ZA4884 Flash Eurobarometer 248 (Towards a safer use of the Internet for children in the EU a parents' perspective)

Transcriptie

1 ZA4884 Flash Eurobarometer 248 (Towards a safer use of the Internet for children in the EU a parents' perspective) Country Specific Questionnaire Netherlands

2 PARENTS OF CHILDREN BETWEEN 6 17 Q0. Hoeveel kinderen zijn er in uw huishuiden tussen 6 en 17 jaar, waarvoor u verantwoordelijk bent? Schrijf op Geen WN/ GA Q1. Het kind dat na dit interview het eerste jarig is, van deze kinderen tussen 6 en 17 jaar oud, is dat een jongen of een meisje? Een jongen... 1 Een meisje... 2 Q2. Wat is de leeftijd van dit kind? [ ][ ] jaar Q3. Hoe vaak gebruikt u het internet (ongeacht op welke plaats)? Meerdere keren per dag... 1 Elke dag... 2 Meerdere keren per week... 3 Een keer per week... 4 Meerdere keren per maand... 5 Een keer per maand... 6 Minder vaak... 7 Gebruik het nooit... 8 RISKS PERCEPTION & INVOLVEMENT Q5. Maakt uw kind, voor zover u weet, ergens gebruik van het internet? Ja... 1 Nee... 2 [INDIEN JA, Q5=1, VRAAG Q5A, ZO NIET GA NAAR Q8] Q5A. Voor zover u het weet, waar heeft uw kind toegang tot het internet? Noem alle plaatsen die u kent waar hij/ zij op het internet gaat. (VOORLEZEN 1 9 CODEER DAARNA ALLE ANTWOORDEN DIE WERDEN VERMELD MEERDERE ANTWOORDEN MOGELIJK) 1

3 Op zijn/ haar eigen computer thuis... 1 Op de gezinscomputer thuis... 2 Op school... 3 In een internetcafé... 4 Bij vrienden thuis... 5 In een bibliotheek/ andere openbare plaats... 6 Ergens anders... 7 [ALLEEN VRAGEN INDIEN HET ANTWOORD OP Q5A 1 OF 2 IS, ZO NIET GA NAAR Q7] Q6. Wanneer uw kind het internet thuis gebruikt, wat doet u dan gewoonlijk? Altijd... 4 Zeer vaak... 3 Niet zeer vaak... 2 Nooit... 1 A. U zorgt ervoor dat u in de buurt blijft wanneer uw kind online is B. U gaat naast uw kind zitten wanneer zij/ hij online gaat C. U praat met/vraagt uw kind over wat zij/ hij online doet of deed D. U controleert de computer nadien, om te zien welke websites uw kind heeft bezocht E. U controleert de berichten in de e mailaccount/ Instant Messaging service van uw kind F. U controleert of uw kind een profiel heeft op een sociale netwerksite/ online gemeenschap [ALLEEN VRAGEN ALS HET ANTWOORD IN Q5 JA IS.] Q7. Wanneer uw kind online is, zijn er dan dingen die hij/ zij niet mag doen? [OPEN VRAAG NIET VOORLEZEN; ALLEEN CODEREN MEERDERE ANTWOORDEN MOETEN WORDEN GENOTEERD] Geen beperkingen... 1 Veel tijd besteden aan het online praten met mensen die ze in het echte level niet kennen... 2 E mail gebruiken... 3 Instant Messaging instrumenten gebruiken... 4 Chatrooms gebruiken... 5 Een profiel in een online gemeenschap aanmaken... 6 Bepaalde websites bezoeken... 7 Muziek downloaden/ afspelen... 8 Films downloaden/ afspelen... 9 Spellen downloaden/ spelen

4 Online aankopen doen Persoonlijke informatie verstrekken OVERIGE (a.u.b. specificeren) [WN/ GA] Q7A. Er zijn ouders die activiteiten beperken, terwijl anderen hun kinderen meer activiteiten online laten uitvoeren. Ik zal verschillende activiteiten noemen en kunt u mij dan voor elke vertellen of u deze toestaat of niet: [EEN ANTWOORD PER REGEL] Toegelaten... 1 Niet toegelaten... 2 A. Veel tijd online doorbrengen B. Met mensen praten die ze in het echte leven niet kennen C. E mail/ instant messaging instrumenten gebruiken D. Chatrooms gebruiken E. Een profiel in een online gemeenschap aanmaken F. Bepaalde websites bezoeken G. Muziek, films, spellen downloaden/ (af)spelen H. Online aankopen doen I. Persoonlijke informatie verstrekken Q8. Heeft uw kind een eigen mobiele telefoon? Ja, een mobieltje zonder toegang tot het internet... 1 Ja, een mobieltje met toegang tot het internet... 2 Ja, maar ik weet niet zeker of het met een internettoegang optie is... 3 Nee... 4 [WN/ GA]... 9 Q9. Hoe bezorgd bent u, wanneer uw kind het internet of mobiele telefoon gebruikt, dat hij/ zij... Zeer bezorgd... 1 Tamelijk bezorgd... 2 Niet zo bezorgd... 3 Totaal niet bezorgd... 4 [WN/ GA]

5 [Niet van toepassing]... 8 A. online persoonlijke/ privé informatie kan verstrekken? B. seksueel/geweldadig expliciete afbeeldingen op het internet zou zien? C. door andere kinderen online gepest zou kunnen worden? D. seksueel/geweldadig expliciete afbeeldingen via de mobiele telefoon zou zien? E. door andere kinderen gepest zou kunnen worden via de mobiele telefoon? F. informatie zou kunnen verkrijgen over zelfkastijding, zelfmoord, anorexia? G. geïsoleerd zou kunnen raken van andere mensen als hij/ zij te veel tijd online zou doorbrengen? H. het slachtoffer zou kunnen worden van online grooming? ( Grooming is de term voor de activiteiten van kinderlokkers op internet. Grooming komt uit het Engels. Het betekent dat volwassenen kinderen via internet benaderen om seksueel getinte contacten met die kinderen te hebben.) [VRAAG ALLEEN INDIEN HET ANTWOORD IN Q5A 1 OF 2 IS] Q10. Is er op de computer die uw kind thuis gebruikt de volgende software geïnstalleerd? [KIES ÉÉN OF MEER] Filtersoftware (die bepaalde websites/ activiteiten blokkeert)... 1 Volgsoftware (die opneemt waar ze naartoe gaan/ wat ze online doen)... 2 Nee, geen van deze... 3 [ALLEEN VRAGEN INDIEN Q10 = 3] Q11. Waarom heeft u ervoor gekozen geen filter of volgsoftware te gebruiken? Ik geloof niet dat ze efficiënt zijn... 1 Ik weet niet hoe ik er toegang toe moet krijgen/ ik deze moet gebruiken... 2 Niet nodig. Ik vertrouw mijn kind met betrekking tot het internet Overige... 4 [AAN IEDEREEN VRAGEN DIE JA ANTWOORDT IN Q5] Q12. Heeft uw kind ooit om uw hulp gevraagd bij een situatie op het internet waarmee hij/ zij niet kon omgaan? Ja... 1 Nee

6 [ALLEEN VRAGEN INDIEN JA, Q12 = 1] Q13. In welke situatie vroeg uw kind om uw hulp: [NIET VOORLEZEN MEERDERE ANTWOORDEN MOGELIJK DE GENOEMDE MARKEREN] Een technisch probleem (zoals een virus)... 1 Online lastig gevallen worden... 2 Informatie zoeken... 3 Online gepest worden... 4 Vreemden namen online contact op... 5 Hij/ zij had online seksueel of geweldadig expliciete afbeeldingen gevonden... 6 Iets anders... 7 AWARENESS OF SAFETY MEASURES Q14. Welke van de volgende voorbeelden zou volgens u bijdragen aan een veiliger en effectiever gebruik van het internet voor uw kind? [EEN ANTWOORD PER REGEL] Zou helpen... 1 Zou niet helpen... 2 A. Meer/ beter onderwijs en begeleiding over internetgebruik op scholen B. Meer/ betere informatie en advies voor ouders over websites die kinderen gebruiken C. Trainingsessies voor ouders die door non gouvernmentele (private) organisaties, regering, lokale autoriteiten worden georganiseerd D. Verbeterde beschikbaarheid/ prestaties van volgsoftware E. Striktere regelgeving voor bedrijven die online inhoud en diensten leveren F. Campagnes die meer bewustzijn creëren over online risico s G. Contactpunten waar ouders en kinderen individueel advies kunnen ontvangen over hoe ze online veilig kunnen blijven Q15. Waar haalt u uw informatie en advies over beveiligingsinstrumenten en veilig gebruik van het internet? Ja... 1 Nee... 2 A. De school van uw kind

7 B. Tv, radio, kranten, tijdschriften C. Internet service providers D. Overheid, lokale overheden E. Verenigingen/ organisaties die te maken hebben met een veiliger internet F. Verschillende internetwebsites G. Familie en vrienden H. OVERIGE Q16. Waar of aan wie zou u illegale inhoud (zoals materiaal over kindermisbruik) melden? (REGEL VOOR REGEL VOORLEZEN MEERDERE ANTWOORDEN ZIJN MOGELIJK) Ja... 1 Nee... 2 A. Politie B. Meldpunten (bijvoorbeeld, meldpunt Cybercrime or meldpunt Kinderporno) C. Non profit organisaties, verenigingen D. OVERIGE D1. Geslacht D2. Hoe oud bent u? [VRAAG NIET DUID AAN WAT PAST] [1]... Man [2]...Vrouw [_][_] jaren oud [00]...[WEIGERT/GEEN ANTWOORD] D3. Hoe oud was u toen u uw voltijdse opleiding hebt beëindigd? [VUL IN DE LEEFTIJD WAAROP DE OPLEIDING WERD BEEINDIGD] [_][_]... jaren oud [ 00]...[NOG IN VOLTIJDS ONDERWIJS] [ 0 1 ]... [NOOIT VOLTIJDS ONDERWIJS GENOTEN] [ 9 9 ]...[WEIGERT/GEEN ANTWOORD] D4. Met betrekking tot uw huidige beroep, zou u zeggen dat u zelfstandig ondernemer, in loondienst, arbeider bent of zou u zeggen dat u geen professionele activiteit heeft? Betekent dit dat u één van de volgende bent... [INDIEN EEN ANTWOORD WERD GEGEVEN OP DE HOOFDCATEGORIE, LEES DE RESPECTIEVELIJKE SUBCATEGORIEEN VOOR] 6

8 Zelfstandig ondernemer i.e. : Boer, boswachter, visser...11 winkelier, handwerker...12 Vakman (advocaat, arts, boekhouder, architect,...)...13 Bestuurder van een bedrijf...14 andere...15 In loondienst i.e. : Vakman (arts, advocaat, boekhouder, architect)...21 Algemene directie, bestuur, topmanagement...22 middenkader...23 Ambtenaar...24 Administratief medewerker...25 andere in loondienst (verkoper, verpleegster, etc...)...26 andere...27 Handarbeider i.e. : opzichter / voorman (team manager, etc...)...31 Handarbeider...32 ongeschoold handarbeider...33 andere...34 Zonder een professionele activiteit i.e. : huisvrouw/ man...41 student (volltijds)...42 gepensioneerd...43 werkzoekend...44 andere...45 [Weigert]...99 D6. Waar zou u zeggen dat u woont? grootstedelijk... 1 stad/stedelijk... 2 platteland... 3 [Weigert]