Zuigeling Groei: zie verwijzing naar groeidiagrammen op http://www.trajectvenv.nl Grove motoriek: - van liggen tot staan en lopen: zie sschema Fijne motoriek: - pasgeborene: gesloten handen - hele 1 e jaar: stopt alles in de mond - 5 mnd: grijpen wat hij ziet liggen - 6 mnd: grijpen wat hij ziet - 7 mnd: overpakken Mictie: Hoeveelheid, kleur en geur van de urine is belangrijk Defecatie: Borstvoedingluiers meestal vaker dan flesvoedingluiers Slapen: Eerste maanden: slaapt ongeveer 16 uur gelijkmatig verdeeld over 24 uur Na 4 maanden: slaapt meestal s nachts door en overdag in 3 periodes Op eenjarige leeftijd: slaapt ongeveer 13 uur met 2 korte slaapjes overdag Huilen betekent honger, vieze luier of aandacht (3 uur p/d bij jonge zuigeling) Krijgt eerste tanden na 5 maanden Grote fontanel sluit na 1 à 2 jaar. Kleine na 6 weken Pasgeborene: Geen taalgebruik, wel geluid en hoort veel. Belangrijk balans voor de betekenis van woorden 3 maanden: Reactie op ouders, laat zich wel horen en laat zien hoe hij zich voelt 4-6 mnd: Reageert op verzorger, glimlacht en lacht, huilt en sputtert tegen; reageert ook motorisch; brabbeltaal 7 maanden: Fase van eenkennigheid; mimiek van het kind; protesterend huilen > 9 maanden: Duidelijke interactie: papegaaien; trots op wat ze kunnen, gevoelig voor reacties van anderen; verzetten tegen het aankleden Hechtingsgedrag Cognitieve Senso-motorische : zie schema vlgs Piaget
Peuter (1-4 jaar) Groei: iets minder: 50%, ongelijkmatige lichaamsgroei Nog buikademhaling Trap lopen, achteruit lopen, duwen Leert spelen en steekt niet alles in de mond Oefening ooghandcoördinatie Zindelijkheid Tekenen (cirkels) en kleuren kiezen Grove motoriek ontwikkelt verder Taalgebruik zowel zeggen van woordjes als begrijpen Woorden combineren met mimiek en gebaren Papegaaien van zinnen met intonatie van bijv. ouders 2 jaar: Woordenschat van 200-300 woorden Begrip ik 3 jaar: Woordenschat 900 woorden Grammatica met hoofdzinnen Vragen stellen Bewustwording omgeving Grotere porties gevarieerd en gezond eten Start zindelijkheidstraining voor overdag 11 tot 12 uur slaap nodig per 24 uur. Nog een middagdutje nodig. Bij 2,5 jaar is melkgebit voltooid. Aspect ligt op goede mondverzorging en leren tandenpoetsen Gaat op pad, maar komt steeds een knuffel halen (veiligheid) Zand eten Parallel spel Houdt van gezelligheid Eigen willetje, graag zelf doen Imitatie broer of zus Via spelen stimuleren van cognitieve en motorische en emoties worden verwerkt
Lichaam wordt slanker door de lichaamsbeweging Visus optimaal ontwikkeld voor de leeftijd Trappen klimmen, hinkelen, springen en touwtjespringen. Kan ballen vangen Fietsen op een driewieler Links- of rechtshandig Knoopjes losmaken, papier recht knippen, veters strikken Kan zichzelf wassen Eet met de vork en zonder knoeien met de lepel Tekent een vierkant Grotere porties met dezelfde samenstelling als de peuter Zindelijkheid voor ontlasting is 4 jaar, s nachts droog met 5 jaar 11 tot 12 uur slaap nodig per 24 uur. Soms nog een middagdutje nodig. Het melkgebit is voltooid. Wisseling begint ongeveer op 5- jarige leeftijd Kleuter (4-6 jaar) Woordenschat 2000 woorden per jaar meer Hoofd- en bijzinnen Overgeneraliseren regels (ei eien, slapen slaapte) Nieuwsgierig: waarom? Begrip communicatie tussen personen Begin van abstractie Belevingswereld is fantasie; werkelijkheid en fantasie door elkaar Zingen graag Verleden, heden en toekomst onbekend fenomeen Gedachtewereld bevat nog veel magische elementen Vadertje-moedertje spelen Schuldgevoel (sociaal gevoel) Krijgt vriendjes Leren compromissen te sluiten Doelgericht spelen Magisch denken Visueel ingesteld
Schoolgaand kind (6-12 jaar) Groeien tot 160 cm (12-jarige leeftijd), soms snellere groeispurt op jonge leeftijd (9) Lichaam wordt hoekiger en langer Hoofd groeit langzamer doordat de hersenen langzamer groeien (myelinisatie met 7 jaar compleet) Vanaf 6 jaar wisselen: eerst snijtanden en later de hoektanden en kiezen (9-13 jaar); verstandskiezen later Teamsporten, betere oog-handcoördinatie Meer spierkracht te ontwikkelen door training Leren gezond te eten. Fatsoenlijk eten, dus niet met volle mond praten. Leren met vette happen omgaan Zindelijk 11 uur slaap nodig voor 6-7-jarigen. 9 uur slaap per nacht voor 12-jarigen Moedertaal omzetten in geschreven taal (grammatica) Begrijpend lezen en zelf een verhaal schrijven Drang naar kennisvergaring Vragen om duidelijkheid Uitproberen van grenzen Doelgerichtheid; vlijt en ijver Competitiegedrag Kan zich concentreren op zijn werk Oorzaak-gevolg bij concrete gebeurtenissen Gevoelig voor symboliek Normbesef aanwezig (belangrijk om lief gevonden te worden) Gevoelig voor complimenten Minderwaardigheid kan ontstaan Pesten/problemen met en op school
Tiener (12-22 jaar) Ontwikkeling secundaire geslachtskenmerken Groeispurt Grote porties eten. Wel zorgen voor afwisselende en gezonde voeding Veel slaapbehoefte niet verwarren met luiheid Verstandskiezen komen door Seksuele Gecodeerd taalgedrag, turbotaal Onzeker gedrag Behoefte aan erkenning in de leeftijdsgroep Verpakte boodschappen aan ouders Afzetten tegen Identiteit versus rolverwarring Stabiliteit in de emoties Behoefte aan autonomie Veel conflicten en discussies Experimenteergedrag Verliefdheden Normen en waarden kind versus ouders Formeel-operationeel denken