Bijlage 3. Protocol bij ernstige incidenten

Vergelijkbare documenten
OPVANG LEERLINGEN BIJ INCIDENTEN M.B.T. AGRESSIE, GEWELD OF (SEKSUELE) INTIMIDATIE

OPVANG PERSONEEL BIJ INCIDENTEN M.B.T. AGRESSIE, GEWELD OF (SEKSUELE) INTIMIDATIE

Molenstraat HP Steenwijk Tel/fax Protocol voor opvang bij ernstige incidenten. Sint Clemensschool

Protocol Hulp aan leerling en personeel

Beleid agressie en geweld OPSO en SPOOR

Veiligheidsplan SGA. Cathleen Menheere en Erik van der Aa

Opgesteld : maart 2006 Vastgesteld : juni Beleidsplan Omgaan met Agressie en Geweld SKB De Veenplas

GSR Protocol Melding, Klacht of Incident 2015

Protocol opvang bij ernstige incidenten en calamiteiten

Protocol voor melding (dreigen met) agressie en/of geweld (verbaal en fysiek) of seksuele intimidatie

PROTOCOL AGRESSIE EN GEWELD, DISCRIMINATIE EN SEKSUELE INTIMIDATIE

Beleidsplan Agressie, geweld en seksuele intimidatie

BELEIDSPLAN AGRESSIE, GEWELD

Stichting Primair Openbaar Onderwijs Meppel en Staphorst. Promes. Beleidsplan ter voorkoming en bestrijding van:

Beleidsplan Agressie, Geweld en Seksuele intimidatie

Melding incidenten op school protocol + formulier

Protocol 2: het vermoeden van seksuele intimidatie tussen kinderen onderling in de schoolsituatie.

Onderwijsgemeenschap Venlo & Omstreken. Protocol AGRESSIE, GEWELD EN SEKSUELE INTIMIDATIE. VALUASCOLLEGE Hogeweg EB Venlo

KLACHTENREGELING BERG EN BOSCHSCHOOL

Protocol machtsmisbruik / meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

9 februari 2010 BELEIDSNOTA. Omgaan met agressie, geweld en seksuele intimidatie

0.0 inhoud SCHOOL EN VEILIGHEID

1. Inleiding 2. Elementen van sociale veiligheid: A. Inzicht:

VEILIGHEIDSPLAN inclusief sociale veiligheid OBS De Nieuwe Wereld

Personen en instanties met specifieke taken dit is onderdeel van het Veiligheidsbeleid

Beleid. Agressie, geweld en seksuele intimidatie

BELEIDSPLAN AGRESSIE, GEWELD EN SEKSUELE INTIMIDATIE. StOVOG

Beleidsplan Agressie, Geweld en Seksuele Intimidatie

VEILIGHEIDSPLAN Def.versie 2009

Incidenten Protocol. A. Inleiding B. Plan van aanpak C. Het opstellen van een tijdsplanning

Beleidsplan agressie, geweld en seksuele intimidatie BONNEFANTEN COLLEGE VHBO

Onderwijsgemeenschap Venlo & Omstreken. Protocol AGRESSIE, GEWELD EN SEKSUELE INTIMIDATIE. VALUASCOLLEGE Hogeweg EB Venlo

Toelichting. Harold Bal Directeur. Lijst met afkortingen

1 Doelen en achtergronden pag Gebruikte termen pag Werkwijzer pag. 5

School en Veiligheid Concept notitie 1 School en veiligheid BWS Juni 2010

I.a Beleid klachtenregeling

Pesten 30 augustus 2013

Veiligheidsplan Op Kop, 2015

Stroomschema: klachtenroutes bij Ongewenste Omgangsvormen

Handelingsprotocollen veiligheid Mill-Hillcollege

Protocol Opvang en nazorg na schokkende gebeurtenissen

Wij gaan er vanuit dat betrokkenen van onze school klachten en verschillen van inzicht altijd eerst

BELEIDSPLAN AGRESSIE, GEWELD EN SEKSUELE INTIMIDATIE. voor o.b.s. De Anbrenge, Erica juni 2014

KlachtenProtocol SKPOOV

Handboek Personeelsmanagement

Jeugd gezond heids zorg jaar

af. Met dit protocol, in haar handelen en in haar beleid wil Klik Kinderopvang

Plan Sociale Veiligheid

Helinium BELEIDSPLAN AGRESSIE, GEWELD EN SEKSUELE INTIMIDATIE. voor het voortgezet onderwijs

Sociaal veiligheidsplan

Veiligheidsplan. Vastgesteld op: Evaluatie:

MELD DIT! EEN ZORG, ONTEVREDEN GEVOEL OF KLACHT? U SIGNALEERT ONGEWENST GEDRAG? U HEEFT EEN VERMOEDEN VAN EEN MISSTAND?

Protocol Sociale Veiligheid. Onderwerp: agressie & geweld

Veiligheidsplan Het Venster

Protocol ongewenst gedrag Stichting Mensen Met Mogelijkheden.

versie juni 2015 VEILIGHEIDSPLAN MZH Veiligheidsplan MZH

Procedure melden ongeval, incident/bijna ongeval of gevaarlijke situatie

BESTUURSBESLUIT: VERTROUWENSPERSOON

Veiligheidsplan OBS De Meander 2014 Pagina 2

Klachtenregeling. Deel. Van Beleid Klachten bij Scholengroep LeerTij

Het bevoegd gezag van Vivente, stichting voor christelijke primair onderwijs, gevestigd te Zwolle,

OMGAAN MET AGRESSIE, GEWELD EN SEKSUELE INTIMIDATIE

Beleidsplan Arbeidsomstandigheden

MELDCODE HUISELIJK GEWELD

PROTOCOL SEKSUELE INTIMIDATIE EN SEKSUEEL GEWELD - SCALA COLLEGE

Protocol mbt hoe de school omgaat met baldadig gedag van en diefstal door leerlingen, ouders/verzorgers en leerkrachten.

Incidenten en ongevallen registratie

ARBOBELEIDSPLAN. Delta-onderwijs: prettig, veilig en gezond. (maart 2017)

Klachtenregeling PO OPOO

Regeling Vertrouwenspersonen Leerlingen

Procedure en formulier Melding Incidenten

1. Hoe ter handelen bij een plotselinge lichamelijke calamiteit bij een leerling, een leerkracht, een ouder

Protocol voor het handelen bij ongevallen

VERTROUWENSPERSOON. z.v.v. Blauw Wit 66

Klachtenprotocol Montessori Scholengemeenschap Amsterdam voor klachten inzake vermoeden tot zeden misdrijf

Klachtenregeling Stedelijk Dalton Lyceum Inleiding. 1 Mondelinge klachten. 2 schriftelijke klachten. 2.1 Interne afhandeling op locatieniveau

KLACHTENREGELING LORENTZ CASIMIR LYCEUM

Klachtenregeling INHOUDSOPGAVE. 1. Begripsbepalingen. 2. Behandeling van de klacht

Eigen Regie Friesland

Protocol ongewenste intimiteiten tussen leerlingen Juni 2012

Notitie. Veiligheidsplan

Draaiboek bij ziekte en overlijden

Regeling Vertrouwenspersonen. Stichting Limburgs Voortgezet Onderwijs

Klachtenprocedure Wijzer aan de Amstel

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Schoolveiligheidsplan Samenwerkingsschool Yn de mande

Protocol veilig klimaat

Gedragsprotocol obs. de Duizendpoot

PROCEDURE M.B.T. HET HANDELEN TEGEN AGRESSIE EN GEWELD. 1. Inleiding Deze procedure is een onderdeel van het ARBO-beleid van het Esdal College.

Protocol (on-)gewenste omgangsvormen CSG Liudger

De Regeling melding en registratie arbeidsongevallen, incidenten en onveilige situaties (2014) vast te stellen.

Klachtenregeling stichting KOMM, onafhankelijke klachtencommissie machtsmisbruik in het onderwijs zuid Nederland.

Veiligheidsplan Samenlevingsschool De Lisdodde

Protocol Ziekte en Ongevallen

Draaiboek bij machtsmisbruik (seksuele intimidatie, discriminatie, agressie, geweld, pesten)

Protocol seksueel misbruik Stichting Peuterspeelzalen Steenwijkerland

Veiligheidsplan Willem de Zwijger College

T F E info@vhg.org I

Draaiboek bij overlijden

Algemene Toelichting bij de klachtenregeling

Transcriptie:

Bijlage 3 Protocol bij ernstige incidenten Vooral naar aanleiding van geweldincidenten die in ons land plaatsvonden tussen leerlingen, tussen een leerling en een personeelslid en tussen een ouder en een personeelslid, is het wenselijk gebleken dat de school de beschikking heeft over een protocol Opvang bij ernstige incidenten. Als sprake is van een ernstig lichamelijk letsel of situaties waarbij aangifte wordt gedaan bij politie of justitie en er een slachtoffer is, spreken we over een ernstig incident. Het is belangrijk om voor een dergelijke situatie afspraken te maken over de wijze waarop het slachtoffer na het incident door de school wordt benaderd om de re-ïntegratie en terugkeer te bevorderen. Het protocol richt zich op: het handelen bij het incident en de opvang van leerlingen en personeelsleden; de opvang en het meeleven met het slachtoffer; administratieve handelingen. Het incident Bij het incident wordt zoveel mogelijk adequate hulp geboden door de BHV-coördinator, de directeur en andere personeelsleden die aanwezig zijn. Politie en hulpdiensten worden gewaarschuwd. Ouders van de leerling(en) / de partner van het personeelslid worden gewaarschuwd. Zo nodig wordt de plaats van het gebeurde afgeschermd en worden leerlingen verplaatst naar een andere ruimte. De directeur informeert alle personeelsleden. Er wordt gelet op groepen leerlingen en personeelsleden die op dat moment niet in de school zijn maar elders zijn (bijvoorbeeld gymnastiekles). De directeur stelt de algemene directie op de hoogte; de algemene directie stelt de voorzitter van het bestuur op de hoogte. De algemene directie biedt ter plaatse ondersteuning bij de contacten met de politie, de hulpverleningsdiensten en zo nodig met de pers. Het crisisteam wordt gevormd, bij voorkeur bestaande uit: een lid namens de algemene directie; de directeur; de BHV-coördinator van de school; desgewenst een extern deskundige, bijvoorbeeld de vertrouwenspersoon van het bestuur. Ondersteuningsteam De taakverdeling is afhankelijk van de gebeurtenis. Een voorbeeld: De algemene directie richt zich op de informatieverstrekking aan de ouders en derden. De directeur richt zich op het slachtoffer en de familieleden. De BHV-coördinator richt zich op zorg voor de leerlingen met speciale aandacht voor de meest betrokken leerlingen. De vertrouwenspersoon richt zich op de zorg voor het personeel met speciale aandacht voor de meest betrokken personeelsleden. In overleg kunnen ook andere personeelsleden bepaalde taken doen.

Opvang van leerlingen en personeel De leraren vertellen in hun groep over het incident en trachten aan de betrokken leerlingen een eerste opvang te bieden; emoties worden gedeeld. De leraar (of iemand anders in de school) staat open voor leerlingen die behoefte hebben aan een persoonlijk gesprek. Na schooltijd heeft het personeel een moment van bezinning: men vertelt aan elkaar over het incident en de reacties daarop; emoties worden gedeeld. Huisbezoek De directeur en een personeelslid brengen een huisbezoek aan het slachtoffer. Na schokkende incidenten kunnen zich bepaalde symptomen voordoen; het slachtoffer wordt geadviseerd een bezoek aan de huisarts te brengen, voor zover dit nog niet heeft plaatsgevonden. De directeur verwijst naar Slachtofferhulp Nederland: 0900 0101. De directeur informeert of contact uit de school op prijs wordt gesteld en op welke wijze. De directeur en het personeelslid informeren het schoolteam over het bezoek en over de gewenste contacten. Er wordt een vervolgafspraak gemaakt. Terugkeer op school Het is wenselijk om bijzondere aandacht te besteden aan de terugkeer op school waar het incident heeft plaatsgevonden; de directeur bespreekt vooraf met het slachtoffer de terugkeer. Het slachtoffer heeft een gesprek met de bedrijfsarts over de terugkeer. De directeur besteedt veel aandacht aan het moment van terugkeer op school. Logboek Registratie van incidenten en arbeidsinspectie De BHV-coördinator vult het logboek Registratie van incidenten in (zie bijlage 2). Hij meldt een ongeval aan de arbocoördinator. De arbocoördinator meldt arbeidsongevallen binnen 24 uur bij de arbeidsinspectie. Het gaat hier om dodelijke ongevallen en ongevallen die leiden tot blijvend letsel of ziekenhuisopname. De directeur kan de arbeidsinspectie benaderen met het verzoek om de school te komen bezoeken voor advies met het oog op mogelijke extra veiligheidsmaatregelen. Aangifte bij politie De directeur doet aangifte bij de politie. Ziektemelding personeelslid Het slachtoffer wordt ziek gemeld, als gevolg van de werksituatie. Materiële schade De directeur stelt samen met het slachtoffer de materiële schade vast en ondersteunt bij de procedure naar de verzekering. Als het incident (mede) is te wijten aan de school wordt de WA-verzekering van de school aangesproken.

Protocol voor opvang leerlingen bij ernstige incidenten Op het moment dat een ernstig incident van agressie en geweld met een leerling als slachtoffer heeft plaatsgevonden, wordt onmiddellijk de directeur geïnformeerd. De directeur meldt de gebeurtenis bij een lid van het schoolbestuur van Conexus. De directeur beoordeelt de situatie ter plekke. Hij/zij vult (eventueel samen met het slachtoffer) het meldingsformulier in. Taken en verantwoordelijkheden Van de directeur wordt het volgende verwacht: Een luisterend oor bieden. Advies geven over symptomen die kunnen optreden na een schokkende gebeurtenis. Informatie geven over opvangmogelijkheden. De eigen grenzen aangeven wat betreft de mogelijkheden voor hulpverlening en mee zoeken naar oplossingen (eventueel doorverwijzen naar professionele instanties). Aan leerling en ouders informatie geven m.b.t. het omgaan met schokkende gebeurtenissen. Vertrouwelijk omgaan met de informatie die zij krijgen. Taken en verantwoordelijkheden na een schokkende gebeurtenis Het bij het incident aanwezige personeel en de directeur zijn verantwoordelijk voor een goede eerste opvang. De directeur is verantwoordelijk voor het (laten) invullen van het meldingsformulier en het registreren van het incident, de voorlichting binnen de organisatie en de contacten met externe instanties als slachtofferhulp, e.d. De directeur bewaakt de voortgang van de hulpverlening aan het slachtoffer. De is verantwoordelijk voor het organiseren van de continuïteit in de school (bijvoorbeeld opvang klas indien leerkracht bij slachtoffer blijft). De is verantwoordelijk voor een adequaat vervolg van de opvang van het slachtoffer. De directie neemt zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval binnen 72 uur, contact op met de ouders van het slachtoffer. De opvangprocedure Als een leerling een schokkende gebeurtenis meemaakt, wordt de volgende procedure gevolgd: Iedereen is verplicht het slachtoffer uit de situatie te helpen en de eerste opvang te verzorgen. De diercteur wordt zo snel mogelijk geïnformeerd. De BHV-er meldt de schokkende gebeurtenis zo snel mogelijk bij de directeur en zorgt voor de eerste begeleiding van het slachtoffer. De directeur neemt binnen drie dagen contact op met de ouders van het slachtoffer en biedt adequate hulp. De directeur onderhoudt contact met de ouders van het slachtoffer en zorgt voor een verantwoorde wijze van terugkeer naar de school. Contact met slachtoffer Het is de taak van de directeur om (via de ouders) contact te houden met het slachtoffer en de medewerkers en de leerlingen te (blijven) informeren over de situatie. Op deze manier verliest het slachtoffer niet het contact met de school. Binnen drie dagen na het incident heeft de directie een gesprek met de ouders van de betrokkene(n). Tijdens dit gesprek wordt ondermeer bezien of hulp aan betrokkene(n) gewenst is. Binnen drie weken vindt een vervolggesprek plaats, waarin de directie ondermeer informeert of de opvang naar tevredenheid verloopt. Na ongeveer twee maanden vindt een afsluitend gesprek plaats. In veel situaties kan het wenselijk zijn, dat het slachtoffer informatie krijgt over de dader en de manier waarop deze zijn daad verwerkt.

Terugkeer op school De groepsleerkracht en de directuer hebben de verantwoordelijkheid de leerling bij de terugkeer te begeleiden. Na een schokkende gebeurtenis komt er een moment van confrontatie met de plaats waar - of de persoon met wie - de schokkende gebeurtenis heeft plaatsgevonden. Dit kan een moeilijk moment zijn afhankelijk van de aard en oorzaak van de gebeurtenis. Soms zal er weer een basis moeten worden gelegd voor een werkbare relatie, in ieder geval zal het vertrouwen in zichzelf en de omgeving weer opgebouwd moeten worden. Twee weken na terugkeer moet door de directie worden onderzocht of betrokkene zich weer voldoende veilig voelt. Als dit niet zo is, dan worden initiatieven ontwikkeld om tot een oplossing te komen. Het opvangteam kan hierin een rol krijgen. Het betrokken lid uit het team volgt het proces in ieder geval conform de gemaakte afspraken. Zonodig moeten door de directie in overleg met de veiligheidscoördinator maatregelen worden genomen om herhaling te voorkomen en aanvullende preventieve maatregelen te nemen. Ziekmelding Afhankelijk van de ernst van de gebeurtenis, waarbij wordt uitgegaan van de beleving van de leerling, wordt hij / zij in de gelegenheid gesteld om naar huis te gaan. De leerling wordt conform de hiervoor geldende procedure ziek gemeld. Tevens dient de mogelijkheid geboden te worden om op korte termijn contact te hebben met het opvangteam. Materiële schade De directie heeft de taak om samen met het slachtoffer eventuele materiële schade vast te stellen en zorgen voor een snelle afwikkeling van de schadevergoeding. Indien de betrokkene blijvend letsel heeft, geldt zijn / haar normale verzekering, tenzij de organisatie onzorgvuldigheid of nalatigheid te verwijten valt. Melding bij de politie Bij een misdrijf zal het bestuur alles in het werk stellen, dat er aangifte wordt gedaan bij de politie. Feitelijke aangifte bij de politie kan alleen door het slachtoffer zelf worden gedaan. Bij kinderen jonger dan 18 jaar kunnen alleen de ouders aangifte doen. Toelichting: Aangifte doen Voor een (beperkt) aantal misdrijven is bepaald in het Wetboek van Strafvordering (art 160), dat ieder die daarvan kennis draagt verplicht is aangifte te doen. Het gaat daarbij onder meer om misdrijven waardoor de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar wordt gebracht en daadwerkelijk levensgevaar is veroorzaakt, misdrijven tegen het leven gericht, afbreking van zwangerschap, mensenroof en verkrachting. Ieder die kennis draagt van een begaan strafbaar feit is bevoegd aangifte te doen. Openbare colleges, en daarmee besturen van openbare scholen, zijn verplicht onverwijld aangifte te doen van misdrijven waarvan ze bij de uitoefening van hun bediening kennis krijgen (art.162). Voor werkgevers in het bijzonder onderwijs geldt dit (nog) niet. Onderwijsinspectie Klachten over seksueel misbruik, seksuele intimidatie, ernstig fysiek of geestelijk geweld worden gemeld bij de vertrouwensinspecteurs. Het centrale meldpunt is: 0900 111 3 111.

Protocol voor opvang personeel bij ernstige incidenten Op het moment dat een ernstig incident van agressie en geweld met een personeelslid als slachtoffer heeft plaatsgevonden, wordt onmiddellijk de directeur geïnformeerd. De directeur meldt de gebeurtenis bij een lid van het schoolbestuur van Conexus. De directeur beoordeelt de situatie ter plekke. Hij/zij vult (eventueel samen met het slachtoffer) het meldingsformulier in. Taken en verantwoordelijkheden Van de directeur wordt het volgende verwacht: Een luisterend oor bieden. Advies geven over symptomen die kunnen optreden na een schokkende gebeurtenis. Informatie geven over opvangmogelijkheden. De eigen grenzen aangeven wat betreft de mogelijkheden voor hulpverlening en mee zoeken naar oplossingen (eventueel doorverwijzen naar professionele instanties). Aan belanghebbenden informatie geven m.b.t. het omgaan met schokkende gebeurtenissen. Vertrouwelijk omgaan met de informatie die zij krijgen. Taken en verantwoordelijkheden na een schokkende gebeurtenis De directe collegae en de directeur zijn verantwoordelijk voor een goede eerste opvang. de directeur is verantwoordelijk voor het (laten) invullen van het meldingsformulier en het registreren van het incident, de voorlichting binnen de organisatie en de contacten met externe instanties als slachtofferhulp, e.d. de directeur bewaakt de voortgang van de hulpverlening aan het slachtoffer. de directeur is verantwoordelijk voor het organiseren van de continuïteit in de school (onder andere opvang klas). de directeur is verantwoordelijk voor een adequaat vervolg van de opvang van het slachtoffer. De directie neemt zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval binnen 72 uur, contact op met het slachtoffer. De arboarts heeft een signalerende functie. Hij/zij informeert de werkgever als er signalen binnen komen die wijzen op het gepasseerd zijn van schokkende gebeurtenissen en/of problemen die daarmee samenhangen en leiden tot mogelijke uitval van medewerkers. De opvangprocedure Als een medewerker een schokkende gebeurtenis meemaakt, wordt de volgende procedure gevolgd: Iedereen is verplicht het slachtoffer uit de situatie te helpen en de eerste opvang te verzorgen. de directeur wordt zo snel mogelijk geïnformeerd. de directeur meldt de schokkende gebeurtenis zo snel mogelijk bij het schoolbestuur van Conexus de directeur zorgt voor de eerste begeleiding van het slachtoffer. de directeur neemt binnen drie dagen contact op met het slachtoffer en biedt adequate hulp. de directeur onderhoudt contact met het slachtoffer en zorgt ervoor, dat hij/zij op een verantwoorde wijze kan terugkeren op het werk of in de klas. Contact met slachtoffer Het is de taak van de directeur om contact te houden met het slachtoffer en de medewerkers en de leerlingen te (blijven) informeren over de situatie. Op deze manier verliest het slachtoffer niet het contact met het werk of de klas. Binnen drie dagen na het incident heeft de directie een gesprek met de betrokkene(n). Tijdens dit gesprek wordt ondermeer bezien of hulp aan betrokkene(n) gewenst is. Binnen drie weken vindt een vervolggesprek plaats, waarin de directie ondermeer informeert of de opvang naar tevredenheid verloopt. Na ongeveer twee maanden vindt een afsluitend gesprek plaats. In veel situaties kan het wenselijk zijn, dat het slachtoffer informatie krijgt over de dader en de manier waarop deze zijn daad verwerkt.

Terugkeer op het werk De directie en IB-er hebben de verantwoordelijkheid de betrokkene bij de terugkeer te begeleiden. Na een schokkende gebeurtenis komt er een moment van confrontatie met de plaats waar - of de persoon met wie de schokkende gebeurtenis heeft plaatsgevonden. Dit kan een moeilijk moment zijn afhankelijk van de aard en oorzaak van de gebeurtenis. Soms zal er weer een basis moeten worden gelegd voor een werkbare relatie met de leerling of collega, in ieder geval zal het vertrouwen in zichzelf en de omgeving weer opgebouwd moeten worden. Extra aandacht van collega's kan ondersteunend werken. Twee weken na terugkeer moet door de directie worden onderzocht of betrokkene zich weer voldoende veilig voelt. Als dit niet zo is, dan worden initiatieven ontwikkeld om tot een oplossing te komen. Het opvangteam kan hierin een rol krijgen. Het betrokken lid uit het team volgt het proces in ieder geval conform de gemaakte afspraken. Zonodig moeten door de directie in overleg met het schoolbestuur van Conexus maatregelen worden genomen om herhaling te voorkomen en aanvullende preventieve maatregelen te nemen. Ziekmelding Afhankelijk van de ernst van de gebeurtenis, waarbij wordt uitgegaan van de beleving van de betrokkene, wordt hij / zij in de gelegenheid gesteld om naar huis te gaan. Hoewel de situatie dit bemoeilijkt, dient in verband met de praktische consequenties de betrokkene ziek te worden gemeld (waarbij aangegeven wordt dat de aard van de ziekte ten gevolge van een incident op het werk is). Tevens dient de mogelijkheid geboden te worden om op korte termijn contact te hebben met het opvangteam. De bedrijfsarts wordt ingeschakeld. Materiële schade De directie heeft de taak om samen met het slachtoffer eventuele materiële schade vast te stellen en te zorgen voor een snelle afwikkeling van de schadevergoeding. Indien de betrokkene blijvend arbeidsongeschikt wordt, gelden de rechtspositionele regels uit de WIA en het Besluit ziekte en arbeidsongeschiktheid voor onderwijspersoneel PO en VO (BZA). Melding bij de politie Bij een misdrijf zal het bestuur alles in het werk stellen, om te zorgen dat er aangifte wordt gedaan bij de politie. Feitelijke aangifte bij de politie kan alleen door het slachtoffer zelf worden gedaan. Arbeidsinspectie De directie kan afgezien van de wettelijke verplichtingen ter zake besluiten om de arbeidsinspectie in te schakelen. Melding bij Arbeidsinspectie dient in ieder geval plaats te vinden indien sprake is van ernstig ongeval (definitie ernstig ongeval: indien iemand lichamelijk en/of geestelijk schade aan de gezondheid heeft opgelopen die binnen 24 uur na het ongeval leidt tot opname in een ziekenhuis ter observatie of behandeling, dan wel naar redelijk oordeel blijvend zal zijn; Artikel 9 lid 1 Arbowet). Interne melding In geval van een ernstig ongeval meldt de directie direct aan de bedrijfshulpverleners en aan de MR, dat een arbeidsongeval heeft plaatsgevonden (Artikel 9 lid 2 Arbowet).