1. Inleiding Binnen Sterker willen we toezien op arbeidsomstandigheden die zorgen voor een veilig, gezond en prettig werkklimaat voor medewerkers. Dat is niet alleen goed voor medewerkers, maar dat is ook in het belang van de organisatie. Om deze reden is er (arbo)beleid ten aanzien van veilig en gezond werken. De gedragscode maakt hiervan deel uit. 2. Waarom een gedragscode? Sterker sociaal werk ziet het als haar taak te zorgen voor goede arbeidsomstandigheden voor haar medewerkers. Het voorkomen en bestrijden van ongewenste omgangsvormen is onderdeel hiervan. Het gaat dan om ongewenste omgangsvormen tussen collega s, tussen medewerker en leidinggevende en tussen medewerkers en klanten. Deze gedragscode is enerzijds bedoeld om duidelijk te maken wat Sterker verwacht van haar medewerkers met betrekking tot omgangsvormen. Anderzijds om medewerkers te beschermen die het slachtoffer worden van ongewenste omgangsvormen. 3. Voor wie? De gedragscode is er voor alle medewerkers van het ouderenwerk van Sterker: personen met een arbeidsovereenkomst met Sterker (werknemers) en degenen die onder het gezag van het ouderenwerk van Sterker werkzaam zijn: stagiaires, leerlingen, vrijwilligers, uitzendkrachten, leden van de Cliëntenraad, gedetacheerden en leden van de Raad van Toezicht. Waar leidinggevende staat wordt bedoeld de direct (functioneel) leidinggevende van de medewerker: directeur/bestuurder, manager, teamleider, coördinator, stagebegeleider, HRM adviseur, controller. 4. Wat verstaan we onder ongewenste omgangsvormen? Het betreft: - Seksuele intimidatie/ongewenste intimiteiten; - Agressie en geweld, waaronder pesten; - Discriminatie. Seksuele intimidatie/ongewenste intimiteiten Directe of indirecte seksueel getinte uitingen in woord, gebaar of anderszins, die ongewenst of ongewild zijn (dan wel als zodanig worden ervaren door de medewerker die daarmee wordt geconfronteerd) en de persoonlijke integriteit aantasten en/of het doel hebben een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende situatie te creëren. In het algemeen worden er drie soorten seksuele intimidatie onderscheiden: 1 5
- verbale vormen, zoals seksueel getinte grapjes en opmerkingen maken, seksueel getinte briefjes, mails of sms jes sturen, intieme vragen stellen over iemands privéleven; ongepaste opmerkingen over kleding of het uiterlijk, voorstellen tot afspraakjes met de bedoeling daarbij seksueel contact te hebben, erotische ervaringen/dromen/fantasieën vertellen; - non-verbale vormen, zoals staren en gluren, fysiek te dichtbij komen, seksueel getinte gebaren maken, seksueel getinte afbeeldingen tonen; - fysieke vormen, zoals (proberen te)zoenen, vastpakken, arm om schouder leggen, betasten, (poging) tot aanranding en verkrachting. Bij contact met klanten is het goed je te realiseren dat er een verschil is tussen functioneel en niet functioneel fysiek contact. Functioneel is fysiek contact wat bij de uitoefening van het werk hoort, bv. een hand geven, iemand ondersteunen bij beperkte mobiliteit, helpen bij bepaalde handelingen, een schouderklopje, e.d. Ander fysiek contact kan als ongewenst gedrag ervaren worden. Fingerspitzengefühl voor wat wel en niet kan is belangrijk. Agressie en geweld Elk verbaal, non-verbaal of fysiek gedrag dat dreigend is, als dreigend ervaren wordt of daadwerkelijk schade aanricht aan de medewerker onder omstandigheden die rechtstreeks verband houden met het verrichten van de arbeid. Hieronder valt ook pesten. Pesten Een specifieke vorm van agressie en geweld is pesten. Het gaat dan om alle vormen van intimiderend gedrag met een structureel karakter, van een of meerdere medewerkers gericht tegen een (groep van) medewerker(s) die zich niet kan of kunnen verdedigen tegen dit gedrag. Pesten kan zich op verschillende manieren uiten maar in het bijzonder door woorden, gebaren, handelingen of bedreigingen. Discriminatie Het ongelijk behandelen, achterstellen of uitsluiten van mensen op basis van hun (persoonlijke) kenmerken. Bijvoorbeeld op ras/afkomst, nationaliteit, sekse, huidskleur, seksuele voorkeur, religie, burgerlijke staat, leeftijd, handicap en/of chronische ziekte. Er is een nauw verband tussen discriminatie, stereotyperingen en vooroordelen. Een stereotype is een overdreven denkbeeld over een groep mensen dat niet klopt met de werkelijkheid. Vaak zijn deze denkbeelden negatief. Een vooroordeel is een mening over iemand of een groep mensen die niet gebaseerd is op feiten. Het is meestal een generalisering. Stereotyperingen en vooroordelen kunnen negatieve gevolgen hebben voor de wijze waarop we met elkaar omgaan. Het is daarom goed je bewust te zijn van je eigen vooroordelen en stereotype denkbeelden. 2 5
5. Wat verwachten we van je? Het ouderenwerk van Sterker verwacht dat je: je onthoudt van seksuele intimidatie, agressie, geweld en discriminatie; ongewenste omgangsvormen niet voor je houdt maar bespreekt, het liefst rechtstreeks met de veroorzaker. Het komt vaak voor dat iemand niet beseft dat zijn/haar gedrag ongewenst is. Als je iemand rechtstreeks aanspreekt is dat vaak al genoeg om aan dat gedrag een einde te maken; indien het probleem bespreken met de veroorzaker niet mogelijk is (om wat voor reden dan ook), je het bespreekt met je leidinggevende/begeleider of de interne- of externe vertrouwenspersoon ongewenste omgangsvormen; bereid bent je eventuele vooroordelen en stereotype denkbeelden te bespreken en je eventuele ongewenste gedrag aan te passen. Daarnaast verwachten we dat je: handelt volgens de gouden regels van integer handelen zoals benoemd onder punt 6. je houdt aan eventueel voor jouw taak of functie specifiek geldende (werk)instructies die te maken hebben met ongewenst gedrag/handelingen (bv geen geld pinnen voor klanten); je ongevraagd legitimeert bij huisbezoeken. Medewerkers die huisbezoeken uitvoeren krijgen een legitimatiebewijs; als je als medewerker een (vriendschaps)relatie met een klant aangaat je je realiseert dat dit het werk als medewerker van Sterker overstijgt. Je bespreekt voorkomende gevallen met je begeleider; geen alcohol drinkt tijdens het werk (m.u.v. recepties, e.d.). Dit geldt ook voor bezoeken bij klanten thuis; niet rookt op de werkplek. Dit geldt ook voor bezoeken bij klanten thuis. Wanneer een klant in de eigen thuissituatie rookt mag je de klant (vooraf) vragen dit niet te doen. Wanneer de klant dit toch wil, kan je het bezoek afbreken. Je bespreekt dit dan met je leidinggevende/ begeleider. 6. Gouden regels integer handelen 1. Ik behandel een klant met respect en gebruik informatie over de klant alleen wanneer dit voor mijn (vrijwilligers)werk noodzakelijk is. 2. Ik behandel mijn collega s met respect en gebruik informatie over collega s alleen wanneer dit voor mijn vrijwilligers)werk noodzakelijk is. 3. Ik neem alleen een (relatie)geschenk aan (tot een waarde van 10,--) als het een blijk is van persoonlijke waardering voor iets wat ik gedaan heb. 4. Ik realiseer me dat middelen van Sterker bedrijfsmiddelen zijn en ben terughoudend in het privégebruik ervan. 5. Ik realiseer me dat het gebruik van social media van invloed kunnen zijn op de beeldvorming over Sterker en handel daar naar. 6. Ik kan wel werkzaamheden voor anderen/externen doen, mits dit het belang van Sterker niet schaadt. 7. Iedereen heeft dezelfde kans bij de toewijzing van diensten van het ouderenwerk van Sterker. 3 5
7. Hoe helpen we je? - We nemen klachten over ongewenste omgangsvormen serieus. Als je een klacht wil indienen zal je leidinggevende of de vertrouwenspersoon je helpen als je dat wenst. - Sterker sociaal werk doet haar best om een open cultuur te stimuleren waarin ongewenste omgangsvormen gemeld en besproken kunnen worden. En tegelijkertijd te laten zien dat ongewenste omgangsvormen niet getolereerd worden. Leidinggevenden en de interne en externe vertrouwenspersonen hebben een voorbeeldfunctie. En je kunt altijd bij hen terecht om ongewenste omgangsvormen te bespreken. - Als je beschuldigt bent van ongewenste omgangsvormen dan is de primaire insteek van Sterker je te helpen je gedrag aan te passen. 8. Wat als het mis gaat? Je bent slachtoffer van ongewenste omgangsvormen a. Veroorzaker is een andere (groep) medewerker(s) Het is belangrijk dat je bij iemand terecht kunt om te praten over wat er gebeurd is. In principe kun je dat natuurlijk doen met iedereen binnen Sterker die jouw vertrouwen geniet. Maar leidinggevenden en de interne en externe vertrouwenspersoon hebben hier een speciale taak in, zij kunnen helpen in het voorkomen van verdere ongewenste omgangsvormen. Je kunt ten allen tijde bij hun terecht. Ze zullen je zo goed mogelijk ondersteunen, ook als je een klacht wilt indienen. b. Veroorzaker is een klant(groep) Het beleid van Sterker is dat we ongewenste omgangsvormen van klanten niet accepteren, dat hoef jij dus ook niet te doen. Voorkomende gevallen bespreek je met je leidinggevende, begeleider of betreffende team. In overleg wordt vastgesteld welke vervolgacties wenselijk of noodzakelijk zijn. Van klanten wordt verwacht dat zij niet in strijd handelen met de in deze gedragscode opgenomen bepalingen. In voorkomende gevallen kunnen zij op het bestaan en de inhoud van de gedragscode gewezen worden. In het uiterste geval kunnen klanten uitgesloten worden van dienstverlening van Sterker. Hierover beslist de directeur sociaal werk. In dit geval wordt de klant hiervan altijd schriftelijk op de hoogte gesteld. c. Veroorzaker is een (groep) medewerker(s)van een andere organisatie Medewerkers van Sterker werken in toenemende mate in samenwerkingsverbanden (langdurig) samen met medewerkers van andere organisaties. Ook hier kan er sprake zijn van ongewenste omgangsvormen. Indien je geconfronteerd wordt met ongewenst gedrag door een medewerker van een andere organisatie dan meld je dat bij je leidinggevende/begeleider. 4 5
Je wordt beschuldigd van ongewenste omgangsvormen Als je beschuldigd wordt van ongewenste omgangsvormen dan zal hierover altijd met je gesproken worden. Er wordt zowel naar jouw verhaal geluisterd als naar degene die over jou geklaagd heeft. Een ingediende klacht wordt behandeld volgens de afspraken in de Klachtenprocedure medewerkers. Bij een terechte beschuldiging is de insteek je te helpen je gedrag aan te passen. In het uiterste geval kan het echter ook betekenen dat je niet meer voor Sterker kunt blijven werken. Gegronde beschuldigingen van ongewenste omgangsvormen worden aan je dossier toegevoegd. Gaat het om ernstige schendingen dan zijn strafrechtelijke stappen niet uitgesloten. 9. Vertrouwenspersonen Uitgangspunt is dat je zoveel mogelijk eerst bij je leidinggevende genoemde onderwerpen bespreekbaar maken. Als je dat (nog) niet kan of durft dan kun je terecht bij de vertrouwenspersoon (in- of extern). Die biedt je een luisterend oor en kan vanuit een onafhankelijke positie met je meedenken over de stappen die gezet moeten of kunnen worden. De vertrouwenspersoon zal niet zelf bemiddelen, maar zal je ondersteunen in het proces om te komen tot een oplossing. Interne vertrouwenspersoon ongewenste omgangsvormen De HRM adviseur van het ouderenwerk (Jolique Vrolijks) is de interne vertrouwenspersoon ongewenste omgangsvormen bij wie medewerkers van het ouderenwerk ook terecht kunnen ingeval van ongewenste omgangsvormen. Leidinggevenden kunnen de interne vertrouwenspersoon inschakelen voor advies over situaties waarin er sprake is van ongewenste omgangsvormen. Externe vertrouwenspersoon ongewenste omgangsvormen De externe vertrouwenspersoon is Eveline Knibbeler. Als je last hebt van ongewenste omgangsvormen en je het probleem niet kan of durft op te lossen met je leidinggevende kun je bij haar terecht. Ze is rechtstreeks te benaderen. Op de website www.kb-consult.nl vindt je haar gegevens. De vertrouwenspersoon heeft voor de uitvoering van de functie het recht op informatie van Sterker die voor de uitoefening van de taak redelijkerwijs nodig is. 8. Geheimhoudingsplicht vertrouwenspersoon Zowel de interne- als de externe vertrouwenspersoon hebben een geheimhoudingsplicht. Dat betekent dat alles wat jij in vertrouwen vertelt aan de vertrouwenspersoon niet bij derden terecht komt, zonder jouw toestemming. Elke actie van de vertrouwenspersoon wordt slechts ondernomen wanneer jij daarom verzoekt of daarmee (indien nodig) schriftelijk instemt. Deze plicht tot geheimhouding vervalt niet als de vertrouwenspersoon niet meer als zodanig werkzaam is. De geheimhoudingsplicht geldt echter niet tegenover de rechter, mocht de vertrouwenspersoon als getuige optreden bij een rechtszaak. Hij is dan verplicht een verklaring af te leggen. 5 5