2.Rationeel optimisme en verlicht denken dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek en sociale verhoudingen.

Vergelijkbare documenten
Tijd van pruiken en revoluties

Tijd van pruiken en revoluties

TIJDVAK 7 Bepoederde pruiken, bruisende ideeën

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2

Samenvatting geschiedenis H2 wetenschappelijke revolutie, verlichting en Franse Revolutie 2tm5 2 De verlichting De samenleving wetenschappelijk

Samenvatting geschiedenistoets hoofdstuk 6: Een tijd van revoluties

TIJD VAN PRUIKEN EN REVOLUTIES

Samenvatting door een scholier 2007 woorden 29 januari keer beoordeeld. Geschiedenis Sprekend verleden

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 3

Samenvatting Geschiedenis Samenvatting Hoofdstuk 2

Slaaf krijgt vrijheid (vanaf nu: ex-slaaf) en wordt loonarbeider bij zijn baas (vanaf nu: ex-slavenhouder)

7,2. 1 Wetenschappelijke revolutie. 2 Gevolgen van de wetenschappelijke revolutie. 3 Kenmerken van de verlichting

Samenvatting Geschiedenis Tijd van pruiken en revoluties: kern, perspectief en kenmerkende aspecten

Opdracht Geschiedenis De Franse Revolutie

Toetsvragen Geschiedenis toelating Pabo. Tijdvak 7 Toetsvragen

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 7

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 7

Het Congres van Wenen hertekent Europa (1815) (les 03 5des) Geschiedenis 5MEVO-5EM-5EI-5IW VTI Kontich

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 5: Durf te denken! / de Verlichting

Tijd van pruiken en revoluties

Samenvatting Geschiedenis Tijdvak 7

Samenvatting door D woorden 15 maart keer beoordeeld. Geschiedenis. Hoofdstuk 7 Bepoederde pruiken en bruisende ideeën

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2, Wetenschappelijke revolutie, Verlichting en Franse Revolutie

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 5

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2

Klas 2: Revoluties en Slavernij

Klas 2: Revoluties en Slavernij

Samenvatting Geschiedenis Franse Revolutie

Geschiedenis Amerika en Frankrijk in de tijd van pruiken en revoluties: een overzicht. Een les van: Bor

Werkstuk Geschiedenis De Franse revolutie

Samenvatting Geschiedenis 4.1

Antwoorden Geschiedenis Standensamenleving 1789 Frankrijk

Geschiedenis van Suriname : de slavenhandel

De franse revolutie vmbo12

Tijdvakken en kenmerkende aspecten.

Samenvatting Geschiedenis H8 Verlichting en revoluties

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 7

Rijksuniversiteit Groningen Nameting kennis en argumentatie

Schoolonderzoek II Geschiedenis Staat en Natie Tijdvak I

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 5 De Romeinen

Historische context. Verlich/ngsideeën en de democra/sche revolu/es

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 4

Tijd van pruiken en revoluties (eeuw van de Verlichting) n. Chr. Vroegmoderne Tijd

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2 1 t/m 10

Driehoekshandel hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

7,8. Samenvatting door A woorden 22 juni keer beoordeeld. Geschiedenis. Start: De vlucht van de koning.

Samenvatting Geschiedenis H7 de wereld op zijn kop

De vele nieuwe ontdekkingen in de wetenschap in de nieuwe tijd heet de wetenschappelijke revolutie. Er was een nieuwe manier van onderzoeken:

De Tien Tijdvakken. Tijd van de jagers en boeren, tot 3000 v.c.

Tijd van regenten en vorsten Wie heeft de macht? Deel 2. Wie hadden in de Republiek, in Frankrijk en in Engeland de politieke macht?

GROTE-LIJN-OVERZICHT VAN TIJDVAKKEN BEHANDELD IN LEERJAAR 1

Geschiedenis kwartet Tijd van jagers en boeren

Samenvatting Geschiedenis Kenmerkende aspecten (1 t/m 7 zijn uitgewerkt)

Driehoekshandel hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Werkstuk Geschiedenis Frankrijk in de tijd van het absolutisme

Samenvatting Geschiedenis Samenvatting Staatsinrichting hoofdstuk 1 VMBO

Werkboek klas 2 Hoofdstuk 3

Tijd van jagers en boeren? 3000 v. Chr. Prehistorie. Kenmerkende aspecten. Begrippen

GESCHIEDENIS SO3 TV

Samenvatting Geschiedenis Geschiedenis Samenvatting Werkplaats Hoofdstuk 7

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 8: Tijd van burgers en stoommachines

een zee van tijd een zee van tijd Werkblad 17 Ω Over Indië en Suriname Ω Les 1: Van Batavia tot Jakarta Naam:

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 1

SO 2 Tijdvak I AVONDMAVO Staat en Natie. Dit SO bestaat uit 37 vragen. 29 openvragen en 8 meerkeuze vragen.

Samenvatting door een scholier 1691 woorden 20 juni keer beoordeeld. Geschiedenis

Lodewijk XVIII van Frankrijk: Kasteel van Versailles, 17 november 1755 Parijs, 16 september 1824

Antwoorden bij Hoofdstuk 7 Tijd van pruiken en revoluties

De Verlichting. De Verlichting

Napoleon. bekendste persoon uit de geschiedenis

Samenvatting Geschiedenis Verlichting en revoluties

7,5. Samenvatting door Lisette 1239 woorden 18 april keer beoordeeld. Geschiedenis. Russische Revolutie

Werkstuk Geschiedenis De Franse revolutie

7,7. Samenvatting door een scholier 2647 woorden 6 maart keer beoordeeld. Geschiedenis 3.2 HET ANCIEN RÉGIME

2 De oprichting van de VOC en de WIC zorgde ervoor dat overal op de wereld Zeeuwse en Hollandse schepen voeren.

Boekverslag door F woorden 30 september keer beoordeeld. Geschiedenis. Paragraaf 5.5: Een verlichte toekomst?

Tijd van monniken en ridders Vroege Middeleeuwen. Tijd van jagers en boeren Prehistorie v C

Toelichting beelden tijdbalk Argus Clou Geschiedenis groep 7

6,3. Samenvatting door V woorden 18 maart keer beoordeeld. Geschiedenis

Geschiedenis groep 6 Junior Einstein

Toelichting bij het tijdvakdossier

Samenvatting Geschiedenis examenkatern De Verlichting

Definitie Kant: De bevrijding van de mens uit de onmondigheid waaraan hij zelf schuldig is.

Verslag Geschiedenis Tijdvakkendossier tijdvak 2: tijd van Grieken en Romeinen

Examenprogramma geschiedenis havo

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 4

Jagers & boeren Waarvan leefden de jagers-verzamelaars? Jagers & boeren Waarvan leefden de boeren? Van de jacht en van vruchten en planten

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 1

Schrijven van lesmateriaal

Welke wapens worden voor het eerst gebruikt in de Eerste Wereldoorlog? 1. Geweren en gifgas. 2. Machinegeweren en gifgas. 3. Gifgas en pistolen.


3. Door de kruistochten werden de wegen naar het Oosten weer bekend en werd

NEDERLAND IN DE 16e EEUW

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 6

A. LEER EN TOETSPLAN. Vak: Geschiedenis Leerjaar: 2 Onderwerp: De Nieuwe Tijd (extra uitgereikt materiaal) Kerndoel(en):

Samenvatting Geschiedenis Tijd van pruiken en revoluties + Tijd van burgers en stoommachines

De vijftig vensters en de kenmerkende aspecten van de tien tijdvakken van de commissie De Rooy

Inleiding geschiedenis Griekenland

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 6

2. Russische geschiedenis in de 19e eeuw tot en met de Russische revoluties van 1917

Transcriptie:

Samenvatting door L. 2436 woorden 23 juni 2015 6,2 29 keer beoordeeld Vak Methode Geschiedenis Feniks Kenmerkende Aspecten: 1.Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme. 2.Rationeel optimisme en verlicht denken dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek en sociale verhoudingen. 3.Voortbestaan van het Ancien Regimé met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse verlichte wijze vorm te geven (verlicht absolutisme). 4.De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap. Oriëntatie: Revoluties in de 18e eeuw: Nieuw wetenschappelijk denken Opstanden om macht van de koning te breken en de standenmaatschappij op te heffen. Frankrijk: Bovenlaag = pracht en praal, enorme rijkdom, (pruiken) Onderlaag = diepe armoede Door ongelijkheid ontstond verzet, dat liep uiteindelijk uit op de Franse Revolutie. Paragraaf 1: Slavenhandel en abolitionisme. Europeanen uit verschillende landen bouwden koloniale rijken op. De koloniën werden grotendeels vooral gebruikt als plantagekoloniën. Men specialiseerde zich vaak in één soort gewas. Suiker en tabak waren de belangrijkste producten, aan het eind van de 18 e eeuw werd katoen populair. De Europese kolonisten waren de baas op de plantages. Zij lieten het zware werk doen door de mensen die afkomstig waren uit Afrika als slaven. Daarvoor ontstond de trans-atlantische slavenhandel, ook wel de driehoekshandel genoemd. Men ging van West-Europa naar de Afrikaanse westkust en vervolgens de Atlantische oceaan over naar Amerika, vanaf daar ging men weer terug naar Europa. Europa -> Afrika : was gekomen. Vooral textiel: wollen stoffen uit Leiden en katoen dat vanuit India met de VOC naar Europa Buskruit, geweren, alcoholische drank, en nog allerlei prutteltjes. https://www.scholieren.com/verslag/86431 Pagina 1 van 6

Afrika -> Amerika: Amerika -> Europa: slaven werden gekocht met Europese handelswaren. huiden, cacao, tabak, koffie en suiker. De oversteek van Afrika naar Amerika moet voor slaven verschrikkelijk zijn geweest. Gemiddeld werden er per schip 300 tot 600 slaven vervoerd, zij zaten het grootste gedeelte van de reis in het donkere ruim. Veel slaven werden ziek en verzwakten enorm tijdens de zeereis. Waarschijnlijk kwam dit vooral door onwetendheid en onkunde. In Amerika aangekomen bleven de schepen daar ongeveer drie maanden. De slaven werden verkocht als handelsgoederen. Handelaren gingen weer op zoek naar retourvracht. Dit viel niet mee, slecht een derde van de schepen keerde volgeladen terug. De slaven moesten voor zo hoog mogelijke prijs verkocht worden, hier werden soms wel wat trucjes toegepast. Slaven mochten er namelijk niet ziek, oud of zwak uitzien. In Suriname ontstond een plantage-economie. Binnen korte tijd werden enorm veel plantages aangelegd. Het land leverde alleen grond en het klimaat. De rest kwam uit de Republiek, en de arbeiders uit Afrika. Koffie werd een belangrijk product waardoor kooplieden bereid waren veel geld in nieuwe plantages te steken. De laaggelegen gronden stonden echter voortdurend onder water, maar hier hadden de Hollanders wel een oplossing voor, inpolderen. Sloten werden uitgegraven en er zou in vervolg twee keer per jaar gebaggerd moeten worden, dit was werk voor de slaven. Het vochtige klimaat, het zware werk, het weinige voedzame eten, het verdriet, het droeg allemaal bij aan het overlijden van een kwart van de aangekomen slaven binnen drie jaar. Er was dan ook steeds nieuwe vraag naar slaven. Tussen 1500 en 1850 zijn ongeveer 12 miljoen zwarte slaven naar Amerika getransporteerd. In 1787 word in Engeland de Vereniging voor de afschaffing van de slavenhandel opgericht, de opkomst van de abolitionisten is in zicht. (to abolish = afschaffen). De menselijke kant van de slaven werd benadrukt met het motto: Am I not a man and a brother? Op den duur kregen abolitionisten succes: 1794: Fransen maken begin met afschaffen slavenhandel en slavernij. 1807: Engeland schaft slavenhandel af, slavernij blijft nog tot 1833 bestaan. (macht van plantage eigenaren was nog te sterk in Engeland) 1848: Frankrijk en Denemarken schaffen slavenhandel en slavernij af. 1 juli 1863: Nederland maakt eind aan slavernij in Suriname en op de Antillen. -Plantagekoloniën: een overzees gebiedsdeel met grote landbouwgebieden waar slaven handelsgewassen voor de Europese markt verbouwden. -Trans-Atlantische slavenhandel: de koop van zwarte Afrikaanse slaven en de verkoop daarvan in Amerika. -Abolitionisme: het streven naar het afschaffen van slavenhandel en later van slavernij. Paragraaf 2: Rationeel optimisme en verlicht denken. Durf te denken: verlichtingsfilosofen dragen ideeën aan voor een betere en meer rechtvaardige wereld. Ze hebben allemaal een punt met elkaar gemeen: hun verstand gebruiken. https://www.scholieren.com/verslag/86431 Pagina 2 van 6

Een kenmerk van het Verlichte denken is het rationalisme, dat voorkomt uit de Wetenschappelijke Revolutie uit de 17 e eeuw. Er is echter een groot verschil. Verlichtingsfilosofen kwamen met een veel grotere groep in aanraking. Kranten werden in enorme getalen verspreid. Lezers waren niet alleen geïnteresseerd in het nieuws, maar snakten ook naar kennis. Veel van de bestaande kennis en opvattingen werd samengevat in de Encyclopedie. Deze kreeg vorm door medewerking van meer dan tweehonderd deskundigen. De verlichte denkbeelden drongen door tot een heel groot deel van de bevolking, ook tot de vorsten en hun naaste medewerkers. In 1752 eisten de adel en geestelijken een verbod op het verspreiden van artikelen waarin de religieuzen volgens hen werden aangevallen. Dit verbod stimuleerde juist de verkoop van de Encyclopedie. Ook kenden verlichtingsfilosofen een manier om te voorkomen dat hun boeken verboden werden. Ze schreven bijvoorbeeld over een situatie in een ver land, waarin ze vervolgens kritiek uitoefenen op eigen land of vorst. Een voorbeeld is het Lettres persanes van Montesquieu. Montesquieu: à trias politica, scheiding van machten. -Parlement: wetten vaststellen, controleren van de uitvoerende macht -Overheid: uitvoeren en handhaven van wetten -Rechter: onafhankelijke rechterlijke macht. Recht spreken op basis van de door het parlement vastgestelde wetten. Montesequieu wou spreiding van machten om de vrijheid van burgers te waarborgen. De drie machten moeten niet alleen los van elkaar staan, maar ook middelen hebben om elkaar in balans te houden. -Verlichting, verlicht denken: Culturele beweging onder filosofen en intellectuelen met als doel het gebruik van de rede (het verstand) te stimuleren. Verlichte denkers geloofden dat de mens door zijn verstand in staat is om een ideale samenleving te creëren. -Rationalisme: het boven alles stellen van het gebruik van het verstand (de rede, de ratio). Paragraaf 3: Verlicht absolutisme. In Europa bestond een standenmaatschappij met als eerste stand de geestelijken, de tweede stand de adel en de derde stand de boeren. In de 18e eeuw kwam er verandering in. De derde stand stond niet meer alleen uit boeren maar ook uit de burgers van steden, zij waren de invloedrijkste groep van de derde stand. De sociale verhoudingen waren voor iedereen een vaststaand gegeven, niemand wilde een verworven positie vrijgeven. De eerste en tweede stand hadden allerlei privileges, voorrechten. Dit tot ergernis van de derde stand. Ook veel openbare ambten waren alleen toegankelijk voor de eerste en tweede stand. Vaak waren dit inhoudsloze betrekkingen. In de hofhouding van Lodewijk XV hadden meer de vijfhonderd edelen een goed betaald, maar louter ceremonieel baantje. Dit wordt ook wel het Ancien Régime genoemd. Helaas kregen vorsten die dit toepasten in de loop van de 18 e eeuw met chronisch gebrek aan geld te maken. Dit probeerden ze op te lossen door de belasting te verhogen, hierdoor werden ze echter niet populairder. De afkeer tegen de vorst werd vergroot. Het gewone volk was ontevreden over het feit dat het grootste deel van de belastingen uit accijnzen, belasting op bepaalde goederen, bestond. De koning sloot met een belastingpachter een contract, zodat de pachter de koning een afgesproken bedrag zou betalen en de pachter zelf belasting mocht innen. De mensen betaalden de pachters, maar zo veel kwam er niet bij de koning terecht. De belastingpachters werden dan ook een bende van roofzuchtige bandieten met koninklijke goedkeuring genoemd. Om de belasting te ontduiken ontstond er hevige smokkelhandel, https://www.scholieren.com/verslag/86431 Pagina 3 van 6

de pachters dreigden met zware straffen, ze werden dan ook gehaat, en er kwam een steeds grotere roep om verandering. Frederick II van Pruisen (Frederick de Grote) koos voor een nieuwe vorm van koningschap. Hij paste ideeën van de Verlichting toe en noemde zich de eerste dienaar van de staat. Ook verwierp hij het Droit Divin. De onderdanen droegen in vervolg de autoriteiten over aan de vorst. In die zin bleef Frederick een absoluut heerser. Frederick heeft in zijn regeringsperiode, een halve eeuw, veel tot stand gebracht. Hij heeft op politiek, religieus en economisch terrein voor allerlei veranderingen gezorgd. Frederick wou de onderdanen te vriend houden, met mate. Ze moesten gehoorzaam en nuttig zijn. Uiteindelijk overheersten de belangen van de staat altijd in Fredericks overwegingen. -Verlicht absolutisme: de regeerwijze waarbij een vorst de absolute macht in handen heeft, maar probeert om van bovenaf en zonder inspraak hervormingen door te voeren. Ook verlicht despotisme genoemd. -Sociale verhoudingen: de verschillen, de overeenkomsten en de onderlinge wisselwerking tussen verschillende groepen in de samenleving. -Ancien Régime: letterlijk: de Oude Orde. Benaming voor de tijd van vóór de Franse Revolutie toen er nog sprake was van een standenmaatschappij en absolutisme. Paragraaf 4: Democratische revoluties. Nadat Lodewijk XVI in 1776 de macht had overgenomen werd er meer uitgegeven dan er binnenkwam. De boden van de Franse schatkist kwam in zicht en de enige manier om het financiële probleem op te lossen was verhogen van de inkomsten. Helaas was dit een groot probleem omdat de eerste en tweede stand het privilege hadden om geen of weinig belasting te betalen. Het kwam dus allemaal op de derde stand neer. Ministers gaven Lodewijk XVI advies om ook de geestelijkheid en adel belasting te laten betalen, de edelen wezen de koning vervolgens op de afspraak uit de Middeleeuwen: zonder goedkeuring van de SG mocht de koning geen nieuwe belastingwetten afkondigen. De SG waren sinds 1614 niet meer bij elkaar gekomen, de koning kon dus niks anders doen dan toegeven. Na lang overleg werd besloten te stemmen per stand zoals het de laatste keer ook het geval was geweest (SG). Dit in voordeel van de eerste en tweede stand, zij stonden samen tegenover de derde stand. Dit was tot ongenoegen van de derde stand, de rijke burgerij wilde een eind maken aan de bevoorrechte posities en privileges van geestelijkheid en adel, en ook hen belasting laten betalen. De burgerij wilde meer: liberté (vrijheid) werd hun leus. Maar het volk in de steden wenste ook een sociale omwenteling: egalité (gelijkheid) werd hun slogan. De boeren daarentegen wilden meer land en minder belastingen. Na de eerste bijeenkomst werd al duidelijk dat de verschillen onoverbrugbaar waren. De derde stand kreeg maar erg weinig kans. Daarom stapten leden uit de derde stand uit de SG om zelf een Nationale Vergadering uit te roepen, waarmee ze beloofden pas uit elkaar te gaan als Frankrijk een grondwet zou hebben. Daarna volgden de gebeurtenissen snel. In deze onzekere periode wilden Parijzenaren zichzelf kunnen verdedigen, daarvoor waren wapens nodig. Ze bestormden het stedelijke wapenmagazijn en maakten daar zonder veel moeite grote buit. Maar zonder munitie waren de wapens niks waard, men moest dus naar de Bastille, waar de munitie was opgeslagen. Uiteindelijk gaf de https://www.scholieren.com/verslag/86431 Pagina 4 van 6

gouverneur van de Bastille zich over, hij werd onthoofd en zijn hoofd werd als trofee door de stad gevoerd. De Bastille, de staatsgevangenis met slechts zeven gevangenen, was gevallen(1789). Het was het symbool van de overwinning op de tirannie. In 1789 volgden nog twee andere gebeurtenissen. Eerst de nuit de sacrifices, de feodale rechten werden afgeschaft en mensen verkeerden in de veronderstelling dat de boerenopstanden goedkeuring van de koning hadden. Hierna volgde de Verklaring van de rechten en de plichten van de mens en de burger, hiermee werd de burgerij de winnaar van de grote revolutie. Er was voor het eerst sprake van duidelijk staatsburgerschap. Er werd echter wel verschil tussen bevolkingsgroepen gemaakt. Men was bijv. bezitter of niet-bezitter, of had wel of geen politieke invloed. De burgerij hield echter maar weinig rekening met de belangen van de boeren op het platteland. Het kerkelijk bezit, bijna een kwart van Franse grond, werd onteigend om zo de staatsschuld proberen te saneren. Op het platteland was de teleurstelling groot. Alleen rijke burgers of grote boeren bleven staan en konden de voormalige kerkelijke goederen kopen. Zo werd de kloof tussen arm en rijk alleen maar groter. Bovendien kwam er zoveel papiergeld dat er een inflatie kwam. Koning Lodewijk XVI bracht de zomer van 1789 nog in rust in zijn Versailles voort, maar in het najaar werd de familie gedwongen te wonen in Parijs. In juni 1791 was de maat vol voor de koning, in het diepst geheim wou men ontsnappen, ze wilden Frankrijk verlaten. Deze vlucht mislukte en de koninklijke familie werd net voor de grens gevangen genomen. Stap voor stap werd de koning van zijn macht beroofd en in de zomer van 1791 werd Lodewijk gedwongen de nieuwe grondwet te ondertekenen. Hierin waren de belangrijkste grondrechten van de onderdanen vastgelegd. In 1792 verloor de koning zijn laatste macht en werd Frankrijk tot Republiek uitgeroepen. Frankrijk was in oorlog met enkele buurlanden en om te voorkomen dat Lodewijk opnieuw verraad zou plegen, werd hij en zijn gezin gevangen gezet. In 1793 werd de koning als burger Capet ter dood veroordeeld. De revolutie bracht veel slachtoffers met zich mee. Vooral onder de meedogenloze Robespierre die veel onschuldig bloed liet vloeien door de guillotine. Ook over de grenzen vloeide het bloed. De revolutionairen brachten een leger op de been om de revolutie te redden, ze streden voor hun vaderland dat in gevaar was. In deze tijd ontstond ook het Franse volkslied, de Marseillaise. De legers behaalden groot succes en niet alleen de revolutie in Frankrijk werd veilig gesteld, ook in veroverde gebieden werden de revolutionaire ideeën verspreid. De Republiek, vanaf toen de Bataafse Republiek, kwam onder leiding van de Fransen te staan. Jonge generaals, zoals Napoleon Bonaparte, maakten in deze tijden grote kans om bekend en populair te worden. In 1799 maakte Napoleon met een staatsgreep een eind aan de revolutionaire chaos in Frankrijk, het volk was hem dankbaar. In 1804 riep hij zichzelf uit tot keizer Napoleon I. Met de Code Napoleon zorgde hij voor eenheid in de rechtspraak. De Code Napoleon is tot op heden nog de basis van het recht in veel Europese landen. 1805: Engeland, Rusland en Oostenrijk sluiten een bondgenootschap tegen Frankrijk. Franse legers boekten alleen maar overwinningen. Broer Joseph werd koning in Spanje en broer Lodewijk Napoleon werd na opheffing van de Bataafse Republiek koning van Koninkrijk Holland. Om GB tegen te gaan, verbood Napoleon alle handel met dat land. De Russische tsaar trok zich er niets van aan en om hem te straffen trok Napoleon met een enorm leger richting Moskou. Dit liep echter uit op een enorme mislukking. Slechts tien procent van de soldaten overleefde de barre tocht. https://www.scholieren.com/verslag/86431 Pagina 5 van 6

-Grondwet: een wet (constitutie) waarin de grondbeginselen van een staat en de rechten en plichten van de burger en overheid staan. -Staatsburgerschap: het behoren bij een staat, met de politieke rechten van een burger. -Grondrechten: vrijheidsrechten die burgers bescherming bieden tegen een oneerlijke behandeling door de overheid of door andere burgers. https://www.scholieren.com/verslag/86431 Pagina 6 van 6