R e g e l s. 180.00.10.32.00.rgl



Vergelijkbare documenten
PROJECTBESLUIT SCHONENBURGSEIND 40

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Ossenwaard (perceel tussen 3 en 5) - Cothen

R e g e l s rgl

Inhoudsopgave. Bestemmingsplan Bestemmingsplan Luttermolenveld, 4e partiële herziening Vastgesteld

1 van :15

R e g e l s rgl

Bestemmingsplan Voetgangersverbinding. Castricum Limmen REGELS

Bestemmingsplan Kinderboerderij, Waspik. Hoofdstuk 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 6

Regels bestemmingsplan "3e herziening van het bestemmingsplan Oud- en Nieuw Krispijn, locatie Laan der VN"

wijzigingsplan Nieuwveenseweg 36a Inhoudsopgave Regels vastgesteld

R e g e l s rgl

Transformatorstation Vijfhuizen. Regels

R e g e l s rgl

Regels bestemmingsplan Camperstandplaatsen Balk. Planstatus: ontwerp Datum: Plan identificatie: NL.IMRO.0653.BPL ON01 Auteur: Ontwikkeling

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE REGELS... 2 Artikel 1 Begripsbepalingen... 2 Artikel 2 Wijze van meten... 5

Regels Grooterkamp-Gorssel Gemeente Lochem

1.1 plan: het bestemmingsplan 'Varkenshouderij Laarstraat' van de gemeente Oude IJsselstreek; 1.2 bestemmingsplan: de geometrisch bepaalde

R e g e l s rgl

Regels. Groene Scheg- Oldenzaalsestraat

Bestemmingsplan Mgr. Kuijpersplein 18, Borkel en Schaft. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 1 Artikel 1 Begrippen 1 Artikel 2 Wijze van meten 3

INHOUDSOPGAVE. HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5

REGELS Ontwerp bestemmingsplan Boomkwekerij nabij Akkerweg 9 Gemeente Utrechtse Heuvelrug

bestemmingsplan Bestemmingsplan appartementencomplex Bleekstraat te Goor Toelichting 3 Regels 279

R e g e l s rgl

HOOFDSTUK 1 Inleidende regels

bestemmingsplan "Boomkwekerij nabij Akkerweg 9"

Regels Bestemmingsplan Uitbreiding zorgcentrum Dekelhem, Gieten

Inhoudsopgave. Heerde Dorp, Brede School Heerde West, 1 e herziening Vastgesteld

R e g e l s rgl

Regels. Kenmerk: R05

Voorthuizerstraat 5(vastgesteld) Regels 3. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 8

BESTEMMINGSPLAN RUINERWEG, ECHTEN BOS BIJ VAN HARTE

Bestemmingsplan Luttermolenveld, 1e partiële herziening: Regels

wijzigingsplan Dr Bouwdijkstraat

1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen... 2 Artikel 2 Wijze van meten Bestemmingsregels Artikel 3 Woongebied...

R e g e l s rgl

het project het projectbesluit Loo, Husselarijstraat 46 in de gemeente Duiven.

HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS... 2 Artikel 1 Begrippen... 2 Artikel 2 Wijze van meten... 5

HOOFDSTUK 1 Inleidende regels

Delden Zuid 2015, wijzigingsplan kade Delden

B i j l a g e 5 : R e g e l s b e h o r ende bij de ruimtelijke onderbouwing projectb es l u i t rgl

Voorschriften aan projectbesluit "Hotel/appartementen Burgemeester Keijzerweg"

pompstation Breehei te Leunen REGELS

... Voorschriften vrs

Rypsterdyk 43 in Marsum. Menameradiel Plantype: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan

Buitengebied, partiële herziening ontsluitingsweg Oude Rijksweg 395 te Rouveen O N T W E R P

Inhoudsopgave. Regels 3

Bestemmingsplan. Woning Hammerweg. Gemeente Ommen. Regels. Datum: 15 mei 2012 Projectnummer: ID: NL.IMRO.0175.

Hertog Reinaldlaan 2, Horst

GEMEENTE GAASTERLAN - SLEAT / BESTEMMINGSPLAN BALK - VERBINDINGSWEG INHOUDSOPGAVE

HOOFDSTUK 1 Inleidende regels

Balk - Verbindingsweg

GEMEENTE HILLEGOM REGELS. onderdeel van het bestemmingsplan Fietspad Hillegom - Bennebroek van de gemeente Hillegom

GEMEENTE HEERENVEEN UITWERKING 3 e FASE SKOATTERWÂLD (WONINGBOUW TEN OOSTEN VAN DE BOSVELDEN, DEEL 1) INHOUDSOPGAVE

Bestemmingsplan Zuidhoek, 1e herziening

Artikel 1 Begrippen 2. Artikel 3 Verkeer 4. Artikel 8 Slotregel 7

Nieuw-Amsterdam, bedrijfswoning Verlengde Herendijk

Zuidelijk Molenveld, Beatrixstraat - Prins Bernhardplein

Bestemmingsplan Loppersum, partiële herziening Kavels Over de Wijmers V A S T G E S T E L D

Regels bestemmingsplan Nieuw-Vennep Hoofdweg bij 1128

Regels bestemmingsplan "2e herziening van het bestemmingsplan Dubbeldam, locatie Haaswijkweg west 116"

REGELS. van het bestemmingsplan. Spoorwegonderdoorgang Den Dolder. van de GEMEENTE ZEIST

INHOUDSOPGAVE blz. 1 Artikel 2: Wijze van meten. HOOFDSTUK 2. BESTEMMINGSREGELS 4 Artikel 3: Bedrijf - Nutsbedrijf. 4 Artikel 4: Bedrijf - Opstijgpunt

INHOUDSOPGAVE. HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 1 Artikel 1 Begrippen 1 Artikel 2 Wijze van meten 3

HOOFDSTUK 3 ALGEMENE REGELS 9 Artikel 7 Antidubbeltelregel 9 Artikel 8 Algemene bouwregels 10 Artikel 9 Algemene ontheffingsregels 11

1 Inleidende regels Bestemmingsregels Algemene regels Overgangs- en slotregels... 11

bebouwingspercentage: een percentage, dat de grootte aangeeft van het deel van het bouwvlak van het bouwperceel dat maximaal mag worden bebouwd.

Bestemmingsplan Taxiopstelstrook Leidsebosje

Broek 6, 8 en 10 te Sevenum Deze standaard is gebaseerd op de Bro (juni 2007) en SVBP2008 (22 februari 2008).

het bestemmingsplan Moerdijksestraat 1 te Oudenbosch' met identificatienummer NL.IMRO.1655.BP6007-C001 van de gemeente Halderberge;

1. INLEIDENDE REGELS 2 Artikel 1 - Begrippen 2 Artikel 2 - Wijze van meten 5

Brantjesstraat bestemmingsplan ex artikel 3.1 Wro. Status: vastgesteld. Gemeente Purmerend Ruimtelijk Domein

N307 Passage Dronten (9071)

Regels bestemmingsplan Headyk 8 te Dronrijp

HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS

Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg

INHOUD 1 I N L E I D E N D E R E G E L S 1 2 B E S T E M M I N G S R E G E L S 5 3 A L G E M E N E R E G E L S 7

Regels bestemmingsplan Anne Franklaan 50 / Joop Westerweelstraat 18

Regels. Kenmerk: V01

Regels Bestemmingsplan Waijensedijk 1. Gemeente Houten

BCDECFFGHIDJKLH MGCEDENHHCKOPCGQCRSTKU VLDEICDECKU

NL.IMRO BP001PH

Buitengebied herziening 2010, Laarstraat

Buitengebied, herziening gronden Junne

R e g e l s rgl

Inhoudsopgave. ontwerp gemeente Groningen - bestemmingsplan Gasleiding Groningen-Winschoten 2

Regels. Eynderhoof Plan ROS Adviesbureau voor ruimtelijke plannen

De Whee e.o., herziening Rubensstraat 2 BESTEMMINGSPLAN. Datum: onherroepelijk NL.IMRO.1735.GOxrubens2-OH10

Regels bestemmingsplan Headyk 8 te Dronrijp

Bestemmingsplan N240 - Westerterpweg

Westsingel. Datum 22 juni 2009

Oerle 2015, herziening Sint Janstraat

R e g e l s rgl

Wijzigingsplan SWLM M20

Bestemmingsplan. N307 Passage Dronten (9071)

Inhoudsopgave. Regels. Vaststellingsbesluit 16

UITWERKINGSPLAN MORTIERE FASE 4C3. GEMEENTE MIDDELBURG onherroepelijk 17 december ruimte voor ideeën

GEMEENTE ASSEN Vincent van Gogh, locatie Lariks

Bestemming Verblijfsrecreatieve

Transcriptie:

R e g e l s 180.00.10.32.00.rgl

I n h o u d s o p g a v e H o o f d s t u k 1 I n l e i d e n d e r e g e l s Artikel 1 Begrippen 7 Artikel 2 Wijze van meten 13 H o o f d s t u k 2 B e s t e m m i n g s r e g e l s Artikel 3 Agrarisch 17 Artikel 4 Groen 20 Artikel 5 Water 21 Artikel 6 Wonen - Landhuis 22 Artikel 7 Woongebied 24 H o o f d s t u k 3 A l g e m e n e r e g e l s Artikel 8 Anti-dubbeltelbepaling 29 Artikel 9 Algemene bouwregels 30 Artikel 10 Algemene gebruiksregels 31 Artikel 11 Algemene aanduidingsregels 32 Artikel 12 Algemene afwijkingsregels 33 H o o f d s t u k 4 O v e r g a n g s - e n s l o t r e g e l s Artikel 13 Overgangsrecht 37 Artikel 14 Slotregel 38 180.00.10.32.00.rgl

H o o f d s t u k 1 I n l e i d e n d e r e g e l s 180.00.10.32.00.rgl

A r t i k e l 1 B e g r i p p e n In deze regels wordt verstaan onder: a. p l a n : het bestemmingsplan woningbouw Kloosterweg/Hoofdweg te Elsloo van de gemeente Ooststellingwerf; b. b e s t e m m i n g s p l a n : de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0085.BpWbouwElsloo2012-ON01 met de bijbehorende regels en bijlagen; c. a a n - h u i s - v e r b o n d e n b e d r i j f : het beroepsmatig verlenen van diensten dan wel het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid door middel van handwerk - niet zijnde een aan huis verbonden beroep - waarvan de omvang in een woning met bijbehorende bouwwerken past en waarbij de woonfunctie in ruimtelijke en visuele zin blijft behouden, zoals opgenomen in bijlage 1 (Voorbeeldlijst Aan-huis-verbonden beroepen en bedrijven). Onder een aan-huisverbonden bedrijf valt wel internetverkoop, maar geen webwinkel; d. a a n - h u i s - v e r b o n d e n b e r o e p : het uitoefenen van een beroep of het verlenen van diensten op juridisch, medisch, therapeutisch, administratief, kunstzinnig of daaraan verwant gebied, als ondergeschikt onderdeel in een woning, waarbij de woonfunctie centraal is. Commerciële dienstverlening als bankfilialen, uitzendbureaus en reisbureaus, alsmede detailhandel en horeca worden niet begrepen onder aan huis gebonden beroep, zoals opgenomen in bijlage 1 (Voorbeeldlijst Aan-huis-verbonden beroepen en bedrijven); e. a a n d u i d i n g : een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden; f. a a n d u i d i n g s g r e n s : de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft; g. b e b o u w i n g : één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde; Artikel 1 Begrippen 7

h. B e d & B r o c h j e : een kleinschalige overnachtingaccommodatie gericht op het bieden van de mogelijkheid tot een toeristisch kortdurend verblijf met het serveren van ontbijt binnen bestaande gebouwen. Een Bed & Brochje is gevestigd in een woonhuis of bijbehorend bouwwerk en wordt gerund door de eigenaren van het betreffende huis; i. b e s t a a n d : 1. het gebruik dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig is en/of bebouwing die op dat tijdstip aanwezig of in uitvoering is, dan wel kan worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning; 2. het onder 1 bedoelde geldt niet voor zover sprake was van strijd met het voorheen geldende bestemmingsplan, de voorheen geldende beheersverordening, daaronder mede begrepen het overgangsrecht van het bestemmingsplan of de beheersverordening, of een andere planologische toestemming; j. b e s t e m m i n g s g r e n s : de grens van een bestemmingsvlak; k. b e s t e m m i n g s v l a k : een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming; l. b i j b e h o r e n d b o u w w e r k : uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op het hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak; m. b o u w e n : het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats; n. b o u w g r e n s : de grens van een bouwvlak; o. b o u w p e r c e e l : een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten; p. b o u w p e r c e e l g r e n s : de grens van een bouwperceel; 8 Artikel 1 Begrippen

q. b o u w v l a k : een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten; r. b o u w w e r k : elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond; s. b o u w w e r k, g e e n g e b o u w z i j n d e : een bouwwerk, geen gebouw en geen overkapping zijnde; t. b r u t o v l o e r o p p e r v l a k t e : de vloeroppervlakte van de ruimte, dan wel van meerdere ruimten van een gebouw gemeten op vloerniveau langs de buitenomtrek van de (buitenste) opgaande scheidingsconstructie; u. d e t a i l h a n d e l : het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit; v. e r f : een al dan niet omheind stuk grond, in ruimtelijk opzicht direct behorende bij, in functioneel opzicht ten dienste van en in feitelijk opzicht direct aansluitend aan een woning of een ander gebouw, dat in beginsel behoort tot de kavel(s) waarop de woning of het andere gebouw is geplaatst, zoals dat blijkt uit de kadastrale gegevens; w. g e b o u w : elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt; x. h o o f d g e b o u w : een gebouw dat op een bouwperceel in bouwkundig opzicht door zijn constructie of afmetingen als het belangrijkste gebouw valt aan te merken. Indien meer hoofdgebouwen op het perceel aanwezig zijn, het gebouw dat gelet op de functie het belangrijkst is; y. i n t e r n e t v e r k o o p : een specifieke vorm van detailhandel zonder uitstalling, verkoop en afhaal van goederen ter plaatse, waarbij de goederen via internet worden aangeboden en overwegend per post worden geleverd; Artikel 1 Begrippen 9

z. l a n d s c h a p p e l i j k e w a a r d e : de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het waarneembare deel van het aardoppervlak, die wordt bepaald door de onderlinge samenhang en beïnvloeding van de levende en niet-levende natuur; aa. m a a i v e l d : het oppervlak (of de hoogte daarvan) van het land of de bovenkant van het terrein dat een bouwwerk omgeeft; bb. m a n t e l z o r g : het bieden van zorg aan eenieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale veld, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband; cc. m i l i e u s i t u a t i e : de waarde van een gebied in milieuhygiënische zin die wordt bepaald door de mate van scheiding tussen milieugevoelige en milieubelastende functies, daarbij in het bijzonder gelet op het voorkomen, dan wel beperken van hinder door geur, stof, geluid, gevaar, licht en/of trilling; dd. n a t u u r l i j k e w a a r d e : de aan een gebied toegekende waarde gekenmerkt door geologische, geomorfologische, bodemkundige en biologische elementen, zowel afzonderlijk als in onderlinge samenhang; ee. n o r m a a l o n d e r h o u d : het onderhoud, dat gelet op de functie regelmatig noodzakelijk is voor een goed beheer en gebruik van de gronden en gebouwen die tot de betreffende functie behoren; ff. n u t s v o o r z i e n i n g : een voorziening ten behoeve van telecommunicatie en de gas-, wateren elektriciteitsdistributie, alsmede soortgelijke voorzieningen van openbaar nut; gg. o v e r k a p p i n g : elk bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat een overdekte ruimte vormt zonder dan wel met ten hoogste één wand; hh. p a a r d e n b a k : buitenrijbaan ten behoeve van paardrijactiviteiten, voorzien van een zandbed en al dan niet voorzien van een omheining; ii. p e i l : 1. voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst de bouwhoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang; 10 Artikel 1 Begrippen

2. voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst de bouwhoogte van het terrein ter plaatse van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw; jj. p r a k t i j k - / k a n t o o r r u i m t e t e n b e h o e v e v a n e e n a a n h u i s g e b o n d e n b e r o e p o f b e d r i j f : een gedeelte van een woning dat dient voor het uitoefenen van een beroep of bedrijf dat in die woning, met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend en dat is gericht op het verlenen van diensten; kk. p r o d u c t i e g e b o n d e n d e t a i l h a n d e l : detailhandel in goederen die ter plaatse worden vervaardigd, gerepareerd en/of toegepast in het productieproces, waarbij de detailhandelsfunctie ondergeschikt is aan de productiefunctie; ll. s e k s i n r i c h t i n g : de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar; mm. s t r a a t - e n b e b o u w i n g s b e e l d : de stedenbouwkundige waarde van een gebied, die wordt bepaald door de mate van samenhang in aanwezige bebouwing. De mate van samenhang wordt bepaald door de verhouding tussen bouwmassa en open ruimte, de onderlinge verhouding tussen bebouwing op het gebied van bouwhoogte en -breedte en de wijze waarop bebouwing die ruimtelijk op elkaar georiënteerd is zich tot elkaar verhoudt op het vlak van bouwvorm en ligging; nn. v e r k e e r s v e i l i g h e i d : de waarde van een gebied voor de veiligheid van het verkeer, die wordt bepaald door de mate van overzichtelijkheid en vrij uitzicht (met name bij kruisingen van wegen en uitritten) en de (mogelijke) effecten van bebouwing en overige inrichtingselementen op de gedragingen van verkeersdeelnemers; oo. w e b w i n k e l : een specifieke vorm van detailhandel zonder uitstalling, waarbij de goederen via internet worden aangeboden en zowel per post worden geleverd als ter plaatse worden afgehaald; Artikel 1 Begrippen 11

pp. w o n i n g : een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden dat, indien deze bestaat uit meerdere personen, gebruik maakt van voor bewoning gemeenschappelijke voorzieningen, zoals keuken, toilet en douche; qq. w o o n s i t u a t i e : de waarde van een gebied voor de woonfunctie, die wordt bepaald door de situering van om die woonfunctie liggende functies en bebouwing. Bij de bepaling van de waarde wordt in het bijzonder gelet op de daglichttoetreding, het uitzicht, de mate van privacy en het voorkomen of beperken van hinder. 12 Artikel 1 Begrippen

A r t i k e l 2 W i j z e v a n m e t e n Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten: a. d e d a k h e l l i n g : langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak; b. d e g o o t h o o g t e v a n e e n b o u w w e r k : vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel; c. d e i n h o u d v a n e e n b o u w w e r k : tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen; d. d e b o u w h o o g t e v a n e e n b o u w w e r k : vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen; e. d e o p p e r v l a k t e v a n e e n b o u w w e r k : tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatste van het bouwwerk; f. af s t a n d t o t d e z i j d e l i n g s e g r e n s v a n e e n b o u w p e r c e e l : de kortste afstand vanaf enig punt van een bouwwerk tot de zijdelingse perceelgrens. Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van de plaatsing van gebouwen, worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding niet meer dan 1 m bedraagt. Artikel 2 Wijze van meten 13

H o o f d s t u k 2 B e s t e m m i n g s r e g e l s 180.00.10.32.00.rgl

A r t i k e l 3 A g r a r i s c h 3.1 B e s t e m m i n g s o m s c h r i j v i n g De voor 'agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het agrarisch grondgebruik; b. behoud, herstel en ontwikkeling van landschappelijke en natuurlijke waarden, ter plaatse van de aanduiding natuurwaarden ; met daaraan ondergeschikt: c. groenvoorzieningen; d. nutsvoorzieningen; e. water; f. wegen en paden. 3.2 B o u w r e g e l s 3.2.1 Gebouwen en overkappingen Op of in deze gronden mogen geen gebouwen en overkappingen worden gebouwd. 3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen bedraagt maximaal 2 m; b. de bouwhoogte van een tunnelkas bedraagt maximaal 1,20 m; c. voor het doel verkeer is het bouwen beperkt tot bouwwerken, geen gebouwen zijnde, tot een bouwhoogte van maximaal 12 m. De bouw van solitaire windturbines is niet toegestaan; d. voor de overige doeleinden is het bouwen beperkt tot bouwwerken, geen gebouwen zijnde, tot een bouwhoogte van maximaal 6 m en een oppervlakte van maximaal 30 m². 3.3 N a d e r e e i s en Burgemeester en wethouders kunnen, ten behoeve van het straat- en bebouwingsbeeld, een goede woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Artikel 3 Agrarisch 17

3.4 S p e c i f i e k e g e b r u i k s r e g e l s Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend: a. het gebruik van gronden en bouwwerken voor niet-agrarische bedrijvigheid; b. het gebruik van gronden voor het opslaan van mest en/of andere landbouwproducten met uitzondering van tijdelijke opslag van akkerbouwproducten, alsmede tijdelijke opslag van mest, onder voorwaarde dat de mestopslag niet langer dan zes maanden duurt en de mestopslag niet gedurende twee opeenvolgende jaren op dezelfde locatie plaats heeft; c. het gebruik van bouwwerken voor het wonen; d. het gebruik van gronden voor de sierteelt, fruitteelt, bosbouw, boomteelt, houtteelt of overige opgaande teeltvormen, niet zijnde boomgaarden op erven bij bedrijfswoningen; e. het gebruik van gronden voor paardenbakken. 3.5 O m g e v i n g s v e r g u n n i n g v o o r h e t u i t v o e r e n v a n e e n w e r k, g e e n b o u w w e r k z i j n d e, e n v a n w e r k z a a m h e- d e n 3.5.1 Omgevingsvergunning Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren: a. het aanplanten van bomen en/of houtgewas, al dan niet ten behoeve van houtteelt over een oppervlakte van meer dan 100 m²; b. het kappen en/of rooien van houtwallen en/of -singels; c. het verharden van agrarische perceel-, kavelontsluitings- en/of onderhoudswegen buiten het bouwperceel met een grotere breedte dan 4 m; d. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen ten behoeve van het agrarisch gebruik buiten het bouwperceel, niet zijnde perceel- en/of kavelontsluitingswegen, met een oppervlakte van meer dan 100 m²; e. het aanleggen van overige verharde of halfverharde wegen en paden; f. het afgraven, ophogen of egaliseren van gronden, zodanig dat er een verschil in hoogte, c.q. diepte ten opzichte van het bestaande maaiveld ontstaat van meer dan 30 cm; g. het aanleggen van voorzieningen ten behoeve van het recreatief medegebruik; h. het graven of dempen van sloten en daarmee gelijk te stellen waterlopen, uitsluitend indien dit een wijziging van het kavelpatroon tot gevolg heeft; i. het aanleggen van wegen ten behoeve van gebiedsontsluiting. 18 Artikel 3 Agrarisch

3.5.2 Uitzondering Het bepaalde in artikel 3.5.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden: a. die normale onderhouds- of exploitatiewerkzaamheden betreffen; b. ten behoeve van natuurbeheer; c. die reeds in uitvoering zijn, dan wel krachtens een verleende vergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan. 3.5.3 Toetsingscriteria De omgevingsvergunning in artikel 3.5.1 kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke en/of natuurlijke waarde van de gronden. Artikel 3 Agrarisch 19

A r t i k e l 4 G r o e n 4.1 B e s t e m m i n g s o m s c h r i j v i n g De voor 'groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. groenvoorzieningen; met daaraan ondergeschikt: b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde; c. paden en verhardingen; d. speelvoorzieningen; e. waterhuishoudkundige voorzieningen. 4.2 B o u w r e g e l s 4.2.1 Gebouwen en overkappingen Op of in deze gronden mogen geen gebouwen en overkappingen worden gebouwd. 4.2.2 Bouwwerken, geen gebouw zijnde De bouwhoogte van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, bedraagt maximaal 5,5 m. 4.3 N a d e r e e i s e n Burgemeester en wethouders kunnen, ten behoeve van het straat- en bebouwingsbeeld, een goede woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, nadere eisen stellen aan de afmetingen van bouwwerken geen gebouw zijnde. 20 Artikel 4 Groen

A r t i k e l 5 W a t e r 5.1 B e s t e m m i n g s o m s c h r i j v i n g De voor water aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. water; met daaraan ondergeschikt: b. groenvoorzieningen; c. nutsvoorzieningen. 5.2 B o u w r e g e l s 5.2.1 Gebouwen en overkappingen Op of in deze gronden mogen geen gebouwen en overkappingen worden gebouwd. 5.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 5,5 m. 5.3 N a d e r e e i s e n Burgemeester en wethouders kunnen, ten behoeve van het straat- en bebouwingsbeeld, een goede woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, nadere eisen stellen aan de afmetingen van de andere bouwwerken. Artikel 5 Water 21

A r t i k e l 6 W o n e n - L a n d h u i s 6.1 B e s t e m m i n g s o m s c h r i j v i n g De voor 'wonen - landhuis' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het wonen in een landhuis, al dan niet in combinatie met: 1. een aan-huis-verbonden beroep of bedrijf; 2. mantelzorg; 3. Bed & Brochje; met daaraan ondergeschikt: b. groenvoorzieningen; c. nutsvoorzieningen; d. parkeervoorzieningen; e. speelvoorzieningen; f. tuinen, erven en terreinen; g. water; h. wegen en paden. Aan huis verbonden beroepen en bedrijven zoals genoemd sub a, onder 1, zijn toegestaan, voor zover wordt voldaan aan de volgende criteria: 1. de grondoppervlakte niet meer dan 25% van de vloeroppervlakte van de woning bedraagt, met een maximum van 50 m²; 2. geen detailhandel plaatsvindt, tenzij het betreft productiegebonden detailhandel. Bed & Brochje zoals genoemd sub a, onder 3, is toegestaan voor zover wordt voldaan aan de volgende criteria: 1. maximaal twee kamers worden gebruikt voor Bed & Brochje; 2. het maximum brutovloeroppervlakte dat wordt gebruikt voor Bed & Brochje bedraagt 50 m²; 3. in de slaapkamers wordt geen keukenblok gerealiseerd; 4. ten behoeve van Bed & Brochje wordt geen extra inrit gerealiseerd; 5. het parkeren vindt plaats op eigen terrein; 6. de ontsluiting van het perceel is kwantitatief en kwalitatief goed van aard. 6.2 B o u w r e g e l s 6.2.1 Gebouwen en overkappingen Voor gebouwen gelden de volgende regels: a. de gebouwen, bijbehorende bouwwerken en overkappingen worden uitsluitend binnen het bouwvlak gebouwd, met dien verstande dat ter 22 Artikel 6 Wonen - Landhuis

plaatse van de aanduiding maximum bebouwingspercentage' het aangegeven maximale bebouwingspercentage van het bouwvlak mag worden bebouwd; b. per bouwvlak is maximaal 1 woning toegestaan; c. de voorgevel van de woning dient in de gevellijn ter plaatse van de aanduiding gevellijn te worden gebouwd; d. de goothoogte bedraagt niet meer dan 4 m, dan wel niet meer dan de ter plaatse van de aanduiding maximale goothoogte aangegeven goothoogte; e. de bouwhoogte bedraagt niet meer dan 9 m, dan wel niet meer dan de ter plaatse van de aanduiding maximale bouwhoogte aangegeven bouwhoogte. 6.2.2 Overkappingen Voor overkappingen gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van overkappingen bedraagt maximaal 6 m; b. de gezamenlijke oppervlakte van overkappingen bedraagt maximaal 30 m². 6.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag voor (het verlengde van) de voorgevel ten hoogste 1 m en daarachter ten hoogste 2 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte op zijerven die grenzen aan een openbare weg (niet zijnde een brandgang tussen twee gebouwen) of openbaar groengebied op een afstand van 1 m of minder uit de perceelgrens ten hoogste 1 m bedraagt; b. de bouwhoogte van een overig ander bouwwerk bedraagt maximaal 5,5 m. 6.3 Nad e r e e i s e n Burgemeester en wethouders kunnen, ten behoeve van het straat- en bebouwingsbeeld, een goede woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing. 6.4 S p e c i f i e k e g e b r u i k s r e g e l s Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van gronden voor paardenbakken. Artikel 6 Wonen - Landhuis 23

A r t i k e l 7 W o o n g e b i e d 7.1 B e s t e m m i n g s o m s c h r i j v i n g De voor 'woongebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het wonen, al dan niet in combinatie met: 1. een aan-huis-verbonden beroep of bedrijf; 2. mantelzorg; 3. Bed & Brochje; met daaraan ondergeschikt: b. groenvoorzieningen; c. nutsvoorzieningen; d. parkeervoorzieningen; e. speelvoorzieningen; f. tuinen, erven en terreinen; g. water; h. wegen en paden. Aan-huis-verbonden beroepen en bedrijven zoals genoemd sub a, onder 1, zijn toegestaan, voor zover wordt voldaan aan de volgende criteria: 1. de grondoppervlakte bedraagt niet meer dan 25% van de vloeroppervlakte van de woning, met een maximum van 50 m²; 2. er vindt geen detailhandel plaats, tenzij het betreft productiegebonden detailhandel. Bed & Brochje zoals genoemd sub a, onder 3, is toegestaan voor zover wordt voldaan aan de volgende criteria: 1. maximaal twee kamers worden gebruikt voor Bed & Brochje; 2. het maximum brutovloeroppervlakte dat wordt gebruikt voor Bed & Brochje bedraagt 50 m²; 3. in de slaapkamers wordt geen keukenblok gerealiseerd; 4. ten behoeve van Bed & Brochje wordt geen extra inrit gerealiseerd; 5. het parkeren vindt plaats op eigen terrein; 6. de ontsluiting van het perceel is kwantitatief en kwalitatief goed van aard. 7.2 B o u w r e g e l s 7.2.1 Gebouwen en overkappingen De gebouwen en overkappingen worden uitsluitend binnen het bouwvlak gebouwd. 24 Artikel 7 Woongebied

7.2.2 Hoofdgebouwen Voor hoofdgebouwen gelden de volgende regels: a. de woningen ter plaatse van de aanduiding specifieke bouwaanduiding vrijstaand/twee-aaneen worden vrijstaand, dan wel twee-aaneen gebouwd, met dien verstande dat de woningen direct gelegen aan en met de voorgevel gericht op de Kloosterweg uitsluitend vrijstaand mogen worden gebouwd; b. ter plaatse van de aanduiding vrijstaand worden maximaal 2 vrijstaande woningen gebouwd; c. ter plaatse van de aanduiding specifieke bouwaanduiding vrijstaand/twee-aaneen worden maximaal 11 woningen gebouwd; d. de voorgevel van de woningen dient in de gevellijn, ter plaatse van de aanduiding gevellijn te worden gebouwd; e. de oppervlakte van het hoofdgebouw bedraagt niet meer dan 150 m 2, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding vrijstaand de maximale oppervlakte van hoofgebouwen 250 m 2 bedraagt; f. hoofdgebouwen worden met de vrijstaande kant niet dichter dan 2,50 m tot de zijdelingse perceelgrens gebouwd; g. voor vrijstaande woningen ter plaatse van de aanduiding specifieke bouwaanduiding vrijstaand/twee-aaneen geldt dat de minimale breedte van het hoofdgebouw 8 m en maximale breedte 9 m bedraagt; h. de goothoogte bedraagt niet meer dan 3,50 m; i. de minimale dakhelling bedraagt 40 en de maximale dakhelling bedraagt 50. 7.2.3 Bijbehorende bouwwerken Voor bijbehorende bouwwerken, niet zijnde overkappingen, gelden de volgende regels: a. per hoofdgebouw bedraagt de gezamenlijke oppervlakte van bijbehorende bouwwerken maximaal: 1. 75 m² bij een bouwperceel met een oppervlakte die niet groter is dan 500 m²; 2. 100 m 2 bij een bouwperceel met een oppervlakte die niet groter is dan 650 m²; 3. 125 m² bij een bouwperceel met een oppervlakte groter dan 650 m²; b. de minimale afstand van een bijbehorend bouwwerk tot de voorgevel van de woning bedraagt 3 m; c. een goothoogte van bijbehorende bouwwerken bedraagt maximaal 3,50 m. 7.2.4 Overkappingen Voor overkappingen gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van overkappingen bedraagt maximaal 6 m; Artikel 7 Woongebied 25

b. de gezamenlijke oppervlakte van overkappingen per hoofdgebouw bedraagt maximaal 30 m². 7.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag voor (het verlengde van) de voorgevel ten hoogste 1 m en daarachter ten hoogste 2 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte op zijerven die grenzen aan een openbare weg (niet zijnde een brandgang tussen twee gebouwen) of openbaar groengebied op een afstand van 1 m of minder uit de perceelgrens ten hoogste 1 m bedraagt; b. een overig ander bouwwerk mag een bouwhoogte van maximaal 5,50 m hebben, tenzij de bestaande bouwhoogte groter is, in welk geval de bestaande bouwhoogte als maximum geldt. 7.3 Nad e r e e i s e n Burgemeester en wethouders kunnen, ten behoeve van het straat- en bebouwingsbeeld, een goede woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing. 7.4 S p e c i f i e k e g e b r u i k s r e g e l s Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van gronden voor paardenbakken. 26 Artikel 7 Woongebied

H o o f d s t u k 3 A l g e m e n e r e g e l s 180.00.10.32.00.rgl

A r t i k e l 8 A n t i - d u b b e l t e l b e p a l i n g Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing. Artikel 8 Anti-dubbeltelbepaling 29

A r t i k e l 9 A l g e m e n e b o u w r e g e l s P a r k e e r n o r m e n Een gebouw mag pas worden gebouwd als wordt voldaan aan de in bijlage 2 opgenomen parkeernormen. 30 Artikel 9 Algemene bouwregels

A r t i k e l 1 0 A l g e m e n e g e b r u i k s r e g e l s Onder strijdig gebruik met de bestemmingen wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder wordt begrepen: - het gebruik van gronden en bouwwerken als seksinrichting; - het gebruik voor de stalling en opslag van aan het oorspronkelijk gebruik onttrokken voer-, vaar- en/of vliegtuigen. Artikel 10 Algemene gebruiksregels 31

A r t i k e l 1 1 A l g e m e n e a a n d u i d i n g s r e g e l s M i l i e u z o n e - a a n d a c h t s g e b i e d 1 e n 2 s b z 11.1 A a n d u i d i n g s o m s c h r i j v i n g Gronden ter plaatse van de aanduiding milieuzone - aandachtsgebied 1 en 2 sbz zijn tevens bestemd ter voorkoming van significante effecten op de speciale beschermingszones. 11.2 O m g e v i n g s v e r g u n n i n g v o o r h e t u i t v o e r e n v a n e e n w e r k, g e e n b o u w w e r k z i j n d e, e n v a n w e r k z a a m h e- d e n 10.2.1 Omgevingsvergunning Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - aandachtsgebied 1 en 2 sbz' is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren: a. ontginnen, bodem verlagen, of afgraven, ophogen, egaliseren, voor zover niet reeds een ontgrondingenvergunning is vereist; b. het verwijderen of aanplanten van bomen en andere houtopstanden, voor zover niet reeds geregeld in de Boswet; c. het aanleggen en/of verharden van wegen en paden; d. het aanbrengen van bovengrondse of ondergrondse leidingen, constructies, installaties of apparatuur; e. het graven, vergroten en dempen van waterlopen; f. het aanbrengen van opgaande beplantingen; g. werkzaamheden waarbij hydrologische ingrepen mogelijk zijn; h. het aanbrengen van drainage. 10.2.2 Uitzonderingen Het bepaalde in lid 10.2.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden die: a. normale onderhoudswerkzaamheden betreffen. 10.2.3 Toetsingscriteria De omgevingsvergunning in lid 10.2.1 kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de in lid 10.1 omschreven waarden en de landschappelijke en/of natuurlijke waarde van de gronden. 32 Artikel 11 Algemene aanduidingsregels

A r t i k e l 1 2 A l g e m e n e a f w i j k i n g s r e g e l s 12.1 Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van: a. de bestaande en de in de regels gegeven maten, afmetingen, aantallen, percentages tot niet meer dan 10% van die maten, afmetingen, aantallen en percentages; b. de regels ten aanzien van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, opdat de bouwhoogte wordt vergroot tot niet meer dan 10 m; c. de regels ten aanzien van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, opdat de bouwhoogte van kunstwerken en van zend-, ontvang- en/of sirenemasten wordt vergroot tot niet meer dan 25 m; d. de bestemmingsregels, opdat de grenzen van hoofdgebouwen en van gebouwen ter plaatse van de aanduidingen 'bouwvlak, specifieke bouwaanduiding vrijstaand/twee aaneen en de aanduiding vrijstaand' naar de buitenzijde worden overschreden voor het meerdere van 1 m door: 1. plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen; 2. gevel- en kroonlijsten, overstekende daken; e. de eis dat bij een aanvraag van een omgevingsvergunning blijkt dat voldoende parkeer- of stallingsruimte moet worden gerealiseerd, indien op andere wijze in de nodige parkeer- en/of stallingsruimte wordt voorzien. 12.2 Toetsingscriteria De omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien hierdoor geen wezenlijke afbreuk wordt gedaan aan: a. het straat- en bebouwingsbeeld; b. de woonsituatie; c. de milieusituatie; d. de verkeersveiligheid; e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden. Artikel 12 Algemene afwijkingsregels 33

H o o f d s t u k 4 O v e r g a n g s - e n s l o t r e g e l s 180.00.10.32.00.rgl

A r t i k e l 1 3 O v e r g a n g s r e c h t A O v e r g a n g s r e c h t b o u w w e r k e n 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel kan worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot: a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd; b. na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is tenietgegaan. 2. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het eerste lid bij een omgevingsvergunning afwijken voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%. 3. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan. B O v e r g a n g s r e c h t g e b r u i k 1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet. 2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind. 3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten. 4. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan. Artikel 13 Overgangsrecht 37

A r t i k e l 1 4 S l o t r e g e l Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan woningbouw Kloosterweg/Hoofdweg te Elsloo. 38 Artikel 14 Slotregel

C o l o f o n O p d r a c h t g e v e r Gemeente Ooststellingwerf C o n t a c t p e r s o o n De heer B. Sieben B e s t e m m i n g s p l a n BügelHajema Adviseurs F o t o g r a f i e BügelHajema Adviseurs P r o j e c t l e i d i n g Mevrouw G.H. Gonzalez-Bremer BügelHajema Adviseurs P r o j e c t n u m m e r 180.00.10.32.00 BügelHajema Adviseurs bv Bureau voor Ruimtelijke Ordening en Milieu BNSP Vaart nz 48-50 Postbus 274 9400 AG Assen T 0592 316 206 F 0592 314 035 E assen@bugelhajema.nl W www.bugelhajema.nl Vestigingen te Assen, Leeuwarden en Amersfoort