De datering van het Houten Huys op het Begijnhof Nieuwe gegevens over het oudste huis van Amsterdam



Vergelijkbare documenten
De datering van het Houten Huys op het Begijnhof. Nieuwe gegevens over het 'oudste' huis van Amsterdam van Tussenbroek, G.

Dendrochronologische onderzoeken in Bergen op Zoom

Toelichting op de bouwhistorische verwachtingenkaart Verborgen geschiedenis achter de gevels van Dordrecht

Fotoquiz Theo Bakkers Domein 2015

BG-10. Bouwhistorie. Lesbrief BG-10

Bijlage: beschrijving van de panden met cultuurhistorische waarden

Het huis had een houten skelet, daartussen fistelstek besmeerd met leem.

Bouwhistorische waarneming Wegje 1/Apenspel 5, Enkhuizen

Historisch hout in Amsterdamse monumenten

Zwolle. Melkmarkt 7 en 9

De achterkant van Kampen door Ernst Hupkes

IN HOLLAND STOND EEN HUIS

Drempt. Rapport Ned. 52. Gld. 4.

Op eigen houtje. Onderzoek naar de ontwikkeling en verspreiding van het houtskelet in Nederlandse woonhuizen

Interview. Bouwhistoricus Ronald Glaudemans. Thuis in de binnenstad

Historisch beeldmateriaal Vanaf het jaar van de oudste weergave van de ruimte (tekening 1768) is het vertrek in hoofdopzet onveranderd gebleven.

Bouwhistorisch onderzoek

Dorpsstraat 25 Ilpendam

1.6 Reconstructie van de noordzijde van de Markt, omstreeks 1500 (AEH, RG)

Op de tekening van het Huis te Lathum is de oude woontoren nog aanwezig. Deze zou later in de Tweede Wereldoorlog door de Duitsers opgeblazen worden.

Koker. Shute. Stortkanalen in muren Shutes in walls

Over de kerk van Marum

Geweldigershoek 2. Langs- en dwarsdoorsnede kapconstructie en zolderplattegrond van het hoofdhuis op de hoek. Geweldigershoek

Hout van het onderzoek aan de Heiligeweg in Krommenie, gemeente Zaanstad (Noord-Holland)

Informatiekaart Sint Walburgiskerk. Werkgroep Bouwhistorie Zutphen. Walburgiskerk

Opgraving Davidstraat-Romeinstraat Enkhuizen. Een eerste stand van zaken.

DE ONTWIKKELAAR - DE ONTWERPER

Monumentenregister Nijmegen. Register van beschermde monumenten krachtens de Nijmeegse Monumentenverordening

Bouwhistorische waarneming H.J. Schimmelstraat 12, Enkhuizen

Bouwhistorisch en Archeologisch

Cultuurhistorische inventarisatie gemeente Groningen Gemeente Groningen, dienst RO/EZ, afdeling Bouw- Woningtoezicht en Monumenten

Een bouwhistorische inventarisatie in Harderwijk

BOUWHISTORISCH RAPPORT VIJZELSTRAAT 69-71, ENKHUIZEN

Bouwhistorische beschrijving Breedstraat 95, Enkhuizen

Vloer op balklaag, baksteen

Het kasteel begin 19e eeuw. Naar een gouache van J.A. Knip. RHCe, fotocollectie nr

De punt op de i van de restauratie

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Napoleonsweg 72. Kadastrale aanduiding : HLN02 sectie A nr(s) 3891 Coördinaten : x: y:

Project 434: Bureaustudie Actualisering archeologische verwachting nieuwbouwlocatie Stadhuiskwartier. Interne Rapportages Archeologie Deventer 55

Typering van het monument: Woonhuis uit 1896 dat deel uitmaakt van de historische bebouwingsstructuur van de dorpskern Hunsel.

BOUWHISTORISCHE INVENTARISATIE

Typering van het monument: Vrijstaand negentiende-eeuws woonpand van twee bouwlagen met karakteristiek dakoverstek.

stad 2013 Het Hinckaertshuis na ruim 700 jaar te boek gesteld Inleiding

Verl. A. Hanhnweg 10. Adviesnummer 373 Adres Verl. A. Hanhnweg 10. Naam monument - Oorspronkelijke functie Woonhuis Datum plaatsing

Houtsoorten gebruik bij molens. Hout als bouwmateriaal voor een werktuig

Gevel. Opgeknapt in : 2009 gerestaureerd en gepolychromeerd door Schildersbedrijf Iquality van Daniel van Schaik, uitvoerend schilder Ivo Schouten.

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Margarethastraat 33

Typering van het monument: Vrijstaande villa uit de jaren dertig in een kenmerkende baksteenarchitectuur gebouwd als burgemeesterswoning.

Bescherming bouwhistorie monumenten 2e groep

Cultuurhistorische verkenning Zandwijksingel Woerden. Datum 2 mei 2011

Archeologische inventarisaties

BESCHRIJVING VAN DE BOERDERIJEN EN BIJGEBOUWEN T.B.V. DE INSTANDHOUDING OF SLOOP VAN DE BIJGEBOUWEN EN ERFVERBETERING.

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Dorpstraat 45

Rapport BOUWHISTORIE BOUWHISTORISCHE VERKENNING. GVB architecten. Voorstraat Noordwijk

)( )( Gemeente Amsterdam 1 0 SEP a. H 6. Bureau Monumenten & Archeologie

Houtbouw en funderingen in de Zaanstreek P. Kleij, gemeentelijk archeoloog Zaanstad, Wormerland en Oostzaan.

Bouwhistorisch onderzoek

Ruimtelijke motivering ten behoeve van een dakopbouw op het pand van de voormalige V&D aan de Schapenmarkt 4-6

BOUWHISTORISCH RAPPORT BREEDSTRAAT 63, ENKHUIZEN

besluit van burgemeester en wethouders

Dordrecht Ondergronds 33

Nieuwsbrief mei Onderzoek naar resten Kasteel Rietwijk

Dendrochronologisch onderzoek

Datum bezoek: september 2015 Datum rapport: 7 oktober 2015 Naam rapporteur: Marielle Vrijkotte. Overzicht cultuurhistorische waarden Spanjaardsdijk 52

Hoeve uit ca. 1900; woonhuis gemoderniseerd in 1930 & 1965.

Jonge Stedenbouwkundigen

Typering van het monument: Vrijstaand woonhuis uit 1935 met karakteristieke ronde erker met glas-in-loodramen.

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort

Typering van het monument: Voormalige boerderij met woongedeelte in een traditionele, negentiende-eeuwse bouwstijl.

Typering van het monument: Karakteristiek woonhuis voorzien van een pleisterlaag op L-vormige plattegrond daterende uit circa 1910.

Bouwjaar : : Woonhuis, twee onder één kap : Traditionalistisch / Delftse School

Venlo, verrassend middeleeuws

Oude Houtlei 110 & Wellingstraat 1: Hotel Verhaegen-Lammens

Herstel van 500 jaar oude

BIBLIOTECA NACIONAL ARUBA. Monumenten op Aruba

Een aantal palen staat in het beschermde gezicht. Aantal onderdelen behorend tot het beschermde 6 monument

Restauratie van een winkel/woning in Amersfoort

In een vorig artikel is uiteengezet hoe de monumentenwet

REDENGEVENDE BESCHRIJVING BOERDERIJCOMPLEX. bouwjaar : Voorhuis: 1926, achterhuis: omstreeks 1900 architect : -

-Detective en restaurator- raadsel opgelost van 16 de eeuwse eiken kast

Hijswerktuig. Zie CiITblad Hijswerktuig 01. G. Dubbeld November 1961 Schaal 1:50 UDC DOCblad Plaats Gebouw Omschrijving

2 2 FEB Provincie: West-Vlaanderen. Gemeente: Kortrijk, 1ste afdeling, sectie G

gezien er ook al over erf wordt gesproken, slaat het begrip waarschijnlijk op een bebouwd stuk erf. Verderop in de akte

Gevels: Het pand is opgetrokken in bruine baksteen, gemetseld in kruisverband en platvol gevoegd. De gevels hebben een gepleisterde plint.

Hij moet avond aan avond bezig zijn geweest

De Rosmolen te Kampen

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort

Waardestelling Keizersgracht 406

Het clubhuis van de Amsterdamsche Golflinks, tegenwoordig Amsterdam Old Course geheten

Complexnummer:

Competentie: Leergebied: Zuid Nederland. In bijna elke stad en elk dorp vind je wel een oud gebouw. Soms is dit het station, soms het stadhuis.

CULTUURHISTORISCHE GEGEVENS SINT AGATHAPLEIN-PRINSENHOFTUIN

ENIGE ECHTE THUISHAVEN TEKST: MARIE MASUREEL - FOTOGRAFIE: HENNY VAN BELKOM TIJDLOOS 21

hij qua positie onderdeel van

EEN VERKENNEND KLEURONDERZOEK AAN DE VOORGEVEL

Wonen in een monumentaal huis

Monumentnummer*:

Zwiepseweg 27. Adviesnummer 210 Adres Zwiepseweg 27. Naam monument - Oorspronkelijke functie Woonhuis Datum plaatsing monumentenlijst

Kerngegevens gemeentelijk monument: : restanten voormalige brouwerij Theelen Adres : Hanssum 40b en 42

Cultuurhistorische inventarisatie gemeente Groningen Gemeente Groningen, dienst RO/EZ, afdeling Bouw- Woningtoezicht en Monumenten

Transcriptie:

Amstel_97-4_Tussenbroek 28-10-2010 21:02 Pagina 1 GABRI VAN TUSSENBROEK De datering van het Houten Huys op het Begijnhof Nieuwe gegevens over het oudste huis van Amsterdam Over de datering van de vroegst bewaard gebleven huizen van Amsterdam bestaat nog veel onduidelijkheid. Zo wordt het Houten Huys op het Begijnhof kort na de stadsbrand van 1452 gedateerd. De criteria voor deze datering zijn echter discutabel. Recent dendrochronologisch onderzoek maakt nu meer duidelijk over de werkelijke ouderdom van het Houten Huys. I N DE AFGELOPEN JAREN is bij dendrochronologisch onderzoek (jaarringenonderzoek van hout) een groot aantal dateringen van oude gebouwen in de Amsterdamse binnenstad verkregen. 1 Deze dateringen geven soms nieuwe inzichten in de ouderdom van de onderzochte gebouwen en het gebruik van bouwhout in het verleden. Een van de grote verrassingen van dit soort onderzoek is het feit dat enkele van Amsterdams oudste huizen minder oud bleken te zijn dan aanvankelijk werd gedacht. Zo werd al in de jaren negentig ontdekt dat het huis Prins Hendrikkade 35 waarvan in 1987 werd vastgesteld dat het een huis betrof uit het tweede kwart van de vijftiende eeuw in werkelijkheid pas na 1530 was gebouwd. 2 Het pand Zeedijk 1, Het Aepgen, dat nog een houten gevel heeft en waarvan daarom vroeger werd aangenomen dat dit het oudste huis van Amsterdam was 3, bezit renaissanceprofileringen en bleek bij dendrochronologisch onderzoek in het begin van de jaren negentig niet voor 1550 te zijn gebouwd. 4 Ook het pand Warmoesstraat 38, waarvan men op grond van de gotische sleutelstukken aannam dat het in de vijftiende eeuw was gebouwd, bleek in werkelijkheid pas rond 1540 tot stand te zijn gekomen. 5 Een dendrochronologisch onderzoek van Begijnhof 34 levert nu ook inzicht in de bouwtijd van dit oudste huis van Amsterdam. HET BEGIJNHOF IS, naast de Warmoesstraat en de Nieuwendijk, een van de plaatsen waar de oudste huizen van Amsterdam zijn te vinden. Het Begijnhof lijkt door de stadsbranden van 1421 en 1452 te zijn getroffen en nog bouwsubstantie van kort na 1452 te bevatten. Zekere dateringen van de panden rond de Engelse Kerk waren er tot voor kort echter niet. De restauratie 6 van het Houten Huys, Begijnhof 34, was in 1955-57 aanleiding voor een uitgebreid onderzoek naar het pand. In Maandblad Amstelodamum werd destijds geconcludeerd dat het huis niet alleen het oudste van Amsterdam, maar zelfs het oudste houten huis van heel Nederland was. 7 Zonder hier op die laatste stelling in te gaan, moet worden gezegd dat de datering van het huis in 1957 uiterst onzeker was. Mejuffrouw Van Eeghen dateerde het pand tussen 1453 in plaats van 1452, het jaar waarin op 25 mei de laatste grote stadsbrand plaatsvond en 1500, een nogal willekeurige terminus ante quem 8, en de vraag hoe oud het Houten Huys nu werkelijk was, bleef sindsdien onbeantwoord. Ook in de Amstelodamum 97-4 [2010] 1

Amstel_97-4_Tussenbroek 28-10-2010 21:02 Pagina 2 1 Het Houten Huys aan het begin van de twintigste eeuw. Bureau Monumenten & Archeologie. jongere literatuur is een grote spreiding te vinden, van het begin van de vijftiende eeuw, 9 het midden van de vijftiende eeuw 10, derde kwart of de tweede helft van de vijftiende eeuw. 11 Deze dateringen zijn vooral gebaseerd op de gotische versiering van de sleutelstukken onder de balken, een vormentaal die in Amsterdam echter nog tot zeker 1550 is toegepast. 12 Van het Houten Huys resteerden tijdens het bouwhistorisch onderzoek in juli 1955 nog slechts gedeelten. Deze werden bij de daarop volgende restauratie zoveel mogelijk behouden, zodat er tegenwoordig nog voldoende onderdelen voor houtonderzoek aanwezig zijn (afb. 1). Op 7 september 2010 werden met behulp van een holle boor vier monsters uit de historische onderdelen van het Houten Huys genomen. 13 De eerste twee monsters waren afkomstig uit de 2 Amstelodamum 97-4 [2010]

Amstel_97-4_Tussenbroek 28-10-2010 21:02 Pagina 3 2 De aangetroffen historische houten onderdelen in Begijnhof 34, tijdens het onderzoek in 1955, met daarin aangegeven de balken die bemonsterd werden. Tekening Henk Zantkuijl. Bureau Monumenten & Archeologie. balken van het souterrain, te weten de tweede en de derde moerbalk vanuit de voorgevel. Het derde en vierde monster werden op de bel-etage in het trappenhuis genomen; uit een korbeel aan de linkerzijde, uit het tweede gebint vanuit de voorgevel, en uit de moerbalk van het derde gebint (afb. 2). DE DATERING VAN HET HOUTEN HUYS Drie van de vier monsters uit het Houten Huys beschikten over voldoende jaarringen, en bleken onderling te correleren, wat wijst op een herkomst uit één partij hout. Deze onderlinge correlatie van de monsters sluit uit dat er sprake is van een toevallig vervangen balk die het gevolg kan zijn van een reparatie naar aanleiding van bijvoorbeeld een verrotte balkkop. Het eerste monster was afkomstig van een boom die rond 1528 werd gekapt, het tweede monster leverde een datering van 1525 plusminus tien jaarringen op 14, en het vierde monster was van kort na 1526, waarbij hooguit enkele jaarringen ontbraken. Dit betekent dat het Houten Huys niet Amstelodamum 97-4 [2010] 3

Amstel_97-4_Tussenbroek 28-10-2010 21:02 Pagina 4 eerder is gebouwd dan 1528 of 1529. Dit is driekwart eeuw later dan de stadsbrand van 1452, die tot nog toe als belangrijkste referentie diende voor een terminus post quem. 15 Deze veel jongere datering heeft implicaties voor het beeld dat we van het middeleeuwse Amsterdamse woonhuis hebben. Zoals dat met meerdere panden aan de Warmoesstraat en de Prins Hendrikkade al het geval was, blijkt ook Begijnhof 34 aanzienlijk jonger te zijn dan op grond van de gotische profilering van sleutelstukken was aangenomen. Hoewel het door deze veel latere datering nog steeds het vroegst gedateerde huis van Amsterdam is, blijken we de vroegste huizen van de stad steevast veel later te moeten dateren dan kort na 1452, het jaar van de laatste stadsbrand. Dit betekent dat voor zover er nu dateringen beschikbaar zijn de stad rond 1530 een enorme bouwactiviteit heeft gekend, die in de bouwhistorische literatuur tot nog toe nauwelijks aandacht heeft gekregen. Verdichting en verhoging van de bebouwing gingen gepaard met de verstening van de huizen. Dit proces was in volle gang toen Cornelis Anthonisz in 1538 zijn vogelvlucht van de stad schilderde. Als reden voor deze bouwactiviteit moet de enorme toename van de handel en de grote bevolkingsgroei zijn geweest, die zich sinds de late vijftiende eeuw voordeed. Tussen 1498 en 1514 verviervoudigden de verpachtingscijfers van de kraan. Tussen 1475 en 1514 nam de bevolking toe van ruim achtduizend naar ruim elfduizend. 16 Rond 1560 bedroeg het inwonertal zelfs 27.000. De weerslag van deze ontwikkeling op het bouwen is in de literatuur in de schaduw komen te staan van de nog veel grotere en omvangrijkere stadsuitbreidingen en bouwactiviteiten na 1585. Voor de periode 1514 tot 1560 is echter berekend dat het aantal huizen van ongeveer 2500 tot bijna 5500 groeide. 17 Vooral tussen 1540 en 1565 heeft Amsterdam een stormachtige ontwikkeling doorgemaakt 18, die tot uitdrukking komt in de huisbouw. Een extra reden voor deze grote vernieuwingsslag is dat veel huizen na de brand van 1452 inderhaast zullen zijn herbouwd, bovenop bestaande funderingen. 19 Het versteningsproces waarbij de houten skeletten van bakstenen zijmuren werden voorzien werd door het stadsbestuur vanaf dat moment krachtig gestimuleerd. Deze zwaardere bouwwijze noopte de bouwers tot het leggen van nieuwe funderingen, wat tot een ingrijpende vernieuwing van het huizenbestand heeft geleid. Het zal in de toekomst moeten blijken of er nog oudere huizen in de Amsterdamse binnenstad behouden zijn dan Begijnhof 34, maar voorlopig biedt deze datering een aanleiding om extra kritisch te zijn op de datering van vroege woonhuizen, en moet er inmiddels ernstig rekening mee worden gehouden, dat de oudste huizen van de stad zo n 75 jaar jonger zijn dan toch nog toe werd aangenomen. 4 Amstelodamum 97-4 [2010]

Amstel_97-4_Tussenbroek 28-10-2010 21:02 Pagina 5 Gabri van Tussenbroek is als bouwhistoricus werkzaam voor Bureau Monumenten & Archeologie van de gemeente Amsterdam. 1 G. van Tussenbroek, Dendrochronologisch onderzoek in Amsterdam (1490-1790). Bouwhout als materiële bron, Stadsgeschiedenis 4 (2009) 2, p. 135-165. 2 Het houtskelet bevindt zich in het Zuiderzeemuseum te Enkhuizen. Het dendrochronologisch onderzoek werd in 1997 uitgevoerd door Roald Rozendaal, destijds onderzoeksbureau IBID. Met dank aan Rob Gruben en Sjoerd van Daalen, onderzoeksbureau BAAC bv s-hertogenbosch/ Deventer, e-mail van 12 september 2010. 3 C. Visser, Het oudste huis van Amsterdam, Heemschut 2 (1925), 84-86. In 1958 zette Ruud Meischke dit misverstand al recht: R. Meischke, Het oudste huis van Amsterdam «De Elent» en «Den Ouden Aep», Heemschut 35 (1958) 1, p. 13-18. 4 R. Meischke e.a., Huizen in Nederland. Amsterdam. Architectuurhistorische verkenningen aan de hand van het huizenbezit van de Vereniging Hendrick de Keyser, Zwolle, Amsterdam 1995, p. 163. 5 Van Tussenbroek, Dendrochronologisch onderzoek, p. 149-150. Dit geldt ook voor Warmoesstraat 139 (na 1548). Zie hierover M.H. Vink, Amsterdam, Warmoesstraat 139, dendrochronlogische rapportage. BAAC-rapport 04.227, Deventer 2004. Het hout van Kloveniersburgwal 12 werd in 1498 gekapt, maar hier betrof het een kloostervleugel, die later is omgebouwd tot woonhuizen. Dendrochronologische datering B. Heußner, Petershagen, 10 oktober 2009. Ook elders in de stad is oudere bebouwing aangetroffen, maar het betreft hier niet als zodanig gebouwde woonhuizen. 6 Bij de restauratie werden gelukkig herkenbare keuzes gemaakt en werd zoveel mogelijk oorspronkelijk materiaal behouden. 7 I.H. van E[eghen], Het oudste huis van Amsterdam, Maandblad Amstelodamum 44 (1957), p. 113-116: 113. 8 Het valt niet te betwijfelen dat het huidige huis een voorganger heeft gehad. De vroegste schriftelijke vermelding van het huis stamt uit 1505, maar daarbij moet het om een ouder huis dan het nog bestaande zijn gegaan. Van Eeghen, Het oudste huis, p. 114. Zie voor de bewoningsgeschiedenis aldaar. 9 Meischke e.a., Huizen in Nederland, p. 22. 10 H. J. Zantkuijl, De middeleeuwse huizen op het Begijnhof, De Lamp 17 (1983), p. 1-8: 3. 11 Zie bijvoorbeeld H. J. Zantkuyl, Bouwen in Amsterdam. Het woonhuis in de stad. Volledige herdruk in één band met addenda en geïntegreerd register, Amsterdam 1993, p. 44, J. Kruizinga e.a., Het XYZ van Amsterdam, uitgave 2002, p. 118 en G. van Dijk, Van Der Beghinenlande tot Begijnhof. De geschiedenis van het Begijnhof van 1307 tot heden, Amsterdam 2004, p. 111-114. 12 Vgl. R. Glaudemans en J. Smit, De houten stad. Het lange leven van het Amsterdamse houtskelet in: J. Gawronski, F. Schmidt, M.-Th. Van Thoor (red.), Monumenten & Archeologie 2, Amsterdam 2003, p. 25-39: 33. 13 De monstername geschiedde in samenwerking met mijn collega Dik de Roon. Dank gaat uit naar Paul Morel en Sylvia Deen (Stichting Het Begijnhof ) voor hun bereidwillige medewerking. 14 Een dergelijke plusminus waarde hangt samen met enkele ontbrekende ringen spinthout. 15 De uiteindelijke datering berust op de middenwaarde van de (gesynchroniseerde) monsters. Het betreft eiken dat mogelijk uit Nedersachsen afkomstig is, hoewel ook standaardcurves van België en de Nederrijn relatief goede waarden opleverden. Analyse B. Heußner, Petershagen, 13 september 2010. 16 H. Kaptein, Poort van Holland. De economische ontwikkeling 1200-1578 in: M. Carasso- Kok (red.), Geschiedenis van Amsterdam. Een stad uit het niets, tot 1578, Amsterdam 2004, p. 109-173: 150-151. 17 B. Speet, Verstening, verdichting en vergroting in: Carasso-Kok, Geschiedenis van Amsterdam, p. 75-107: 93. 18 Kaptein, Poort van Holland, p. 170. 19 Vgl. Meischke e.a., Huizen in Nederland, p. 17. Amstelodamum 97-4 [2010] 5