En wat hebben we vandaag geleerd? Reinoud Cartuyvels

Vergelijkbare documenten
Consensusdocument Laboratoriumdiagnostiek bij gastro-enteritis Deel 1: Opsporen van bacteriële verwekkers van gastro-enteritis (v1)

Urineculturen: consensus BILULU (v7)

Diagnostiek van gastro-enteritis met behulp van het FilmArray Gastro- Intestinaal panel van BioFire

Automatisatie van coproculturen: implicaties voor kliniek en lab. Apr Anne Tamigniau Supervisor : Pr Katrien Lagrou

URINE consensus. Guy Coppens

Testfiche. Syndromale multiplex PCR voor gastro-enteritis diagnostiek moleculaire detectie. Laboratoriumgeneeskunde RIZIV

Aanvraag feces diagnostiek: Hoe en wat?

Ten slotte heeft het NRC een adviserende rol voor de laboratoria voor klinische biologie en andere gezondheidswerkers.

E. coli-infecties. Ziektebeeld. Incubatieperiode

BILULU URINECONSENSUS IN DE PRAKTIJK.

De rol van 16S rrna gen PCR in de diagnose van gewrichtsprothese-infecties

Infectieuze diarree. Marjolein Deege, arts-microbioloog UMCU/Saltro

VERANTWOORD GEBRUIK VAN ANTIBIOTICA LIGT IN UW HANDEN

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID

EINDRAPPORT LEVENSMIDDELENMICROBIOLOGIE

Urineweginfecties (UWI s): Antibiotica en resistentie bij microorganismen

Critically Appraised Topic: Efficiënte, kwalitatieve en snelle faecesdiagnostiek: zijn moleculaire panels de oplossing?

Optimalisatie van entbodems. Van Dievoet Marie-Astrid Promotor: Prof. Dr. J. Verhaegen

De extractie van bacterieel en fungaal DNA uit verschillende lichaamsvloeistoffen

Automatisatie van respiratoire culturen

PCR-fecesonderzoek bij gastro-enteritis

DRAAIBOEK INFECTIEZIEKTEN CLB. Shigellose

Medische microbiologie. Onderzoekspakket MSL MM

Is den rooden loop terug in het land?*

Uricult Gebruikersinformatie Al meer dan 30 jaar de vertrouwde dipslide voor professionele vaststelling van urineweginfecties

Legionella pneumophila. S.G.S Vreden, MD, PhD

Antibacteriële therapie: diagnose, behandeling en therapieduur

Gastro-enteritis. Ziektebeeld. Incubatieperiode

Titel document Afnamematerialen overzicht microbiologie. Wijziging

EIND RAPPORT PROFICIENCY TEST VOOR LEVENSMIDDELEN DETECTIE OP KARKASSWABS YERSINIA ENTEROCOLITICA E. COLI O157:H7 STEC NOVEMBER 2013 MICROBIOLOGIE

HAL Bulletin. Nummer 2, December 2008 MFB/KC/HAL HO/DH/AH

Het optimaliseren van het (selectief) rapporteren van antibiotica. Van Aelst Sophie Supervisor: Laffut Wim H.-Hartziekenhuis Lier

Mijn kind heeft diarree

Laboratoria Nieuwsbrief oktober 2014 Klinisch Chemisch en Hematologisch Laboratorium Medisch Microbiologisch Laboratorium

Vaginitis. Steven Vervaeke

Infecties van het maag- darmkanaal Indeling Definities Oorzaken Fysiologie en pathofysiologie Kliniek en diagnose Behandeling

Medische microbiologie. Onderzoekspakket MSL MM

PPS 1Health4Food. Sectoroverstijgend onderzoek dier & volksgezondheid (1Health)

VSV Achterhoek Oost Protocol Preventie en behandeling van early-onset neonatale infecties

DIAGNOSTIEK TARIEVEN EERSTE LIJN 2014

Els van Nood Internist-infectioloog Havensymposium 2017

Koorts na tropenreis. Epidemiologie van reizigersziekten. Epidemiologie van reizigersziekten. Epidemiologie van reizigersziekten

Carbapenemase producerende enterobacteriaceae (CPE)

Aanbevelingen voor de aanpak van Carbapenemase Producerende Enterobacteriaceae (CPE)

Evaluatie van surveillance hemoculturen bij hematologische patiënten onder immunosuppressiva

VEREENVOUDIGD OVERZICHT VAN BESMETTELIJKE ZIEKTEN

TOEZICHT OP ANTIMICROBIËLE RESISTENTIE (AMR) IN LEVENSMIDDELEN (2017)

PCA3.

EINDRAPPORT PROFICIENCY TEST VOOR PT DETECTIE VAN PATHOGENE E. COLI IN MAART 2015 LEVENSMIDDELENMICROBIOLOGIE KIEMGROENTEN

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Epidemiology of gastroenteritis in the Netherlands de Wit, M.A.S. Link to publication

EIND RAPPORT PROFICIENCY TEST VOOR LEVENSMIDDELEN DETECTIE OP KARKASSWABS YERSINIA ENTEROCOLITICA E. COLI O157:H7 STEC MAART 2014 MICROBIOLOGIE

NEOBACITRACINE 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 3. FARMACEUTISCHE VORM 4. KLINISCHE GEGEVENS

EINDRAPPORT LEVENSMIDDELENMICROBIOLOGIE PT IN GEVOGELTE PRODUCTEN

Titel document Afnamematerialen overzicht microbiologie. Wijziging

Verwerkte mest Detectie van Salmonella spp.

Bijsluiter NL Versie NOROCLAV 250 MG BIJSLUITER

Optimaliseren van het antibioticabeleid in Nederland XVIII

Urineweginfecties Een correct staal als voorwaarde voor een juiste diagnose

Inhoudsopgave. Afkortingenlijst / 11. Inleiding / 13

Verwerkte mest Detectie van Salmonella

BIJSLUITER Clavobay 50 mg tabletten voor honden en katten

Urineculturen: consensus BILULU (v8)

Q 1: Vraag 13/01/2012: Antwoord Prof. Y. Glupczynski: Q 2: Vraag 26/01/2012: Antwoord Béa Jans: enterobacteriaceae carbapenemase +

Waarde van digitale analyse met WASPLab van chromogene media (MRSA, VRE)

Tien jaar onderzoek in de agro- voedingssector gesubsidieerd door de DWTC

Uricult. Gebruikersinformatie MEDIPHOS. Al meer dan 30 jaar de vertrouwde dipslide voor professionele vaststelling van urineweginfecties

Diarree à volonté Presentatie WDH 12 september 2017 Ann Demeulemeester, arts microbioloog Star-SHL

Juni 2015 SAMENVATTING SCREENINGSSCHEMA UIT LEIDRAAD VOOR MEDISCHE CONSULTATIES BIJ SEKSWERKERS. Pasop vzw

Ontstekingsparameters in de huisartspraktijk. Warffum 2012

7 Streptococcen surveillance Rubriekhouder: Mw. dr. E. E. Stobberingh, SWAB ( )

1. RSV: testaanbod. 1.1 RSV antigeen = sneltest

OPTIMALISATIE EN REGIONALE STANDAARDISATIE VAN HET MRSA-SCREENINGSBELEID

Lokale antibiotische behandeling van infecties veroorzaakt door gevoelige kiemen. Behandeling van huidinfecties: - impetigo - furunkels

Rondzending nieuwe stijl - een integraal aanpak. Sectie bacteriologie/mycologie dr. Tanja Schülin

Surveillance van Yersinia enterocolitica en Yersinia pseudotuberculosis in België

DIAGNOSTIEK BIJ GASTRO-ENTERITIS

Rapportering voor het jaar 2016 Referentiecentrum voor NOROVIRUS.

Rapportering voor het jaar 2014 Referentiecentrum voor NOROVIRUS.

Paramètre Parameters. Jaar

Inleiding. Meer informatie over gastro-enteritis. Behandeling van gastro-enteritis

Infecties van het maagdarmkanaal

AFNAME HEMOCULTUUR FLESSEN. Kristien Rasschaert, PhD Benelux Product Manager

Antimicrobiele geneesmiddelen: gevoeligheid en resistentie

Voorbeelden uit de praktijk: Gisten in een urinecultuur

Whole genome sequencing op direct materiaal voor virus detectie en typering. Janette Rahamat-Langendoen, arts-microbioloog

Dienst: Kwaliteit van laboratoria. HANDLEIDING VOOR HET GEBRUIK VAN DE TOOLKIT: EKE MICROBIOLOGIE (Instructies voor de deelnemers)

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

AFNAME VAN ETTER-, WOND- EN PUNCTIEVOCHT EN ANDERE MONSTERS

Samenvatting van de evaluatie van het Nationaal Referentie Centrum voor invasieve Groep A Streptokokken

Omschrijving: SAP nr.: Opmerkingen: Hemocultuurflessen. set van aërobe (groene) en anaërobe (oranje) cultuurfles

EINDRAPPORT LEVENSMIDDELENMICROBIOLOGIE

Patiënteninformatie (CPE)

antibiotica in vitro : Welke eigenschappen moeten in acht worden genomen om de therapiekeuze te optimaliseren?

EINDRAPPORT PROFICIENCY TEST VOOR TELLING CAMPYLOBACTER SPP DECEMBER 2014 LEVENSMIDDELENMICROBIOLOGIE GEVOGELTEPRODUCTEN

Medische microbiologie. Onderzoekspakket MSL MM

Detectie van Campylobacter spp. volgens de Vidasmethode. Détection de Campylobacter spp. selon la méthode Vidas

Staalrejectiecriteria: betere microbiologie voor minder geld?

Infecties van het maagdarmkanaal. Jeannine Nellen internist-infectioloog

BIJSLUITER NOROCLAV 50 mg Tabletten voor honden en katten

Transcriptie:

En wat hebben we vandaag geleerd? Reinoud Cartuyvels

Johan Frans: Diagnostisch scenario.

Lien Cattoir: BILULU consensus The making of Jrdjr er

Lien Cattoir: BILULU consensus The making of Beperkte evidentie voor gebruik transportmedia Let op met rejectie van stalen op basis van consistentie en hospitalisatieduur Meeropbrengst MacConkey zeer beperkt Incubatieduur Campylobacterplaat 48u voldoende (?) Aandacht voor correcte identificatie van Shigella spp. (DD Plesiomonas shigelloides)

Prof. Jean Plum: Microbioom analyse van de darmflora Twee methoden: 16S-rRNA gene of Shotgun Lijst OTU en Taxa met 16S-rRNA gene Diepte afhankelijk van aantal OTU en taxonomie van kingdom tot species, meestal phylum Complexe datastructuur, veel data, ongelijk verdeeld

Prof. Jean Plum: Microbioom analyse van de darmflora Microbiële data zijn kwalitatief niet kwantitatief Uitkomst verwerking data afhankelijk van gekozen software Bio-informatica α en β analyse Associatie is geen causaliteit Toekomst: Betere sequentie bepaling, betere software, betere databases, meer info tegen lagere kostprijs Shit happens to become of interest

Dr. Peter Bossuyt: Wat wil de gastro-enteroloog nu echt weten over uw stoelgang? Anamnese en kliniek Selectief stoelgangsstaal Restrictief in AB therapie Timing resultaten

Annemie Van den Abeele: Wat brengt de toekomst? Pre-analytisch Syndroom gebaseerd Patiëntengroepen - geïndividualiseerde aanpak Analytisch Proteomics en (meta)genomics Culturomics ondersteunt Post-analytisch Aangepaste communicatie

Consensusdocument: Laboratoriumdiagnostiek bij gastro-enteritis Deel 1: Opsporen van bacteriële verwekkers van gastro-enteritis Versie 1

De bronnen 10

De bronnen 11

Pre-analytische fase Transport- en bewaartijd: zo kort mogelijk, zeker <24 uur (geen evidentie, expert opinie) Replica-limiet: 1 staal / 24 uur (Leber) Staalvolume: minimaal 5 ml of 0.5 g (Leber, Humphries)

Pre-analytische fase Staaltypes voor faecescultuur (Leber, Humphries, expert opinie) Aanvaardbaar: Gewoon stoelgangstaal in droog, steriel recipiënt, ongeacht consistentie of hospitalisatieduur Onaanvaardbaar: Luiers WC-papier met stoelgang Foutief afnamerecipiënt (vb. container voor OZ parasieten, gefixeerde stalen) Staalontvangst na > 24 uur >1 staal per 24 uur Rectale wisser

Analytische fase: driehoek van Cattoir Jrdjr er C. difficile valt buiten scope van dit document. Niet op te sporen micro-organismen: Bacteroides spp, Klebsiella oxytoca, Escherichia albertii, Helicobacter pullorum. *STEC: Op te sporen bij (anamnese van) bloederige stoelgang of HUS. In geval van sterk klinisch vermoeden steeds bijkomend doorsturen naar het

Analytische fase Staalvoorbereiding: vloeibare stalen: geen (expert opinie) overige stalen: suspensie maken in fysiologisch H 2 O CAVE! niet te veel verdunnen (expert opinie) Volume enting: Platen: 1-3 druppels (Leber, expert opinie) Aanrijkingsmilieu: onduidelijk (1-2 g faeces volgens de bijsluiter, echter geen evidentie teruggevonden, moeilijk haalbaar in de praktijk en in strijd met aanbevolen minimale staalvolume)

Analytische fase: Te enten voedingsbodems 1 Rechtstreeks te enten: (MacConkey) Keuze uit: XLD, Hektoen, Chromagar Salmonella, Brilliance green, Bismuth sulfiet (Leber, Humphries) Aeromonas Yersinia agar (CIN, AY, CAY) (expert opinie) Selectieve plaat voor Campylobacter jejuni/coli (vb. blood-free charcoal, blood-free CCDA, blood-based Campy-VCA, Butzler, Campylosel, Skirrow, CASA, ) (Leber, Humphries) Een aanrijkingsmilieu: Seleniet (Leber, expert opinie)

Analytische fase: Te enten voedingsbodems 2 Enten vanuit seleniet na 18-24 uur incubatie: Keuze uit XLD, SS, Hektoen, Chromagar Salmonella, Brilliance green, Bismuth sufiet Bij voorkeur andere plaat dan bij rechtstreekse enting (Leber, Humphries) Bij (anamnese van) bloederige stoelgang of HUS: NSF-O157 VTEC: CT-SMAC of CHROMagar O157 (Leber, Humphries) Andere VTEC: MAC broth (Leber, Humphries) Staal sturen naar referentielaboratorium (AZ VUB)

Analytische fase: Te enten voedingsbodems 3 Bilulu s choice (obv literatuur en eigen experimenten): ALTIJD Rechtstreeks te enten: - XLD - AY - selectieve plaat voor Campylobacter jejuni/coli - seleniet Te enten vanuit seleniet na 18-24 uur incubatie: SS Bij (anamnese van) bloederige stoelgang of HUS: - NSF-O157 VTEC: CT-SMAC of CHROMagar O157 - Andere VTEC: MAC broth

Analytische fase: incubatie 1 Bodem atmosfeer temperatuur duur XLD, SS, Hektoen, aëroob 35-37 C 24 u CIN aëroob 25 C 48 u Campylobacter micro-aërofiel 35-37 C 48-72 u of 42 C Seleniet aëroob 35-37 C 18-24 u CT-SMAC, aëroob 35-37 C 24 u MAC broth aëroob 35-37 C 24 u Referenties: Leber, Humphries

Analytische fase: Incubatie 2 Bilulu s choice (obv literatuur en eigen experimenten): XLD, SS, Hektoen, aëroob 35-37 C 18-24 u AY aëroob 35 C 42-48 u Campylobacter micro-aërofiel 42 C 42-48 u Seleniet aëroob 35-37 C 18-24 u CT-SMAC, aëroob 35-37 C 24 u MAC broth aëroob 35-37 C 24 u

Analytische fase: Aflezen en uitwerken Aflezen Dagelijks Uitwerking Algemene regel: alle verdachte kolonietypes dienen geïdentificeerd en zo nodig verder uitgewerkt te worden Specifiek voor AY agar en Campylobacter plaat: identificatie van andere morfotypes kan nuttig zijn voor detectie van bijkomende pathogenen (Aeromonas spp., Plesiomonas shigelloides, Edwardsiella tarda, Campylobacter spp., Arcobacter spp.) MAC broth immunoassay

Analytische fase: Antibiogram 1 Voer steeds een gevoeligheidsbepaling uit bij identificatie van een enteropathogeen (uitgezonderd STEC) (Leber) En hoe rapporteren?

Analytische fase: Antibiogram 2 Salmonella spp. Shigella spp. Yersinia enterocolitica & pseudotuberculosis Aeromonas spp. Plesiomonas shigelloides Edwardsiella tarda Rapporteer AMPI/AMOX, SXT en FQ Op expliciete vraag van de clinicus Indien enteropathogeen ook uit HK, urine of ander steriel lichaamsvocht (rapporteer bijkomend CF3) Shigella spp., Salmonella serovar Typhi, Salmonella serovar Paratyphi A Kinderen <1 jaar, volwassenen >65 jaar Immuungecompromitteerde patiënten Referenties: Leber, Humphries

Analytische fase: Antibiogram 3 Campylobacter coli & jejuni Arcobacter spp. Rapporteer fluoroquinolone en erythromycine Rapporteer een macrolide, een fluoroquinolone en tetracycline Referenties: Leber

Post-analytische fase: Rapportering 1 Stalen met uitsluitend darmflora Geen Salmonella species, Shigella species, Campylobacter jejuni/coli, Yersinia enterocolitica/pseudotuberculosis, Aeromonas caviae/veronii terug gevonden. (Leber, Humphries) Stalen met pathogeen Pathogenen rapporteren met identificatie, (semi-)kwantificatie, antibiogram (cfr. Supra)

Post-analytische fase: Rapportering 2 Bijkomende commentaren per kiem mbt. klinische betekenis en medisch beleid. Enkele voorbeelden: Niet-typhoidale Salmonella infecties zijn meestal zelflimiterend en symptomatische behandeling met toediening van vocht en elektrolyten vormt de hoeksteen van de behandeling. Antibioticatherapie (fluoroquinolone of azithromycine) is enkel zinvol bij patiënten met (risico voor) invasieve infecties en verhoogt het risico op langdurige excretie. Sommige Aeromonas species zijn verwekkers van gastro-enteritis. Meestal gaat het om een milde, zelflimiterende, waterige diarree, vaak gepaard met buikpijn, koorts en braken. Een antibioticumbehandeling is in deze gevallen meestal niet nodig. Zelden ontstaat er dysenterie-achtig beeld met bloederige stoelgang of een cholera-achtig syndroom. Bij een ernstig verloop kan therapie met azithromycine of een fluoroquinolone geïndiceerd zijn.

Post-analytische fase: Rapportering 3 Bijkomende commentaren per kiem mbt. klinische betekenis en medisch beleid Edwardsiella tarda behoort tot de normale darmflora. Deze bacterie kan voornamelijk na blootstelling aquarium water en/of waterschildpadden verwekker zijn van (opportunistische) gastro-enteritis. Over het nut van behandeling bestaat geen consensus. Arcobacter butzleri en Arcobacter cryaerophilus kunnen een acute gastroenteritis veroorzaken. Zoals voor Campylobacter is een behandeling met antibiotica niet standaard aanbevolen. Een gevoeligheidsbepaling voor de individuele (immuungecompromitteerde) patiënt kan uitgevoerd worden na overleg met de microbioloog.

Vragen en discussie