14002 BESTEMMINGSPLAN DRECHTDIJK 109 DE KWAKEL



Vergelijkbare documenten
2. Bestaande situatie Historie en ruimtelijke structuur Uithoorn Ruimtelijke structuur directe omgeving 5 2.

BIJLAGE 2: VERANTWOORDING UITBREIDING BOOMSWEG

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE

GEMEENTE HOOGEVEEN. BESTEMMINGSPLAN Buitengebied Zuid Herziening 2007, deelplan Trambaan 5 te Nieuweroord

Oude Tempel Soesterberg Milieukundige onderzoeken luchtkwaliteit en bedrijven en milieuzonering

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen

Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging

Ruimtelijke onderbouwing. Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg

Ruimtelijke onderbouwing Clermontstraat 10 te Margraten. Gemeente Eijsden-Margraten

MILIEUZONERING NOTA MILIEUZONERING RHEDEN 2015

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24

Toelichting 'Wijzigingsplan Eerste Weg 4' te Nieuw- en Sint Joosland

TOELICHTING. op het wijzigingsplan Dwarsweg 17, behorende bij het bestemmingsplan Horstermeer van de gemeente Wijdemeren

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Schalkwijkseweg 22

Bedrijventerrein Oost II, wijzigingsplan Einsteinstraat

GEMEENTE HOOGEVEEN. Wijzigingsplan Buitengebied Noord, deelplan Noorderhoofddiep 16 te Nieuweroord. Vastgesteld

WIJZIGINGSPLAN Buitengebied Zuid Herziening 2007, deelplan 3 e Zandwijkje 8 te Hollandscheveld

Toetsingskader. Ruimte voor ruimteregeling. Gemeente Heumen

De Haal 78A en 78B. te Oostzaan. Dorpsstraat 60. te Watergang

Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld

Quickscan Bedrijven en Milieuzonering Sportlaan 2-4 Gemert

Adviesbureau Tonnaer Mevr. R. v. Nuenen Vonderweg RM Eindhoven. Boxmeer, 5 november briefrapportage notitie bedrijven en milieuzonering

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing. Aanleg carpoolvoorziening Noorderhogeweg Drachten

3. Gewenste ontwikkeling Milieu Planbeschrijving Inspraak Voorschriften 7

Oplegnotitie Toelichting op de aanpak van milieuzonering met behulp van de 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten'

Nr Casenr Fazantlaan 4. Ruimtelijke onderbouwing. gemeente Ermelo Fazantlaan 4

Notitie. 1 Inleiding. Figuur 1 Weergave voornemen 1 / 7

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14

Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren

2 e Plan van wijziging Globaal Bestemmingsplan Houten Vinex. Houtensewetering naast 45

Ruimtelijke onderbouwing. ten behoeve van aanvraag omgevingsvergunning herinrichten tankstation de Zuidpunt

Bestemmingsplan Haule, Dorpsstraat 56 te Haule V A S T G E S T E L D

Buro Waalbrug T.a.v. de heer Langbroek Schoenaker SZ BEUNINGEN. Boxmeer, 25 april 2014

3. Toekomstige situatie Milieuaspecten Planbeschrijving Inspraak Voorschriften 7

Landschappelijk advies. Ontwikkeling Heereweg 460/460a, Lisse

Duinkampen 23 te Paterswolde

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem

Bestemmingsplan Buitengebied Ankeveen, wijziging Stichtse Kade 47a en c, Ankeveen Toelichting

Onderzoek Ruimtelijke Onderbouwing

Gemengd gebied. V073255aa id versie 03_001 3 juni

3. Gewenste ontwikkeling Milieu Planbeschrijving Inspraak Voorschriften Plankaart 10

Ruimtelijke onderbouwing Schakerpad 5 in Twello

Ruimtelijke onderbouwing voor de bouw van een woning aan Laurens Stommespad 2 te Middelburg

(ontwerp) ruimtelijke onderbouwing afwijking BP Asserstraat 31 Vries

Ruimtelijke onderbouwing Leveroyseweg 14, Heythuysen

Ruimtelijke onderbouwing. Realisatie groepsaccommodatie voormalig ligboxstal Manjepetswei 19 Oudega

BIJLAGE 1. Toelichting op lijst van bedrijfsactiviteiten

bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 datum: 5 september 2013 projectnummer: R.2011 gemeente Maasdriel

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Oprichten aanduidingsmast McDonald s Vlietweg 16 te Santpoort-Noord

Omgevingsdienst West Holland DEFINITIEF 6 mei 2013

Blad 2. Beoordeling verzoek

NOTITIE BEDRIJVEN EN MILIEUZONERING BOSSCHEBAAN 37 TE HEESCH GEMEENTE BERNHEZE

Nr Casenr Haspel 121. Ruimtelijke onderbouwing. gemeente Ermelo Haspel 121

Beeldkwaliteitsplan. Goorstraat 35 en Goorstraat. Te Soerendonk

INHOUDSOPGAVE Buitengebied Noord, deelplan Noorderhoofddiep in Nieuweroord Vastgesteld bij collegebesluit d.d. 17 juni 2008

Bedrijven- en milieuzonering gebiedsontwikkeling Schokkerhoek in Urk

15118 BESTEMMINGSPLAN STEENWIJKERVELD 21

Compositie 5 Stedenbouw T.a.v. de heer T. de Kousemaeker Boschstraat GB Breda. Boxmeer, 13 juni 2014

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a.

Quickscan Bedrijven. n en milieuzonering Binnenweg 31 te Tw. wello Project

Buitengebied e wijziging (Broekstraat 23 Wehl)

HOOFDSTUK 1 Inleiding

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019)

Akoestiek en bestemmingsplan Sotaweg Roelofarendsveen. Gemeente Kaag en Braassem

Gemeente Achtkarspelen Projectbesluit Veranderen erf bij de woning Skieppedrifte 5 te Drogeham Ruimtelijke onderbouwing

Nr Casenr Harderwijkerweg 138. Ruimtelijke onderbouwing. gemeente Ermelo Harderwijkerweg 138

Inhoudsopgave ruimtelijke onderbouwing Olympus 20

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord

Gemeente Woerden. Toetsing aan de wijzigingsregels Teckop 11 in Kamerik

Ruimtelijke onderbouwing

BUITENGEBIED WIJZIGING 2017, VEERSTEEG 12A

Rapport R02. Kromme Akker-Zuid in Voorthuizen Onderzoek milieuzonering.

Advies Archeologie Plangebied Smidsvuurke 5, (gemeente Veldhoven)

Ruimtelijke onderbouwing

Wijzigingsplan Grootweg 13a, Berkhout Bestemmingsplan Landelijk Gebied Koggenland, wijziging bedrijfswoning naar plattelandswoning

Ruimtelijke onderbouwing Fort Imperial te Breskens

ONDERZOEK MILIEUZONERING

bestemmingsplan Correctieve herziening Bebouwde Kom Woudenberg

Bijlage 2 Uitwerking uitbreidingsmogelijkheden Rooye Hoefsedijk 38 in Gemert

memo Quick scan bedrijven en milieuzonering Fort Everdingen

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing

Datum: 21 april 2011 Kenmerk: M-JHS /002 Versie: 2

Ruimtelijke onderbouwing

1 Toelichting Wijziging verkavelingsopzet Berken ong., Milheeze (plan 'Geerdenhof')

Risico-inventarisatie Boekels Ven

Bedrijven en milieuzonering Horeca paviljoen, Mercuriusplein Berlicum

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Herinrichting parkeerterrein sportpark Rooswijk Rooswijklaan 4 te Velsen-Noord

m i l i e u g e l u i d b o u w a d v i e s b r a n d v e i l i g h e i d r u i m t e l i j k e o r d e n i n g b e l e i d s a d v i e s R01

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe

Beleidsregel omgekeerde werking: woon- en leefklimaat

Visie op Zuid-Holland Ontwerp Actualisering 2011

Ruimtelijke onderbouwing aanbouw woning Drachtster Heawei 27

Wijzigingsplan Wyldpaed West 3 te Twijzelerheide ONTWERP

GEMEENTE CRANENDONCK. Stedenbouwkundig en landschappelijk inrichtingsplan Meemortel ong, Budel

Afbeelding 1.1. Luchtfoto van de locaties (rood=alternatief, blauw=bestaand)

Transcriptie:

14002 BESTEMMINGSPLAN DRECHTDIJK 109 DE KWAKEL 14002 BESTEMMINGSPLAN DRECHTDIJK 109 DE KWAKEL

Ordito b.v. Postbus 94 5126 ZH Gilze E info@ordito.nl T 0161 801 022 I www.ordito.nl KVK 54 811 554

1. Inleiding 2 1.1 Aanleiding en doel 2 1.2 Ligging en begrenzing plangebied 2 1.3 Vigerende bestemmingsplannen 3 1.4 Bij het plan behorende stukken 3 1.5 Leeswijzer 4 2. Bestaande situatie 5 2.1 Historie en ruimtelijke structuur Uithoorn 5 2.2 Ruimtelijke structuur directe omgeving 5 2.3 Planlocatie 6 3. Toekomstige situatie 8 4. Beleidskader 10 4.1 Rijksbeleid 10 4.2 Provinciaal beleid 12 4.3 Gemeentelijk beleid 16 5. Randvoorwaarden 19 5.1 Inleiding 19 5.2 Archeologie 19 5.3 Bedrijf en milieuzonering 21 5.4 Bodemkwaliteit 23 5.5 Externe veiligheid 23 5.6 Flora en fauna 25 5.7 Geluidsaspecten 27 5.8 Luchtkwaliteit 28 5.9 Water 29 6. Juridische aspecten 36 6.1 Verbeelding 36 6.2 Planregels 36 6.3 Toelichting op de bestemmingen 37 7. Uitvoerbaarheid 39 7.1 Economische uitvoerbaarheid 39 7.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid 39 bijlagen - Verkennend bodemonderzoek, Aeres Milieu; - Quick scan flora en fauna, Elsken Ecologie.

2 1. INLEIDING 1.1 Aanleiding en doel Aan de Drechtdijk 109 in De Kwakel bevindt zich een glastuinbouwbedrijf dat momenteel niet meer in gebruik is. De eigenaren van het glastuinbouwbedrijf zijn op deze locatie niet meer actief en hebben de bedrijfsgebouwen reeds grotendeels gesloopt. In ruil voor het slopen van de bedrijfsgebouwen en verbetering van de kwaliteit van het landschap, wordt medewerking gevraagd voor compensatie via de Ruimte voor Ruimte regeling. De gemeente heeft besloten aan dit verzoek medewerking te willen verlenen. In het kader van de regeling Ruimte voor Ruimte mag voor het slopen van de bebouwing de bestaande bedrijfswoning omgezet worden naar een reguliere bestemming Wonen. Het slopen van de aanwezige glasopstanden en bedrijfsruimte, betekent meer openheid in het landschap en een toevoeging van gronden voor de grondgebonden veehouderij. Hiermee wordt ook een bijdrage geleverd aan het versterken van de landschappelijke kwaliteit van het nabijgelegen Nationaal Landschap Groene Hart. Er ontstaat meer openheid in het lint en er ontstaan betere doorzichten. Middels voorliggend bestemmingsplan wordt de omzetting en vergroting van de bedrijfswoning naar een reguliere bestemming Wonen in het kader van de Ruimte voor Ruimte regeling en het herbestemmen van de achterliggende gronden tot weidegrond juridisch planologisch mogelijk gemaakt. 1.2 Ligging en begrenzing plangebied Afbeelding 1 Luchtfoto plangebied en omgeving

3 De planlocatie aan de Drechtdijk 109 ligt in het landelijk gebied van De Kwakel. De Drechtdijk is één van de historische linten van de gemeente Uithoorn en ligt ten zuidoosten van het Fort bij De Kwakel. 1.3 Vigerende bestemmingsplannen Voor het plangebied vigeert het volgende bestemmingsplan: Bestemmingsplan Landelijk gebied Uithoorn, vastgesteld door de gemeenteraad op 25 januari 2005 en gedeeltelijk goedgekeurd door Gedeputeerde Staten op 20 september 2005. Bestemmingsplan Uithoorn, Landelijk gebied 1 e herziening, vastgesteld door de gemeenteraad op 12 juni 2008 en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten op 13 januari 2009. Middels voorliggend bestemmingsplan worden bovengenoemde bestemmingsplannen voor dit plangebied vervangen. Afbeelding 2 is een uitsnede van het bestemmingsplan Landelijk gebied voor de locatie Drechtdijk 109. De gronden hebben de bestemming Agrarische doeleinden glastuinbouw en zijn bestemd voor glastuinbouw en sierteelt. Gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van kassen en terreinafscheidingen mogen uitsluitend gebouwd worden op gronden met de aanduiding bouwvlak (b). Tevens is een bedrijfswoning toegestaan. Afbeelding 2 Vigerend bestemmingsplan Landelijk Gebied 1.4 Bij het plan behorende stukken Het bestemmingsplan bestaat uit de volgende onderdelen: Verbeelding: Op de verbeelding zijn de bestemmingen in het plangebied weergegeven. Deze bestemmingen zijn gerelateerd aan de in de regels opgenomen juridische regeling.

4 Regels: In de regels is het gebruik van de binnen het plangebied aangegeven gronden, opstallen en ander gebruik van de gronden juridisch geregeld. Per bestemming is aangeven wat binnen die bestemming mogelijk en/of toegestaan is. Toelichting: In de toelichting worden de aan het plan ten grondslag liggende gedachten en de uitkomsten van eventueel uitgevoerde onderzoeken opgenomen. 1.5 Leeswijzer In hoofdstuk twee van de toelichting wordt de bestaande situatie omschreven. In het derde hoofdstuk wordt het beoogde plan uitvoeriger beschreven. Hoofdstuk vier gaat in op het vigerend beleid op rijks-, provinciaal en gemeentelijk niveau. Vervolgens komen in hoofdstuk vijf de randvoorwaarden aan bod. Onder randvoorwaarden worden onder andere verstaan bodem- en luchtkwaliteit. Hoofdstuk zes geeft de planbeschrijving en de juridische aspecten van het plangebied weer. Afgesloten wordt met hoofdstuk zeven waarin de uitvoerbaarheid ter sprake komt.

5 2. BESTAANDE SITUATIE In dit hoofdstuk wordt de bestaande situatie van het plangebied beschreven. Eerst zal de ligging op grotere schaal worden toegelicht, vervolgens wordt ingegaan op de totstandkoming van het gebied. Bij de historie van het gebied wordt eerst de historie van de gemeente Uithoorn toegelicht, waarna specifiek op het betreffende gebied en de locatie wordt ingegaan. 2.1 Historie en ruimtelijke structuur Uithoorn De gemeente Uithoorn ligt aan de Amstel ongeveer 20 kilometer ten zuiden van Amsterdam en grenst aan de provincies Utrecht en Zuid-Holland. De gemeente Uithoorn bestaat uit de kernen Uithoorn en De Kwakel. De planlocatie behoort tot De Kwakel. Uithoorn ligt noord-zuid gezien tussen de steden Amstelveen en Nieuwkoop en oost-west gezien tussen de Vinkeveenseplassen en de Westeinderplassen. De Gemeente Uithoorn maakt deel uit van de Stelling van Amsterdam, met de Vuurlijn en de forten bij de Kwakel. De Stelling maakt sinds 1996 deel uit van de UNESCO werelderfgoedlijst. In nog groter verband ligt ten noorden van Uithoorn de internationale luchthaven Schiphol en Amsterdam. De gemeente Uithoorn maakt tevens deel uit van de Stadsregio Amsterdam en de Metropoolregio Amsterdam. Afbeelding 3 Stelling van Amsterdam (bron: Structuurvisie) 2.2 Ruimtelijke structuur directe omgeving Het landschap van Uithoorn kenmerkt zich door een duidelijk contrast: de lager gelegen droogmakerijen in het noordwesten en het hoger gelegen slagenlandschap/veenweidelandschap in het zuidoosten. In het droogmakerijenlandschap concentreert zich de drukte

6 en het stedelijk gebied, terwijl het veenweidelandschap een landschap is met waarden als rust en openheid aansluitend op het Groene Hart. Drechtdijk109 bevindt zich in het hoger gelegen slagenlandschap van de Uithoornse polder. Het slagenlandschap heeft een belangrijke ecologische waarde. Achter het woonlint, in de Uithoornse polder, bevindt zich een kerngebied van de Ecologische Hoofdstructuur. In het veenweidegebied zijn natuur- en landschapswaarden verweven met het landbouwkundig gebruik. Het gebied wordt beheerd door de agrariërs en het Noord- Hollands Landschap. Er wordt aan weidevogelbeheer gedaan en er zijn waardevolle oeveren watervegetaties. In het gebied zijn weinig ruimtelijk verdichtende elementen aanwezig. De lintbebouwing en de Amstel met dijken aan de randen van de polder zijn de belangrijkste ruimtelijke structuren in het open landschap. De openheid van dit gebied is een belangrijke landschappelijke waarde. Tussen de veelal op ruime afstand van elkaar staande gebouwen aan de Drechtdijk zijn de achterliggende weilanden te zien. De openheid wordt op een aantal plekken verstoord door kleine kassen en door een uitbreidingswijk van Uithoorn. Het plangebied bevindt zich in het bebouwingslint van de Drechtdijk. Het lint kenmerkt zich door haar kleinschaligheid en dorpse landelijke karakter. De lintbebouwing hangt samen met de opstrekkende verkavelingswijze. Aan beide zijden van de weg staat bebouwing, veelal op ruime afstand van elkaar en met zichtlijnen tussen de bebouwing door naar het polderlandschap. De bebouwing is kleinschalig met voornamelijk vrijstaande woningen, boerderijen en kleinschalige bedrijven. Het hoofdvolume ligt voor op de kavel en is gericht op de weg. De schuren, kassen en bijgebouwen liggen meer naar achteren, veelal achter de woningen. Er is een diversiteit aan bouwstijlen, ieder huis is individueel te onderscheiden. De bebouwing bestaat meestal uit één of twee lagen met kap. De nokrichting en het materiaal van de gevels varieert sterk tussen naast elkaar gelegen bebouwing. 2.3 Planlocatie Aan de Drechtdijk 109 staat nu een verouderde kwekerij met een bedrijfswoning en een bedrijfsruimte. Het totale oppervlak van het bedrijfsperceel beslaat ruim 2,1 ha. Het perceel wordt direct ontsloten op de Drechtdijk. Aan de voorzijde van het perceel, ten noorden van de inrit, is de bedrijfswoning gelegen. Achter de bedrijfswoning is een bedrijfsruimte aanwezig en staan glasopstanden over de gehele breedte van het perceel. Achter de glasopstanden ligt een waterbassin. De bebouwing is niet omzoomd door erfbeplanting, maar ligt koud in het landschap. Hierdoor is dit vanaf de Drechtdijk goed zichtbaar. Vanaf de dijk langs de Amstel zijn de glasopstanden eveneens goed zichtbaar, ze verstoren de openheid van het gebied. Via de sloot langs het perceel is er vanaf de Drechtdijk een smal doorzicht naar het achterliggende landschap.

7 Afbeelding 4 Te saneren bouwwerken

8 3. TOEKOMSTIGE SITUATIE Met de voorliggende planontwikkeling wordt een glastuinbouwlocatie gesaneerd en kan in het kader van de regeling Ruimte voor Ruimte de bedrijfswoning worden omgezet in een burgerwoning. Op deze wijze wordt een landschappelijke winst bewerkstelligd. Het landelijk gebied heeft een grote aantrekkingskracht als woongebied: een mooi landschap met rust en ruimte. Op deze locatie staat nu een verouderde kwekerij met een bedrijfswoning en een bedrijfsruimte. Door het slopen van de kassen met de bedrijfsruimte komt er meer openheid in het lint en ontstaan goede doorzichten. Hiermee wordt voldaan aan de wens van de gemeente om minder glas bij de dorpskernen te hebben en zo een meer landelijk karakter aan het reeds aanwezige bouwlint te kunnen geven. In het kader van de regeling Ruimte voor Ruimte mag voor het slopen van de bebouwing de bestaande bedrijfswoning omgezet worden naar een reguliere bestemming Wonen. Hierbij zijn de bouwmogelijkheden voor de woning vergroot naar 1.000 m 3. De gronden waar nu de kassen en de bedrijfsgebouwen op staan dienen omgezet te worden van de bestemming Agrarisch naar de bestemming Agrarisch zonder bouwmogelijkheden. De vrijgekomen gronden kunnen worden ingezet ten behoeve van de weidegronden voor de grondgebonden veehouderij. Bebouwing is op deze gronden niet toegestaan, behoudens een kleine schapenschuur. Deze inrichting betekend meer openheid in het gebied en draagt bij aan het karakter van het veenweidegebied. De ontwikkeling versterkt de oude structuur en de slagenverkaveling wordt in stand gehouden. Deze open weide levert tevens een bijdrage aan de realisatie van de ecologische verbindingszone Uithoornse polder tussen het veenweidegebied van de gemeente De Ronde Venen en de noordelijk gelegen polders rondom Amstelveen.

9 Verkeer en parkeren De woonkavel wordt vanaf de Drechtdijk ontsloten via een oprit naar het achterliggende land. Deze oprit dient tevens als oprit voor het perceel met de huidige bedrijfswoning. Parkeren vindt plaats op eigen terrein.

10 4. BELEIDSKADER 4.1 Rijksbeleid Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) Op 13 maart 2012 is de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte vastgesteld. Deze structuurvisie geeft een totaalbeeld van het ruimtelijk- en mobiliteitsbeleid op rijksniveau en is de kapstok voor bestaand en nieuw rijksbeleid met ruimtelijke consequenties. Nederland concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig. Daar streeft het Rijk naar met een krachtige aanpak die ruimte geeft aan regionaal maatwerk, de gebruiker voorop zet, investeringen scherp prioriteert en ruimtelijke ontwikkelingen en infrastructuur met elkaar verbindt. Dit doet het Rijk samen met andere overheden. Bij deze aanpak hanteert het Rijk een filosofie die uitgaat van vertrouwen, heldere verantwoordelijkheden, eenvoudige regels en een selectieve rijksbetrokkenheid. Het Rijk formuleert drie hoofddoelen om Nederland concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig te houden voor de middellange termijn (2028): Het vergroten van de concurrentiekracht van Nederland door het versterken van de ruimtelijk-economische structuur van Nederland; Het verbeteren, instandhouden en ruimtelijk zekerstellen van de bereikbaarheid waarbij de gebruiker voorop staat; Het waarborgen van een leefbare en veilige omgeving waarin unieke natuurlijke en cultuurhistorische waarden behouden zijn. De versterking van de Mainport Schiphol met bijhorend netwerk in samenhang met overige ruimtelijke opgaven is daarbij een belangrijk uitgangspunt. In de Nota Ruimte was al gesteld dat het niet in het kabinetsbeleid past om onder intensief gebruikte vliegroutes nieuwe stedelijke gebieden tot stand te laten komen. Concreet betekent dit dat er buiten de in de verstedelijkingsafspraken vastgelegde locaties (Vinex en Vinac 2010) geen nieuwe uitleglocaties kunnen worden ontwikkeld ten behoeve van woningbouw binnen de 20 Kecontour. Herstructurering en intensivering in bestaand bebouwd gebied zijn binnen de 20 Ke-contour nu en in de toekomst wel mogelijk. Over de interpretatie van de regelgeving heeft de gemeente de afgelopen periode intensief contact gehad met de toenmalige inspectie VROM. Daaruit is geconcludeerd dat VROM binnen de 20 Ke-zone geen beleid voert voor nieuwe woningen als die gelegen zijn binnen het Bestaand Bebouwd Gebied uit de provinciale verordening. Ook zijn er bouwmogelijkheden in de 20 Ke-zone voor compensatiewoningen in het kader van de toepassing van de ruimte voor ruimteregeling. Het Rijk werkt overigens in het programma Structuurvisie Mainport Amsterdam Schiphol Haarlemmermeer (SMASH) aan de versterking van de Mainport Schiphol met bijhorend netwerk in samenhang met overige ruimtelijke opgaven, waarbij ook actualisatie van de 20 Ke-contour wordt meegenomen. Voor het plangebied gelden geen van de opgaven van nationaal belang, behalve de ligging binnen de 20 Ke-contour van Schiphol. De onderhavige locatie voldoet aan de voorwaarden voor bebouwing. De 20 Ke-zone is daarmee geen belemmering voor de bouw van de nieuwbouwwoning.

11 Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte bepaalt welke kaderstellende uitspraken zodanig zijn geformuleerd dat deze bedoeld zijn om beperkingen te stellen aan de ruimtelijke besluitvormingsmogelijkheden op lokaal niveau. Ten aanzien daarvan is een borging door middel van normstelling, gebaseerd op de Wro, gewenst. Die uitspraken onderscheiden zich in die zin dat van de provincies en de gemeenten wordt gevraagd om de inhoud daarvan te laten doorwerken in de ruimtelijke besluitvorming. Zij zijn dus concreet normstellend bedoeld en worden geacht direct of indirect, d.w.z. door tussenkomst van de provincie, door te werken tot op het niveau van de lokale besluitvorming, zoals de vaststelling van bestemmingsplannen. Het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) bevestigt in juridische zin die kaderstellende uitspraken. Het Barro is op 30 december 2011 in werking getreden. Binnen het Barro worden de volgende onderdelen besproken: - Project Mainportontwikkeling Rotterdam; - Kustfundament; - Grote rivieren; - Waddenzee en waddengebied; - Defensie, en - Erfgoederen van uitzonderlijke universele waarde. Voor de gemeente Uithoorn is in verband met de Stelling van Amsterdam het onderdeel erfgoederen van uitzonderlijke universele waarde relevant. De regels van dit onderdeel zijn op 1 oktober 2012 in werking getreden. Erfgoederen van uitzonderlijke universele waarde zijn culturele of natuurlijke objecten of gebieden die vanuit mondiaal perspectief uniek zijn. Het Rijk heeft de verplichting deze waarde in stand te houden. De in het besluit omschreven kernkwaliteiten dienen door het provinciaal bestuur te worden uitgewerkt. De uitwerking moet dusdanig zijn, dat de uitgewerkte kernkwaliteiten sturend kunnen zijn voor ruimtelijke ontwikkelingen op het niveau van bestemmingsplannen. Het uitgangspunt is, dat ruimtelijke ontwikkelingen in erfgoederen van uitzonderlijke universele waarde mogelijk zijn, mits de uitgewerkte kernkwaliteiten van de erfgoederen worden behouden of versterkt. Ontwikkelingen die de uitgewerkte kernkwaliteiten niet aantasten zijn dus in beginsel toegestaan. De locatie Drechtdijk 109 ligt in de zone van de Stelling. Het plan betreft de beperkte vergroting van de bouwmogelijkheden van de bestaande (bedrijfs)woning. Als tegenprestatie worden de kassen gesloopt, waardoor de openheid van het gebied juist weer versterkt wordt. Daarnaast is het gebied door de vele bebouwing dusdanig verstoord dat de beperkte vergroting van de bouwmogelijkheden van de bestaande (bedrijfs)woning niet bijdraagt aan de verstoring van de uitzonderlijke universele waarde van het erfgoed. Luchthavenindelingbesluit Het luchthavenindelingbesluit bevat ruimtelijke maatregelen op rijksniveau in verband met de luchthaven Schiphol. Samen met het luchthavenverkeerbesluit, dat is gericht op de beheersing van de belasting van het milieu door het luchthavenverkeer, is het besluit een uitwerking van de Wet luchtvaart. In het besluit zijn normen en regels opgenomen voor de bebouwing rond Schiphol. Het besluit gaat vergezeld van vijf overzichtskaarten. Ze geven een beeld van achtereenvolgens het luchthaven- en beperkingengebied en beperkingen rond bebouwing, bouwhoogtes en vogels.

12 De gemeente Uithoorn ligt grotendeels binnen het beperkingengebied. De planlocatie ligt niet in een zone waar op basis van het besluit geen nieuwe bebouwing is toegestaan of slechts met een ontheffing kan worden toegestaan. Voor de planlocatie gelden wel hoogtebeperkingen voor bebouwing. De bebouwing mag op deze locatie niet hoger zijn dan 90 meter. De hoogtemaat is gerelateerd aan de referentiehoogte van de luchthaven van -4.00 m NAP. Met de voorliggende planontwikkeling wordt deze maximale hoogte niet gehaald. In het regels van dit bestemmingsplan is geborgd dat niet hoger dan 90 meter gebouwd mag worden. 4.2 Provinciaal beleid Structuurvisie Noord-Holland 2040 De structuurvisie NH 2040 van de provincie Noord-Holland is op 21 juni 2010 vastgesteld. Nadien is de structuurvisie een aantal maal gewijzigd. Noord-Holland is in de loop der eeuwen gevormd. In de periode tot 2040 zullen verdere globalisering en de klimaatverandering grote gevolgen hebben voor Noord-Holland. Ook veranderingen en trends op nationaal en lokaal niveau hebben een grote ruimtelijke impact. Deze veranderingen leiden tot een aantal belangrijke ruimtelijke opgaven en keuzes. Om de visie van Noord-Holland te kunnen waarmaken is de structuurvisie opgebouwd uit diverse hoofd- en subthema s met daaronder een aantal concrete projecten als uitvoeringsprogramma. Voor de gemeente Uithoorn zijn concrete projecten opgenomen in het uitvoeringsprogramma: 1. integrale gebiedsontwikkeling Amstelgroen; 2. nationale landschappen Stelling van Amsterdam; 3. netwerkverbeteringen; 4. Greenport Aalsmeer. De planlocatie aan de Drechtdijk 109 maakt onderdeel uit van het nationaal landschap de Stelling van Amsterdam. Bij het behoud c.q. de versterking van de ruimtelijke samenhang en landschappelijke herkenbaarheid van de Stelling van Amsterdam, is het Provinciaal Beeldkwaliteitsplan en Ruimtelijk Beleidskader Stelling van Amsterdam richtinggevend. Zowel het Beeldkwaliteitsplan als het Ruimtelijk Beleidskader worden onderdeel van de structuurvisie van de provincie Noord-Holland. Beeldkwaliteitplan Stelling van Amsterdam Ter bescherming van de Stelling van Amsterdam tegen de ruimtedruk in de stedelijke omgeving is op provinciaal niveau een beeldkwaliteitplan opgesteld. De ruimtedruk kan een bedreiging vormen voor de kwaliteit en herkenbaarheid van de Stelling. De Stelling is in het plan opgedeeld in deelgebieden. Het gebied van de Kwakel is gelegen binnen het deelgebied Aalsmeer. Opvallend voor dit deelgebied is dat de forten op enige afstand van de Vuurlinie liggen, waardoor de relatie niet zichtbaar is. Bij toetsing van nieuwe ontwikkelingen is daarom van belang niet alleen te richten op behoud van de openheid, maar ook op het handhaven en maken van groene en blauwe verbindingslijnen binnen het Stellingsysteem.

13 Afbeelding 5 Deelgebied Aalsmeer uitsnede Uithoorn Ruimtelijk beleidskader Stelling van Amsterdam Door het opstellen van het provinciaal Beeldkwaliteitsplan is een streefbeeld opgesteld evenals een toetsingskader voor de ruimtelijke en landschappelijke vormgeving van de Stelling. De belangrijkste kaders zijn vervolgens vastgelegd in het Ruimtelijk Beleidskader. Het Ruimtelijk Beleidskader maakt onderscheid in drie zoneringen binnen het Nationaal Landschap Stelling van Amsterdam met ieder hun eigen beleidsregime (Stellingzone, kernzone en monumentenzone). Dit ruimtelijk beleidsregime is vastgelegd in de Provinciale Ruimtelijke Verordening Structuurvisie (PRVS). Nieuwe ontwikkelingen worden getoetst aan het Ruimtelijk Beleidskader. De woningen aan de Drechtdijk zijn gelegen binnen de kernzone. In de kernzone kunnen nieuwe ontwikkelingen alleen plaatsvinden, als zij bijdragen aan de kwaliteit van het monumentale landschap. Dit houdt in, dat ontwikkelingen zijn toegestaan, die: 1. de ruimtelijke samenhang van alle stellingonderdelen versterken c.q. niet in gevaar brengen; 2. niet leiden tot een significant hoger geluidsniveau in de open ruimte; 3. niet leiden tot een significante aantasting van het groene en open landschap. Verdichting van bestaande bebouwingslinten is toegestaan, mits passend in het landschap en de bestaande bebouwingsintensiteit van het lint. Bijzondere aandacht heeft de blijvende herkenbaarheid van Stellingdijken die specifiek voor de Stelling zijn aangelegd, zoals de Vuurlijn in Uithoorn. Het ruimtelijk beleid per deelgebied blijft maatwerk en concentreert zich op het open houden van schootscirkels, zichtlijnen en behoud van accessen. De algemene beleidslijnen

14 per deelgebied zijn mede gebaseerd op de beschrijvingen en aanbevelingen voor de deelgebieden uit het Beeldkwaliteitsplan. Voor het deelgebied Aalsmeer is de Stellingzone niet als open ruimte herkenbaar. Ook de relatie tussen de forten en hoofdverdedigingslijn is niet zichtbaar. In het beeld voor de Stelling zijn forten interieur van het stedelijk gebied. Waar nog open (water)gebied is, de schootscirkels met name aan de aanvalszijde open houden van stedelijke bebouwing. Waar dat nog mogelijk en reëel is: groen blauwe verbindingslijnen versterken. De vergroting van de bestaande (bedrijfs)woning aan de Drechtdijk 109 wordt gerealiseerd in het kader van de regeling Ruimte voor Ruimte. Op de locatie worden de oude bedrijfsruimten en kassen gesloopt. Door de sloop van de kassen komt meer openheid in het landschap. Ruimtelijke Verordening Noord-Holland Op 21 juni 2010 is de Provinciale ruimtelijke verordening structuurvisie (Prvs) van Noord- Holland vastgesteld. Op 2 november 2010 is de verordening in werking getreden. Nadien is de PRVS een aantal maal gewijzigd. De regels van de Prvs vloeien voort uit de Structuurvisie Noord-Holland 2040. De Prvs beschrijft waaraan bestemmingsplannen, projectbesluiten en beheersverordeningen moeten voldoen. Hierdoor heeft de provincie meer invloed op de ruimtelijke ordening in Noord-Holland. Voor bestemmingsplannen betreft het regels omtrent de inhoud van en de toelichting op bestemmingsplannen en dan over onderwerpen in zowel het landelijk als het bestaand bebouwd gebied van Noord-Holland waar een provinciaal belang mee gemoeid is. Onderwerpen zijn onder andere volumineuze detailhandel op bedrijventerreinen, grootschalige (perifere) detailhandel, locaties voor bedrijventerreinen en kantoorlocaties binnen bestaand gebouwd gebied, het bouwen van woningen of een bedrijventerrein in landelijk gebied, groene ruimten zoals nationale landschappen en Rijksbufferzones, blauwe ruimte zoals waterkeringen en energie (zoals de bouw van windmolens). Het plangebied valt binnen de zone Bestaand Bebouwd Gebied. In deze zone is de gemeente verplicht bestemmingsplannen te maken en hebben bij de invulling daarvan een grote mate van beleidsvrijheid. In artikel 16 van de verordening worden regels gesteld ten aanzien van het realiseren van woningen in het kader van de regeling Ruimte voor Ruimte. De essentie ligt in: - een vermindering van het bebouwde oppervlak door een netto-afname van bebouwing; - de zekerstelling dat de herstructurering van de te saneren locatie inclusief de sloop van de hiervoor bedoelde bebouwing of functies plaats heeft; - niet meer woningen worden toegestaan dan noodzakelijk is om de sloop van de bedoelde bebouwing of functies te realiseren. De compensatie dient bij voorkeur plaats te vinden in of tegen bestaand bebouwd gebied. In het onderhavige geval vindt aan de Drechtdijk een ruime afname van bebouwing plaats. Met dit bestemmingsplan en de gesloten overeenkomst met de initiatiefnemer is zekergesteld dat herstructurering en sloop plaatsvindt. De locatie Drechtdijk is gelegen tegen het bestaand bebouwd gebied van De Kwakel.

15 Ruimte voor Ruimte De provincie Noord-Holland heeft de Uitvoeringsregeling Ruimte voor Ruimte opgesteld om een verbetering te krijgen in de ruimtelijke kwaliteit van het landelijk gebied. Dit gebeurt door sloop van landschappelijk storende en/of niet passende bebouwing en bestemmingswijziging. Als tegenprestatie krijgt de aanvrager planologische medewerking voor nieuwbouw elders in het gebied, of op de saneringslocatie. Hieraan is dan wel de voorwaarde verbonden dat deze nieuwbouw, wat betreft aard en omvang passend is in het landschap en de omgeving. Ruimte voor Ruimte levert per saldo een aantoonbare ruimtelijke winst op via: Landschappelijke winst op de oude locatie door sloop en eventuele herinrichting. Versterking van beeldkwaliteit op de nieuwe locatie door een goede keuze van aard en omvang van de bebouwing. De belangrijkste uitgangspunten van de Ruimte voor Ruimte-regeling in Noord-Holland zijn: De regeling wordt toegepast op vrijwillige basis. Om in aanmerking te komen voor de Ruimte voor Ruimteregeling moet er sprake zijn van storende bebouwing of een storende functie. Sloop moet bijdragen aan verbetering van de ruimtelijke kwaliteit. Compenserende woningbouw vindt bij voorkeur plaats aan de rand van stedelijk gebied. Als dat niet kan is herbouw op de slooplocatie mogelijk. Er is bij voorbaat geen maximum verbonden aan het volume van de compenserende woningbouw, het uitgangspunt is dat er sprake moet zijn van verbetering van de ruimtelijke kwaliteit. Dit wordt onderbouwd met een beeldkwaliteitplan voor zowel de slooplocatie als de locatie waar compenserende woningbouw plaatsvindt. Een initiatiefnemer mag binnen redelijke grenzen- geld verdienen aan het initiatief. De initiatiefnemer kan een burger, agrarisch ondernemer, ontwikkelaar of een publieke partij zijn. Zoals aangegeven vindt compenserende woningbouw bij voorkeur plaats aan de rand van bestaand bebouwd gebied. Als dit niet mogelijk is kan compenserende woningbouw ook plaatsvinden op de saneringslocatie. Hieraan is dan wel de voorwaarde verbonden dat deze nieuwbouw wat betreft aard en omvang passend is in het landschap. Het is aan de gemeente om de locatie voor compenserende woningbouw te bepalen op basis van de ruimtelijke kwaliteit, tempo van uitvoering, kosten en te realiseren bouwvolume, afgezet tegen de omvang van de te compenseren saneringskosten. De gemeente weegt op transparante wijze de alternatieven en beslist waar compenserende woningbouw plaatsvindt. onderhavig plan vindt niet direct compenserende woningbouw plaats op de saneringslocatie maar wordt de bedrijfswoning omgezet in een burgerwoning. Op de locatie wordt meer gesloopt dan dat er wordt terug gebouwd. Aan de functiewijziging zijn randvoorwaarden gekoppeld, zodat het passend is in het reeds bestaande woonlint en zodat nieuwe zichtlijnen worden gecreëerd naar het achtergebied.

16 4.3 Gemeentelijk beleid Structuurvisie De structuurvisie is op 8 oktober 2009 vastgesteld door de gemeenteraad. De structuurvisie vormt uiteindelijk het kader, het raamwerk op basis waarvan plannen getoetst, ontwikkeld en uitgewerkt kunnen worden. Om tot een structuurvisie te komen is eerst een SWOT-analyse gehouden en een inventarisatienota opgesteld, wat resulteerde in een Visie op Hoofdlijnen. Visie op hoofdlijnen Uithoorn is een gemeente met twee gezichten, namelijk het tuinstedelijk/economisch gezicht en het landelijke gezicht, met daartussen een overgangszone. Het tuinstedelijke, economische gezicht richt zich naar het noorden en het westen: Greenport Aalsmeer en het stedelijke gebied van Amstelveen/Amsterdam. Dit gebied kent een duidelijke scheiding tussen wonen en werken. De woongebieden kenmerken zich voornamelijk door groen, rust en ruimte, terwijl de economische activiteit zich duidelijk aan de rand manifesteert. In dit gebied is het belangrijk om het tuinstedelijk karakter te versterken, het hoogdynamische karakter van de glastuinbouw- en veiling-gerelateerde gebieden te behouden en het bedrijventerrein te versterken voor passende werkgelegenheid. Het landelijk gezicht richt zich samen met De Kwakel meer op het Groene Hart. In dit gebied is het belangrijk de relatie met het landschap te behouden en te versterken: het is de verbinding met het Groene Hart. De Drechtdijk valt hiermee in het landelijke gezicht. De Drechtdijk wordt in de visie als een punt van aandacht aangehaald, doordat het een gebied is met verouderde glastuinbouw. Onder andere voor dit gebied moet gezocht worden naar oplossingen voor agrariërs die hun bedrijf willen voortzetten of beëindigen. De ruimte voor ruimte regeling biedt kansen om verrommeling tegen te gaan. Naar aanleiding hiervan is in de uitvoeringsagenda de toepassing van ruimte voor ruimte als project opgenomen: Inventariseren verouderde glastuinbouw en uitwerken en stimuleren toepassing ruimte voor ruimteregeling. Eventueel benodigde locaties voor compenserende woningbouw onderzoeken. De onderhavige ontwikkeling is een concrete toepassing van de ruimte voor ruimteregeling in Uithoorn. Ruimte voor Ruimte uitvoeringsnota Eind 2010 is in de gemeente gestart met het project Ruimte voor Ruimte. Begonnen is met de inventarisatiefase. In deze fase is een inventarisatienota opgesteld waarin de volgende toelichting op het project is opgenomen: Langs de Amstel en aan de zuidoostzijde van de Drechtdijk liggen nog verspreide kleinschalige kassencomplexen. Sommige bedrijven functioneren nog goed, andere staan leeg. Doelstelling van de structuurvisie is om deze kassen te saneren en de gronden te bestemmen en te gebruiken als weidegrond om zo het karakter van het landelijke gezicht te versterken. Een instrument om dit te realiseren is een ruimte voor ruimteregeling. Uitgangspunt daarbij is sanering op vrijwillige basis, waarbij de eigenaar wordt gecompenseerd door middel van bijvoorbeeld opbrengsten uit woningbouw op gronden waar normaliter niet mag worden gebouwd. De ervaring leert dat individuele

17 toepassing van deze regeling moeilijk van de grond komt. Daarom is gekozen voor een projectmatige aanpak. Dat biedt ook mogelijkheden voor het concentreren van benodigde compensatielocaties voor woningbouw. Enkele eigenaren van kassen in het gebied hebben al eerder verzocht om voor ruimte voor ruimte in aanmerking te komen. Vervolgens is gestart met de visiefase waarin de aanpak verder is uitgewerkt. Dit heeft geresulteerd in een Uitvoeringsnota Ruimte voor Ruimte die in januari 2012 door de gemeenteraad van Uithoorn is vastgesteld. Bij de uitvoering van de ruimte voor ruimteregeling zullen de bestemmingen van de betreffende gronden gewijzigd moeten worden. Voor compensatielocaties buiten het saneringsgebied zelf zal per locatie een nieuw bestemmingsplan worden opgesteld. De procedure hiervoor start nadat de (exploitatie)overeenkomst hiervoor is getekend. Bij onderhavig project zijn in de gesloten ruimte voor ruimte overeenkomst de uitgangspunten voor deze bestemmingswijziging opgenomen. Welstandsnota Op 8 juli 2004 is door de raad van de gemeente de welstandsnota vastgesteld. In deze beleidsnota is vastgelegd hoe de welstandsbeoordeling moet plaatsvinden en op basis van welke criteria deze beoordeling plaatsvindt. Enkele van deze criteria zijn situering, massa en vorm, detaillering van een bouwwerk, materiaal en relatie met de omgeving. Door het toepassen van een welstandsnota wordt meer eenheid gecreëerd binnen de gemeente, doordat nieuwe bebouwing beter aansluit bij de bestaande bebouwing. Onderscheid wordt gemaakt tussen algemene welstandscriteria en gebiedsgerichte welstandscriteria. Algemene welstandscriteria Voor de vorm, gebruik en constructie geldt dat de verschijningsvorm een relatie heeft met het gebruik. Voor de relatie met de omgeving geldt dat het bouwwerk een positieve bijdrage levert aan de kwaliteit van de openbare ruimte. Daarnaast geldt voor het materiaal dat enige samenhang met de omgeving wordt verwacht. Voor de schaal en maatverhoudingen geldt dat het een samenhangend geheel vormt en beheerst wordt toegepast in ruimtes, volumes en vlakverdelingen. Voor helderheid en complexiteit mag worden verwacht dat structuur is aangebracht in het beeld waarbij het niet ten koste gaat van de aantrekkingskracht en de simpelheid. Gebiedsgerichte welstandscriteria De Drechtdijk behoort tot de linten in De Kwakel en ligt hiermee in een bijzonder welstandsgebied. De linten vormden voorheen de belangrijkste verbindingsroutes in de gemeente. De bebouwing is over het algemeen kleinschalig. Het hoofdvolume ligt voor op de kavels en is gericht op de weg. De bebouwing bestaat meestal uit één of twee lagen met kap. Naast elkaar gelegen panden verschillen soms sterk qua nokrichting, materiaal van gevels en detaillering. De linten vormen een belangrijk onderdeel van de historische structuur van de gemeente, waarlangs veel monumenten, zoals boerderijen te vinden zijn. Het beleid is terughoudend en gericht op het in stand houden van de aanwezige kwaliteiten. Het Landelijk gebied is een regulier welstandsgebied. Een regulier welstandsgebied kan afwijkingen van de bestaande ruimtelijke structuur en ingrepen in de architectuur van de gebouwen zonder al te veel problemen verdragen. De gemeente stelt hier geen

18 aanvullende eisen aan de ruimtelijke kwaliteit en het welstandstoezicht is gericht op het handhaven van de basiskwaliteit van het gebied..

19 5. RANDVOORWAARDEN 5.1 Inleiding Dit hoofdstuk bevat een beschouwing op die factoren die een beperking kunnen inhouden voor de planlocatie. Het gaat hierbij om onder andere archeologie, bodem, externe veiligheid, luchtkwaliteit, de ligging van planologisch relevante leidingen en water. 5.2 Archeologie In 2010 heeft de gemeente het beleid Archeologiebeleid voor de gemeenten Uithoorn vastgesteld. Met de archeologische beleidsadvieskaart heeft gemeente Uithoorn een instrument in handen op basis waarvan zij op een verantwoorde manier met haar bodemarchief kan omgaan. De gemeente wil indien wenselijk gemotiveerd van de landelijke richtlijnen af kunnen wijken en een eigen visie op het archeologisch landschap ontwikkelen. Het beleid is gericht op een viertal gebieden, te weten ontginningsassen, gebieden met hoge verwachting, middelhoge verwachting en lage verwachting. Voor ieder gebied wordt een doelstelling gegeven en voorwaarde voor behoud. De doelstelling is voor ieder gebied gelijk Behoud in huidige staat van eventuele resten. De voorwaarde verschillen. Wanneer er niet aan de voorwaarde wordt voldaan dan zijn de vervolg stappen daarna beschreven. De planlocatie aan de Drechtdijk ligt in een gebied met een middelhoge verwachtingswaarde. Daarnaast ligt aan de voorzijde van het perceel een ontginningsas. Afbeelding 6 Uitsnede archeologische beleidskaart Uithoorn

20 Ontginningsassen Het gebied met de ontginningsassen is een gebied met een hoge archeologische verwachting. Hierbij is de kans op het aantreffen van archeologische resten groot. Het betreft enerzijds gebieden waar op basis van het aan de verwachtingskaart ten grondslag liggende onderzoek een hoge verwachting aan is gegeven, anderzijds gaat het om gebieden waar de aanwezigheid van archeologische resten al is aangetoond, door opgravingen, booronderzoeken of oppervlakte vondsten. Bodemingrepen beneden 0,30 m onder maaiveld moeten worden voorkomen. Indien de voorgeschreven beperkingen voor bodemingrepen niet kunnen worden gehandhaafd moet in deze gebieden nader archeologisch onderzoek worden gedaan. Voor projecten waarvan de bodemverstoring een oppervlak van minder dan 100 m 2 langs de ontginningsassen, hoeft geen onderzoek te worden uitgevoerd. Uitgaande van het feit dat er voornamelijk bebouwing gesloopt zal worden zal de verstoring niet groter zijn dan 100 m 2 en dieper dan 30 cm mv. Een archeologisch onderzoek is daarom niet noodzakelijk. Middelhoge verwachting In zones met een middelhoge verwachting (het veenweidegebied) is een redelijke kans om intacte waardevolle archeologische resten aan te treffen. Het betreft gebieden die slechts gedurende bepaalde periodes in gebruik zijn geweest of waar slechts specifieke archeologische resten te verwachten zijn. Bodemingrepen beneden of 0,30 m onder maaiveld moeten worden voorkomen. Indien de voorgeschreven beperkingen voor bodemingrepen niet kunnen worden gehandhaafd moet in deze gebieden nader archeologisch onderzoek worden gedaan. Voor projecten waarvan de bodemverstoring een kleiner oppervlak beslaat dan 500 m 2 hoeft geen archeologisch onderzoek te worden uitgevoerd. Uitgaande van het feit dat er voornamelijk bebouwing gesloopt zal worden zal de verstoring niet groter zijn dan 100 m 2 en dieper dan 30 cm mv. Een archeologisch onderzoek is daarom niet noodzakelijk. Bureauonderzoek Op basis van de bekende gegevens omtrent archeologische waarden in het gebied en geografische ligging kan worden geconcludeerd dat voor het plangebied een lage verwachting geldt voor archeologische resten uit de periode tot de late middeleeuwen. In de ijzertijd, Romeinse tijd en vroege middeleeuwen bestond de omgeving van het plangebied uit uitgestrekte veenmoerassen en veenplassen. Dit waren zeer ongunstige vestigingsgebieden. Vanaf het begin van de late middeleeuwen wordt de regio in toenemende mate ontgonnen en op plaatsen waar het veen niet is vergraven bestaat de mogelijkheid dat er archeologische resten uit deze periode hun neerslag hebben gevonden. Derhalve, gezien de ligging op een historische ontginningsas, geldt voor de periode late middeleeuwen en nieuwe tijd een hoge verwachting. Op basis van het bureauonderzoek kan worden gesteld dat het plangebied en de omgeving grotendeels verspoeld of verslagen is. De archeologische verwachting kan zodoende ook worden bijgesteld naar laag. Vermoedelijk is het gebied altijd te nat geweest om anders te gebruiken dan als weiland. Derhalve vormt de voorgenomen ontwikkeling geen bedreiging

21 voor het bodemarchief en wordt geadviseerd dat verder archeologisch onderzoek niet noodzakelijk is. 5.3 Bedrijf en milieuzonering Een goede ruimtelijke ordening voorziet in het voorkomen van hinder en gevaar van milieubelastende activiteiten. Dit betekent dat bij nieuwe ontwikkelingen voldoende afstand in acht moet worden genomen tussen bedrijven en woningen. De VNG-publicatie Bedrijven en milieuzonering editie 2009 is een hulpmiddel voor milieuzonering in de ruimtelijke planvorming. Met milieuzonering kan ervoor worden gezorgd dat nieuwe bedrijven op een verantwoorde afstand van gevoelige bestemmingen worden gesitueerd. Milieuzonering beperkt zich tot de milieuaspecten met een ruimtelijke dimensie: geluid, geur, gevaar en stof. De publicatie hanteert een tweetal verschillende omgevingstypen voor de richtafstanden; het omgevingstype 'gemengd gebied' en het omgevingstype 'rustige woonwijk / rustig buitengebied. Gemengde gebieden betreffen gebieden die langs hoofdinfrastructuur liggen en/of gebieden met matige tot sterke functiemenging. In een rustige woonwijk en buitengebied komen vrijwel geen andere functies voor. De richtafstanden gelden voor een gemiddeld nieuw bedrijf en gaan uit van het gebiedstype 'rustige woongebied'. Voor gemengde gebieden kunnen de richtafstanden, zonder dat dit ten koste gaat van het leefklimaat, met één afstandsstap worden verlaagd als van dit omgevingstype sprake is. De richtafstand geldt tussen enerzijds de bestemming die bedrijven (of andere milieubelastende functies) toelaat en anderzijds de uiterste situering van de gevel van een woning die volgens het bestemmingsplan of via vergunningsvrij bouwen mogelijk is. De gegeven afstanden zijn in het algemeen richtafstanden en geen harde afstandseisen. Onderzoek Vanwege de functiewijziging van de bedrijfswoning naar wonen aan de Drechtdijk 109 is een quickscan naar de bedrijven en milieuzonering uitgevoerd. Het plangebied kan worden aangeduid als een omgevingstype gemengd gebied, aangezien sprake is van een plan in stedelijk gebied, waarbij diverse bedrijven zich achter de lintbebouwing van de Drechtdijk bevinden. Bij de quickscan is gekeken naar bedrijven binnen een straal van 500 meter rondom het plangebied. In het landelijke en stedelijke gebied van de Kwakel komen nagenoeg geen bedrijven voor met milieucategorie 5.1 en hoger. De vermelde grootste richtafstanden in onderstaande tabel zijn op basis van omgevingstype gemengd gebied. Daarbij is tevens aangegeven welk milieuaspect de grootste richtafstand bepaalt. SBI-code Omschrijving Richtafstand Adres 011, 012, 013 Kassen 10 (geluid) Drechtdijk 56-58, 70 Steenwijkerveld 1, 7, 9, 11, 21 41, 42, 43 Bouwnijverheid 30 (geluid) Drechtdijk 36 301, 3315 vervaardigen van metalen schepen < 25m 100 (geluid) Voorling 6

22 2562, Overige metaalbewerkende 50 (geluid) Drechtdijk 87 3311 industrie 45204 Autoplaatwerkerijen 50 (geluid) Drechtdijk 34 494 Goederenwegvervoerbedrijven 30 (geluid) Drechtdijk 141 Kassen In De Kwakel zijn zeer veel kwekerijen voor snijbloemen en potplanten gelegen. Schuin tegenover de planlocatie aan de Drechtdijk 56-58 en 70 zijn glastuinbouwbedrijven aanwezig. Als richtafstand in gemengd gebied geldt 10 meter. In alle gevallen is de afstand tussen de kassen en de grens van de nieuwe woonpercelen groter. De afstand wordt ruimschoots gehaald. De glastuinbouwbedrijven aan de Steenwijkerveld liggen op nog grotere afstand van de planlocatie. Bouwnijverheid Het bedrijf aan de Drechtdijk 36, Schijf Grondboringen BV ligt op circa 325 meter van het plangebied, ruim verder dan de richtafstand van 30 meter. Goederenwegvervoer Aan de Drechtdijk 141 vinden vanuit het bedrijf Flexdrive besteltransporten plaats. De afstand tot de planlocatie is 350 meter, waarmee de richtafstand wordt gehaald. Ook hier vindt geen inperking van milieuruimte plaats. Bedrijventerrein Voorling Aan de Voorling 6, bij Bakker Botenservice, worden plezierjachten gemaakt en gerepareerd. De feitelijke afstand tot het plangebied bedraagt circa 240 meter. De overige bedrijfspercelen aan de Voorling zijn inwaarts gezoneerd ten opzichte van gevoelige functies in de nabijheid. De hoogst toegestane milieucategorie is 3.2. Deze zone ligt op circa 300 meter van het plangebied, waardoor ruimschoots aan de richtafstand wordt voldaan. Metaalbewerkende industrie De autoplaatwerkerij aan de Drechtdijk 34 bevindt zich op ruim 275 meter van het plangebied. Dit is ruim meer dan de richtafstand van 50 meter die in gemengd gebied kan worden aangehouden. Voor overige metaalbewerkende industrie geldt een richtafstand van 50 meter als op het buitenterrein werkzaamheden worden verricht. Aan de Drechtdijk 87 is een constructiewerkbedrijf gelegen. De afstand tot het plangebied bedraagt circa 250 meter, waardoor ruimschoots aan de richtafstand wordt voldaan. Veehouderij Voor veehouderijen waar rundvee wordt gehouden geldt op basis van geur een grootste richtafstand van 100 meter. Aan de Drechtdijk 125 is een veehouderij met rundvee gelegen. De afstand tot het plangebied bedraagt 190 meter. Tussen de rundveehouderij en de nieuwbouwwoning liggen meerdere woningen van derden. Deze woningen zijn maatgevend voor de rundveehouderij, waardoor gesteld kan worden dat de nieuwbouwwoning de milieuruimte van de rundveehouderij niet inperkt.

23 Conclusie Geconcludeerd wordt dat de richtafstanden nergens worden overschreden of tot belemmeringen leiden. De nieuwe bestemming zal de bedrijven in de omgeving niet inperken. 5.4 Bodemkwaliteit Op grond van artikel 3.1.6 lid 2 van het Besluit ruimtelijke ordening (2008) moet een bodemonderzoek worden verricht om de realiseerbaarheid van een (bestemmings)wijziging te beoordelen. Door middel van onderzoek dient te worden vastgesteld of de bodemkwaliteit voldoet aan de kwaliteitseisen zoals vastgesteld voor de van toepassing zijnde of beoogde gebruiksfunctie. Verkennend bodemonderzoek Door Aeres Milieu B.V. is in januari 2014 een verkennend bodemonderzoek 1 uitgevoerd op een locatie gelegen aan de Drechtdijk 109 in De Kwakel. Uit de analyseresultaten blijkt dat de bovengrond licht verontreinigd is met kobalt en molybdeen. In de ondergrond zijn geen van de onderzochte componenten gemeten in een gehalte verhoogd ten opzichte van de (berekende) achtergrondwaarde. Het freatisch grondwater is licht verontreinigd met barium, xylenen en naftaleen. De resultaten van dit bodemonderzoek geven geen aanleiding tot het uitvoeren van een aanvullend of nader bodemonderzoek. De aangetroffen lichte verontreinigingen in de bovengrond kunnen wel bij grondafvoer beperkingen opleveren ten aanzien van het (her)gebruik van de grond omdat dan veelal andere normen gelden. Ten aanzien van hergebruik van deze grond elders is het Besluit Bodemkwaliteit van toepassing. Het grondwater ter plaatse van de onderzoekslocatie is niet multifunctioneel toepasbaar. Het wordt daarom afgeraden het freatisch grondwater te gebruiken voor consumptie, besproeiing of proceswater. Conclusie De milieuhygiënische conditie van de bodem vormt geen belemmering voor de voorgenomen planontwikkeling. 5.5 Externe veiligheid Bij externe veiligheid gaat het om de gevaren voor de directe omgeving in het geval dat er iets mis gaat tijdens de productie, het behandelen of het vervoer van gevaarlijke stoffen. De verbonden risico s moeten beperkt blijven. Hiervoor worden normstellingen gehanteerd: Het plaatsgebonden risico is vooral gericht op de te realiseren basisveiligheid voor burgers; het groepsrisico stelt beperkingen aan de maatschappelijke ontwrichting als gevolg van calamiteiten met gevaarlijke stoffen. In het Besluit Externe Veiligheid 1 Aeres Milieu, Verkennend bodemonderzoek Drechtdijk 109 in De Kwakel, gemeente Uithoorn, AM14007, 23 januari 2014

24 Inrichtingen (BEVI) is vastgelegd dat voor iedere toename in het groepsrisico een verantwoordingsplicht geldt, ongeacht of er door de wijziging een norm wordt overschreden. Inventarisatie van risicobronnen Bij de inventarisatie van de risicobronnen is gebruik gemaakt van de risicokaart van de provincie Noord-Holland. Afbeelding 7 Uitsnede risicokaart Noord-Holland Inrichtingen De Risicokaart van Noord-Holland geeft aan dat in de omgeving van het plangebied geen risicovolle bedrijven aanwezig zijn die de externe veiligheid beperken. Transport over de weg Ten zuid/zuidwesten van het plangebied loopt de N231 (op circa 350 meter). De N231 is niet aangewezen als een weg waarover vervoer van gevaarlijke stoffen plaats vindt. Uit de Risicoatlas wegtransport gevaarlijke stoffen blijkt dat geen van de in de omgeving aanwezige wegen een 10-6 risicocontour heeft. Transport over Water In de risicoatlas voor vervoer gevaarlijke stoffen over water (2003) is de Amstel, ten oosten van uithoorn, niet aangewezen als hoofdvaarweg. Hieruit kan gesteld worden dat over de Amstel weinig tot geen vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt. Binnen of in de directe omgeving van het plangebied is geen vaarweg die relevant is in het kader van externe veiligheid. Op 18 december 2012 heeft er voorpublicatie plaatsgevonden van het ontwerpbesluit externe veiligheid transportroutes (Btev). In dit besluit staan regels op het gebied van externe veiligheid voor de ruimtelijke inrichting rond wegen, waterwegen en spoorwegen met vervoer van gevaarlijke stoffen. Er worden bijvoorbeeld verplichte veiligheidsafstanden tot deze transportroutes vastgelegd. Hieruit blijkt dat de Amstel verder geen toetsafstand heeft.

25 Afbeelding 8 Kaart Basisnet Water Transport over spoor Uit de risicoatlas voor vervoer van gevaarlijke stoffen over het spoor blijkt dat er in het plangebied en in de directe omgeving geen spoorweg aanwezig is die relevant is in het kader van externe veiligheid. Transport per Buisleidingen In of in de directe nabijheid van het plangebied zijn geen buisleidingen aanwezig die een beperking vormen in het kader van externe veiligheid. De dichtstbijzijnde buisleiding ligt op meer dan 2500 meter van het plangebied. 5.6 Flora en fauna Door Elsken Ecologie is een ecologische quickscan 2 uitgevoerd om de consequenties met betrekking tot natuur in kaart te brengen. Dit is gedaan middels een literatuurstudie en een veldinspectie. Deze quickscan is bedoeld om te onderzoeken of de geplande ruimtelijke ontwikkelingen een negatief effect hebben op door de natuurbeschermingswet beschermde gebieden en/of de instandhoudingsdoelen van Natura-2000 gebieden, of dat er aanvullend onderzoek nodig is om de effecten van de geplande ingrepen op een natura-2000 gebied te beoordelen. Activiteiten waarbij schade wordt gedaan aan beschermde flora en fauna zijn krachtens de flora- en faunawet verboden tenzij dit uitdrukkelijk is toegestaan (het nee, tenzij principe). De Flora- en faunawet kent, naast de zorgplicht, een aantal verbodsbepaling welke relevant zijn voor onderhavige toetsing. Deze quickscan is er op gericht om te bepalen of er een overtreding plaatsvindt van (een van) de verbodsbepalingen. Onderzoek Het perceel aan de Drechtdijk 109 ligt aan de rand van de ecologische hoofdstructuur (EHS). Voor de Ecologische Hoofdstructuur geldt voor nieuwe projecten het 'nee, tenzij'- regime. Een project dat de natuur 'significant' aantast, mag niet worden toegestaan in het bestemmingsplan tenzij: 2 Elsken Ecologie, Ecologische quickscan Drechtdijk 109, 22 januari 2014.