Begeleiding pastoraal Initiatieven Wenselijk Wie, wat, waar, hoe Evaluatie Er is een crisisteam of kerngroep op school Er wordt vorming en nascholing voor alle personeelsleden voorzien De directie brengt zo snel mogelijk een bezoek aan de betrokken familie Er heeft een individuele herdenking plaats voor een overleden personeelslid of leerling met de hele schoolgemeenschap Men gaat met een groep (vb met een bus) naar de uitvaart Begeleiding pastoraal op de basisschool Rouwbegeleiding op school overleg en evaluatie voor de uitwerking van een structureel beleid
Men begeleidt leerlingen bij het bezoek aan het mortuarium Men stelt een herinneringsbundel samen om aan de familie te bezorgen Op de sterfdag een jaar nadien neemt men nogmaals contact op men de familie Op school is er een herdenkingsplaats voor overledenen Leerlingen kunnen bij een vertrouwensleerkracht terecht Er is christelijke symboliek rond sterven en verrijzen aanwezig op school Voor terminale collega s of leerlingen is er aandacht of zorgt men voor attenties Het thema van lijden en dood komt vakoverschrijdend aan bod en is bespreekbaar Er zijn boeken of teksten aanwezig rond rouwverwerking Rouwbegeleiding op school overleg en evaluatie voor de uitwerking van een structureel beleid Pagina 2
Er is preventie in verband met suïcideproblematiek Er is informatie en vorming verband met rituelen en gebruiken in andere religies en culturen Na een sterfgeval is er een evaluatiegesprek over de genomen beslissingen en opvang Rouwaankondigingen worden doorgegeven aan de leraarskamer of betrokken klassen Er zijn afspraken met het secretariaat i.v.m. schriftelijke en telefonische communicatie Bij een overlijden in een klas blijft de overleden leerling zichtbaar aanwezig via een foto of lege plaats Er is een jaarlijks bezinningsmoment voor alle overledenen die betrokken zijn bij de schoolgemeenschap Andere & lokale voorstellen of initiatieven Rouwbegeleiding op school overleg en evaluatie voor de uitwerking van een structureel beleid Pagina 3
Aandachtspunten voor rouwzorg op school Het is onze verantwoordelijkheid om jongeren te leren omgaan met gevoelens en emoties, in het bijzonder met verdriet en rouw. De dood moet een plaats krijgen in het leven en op school, ook al bestaat er geen vak zoals doodsopvoeding. Nochtans komen overlijdens voor in elke schoolgemeenschap, al blijft de aandacht ervoor veelal enkel bij een berichtgeving aan de betrokkenen en/of een aanwezigheid bij de uitvaart. Soms doorkruist de dood het schoolleven zo plots, zo onverwacht en ingrijpend, dat van een echte crisis sprake is, zeker als een leerling of personeelslid sterft. Op korte tijd moet dan zoveel geregeld worden, dat een draaiboek bijna een noodzakelijk instrument is. De volgende gedachten kunnen bouwstenen zijn om een tactvol en weloverwogen scenario op te stellen, aangepast aan de specifieke situatie van de eigen school. We onderscheiden daarbij vijf belangrijke onderdelen (chronologisch verband): 1. De berichtgeving 2. Het samenstellen van een crisisteam 3. Bezoek aan de betrokken familie 4. Organisatorische aanpassingen binnen de schoolplanning 5. De eigenlijke melding 6. De tijd tot de uitvaart 7. Verdere opvang na de uitvaart 8. Terugblik en evaluatie 1. DE BERICHTGEVING Het bericht kan op verschillende manieren binnenkomen: een persoonlijke melding, telefonisch, per post of via een rouwadvertentie in de krant. Het moet zo vlug mogelijk doorgegeven worden aan de directie én aan de klastitularis. Zij worden op dat moment de sleutelfiguren en het crisisteam, en alleen zij mogen in het begin het bericht doorzeggen. Bij een plots sterfgeval op school is het vanzelfsprekend dat de familie onmiddellijk wordt verwittigd. Soms moet daarbij de hulp van de politie ingeroepen worden om hen op te sporen. Bij een overlijden buiten de lesuren is geheimhouding tot de volgende dag soms beter, zodat de leerlingen het eerste lesuur opgevangen kunnen worden. Al bestaat het risico dan dat sommigen het nieuws reeds via andere kanalen vernamen. Komt het bericht in het weekend binnen, dan is het zinvol alle betrokkenen op te bellen of een telefoonpyramide (met bijvoorbeeld drie verantwoordelijken) te organiseren om informatie door te geven, met een afspraak voor verdere opvang tijdens het eerste lesuur op maandag. In het geval van een telefoonpyramide moet de informatie correct en duidelijk doorgegeven en afgebakend worden. 2. SAMENSTELLEN VAN EEN CRISISTEAM De bedoeling van deze samenwerking is zorgen voor een gecoördineerde en doordachte reactie van de school op de plotselinge dood van iemand uit de schoolgemeenschap. Deze sleutelfiguren zijn : iemand van de directie, de klastitularis, de leerkracht godsdienst en eventueel een graadcoördinator of leerling-begeleider. Zij komen samen, stemmen hun agenda s op elkaar af en proberen zoveel mogelijk bereikbaar te zijn voor elkaar. Er moeten afspraken gemaakt worden over mogelijke wijzigingen in het uurrooster, het doorgeven van de informatie, de opvang en nazorg van leerlingen en collega s, het contact met de familie van de overledene, de laatste groet, de uitvaart, de rouwadvertentie, de gedachtenisviering en de administratieve regelingen. Vooreerst moet men goed zicht op de zaak krijgen: Wie is er gestorven? Wat is er precies gebeurd, waar en hoe? Welke informatie over de doodsoorzaak mag bekend gemaakt worden? Wanneer zal de uitvaart plaats vinden? Wie zijn de belangrijkste vrienden? Zijn er broers, zussen of andere familieleden op school? Overleg met de rechtstreekse betrokkenen is hierbij noodzakelijk. Pagina 4
Aandachtspunten voor rouwzorg op school 3. OP BEZOEK BIJ DE BETROKKEN FAMILIE Nog dezelfde dag van het bericht neemt het crisisteam contact op met de familie: om uit naam van de school deelneming te betuigen, om af te spreken wat precies mag gezegd worden over het overlijden en om een afspraak te maken voor een bezoek. Dan kan verder besproken worden of de familie ook een bezoek van de leerlingen wenst, of vanuit de school een rouwadvertentie wordt geplaatst, of de leerlingen een laatste groet kunnen brengen aan de overledene, of zij aanwezig kunnen zijn en/of actief kunnen deelnemen aan de uitvaartplechtigheid, en of er een herdenkingsdienst op school georganiseerd wordt. 4. ORGANISATORISCHE AANPASSINGEN Bij een plots overlijden kan overwogen worden het uurrooster aan te passen: voor één dag of enkele dagen, voor één klas, enkele klassen of de hele school. Vragen die moeten gesteld worden zijn: Welke activiteiten kunnen blijven doorlopen? Welke worden beter afgelast of uitgesteld? Wie gaat er mee de overledene groeten en wie gaat naar de uitvaart? Begeleidende leerkrachten moeten hiervoor eventueel enkele uren kunnen vrijgemaakt worden. Hopelijk kan er ook ruimte gegeven worden aan leerkrachten die gewoon uit zichzelf willen meegaan. Wat ook heel belangrijk is: de schooladministratie moet onmiddellijk op de hoogte gebracht worden, om te voorkomen dat er nog correspondentie op naam van de overledene wordt verstuurd. 5. DE EIGENLIJKE MELDING Deze moet goed voorbereid en afgesproken worden: wie zegt wat, hoe, wanneer, aan wie? De getroffen klas moet geïnformeerd worden aan het begin of in de loop van de dag, nooit op het einde voor het naar huis gaan. De eerste opvang is immers belangrijker dan de melding zelf. Het crisisteam zorgt voor een schriftelijke mededeling aan alle collega s, die zo de andere klassen persoonlijk op de hoogte kunnen brengen. Zowel voor de collega s als voor de leerlingen kan een overlijdensbericht met foto worden uitgehangen. Voor de grote meerderheid op school is een foto interessant om een beeld te hebben van wie er gestorven is. Van belang is ook de vraag of de ouders van de leerlingen moeten geïnformeerd worden, eventueel alleen de ouders van de betrokken klas(sen). Dit kan gebeuren per brief of met een gedicteerde mededeling in de schoolagenda. Eventueel kan hierbij ook het oudercomité betrokken worden. Voor de melding zelf is het goed om met twee naar de klas te gaan. Na een korte inleidende zin wordt het nieuws eerder zakelijk meegedeeld. Niet alle informatie wordt ineens gegeven. Het is beter eerst wat tijd te laten voor emoties om vervolgens feitelijke aanvullingen te geven. Als de eerste emoties wat geluwd zijn, kan ter sprake gebracht worden wat er verder zal gebeuren : alle concrete schikkingen. Van belang hierbij is ook dat er een contactpersoon voorgesteld wordt die in de eerste dagen beschikbaar blijft voor een persoonlijk gesprek. Hierna is het goed om het klaslokaal te verlaten en in een andere ruimte of buiten op de speelplaats samen te komen. Hopelijk krijgen de leerlingen ook de kans even onder elkaar samen te zijn, zonder, leerkracht. Koffie, thee of frisdrank zou op zo n moment beschikbaar moeten zijn. Tot slot is er nog speciale aandacht vereist voor eventueel afwezige leerlingen: zij moeten zo spoedig mogelijk geïnformeerd worden, en liever persoonlijk dan telefonisch (er is bij hen thuis misschien op dat ogenblik niemand om hen op te vangen). 6. DE TIJD TOT DE UITVAART Voor vele leerlingen is het de eerste keer dat ze een laatste groet aan een overleden kunnen brengen. Zo n afscheid kan, mits het goed begeleid wordt, helend zijn voor het verdere rouwproces. Daarom wordt zo n begroeting best georganiseerd tijdens de les, al kan niemand verplicht worden om mee te gaan. Het beste is dat de hele groep samen naar het mortuarium gaat en dat de leerlingen daar vrij worden gelaten om al of niet naar binnen te gaan. Hierbij zijn best twee leerkrachten aanwezig, iemand die permanent in de dodenkamer blijft en iemand die buiten de leerlingen opvangt. Het is belangrijk de leerlingen alle tijd te geven, maak er geen lopende band van. Nadien wordt bij voorkeur in groep teruggekeerd naar de school en wordt er voor opvang gezorgd. Eventueel kan nadien op school wat tijd voorzien worden om verder te werken aan de voorbereiding van de uitvaart, met tekst en muziek. Het is tevens een uitgelezen kans om de leerlingen te helpen iets neer te schrijven over hun gevoelens van verdriet en onmacht. Soms is het ook interessant vooraf iets te vertellen over het ritueel van de uitvaart en het verloop ervan. Er kan ook contact opgenomen worden met de voorganger van de plechtigheid om te vragen dat de klas rechtstreeks zou aangesproken en betrokken worden tijdens de uitvaart. Leerkrachten kunnen onderling ook afspreken om deze dagen aan elkaar een klasboek door te geven waarin staat vermeld of en hoe er over de dood is gesproken in de klas. Naar de uitvaart gaat men best met de hele groep samen, en het is ook hier belangrijk is om samen terug te keren en dan tijd te voorzien om na te praten. Pagina 5
Aandachtspunten voor rouwzorg op school 7. VERDERE OPVANG Enerzijds kan een gevoel ontstaan van Nu is het genoeg geweest. Laat de doden hun rust. We gaan nu voort. Dergelijke gebeurtenissen kosten immers veel energie in het schoolleven. Maar anderzijds zijn de jongeren heel erg aangegrepen door de ervaring van de dood, en willen ze in hun beleving de tijd als het ware nog even laten stilstaan. Zo komen trouwens de eerste signalen van rouwverwerking aan de oppervlakte. Aandacht voor rouwverloop is alleen mogelijk in een schoolcultuur waar gevoelens en emoties een plaats krijgen en ze niet verdrongen worden. De leerlingen moeten daarom geen voorkeursbehandeling krijgen, het hoeft niet altijd expliciet besproken worden, maar de leerkracht moet gevoelig blijven voor persoonlijke uitingen en gedragingen. Doelgerichte activiteiten kunnen de verliesverwerking bevorderen, maar jongeren kunnen niet gedwongen worden tot praten als ze dat niet willen. Vanuit de school kunnen alleen kansen aangeboden worden, zoals bijvoorbeeld aandacht voor Allerheiligen, de verjaardag en sterfdag van de overledene. Vergeet op zo n momenten ook de ouders niet, want in hun rouw blijven zij hopen op een teken van de school. De herinnering aan een gestorvene mag blijven, en dus hoeft een lege plaats niet onmiddellijk te verdwijnen of opgevuld te worden. De leegte leeg laten is bijna een visuele voorstelling van de rouwopgave waar men voor staat. Soms ondervinden leerlingen na een sterfgeval ernstige studie- en gedragsproblemen. Het crisisteam en de klassenraad kunnen dan de hulp inroepen van het CLB voor een individuele opvang. In uitzonderlijke gevallen kan het nodig zijn om gespecialiseerde hulp van een rouwtherapeut in te roepen. Voor de groep kan het ook heilzaam zijn om contact te hebben met iemand van buitenaf, al was het maar tijdens een éénmalig klasgesprek. Voor de meeste leerlingen is het ook van belang dat ze bij iemand op school (een soort vertrouwenspersoon) terecht kunnen voor persoonlijk contact. 8. TERUGBLIK EN EVALUATIE Eigenlijk zou het crisisteam een maand na een sterfgeval opnieuw moeten samenkomen voor een terugblik op de gebeurtenissen en een evaluatie van de gang van zaken. Daar kunnen ook signalen besproken worden die opgevangen werden tijdens de lessen of in individuele gesprekken, zonder hierbij de vertrouwensrelatie tussen de leerling en de leerkracht te schenden. Op dit moment kan worden afgesproken wie in naam van de school contact blijft houden met de familie en welke data belangrijk zijn om te blijven herdenken. Als het crisisteam de kans ziet om zo n drietal maanden later nog eens samen te komen, dan kan men alles nog eens bespreken en kunnen de voorbije ervaringen leiden tot nieuwe inzichten. Uit negatieve ervaringen kunnen lessen voor de toekomst getrokken worden. Dit is het ogenblik om het bestaande draaiboek aan te passen waar dat nodig blijkt. Gebaseerd op het boek GEBROKEN WIT van P. SOMERS Pagina 6
Berichtontvanger: STAPPEN TOELICHTING Overlijden familielid neemt contact op met wie? Nagaan van correctheid van het bericht Melding kan binnenkomen via telefoon, rouwbrief, politie. Doorgeven aan directie of gedelegeerde. Om wie gaat het? Welke relaties, klassen? Aard van het overlijden? Omstandigheden? Wanneer? Wie contacteren? Overleg binnen kerngroep Afspreken wie het bericht meldt, welke gegevens relevant zijn. Hoe melden (bv met gebed, per klas, in leraarskamer )? Wie informeren (op school/buiten school)? Bekendmaking Personeel. Leerlingen. Ouders. Rouwbericht. Afwezigen niet vergeten! Symboliek (bv stille ruimte, foto, rouwboek ) Opvang voorzien voor emoties, gesprek. Contact met familie Telefonisch contact. Bezoek. Afspraken ivm uitvaart. Rekening houden met hun wensen en gewoonten. of gezinslid Overlijden leerling Overlijden collega Handreiking bij overlijden (afspraken) Pagina 7
Tijd tot de uitvaart Hoe normale schoolleven en structuur laten doorgaan en aandacht voorzien voor rouw. Begeleiding van leerlingen (bv georganiseerd bezoek aan mortuarium, betrokkenheid bij gebeuren & afscheid ) Afscheidsmoment Afspraken wb deelname, begeleiding, vervoer, opvang achteraf ) Nazorg Blijven aanspreken en ook niet overdrijven (individueel, werkvormen), omgaan met zichtbare leegte, persoonlijke begeleiding voorzien indien nodig, contact houden met familie (bv persoonlijke bezittingen terugbezorgen, rouwboek, kaartje, telefoontje ) administratie aanpassen, herdenkingsmoment voorzien Evaluatiemomenten Vanuit regelmatige feedback afspraken bijsturen waar nodig Handreiking bij overlijden (afspraken) Pagina 8
Verlies en rouw op school Publicaties/informatie/opleidingen Rouwen op school: 'Rouw op school' probeert u en de leerlingen steunend en ondersteunend nabij te zijn wanneer de dood zich aandient op school. In de wolken: boeken en materialen bij verliessituaties. Expertisecentrum omgaan met verlies (opleidingen) Rouwzorg Vlaanderen: is een vrijwilligersorganisatie rond 'zorg om mensen in rouw' en wordt gerund door een ploeg ervaren en geschoolde mannen en vrouwen. Missing You is een organisatie die zich met hart en ziel inzet voor rouwende kinderen, jongeren en jongvolwassenen. Stichting kind en rouw: een stichting die zich het lot aantrekt van kinderen die in een rouwproces terecht zijn gekomen door het (plotselinge) overlijden van een dierbare. Gezinspastoraal: verlies en crisissituaties. Zorgsaam: aanbod rouw. Palliatieve zorg Oost-Vlaanderen. Verdriet en rouw Klasse. Rouwkost: rouwverwerking op de basisschool. Manu Keirse: Kinderen helpen bij verlies: 15 tips. Rouw op school: een interessant document met info, scenario s en voorbeeldbrieven. Troost in wanhoop: een educatief pakket Rouwkoffers: Brieven IJD Gezinspastoraal (bisdom Gent) Afscheid van het leven. Palliatieve zorg Oost-Vlaanderen Leefsleutels Zelfdoding Ziekte Voorbeeldbrief bij overlijden Verlies en rouw (h)erkennen en opvolgen: secundair Verlies en rouw (als de dood voor de dood op school): basis Werkgroep verder: nabestaanden na zelfdoding Federatie palliatieve zorg Vlaanderen: Niet te jong voor verlies Kankerspoken: stichting verdriet door je hoofd Pagina 9
Verlies en rouw op school De bomen komen uit de grond En uit hun stam de twijgen En ied'reen vindt het heel gewoon Dat zij weer bladeren krijgen We zien ze vallen naar de grond En dan opnieuw weer groeien Zo heeft de aarde ons geleerd Dat ál wat sterft zal bloeien - Toon Hermans - Pagina 10