OPDRACHTKAART. Thema: Multimedia/IT. Audio 2. De verschijningsvormen van audio MM-02-08-01



Vergelijkbare documenten
OPDRACHTKAART. Thema: Multimedia/IT. Audio 3. Het verkrijgen van geluidsfragmenten MM

Thema: Multimedia. Multimedia

OPDRACHTKAART. Thema: Multimedia. Het multimedia productieproces 3. De uitvoering MM

OPDRACHTKAART. Thema: AV-technieken. Video 10. Het eindproduct AV Voorkennis: Je hebt de opdracht De eindmontage afgerond.

OPDRACHTKAART. Thema: Multimedia. Multimedia 2. Interactiviteit MM

OPDRACHTKAART. Thema: AV-technieken. Fotografie 6. Scherptediepte AV Voorkennis: Je hebt de opdracht De fotocamera afgerond.

OPDRACHTKAART. Thema: Multimedia. Multimedia 3. Toepassingen MM Voorkennis: Je moet weten wat multimedia inhoudt.

OPDRACHTKAART. Thema: AV-technieken. AV-media 2. De invloed en kracht van AV-media AV

Voorkennis: Je hebt de opdracht Introductie AV media afgerond. Je hebt de opdracht De invloed en kracht van AV media afgerond.

OPDRACHTKAART. Thema: AV-technieken. Het storyboard AV

OPDRACHTKAART. Thema: Multimedia/IT. Audio 4. Digitaliseren MM

OPDRACHTKAART. Thema: AV-technieken. Fotografie 8. De fotoreeks AV

OPDRACHTKAART. Thema: AV-technieken. Video 2. Het script AV Voorkennis: Je hebt de opdracht Het concept afgerond.

OPDRACHTKAART. Thema: AV-technieken. Video 6. De spotlist AV Voorkennis: Je hebt de opdracht Video-opnamen afgerond.

OPDRACHTKAART. Thema: AV-technieken. Fotografie 7. Beweging AV Voorkennis: Je hebt de opdracht De fotocamera afgerond.

OPDRACHTKAART. Thema: AV-technieken. Fotografie 3. Fotografische vormgeving AV Voorkennis: Je hebt de opdracht De fotocamera afgerond.

OPDRACHTKAART. Thema: AV-technieken. Video 5. De video-opnamen AV Voorkennis: Je hebt de opdracht Voorbereiding video-opnamen afgerond.

OPDRACHTKAART. Thema: AV-technieken. Fotografie 5. Kleur en contrast AV

OPDRACHTKAART. Thema: Multimedia. Het multimedia productieproces 1. Van opdracht tot concept MM

OPDRACHTKAART. Thema: Multimedia. Het internet 2. Het internet op MM

OPDRACHTKAART. Thema: AV-technieken. Fotografie 4. Licht AV

Voorkennis: Je hebt Multimedia-opdrachten 1 tot en met 3 (MM t/m 03) en Audio-opdracht 1 tot en met 4 (MM t/m 10) afgerond.

Digitaal printen binnen Grafimedia VMBO. Opdracht

OPDRACHTKAART. Thema: Drukken. Zeefdrukken 4. Zeefdrukken in twee kleuren DR

Lesbrief bij de voorstelling Mijn vriend en ik van Soulshine Connection

Ofwel: Hoe maak je een boeiende audio-visuele presentatie. Hannes Haisma

Thema: Algemene kennis

Digitaal printen binnen Grafimedia VMBO. Opdracht

Ontdek de Bibliotheek. Ontdek de Bibliotheek. Ontdek de Bibliotheek

Spreekbeurt, en werkstuk

VMBO praktische leerweg VMBO theoretische leerweg HAVO VWO

Deze vragenlijst bestaat uit vijf delen, A t/m E.

Piet Huijgens AV AFIAP

OPDRACHTKAART. Thema: Nabewerken. Snijden 2. Snijden NB

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

Datum: Jaar van verschijnen: Duur van de film:

Nieuwe romantiek? 3.1

OPDRACHTKAART. Thema: Drukken. Zeefdrukken 2. Een zeefdrukraam prepareren DR Voorkennis: Zeefdrukapparatuur

Boekverslag Nederlands Ik mail je door Yvonne Kroonenberg

OPDRACHTKAART. Thema: Nabewerken. Snijden 3. Snijschema s NB Voorkennis: De snijmachine Snijden

JE CULTURELE ZELFPORTRET

OPDRACHTKAART. Thema: Drukken. Offsetdrukken 2 Printmaster. Papier stapelen DR

Thuis films kijken. Acteurs spelen het verhaal na. de acteur = iemand die voor zijn beroep toneelspeelt of in een film speelt

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

De olifant die woord hield

Muziek: betekenis en emotie

Thema Op zoek naar werk

OPDRACHTKAART. Thema: AV-technieken. Fotografie 2. De fotocamera AV Voorkennis: Geen

Spreken. Les 5: Wat zeg je? Gezondheid OPDRACHTKAART.

Het verhaal moet aanspreken, spannend zijn en een mooi einde hebben. Als je uit de bioscoop loopt moet je een goed gevoel hebben over de film.

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

WORD GROTER DAN DAT WAT JOU KLEIN HOUDT. Ann Weiser Cornell en Egbert Monsuur

Films kijken op internet: verboden of niet?

Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema.

Werkwijzer Verslagkring:

Lesbrief. Voetstappen Kader Abdolah

Digitaal printen binnen Grafimedia VMBO. Opdracht

Handleiding. Garageband imovie

taal portfolio Taalportfolio 9+

Tekst lezen en vragen stellen

De bruiloft van Simson

Handleiding Op Maat Wizard.

Hoe moet je (niet) handelen volgens Don Bosco? Wat moet je dan doen om het blozen te voorkomen?

Thema: Nabewerken. Naaien

lesmateriaal Taalkrant

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

Digitaal printen binnen Grafimedia VMBO. Opdracht

OPDRACHTKAART. Thema: Multimedia. Hardware 2. Uitbreidingen voor de computer MM Voorkennis: Basisopbouw van de computer

Leen een jeugdroman in de bibliotheek in je woonplaats of in de mediatheek op school. Maak een verslag door middel van het beantwoorden van de vragen.

Boekverslag: 3/4 BBL

Weer naar school. De directeur stapt het toneel op. Goedemorgen allemaal, zegt hij. * In België heet een mentor klastitularis.

OPDRACHTKAART. Thema: Nabewerken. Hechten 3. Schriften nieten NB Voorkennis: De blok-/brochurehechter Verschillende vouwslagen maken

Kies [Een nieuw verhaal beginnen] en klik op [Volgende >]

WORKSHOP CREATIEF SCHRIJVEN: POËZIE

COACHFRIEND. Werkboek. (voeg hier je profielfoto toe)

Thema Informatie vragen bij een instelling

Spreken. Les 6: Wat zeg je? Telefoon OPDRACHTKAART.

Tekst lezen en vragen stellen

Oriëntatie 1. Hieronder zie je de voorkant van de originele uitgave (1) en die van de lijsteruitgave (2) (afbeelding zie bijlage).

OPDRACHTKAART. Thema: Nabewerken. Vouwen 2. Vouwslagen NB Voorkennis: geen

Tuin van Heden 5 en 6 Werken met kunst in de paasperiode. Kernles 1: Kunstenaar, wat vertel je mij?

Musical De Eendenclub verdwaalt

Gastles: Hoe word ik rijk?

Download DIGIPRAAT in de Google playstore! Zoek naar eu.desmidt om DIGIPRAAT en DIGITAAL te vinden!

OPDRACHTKAART. Thema: AV-technieken. AV-media 1. Introductie AV-media AV Voorkennis: Geen

Spreken. Les 3: Wat zeg je? De supermarkt OPDRACHTKAART.

Tuin van Heden 3 en 4 Werken met kunst in de paasperiode. Kernles 1: Kunstenaar, wat vertel je mij?

Rembrandt en de Bijbel

Organisatie van werkzaamheden

Kunst&Cultuur BEELDENDE VORMING MUZIEK [1] leeropgave1. Introductie. Bij muziek ga je aan de slag met het thema en met muziek die jou aanspreekt!

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

1 Lezen. 1.1 Lezen wat er staat. Lees eerst de tekst goed door en probeer dan de vragen hieronder te beantwoorden.

OPDRACHTKAART. Thema: Prepress. InDesign 15. Pagina s PP Voorkennis: De vorige praktijkopdrachten afgerond.

Handouts Bracina cursus 24 oktober 2015

Hoe moet je een prachtige presentatie maken?

Thema: Dieren vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

ZIEN!-leerlingvragenlijst Instructies voor leerkracht en leerling

LESBRIEF: Schooljournaal

Fictie - Songteksten vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Transcriptie:

OPDRACHTKAART MM-02-08-01 De verschijningsvormen van audio Voorkennis: Je hebt multimedia-opdrachten 1 tot en met 3 en audio-opdracht 1 (MM-02-03 t/m MM-02-07) afgerond. Intro: In deze opdracht wordt beschreven hoe je audio tegen kunt komen en waarvoor het gebruikt kan worden binnen een multimediaproductie. Doelen: Als je deze opdracht hebt uitgevoerd dan heb je de volgende doelen bereikt: Je weet wat een geluidsregistratie is. Je weet wat direct en indirect geluid is. Je weet welke verschijningsvormen van geluid er zijn. Je weet waarvoor muziek, geluidseffecten en voice-overs worden gebruikt. Activiteiten: Lees de theorie De verschijningsvormen van geluid. Maak de praktijkopdracht. Vul de evaluatie in. Tijd: Voor deze opdracht krijg je 4 lesuren: 2 lesuren voor het lezen van de theorie 2 lesuren voor het maken van de praktijkopdracht Beoordeling: Je wordt beoordeeld op zelfstandigheid, volledigheid en zorgvuldigheid, met betrekking tot: De praktijkopdracht

Theorie MM-02-08-02 De verschijningsvormen van geluid In deze opdracht wordt beschreven hoe je audio tegen kunt komen binnen een multimediaproductie en waarvoor het gebruikt kan worden. De geluidsregistratie Stel je maakt een productie over een drukpers. In die productie laat je een draaiende drukpers zien én horen. Het geluid van de drukpers is in het drukkerslokaal opgenomen met een microfoon. Als je geluid opneemt, zoals het geluid van de drukpers, dan spreek je over een geluidsregistratie. Registreren betekent opnemen of vastleggen. Tijdens zo n registratie heb je niet alleen te maken met het geluid dat je op wilt nemen, maar ook met achtergrondgeluiden en ruis. Het geluid waar het om gaat, wordt direct geluid genoemd. De achtergrondgeluiden en ruis worden indirect geluid genoemd. Bijvoorbeeld: in beeld zie je een zwaar auto-ongeluk gebeuren. Een auto rijdt frontaal tegen een dikke eik. Veel bloed, gewonden en doden... Terwijl je deze beelden ziet hoor je grappige pianomuziek, zoals je die meestal hoort bij slapstick-films. Ondanks het feit dat de beelden gruwelijk zijn, denk je door de muziek dat het hier gaat om iets grappigs. Bepaalde nummers kunnen bij mensen herinneringen oproepen. Dit werkt natuurlijk alleen als het nummer bekend is. Bijvoorbeeld: een vakantiehit roept bij de meeste jonge mensen, een zomers, warm en vrolijk gevoel op. Muziek kan ook gebruikt worden vanwege de betekenis van de tekst die gezonden wordt. De tekst zegt daarbij iets over de productie. Bijvoorbeeld: het nummer The needle and the damage is done ( de naald en de schade die is aangericht ) van Neil Young, zou gebruikt kunnen worden als achtergrondmuziek bij een multimediaproductie over drugsgebruik. In bovenstaand voorbeeld is het geluid van de drukpers het directe geluid. De achtergrondgeluiden in het lokaal, zoals bijvoorbeeld een kuch van de cameraman, de airco, regen tegen de ramen en gefluister van toeschouwers, is dan het indirecte geluid. Er zijn nog enkele specifieke geluidsregistraties, zoals: muziek geluidseffecten voice-overs Deze worden hieronder toegelicht. Muziek De meest eenvoudige manier om geluid te gebruiken in een multimediaproductie is door middel van muziek. Met muziek kun je een bepaalde sfeer creëren en kun je emoties oproepen, zoals angst, verdriet of plezier. Bijvoorbeeld: klassieke muziek met strijkers wordt vaak gebruikt om spannende momenten extra spannend te maken. Muziek is zo n krachtig medium, dat je zelfs de beelden die je ziet anders kan laten overkomen. Sommige artiesten willen liever niet met een bepaald onderwerp in verband worden gebracht. Zeker niet als het om onderwerpen gaat waar de meningen over verdeeld zijn. Je hebt dan ook per se toestemming van de auteur nodig. Daarnaast wordt ook vaak neutrale muziek gebruikt. Tijdens het lezen van teksten bijvoorbeeld, wordt vaak neutrale, saaie muziek (ook wel spottend aangeduid als elivatormusic, of muzak ) gebruikt om de lezer niet af te leiden. Tekst lezen is al vermoeiend genoeg! Geluidseffecten Geluidseffecten zijn vaak bedoeld om een handeling in beeld te versterken of te benadrukken. Het zijn korte geluidsfragmentjes van pistoolschoten, dichtslaande deuren, voetstappen, dierengeluiden, donderslagen, regen enz., enz. Deze worden achteraf toegevoegd aan het beeld.

Theorie MM-02-08-03 Een geluidseffect kan een handeling vanuit de productie benadrukken: een lopend mannetje, zonder het geluid van de voetstappen, komt minder echt over. De geluiden van de voetstappen zijn dan de geluidseffecten. Een geluidseffect kan ook een handeling van de gebruiker binnen de productie benadrukken. Een geluidje tijdens het aanklikken van een knop is hiervan een goed voorbeeld. Het gebruik van geluidseffecten is heel belangrijk om een productie te verlevendigen. De voice-over Bij voice-overs gaat het om ingesproken tekst. Een voice-over wordt meestal in een speciale opnameruimte opgenomen, de zogenaamde spreekcel : Een zelfportret van Picasso uit 1907 Uitleg geven over besturingselementen. Voorbeeld: in beeld staan een aantal knoppen waarop je kunt klikken. Als je er overheen rolt, hoor je een stem die vertelt waarvoor de knop dient. Het voorlezen van teksten die in beeld. Het komt wel eens voor dat de tekst die in beeld staat, ook wordt voorgelezen door een stem. De gebruiker kan dus kiezen of hij wil luisteren of wil lezen. Nasynchroniseren van een onduidelijke of buitenlandse stem. Dit zie je vaak gebeuren op de Duitse televisie. Alle originele acteurs worden na-gesynchroniseerd door Duitse stemmen. Hierbij wordt getracht om de originele stem zo goed mogelijk te benaderen. Je zult dit bijna nooit tegenkomen in een multimediaproductie. Goede stemmen zijn moeilijk te vinden. Er zijn speciale bureau s die stemmen verhuren, zoals MetaSound Studios, Inter Voice en Eurovoice. Een van de grootste stemmenbureaus in Nederland is Multi-Voice te Hilversum: De voice-over wordt achteraf over een beeldfragment geplaatst en kan verschillende functies hebben: Informatie geven over het getoonde beeld. Bijvoorbeeld: in beeld zie je een schilderij van Picasso. De voice-over vertelt dan bijvoorbeeld over het ontstaan van dit schilderij. www.multivoice.nl

Theorie MM-02-08-04 Er zijn drie typen stemmen: Stemmen van bekende personen. Dit zijn stemmen waarbij je meteen weet wie er spreekt. Bijvoorbeeld: de stem van Johan Cruijff kent iedereen. Als Johan Cruijff een sportartikel aanprijst, zal het wel goed zijn! Je verbindt de stem dus direct aan de persoon. Neutrale stemmen. Dit zijn stemmen die niemand in verband brengt met een persoon of product. Dit zijn meestal professionele stemmen, met een duidelijke uitspraak en heldere stem, die je kunt huren bij stemmenbureaus. Slotwoord In deze opdracht heb je kunnen lezen waarvoor geluid gebruikt kan worden binnen een multimediaproductie. Johan Cruijff Bekende stemmen. Dit zijn stemmen waarvan je niet weet van wie die is, maar je kent de stem wel. Bijvoorbeeld: de stem van het Polygoon Journaal kent iedereen. Deze betrouwbare stem, van Philip Bloemendaal, hoor je vaak terug als een oud journaalfragment getoond wordt. Philip Bloemendaal

PRAKTIJKOPDRACHT MM-02-08-05 In een park loopt een man van ongeveer 35 jaar. a. Hij loopt rustig en kijkt wat om zich heen. Hij heeft geen haast en geniet van zijn omgeving. b. Hij is tot over zijn oren verliefd en is dolgelukkig. c. Hij is diepongelukkig want hij is net ontslagen. Hij ziet het allemaal niet meer zitten, want hij heeft net een nieuw huis en heeft een vrouw en 4 kinderen die hij moet onderhouden. d. Het is donker in het park. Hij is doodsbang, want hij denkt dat hij achtervolgd wordt. Wat ga je doen? Kies één van bovenstaande situaties: a, b, c of d. Situatie: Zoek een bijpassend muziekstuk dat duidelijk de sfeer van de scène weergeeft. Zoek bijvoorbeeld in je eigen collectie, bij familie, vrienden, kennissen of in de CD-afdeling van een bibliotheek. Noteer de titel: Noteer de artiest: Noteer het genre: Waarom heb je voor dit muziekstuk gekozen? Zegt de tekst of titel iets over het gekozen onderwerp? Zo ja, wat? Laat het muziekstuk aan de klas horen. Vermeld in eerste instantie niet om welke situatie het gaat, maar laat de klas raden. Bespreek de opdracht met je docent en/of klas.

Evaluatie MM-02-08-06 1. Vond je het theorie-gedeelte duidelijk? Ja,omdat: Nee, omdat: 2. Staan er woorden of begrippen in die niet duidelijk zijn? Zo ja, welke? 3. Wat vond je leuk aan deze opdracht? 4. Ben je tegen problemen aangelopen tijdens het uitvoeren van deze opdracht? Ja, want: 5. Wat vond je moeilijk aan deze opdracht? 6. Wat zou je de volgende keer anders doen? 7. Had je voldoende tijd voor de opdracht? 8. Geef jezelf een beoordeling voor de opdracht. OZeer onvoldoende, omdat: OOnvoldoende, omdat: OMatig, omdat: OVoldoende, omdat: OGoed, omdat: OZeer goed, omdat: 9. Heb je nog andere op-/ of aanmerkingen?