QUESTION Q0 Text Q0B COMMENTS year (1900 TO current year - 12) under 12: reject 12-14: ask permission Wat is uw geboortejaar? U heeft de toestemming van (één van) uw ouders nodig indien u aan deze meting wenst deel te nemen. Geeft u uw kind toestemming om deel te nemen aan deze meting? DUTCH VERSION (FINAL) In het kader van dit onderzoek wordt er data over bezochte websites verzameld. Deze data wordt enkel op geaggregeerd niveau gepresenteerd, en op geen enkele wijze zal het mogelijk zijn individueel gedrag te identificeren. Indien u meer wil weten over hoe we uw privacy en die van uw kind(eren) beschermen, klik dan hier. Q11A Woont u in België? 1: Ja 2: Neen Q11B (min. 1000 / max. 9999) numeric 1000-9999 Wat is uw postcode? General Internet Usage Q1 Hoe vaak maakt u gewoonlijk gebruik van internet? Q1b De dagen dat u internet gebruikt, hoeveel tijd spendeert u hier dan gemiddeld aan? 1: 7 dagen per week 2: 5 of 6 dagen per week 3: 3 of 4 dagen per week 4: 1 of 2 dagen per week 5: Minder dan 1 dag per week 6: Minder dan 1 dag per maand 1: minder dan een uur 2: 1 tot 2 uur 3: 3 tot 4 uur 4: 5 tot 6 uur 5: 7 uur of meer
Q2 multiple + open text Heeft u de voorbije maand op één van volgende toestellen wel eens internet gebruikt (bv. om te surfen, e-mails te versturen of te ontvangen, online te bankieren, sociale netwerken te gebruiken, )? Meerdere antwoorden mogelijk Q3 Questionnaire will be used both for cookie as for mobile cookie panel, adapt devices according to type of questionnaire Gebruikt u nu, om deze vragenlijst in te vullen, een... 1. Vaste computer (desktop) 2. Draagbare computer (laptop) 3. Tablet 4. Smartphone (mobiele telefoon met internettoegang) 5. Draagbare multimediaconsole (bv. Playstation Portable, Nintendo DS,...) 6. TV-toestel 7. Een ander toestel: 1. Vaste computer (desktop) 2. Draagbare computer (laptop) 3. Tablet 4. Smartphone (mobiele telefoon met internettoegang) 5. Draagbare multimediaconsole (bv. Playstation Portable, Nintendo DS,...) 6. TV-toestel Q4 Bent u de enige die internet gebruikt via dit toestel? Q4b (If Q4=2) Wat is uw aandeel in het totale internetgebruik van dit toestel? Q5 (If Q4 =2) (both) Together on 1 screen? Worden er verschillende accounts (logins) op dit toestel gebruikt? 1: Ja 2: Nee 1: Ik ben de voornaamste gebruiker van dit toestel 2: Ik gebruik dit toestel even veel als de andere gebruiker(s) 3: Ik gebruik dit toestel minder dan andere gebruiker(s) 4: Ik weet het niet 1: Ja 2: Nee 3: Ik weet het niet If Q5=1 Welke login gebruikt u op dit toestel? 1: Ik gebruik dezelfde login als andere gebruikers 2: Ik gebruik mijn eigen login 3: Ik weet het niet Q6 (If Q3=1 Vaste computer) Single Staat deze vaste computer If (Q6 = 3 OR Q6 = 4 OR Q6 = 5) STOP the interview (screenout) 1. bij u thuis 2. op uw werk 3. op school of aan de universiteit 4. bij vrienden of kennissen 5. elders
Q7 (If Q3=2 laptop) Gebruikt u deze draagbare computer... 1. voornamelijk bij u thuis 2. voornamelijk op uw werk 3. voornamelijk op school of aan de universiteit 4. op verschillende plaatsen Q8 (If Q3=3 Tablet) Gebruikt u deze tablet... 1. voornamelijk bij u thuis 2. voornamelijk op uw werk 3. voornamelijk op school of aan de universiteit 4. op verschillende plaatsen BASIC Sociodemographic variables Q9 Wat is uw geslacht? 1. Man 2. Vrouw Q12 Wat is het hoogste onderwijsniveau dat u met succes hebt voltooid, ofwel in avondschool ofwel in dagonderwijs? 1: lagere school of geen diploma 2: lager algemeen secundair onderwijs (de eerste drie jaren 3: lager secundair technisch, artistiek of beroepsonderwijs (de eerste drie jaren 4: hoger algemeen secundair onderwijs (de laatste drie jaren 5: hoger secundair technisch of artistiek onderwijs (de laatste drie jaren 6: hoger secundair beroepsonderwijs (de laatste drie jaren 7: kandidaat, bachelor (academisch of professioneel), graduaat 8: licenciaat, master, postgraduaat, niet-universitair hoger onderwijs van het lange type 9: licenciaat met aanvullend diploma, master na master 10: doctoraat met thesis Q13 Welke categorie beantwoordt het best aan uw huidige beroepssituatie? 1: ik ben leerling student in opleiding 2: ik werk voltijds 3: ik werk deeltijds 4: ik heb tijdelijk mijn arbeidsprestaties opgeschort / ik geniet van tijdskrediet 5: momenteel heb ik geen werk
Q14 (If Q13=5) Welke omschrijving past het best bij u? 1: ik ben huisman huisvrouw 2: ik ben arbeidsongeschikt 3: ik ben werkloos 4: ik ben met prepensioen met brugpensioen 5: ik ben gepensionneerd 6: andere Q15 (If Q13= 2 or 3 or 4) Q16 (If Q13= 2 or 3 or 4) Q17 (IF Q16 = 1 or 2 or 3 or 6 or 7 or 8 or 9) Wat is uw beroepsstatuut (voor uw hoofdberoep)? Welke van de volgende categorieën beschrijft het best uw beroep? Voor hoeveel werknemers bent u verantwoordelijk? 1: zelfstandige 2: werknemer in de openbare sector 3: werknemer in de privésector 1: landbouwer 2: ambachtsman 3: handelaar, industrieel 4: arbeider 5: bediende 6: middenkader (bv. hoofd van dienst of afdeling,...) 7: lid van de algemene directie, hoger kaderlid (bv. directeur, beheerder,...) 8: vrij beroep 9: freelance, andere zelfstandige 1: 0 2: van 1 tot 5 3: van 6 tot 10 4: 11 of meer Q18 (if Q16=4) Bent u? 1: geschoolde arbeider 2: ongeschoolde arbeider Q19 (if Q16=5) Bent u? 1: bediende met hoofdzakelijk kantoorwerk 2: bediende met weinig of geen kantoorwerk Q20 numeric 0-15 Kan u aangeven hoeveel gezinsleden, Uzelf NIET meegerekend, permanent bij u wonen, of minstens de helft van de tijd (bv. tijdens de week, één week op twee) I I I gezinsleden Q21 (if Q20 >0 for numeric 0-99 Kan u de leeftijd van elk gezinslid opgeven? I I I jaar each) Q22 (if Q20 >0) Bent u meestal verantwoordelijk voor de keuze 1: Ja van de merken voor voedingsproducten, courante 2: Neen dranken en onderhoudsproducten voor het gezin?
Q23 (if Q20 >0) Wie heeft er het hoogste inkomen in uw gezin? 1: Ikzelf 2: Iemand anders Q24 (if NOT Q23 PI is Ikzelf - PI = MRI) Q25 (if NOT Q23 PI is Ikzelf - PI = MRI) Wat is het hoogste onderwijsniveau dat de voornaamste verantwoordelijke voor het inkomen met succes heeft voltooid, ofwel in avondschool ofwel in dagonderwijs? Welke categorie beantwoordt het best aan de huidige beroepssituatie van de voornaamste verantwoordelijke voor het inkomen? Q26 (if Q25 = 5) Welke omschrijving past het best bij de voornaamste verantwoordelijke voor het inkomen? 1: lagere school of geen diploma 2: lager algemeen secundair onderwijs (de eerste drie jaren 3: lager secundair technisch, artistiek of beroepsonderwijs (de eerste drie jaren 4: hoger algemeen secundair onderwijs (de laatste drie jaren 5: hoger secundair technisch of artistiek onderwijs (de laatste drie jaren 6: hoger secundair beroepsonderwijs (de laatste drie jaren 7: kandidaat, bachelor (academisch of professioneel), graduaat 8: licenciaat, master, postgraduaat, niet-universitair hoger onderwijs van het lange type 9: licenciaat met aanvullend diploma, master na master 10: doctoraat met thesis 11: ik weet het niet 1: leerling student in opleiding 2: werkt voltijds 3: werkt deeltijds 4: tijdelijk arbeidsprestaties opgeschort / geniet van tijdskrediet 5: momenteel geen werk 1: huisman huisvrouw 2: arbeidsongeschikt 3: werkloos 4: met prepensioen met brugpensioen 5: gepensionneerd 6: andere 7: weet niet
Q27 (if Q25 = 2 or 3 or 4) Q28 (if Q10 date of birth leads to age >= 36 years) Welke van de volgende categorieën beschrijft het best het beroep van de voornaamste verantwoordelijke voor het inkomen? Bent u grootvader of grootmoeder? 1: ja 2: nee Q29 (if Q28=1) multiple Hebt u kleinkinderen met een leeftijd van 1: 0 tot 2 jaar 2: 3 tot 5 jaar 3: 6 tot 11 jaar 4: 12 tot 14 jaar 5: 15 tot 17 jaar 6: 18 tot 24 jaar 7: 25 jaar en ouder 1: landbouwer 2: ambachtsman 3: handelaar, industrieel 4: arbeider 5: bediende 6: middenkader (bv. hoofd van dienst of afdeling,...) 7: lid van de algemene directie, hoger kaderlid (bv. directeur, beheerder,...) 8: vrij beroep 9: freelance, andere zelfstandige 10: weet niet Q30 Welke taal spreekt u het meest thuis? 1: Nederlands 2: Frans 3: Duits 4: Engels 5: Arabisch 6: Spaans 7: Italiaans 8: Pools 9: Turks 98: Andere: (specifieer) Q31 Spreekt u nog andere talen thuis? 1: ja 2: nee
Q32 (if Q31 = 1) multiple Welke taal is dat of welke talen zijn dat dan? 1: Nederlands 2: Frans 3: Duits 4: Engels 5: Arabisch 6: Spaans 7: Italiaans 8: Pools 9: Turks 98: Andere: (specifieer) Participation Q90 + open Wenst u deel te nemen aan de wedstrijd? (U maakt kans op..) Q91 IN PROGRESS Software panel question(s) Q92A (If Q90 = 1. Ja) Mag het CIM u in de toekomst uitnodigen om deel te nemen aan andere media-onderzoeken? 1. Ja, verwittig mij op volgend e-mailadres [..] 2. Nee, ik wens niet deel te nemen 1. Ja 2. Nee Q92B (If Q90 = 2. Nee) + open Mag het CIM u in de toekomst uitnodigen om deel te nemen aan andere media-onderzoeken? 1. Ja, nodig mij uit op volgend e-mailadres [..] 2. Nee, ik wens niet deel te nemen