//////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// NOTA adviezen voor het doorbreken van grenzen opgelegd door de regelgeving in het werken met jongvolwassenen Datum: 12/09/2017 Nota aan: IROJ Oost-Vlaanderen netwerken jeugdhulp Oost-Vlaanderen Uw kenmerk: Werkgroep Jongvolwassenen Oost-Vlaanderen Naam lijnmanager: Naam lijnmanager Naam auteur: WG Jongvolwassenen OVl //////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Jongeren die de leeftijd van 18 jaar bereiken staan voor de overgang van een zeer gestructureerde omgeving naar verwachtingen, verantwoordelijkheden en vrijheden. Jongvolwassenen en hun ouders vallen omwille van hun specifieke noden tussen wal en schip. Hulpverleningsdiensten die gericht zijn op volwassenen, hebben vaak weinig geduld met deze jongeren die hun puberteit nog niet volledig ontgroeid zijn. Deze jongeren hebben zich nog niet alle sociale vaardigheden eigen gemaakt om mee te draaien in de wereld van de volwassenen. Ze hebben een specifieke aanpak nodig. Regelgeving kan de aanpak die deze groep nodig heeft, in de weg staan. In de meest ideale omstandigheden komen we tot een hulpprogramma specifiek gericht op jongvolwassenen en hun ouders. Een hulpprogramma dat de optimale mogelijkheden biedt om te komen tot zelfredzaamheid. Onderstaande aanbevelingen werden geformuleerd door diensten en voorzieningen die ervaring hebben met jongvolwassenen om aan deze belemmeringen tegemoet te komen. AANBEVELINGEN In het werken met jongvolwassenen komen de verschillende partners tot de vaststelling dat de regelgeving binnen de sectoren niet altijd op elkaar afgestemd is, waardoor deze kwetsbare jongvolwassenen minder kansen krijgen dan andere leeftijdsgenoten. (kinderbijslag, OCMW, sociale huisvestingsmaatschappijen, uithuisplaatsing vermijden, ) Aan de administraties willen we vragen om de regelgeving van de verschillende partners die een opdracht hebben naar jongvolwassenen te bekijken en op elkaar af te stemmen. Daarbij willen we ook aandacht vragen voor enige flexibiliteit in het toepassen van de wetgeving en de controle daarop. pagina 1 van 6
In de dagelijkse samenwerking met diensten en voorzieningen merken we op dat de erkenning van de voorziening (leeftijd) niet altijd samenvalt met de operationalisering van de werking. In het kader om een duidelijk beeld te krijgen van het aanbod binnen een regio willen we aan de administraties vragen om, in overleg met de voorzieningen, de erkenningen aan te passen aan de dagelijkse praktijk. Jongeren met een vermoeden van een handicap of een beperking aanwezig, kunnen beroep doen op DOP voor het in kaart brengen van hun ondersteuningsnood en de zoektocht naar de meest geschikte ondersteuning. Andere jongeren (oa. binnen BJB, GGZ, ) ervaren de nood aan een ondersteuning hiervoor. Voor sommige jongeren is de drempel naar deze ambulante hulpverlening te hoog. Aan de administraties willen we vragen om dit aanbod mogelijk te maken voor alle jongeren en hun ouders binnen de jeugdhulpverlening en dit aanbod ook mobiel/ outreachend ter beschikking te stellen. Partners binnen de jeugdhulpverlening nemen vaak vrijwillig nog een taak van nazorg op ten aanzien van jongeren die bij hen in hun voorziening of dienst gevolgd werden. Deze nazorg kan nog enige jaren duren na de uitstroom uit de voorziening. Jongeren hebben specifieke ondersteuning nodig, om na de leeftijd van 18 te komen tot zelfredzaamheid (administratieve ondersteuning, contextuele ondersteuning, motiverende ondersteuning mbt schoolloopbaan/hun plaats op de arbeidsmarkt, ). Hulpverleners willen er nog zijn voor deze jongvolwassenen, omdat ze de nood die leeft bij deze jongvolwassenen en hun ouders correct inschatten. Zij worden in dit engagement dat ze willen opnemen, tegengehouden door begrenzende kaders. Aan de administraties wordt gevraagd om, naast contextbegeleiding, een module te voorzien voor nazorg, zodat de voorziening voor deze dienstverlening vergoed wordt en de hulpverleners die dit op zich nemen ook juridisch beschermd zijn. Jongeren die op de drempel van de volwassenheid staan, nemen soms in een impuls of na een incident de beslissing om de voorziening of dienst te verlaten. Het bruusk stoppen van de hulpverlening, zonder mogelijkheid om hierop terug te komen zou vermeden moeten worden. Ook hun ouders kunnen hierdoor abrupt geen beroep meer doen op bijvoorbeeld de contextondersteuning die voordien geboden werd door de jeugdhulpverlening. Ouders zijn vragende partij om ook deze ondersteuning, specifiek aan ouders, te laten doorlopen nadat de jongere de leeftijd van 18j bereikt heeft. Concreet zou dit kunnen betekenen dat gepaste volwassenhulpverlening nog voor deze schakelleeftijd wordt ingeschakeld via de jeugdhulpverlening of dat jeugdhulpverlening verder kan lopen na de leeftijd van 18 jaar. Daarnaast onderstrepen ouders dat ze geen beroep meer kunnen doen op ondersteuning wanneer de jongere zelf nazorg afwijst. Ouders vragen de mogelijkheid te creëeren om wel nog beroep te kunnen doen op deze ondersteuning, die ze voor zichzelf nodig achten, in functie van hun ondersteuning als ouder naar de jongere toe en dit vanuit de expertise en de ervaring dat de jeugdhulp heeft betreffende de individuele casus. jongvolwassenen pagina 2 van 6
Aan de administraties willen we vragen de mogelijkheid te voorzien om bij de voorzieningen en diensten een vangnet te creëren, waarbij jongvolwassenen de kans krijgen terug te keren naar de voorziening of dienst om verder begeleid te worden na de leeftijd van 18 jaar. Het is in dergelijke omstandigheden aangewezen om op het moment zelf te kunnen reageren en op een aanklampende manier te werk te kunnen gaan. Alle voorzieningen zouden hiervoor moeten beschikken over een module die hiervoor vrijgesteld worden. In een gentleman s agreement zouden de voorzieningen in een aanvangsperiode voor elkaar kunnen inspringen tot wanneer de voorziening die aangesproken wordt, opnieuw regulier het aanbod kan waarborgen. Nog steeds blijft het extreem moeilijk om voor jongvolwassenen met specifieke en complexe zorgbehoefte een gepast antwoord te vinden op hun noden. Aan de administraties willen we vragen om aan de voorzieningen en diensten te vragen juist prioritair die jongeren op te vangen die door de complexiteit van hun noden het risico lopen om in de problemen te komen. Motiveer de voorzieningen om tegemoet te komen aan deze complexe vragen door structureel en op casusniveau samenwerking aan te gaan met diensten en voorzieningen die op de verschillenden deelgebieden expertise opgebouwd hebben. We merken op dat continuïteit voor jongvolwassenen (met een handicap) na de leeftijd van 18 respectievelijk 21 jaar vaak een gunst is, zeker na 21 jaar, en niet afgedwongen kan worden, terwijl jongeren (en context) wel vragende partij zijn tot continuering. Dit houdt in dat de waarborg tot continuïteit afhankelijk is van waar de jongvolwassenen als minderjarigen verbleven (geen gelijk aanbod voor jongeren met eenzelfde problematiek, MFC vs IPO vs BJB, maar ook MFC s onderling). Bijkomend, als hulpverleningstrajecten voor jongeren met een handicap binnen een MFC onderbroken worden, dan komt ook het recht op PVF in het gedrang. We willen vragen om in de regelgeving de bovengrens van 25 jaar te hanteren voor de hulpverlening aangeboden door alle sectoren binnen de jeugdhulp. Aan de administraties willen we vragen het continuëringsprincipe PVF open te stellen voor alle NRTJ jeugdhulp en anderzijds, in die gevallen waar, door de stopzetting van de hulpverlening in de MFC s de continuïteit in het gedrang komt, de jongvolwassenen zijn recht op PVF niet te laten verliezen. Voor de jongeren met enkelvoudig gedrags- en emotionele stoornissen is er in de hulpverlening naar volwassenen geen specifiek aanbod voorzien. Deze doelgroep vindt, door hun problematiek, moeilijk hulp binnen de reguliere hulpverlening gericht naar volwassenen. Hierdoor kan er een hiaat ontstaan in de weg naar zelfredzaamheid voor deze doelgroep. We vragen aan de administraties om voor de jongeren met enkelvoudig gedrags- en emotionele stoornissen een aangepaste uitstroom uit de jeugdhulpverlening te voorzien gericht op woonondersteuning. Deze jongeren zullen immers geen persoonsvolgende financiering meerderjarigen kunnen aanvragen. jongvolwassenen pagina 3 van 6
Een bruuske overgang aan de leeftijd van 18 jaar vanuit een leefgroep naar alleen wonen dient vermeden te worden. We vragen aan de administraties om de mogelijkheid te creëren dat jongeren, van zodra ze hiervoor rijp zijn, ongeacht de leeftijd, kunnen instromen in een vervolgtraject binnen de hulpverlening in overgang naar (CBAW) of naar volwassenen. Creëer de mogelijkheid om jongeren waarvan we weten dat ze niet terug zullen kunnen vallen op hun context aan de leeftijd van 18 jaar, vanaf de leeftijd van 16 jaar aan te melden bij sociale huisvestingsmaatschappijen en OCMW. Creëer daarnaast ook de mogelijkheid om ouders te ondersteunen in die gevallen, waar voor de jongere een terugkeer naar huis wel mogelijk is mits de nodige ondersteuning. Het blijvend verbindend werken tussen ouders en jongeren, zou niet abrupt mogen worden afgebroken bij de leeftijd van 18 jaar in de individuele casussen waar dit een duidelijke meerwaarde zou bieden. Jongvolwassenen zijn gebaat met een waaier aan mogelijke woonvormen. Huren van een verblijf op de privémarkt is, met hun inkomen, niet mogelijk. We vragen aan de administraties om bestaande voorzieningen, diensten of samenwerkingsverbanden de mogelijkheid te bieden om te experimenteren met een verscheiden aanbod aan woonvormen. De periode dat de jongvolwassenen in deze woonvormen verblijven, dient de focus te liggen op zelfredzaamheid op de verschillende domeinen die de kwaliteit van het bestaan vormen. Hiervoor wordt vanuit de jeugdhulpverlening samengewerkt met diensten en voorzieningen binnen de hulpverlening naar jongvolwassenen en/of volwassenen. Voor diensten en voorzieningen is het niet altijd duidelijk bij wie men terecht kan om de administratie in orde te brengen voor de aanvragen van de hulpverlening voor volwassenen. Aan de administraties vragen we om de MDT s die een rol speelden in het traject bij minderjarigheid, te motiveren om ook de objectivering voor de aanvragen naar hulpverlening voor volwassenen op te nemen. Jongvolwassenen die een deel van hun leven doorbrachten in een voorziening beschikken vaak over een beperkt sociaal ondersteunend netwerk en zijn heel kwetsbaar. Ze hebben nood aan sociale contacten. Aan de administraties willen we vragen om de mogelijkheid te voorzien dat jongvolwassenen met een leefloon zonder inkomensverlies in een vorm van co-housing toe te laten. jongvolwassenen pagina 4 van 6
Jongvolwassen die op financieel vlak terug moeten vallen op een leefloon, hebben minder financiële vrijheid. We willen dat deze jongeren zich ook voorbereiden op een leven op de arbeidsmarkt. Een vakantiejob is hierop een lichte voorbereiding. De verloning die ze hiervoor ontvangen is voor hen een bonus, waardoor ze wat meer financiële vrijheid krijgen. Aan de administraties willen we vragen om de mogelijkheid te voorzien dat jongvolwassenen die in het verleden in een instelling verbleven, verder studeren en een leefloon zonder inkomensverlies (verlies van één maand leefloon) een vakantiejob kunnen uitvoeren. Jongeren die een lange tijd geplaatst werden, krijgen soms een groot bedrag ter beschikking op hun 18 de verjaardag. We zien jongeren die hier niet mee om kunnen; noch in vaardigheden (leren omgaan met geld), noch in het plotse van voor hen veel geld ter beschikking te hebben. Aan de administratie wordt gevraagd om voor deze jongeren in samenwerking met andere partners een aangepast traject rond budgetbegeleiding te voorzien. Jongeren die in een voorziening verblijven zijn per definitie zonder woonst. Deze jongeren zijn niet in een thuissituatie opgegroeid. Met uitbreiding willen we ook aandacht voor de jongeren die doorheen hun ontwikkeling ondersteuning kregen vanuit de jeugdhulpverlening (pleegzorg, contextbegeleiding, ). Ook zij kunnen opgegroeid zijn in precaire omstandigheden, maar vanuit de idee van de vermaatschappelijking van de zorg niet in een voorziening verbleven hebben. Aan de administraties wordt gevraagd om voor deze jongeren per definitie huursubsidie, installatiepremie en het recht op een leefloon te voorzien, als de jongere de stap zet om alleen te gaan wonen of hiertoe verplicht wordt omwille van de omstandigheden. Maak het mogelijk dat jongeren aan de leeftijd van 17 jaar, die niet meer terecht kunnen binnen de reguliere jeugdhulpverlening, aanspraak kunnen maken op een leefloon. In sommige situaties ontvangen jongeren/jongvolwassenen (studeren, tienermoeders) rechtstreeks hun kindergeld. Dit bedrag ligt lager dan wanneer dit toegekend wordt aan één van de ouders. Vaak ligt een conflictueuze relatie, of een precaire situatie aan de basis om het kindergeld rechtstreeks toe te kennen aan het kind. Om jongeren in precaire situaties en jongvolwassenen gelijkwaardige kansen te bieden als de leeftijdsgenoten wordt aan de administraties gevraagd om de regelgeving met betrekking tot het kindergeld te bekijken. Tienermoeders zouden gebaat zijn met een verlenging van de kraamhulp tot het kind 2 jaar is. Iemand die geregeld langs komt, bij wie ze terecht kunnen met hun vragen, geeft hen zuurstof. Zij putten zichzelf liever uit dan zelf de stap te zetten om ondersteuning te vragen. jongvolwassenen pagina 5 van 6
Aan de administraties wordt gevraagd om tegemoet te komen aan de specifieke noden van tienermoeders zodat ook zij kansen krijgen om te komen tot een goede zelfredzaamheid voor zichzelf en in de zorg voor hun kind. Naar aanleiding van feiten gepleegd door jongeren, wijzigen maatregelen opgelegd door de jeugdrechtbank. Sommige maatregelen kunnen niet gelijktijdig ingezet worden (bijvoorbeeld CBAW in combinatie met een verblijf in de GI). Hierdoor moet de vertrouwensband opgebouwd tussen de jongere en de hulpverlener on hold gezet worden. Als dit over een langere periode loopt, riskeert men een terugval in het opgebouwde traject naar zelfredzaamheid. Aan de administraties wordt gevraagd om te voorzien dat verschillende maatregelen met het oog op opvolgen van trajecten, gecombineerd kunnen worden. Jongeren die tijdens hun ontwikkeling te maken kregen met obstakels zijn niet altijd in staat om hun schoolloopbaan af te ronden aan de leeftijd van 18 jaar. Stageplaatsen binnen deeltijds onderwijs krijgen voor de jongvolwassenen vanaf de leeftijd van 18 jaar geen premie meer. Hierdoor valt het inkomen voor de jongere weg. Dit vormt een belemmering voor de jongvolwassene om hun diploma te behalen. Aan de administraties wordt gevraagd om te bekijken op welk manier aan dit probleem tegemoet gekomen kan worden zodat de jongere in staat is om zijn schoolloopbaan af te ronden. Om te komen tot zelfredzaamheid zijn verschillende initiatieven op vlak van daginvulling noodzakelijk ten aanzien van jongeren en jongvolwassenen. Niet alle jongeren in staat om voltijds school te lopen. Aan de administraties wordt gevraagd om initiatieven aanvullend op school en gericht op zelfredzaamheid te ondersteunen en te faciliteren. Voor jongvolwassenen die er even tussenuit willen, is er nood aan een opvangmogelijkheid, waar ze even tot rust kunnen komen met respect voor de privacy. In overnachtingsmogelijkheden gericht naar volwassenen komen ze in contact met extremere problematieken. Aan de administraties wordt gevraagd om in grootsteden en klein stedelijke gebieden na te gaan welke acute opvangmogelijkheden geschikt zijn voor jongvolwassenen. Door de regelgeving te herbekijken en aan te passen waar gewenst/ noodzakelijk kunnen we komen tot een verankering van datgene wat nu vrijblijvend aangeboden wordt. We willen hierbij pleiten voor voldoende flexibiliteit die tegemoet komt aan de specifieke noden die zich casusgericht stellen. Deze aanbevelingen vormen een aanvulling op de aanbevelingen geformuleerd door Cachet in Sur ma route. jongvolwassenen pagina 6 van 6