De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters.

Vergelijkbare documenten
Geelzucht. Toen pakte een vrouw mijn arm. Ze nam me mee naar de binnenplaats van het huis. Naast de deur van de binnenplaats was een kraan.

Louis van Dievel. De onderbroek

De eekhoorn kon niet slapen. Hij liep van zijn deur om zijn tafel heen naar zijn kast, bleef daar even staan, aarzelde of hij de kast zou opendoen,

KOOS MEINDERTS NAAR HET NOORDEN MET ILLUSTRATIES VAN ANNETTE FIENIEG

Geschreven voor Ivy en Tess. met hun woordje Brompeltje

"Afraid of the Dead ( The Escape ) Hoofdstuk 5"


2

Water Egypte. In elk land hebben mensen hun eigen gewoontes. Dat merk je als je veel reist. Ik zal een voorbeeld geven.

Bert staat op een ladder. En trekt aan de planten die groeien in de dakgoot. Hij verstopt de luidspreker en het stopcontact achter de planten.

Toen ze buiten stond, knipperde Sabien met haar ogen. Overal zag ze sneeuw en ijs, zelfs op de vijver en op de heuvel.

Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2)

Verloren grond. Murat Isik. in makkelijke taal

De jongen die niet griezelen kon

Tik-tak Tik-tak tik-tak. Ik tik de tijd op mijn gemak. Ik haast me niet zoals je ziet. Tik-tak tik-tak, ik denk dat ik een slaapje pak.

Een buik van wol. Tom! Tom! Cato kwam hard aan rennen. En zei: vandaag word mevr. Catharina. 90 jaar en ik wil haar een heel mooi cadeau

Boekverslag Engels The skeleton man door Joseph Bruchac

De magische deur van KASTEEL013

De eekhoorn. œ œ œ œ œ. Ó Œ œ œ. œ œ œ œ. œ j. œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ Œ. œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ. œ J. - hoorn, de eek - hoorn eet.

Bart Moeyaert. Blote handen

ISBN Daniel Nesquens Sergio Mora Tattoo-papa De Vier Windstreken. De Vier Windstreken

Voor Indigo en Nhimo Papahoorjeme_bw.indd :02

Een mooie dag; een indianenverhaal. Daphne de Bruin 2010


14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur.

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Er was eens een meisje dat zich heel alleen voelde. Haar naam was Sterre. Ze hield van lezen, maar ze had maar één boek:

Boekverslag Nederlands Met mijn ogen dicht door Maren Stoffels

HARA HACHI BU, LIBANON door Tommy Wieringa

Spreekbeurt Dag. Oglaya Doua

De kleine wildebras. Th. Storm. Magda Stomps. Zie voor verantwoording:

Een verhaal voor kleuters aanpassen (vereenvoudigen of verrijken)

Hans Kuyper. F-Side Story. Tekeningen Annet Schaap. leopold / amsterdam

Annemarie Bon. Er was eens. Zeven sprookjes om zelf te lezen. Met tekeningen van Sandra Klaassen

De wereld op zijn kop! Kan de wereld op zijn kop staan? Met gym heb je het vast wel eens geprobeerd Op je kop staan, bedoel ik, soms lukt het

Niet in slaap vallen hoor!

Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd.

Lust ik niet! Junior. groep 1/2/3/4

Er waren eens vier kleine konijntjes. Ze heetten Flopsie, Mopsie, Wipstaart

Het paaltje van Oosterlittens Er stond weer een pot met bonen! Elke avond kreeg de schoenmaker van Oosterlittens bonen te eten. Maar de schoenmaker

Het tweede avontuur van Broer Vos en Broer Konijn

De exodus. Foto s van het materiaal

Ze zouden haar treiteren! Gegiechel achter haar rug. Gemene opmerkingen. Flauwe geintjes. Misschien wel een spin in haar cola... Ze zag het gezicht

Ankie. het meisje uit de bossen van Karoetsja. Antoon Kersten ooit geschreven voor zijn kleindochter Karin. blad 1

Jochem Myjer. Illustraties Rick de Haas. Leopold / Amsterdam

Hoofdstuk 1. De eerste dag op een nieuwe school met een nieuw begin

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

Mannetje Jas. Maar op een dag kon hij er niet meer tegen. Hij wilde het eindelijk eens warm hebben. Hij kleedde zich dik aan en ging de deur uit

Sam en de Wonderolie Museum Catharijneconvent 2016

Ik keek naar haar oren. Van dichtbij zagen ze er nog wat zachter en hariger uit dan van veraf. En ze bewogen. Terwijl Ariane de rest van haar kop


JANA BAESKENS VERONICA. Dagboek van een moordenaar

Het. Boekenliefje. Helen Docherty & Thomas Docherty. Clavis

Andrea Voigt. Augustus in Parijs. Uitgeverij De Geus

Kikker in de kou. geschreven door Max Velthuijs

DE APENHOF. een spannende speurtocht naar rollen, regie en de waarheid. Robert Beernink

- VIOLET - Ninja Paap-Luijten

-23- Geen medelijden

rijm By fightgirl91 Submitted: October 17, 2005 Updated: October 17, 2005

Elke miskraam is anders (deel 2)

Opstel Nederlands Bedrogen door een droom

Hoi spionnen pionnen van me! Hier is jullie favoriete spion weer met een volgend spannend verhaal! Eigenlijk was het deze keer niet mijn bedoeling om

Groep 4. Beoordelingstoets begrijpend lezen. Toets 1 (na thema 2) 2. Dit is een verhaaltje, maar de zinnen staan door elkaar. Zoek de eerste zin.

Tussen koppensnellers en krokodillen

Kikkertje en de geheime schatkistjes

Schuld Mel Wallis de Vries

DE BETOVERENDE REIS. Verteld door Stiefmama

De steen die verhalen vertelt.

Strik. Hij pakte zijn mobiel. Schuin oversteken naar de parkeerplaats, zwarte pick-up.

Het mannetje van Plar Anne Cassidy. Met tekeningen van Tony Ross

Joep van Deudekom. 10 tegen 1. Tekeningen Michiel van de Vijver. Leopold / Amsterdam

Faux Pas Test (Volwassenen versie)

Voor Cootje. de vuurtoren

De zolder van opa Groepen 3-4-5

Mijn naam is stilton, GeroniMo stilton...

1. De zolder van opa 3 2. Spullen van vroeger 4 3. De stoof 5 4. Het leesplankje 6 5. De Keulse pot 7 6. De tol 8 7. De foto 9 8.

Beste verpleegkundigen, hulpverleners en leerkrachten,

De redding van Zacheüs Meditatie ds. Gerard Rinsma zondag 30 oktober e zondag na Trinitatis

BJÖRN PEETERS. Editie: 2016 ISBN:

Het olifantenboekje. het eigenwijze Fantje. C.A. Leembruggen. Zie voor verantwoording:

Het lam. Arna van Deelen

Ik ben geen vis! riep hij nu tegen Konijn. Dat was tenminste al een opluchting. Hij ging zitten en staarde wat voor zich uit. Nee, zei Konijn breed

Het raam achter het gordijn stond op een kier. Uit de nacht kwamen geluiden de kamer van Dolfje binnen. Tsjirpende krekels, brullende kikkers,

Er was eens een huis. En in dat huis woonde een heks...

in het holst van de nacht

ZWAAR, LICHT. Je kan honderden voorbeelden geven van wat gewicht is, maar je herinnert je er maar één.

Toen ze opkeek, zag ze dat ze niet meer alleen was. Bij de koeien stond een jongen met een stok. Hij had blond haar, dat rood leek in het late

Ballingschap en terugkeer

De ongenode. gast. enk eraan, Jim Hawkins, katten en zeemuizen brengen alleen maar ongeluk!

Hoofdstuk 1 KINDERLEED

Boekverslag Nederlands Vluchten voor een glimlach

Hoe ik talent voor het leven kreeg

inhoud 1. Vuur in de natuur 2. Mens en vuur 3. De mens maakt vuur 4. Licht en warmte 5. Vuur en eten 6. Werken met vuur 7.

In de huizen aan de overkant wonen Marokkanen. Het zijn precies negen huizen. Van nummer 29 op de ene hoek tot nummer 45 op de andere hoek.

Het Drakenfeestje Tekst Mathias Dellaert Illustraties Siri Austvik

Ben je geboren vóór 1978? Verder lezen

Het Drakenfeestje. Tekst Mathias Dellaert Illustraties Siri Austvik

Woordenschat Taal Actief groep 4 Thema 1 Les 1

Inhoud. Een nacht 7. Voetstappen 27. Strijder in de schaduw 51

Hoe gaat het in groep 1/2 b

Transcriptie:

Over dit boek De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters. Dit boek bestaat uit twee delen. Het eerste deel gaat over een man die vlucht naar Europa. Het tweede deel gaat over een klein dorp in Vlaanderen. Er komen vluchtelingen naar het dorp, steeds meer. Na een tijd zijn het er zoveel dat je ze niet meer kunt tellen: de ontelbaren. Waar moeten ze wonen? Hoe komen ze aan eten? En wat gebeurt er met de dorpsbewoners? In deel 2 komen veel mensen voor. Op pagina 33 vind je een lijst met hoofdpersonen. Op pagina 117 staat een nawoord van Elvis Peeters. 5

6 DEEL 1

1 Het was nacht, en de regen voelde koud. Ik had een stuk karton om onder te slapen. Maar door de regen ging het stuk. Ik gooide het weg. Onder een brug wachtte ik tot het zou stoppen met regenen. Ik keek hoe het water voorbij stroomde. Ik weet niet hoe lang ik daar stond. Het werd ochtend, en de regen stopte. De zon scheen, maar het was niet warm. Ik klom omhoog, naar de weg. Het was glad. Ik moest me vasthouden aan plukjes nat gras. Ergens blafte een hond. Ik wist niet hoe ver ik nog moest lopen. 7

2 Toen ik in de stad kwam, liep ik meteen door naar de haven. De zee was zoals mij was verteld. Een woestijn, maar dan van water. Vier grote schepen zag ik liggen, en drie kleine. Tussen een paar lege kisten vond ik een nieuw stuk karton. Ik nam het mee. Niemand lette op mij. Er zat een dikke man op een kapotte stoel. Hij zei dat ik in het park moest zijn. Langzaam liep ik die kant op. Langs de weg stond een viskraam. Ik wilde een stuk vis stelen. Maar ik had geen zin om hard weg te rennen. En ik had het grote stuk karton bij me. Dan maar iets kopen. Ik had honger. In het park waren niet veel mensen. Ik ging in het gras zitten, met mijn rug tegen een boom. Ik haalde de vis uit het zakje. Meteen kwamen er twee honden aan. Ze waren mager en ze stonken. Toen ik een hap wilde nemen, vielen ze aan. Ik hield een hand voor mijn gezicht. Met mijn andere hand gooide ik de vis weg. De honden renden er achteraan. In het gras stond een man met een stok. Hij sloeg een van de honden. Ze werden bang en renden weg. Is dat jouw vis?, vroeg de man. Hij wees ernaar met zijn stok. 8

Ja, zei ik. Ik stond op. Mijn hand bloedde. Het stuk vis lag op het gras. Ik pakte het. Er zat zand en gras op. Ik kreeg het er niet goed af, maar stak het hele stuk in mijn mond. De man keek hoe ik at. Ik zag dat mijn hand dik werd. Maar ik voelde het niet. Je hebt honger, zei de man. Ik knikte met volle mond. Wat doe je hier? Ik zoek een schip, zei ik. Er zat zand tussen mijn tanden. Ik spuugde het uit. Er kwamen stukjes vis mee. Waar kom je vandaan?, vroeg de man. Ik zei niks. Dat leek me veiliger. Blijf in de buurt. Er zijn op dit moment geen schepen, zei de man, en hij liep weg. Ik verstopte het karton en liep het park uit, terug naar de haven. Ik sliep in de duinen, onder het karton. Ik gebruikte mijn schoenen als kussen. Ik bewaarde er ook mijn geld in. Steeds hoorde ik honden en vogels. Soms zag ik een wilde kat. 9

3 Ik had werk gevonden. We werden opgehaald aan de rand van de stad. Een busje bracht ons naar een fabriek. Daar moesten we hout zagen met machines. Het was er vreselijk stoffig. Soms stopten we even om een slok water te nemen of om te plassen. Maar we hadden geen echte pauze. Elke avond werden we betaald. Daarna bracht het busje ons terug. Dan ging ik weer naar mijn plekje in de duinen. Op een dag werd ik wakker van een vreemd geluid. Het was niet de wind. Het kwam van de zee. Er kwam een groot schip aan. Snel telde ik mijn geld. Ik liep de stad in. Ik had honger en kocht wat bonen en brood. Toen ik dat op had, had ik dorst. Maar ik durfde niet naar een café te gaan. Ik stonk vreselijk. Voor een huis stond een vrouw. Ze keek naar mij. Ik keek terug. Ze had een mooi gezicht, mooie tanden. Ik dacht: ze wil dat ik binnenkom. Ik stak de straat over, en zij ging naar binnen. Ik liep achter haar aan. Ze ging de trap op. We kwamen op de zolder. Er stond een bed, netjes opgemaakt. Er stond ook een tafel met stoelen en een kast. In de hoek was een kleine keuken. Ze wees naar het bed. Ik stink, zei ik. Ik wil me eerst wassen. Ze knikte. 10

Ze liet me een deur zien. Daar was de douche. Ik wachtte tot ze weg was en ging naar binnen. De deur hing los en kon niet op slot. Ik trok mijn kleren uit en dacht na over mijn schoenen. Ze mochten niet nat worden. Maar de deur kwam niet tot de grond. Je kon ze makkelijk stelen. Ik haalde het geld uit mijn schoenen en rolde de briefjes op. Ik stak het rolletje tussen mijn billen en draaide de kraan open. Het water was bruin. Na een tijdje werd het beter. Ik waste me met mijn onderbroek. Met mijn hemd droogde ik me af. Ik deed het geld weer in mijn schoenen. Het rolletje was nog droog. Eén briefje stopte ik in mijn zak. De vrouw had koffie gezet. Die dronk ze zelf op. Ze genoot ervan. Ik legde het geld op tafel. Toen trok ze haar kleren uit en ging bij het bed staan. Ze was mooi. Ze ging liggen en keek me aan. Ze deed haar benen een beetje uit elkaar. Dit had ik gemist. Ze kleedde zich aan. Daarna begon ze mijn kleren te wassen. Het geld lag nog steeds op tafel. Ze wilde het niet. Ik keek door het raam. Er vloog een meeuw voorbij. 11

Hoe kon ik aan meer geld komen? Ik keek de kamer rond. Er was niks wat geld waard was. Behalve haar lichaam. Wat wil je van me?, vroeg ik. Ze gaf geen antwoord. 12