbeelden Na Darwin...31

Geschiedenis van de aarde

Test je kennis! De heelalquiz

7,9. Draait de aarde of draait de hemel? Wat was de hypothese van Copernicus? Samenvatting door een scholier 2085 woorden 6 juni 2002

Thema 5 Aarde in het heelal

In het begin. Schepping versus Evolutie voor groep 7. Inhoud. 1. Wat is waar? 2. Het verschil tussen een feit en een gedachte

Evolutie, wat is dat nu feitelijk?!

GELOOF EN WETENSCHAP. Modellen over de relatie tussen geloof en (natuur)wetenschap in historisch perspectief.

BROEIKASEFFECT HET BROEIKASEFFECT: FEIT OF FICTIE? Lees de teksten en beantwoord de daarop volgende vragen.

Mercurius Op bijna 58 miljoen kilometer afstand van de Zon staat Mercurius. Met de Zon vergeleken is het maar een kruimeltje. Hij staat op 57 miljoen

HOE VIND JE EXOPLANETEN?

Wordt echt spannend : in 2015 want dan gaat versneller in Gevene? CERN echt aan en gaat hij draaien op zijn ontwerp specificaties.

Paleontologie, de studie van fossielen die gebruikt wordt om een beeld te krijgen over de geschiedenis van het leven op aarde.

THEMA 5 BOEK 4 ORDENING EN EVOLUTIE. Biologie HAVO Drs. L. Grotenbreg

Sterrenstof. OnzeWereld, Ons Heelal

Profielwerkstuk Geschiedenis Evolutie

Samenvatting Biologie Erfelijkheid & Evolutie (Hoofdstuk 7 & 8.1)

inhoud 1. Inleiding 3 2. Wat is een maan? 4 3. Het ontstaan van de maan 4. De maan en de maanden 5. Kijken naar de maan 6. Landing op de maan

ONS VERANDERENDE WERELDBEELD

RIETVELD-LYCEUM. les 3. dd. 20 NOVEMBER 2012 HET ZONNESTELSEL NU. de compononenten. V.s.w. Corona Borealis, Zevenaar

geloof en wetenschap Prof.dr. Cees Dekker Kavli Institute of NanoScience Delft

Evolutie: De ontwikkeling van het leven op aarde waarbij soorten ontstaan, veranderen en/of verdwijnen.

In deze docentenhandleiding vindt u alle benodigde informatie om deze lessenserie uit te kunnen voeren.

Aarde Onze Speciale Woonplaats

Het draait allemaal om de Zon!

Praktische opdracht ANW Planeten

Hoofdstuk 8. Samenvatting. 8.1 Sterren en sterrenhopen

5.6. Boekverslag door K woorden 22 december keer beoordeeld

WELKOM! Inleiding Astrofysica College 1 7 september Ignas Snellen

Waar komt het allemaal vandaan?

Naam: Janette de Graaf. Groep: 7. Datum:Februari Het heelal.

Voel je vrij en liefdevol 7 oefeningen

Zoeken naar leven. Jouw werkbladen. In NEMO. Ontdek zélf hoe de wereld werkt! Mijn naam:

wat is dat eigenlijk? Denk mee over acht grote vragen

Januari maart Erkenningsnummer: P Dit project wordt ondersteund binnen het Actieplan, een initiatief van de Vlaamse Gemeenschap.

Koolstof wordt teruggevonden in alle levende materie en in sedimenten, gesteenten, de oceanen en de lucht die we inademen.

Mitose is een ander woord voor gewone celdeling. Door gewone celdeling blijft het aantal chromosomen in lichaamscellen gelijk (46 chromosomen).

Bedreigingen. Broeikaseffect

Van Aliens tot Zwaartekrachtgolven Een wandeling in onze wonderlijke kosmische tuin

De evolu(etheorie binnen de 21 e eeuwse biologie Leerhuis: Genesis of evolu0onaire schepping? Avond 1 Donderdag 17 december 2015

De Fysica van Sterren. Instituut voor Sterrenkunde

Prof.dr. A. Achterberg, IMAPP

OOGGETUIGE. Johannes 20:30-31

Higgs-deeltje. Peter Renaud Heideheeren. Inhoud

HOE MAAK JE EEN BEWOONBARE PLANEET? Wat is nodig voor life as we know it?

De droom. De sneeuw dwarrelt in de ruimte.

12/2/16. Inleiding Astrofysica College november Ignas Snellen. Kosmologie. Studie van de globale structuur van het heelal

lende hemellichamen verschillende zijn qua temperatuur, zwaartekracht, atmosfeer en zuurstof andere hemellichamen anders uit zouden zien

Honderd jaar algemene relativiteitstheorie

Waarom worden mannen kaal?

Kunstmatige intelligentie

Samenvatting door D woorden 28 november keer beoordeeld. Aardrijkskunde

1. Ouder en beter Inleiding

Nederlandse samenvatting

TOEN GOD ALLES MAAKTE

Transcriptie:

300 miljoen jaar 300.000 jaar Eos 42

13,7 miljard jaar 9 miljard jaar Zijn wij hier alleen maar toevallig? Van oerknal tot mens Waren wij, mensen, voorbestemd om te ontstaan? Of zijn we er louter door een ontzettend toevallige samenloop van omstandigheden? De biologie, geologie en astronomie kennen het antwoord. Door Manuel SINTUBIN, Peter ROELS en Christoffel WAELKENS Eos 43

Wat alleszins vaststaat: het is zo gelopen. En bovendien is de mens, met zijn eenvoudige bouwstenen en universeel geldende natuurwetten, in staat niet alleen deze fundamentele vraag te stellen, maar ook vanuit de natuurwetenschappen een onderbouwd antwoord te geven. Twee eeuwen geleden, aan het eind van de achttiende eeuw, beschouwde men het feit dat het zo gelopen is als onvermijdelijk. Alles draaide toen rond de universeel geldende natuurwetten. Alles was te berekenen en dus voorspelbaar, zowel in het verleden als in de toekomst. Isaac Newton had immers aangetoond dat de kracht die de appel naar beneden doet vallen, dezelfde moet zijn als de kracht die de maan in een baan om de aarde houdt, namelijk de zwaartekracht. Het verschil tussen het bovenmaanse, waar de perfectie heerste, en het ondermaanse bleek plots de wetenschappelijke toets niet meer te doorstaan. Gaandeweg heeft de wetenschap ons inderdaad geleerd dat processen in het hele universum, dus ook op aarde, gehoorzamen aan dezelfde natuurwetten. De vraag ligt dan ook voor de hand: Moest het zo zijn? Zijn de aarde, het leven en uiteindelijk de mens een onvermijdelijk gevolg van de universele natuurwetten? Kortom, stonden wij letterlijk in de sterren geschreven? Of had het ook anders gekund? Was een heelal zonder een planeet zoals de aarde, zonder het leven zoals we dat nu kennen, en vooral zonder de mens denkbaar? De wereld van Newton, Copernicus, Kepler en Galileo was voorspelbaar vanuit de natuurwetten. Nicolaus Copernicus vond het wiskundig eleganter om de aarde rond de zon te doen draaien. Johannes Kepler legde de bewegingen van de planeten vast in zijn drie wetten. En Galileo Galilei vond in zijn waarnemingen de eerste aanwijzingen dat de aarde inderdaad rond de zon draait. Hun wereldbeeld was tijdloos, zonder enige geschiedenis, een opeenvolging van perfect werkende en begrijpelijke werelden die van elkaar gescheiden werden door grote catastrofes. Dit tijdloos wereldbeeld is mooi gevat door James Hutton (1726-1797), de vader van de geologie: We see no vestige of a beginning no prospect of an end En de toenmalige aardgeleerden vonden de materiële bewijzen van deze catastrofes wat we nu discordanties noemen in het gesteentearchief. De bijbelse zondvloed paste in het plaatje: hij luidde de laatste der werelden in, met name de wereld van de mens. En in dit tijdloze, voorspelbare wereldbeeld was ook het leven onveranderlijk, zo geschapen door god volgens een goddelijk plan. Op de Beagle leest Darwin over geologische geleidelijke veranderingen. Dat was ook het wereldbeeld waarmee Charles Darwin opgroeide. Maar toen hij in 1831 aan zijn Beaglereis begon, keek hij al heel anders tegen de wereld aan. Toen hij in Cambridge natuurlijke theologie studeerde kennis over god via de natuur en de rede, volgde hij les bij Adam Sedgwick, nog een grondlegger van de geologie. Op een geologische terreinstage in Wales noteerde Darwin in zijn dagboek: Een huis dat is afgebrand vertelt zijn verhaal niet duidelijker dan deze vallei. Als ze nog steeds gevuld was met een gletsjer, zouden de fenomenen minder uitgesproken zijn dan ze nu zijn. Darwin ontdekte de geheimen van de aarde en besefte dat onze planeet een lange geschiedenis moet hebben gekend, waarvan de materiële getuigen terug te vinden zijn in landschappen, gesteenten en fossielen. Darwins geologische wortels zullen tijdens de Beaglereis zijn denkproces sturen en uiteindelijk cruciaal zijn in het tot stand komen van zijn revolutionair concept van evolutie. Eenmaal op de Beagle krijgt de jonge Darwin van kapitein Fitzroy het eerste deel van de Principles of Geology, het toenmalige basiswerk geologie van de hand van Charles Lyell. Die brak daarin een lans voor het actualiteitsprincipe of uniformitarianisme. De processen die we rondom ons zien in de natuur, moeten net als de universele natuurwetten ook in het geologische verleden gewerkt hebben. En deze processen waren geleidelijk. Daarmee verzette Lyell zich tegen het catastrofisme van Georges Cuvier. Alles verandert geleidelijk. Het idee van evolutie zag het licht. In 1835 maakt de zware aardbeving die Charles Darwin meemaakt in Chili, enorme indruk: één seconde geeft de geest een vreemd gevoel van onveiligheid, die uren van reflectie nooit zouden kunnen teweegbrengen. De aardse processen die hij probeert te doorgronden spelen zich voor zijn ogen af. Hij ziet hoe het land door de aardbeving een beetje omhoog gekomen is, hij ziet omhooggekomen stranden. Maar hogerop heeft hij ook oude strandterrassen opgemerkt. En hij bedenkt dat zo, met horten en stoten, de hele Andes moet zijn gevormd. Darwin beseft dat dit proces enorm veel tijd in beslag moet hebben genomen om uiteindelijk het landschap dat hij ziet, te vormen. Deze twee bevindingen een zee van tijd en het stapsgewijze, geleidelijke karakter van aardse processen blijken achteraf cruciaal bij het uittekenen van zijn evolutieleer. Lange nekken en hoge bomen Darwin begint in te zien dat ook soorten gedurende de lange geologische geschiedenis geleidelijk veranderd zijn. Het tijdloze, onveranderlijke wereldbeeld, geïnspireerd door een bijbelse visie, heeft zijn beste tijd gehad. Maar misschien is de wereld nog wel voorspelbaar. Darwin merkt op dat de mens met kweekprogramma s een enorme diversiteit Zijn de aarde, het leven en de mens een onvermijdelijk gevolg van de natuurwetten? aan hondenrassen kan creëren, vertrekkende van één voorouder. Hij vermoedt dat ook in de natuur variëteiten binnen een soort ontstaan, die uiteindelijk zoveel van elkaar gaan verschillen, dat ze zich ontwikkelen tot nieuwe soorten. Kortom: evolutie of transmutation in de woorden van Darwin door afstamming met modificatie. In zijn notitieboekje van 1837-1838 schetst hij zijn eerste evolutiestamboom met aftakkingen, onder de veelzeggende woorden I think! Darwin gaat naarstig op zoek naar het mechanisme achter de origin of species. Zijn antwoord luidt by means of natural selection or the preservation of favoured races in the struggle for life, zoals mooi gesynthetiseerd in de titel van het boek dat ons wereldbeeld voorgoed veranderde. De brandstof van evolutie is variatie. Geen twee individuen van een soort zijn identiek. Door deze variatie is het ene individu mogelijk beter aangepast aan de omgeving dan het andere. Verder blijkt er ook een enorme overproductie van nakomelingen in de natuur voor te komen. Stel je even voor dat de 1,5 miljoen eitjes die een steur legt, allemaal zouden overleven. Binnen de kortste keren zou de wereld verdrinken in de kaviaar mis- Eos 44

schien een prettig vooruitzicht voor velen. In tegenstelling tot het geromantiseerde beeld dat we van Moeder Natuur hebben, woedt er een permanente strijd om het voortbestaan. Moeder Natuur is eigenlijk een razende feeks die wild om zich heen slaat en alles wat haar niet aanstaat, vermorzelt. Het individu dat het minste troeven kan uitspelen in die strijd, zal geëlimineerd worden de bekende survival of the fittest. Deze natuurlijke selectie is de ware motor achter de evolutie. De overlevende individuen zorgen weerom voor een nageslacht dat de gunstige kenmerken kan overerven, al zal de variatie weer een nieuwe selectieronde op gang trekken. Als nu generatie na generatie individuen in een bepaalde richting worden geselecteerd, kunnen soms zeer complexe adaptaties tot stand komen. En zo ontstaan er ook nieuwe soorten. En het is de natuurlijke omgeving die overigens ook aan veranderingen onderhevig is die de richting van evolutie uitzet. Postfactum lijken de adaptaties voorbestemd en doelbewust ontworpen, maar dat is schijn. Giraffen ontwikkelden geen lange nek om aan de bladeren hoog in de boom te kunnen, maar kunnen aan de bladeren omwille van de lange nek. Een nakomeling met een iets langere nek had toevallig in die omgeving een troef in de overlevingsstrijd. Evolutie is dus niet gericht of voorbestemd, maar stoelt op toeval. Toch mag evolutie niet verengd worden tot puur toeval. Soms vergelijken de non-believers evolutie met een tornado die door een hangaar met vliegtuigwisselstukken raast en toevallig een volledig gemonteerde Boeing 747 achterlaat. Niets is minder waar. Evolutie wordt gestuurd. De omgevingsfactoren bepalen in welke richting natuurlijke selectie werkt. Uiteindelijk ziet een dolfijn een zoogdier dat teruggekeerd is naar de oceanen er op het eerste gezicht uit als een vis. Hydrodynamisch is de gestroomlijnde vorm een onmiskenbare troef in de overlevingsstrijd. Maar de mariene zoogdieren, zoals de dolfijn en de walvis, brengen nog een aspect van de evolutie naar voren: evolutie is in wezen onomkeerbaar. Het is een proces van voortdurende verbouwing. De interne anatomische bouw van de vinnen van dolfijn en walvis verschilt nauwelijks van die van onze armen, of van die van de voorste ledematen van elk ander zoogdier. Deze vinnen hebben geen uitstaans met de vinstructuur van vissen. Elk dier en elke plant draagt dan ook de sporen van bijna vier miljard jaar evolutie, van het kleinste organel in de cel tot het verre van perfecte ontwerp van de mens. Of wat denk je van het ontwerp van een pauwhaan met Moeder Natuur is een razende feeks die alles vermorzelt wat haar niet aanstaat een potsierlijke, onpraktische staart? Hier heeft seksuele selectie gespeeld. Pauwhennen hebben een eigen kijk op de wereld Size matters! En er is geen weg terug. Evolutie is dus een onomkeerbaar, stapsgewijs proces dat in essentie onvoorspelbaar is, waarin toeval een dominante rol speelt. Volledig in tegenstelling tot het mechanistische, tijdloze, onveranderlijke wereldbeeld van de 19de eeuw. Levende planeet Ook op grotere schaal in de macro-evolutie spelen toevalstreffers een cruciale rol. Maar ook hier is de richting onvoorspelbaar. Catastrofale gebeurtenissen komen hier weer op het voorplan, waardoor de strikte uniformitarianistische aanname van geleidelijkheid op de helling komt te staan. Het bekendste voorbeeld is de meteorietinslag die 65 miljoen jaar geleden een einde maakte aan het tijdperk van de dinosauriërs en daarmee het pad effende voor de zoogdieren. De Chicxulubinslag was het gevolg van een catastrofale botsing in de asteroïdengordel tussen Mars en Jupiter zo n 160 miljoen jaar geleden. Honderd miljoen jaar lang Honderd miljoen jaar lang stevende een asteroïde op de aarde af, om in een tijdvenster van amper zeven minuten raak te schieten en de Chicxulubkrater te veroorzaken. Eos 45

stevende deze killer-asteroïde op de aarde af in een dolle reis doorheen het binnenzonnestelsel. Uiteindelijk was er een tijdvenster van slechts zeven minuten om raak te schieten. Zeven minuten op 100 miljoen jaar als dat geen toevalstreffer is. Uiteindelijk blijkt ook dat het verhaal van de aarde zelf onomkeerbaar is, gestuurd door veranderingen in haar kosmische omgeving, en doorspekt met toevalligheden die het verhaal onvoorspelbaar maken, zowel in het verleden als in de toekomst. De aardse atmosfeer is een mooie illustratie van de onomkeerbaarheid van het aardse verhaal. Deze stikstofzuurstofatmosfeer staat in schril contrast met de koolzuurgasatmosfeer van onze zusterplaneet Venus. Een koolzuurgasatmosfeer is een typische planetaire atmosfeer, totaal in thermodynamisch evenwicht. Onze atmosfeer daarentegen is volledig uit evenwicht. Aardse processen moeten constant dit onevenwicht onderhouden, een beetje als een levend organisme. Ook de prille aardatmosfeer was een koolzuurgasatmosfeer. Gelukkig maar! De zon was zo n 4 miljard jaar geleden immers een kwart zwakker dan vandaag. Het extra broeikaseffect creëerde genoeg warmte om het levensexperiment op gang te trekken. Maar het verhaal kan ook omgedraaid worden. Rekening houdend met een steeds helder wordende zon zou een koolzuurgasatmosfeer planeet aarde fataal zijn geweest. Had ze geen manier gevonden om gigantische hoeveelheden koolzuurgas uit de atmosfeer te pompen, dan was het hier nu een helse Venusachtige doodse wereld. Water speelt een cruciale rol in het antwoord van de aarde. De verwering van continenten een uniek product van platentektoniek verbruikt koolzuurgas dat chemisch vastgelegd wordt als kalkgesteenten in de zeeën. Maar het is vooral het leven op aarde dat de natuurlijke thermostaat in stand houdt. Het lijkt wel een overlevingsreflex van een levende planeet die reageert op een veranderende kosmische omgeving. Meer dan 3 miljard jaar geleden ontstond een wonderlijk mechanisme om koolzuurgas uit de atmosfeer te onttrekken en vast te leggen in organisch materiaal: fotosynthese. Maar deze uitvinding had een onverwacht afvalproduct: het toxische gas zuurstof. Een miljard jaar later lieten de gevolgen zich voelen in de grootste milieucatastrofe aller tijden. Blauwalgen veroverden de wereld en produceerden massaal zuurstof. Terwijl in de beginfase dit reactieve gas in de oceanen met het opgeloste ijzer reageerde en neersloeg was er na een tijdje geen ijzer meer om te oxideren en ontsnapte het gas in de atmosfeer. Het anaerobe leven verstikte in deze giftige atmosfeer. Maar fotosynthese was nog maar het begin. De kliffen van Dover bestaan uit kalkskeletjes van afgestorven algen waarin gigantische hoeveelheden koolzuurgas zijn opgeslagen. Zo n 550 miljoen jaar geleden begonnen organismen opgelost koolzuurgas te gebruiken voor de opbouw van kalkskeletten. Organismen begonnen nu zelf efficiënt atmosferisch koolzuurgas om te zetten in harde kalkgesteenten. De kliffen van Dover opgebouwd uit dikke pakketten kalkskeletjes van afgestorven algen zijn eigenlijk niets meer dan gigantische hoeveelheden opgeslagen atmosferisch koolzuurgas. De biogeochemische systemen op aarde hebben tijdens het hele bestaan van onze planeet constant broeikasgassen uit de atmosfeer gehaald. Zo bleef de temperatuur aangenaam ondanks de steeds heftigere zon. Eigenlijk is momenteel zo goed als alle koolzuurgas uit de atmosfeer gepompt. We zien dat fotosynthetiserende organismen aan koolzuurgasontbering beginnen te lijden. En dat belooft niet veel goeds voor de verre toekomst. De aarde zal de strijd tegen de zon ooit verliezen. Planeet aarde is op zich een gelukstreffer. Het product van een ongelooflijke samenloop van heel wat toevalligheden. Alles blijkt te kloppen op aarde. Onze planeet is net groot genoeg om genoeg interne warmte te verzekeren waardoor platentektoniek mogelijk is. Ze heeft ook genoeg zwaartekracht, zodat ze een atmosfeer kan vasthouden die niet te ijl is voor leven. De aarde ligt ook op de juiste afstand van zijn ster, de zon. Het is de enige planeet in ons zonnestelsel in de bewoonbare zone, waar vloeibaar water kan voorkomen aan het oppervlak. En vloeibaar water vormt de sleutel tot alles op aarde: van platentektoniek en de gesteentecyclus De omgeving bepaalt in welke richting natuurlijke selectie werkt tot leven. Leven dat uiteindelijk de levensverzekering blijkt te zijn voor onze planeet. Venus staat te dicht (te warm), Mars is te klein (te koud), de aarde is precies goed. Als dat weerom geen toeval is. Een heelal in evolutie Ook op een nog grotere schaal blijkt de configuratie van ons zonnestelsel een cruciale rol te hebben gespeeld in het aardse verhaal. De zon is van het juiste type, net groot genoeg om het tien miljard jaar uit te houden. Maar ook Jupiter met zijn belangrijke zwaartekrachtinvloed heeft ons als asteroïdenvanger behoed voor al te veel kosmische catastrofes. Maar hoe zit het eigenlijk met ons zonnestelsel? Is dat uniek? Eerder de uitzondering dan de regel? En als er andere planeetstelsels zijn, zien ze er dan ook allemaal uit als ons zonnestelsel? Ook hier duikt het Copernicaanse principe weer op: planeetstelsels blijken de normaalste zaak in het heelal te zijn. Stofschijven blijken een normaal bijproduct te zijn van stervorming. En uit deze stofschijven klitten planeten samen. Eos 46

De ontdekking van de eerste exoplaneten kwam als een koude douche. Deze planeten buiten ons eigen zonnestelsel zijn hete Jupiters en hete Neptunussen, grote gas- en ijsreuzen die dichter bij hun ster staan dan Venus of Mercurius in ons eigen zonnestelsel. En weerom is de conclusie: planeetstelsels zijn gewoon, maar gewone planeetstelsels bestaan niet. Elk planeetstelsel schrijft een uniek kosmisch verhaal. Maar in ons planeetstelsel is het aardse wonder mogelijk. Ook hier is de aardse omgeving precies goed. De tijd speelt ons parten. Naast de 10 miljard jaar stabiliteit die de zon haar omgeving gunt nodig om evolutie zijn ding te laten doen is een planeetstelsel zoals het onze alleen mogelijk in een rijp heelal, na genoeg cycli van stervorming en supernovae (explosies van sterren). Die zijn cruciaal: in een heelal dat voornamelijk bestaat uit waterstof en helium leveren zij genoeg zware elementen waardoor een aardse planeet als de onze, en leven zoals op aarde, mogelijk zijn. In een jong heelal is dat simpelweg uitgesloten. Inderdaad, ook het heelal is in evolutie, en dat al meer dan 13 miljard jaar. En ook deze evolutie is een onomkeerbaar proces, bouwt stap voor stap op het bestaande, net zoals die van de voorouders van de walvis of dolfijn toen ze weer naar zee migreerden. En hoewel de natuurwetten universeel zijn, is ook het ontstaan van sterrenstelsels en planeetstelsels onvoorspelbaar. Toeval is de regel, niet de uitzondering. De mens, een akkefietje Uiteindelijk zijn wij, de mens, een product van dit alles: wij zijn allemaal gemaakt uit sterren! Het is dan ook ons heelal. De kennis van dat heelal heeft ons een wereldbeeld opgeleverd dat indruist tegen onze dagelijkse perceptie en intuïtie: een wereld in permanente staat van verandering waarvan het verhaal, gekruid door onvoorspelbare toevalstreffers, alleen achteraf geschreven kan worden. De geschiedschrijvers van dit boeiende kosmische verhaal zijn de kosmologen, geologen en biologen. Maar onze wetenschappelijke zoektocht heeft ook iets ontluisterends. We kennen nu onze echte plaats in dit verhaal. Kijken we naar de stamboom van het leven, dan zien we zeker geen rechte lijn van het eerste primitieve leven tot de mens. De levensboom is eerder een warrige struik met vele takjes. Bijna alle leven op aarde is microbieel. De complexe meercellige levensvormen zoals de dieren en de mens daarbinnen vormen maar één zijtakje tussen een wirwar van hoofdzakelijk eencellige takjes. De mens is dus een onooglijk twijgje in die warrige struik van het leven. Maar ook in het geologische verhaal blijkt De mens is een onooglijk twijgje in de warrige struik van het leven die ocharme 200.000 jaar bestaat. de mens slechts een voetnoot te zijn. De 200.000 jaar dat Homo sapiens onze soort de aarde bevolkt, valt in het niet vergeleken met de 4,5 miljard jaar aardse geschiedenis. De Eiffeltoren is toch ook niet gebouwd voor het likje verf op de top van de spits? Maar het wordt nog erger als we de dimensies van ons heelal beschouwen. In ons melkwegstelsel is onze zon slechts een van de 200 miljard sterren. Onze melkweg is slechts één van de miljarden sterrenstelsels in het bijna 14 miljard jaar oude heelal. Het dichtstbijzijnde sterrenstelsel Andromeda ligt op meer dan 2,5 miljoen lichtjaar van ons verwijderd, dat is de tijd dat licht (met een snelheid van 300.000 km/s) nodig heeft om die afstand te overbruggen. We zien Andromeda vandaag zoals het eruit zag bij het begin van de laatste ijstijd 2,5 miljoen jaar geleden. Als intelligent wezen dat de geheimen van het heelal probeert te doorgronden zijn we eigenlijk van geen tel in het onmetelijke heelal. We zijn een wonderlijk akkefietje, wat begrijpelijk is in een wereld gedomineerd door de tweede wet van de thermodynamica. Wanorde is de ultieme eindbestemming van het heelal. Complexiteit gaat daar diametraal tegen in. Het complexer, hoe zeldzamer. Onze wereld verandert constant en zijn verhaal, gekruid door toevalstreffers, kan alleen achteraf geschreven worden Onvermijdelijk? Gaan we terug naar onze uitgangsvraag: Moest het zo zijn? Dan is het antwoord ja en nee een typisch antwoord van een wetenschapper! Ja, want we zijn er nu eenmaal. We zijn een product van ons heelal. Ook wij gehoorzamen aan alle natuurwetten die universeel gelden in het heelal, ook wij zijn gemaakt uit de bouwstenen van het universum. Nee, want zelfs met enkele eenvoudige universele natuurwetten en eenvoudige bouwstenen is er heel wat speelruimte. Dat maakt dat het heelal en al zijn bijproducten zoals sterren, planeten en leven een evolutie doormaken en dus geschiedenis schrijven die enerzijds onvoorspelbaar is en anderzijds onomkeerbaar. Het heelal had er vandaag dus ook totaal anders kunnen uitzien. Maar gelukkig is het zo gelopen. Wie had anders de geschiedenis van het leven, van de aarde en van de kosmos ontrafeld en neergeschreven? Geoloog Manuel Sintubin, bioloog Peter Roels en astronoom Christoffel Waelkens zijn hoogleraar aan de K.U.Leuven. Van de auteurs verscheen bij Acco de trilogie Van Oerknal tot Mens. Surf naar www.eosmagazine.eu/boeken.aspx Eos 47