Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen, Ik vind het evangelie volgens Johannes een moeilijk evangelie. Soms moet ik 2, 3 keer lezen wat er staat en dan nog vraag ik me af of ik er iets van begrepen heb. En ik ben niet de enige. Misschien weet u dat de Nieuwe Bijbelvertaling op ieder bijbelbeek een inleiding geeft, en in de inleiding op het Johannesevangelie staat: opvallend is dat Johannes bepaalde woorden op verschillende niveaus gebruikt, in een gewone en een religieuze betekenis. Dat maakt dat de personages Jezus vaak niet begrijpen, en dat er misverstanden ontstaan in de dialogen tussen Jezus en de omstanders. Johannes zegt altijd meer dan dat er op het eerste gezicht staat, zijn verhalen hebben altijd meer lagen, meer betekenissen. Dat hebben we vorige week gezien bij het teken van het brood. Het ging om delen brood en vis, voor mensen die honger hadden, heel concreet. Maar ook om het delen van het Woord: de 5 boeken van Mozes plus de Profeten en de Geschriften. Maar het ging ook over het Christus-geheim: Jezus die zelf gebroken moet worden, om onder ons aanwezig te kunnen zijn. Wie iets van de diepe lagen van het Johannesevangelie wil begrijpen, moet goed lezen en goed luisteren. 1
Dat geldt ook voor het gedeelte van vandaag: Er komen Grieken die op zoek zijn naar Jezus, want, zegt de Nieuwe Bijbelvertaling: ze willen hem ontmoeten. Ik vind het jammer dat er voor dit woord, ontmoeten, is gekozen. In het Grieks staat er het woord zien. Je kunt denken: wat maakt dat uit? Ontmoeten is toch veel persoonlijker dan zien? Ontmoeten geeft iets aan van wederzijdsheid, dat is niet zo afstandelijk. Je kunt zien zonder contact te hebben, dan kun je elkaar toch beter ontmoeten? Misschien hebben de bijbelvertalers wel zoiets gedacht. Maar dan hebben ze volgens mij één ding vergeten: zien is in het Johannesevangelie altijd meer dan kijken. Zien is bij Johannes: inzien, begrijpen. Dat je ogen open gaan voor iets wat je daarvoor niet zag. Als Johannes spreekt over zien, dan wordt er iets belangrijks onthuld. En zeker als het hier ook nog een keer de Grieken zijn, die iets willen zien. De Grieken vertegenwoordigen de volkeren, de wereld, de heidenen. Als de Grieken Jezus willen zien, dan moet je op het puntje van je stoel gaan zitten. Want dan wordt er iets onthuld dat van wereldwijd belang is, iets dat alle mensen aangaat. Een cruciaal moment van kosmische betekenis. Daar kun je donder op zeggen. En dat gebeurt straks ook. 2
Wat hier onthuld wordt, is hoe de mens tot zijn of haar uiteindelijke bestemming komt. Het is de weg van de mensenzoon, van Jezus die de Christus is, en daarmee de weg van alle mensen. Wat direct opvalt, is dat het een weg is die niet logisch is. Jezus begint met de woorden: Het is tijd dat de Mensenzoon wordt verheven, dat is een beweging omhoog, naar de hemel, naar het licht. En hij vervolgt er mee dat de graankorrel in de aarde moet vallen en sterven, een beweging naar beneden, de aarde in, het duister. Om hier, in de hoogte, te komen, moet je daarlangs, door de diepte. Om te leven, moet je klaarblijkelijk eerst sterven. Om te krijgen, moet je eerst leren loslaten. Om te begrijpen, moet je eerst leren zien. Dat is een lastig, moeilijk en pijnlijk proces. Allereerst voor Jezus zelf. Johannes beschrijft Jezus hier van zijn meest menselijke kant: Ik ben doodsbang, erkent hij. En hij staat in een felle tweestrijd: wat zal ik doen: afhaken of doorgaan? Begrijpelijk, want zijn eigen leven staat op het spel. En wat is er kostbaarder dan je eigen leven? Dan komt het akelig dichtbij. 3
Wat, als je keuze ten koste gaat van alles wat je hebt? Van alles wie je bent? Dit is het ultieme loslaten, oog in oog met de dood, met de vernietiging. Wat blijft er dan nog van je over? Voor Johannes is dit een kritisch moment in de wereldgeschiedenis: Even houdt alles de adem is: kiest de Mensenzoon voor zijn eigen leven? Of voor het leven van de wereld, de kosmos, het leven en de toekomst van alle mensen? Want alleen door zijn leven los te laten, kan hij zich verbinden met alle mensen. Alleen door te sterven verandert, transformeert de mens Jezus, in de goddelijke Christusfiguur, die aanwezig wil zijn in het leven van ons allemaal. Alleen door zich zelf op te geven kan hij ons altijd en overal nabij zijn. Het sterven van Jezus en de opstanding luidt een nieuwe tijd in, is de nieuwe tijd zelf. Even houdt alles de adem in. Wat moet ik zeggen? Vader, laat dit ogenblik aan mij voorbijgaan? Nee. Maar hiervoor ben ik juist gekomen En dan kan alles en iedereen opgelucht opademen. En zelfs God laat van zich horen, met een stem uit de hemel: dit is het moment waarop Gods grootheid en liefde aan het licht komt. 4
Dit is het moment dat Goede Vrijdag, Pasen, Pinksteren en het Grote Oordeel over de wereld samenvallen: In deze keuze van Jezus om los te laten en zich over te geven aan de dood, verandert voor Johannes de loop van de geschiedenis Vanaf dat moment is alles anders geworden. Vanaf dat moment is God onvoorstelbaar dicht voor handen: aanwezig in het leven van ons allemaal. Niet meer alleen door zijn Woord, als een leefregel die van buitenaf wordt aangereikt. Maar ook en vooral door Gods Geest in ons, waardoor we zelf leren herkennen wat goed en fout is. Waardoor we kunnen leven uit de liefde, die in ons groeit. Dat is de droom van Jeremia, dat alle mensen, groot en klein, zich verbonden weten met God en leven vanuit die verbinding. Het is een indrukwekkend, cruciaal moment in het Johannesevangelie, een bepalend moment in het leven van Jezus. Maar het is net zo bepalend voor ons. Want, ik zei het al aan het begin, het is niet alleen de weg van de mensenzoon, die hier wordt onthuld. De weg van Jezus die de Christus is, is daarmee de weg van alle mensen. Jezus verbindt zijn weg direct met die van zijn volgelingen: wat voor hem geldt, geldt voor iedereen die wil leven. 5
Het is een weg van loslaten en onder gaan. Willen wij voluit en vruchtbaar leven, dan zullen ook wij de weg van het loslaten moeten gaan. Als persoon en als gemeenschap. Er is zoveel dat ons tegenhoudt om vanuit ons hart, onze verbondenheid en onze liefde te leven. Een angst is dan misschien wel het belangrijkste: - angst om onze zekerheden en vanzelfsprekendheden los te laten; - angst om ons te laten raken door het verhaal van een ander; - angst om onze angsten, twijfels en fouten onder ogen te zien; - angst om controle te verliezen. Maar zolang wij vasthouden aan wat voor ons bekend, veilig en vertrouwd is, ontstaat er geen ruimte voor groei. Voor nieuw leven en voor verbinding. Volgen van Jezus is de lastige weg gaan van het opgeven van je zekerheden; het opgeven van de maakbaarheid van je geluk; het opgeven van de idee dat wij de kerk toekomstbestendig kunnen maken. Volgen van Jezus is het pijnlijke proces van met lege handen komen te staan, en leren leven van wat ons wordt aangereikt. Van wat ons toevalt in de ontmoeting met de ander. Het is de weg van leren luisteren, voordat je gaat spreken. De weg van je snelle oordeel opschorten en bereid zijn je mening bij te stellen. Het is de weg van de ander de kans, het voordeel van de twijfel geven, omdat je leert dat in het gezicht van ieder ander, het gezicht van God zelf is verscholen. 6
De weg van Jezus gaan is leren dat je niets hebt, dat je niet eerst zelf hebt ontvangen. Dat alles wat je hebt, hebt gekregen, hebt geleerd van een ander. En dat je daarom dat wat je hebt, hebt om te delen. De weg van Jezus gaan, is de weg gaan van de graankorrel die sterft, maar die daardoor juist vruchtbaar wordt en leeft. In de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. 7