Inhoud Inhoud... 3 Voorwoord... 4 1: Akai Hana... 5 2: Bonse Aba... 8 3: Aan de Amsterdamse Grachten... 10 Liedtekst 1: Akai hana...11 Liedtekst 2: Bonse Aba... 12 Liedtekst 3: Aan de Amsterdamse grachten...13 Geluidsfragmenten 1. Akai Hana zang 2. Akai Hana instrumentaal 3. Bonse Aba stem 1 4. Bonse Aba stem 2 5. Bonse Aba tweestemmig 6. Bonse Aba instrumentaal 7. Aan de Amsterdamse grachten zang 8. Aan de Amsterdamse grachten instrumentaal Filmpjes 1. Akai Hana 1 2. Akai Hana 2 bewegingen 3. Bonse Aba 1 4. Bonse Aba 2 5. Bonse Aba 3 bewegingen 6. Aan de Amsterdamse grachten 1 Wim Sonneveld 7. Aan de Amsterdamse grachten 2 Prinsengrachtconcert 8. Aan de Amsterdamse grachten 3 Ilse de Lange 3
Voorwoord Het Dividendconcert op woensdag 11 oktober in de Grote Zaal van Het Concertgebouw zal openen met het optreden van een groot kinderkoor. Het koor wordt gevormd door leerlingen uit groep 4 t/m 8 van de St. Jozefschool en basisschool De Springplank. Tijdens het concert zingen de leerlingen een rustig Japans lied over een bloem, een feestlied uit Zambia en het welbekende lied Aan de Amsterdamse grachten. De leerlingen zingen de liedjes tijdens het concert uit het hoofd. Met dit lesmateriaal kunt u de liedjes en bijbehorende bewegingen in de klas stap voor stap aanleren en oefenen. Daarnaast komt een muziekvakdocent van Het Concertgebouw 3 keer langs in de klas voor aanvullende lessen. Wij wensen u en de kinderen veel plezier tijdens de voorbereidende lessen en het concert. 4
1: Akai Hana Het concert Tijdens het concert wordt het eerste deel van het lied Akai Hana solo of door een paar kinderen gezongen. Tijdens de repetities zullen de muziekvakdocenten van Het Concertgebouw in overleg met de leerkrachten kinderen kiezen die dat goed kunnen en willen. Het lied wordt wel ingestudeerd en geoefend met alle leerlingen. De tweede keer wordt het hele lied door alle leerlingen gezongen. Voorbereiding door de groepsleerkracht Luister het lied Akai Hana (track 1) en stel de volgende vragen aan de leerlingen: De titel van het lied is Akai Hana. Hoe vaak wordt de titel gezongen? (3 keer als het lied 1 keer gezongen wordt, dus als je de opname luistert totaal 6 keer.) De titel wordt nog een extra keer gezongen, maar dan uitgesproken als A-ka-i Ha-na. Luister het lied en laat de kinderen hun vinger opsteken als ze A-ka-i Ha-na horen. Wat hoor je verder voor woorden/klanken? In welke taal wordt er gezongen? Uit welk land zou dit lied komen? Bekijk film 1 met de kinderen om achter het antwoord te komen. (Het lied komt uit Japan.) Waar denk je dat het lied over gaat? Vertaling: Ik zal de rode bloem plukken en geef het aan haar. Ik zal deze bloem in haar haar doen. Rode bloem, rode bloem, in haar haar, zal bloeien en dansen als de zon. Zorg dat de liedtekst te zien is op het bord. Laat de kinderen de tekst overschrijven terwijl ze meermaals luisteren naar de opname. Spreek vervolgens samen de zinnen uit. Let erop dat de u wordt uitgesproken als oe. Akai hana tsunde Ano hito ni age yo. Ano hito no kami ni Kono hana sashite age yo. Akai hana, akai hana Ano hito no Kami ni, Saite yureru darou Ohisama no you ni Bekijk film 2 en laat leerlingen de bewegingen alvast meedoen. De muziekvakdocent zal de bewegingen aan de leerlingen aanleren. Tot slot: Laat de leerlingen de opname zo vaak mogelijk horen, zodat de melodie van het lied in hun hoofd komt. Voorbereiding door de muziekvakdocent Zang Zing het lied en laat de leerlingen meelezen met de liedtekst. Stel de volgende luistervraag: Welk stuk wordt herhaald, 2 keer gezongen? (Vanaf Akai hana aka-i hana tot einde.) Zeg per regel de tekst voor in het ritme van het lied en laat de kinderen het nazeggen. Let erop dat de u wordt uitgesproken als oe. Zing per 2 maten de melodie voor op klinker noe/na en laat de kinderen dit nazingen. Zing per 2 maten melodie met tekst voor en laat de kinderen dit uit het hoofd nazingen. Zing per 4 maten melodie met tekst voor en laat de kinderen dit uit het hoofd nazingen. 5
Zing het lied en stel de volgende luistervraag: Wat zijn overeenkomsten/verschillen tussen zin 1 (maat 1-4) en zin 2 (maat 5-8)? (Melodie is hetzelfde, tekst (en ritme) is anders.) Zing het lied met de bewegingen per 2 maten voor en laat de kinderen de zang en beweging nadoen. Blijf zelf meezingen als de kinderen herhalen. Zing het lied en laat de kinderen de bewegingen uitvoeren. Doe eventueel zelf nog mee. Laat de kinderen het lied zingen en doe zelf de bewegingen. Zing en beweeg het lied een paar keer in zijn geheel met de audio opname mee. Bewegingen Kijk voor de bijbehorende bewegingen naar film 2 en oefen deze met de klas: Vorm: Beweging: Timing: Intro: 4 maten / 16 tellen instrumentaal klank ssss maken en zachtjes heen en weer bewegen met beide voeten op de grond. Beginnen op 1 e tel van tweede en vierde maat. 8 tellen instrumentaal Akai hana tsunde Ano hito ni age yo Ano hito no kami ni Kono hana sashite age yo Akai hana akai hana Ano hito no Kami ni _ Saite yu- Klaar gaan staan met onderarmen op elkaar; rechter onderarm op linker onderarm en vastpakken bij elleboog. Zelfde houding als hierboven, maar linker- en rechter-arm wisselen 4 x van positie door ze om elkaar heen te draaien. R-onderarm langzaam rechtop zetten, elleboog steunt op L-hand. L-onderarm langzaam rechtop zetten, in zelfde positie als rechterarm. R-arm schuin naar omlaag uitvouwen richting bovenbeen buurman/vrouw. L-arm schuin naar omlaag uitvouwen, zodat polsen elkaar kruisen. Armen gestrekt naar boven bewegen totdat handpalmen elkaar raken. Handen in bidhouding naar beneden voor borst brengen. Met rechts stap naar voren zetten en met handen en armen naar voren reiken. Met links terug stappen en beide handen als grote vuist voor borst. Vuist van beide handen tegen rechterschouder, linkerschouder en borst tikken en tot slot armen omhoog en handen open. R-arm schuin naar omlaag uitvouwen richting bovenbeen buurman/vrouw. 6 Laatste 4 tellen Per halve maat (2 tellen) Op 4e tel handen tegen elkaar In 2 tellen Per halve maat (2 tellen): stap-sluit-stap-sluit Per halve maat (2 tellen) een beweging
reru darou Ohisama no you ni Akai hana akai hana Ano hito no Kami ni _ Saite yureru darou Ohisama no you ni Tussenspel, 8 tellen instrumentaal Herhaal het hele lied vanaf Akai hana tsunde L-arm schuin naar omlaag uitvouwen, zodat polsen elkaar kruisen. Armen gestrekt naar boven bewegen totdat handpalmen elkaar raken. Handen in bidhouding naar beneden voor borst brengen. Beweging idem (zie hierboven) Klaar gaan staan met onderarmen op elkaar; rechter onderarm op linker onderarm en vastpakken bij elleboog. Dezelfde bewegingen Op 4e tel handen tegen elkaar In 2 tellen 7
2: Bonse Aba Voorbereiding door de groepsleerkracht Luister en bekijk film 3 en 4 van Bonse Aba op de website Stel vervolgens de volgende vragen aan de leerlingen: Waar denk je dat het lied over gaat? Vertaling: iedereen die zingt met bezieling mag een kind van God genoemd worden. Vertel dat het lied uit Zambia komt en daar een volksliedje is. Het wordt gezongen tijdens feesten en om mensen welkom te heten. Welke versie die je hebt geluisterd vond je het leukst en waarom? Schrijf de volgende zinnen op het bord: Bonse Aba! Mu pokelela Balipele maka Akuba bana Kuba bana, kuba bana, kuba bana, bakwalesa Spreek samen met de kinderen de zinnen langzaam uit, dit hoeft niet in het juiste ritme te zijn, het gaat om de uitspraak en de volgorde van de woorden. Let erop dat de u wordt uitgesproken als oe. Wanneer dit goed gaat kun je de zinnen wat sneller uitspreken. Blijf dit met de kinderen herhalen en oefenen tot ze de zinnen uit hun hoofd kennen. Voorbereiding door de muziekvakdocent Schrijf de zinnen op het bord en spreek de zinnen met de kinderen in het juiste ritme. Begin langzaam en wanneer de kinderen het goede ritme te pakken hebben kun je steeds iets gaan versnellen. Doe dit met de losse stukjes van de zin. Plak nu de zinnetjes aan elkaar en laat de groep in het goede ritme de zinnen spreken. Vertel dat de zin Bonse Aba mu pokelele la balipele maka akuba bana vier keer wordt gezongen en de zin kuba bana.bakwalesa ook vier keer wordt gezongen. Oefen dit sprekend. In groep 4, 5 en 6 leer je alleen de eerste stem aan. Zing de zin Bonse Aba! Mu pokelela Balipele maka akuba bana 4 keer voor zoals het begin van het lied. Vraag de leerlingen welke zinnen hetzelfde klinken in de melodie. (Zin 1 en zin 3 zijn hetzelfde en zin 2 en zin 4 zijn hetzelfde.) Zing de eerste 2 zinnen voor. Zing daarna de 1e zin voor en laat de kinderen deze nazingen. Zing daarna de 2e zin voor en laat de kinderen deze nazingen. Blijf dit herhalen tot de kinderen dit zelfstandig kunnen zingen. Zing het stuk kuba bana (kuba bana) kuba bana bakwalesa voor (laat de kuba bana tussen haakjes weg, deze is voor de tweede stem) en vraag de kinderen hoe vaak je dit zingt (2 keer). Zing daarna de zin Kuba bana, kuba bana, kuba bana, bakwalesa voor en stel de vraag: Wat is hier anders aan dan de eerste kuba bana? Antwoord: deze keer gaat de melodie omhoog en zing je wel alle kuba bana s mee. Oefen dit met de kinderen door de twee verschillende melodieën telkens te herhalen en te laten nazingen. Wanneer dit goed gaat pas je de herhaling toe. Oefen het eind van het lied door dit een aantal keer voor te zingen en te laten herhalen. Zing het lied een paar keer in zijn geheel met track 3 mee. Voor groep 7 en 8 In groep 7 en 8 leer je ook de 2e stem aan. Maak daarvoor een verdeling in de klas. Leer stem 1 aan zoals hierboven en leer stem 2 daarna als volgt aan: Luister met de klas naar track 4. Oefen met de kinderen deze partij door voor te zingen en hen na te laten zingen. Oefen vervolgens met track 3 (waarop stem 1 klinkt) en zing zelf met de kinderen stem 2 mee. Zo leren ze waar ze de tekst moeten timen. 8
Laat de kinderen nu zelfstandig in twee groepen meezingen met track 5, waarbij je beide stemmen hoort. Herhaal het lied een aantal keer. Wanneer dit goed gaat kun je het lied gaan oefenen met de instrumentale versie (track 6). Bewegingen Kijk voor de bijbehorende bewegingen naar film 5 en oefen deze met de klas: Intro: 16 tellen instrumentaal geen beweging 16 tellen 4 keer naar voren stappen met rechtervoet, rechterarm met gebalde vuist voor het lichaam en pssssj zeggen tijdens de stap. Tussen deze bewegingen stap je op de plaats. Bonse Aba mu pokelela bali pele maka akuba bana 4x Uitstappen met rechtervoet en hand bij het oor (alsof je luistert). Hetzelfde herhalen naar links. 4x Kuba bana, kuba bana, kuba bana bakwalesa Kuba bana, kuba bana, kuba bana bakwalesa Kuba bana, kuba bana, kuba bana bakwalesa Kuba bana, kuba bana, kuba bana bakwalesa Ritmisch tussenstuk Herhaal het hele lied vanaf Bonse Aba Slotmaten Bonse Aba Bonse Aba! Eindnoot Begin naar rechts, kleine stapjes en wijs met de wijsvingers naar beneden. Hierna dit herhalen naar links en met de wijsvingers naar boven wijzen. Herhaal dit Beweging idem Met de handen een ronddraaiend wiel vormen voor het lichaam, beginnend in de laagte, daarna omhoog. Herhaal dit. Beweging idem Bodypercussie: - klap met rechteram op borstkas/linkerschouder - drie klappen op de bovenbenen - tik met linkerhand op rechterhand - drie klappen op de bovenbenen herhaal in totaal 8 keer Dezelfde bewegingen Op bon rechterarm met gespreide vingers naast het lichaam. Op de tweede bon idem met linkerarm. Op ba beide armen gespreid omhoog. Extra accent met de handen in de lucht. 9
3: Aan de Amsterdamse Grachten Het concert Tijdens het concert zullen alleen de kinderen uit groep 4 inzetten met de eerste twee regels van het couplet. In de volgende twee regels komt groep 5 erbij en laatste 2 regels van het couplet groep 6. In het refrein gaan groep 7 en 8 ook meezingen. Het refrein wordt dus door alle kinderen gezongen. In de liedtekst kunt u zien welke regels door welke groep(en) worden gezongen. Voorbereiding door de groepsleerkracht Bekijk en beluister de verschillende versies van Aan de Amsterdamse Grachten (film 6 t/m 8). Stel de volgende vragen aan de leerlingen: Waar gaat het lied over? (Lofdicht over Amsterdam en in het bijzonder de grachten.) Kijk naar de liedtekst op het bord. Zijn er woorden die je niet kent? (Verpand, nimmer, weleer, nadien) Bespreek de onbekende woorden met de kinderen. Welke versie die je hebt geluisterd vond je de mooiste, en waarom? Luister een paar keer naar track 7 (alleen het refrein) of zing het refrein voor. Stel de volgende vraag: Kijk naar de liedtekst: op welke woorden wordt de hoogste noot gezongen? (Op Al van Altijd en op Laat.) Laat de kinderen mee-neurieën en concentreer op de hoogste noot. Zing daar naar toe, in volume en kracht. Als het goed gaat, gaan de leerlingen ook de tekst meezingen. Leer het hele refrein preciezer aan door voor- en nazingen, zin voor zin, dan per twee zinnen en dan per vier zinnen. Luister goed naar track 7. Let op de hoogste noten. Doe voor het leren van de tekst een rap-opdracht: spreek de tekst voor in het ritme en laat steeds de laatste woorden weg, deze vullen de leerlingen aan. Laat steeds meer woorden weg. Varieer het tempo, zodat de leerlingen heel alert moeten zijn. Let goed op de duidelijke uitspraak. Leer het hele refrein preciezer aan door voor- en nazingen, zin voor zin, dan per twee zinnen en dan per vier zinnen. Luister goed naar track 7. Let op de hoogste noten. Zing het refrein een paar keer in zijn geheel met track 7 mee. Luister ondertussen naar de coupletten. Voorbereiding door de muziekvakdocent De muziekvakdocent zet de puntjes op de i voor het refrein. Luister naar het eerste couplet, elke zin eindigt steeds met een lange noot. Vraag de leerlingen: Tussen welke twee zinnen zingen we geen lange noot en gaan we meteen door? (Tussen zin 5 en 6: Alleen de bomen weleer ) Leer de zinnen één voor één aan door voor- en nazingen. Luister naar de opname en tel met de leerlingen vanaf de laatste noot van de zin hoeveel tellen het duurt voordat de volgende zin weer begint (4 tellen). Pas de rap-methode (zie boven) toe om de tekst er nog beter in te krijgen. Schrijf zonodig alle rijmwoorden op het bord en veeg ze weer uit als het goed gaat. Herhaal zo vaak als nodig. Zing het couplet daarna in zijn geheel. Vraag daarna: wat ging er goed, en wat kan nog beter? Wat gebeurt er met het tempo helemaal aan het einde van het lied, na het laatste refrein? (luister zonodig nog een keer naar de opname)? We vertragen lekker veel. Zing het lied nog een paar keer in zijn geheel en let goed op de aandachtspunten. (De hoge noten in het refrein, de lange noten aan het einde van zin in de coupletten, de uitspraak en het trotse gevoel over Amsterdam) Tijdens het refrein mogen de leerlingen de handen boven het hoofd heen en weer wiegen. Oefen dit in de les. 10
Liedtekst 1: Akai hana Akai hana tsunde Ano hito ni age yo. Ano hito no kami ni Kono hana sashite age yo. Akai hana, akai hana Ano hito no Kami ni, Saite yureru darou Ohisama no you ni Akai hana, akai hana Ano hito no Kami ni, Saite yureru darou Ohisama no you ni -Instrumentaal tussenspel- Akai hana tsunde Ano hito ni age yo. Ano hito no kami ni Kono hana sashite age yo. Akai hana, akai hana Ano hito no Kami ni, Saite yureru darou Ohisama no you ni Akai hana, akai hana Ano hito no Kami ni, Saite yureru darou Ohisama no you ni 11
Liedtekst 2: Bonse Aba Kuba bana, (kuba bana), kuba bana, bakwalesa Kuba bana, (kuba bana), kuba bana, bakwalesa Kuba bana, kuba bana, kuba bana, bakwalesa Kuba bana, kuba bana, kuba bana, bakwalesa Ritmisch tussenstuk Kuba bana, (kuba bana), kuba bana, bakwalesa Kuba bana, (kuba bana), kuba bana, bakwalesa Kuba bana, kuba bana, kuba bana, bakwalesa Kuba bana, kuba bana, kuba bana, bakwalesa 12
Liedtekst 3: Aan de Amsterdamse grachten couplet 1 Er staat een huis aan de gracht, in oud Amsterdam, waar ik als jochie van acht bij grootmoeder kwam. Nu zit een vreemde meneer in 't kamertje voor, en ook die heerlijke zolder werd tot kantoor. Alleen de bomen dromen, hoog boven 't verkeer, en over 't water, gaat er, een bootje net als weleer. refrein Aan de Amsterdamse Grachten heb ik heel m'n hart voor altijd verpand, Amsterdam vult mijn gedachten, als de mooiste stad in ons land. Al die Amsterdamse mensen, al die lichtjes 's avonds laat op 't plein. Niemand kan zich beter wensen, dan een Amsterdammer te zijn. couplet 2 k Heb veel gereisd en al vroeg de wereld gezien, en nimmer kreeg ik genoeg van t reizen nadien. Maar ergens bleef er een sterk verlangen in mij, naar Hollands Kust en de stad aan Amstel en IJ. Waar oude bomen dromen, hoog boven t verkeer, en over t water gaat er een bootje net als weleer. refrein Aan de Amsterdamse Grachten heb ik heel m'n hart voor altijd verpand, Amsterdam vult mijn gedachten, als de mooiste stad in ons land. Al die Amsterdamse mensen, al die lichtjes 's avonds laat op 't plein. Niemand kan zich beter wensen, dan een Amsterdammer te zijn. Gezongen door: Groep 4 Groep 4 en 5 Groep 4, 5 en 6 Allemaal (groep 4 t/m 8) Groep 4 Groep 4 en 5 Groep 4, 5 en 6 Allemaal (groep 4 t/m 8) 13