Vragen gesteld tijdens de informatiebijeenkomst Erasmus+ voor primair en voortgezet onderwijs Utrecht, 22 november 2017 Algemeen Q: Vallen Estland, Letland en Litouwen ook onder de programmalanden? A: Ja. Zie p.21 van de Programme Guide 2018 voor de lijst van alle programmalanden. Q: Moet elk BRIN nummer in één school een eigen PIC code aanvragen (en dus aanmelden in de participant portal) A: Ja, als het om verschillende vestigingen/adressen gaat. Q: Is Turkije nog programmaland? A: Ja. KA101 Mobility Projects for School Education Staff Q: Ik werk bij een AOC, dus wij hebben VMBO en MBO. Voor het MBO vragen wij in een consortium jaarlijks een KA1 mobiliteitssubsidie aan voornamelijk ter ondersteuning van internationale stages. Mag ik voor mijn eigen instituut daarnaast een KA1 aanvraag doen voor KA101 mobiliteit voor onderwijspersoneel voor onze VMBO docenten. A: Ja dat is geen probleem. Zolang het voor die aanvraag maar alleen om de VMBO docenten gaat. Q: Havo vwo docenten niet? A: Uiteraard ook havo en vwo, alsmede po en speciaal onderwijs. Q: Wat is de omschrijving van 'relevantie' bij de beoordeling van een projectaanvraag? A: Zie p.63 van de Programme Guide en ook Guide for Experts op de website www.erasmusplus.nl. Q: Valt leerlingenuitwisseling ook onder KA1? Ik dacht dat KA1 alleen voor docenten was. A: KA101 is inderdaad alleen voor mobiliteit van personeel. Q: Onze school heeft 4 locaties met ieder een eigen identiteit. Zo heeft iedere locatie ook een eigen beleidsplan internationalisering met eigen doelen. Nu de vraag: Mag er maar 1 aanvraag gedaan worden, of mag de coördinator van locatie vmbo een aanvraag doen voor een 'eigen' project voor de docenten van die locatie, en de coördinator vmbo voor een project voor die locatie? A: Als er sprake is van verschillende BRIN-nummers (BRIN06-nummer) dan kan er per BRIN06-nummer een aanvraag worden ingediend voor KA1. Dus als elke vestiging een eigen BRIN-06 nummer heeft, kan elke vestiging zelf een eigen aanvraag voor KA1 indienen. Q: Kun je voor meerdere jaren tegelijk ka1 aanvragen doen? A: Ja, dat kan - een KA1 project kan maximaal 2 jaar duren.
Q: Kan Nuffic ook advies geven v.w.b. kwalitatieve scholingsmogelijkheden rond bepaalde thema s? A: In principe is dat geen rol voor het NA. Via de School Education Gateway is er wel informatie te vinden over bepaalde thema's. In de School Education Gateway vind je ook de Teacher Academy met online cursussen en ook een groot aanbod aan nascholingscursussen in andere Erasmus+ landen. Q: Wij staan nog helemaal aan het begin, we willen voor onze PO-stichting van 17 scholen een meerjarig uitwisselingsprogramma voor leerkrachten opzetten. Thema's daarvan is spelend en ontdekkend leren (jonge kind) en taalontwikkeling in een steeds multiculturele samenleving. Twee thema's dus. A: Bedoelt u een nascholingsproject onder KA1, aangevraagd door de stichting? Als het om exact dezelfde groep scholen gaat, mag er maar 1 aanvraag ingediend worden. Dan zou het gecombineerd moeten worden in 1 consortiumaanvraag. Q: Gaan we hiervoor dan 2 aanvragen doen? En hoe vinden we partnerscholen voor deze projecten? A: Partnerscholen kunt u zoeken via etwinning of de School Education Gateway. Ook worden er door Nationale Agentschappen contact seminars rond bepaalde thema's georganiseerd; op onze website vindt u daar informatie over: www.erasmusplus.nl/tca Q: Het antwoord wordt hier al gegeven denk ik: we maken één project aan vanuit het strategisch doel en maken er twee projectactiviteiten van. A: Je kunt als school wel in twee consortiumaanvragen zitten, als je vanuit je eigen stichting aan een door de stichting ingediend project meedoet en teven vanuit het samenwerkingsverband passend onderwijs als die een andere aanvraag indient. Maar je kunt inderdaad zelf maar 1 aanvraag per jaar indienen. Q&A KA229 Strategic Partnerships: School Exchange Partnerships Q: Geldt voor (de nieuwe) KA2 ook één aanvraag per BRIN (zoals bij KA1)? A: Voor KA2 mag je meerdere aanvragen als school doen, maar dan binnen verschillende partnerschappen. Realiseer je wel dat je dan met jouw aanvraag een concurrent kan worden van je collega's (bij overvraging van het budget). Maar het kan. Projecten moeten wel van elkaar inhoudelijk verschillen. Een school kan ook in één project als coördinator zitten en in een andere als partner. Q: KA22 is ook alleen binnen Europa? A: Bij School Exchange Partnerships inderdaad alleen binnen Europa, maar voor KA201 (sectorale / sector-overstijgende projecten) zijn onder voorwaarden ook andere landen mogelijk (zie p.20-23 van de Programme Guide). Q: Hoeveel mobiliteiten kun je aanvragen, voorheen was dit 100. Met een uitwisseling van een havo en vwo 4 kan dit snel oplopen A: Er is in de nieuwe KA229 geen sprake meer van een maximum aantal mobiliteiten, maar van een maximum bedrag per school per jaar ( 16.500). Q: Is er een beperking aan het aantal mobilities onder School Exchange Partnerships? A: Nee die is er niet. Wel in het aantal deelnemende scholen en in de maximale subsidie per school en per project.
Q: Max 16.500 per school per jaar, ook als je meerdere projecten hebt? A: Dit is het maximum bedrag per school per jaar per project. Als je twee projecten toegekend hebt gekregen, dan wordt het dus inderdaad 2 x 16.500 euro maximaal. Q: In ons vorige KA2 project hebben wij 127.000 gekregen voor 3 jaar gekregen om elk jaar gemiddeld 50-60 leerlingen op uitwisseling te sturen. Ik zie nu max. 16.500 per jaar per school, dat betekent dus dat we rekening moeten houden met een veel lager bedrag als en nieuwe aanvraag gehonoreerd wordt? A: In 2016 en 2017 was het maximum aantal deelnemers aan mobiliteiten voor een geheel project al op 100 gezet. In 2018 is er bij KA229 budget voor Project Management and Implementation en voor Travel en Individual Support. Het maximum bedrag per school per jaar is inderdaad 16.500 euro. Q: Kan KA229 ook voor meerdere jaren worden aangevraagd? A: De aanvraag wordt ingediend voor een project van minimaal 12 en maximaal 24 maanden. En alleen als je long-term study mobility of pupils gaat doen, is de maximale duur zelfs 36 maanden. Q: Is de KA2 echt in plaats van de IPV? A: IPV blijft bestaan voor curriculumontwikkeling, maar voor uitwisselingen stopt IPV. KA229 biedt dan als enige programma nog mogelijkheid om leerlingenuitwisselingen te realiseren. Q: Moet je voor een KA2 aanvraag met een school in de United States een pic code hebben als Nederlandse én als Amerikaanse school? A: Elke organisatie moet inderdaad een PIC code hebben. Een partner van buiten Erasmus+ landen kan niet bij KA229, maar onder voorwaarden wel bij KA201. Deze partner moet dan een aantoonbare added value hebben, d.w.z. dat zij iets moeten inbrengen in het partnerschap wat in geen enkel ander Erasmus+ land te vinden/halen is. Q: Is deze onderverdeling van KA2 projecttypen in andere Europese landen ook zo gemaakt A: KA2 verdeling in schoolpartnerschappen en sector-overstijgende projecten geldt voor alle programmalanden van Erasmus+. Q: Wat moet de eigen bijdrage van de leerlingen zijn? A: De hoogte van de unit costs is zo bepaald, dat er automatisch een eigen bijdrage van de scholen inbegrepen zit. De unit costs zijn dus een bijdrage en niet per definitie dekkend. Sommige scholen vragen een bijdrage van de ouders omdat ze meer leerlingen mee nemen dan aangevraagd en dus niet over voldoende budget beschikken, maar het hoeft niet. Q: Kunnen buitenlandse scholen ook subsidie aanvragen via KA2? A: Alle scholen in alle Erasmus+ landen hebben deze mogelijkheid. Per partnerschap wordt 1 aanvraag ingediend, door de coördinerende school. Q: Hoe zit het met de data? Wij wisselen altijd uit in maart en juni. Dat valt dus niet tussen september en december. Moeten we onze uitwisselingen dan verplaatsen naar het begin van het schooljaar? A: Als u ergens tussen begin september en eind december start met uw PROJECT, dan betekent het niet dat u meteen een uitwisseling moet doen. U kunt in de eerste periode de uitwisselingen voorbereiden, de leerlingen en docenten werken in hun eigen scholen al aan het thema en de uitwisselingen kunnen dan later in het schooljaar worden uitgevoerd. Het project bestaat dus NIET uit alleen uitwisselingen, er moet een heel onderwijskundig project aan ten grondslag liggen.
Q: Wat wordt verstaan onder de start van een project? Wij wisselen uit in de maanden feb (heen) en april terug. als we nu aanvragen in Maart, moeten we dan een terugschuiven naar sep-okt-nov of dec? A: De partners beginnen met voorbereidingen, bijv. project planning, voorbereiding inhoudelijke invulling uitwisselingen en dan pas komt de uitwisseling zelf. U kunt dus wel in september-december met de eerste stappen beginnen, terwijl de uitwisseling pas later komt. Q: Mag 1 BRIN nummer naast een KA229 ook een KA201 aanvragen? A: Ja, er is bij KA2 geen restrictie in het aantal projecten waar een school aan meedoet. Q: Kun je aanvragen voor leerlingenuitwisseling dan alleen doen via KA2 en niet via KA1? A: Dat klopt. Q: Het verplichte aantal dagen van 5 Met 2 reisdagen is ook losgelaten? A: Klopt. De minimumduur van short-term exchanges of groups of pupils is drie dagen (exclusief reis). Q: Uiteraard moet je gedane uitgaven tijdens de uitwisselingen verantwoorden. Moet je ook eventuele bijdragen van de ouders verantwoorden of wordt daar niet naar gekeken bij controle achteraf? A: Voor de reis- en verblijfkosten krijgt u unit costs toegekend. Dat betekent dat u een bedrag per leerling/docent krijgt, dat afhankelijk is van de af te leggen afstand en het aantal verblijfdagen. Als u als school goedkopere vluchten regelt, of een uitwisseling doet met het inzetten van busvervoer, waardoor u minder geld uitgeeft dan u toegekend heeft gekregen via deze unit costs, dan hebt u nog steeds recht op de toegekende bedragen. U hoeft ook de extra bijdragen die u eventueel van de ouders vraagt niet te verantwoorden. Q: Is het de bedoeling van KA229 dat dit aantal aanvragen omhoog gaat? Immers meer budget maar minder budget per project. A: Het doel van KA229 is om scholen, en vooral ook beginnende scholen, de mogelijkheid te geven aan Erasmus+ deel te nemen. Omdat het budget stijgt, kunnen inderdaad meer scholen meedoen. Q: Moet ik er rekening mee houden dat ervaren scholen minder snel hiervoor geselecteerd gaan worden? A: Alle scholen hebben even veel kans, het gaat om de kwaliteit van de aanvraag / het project. Aanvragen worden naar proportionaliteit beoordeeld. Q: Aangaande unit costs voor mobiliteit van leerlingen. In een KA2 heeft een van onze partnerscholen uit Roemenië aangegeven dat het geld per leerling ook fysiek aan de leerlingen moet worden gegeven en je dus niet door te kiezen voor goedkopere opties meer leerlingen mag meenemen dan er in de aanvraag genoemd worden. A: Dat is niet zo. De school kan ervoor kiezen om leerlingen een (klein) bedrag te geven als ze bijv. bepaalde maaltijden zelf moeten inkopen, maar in principe regelt de school het verblijf en maaltijden van de leerlingen tijdens uitwisselingen al dan niet via gastgezinnen van de ontvangende school. De school als aanvrager en niet de leerling is dan ook verantwoordelijk voor het besteden van subsidies. Q: Gelden voor KA229 nieuwe versie dezelfde thema' s als voor de andere twee best practices / innovation? A: KA229 is per definitie exchange of good practices. De thema s en Europese prioriteiten zowel horizontaal als sectoraal voor School Education zijn gelijk voor alle verschillende type partnerschappen. Op onze website staat de lijst van thema (vertaald naar het Nederlands) om scholen/organisaties te helpen bij het kiezen van een thema. Deze is geüpdatet voor 2018. Deze staan ook in het projectopzetformulier genoemd.
Q: In onze Mobility Tool+ hebben wij geen 'knop' voor verblijf. Wij zelf hebben de aanvraag voor de subsidie niet gedaan, dit heeft onze voorganger gedaan. Is het mogelijk dat wij deze knop missen doordat er iets in de aanvraag mist, of is hier een andere reden voor? A: In de Mobility Tool+ (maar ook in het aanvraagformulier en in het contract) wordt verblijf Individual Support genoemd. Q: Is KA2 ook voor uitwisseling van leerkrachten in het PO in een strategische samenwerking? Of gaat dit alleen over uitwisselingsprogramma's voor leerlingen? A: KA2 is niet alleen voor leerlingen, maar zeker ook voor docenten. Zowel in PO als VO. Q: Mogen KA201 partnerschappen ook uit alleen scholen bestaan bv met verschillende school typen? A: Dat kan, maar in dit geval krijgt de coördinerende school de verantwoordelijkheid voor het hele project en het hele budget. Q: Bij de School Exchange Partnerships, is het ook mogelijk om voor een enkele leerling of een klein groepje deze subsidie aan te vragen? A: Er moet sowieso sprake zijn van een samenwerkingsproject; het gaat bij Erasmus+ niet om de uitwisselingen alleen. Binnen de partnerschappen kun je short-term exchanges of groups of pupils aanvragen (kan ook een klein groepje zijn) maar ook long-term study mobility of pupils (leerlingen van 14 jaar of ouder die alleen voor 2 tot 12 maanden naar een partnerschool gaan). Q: En is het een must dat er ook een leerling terug komt? (dit voor bv een langere periode van een aantal weken tot 2 maanden) A: Dat is niet verplicht maar heeft wel de voorkeur. Bij long-term mobility of pupils is de minimum duur 2 maanden. Bij short-term exchanges of groups of pupils duurt de activiteit minimaal 3 dagen en maximaal 2 maanden. Altijd exclusief reistijd. Q: Zijn er nog eisen waar een partner school aan moet voldoen? A: Zij moeten bij hun eigen NA checken of ze voor KA229 in aanmerking komen. Elk NA moet een lijst op de website publiceren met in aanmerking komende scholen. In Nederland kunnen alleen scholen voor PO en VO (incl. speciaal onderwijs) aan KA229 meedoen; MBO scholen niet. Q: 2 partnerscholen minimaal... betekent dit dus jij en 1 andere school of jij en 2 andere scholen? A: Dan gaat het om je eigen school en daarnaast nog 1 andere school. Q: Stel dus dat wij de coördinerende school zijn, dan vragen wij dus subsidie aan voor onze eigen school en voor onze partnerschool? A: Ja, per partnerschap wordt 1 aanvraag ingediend door de coördinerende school. Q: Stel dat je met twee landen uitwisselt als Nederlandse school. De twee partners in buitenland hebben geen contact met elkaar. Moeten het dan dus 2 aanvragen worden of 1 aanvraag omdat beide uitwisselingen bij ons in 1 project vallen? A: Uitwisselen met een buitenlandse partner is op zich nog geen Erasmus+ project. Het NA kan niet voor scholen bepalen of in dit geval één of twee aanvragen ingediend worden; die beslissing is aan de school. Q: Er is een projectopzetformulier. Kun je dat uploaden in het definitieve aanvraagformulier? A: Nee dat is niet de bedoeling. Bij de aanvraag moet een aantal verplichte bijlagen worden ge-upload; alle niet-verplichte bijlagen die worden meegestuurd, worden door de experts niet meegenomen in de beoordeling.
Q: Wanneer verwachten jullie dat het nieuwe formulier klaar zal zijn? A: Dit is nog niet bekend, zodra dit bekend wordt zal dit op onze website en in onze nieuwsbrief komen te staan.