Behandelresultaat van een multidisciplinair programma voor kinderen met overgewicht bij MTCJunior



Vergelijkbare documenten
RealFit. Wat is het Doelstelling Voor wie Historie Waarom RealFit

Bijlage 3.1. Meetinstrumenten. Free Running Asthma Screening Test, FRAST. Benodigdheden stopwatch piekstroommeter; bij voorkeur die van het kind zelf

oinleiding 1 c oovergewicht en ernstig overgewicht (obesitas) in Nederlandd

Overgewicht 2-4 jaar. JGZ-Organisatie: Yunio, Inleiding

Uitgebreide toelichting van het meetinstrument. Bruce Test. 1 Algemene gegevens

Overgewicht 4-19 jaar

2. Overgewicht. allochtone kinderen. autochtone kinderen. eenouder ouder+stiefouder. beide ouders. % kinderen met overgewicht. laag.

Beweegrichtlijnen Nr. 2017/08. Samenvatting

CheckTeen 2011: Eet- en beweeggedrag van leerlingen in het voortgezet onderwijs in Zwolle

hoofdstuk 1 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

Klinische inspanningstesten in de (kinder)revalidatie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie

Bijlage 1. Formules beoordeling lengtegroei en rekenvoorbeelden

Nederlandse samenvatting (Dutch Summary)

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : J A A R

Dagelijks ontbijten en elke dag groente en fruit eten zijn gedragingen die bijdragen aan een gezonde leefstijl.

Overgewicht bij kinderen

Keeping Youth in Play: the Effects of Sports-Based Interventions in the Prevention of Juvenile Delinquency A. Spruit

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Samenvatting Go4it - de effectiviteit van een poliklinische multidisciplinaire groepsbehandeling voor obese adolescenten

Dutch Summary. (Nederlandse Samenvatting) Tim Takken

samenvatting 127 Samenvatting

Onderzoek in de wat leren we er van Informatiesysteem

Welkom bij de workshop Aan de slag met de beweegrichtlijnen? Robert Gelinck 13 mei 2019

Een voorbeeld van een schoolprogramma gericht op preventie van overgewicht in Nederland: het DOiT programma

Jeroen de Wilde, Arts M&G-onderzoeker JGZ 4-19 CJG Den Haag 29 juni Ondergewicht = Westerse landen: 2-15% Asian enigma

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Resultaten vragenlijst onderzoek: Cholesterolverlagers, beweging en spierklachten

Het voorspellen van de kans op vallen de hoeveelheid en kwaliteit van het alledaags lopen als risicofactoren

Fysieke fitheid, vermoeidheid en fysieke training bij sarcoïdose patiënten

Beweegzorg. Gecombineerde Leefstijl Interventie (GLI)

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Bewegen en overgewicht in Purmerend

Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin. Resultaten evaluatie JOGG December 2017

(Na)zorg bewust meten

Aanpak overgewicht en obesitas bij kinderen. Simone Velzeboer Themadagen 2012 Porto

Hoofdstuk 5. Ouderen. 5.1 Inleiding

Bijlage WIJS (Wat Is Jouw Stijl)

DE COACH METHODE BIJ MENSEN MET DIABETES TYPE 2

FACTSHEET. Gezondheid en natuur

Implementatie Zorgstandaard Obesitas voor kinderen (4-12 jaar) KIZO-project

Beweegrichtlijnen 2017

Hoe ziek word je van zitten?


De gevolgen van een verminderd werkvermogen voor duurzame inzetbaarheid

SAMENVATTING. MVW_proefschrift_170x240_ indd 172

Samenvatting. In hoofdstuk 1 wordt een algemene introductie gegeven over de onderwerpen die in dit proefschrift worden behandeld.

Integrale aanpak kinderen met overgewicht in Enschede en Almelo

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het

De kans op arbeidsongeschiktheid bij zelfstandig ondernemers met overgewicht

BMI-GEGEVENS VAN DE JEUGD IN NOORDENVELD

Protocol Obesitas St. Antonius Ziekenhuis. Gera Hoorweg-Nijman & Marja van der Vorst kinderartsen

BMI-GEGEVENS VAN DE JEUGD IN EMMEN

Effectieve voeding en beweging bij overgewicht Esther van Etten Sportdietist

Oefentherapie bij patiënten met knieartrose en comorbiditeit. Mariëtte de Rooij

Richtlijn Signalering en verwijscriteria bij kleine lichaamslengte (2010)

BMI-GEGEVENS VAN DE JEUGD IN TYNAARLO

1. Buurtsportcoach Sport en Zorg, 0.4 fte

218 SAMENVATTING De prevalentie van overgewicht en obesitas bij kinderen is de laatste jaren sterk toegenomen. In Nederland hebben 12.8% van de jongen

BMI-GEGEVENS VAN DE JEUGD IN MIDDEN-DRENTHE

SAMENVATTING SAMENVATTING

Resultaten vragenlijst leerlingen en meten & wegen Drie scholen, nulmeting (T0) voorjaar 2017

In Beweging! Lizette Wattel Universitair Netwerk Ouderenzorg UNO-VUmc

waardoor een beroerte kan worden gezien als een chronische aandoening.

VirtueleThuiszorg = preventieve inzet Voor Diabetes Mellitus Type 2 en Gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico

Nederlandse samenvatting voor medisch niet-ingewijden

BMI-GEGEVENS VAN DE JEUGD IN EMMEN

CONCEPT SAMENVATTING RICHTLIJN OVERGEWICHT JGZ

BMI-GEGEVENS VAN DE JEUGD IN DE WOLDEN

BMI-GEGEVENS VAN DE JEUGD IN MEPPEL

Slim & creatief omgaan met data

Langer leven? LICHAAMSBEWEGING EN Meer bewegen. Marjolein Visser. ACA Congres 2012

BMI-GEGEVENS VAN DE JEUGD IN TYNAARLO

Casus oudere vrouw met COPD

1 G>=>KE:G=L> Dutch summary

Prevention of cognitive decline

Richtlijn Overgewicht (2012)

Programma. Kwetsbaarheid Fried (geriatrie)fysiotherapie. Geriatriefysiotherapie. Diagnosticeren van en interveniëren bij sarcopenie

GEZONDHEID SUBSTANTIEEL VERBETERD

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 3e kwartaal 2007

Beweegprogramma kinderen met overgewicht Carlijn Groenen

BMI-GEGEVENS VAN DE JEUGD IN BORGER-ODOORN

Samenvatting. Epidemie

ICHOM en het belang voor de patiënt

Kinderen in Centrum gezond en wel?

BMI-GEGEVENS VAN DE JEUGD IN AA EN HUNZE

Samenvatting Dankwoord Curriculum Vitae List of publications

BMI-GEGEVENS VAN DE JEUGD IN NOORDENVELD

Rotterdam Lekker Fit! Trendanalyse overgewicht onder Rotterdamse kinderen

Nederlandse samenvatting SAMENVATTING

BMI-GEGEVENS VAN DE JEUGD IN BORGER-ODOORN

BMI-GEGEVENS VAN DE JEUGD IN EMMEN

degezondewijk degezondewijk

V O LW A S S E N E N

Onderzoeksrapportage ReSpAct CVA en Chronische Pijn. Femke Hoekstra, Trynke Hoekstra Onderzoeksgroep ReSpAct Groningen, augustus 2016

Aanvullende module Leefstijlmonitor Bewegen en Ongevallen 2015

Hoofdstuk 4. Volwassenen

BMI-GEGEVENS VAN DE JEUGD IN COEVORDEN

Transcriptie:

Behandelresultaat van een multidisciplinair programma voor kinderen met overgewicht bij MTCJunior

INLEIDING In Nederland is overgewicht bij kinderen een groeiend probleem. De prevalentie van jongens met overgewicht is gestegen van 9% in 1997 tot 13% in 2009. Bij meisjes is er eveneens een toename in overgewicht te zien, van 12% in 1997 tot 15% in 2009 1. Overgewicht ontstaat daarnaast op steeds jongere leeftijd en komt vaker voor bij kinderen van Turkse afkomst (jongens 33% en meisjes 32%) en Marokkaanse afkomst (jongens 25% en meisjes 29%) 1. Dit probleem heeft zowel voor het kind als voor de maatschappij een grote impact. Voor het kind betekent dit vaak onzekerheid en het niet goed mee kunnen komen met lichamelijke activiteiten op school en in vrije tijd. Hiernaast heeft het kind in de toekomst een grotere kans op het ontwikkelen van andere aandoeningen, zoals; Diabetes Mellitus, hart-/vaatziektes en gewrichtsklachten. Voor de maatschappij betekent dit in de toekomst hogere kosten in de gezondheidzorg. De medische kosten als gevolg van overgewicht zijn rond de 500 miljoen euro per jaar in Nederland 2. Verschillende onderzoeken hebben aangetoond dat overgewicht op 2- tot 11-jarige leeftijd een redelijk tot goede voorspeller is voor het houden van overgewicht op latere leeftijd1. Ingrijpen nu kan mogelijk de kostenstijging in de toekomst van de gezondheidszorg voorkomen. MTCJunior in Amersfoort behandelt al jaren kinderen met overgewicht middels een multidisciplinair programma, met als doel om gedragsverandering voor eten en bewegen te bewerkstelligen. In dit artikel zal het behandelresultaat van 45 kinderen geëvalueerd worden die het multidisciplinaire programma van MTCJunior hebben gevolgd. 2

WELKE KINDEREN HEBBEN HET MULTI- DISCIPLINAIR PROGRAMMA GEVOLGD? Niet alle kinderen met overgewicht komen in aanmerking voor een traject bij MTCJunior. Bij volwassenen wordt de Body Mass Index (BMI) gebruikt om de mate van overgewicht te bepalen. Omdat bij kinderen de BMI afhankelijk is van leeftijd, geslacht en puberteitsontwikkeling, worden bij kinderen geen absolute waarden maar standaarddeviatiescores gebruikt (BMI- SDS). De World Health Organisation (WHO) beveelt aan om voor kinderen de BMI referentiewaarden +1,1 SDS en +2.3 SDS te gebruiken, die respectievelijk overeenkomen met bij volwassenen gebruikte afkapwaarden van 25 kg/m 2 (overgewicht) en 30 kg/m 2 (obesitas) 3. In aanmerking voor het programma komen alleen de kinderen die een BMI-SDS hoger hebben dan +2.3 of wanneer zij een BMI-SDS hoger hebben dan +1.1, met comorbiditeit. Voorbeelden van comorbiditeit zijn: ontwikkelingsachterstand, chronische ziekte en/of beperking. In totaal worden de resultaten van 45 kinderen bekeken. De selectie hiervan is gedaan op basis van afgesloten trajecten bij MTCJunior van december 2013, terugtellend in de tijd tot er 45 casussen geselecteerd waren. Bij de eindmeting hadden totaal 39 kinderen het traject volledig afgerond. Tussentijds zijn in totaal 6 kinderen gestopt. De reden hiervoor was bijvoorbeeld verhuizing, gebrek aan motivatie Figure 1: Etniciteit kinderen MTCJunior of andere gezondheidsproblemen. Tijdens de meetmomenten is de uithoudingsvermogen test (Bruce-test) niet altijd meegenomen. De reden hiervoor was dat het kind ziek was of hyperventilatie kreeg, waardoor de test niet uitgevoerd of vroegtijdig gestopt moest worden. Van de 45 kinderen van deze resultatenmeting waren er 21 jongens en 24 meisjes. De gemiddelde leeftijd was: jongens 11,83 jaar (SD 2,70) en meisjes 9,96 jaar (SD 2.23). De afkomst van de kinderen was: 49% Nederlands, 36% Turks, 9% Marokkaans, 2% Surinaams, 2% Iraans en 2% Kazachstaans. Etniciteit is een belangrijk kenmerk om mee te nemen tijdens de berekening van de BMI-SDS, gezien de referentiewaarden hoger uitvallen van de Nederlandse kinderen met Marokkaanse of Turkse afkomst t.o.v. Nederlandse kinderen van Nederlandse afkomst. 3

WAT HOUDT HET PROGRAMMA IN? MTCJunior heeft gekozen voor een multidisciplinaire benadering. Deze wordt uitgevoerd door de fysiotherapeut, diëtiste en orthopedagoog. Samenwerking tussen deze verschillende disciplines is een belangrijk onderdeel van dit programma. Voor de multidisciplinaire benadering t.o.v. de monodisciplinaire benadering is meer wetenschappelijk bewijs voor de effectiviteit van de behandeling. Citatie uit de JGZ-richtlijn Overgewicht 2012; Bij kinderen met obesitas is onvoldoende wetenschappelijk bewijs om uitspraken te doen over het afzonderlijke effect van dieetinterventie (Atlantis et al. 2006; Collins et al. 2006; Gibson et al. 2006; McGovern et al. 2008). Wél zijn er aanwijzingen dat een gecombineerde behandeling voor kinderen met obesitas, waarin drie of meer componenten worden aangeboden (voeding, lichamelijke activiteit en gedrag) effectief is. Hierbij zijn klinische studies, community based -studies en gezinsgerichte interventies effectiever dan schoolprogramma s (Oude Luttikhuis et al. 2009). wordt na 3 maanden de intensiteit verlaagd naar één keer per week. Hiernaast zijn er minimaal 6 contactmomenten bij de diëtiste en minimaal 5 uur bij de psycholoog/orthopedagoog. Blijkt tijdens het programma dat een bepaalde interventie meer aandacht moet krijgen, dan wordt tot een intensiever beleid op dat punt besloten. Tijdens het programma worden de volgende metingen gebruikt om het programma te evalueren: de frequentie sporten per week BMI-SDS het aerobe uithoudingsvermogen (Bruce test) De metingen worden altijd bij aanvang, en na beëindigen van het traject (+/- 1 jaar) uitgevoerd. Hiernaast worden de metingen herhaald tijdens de tussentijdse evaluaties (+/- 3 en 6 maanden na aanvang traject). Het multidisciplinaire programma van MTCJunior duurt 1 jaar. Bij aanvang starten de kinderen met twee keer per week sporten bij MTCJunior, onder begeleiding van een fysiotherapeut. Als de kinderen aanvullend zelf een sport beoefenen, 4

DE MATE VAN OVERGEWICHT De BMI-SDS De mate van overgewicht werd berekend door gebruik te maken van de BMI-SDS. De Dutch growth analyser (www.growthanalyser.org) werd gebruikt voor het berekenen van de standaarddeviatie voor lengte en BMI op basis van Nederlandse referentie waarden die gepubliceerd zijn in de studie van Talma 2010 3. Resultaten BMI-SDS In fi guur 2 zijn de resultaten te zien van de BMI-SDS gedurende de 4 meetmomenten. Wanneer men kijkt naar de gemiddelde score tussen de begin- en eindmeting, ziet men bij de jongens tijdens de beginmeting een gemiddeld BMI-SDS van 2,79 en tijdens de eindmeting een gemiddelde BMI-SDS van 2,37. Bij de meisjes ziet men bij de beginmeting een gemiddelde BMI-SDS van 2,64 en bij de eindmeting een gemiddelde BMI-SDS van 2,19. Het gemiddelde van de hele groep liet een verlaging zien van -0,42 BMI-SDS (BMI-SDS 2,70 naar 2,28), procentueel 15,6% vermindering t.o.v. beginmeting. Figure 2: Resultaten BMI-SDS Wanneer we de uitkomsten van deze BMI-SDS vergelijken met andere Nederlandse studies met soortgelijke multidisciplinaire benadering valt het volgende op: RCT Door Dik en Dun TNO 5 2010: Bij de multidisciplinaire groep daalde de BMI-SDS van 2.42 (SD = 0.47) naar 2.10 (SD= 0.58) na 12 maanden. Een gemiddelde vermindering procentueel van 13,3% (BMI- SDS -0,32) RCT Studie Vos et al. 6 2012: Bij de multidisciplinaire groep daalde de BMI-SDS van 4.2. naar 3.8 na 12 maanden. Een gemiddelde vermindering procentueel van 9,5% (BMI-SDS -0,4) 5

HET AEROBE UITHOUDINGSVERMOGEN De Bruce-test Voor het bepalen van het aerobe uithoudingsvermogen werd de maximaaltest Bruce gebruikt. De literatuur raadt aan om een looptest boven een fi etstest te gebruiken bij kinderen, gezien de beperkte ontwikkeling van de knieextensoren. De test bestaat uit lopen op een loopband, waarbij de loopsnelheid en helling volgens een vast protocol worden opgevoerd in stappen van 3 minuten. Het is de bedoeling dat het kind op de loopband zo lang mogelijk loopt, tot maximale vermoeidheid of uitputting. Het testresultaat wordt uitgedrukt in minuten/ seconden. De seconden zijn teruggerekend naar decimalen om berekeningen te doen met het testresultaat. De referentiewaarden van de Bruce test zijn bekend: voor de leeftijd tussen de 4 en 13½ jaar zijn de referentiewaarden gebruikt van de studies van der Cammen-van Zijp et al. 7,8 geïnventariseerd op gezonde Nederlandse kinderen. Voor de kinderen ouder dan 13½ zijn de referentiewaarden gebruikt van de studie van Brinkhorst et al. 9. Handmatig is per kind de spreiding (standaarddeviatie (SD)) berekend t.o.v. de verwachte waarde van de Bruce (Schaal P50). Een negatieve standaarddeviatie betekent dat het kind onder de verwachte waarde van de Bruce scoort. Figure 3: Resultaten Bruce test Resultaten Bruce-test In fi guur 3 zijn de resultaten van de Bruce test te zien, gedurende de 4 meetmomenten. De gemiddelde Bruce SD was bij de beginmeting bij de jongens gemiddeld -2,64 SD en bij de eindmeting -1,02 SD; bij de meisjes was de beginmeting gemiddeld -1,98 SD en bij de eindmeting -0,66 SD. Bij zowel de jongens als de meisjes wordt er duidelijk positiever gescoord op de Bruce, totaal -1.47 SD. Dit betekent dat de kinderen duidelijk dichter bij de verwachte waarde van de Bruce schaal gekomen. Wel is het belangrijk om mee te nemen dat bij het herhaaldelijk afnemen van de Bruce test een mogelijke verplaatsing zal plaatsvinden van de maximale inspanning doordat het kind uit eerdere ervaringen zijn grenzen zal verleggen. 6

DE FREQUENTIE VAN SPORTEN De Nederlandse Norm Gezond Bewegen (NNGB) De NNGB heeft verschillende normen voor verschillende leeftijden, er is ook een norm voor een gezond beweeggedrag van kinderen. Deze norm onderscheidt bij kinderen twee verschillende soorten van lichamelijke activiteit: Matig intensieve lichamelijke activiteiten (zoals; skateboarden, fi etsen etc. (>= 5 MET s), minimaal 1 uur per dag. Activiteiten gericht op verbeteren of handhaven van lichamelijke fi theid (zoals: voetbal, turnen etc.) minimaal 2 x per week. Tijdens de meetmomenten is de frequentie van het aantal keer per week sporten bij een reguliere sportvereniging uitgevraagd, het tweede deel van de NNGB. Hieronder vielen niet de trainingen bij MTCJunior of de sportlessen op school. Sporten bij een vereniging is een belangrijke stimulans om lange termijn gedragsverandering rondom fysieke activiteit te bewerkstelligen. Resultaten NNGB In fi guur 4 is de frequentie van het aantal keer sporten bij een sportvereniging te zien. Bij aanvang sporten de kinderen gemiddeld 0.64 keer per week, tijdens het tweede meetmoment gemiddeld 0.84 keer per week, tijdens het derde meetmoment gemiddeld 1.37 keer Figure 4: Resultaat NNGB per week en tijdens het laatste meetmoment gemiddeld 1.75 keer per week. Gemiddeld is het sporten toegenomen met 2,73 keer t.o.v. begin- en eindmeting. Wanneer er wordt gekeken of jongens en meisjes van elkaar verschillen, kan er gezien worden dat gemiddeld jongens zowel bij de beginmeting als de eindmeting frequenter sporten per week dan meisjes. (jongens 0.71 keer t.o.v. 2.00 keer en meisjes 0.58 t.o.v. 1.55 keer). Hieruit kan geconcludeerd worden dat de jongens aan het eind van het traject voldeden aan de NNGB, gericht op verbeteren of handhaven van lichamelijke fi theid,bij de meisjes nam de frequentie na het volgen van een traject aanzienlijk toe. Echter, zij voldeden nog niet aan dit onderdeel van de NNGB. 7

CONCLUSIE Het volgen van een multidisciplinair programma bij MTCJunior laat bij een steekproef van 45 kinderen met overgewicht/obesitas een duidelijke verbetering zien na 12 maanden op de BMI- SDS, frequentie van het sporten en de Bruce test (maximale aerobe uithoudingsvermogen). De BMI-SDS neemt gemiddeld af met 15,6%, dit betekent dat het kind dichter bij de gezonde referentiewaarden terecht is gekomen en dus is afgevallen. Het aerobe uithoudingsvermogen gemeten middels de Bruce-test is verbeterd van -2.29 naar -0.81standaarddeviatie verwijderd van de referentiewaarden. De sportfrequentie neemt toe, na één jaar gaan de kinderen gemiddeld +1.1 keer per week meer sporten bij een sportvereniging. Met deze resultaten van dit multidisciplinaire programma van MTCJunior kan er met redelijkheid geconcludeerd worden dat deze behandeling effectief is bij het bestrijden van overgewicht/obesitas en het verhogen van de lichamelijk activiteit bij kinderen. Simone Fens MSc. Manueeltherapeut, Fysiotherapeut 1. JGZ-richtlijn, Overgewicht; Preventie, signalering, interventie en verwijzing. Nederlands Centrum Jeugdgezondheid. Mei 2012 2. Gezondheidsraad (2006). Overgewicht. 3. Talma H et al. Groeidiagrammen 2010. Den Haag: TNO, 2010. 4. A.M. Fredriks et al. Body index measurements in 1996-7 compared with 1980. 2000. 5. TNO-rapport, Evaluatie door Dik en Dun. 2010 6. R.C. Vos et al. The effect of family-based multidisciplinary cognitive behavioral treatment on health-related quality of life in childhood obesity. 2011 7. M.H.M. van der Cammen-van Zijp et al. Exercise capacity in Dutch children: new reference values for the Bruce treadmill protocol. 2009 8. M.H.M. van der Cammen-van Zijp et al. Exercise testing of pre-school children using the Bruce treadmill protocol: new reference values. 2009 9. R.A. Bronkhorst et al. Maximale inspanning door kinderen: referentiewaarde voor 6-18 jarige meisjes en jongens. 1992 Databankweg 2A, Amersfoort T (033) 453 16 77 www.mtczorg.nl