ONGEVALLENANALYSE E314 HEVERLEE-WILSELE

Vergelijkbare documenten
Ontwerpversie. Eerste versie. v1.2 Tweede versie

Evaluatie spitsstrook E34-E313

Evaluatie spitsstrook E40 Sterrebeek Bertem & Weefstroken E314

NOTA. 1. Voorwerp van de nota. 2. probleemstelling

DOORSTROMINGSSTUDIE SPITSSTROOK E314

Doorstromingsstudie: Spitsstrook E19 Noord richting Antwerpen

Opritten E314 afgesloten, extra hinder in en rond Leuven

Evaluatie spitsstrook E34-E313 Antwerpen Ranst

Weefstrook E40 en oprit R4 in Zwijnaarde

Doorstromingsstudie & Ongevallenanalyse

Haalbaarheidsstudie spitsstroken

STUDIENOTA. Onderwerp : 1. Voorwerp van de studienota

Evaluatie belijningsmaatregel R1 binnenring in Antwerpen-Zuid

Donkere dagen, meer ongevallen

Zomer Bob Campagne 2017 PZ GRENS (KALMTHOUT)

Voorbehouden rijstrook op E17 naar R2/E34

R1 Antwerpen-West Microsimulatie belijningsmaatregelen

Donderdag 28-jan 6:30 8:27 11:54 12:54 15:34 17:23 19:20

Haalbaarheidsstudie spitsstroken Studierapport Microsimulatie weefstrook E40 Sint-Denijs-Westrem Zwijnaarde

Doorstromingsstudie Weefzone R1 binnenring tussen Antwerpen-Oost en Antwerpen-Zuid Microsimulatie belijningsmaatregelen

Evaluatie spitsstrook E34-E313 Antwerpen Ranst

Haalbaarheidsstudie spitsstroken

Belijningsmaatregelen weefzone Ekeren Antwerpen-Noord op A12

Afdeling Expertise Verkeer en Telematica. Werfsignalisatie. 6e categorie NIET-autosnelwegen, met een toegelaten snelheid hoger dan 90 km/u

Doorstromingsstudie Gent: B401 en parallelbaan E17

Wegenwerken in Leuven en omgeving Efficiënte coördinatie en communicatie beperken de hinder

Tactische studie E314-E40

Onderwerp : Simulatie belijningsmaatregelen op R0

Stad Genk Publicatie Verkeersongevallen en slachtoffers

Beveiliging van de uitrit van Aalter door de plaatsing van dynamische boren

PERSBERICHT Brussel, 7 juni 2017

Infrastructuurprojecten op gewestwegen te Lummen en Heusden-Zolder

Ongevallenanalyse motoren op autosnelwegen in Nederland

Doorstromingsstudie: Microsimulatie hoofdwegennet R2 ter hoogte van Tijsmanstunnel

Minder Hinder op Autosnelwegen. Persconferentie Minister Hilde Crevits 7 februari 2014

E313 TUSSEN HAM EN MASSENHOVEN - HERSTELLEN BRUGVOEGEN RICHTING ANTWERPEN

2015: 1 ste t.e.m. 3 de kwartaal

Deelrapport Doorrekeningen Plan-MER Oosterweelverbinding (Fase 4) Bijlage 2: Resultaten nulscenario s (NUL0.0.0 en NUL1.00)

MEMO. Aan Robert in 't Veld (DVS) Van Paul van Lier (Advin B.V.) Datum 27 januari 2012 Projectnummer Status Definitief Versie 6

Samenstelling Levensloop Platina Fonds in 2015

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs

In 2015 gebeurden er in Genk 342 verkeersongevallen met doden en gewonden, dat is een daling met 26 ongevallen (-7,1%) ten opzichte van 2014.

Collectief ontslag in de periode van januari 2011 tot en met maart 2011

PERSBERICHT Brussel, 13 november 2012

Werkloosheidscijfers Tijdelijke werkloosheid Faillissementen

Invoegen / uitvoegen - plaats van handeling. Situatie 1 - invoegen GOED FOUT. Copyright 2007 Rijexamendoejezo.nl

Deelrapport Doorrekeningen Plan-MER Oosterweelverbinding (Fase 4) Bijlage 9: Overzichtsgrafieken indicatoren Scenario s zonder exploitatievarianten

STATISTISCH RAPPORT 2015 VERKEERSONGEVALLEN

Deelrapport Doorrekeningen Plan-MER Oosterweelverbinding (Fase 4) Bijlage 15: Resultaten modelscenario REF3.2.1

2016: 1 ste t.e.m. 3 de kwartaal

Tactische studie E313. Syntheserapport

Arbeidsmarkt Onderwijs

EVALUATIE VAN 1 JAAR SALDUZ- WET

Arbeidsmarkt Onderwijs

STATISTISCH RAPPORT 2016 VERKEERSONGEVALLEN

Deelrapport Doorrekeningen Plan-MER Oosterweelverbinding (Fase 4) Bijlage 7: Resultaten modelscenario REF4.3.0

BIVV. Verkeersveiligheid in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest OBSERVATORIUM VOOR DE VERKEERSVEILIGHEID

Overzicht Verkeersinbreuken Arrondissement ANTWERPEN

Facebook in Nederland Analyse Augustus Een analyse van fans, interactie en demografie

Betaalbaarheid van het residentieel vastgoed in functie van het inkomen

Bestuurlijke rapportage Toenemende druk op de acute zorg in Voorne-Putten

Files. We kunnen er samen wat aan doen.

Microsimulatie R0 Onderzoek naar het effect van een mogelijke snelheidsverlaging op de doorstroming

Impact van een verlaging van de snelheidslimiet op de R0 - Ring om Brussel op verkeersveiligheid en doorstroming

Arbeidsmarktbarometer Onderwijs

Arbeidsmarktbarometer Onderwijs

Arbeidsmarktbarometer 2011 Basisonderwijs en Secundair onderwijs

Deel 6 Resultaten. Verkeersveiligheid

Overzicht Verkeersinbreuken Provincie West-Vlaanderen

Verkeersveiligheidsbarometer. 1 e semester Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid

Arbeidsmarkt Onderwijs

Deel 6 Resultaten. Verkeersveiligheid

Elektrisch Rijden Personenauto s en laadpunten Analyse over 2018

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid stijgt opnieuw sterk

De 3 killers in het verkeer Miran Scheers Directeur Kenniscentrum Verkeersveiligheid Studiedag CPS 8 november 2012

Het ene ongeval is het andere niet

Statistisch rapport Verkeersongevallen

Verkeersveiligheidsbarometer. Het jaar Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid D/2017/0779/13

Wat ging vooraf? Dit is gedaan aan de hand van het beoordelingskader uit de NRD (zie hiernaast).

2014: 1 ste t.e.m. 3 de kwartaal

Aantal ongevallen en aantal verkeersslachtoffers dalen

Inhoud. Nota in het kader van de coördinatieopdracht monitoring asielinstroom van het Agentschap Integratie en Inburgering

a) Wat was de gemiddelde snelheid gemeten vóór de opstelling van de trajectcontrole?

INFRASTRUCTUURANALYSE VERSTERKING R2

Overzicht Verkeersinbreuken 2016 PZ ZAVENTEM

Definitieve resultaten Bob-eindejaarscontroles

Overzicht Verkeersinbreuken Provincie Oost-Vlaanderen

Verkeersveiligheidsbarometer. 1 e trimester Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid D/2016/0779/27

Marktpositie-informatie Notariaat Transportakten. Marktpositie-informatie Notariaat Hypotheekakten

De onderwijsarbeidsmarkt in Vlaanderen

Wijk- en Stadszaken Nota 1. Inleiding

BIVV. Verkeersveiligheid in het Vlaams Gewest OBSERVATORIUM VOOR DE VERKEERSVEILIGHEID

Doorstromingsstudie E17 De Pinte - knooppunt Zwijnaarde Microsimulatie belijningsmaatregelen

BIVV. Verkeersveiligheid in het Vlaams Gewest OBSERVATORIUM VOOR DE VERKEERSVEILIGHEID

Wiskunde Sta-s-ek LJ3P4

Onze ref.: 2004/DPC/PB/276

Overzicht Verkeersinbreuken Provincie West-Vlaanderen

Overzicht Verkeersinbreuken Arrondissement LUXEMBOURG

Transcriptie:

Verkeerscentrum Lange Kievitstraat -3 bus 4 28 ANTWERPEN T 322496 mow.vlaanderen.be STUDIENOTA /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Dossiernummer 65 Dossierbeheerder An De Wilde Opgesteld door An De Wilde Gereviseerd door Patrick Deknudt ONGEVALLENANALYSE E34 HEVERLEE-WILSELE Versie v.3 Derde versie 4/3/26 Bijlagen /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// INLEIDING EN VRAAGSTELLING Op 2 september 23 werd op de E4 Brussel-Luik tussen de op- en afrittencomplexen Sterrebeek en Bertem in de rijrichting Luik de tweede spitsstrook in Vlaanderen in gebruik genomen. Simultaan werd de capaciteit van de E4 permanent uitgebreid tussen Bertem en Heverlee en werden, sedert het structureel onderhoud, op de aansluitende snelweg E34 Leuven-Lummen tussen Leuven en Wilsele zogenaamde weefstroken aangelegd. Dit houdt in dat, in beide rijrichtingen, de invoegstrook van iedere oprit doorloopt en zonder onderbreking overgaat in de uitvoegstrook van het volgende op- en afrittencomplex. Onderstaande foto s geven een beeld van hoe de E34 er uitziet na de ingebruikname van de weefstroken.

Ter hoogte van de weefzone tussen de oprit en de eerstvolgende afrit: 2 doorgaande rijstroken + weefstrook Scheidingsmarkering tussen e en 2e rijstrook Dit is het geval richting Lummen tussen - oprit Leuven en afrit Gasthuisberg - oprit Gasthuisberg en afrit Winksele - oprit Winksele en afrit Herent - oprit Herent en afrit Wilsele Tussen de afrit en de oprit van hetzelfde op- en afrittencomplex: 2 rijstroken + pechstrook Figuur : Visualisatie configuratie E34 Verkeerscentrum 2

Figuur geeft de configuratie weer van de E34 richting Lummen sinds de aanwezigheid van de weefstroken nl. 3 doorgaande rijstroken tussen de complexen en tussen op- en afrit 2 rijstroken en een pechstrook: o de zone Heverlee-Leuven bestaat uit 4 rijstroken komende van de E4, 2 vanuit de richting Luik, 2 vanuit de richting Brussel o ter hoogte van het complex Leuven splitsen de 2 rechterrijstroken af en vormen zo de afrit Leuven o tussen de afrit Leuven en Holsbeek (beide inclusief) bestaat de E34 uit 2 doorgaande rijstroken (en een pechstrook). o ter hoogte van de op- en afrittencomplexen Leuven (enkel oprit), Gasthuisberg, Winksele, Herent en Wilsele - kan het verkeer via een uitvoegstrook van de eerste rijstrook uitvoegen naar de afrit - kan het verkeer via een invoegstrook invoegen van de oprit naar de eerste rijstrook Na de ingebruikname van de spits- en weefstroken maakte het Verkeerscentrum een evaluatie van de effecten ervan (mei 24, dossier 474). Op vlak van verkeersveiligheid kwam de E34 richting Lummen er niet goed uit. Door de relatief korte naperiode (6 maanden) die bestudeerd werd in deze studie, leek het zinvol om na te gaan of dit effect zich ook op langere termijn doorzet. Dit is dan ook het opzet van deze studienota. Daarnaast wordt getracht een antwoord te vinden op de vraag of de weefstrook verantwoordelijk is voor de stijging van het aantal ongevallen op dit wegsegment? Verkeerscentrum 3

2 WERKWIJZE 2. DATA De analyse van de verkeersongevallen maakt gebruik van de gegevens van de letselongevallen (ongevallen met doden, zwaar- en lichtgewonden) uit de VOFAC databank van de Federale Politie. Het betreft ongevallen waarvan een proces verbaal is opgesteld door de wegpolitie. Het Verkeerscentrum bezit eveneens data van ongevallen waarbij enkel blikschade optrad. Deze data is echter niet compleet genoeg om diepere analyse te verrichten naar o.a. oorzaak van ongevallen, omstandigheden,. Dit is dan ook de reden waarom er in deze studie enkel gebruik zal gemaakt worden van de ongevalsdata uit de VOFAC databank. De data uit deze databank bevat de gegevens uit het VOF-formulier. Dit formulier wordt ingevuld voor elk letselongeval door de vaststellende agent. Het laat toe analyse uit te voeren naar de vermoedelijke oorzaak én omstandigheden van het ongeval. Figuur 2 geeft inzicht in een aantal van de factoren die gelogd worden in het VOF. Het betreft rubriek 8 waarin het type aanrijding aangeduid wordt en rubriek 6 waar beweging/dynamica ongeval aan bod komt. Het volledige VOF formulier is terug te vinden in bijlage. Ook de velden tijdstip, locatie en kilometerpaal werden in de analyse gebruikt. Figuur 2: Rubriek 8 en 6 VOF formulier Verkeerscentrum 4

2.2 STUDIEGEBIED Ruimte Het studiegebied is de E34 tussen Leuven (uitrit 5) en Wilsele (uitrit 2) (kp 86 t.e.m. kp 79.4) Kaart : Visualisatie studiegebied E34 Tijd De ongevallen worden onderverdeeld in een voor- en naperiode van gelijke grootte: 2-22 juni juli aug sep okt nov dec jan feb mrt april mei juni juli aug sep okt VOORPERIODE 23-24 juni juli aug sep okt nov dec jan feb mrt april mei juni juli aug sep okt NAPERIODE Uit de verdere studie zal blijken dat het wenselijk is om ook de ongevallen in een langere voorperiode (28-22) in rekening te brengen. Verkeerscentrum 5

3 ANALYSE 3. AANTAL ONGEVALLEN Grafiek geeft de evolutie weer in ongevallen (kp 86 en kp 79.4) tussen de voorperiode en de naperiode. Het aantal ongevallen in de naperiode is ruim 3 keer zo groot als in de voorperiode. 8 6 4 2 8 6 4 2 Aantal ongevallen voorperiode (sep2-sep22) naperiode (sep 23-sep 24) Grafiek : Aantal ongevallen voor-/naperiode Er is nagenoeg geen verschil te merken tussen het voorkomen van ongevallen tijdens de dag/nacht in voor- en naperiode. Lichtgesteldheid voorperiode (sep 2-sep22) Lichtgesteldheid naperiode (sep 23-sep 24) 4% dag 4% dag 6% nacht 59% nacht Grafiek 2: Lichtgesteldheid voor-/naperiode Verkeerscentrum 6

3.2 ONGEVALSLOCATIE Op grafiek 3 wordt op de horizontale as de kilometerpaal uitgezet en op de verticale as het aantal ongevallen. Het valt op dat in de naperiode de ongevallen gecentreerd liggen rond kp 8. Dit valt tussen het op- en afrittencomplex van Herent (uitrit 8) en dat van Wilsele-Dorp (uitrit 9). Ruimtelijke spreiding voorperiode Ruimtelijke spreiding naperiode,5 4 3 2,5 86, 84, 82, 8, 78, 86, 84, 82, 8, 78, Grafiek 3: Ruimtelijke spreiding ongevallen 3.3 RIJCONDITIES TIJDENS ONGEVAL Bovenstaande gegevens tonen aan dat het aantal ongevallen sterk gestegen is tijdens de naperiode. Een volgende stap in de analyse is het zoeken of er een verband is tussen de aanwezigheid van de weefstroken en het aantal ongevallen. Hiervoor dient een diepte-analyse te gebeuren van elk ongeval apart op basis van de gegevens van het VOF-formulier (rubriek 6) 3.3. BEWEGING ONGEVAL Op basis van de data worden volgende grafieken verkregen: Beweging ongeval voorperiode sep 2-sep 22 Beweging ongeval naperiode sep 23-sep 24 4% 4% vervolgt weg in goede richting controleverlies 2% 6% vervolgt weg in goede richting controleverlies wijkt uit 23% 59% wijkt uit 2% onbekend Grafiek 4: Beweging ongeval voor-/naperiode Verkeerscentrum 7

Op basis van de resultaten van bovenstaande grafieken zou men kunnen besluiten dat er een duidelijk verschil is in beweging ongeval tussen voor- en naperiode. Het aantal ongevallen uit de voorperiode is echter zo klein (5) dat gedetailleerde uitspraken trachten te doen, niet zou leiden tot valide besluiten. Daarom werd dezelfde oefening overgedaan met de ongevalsdata van 28 t.e.m. 22 (5 ongevallen). Van elk individueel ongeval over deze 5 jaar werd de beweging in kaart gebracht. Dit levert volgende resultaten: Beweging ongeval 28-22 22 4% vervolgt weg in goede richting 27% 59% controleverlies wijkt uit Grafiek 5: Beweging ongeval 28-22 Wanneer we dit vergelijken met beweging naperiode dan is het beeld gelijklopend. Uit dit element valt geen verband tussen aanwezigheid van een weefstrook en ongevallen te vinden. 3.3.2 OMSTANDIGHEDEN ONGEVAL Wanneer er naar de omstandigheden van de ongevallen wordt gekeken, levert dit onderstaand resultaat (rubriek 8, VOF): Omstandigheden ongeval voorperiode sep 2-sep22 Omstandigheden ongeval naperiode sep 23-sep 24 2% 2% 6% tussen bestuurders: achter of naast elkaar tussen bestuurders: langs opzij tegen hindernis buiten de rijbaan 6% 23% 6% 65% tussen bestuurders: achter of naast elkaar tussen bestuurders: langs opzij tegen hindernis buiten de rijbaan kettingsbotsing ( >=4) Grafiek 6: Omstandigheden ongeval voor-/naperiode Tussen bestuurders achter of naast elkaar is de voornaamste categorie van ongevallen, zowel in voor- als naperiode. Wanneer er dieper in de data wordt gezocht naar meer informatie over oorzaken van ongevallen, valt het op dat de categorie tussen bestuurders achter of naast elkaar steeds samengaat met houdt onvoldoende afstand. Terwijl de categorie tegen een hindernis buiten de rijbaan steeds samengaat met controleverlies. Verkeerscentrum 8

Het beeld van de omstandigheden ongevallen 28-22 is anders (zie onderstaande grafiek). Belangrijk hierbij is dat in de lange voorperiode er duidelijk minder ongevallen tussen bestuurders achter of naast elkaar voorvallen dan in de naperiode. Er zijn dus ook minder ongevallen waar houdt onvoldoende afstand als oorzaak van het ongeval geldt t.o.v. de naperiode. Omstandigheden 28-22 22 2% 2% 8% % 46% tussen bestuurders: achter of naast elkaar tussen bestuurders: langs opzij tegen hindernis buiten de rijbaan kettingsbotsing(>=4) 23% frontaal of bij kruisen 9% tegen hindernis op de rijbaan onbekend Grafiek 7: Omstandigheden ongeval 28-22 Gezien er minder ongevallen zijn in de voorperiode waarin onvoldoende afstand houden als oorzaak kan aangeduid worden, wordt er vermoed dat verkeersdrukte een belangrijke factor is. M.a.w. het lijkt erop dat er sinds de aanleg van de weefstrook meer file is op het segment Heverlee-Wilsele, waardoor dit type van ongevallen vaker voorkomt. 3.3.3 TIJDSTIP ONGEVAL Om bovenstaand vermoeden te bevestigen, wordt in eerste instantie een spreidingsdiagram opgesteld van de momenten waarop de ongevallen voorvallen op de E34 tussen Heverlee en Wilsele. Tijdstip ongeval 28-22 22 7 7 7 4 3 3 3 3 3 2 u-u u-2u 2u-3u 3u-4u 4u-5u 5u-6u 6u-7u 7u-8u 8u-9u 9u-u u-u u-2u 2u-3u 3u-4u 4u-5u 5u-6u 6u-7u 7u-8u 8u-9u 9u-2u 2u-2u 2u-22u 22u-23u 23u-u Grafiek 8: Tijdstip ongeval 28-22 Verkeerscentrum 9

Tijdstip ongeval naperiode 4 3 u-u 2u-3u 3u-4u 4u-5u 6u-7u 7u-8u 8u-9u 9u-u u-u u-2u 2u-3u 3u-4u 4u-5u 5u-6u 6u-7u 7u-8u 8u-9u 9u-2u 2u-2u 2u-22u 22u-23u 23u-u Grafiek 9: Tijdstip ongeval naperiode Zowel in de voor- als de naperiode vinden veel ongevallen plaats tijdens de avondspitsuren (5u-9u). Toch blijkt uit onderstaande grafieken dat er procentueel meer ongevallen tijdens de avondspits plaatsvinden in de naperiode. Voorperiode 28-22 22 Naperiode (sep 23-sep 24) 6% 39% Avondspits 43% Buiten avondspits 57% Avondspits Buiten avondspits Grafiek : Verdeling ongevallen avondspits/buiten avondspits Verkeerscentrum

3.4 CORRELATIE ONGEVAL - FILE Gezien de ongevallen vooral in de avondspitsuren voorkomen, wordt een filekaart opgesteld waarin de file voor de aanleg van spitsstrook en weefstroken wordt uitgezet tegen de file na de aanleg ervan. De kaart geeft procentueel aan hoeveel dagen er minstens 3 minuten file staat in de avondspits (5-9u). Kaart 2: % van de dagen met minstens 3 min file in de avondspits 22 Kaart 3: % van de dagen met minstens 3min file in de avondspits 24 Verkeerscentrum

Door de aanleg van de spitsstrook en weefstrook is er een verschuiving opgetreden van de file in de avondspits. De file op R en E4 is verbeterd maar verschuift gedeeltelijk naar de E34 richting Lummen. De file werd langer nl. de kop van de file komt te staan aan complex 2, wat overeenstemt met het einde van de weefstroken. De ongevallen na het aanleggen van de weefstroken komen het meeste voor in de sectie waar in de voorperiode weinig of geen file stond. De file is dus ernstiger op de E34 in de naperiode tijdens de avondspits. Tijdens de avondspits vinden ook de meeste ongevallen plaats. De oorzaak is steeds onvoldoende afstand wat ook strookt met druk verkeer. Hieruit kan besloten worden dat de aanwezigheid van de weefstroken wellicht niet de oorzaak is van de stijging van de ongevallen. Wél de gedeeltelijke verschuiving van de avondfile waardoor de E34 meer en langer in file staat. Dit type verkeer leidt tot meer ongevallen. 4 CONCLUSIE Na de aanleg van de spits- en weefstroken op de E4 en E34, blijkt het aantal ongevallen op de E34 tussen Heverlee en Wilsele richting Lummen sterk te stijgen. Belangrijkste vraag is of de weefstrook hier de oorzaak van is. De analyse toont aan dat de stijging van het aantal ongevallen meer dan waarschijnlijk te wijten is aan toegenomen fileverkeer. Het segment Heverlee-Wilsele kent meer file-uren. De ongevallen localiseren zich grotendeels ter hoogte van Wilsele. Dit is dan ook het einde van de weefstrook. Verkeerscentrum 2

BIJLAGE Pagina 3 van 4

/////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Verkeerscentrum 4