Kwalificatieprofiel. Hoofd Informatie GZ (HIN)



Vergelijkbare documenten
kwalificatiedossier Hoofd informatie geneeskundige zorg (HIN) Versie: definitief, september 2017,

Kwalificatieprofiel. Hoofd Ondersteuning GZ (HON)

Kwalificatieprofiel. Algemeen Commandant Geneeskundige Zorg (ACGZ)

kwalificatiedossier Algemeen commandant geneeskundige zorg (ACGZ)

Kwalificatiedossier Hoofd Acute Gezondheidszorg

Kwalificatiedossier Hoofd Publieke Gezondheidszorg

Procesbeschrijving. Netcentrisch werken voor de opgeschaalde geneeskundige zorg

Kwalificatieprofiel voor de Informatiecoördinator Bevolkingszorg

Vragenlijst Adviseur ROT

Crisismodel GHOR. Landelijk model voor de invulling van het geneeskundige deel van het regionaal crisisplan. Versie 1.0 Datum 4 juni 2013

Opleiding Liaison CoPI voor zorginstellingen

Vragenlijst Ondersteuner

Ondersteuning. Proces: Preparatie nafase. Positionering van proces in structuur

Werkboek COMPETENTIEGERICHT OEFENEN

AGP 13 REGIONAAL CRISISPLAN VEILIGHEIDSREGIO BRABANT-NOORD

Algemeen Commandant Bevolkingszorg

2. Communicatieadviseur ROT

2. Kwalificatieprofiel voor de teamleider Preparatie nafase

kwalificatiedossier Officier van dienst geneeskundig (OvD- G) Versie: definitief, september 2017,

Voor de inhoud van het Regionaal Crisisplan en de aanpassingen, wordt u verwezen naar de bijlage.

5. Beschrijving per organisatie en

7. Redacteur web en social media

Erratum Regionaal Crisisplan Uitwerking calamiteitencoördinator (CaCo)

5. Teamleider Pers- en publieksvoorlichting

Beschrijving GRIP 0 t/m 4

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

1. Communicatieadviseur BT

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Zaaknummer: BVJL11. Regionaal Crisisplan Veiligheidsregio Brabant-Noord

KWALIFICATIEPROFIEL VOOR COMMANDANT VAN DIENST

3. Kwalificatieprofiel voor de informatie- coördinator

4. Hoofd taakorganisatie Communicatie

3. Communicatieadviseur CoPI

Crisisorganisatie uitgelegd

GRIP-teams en kernbezetting

Omgevingszorg. Regionaal Crisisplan - Bevolkingszorg

Addendum Beleidsplan Bestuursvisie op fysieke veiligheid in Zeeland

Productenboek Basisvoorzieningen GHOR Veiligheidsregio NHN

KWALIFICATIEPROFIEL VOOR MEETPLANLEIDER

2. Opleidingskader voor de functie communicatieadviseur ROT

Doorontwikkeling Bevolkingszorg Zaanstreek- Waterland 2016

Bijlage E: Observatievragen

Managementsamenvatting Referentiekader. Netcentrische crisisbeheersing

CONVENANT. SLOTERVAART ZIEKENHUIS VEILIGHEIDSREGIO Amsterdam-Amstelland SAMENWERKINGSAFSPRAKEN VOOR RAMPEN EN CRISES

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

Evaluatiebeleid Leren van incidenten

DE NIEUWE GHOR. 24 NOVEMBER 2011 Jan Woldman

Vragenlijst waarnemer

Voorzitter Crisisbeleidsteam

Ondersteuning. Regionaal Crisisplan - Bevolkingszorg

Bijlage C behorende bij artikel 2 lid 3 Besluit personeel veiligheidsregio

Vragenlijst oefenleider

Rampen- en Crisisbestrijding: Wat en wie moeten we trainen

Toelichting Normenkader Gemeentelijke Processen

Organisatieplan Multidisciplinaire crisisbeheersing en rampenbestrijding Veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek

KWALIFICATIEPROFIEL VOOR MEDEWERKER OPLEIDEN EN OEFENEN

Opleiding Officier van Dienst Bevolkingszorg. De praktijk is de leermeester van alle dingen (Julius Caesar)

KWALIFICATIEDOSSIER CONTROLEUR BRANDPREVENTIE

5. Opleidingskader voor de functie teamleider Pers- en publieksvoorlichting

Operationele Regeling VRU

Aan Regiegroep Aan Veiligheidsdirectie Goedkeuring Dagelijks bestuur Vaststelling Algemeen Bestuur

Over dit document 4. Hoofdstuk 1 6 Aanleiding 6 Relatie met andere plannen 6 Uitgangspunten en prestatie-eisen 6 Monitoren en evalueren 7

3. Opleidingskader voor de opleiding Informatiecoördinator

KWALIFICATIEPROFIEL VOOR CENTRALIST MELDKAMER

crisis bestuurders ramp netcentrisch werken CoPI crisismanagement informatiemanager informatie delen regionaal veiligheidsregio

Referentiekader GRIP en eisen Wet veiligheidsregio s

4. Opleidingskader voor de functie hoofd taakorganisatie Communicatie

De GHOR Wij zijn er voor jou. samenwerken aan veiligheid en gezondheid 1

Voorstel aan de raad. Nummer: B Punt 10 van de agenda voor de vergadering van 10 april Onderwerp Voorstel inzake Kadernota Veiligheid.

Publieke Zorg. Regionaal Crisisplan - Bevolkingszorg

Bevolkingszorg. De weg naar een regionale organisatie

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

Informatie. Regionaal Crisisplan - Bevolkingszorg

Proeve van bekwaamheid (leerbedrijf) Examenproject (gesimuleerde beroepsomgeving)

Alle activiteiten zijn op maat te maken in overleg met de opdrachtgever. Ook kunt u activiteiten combineren.

Plan van aanpak Doorontwikkeling Crisismanagementorganisatie

Doorontwikkeling Toezicht Nationale Veiligheid

3. Opleidingskader voor de functie communicatieadviseur CoPI

Bijlage A bij voorstel Systeemoefening VRU 2013

Regionaal crisisplan Regio Zuidoost-Brabant. Deel 2: Deelplan Bevolkingszorg

KWALIFICATIEPROFIEL VOOR SPECIALIST OPERATIONELE VOORBEREIDING

Overeenkomst betreffende de samenwerking tussen

KWALIFICATIEDOSSIER MANSCHAP B

KWALIFICATIEDOSSIER MANSCHAP B

Afsprakenlijst behorende bij het Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen Veiligheidsregio s, Politie en ProRail

Stappenplan Netcentrische Samenwerking

Operationele Regeling VRU

Van: S. Kempink Tel.nr. : Datum: 6 mei Nummer: 14A Team: Jeugd, leefbaarheid en veiligheid. Tekenstukken: Nee Afschrift aan:

BOGO-kwalificatieprofiel voor oefenleider van elementaire en basisoefeningen

Over dit document Hoofdstuk 1 Inleiding... 6 Landelijke en regionale uitgangspunten... 8

1. Algemene informatie over de kwalificatie. A. Functienaam Wellnessmasseur (NGS) 1

Deel 4. Informatiebronnen, taakkaarten en bijlagen. Versie 2.0

Regionaal Crisisplan 2012

Stappenplan tot samenwerking crisispartners

Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen

Basisopleiding Bevolkingszorg. Opleiden, trainen en oefenen van gemeentelijke crisisbeheersingsfuncties

1. Opleidingskader voor de functie communicatieadviseur BT

Productbeschrijvingen generiek

Regionaal Crisisplan VRMWB. Regionaal Crisisplan

KWALIFICATIEDOSSIER MEDEWERKER OPERATIONELE VOORBEREIDING

CONVENANT PUBLIEKE GEZONDHEID

Transcriptie:

Kwalificatieprofiel Hoofd Informatie GZ (HIN)

Inleiding Voortvloeiend uit de Wet veiligheidsregio s hebben de veiligheidsregio s in Nederland een aantal beleidsdocumenten vastgesteld, Het Regionaal Risicoprofiel, het Regionaal Beleidsplan en het Regionaal Crisisplan (RCP). In het RCP is de operationele hoofdstructuur vastgelegd. In veel regio s is het Referentiekader Regionaal Crisisplan (RRCP) als uitgangspunt voor het invullen van de operationele hoofdstructuur gebruikt. Dit heeft o.a. tot gevolg dat: Rampenbestrijdingsprocessen opnieuw zijn ingedeeld in taakorganisaties; De sectie geneeskundige zorg deels andere rollen en benamingen kent; Nieuwe secties zijn toegevoegd aan de operationele hoofdstructuur. De stafsectie Informatievoorziening is één van deze nieuwe secties. Deze wordt geleid door een Hoofd stafsectie Informatievoorziening / Informatiemanager ROT (multidisciplinair). Monodisciplinair is deze taak toebedeeld aan het Hoofd Informatie (HIN) Geneeskundige Zorg. De HIN is monodisciplinair verantwoordelijk voor informatiemanagement, en draagt er zorg voor dat de informatie van de informatiecoördinatoren van de zorginstellingen leidt tot een gedeeld geneeskundig beeld dat multidisciplinair afgestemd dient te worden. Andersom zijn zij ervoor verantwoordelijk dat relevante multidisciplinaire informatie wordt toegevoegd aan het algemene geneeskundige beeld t.b.v. de informatiecoördinatoren van de zorginstellingen. In dit kwalificatieprofiel staan de kerntaken en competenties van het Hoofd Informatie Geneeskundige Zorg (HIN) beschreven. Tevens worden positionering, werkzaamheden en dilemma s beschreven. HIN GZ is één van de operationele rollen binnen de sectie geneeskundige zorg. Een functionaris zou meerdere rollen kunnen vervullen. Het is echter wel van belang om in overweging te houden dat de verschillende rollen (deels) overeenkomsten vertonen en (deels) om verschillende kwalificaties en competenties vragen. Uitgangspunten Voor de ontwikkeling van dit kwalificatieprofiel zijn de volgende uitgangspunten / documenten gebruikt: De beschrijving van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden die zijn gebaseerd op de rolbeschrijvingen in het Referentiekader Regionaal Crisisplan, welke inmiddels zijn vertaald naar het crisismodel GHOR, zoals vastgesteld door de ALV GHOR NL op 26 april 2013. Instroomeisen HBO/WO werk- en denkniveau, aantoonbaar door opleiding en/of ervaring; Aantoonbare kennis en ervaring met de crisisbeheersing en rampenbestrijding minimaal blijkend uit: - het kunnen overzien van de geneeskundige keten bij opschaling; - kennis van het multidisciplinaire veld; - kennis van de verantwoordelijkheden van de GHOR en hoe die zich verhouden tot de verantwoordelijkheden van de partners in de witte keten. Aantoonbaar operationeel gevoel : kunnen verwoorden wat zich afspeelt in een (opgeschaalde) incidentsituatie, welke hulpverleningsprocessen opgestart kunnen worden, welke dilemma s je kunt tegenkomen bij een incident, hoe de samenwerking binnen en tussen de kolommen verloopt etc. Ervaring met coördineren in de context van een crisis ( effectief functioneren onder druk). Kennis van informatiemanagement en ICT faciliteiten. De volgende competenties worden als aanwezig verondersteld: - stressbestendigheid; - discipline; - flexibiliteit; - integriteit.

GHOR functionarissen kunnen in principe uit alle onderdelen van de witte keten geworven worden. Om te waarborgen dat de potentiële kandidaat de opleiding succesvol kan doorlopen zijn in het kwalificatieprofiel ten aanzien van de beginsituatie instroomeisen geformuleerd. Naast een bepaald werk- en denkniveau en het aantoonbaar kunnen omgaan met crisisdruk achten we het van groot belang dat de deelnemers kennis hebben van de crisisbeheersing en rampenbestrijding en daarbij de witte keten kunnen overzien. Het is aan de regio s om dit in gezamenlijkheid met de potentiële kandidaat te bepalen. Bij aanvang van de opleiding wordt verondersteld dat aan de instroomeisen is voldaan. Om de kandidaat en de regio s te ondersteunen in het maken van een goede afweging vindt een (verplicht) intake/-adviesgesprek plaats met een van de senior beleidsmedewerkers van de Academie voor GHOR en Opgeschaalde Zorg (AGOZ). Het gaat erom dat potentiële deelnemers zich bewust zijn van wat er tijdens de opleiding van hen wordt verwacht en dat de deelnemers voldoende tijd, gelegenheid en motivatie hebben om de opleiding succesvol te kunnen volgen. Op basis van het intakegesprek zal een advies gegeven worden aan de regio s, maar het is uiteindelijk aan de regio om een besluit te nemen om kandidaten de opleiding te laten volgen. Leeswijzer In dit kwalificatieprofiel staat achtereenvolgens beschreven: De positionering; De kerntaken en werkzaamheden; Dilemma s; De benodigde competenties met gedragsindicatoren.

1. Positionering Plaats in de regionale crisisorganisatie Lid van de sectie geneeskundige zorg. Hoofd van de taakorganisatie Informatie. Relatie met mono- en multidisciplinaire opschaling Kan monodisciplinair ingezet worden op basis van (regionale) inzetcriteria. Multidisciplinair actief vanaf GRIP 2. Er kunnen redenen zijn om de HIN taak te vervullen indien er geen sprake is van een GRIP-situatie, bijvoorbeeld bij een pandemiescenario. Beschikbaarheid en alarmering De HIN is beschikbaar en bereikbaar op basis van de regionale alarmeringsregeling. De HIN is aangewezen door het daartoe bevoegde gezag. Hiërarchische en functionele aansturing Het HIN ontvangt functioneel (operationeel) leiding van en legt verantwoording af aan de Algemeen Commandant Geneeskundige zorg. De HIN GZ is verantwoordelijk voor de informatieverzameling en bundeling vanuit de witte kolom en de duiding van die informatie richting ROT. De HIN GZ duidt de informatie vanuit de witte kolom richting Informatiemanager ROT. Het HIN geeft functioneel leiding aan de taakorganisatie informatie. Het HIN geeft functioneel leiding aan de Informatiecoördinatoren zorginstellingen. N.B. Functioneel leidinggeven omvat o.a. het sturen op de kwalitatieve en kwantitatieve output van de leden van de sectie, het coördineren en regisseren en het inzetten van de juiste mensen en middelen op de juiste plaats en het juiste tijdstip. Hiërarchisch leiding geven omvat het vanuit rechtpositionele regelingen rechtstreeks leiding geven aan functionarissen. Dat is in deze context niet van toepassing.

2. Kerntaken en werkzaamheden Kerntaak 1 Het organiseren, bewaken en borgen van het informatieproces monodisciplinair Werkzaamheden Regie voeren over en samenstellen van een gedeeld geneeskundig beeld van het incident, gebaseerd op informatie van informatiecoördinatoren zorginstellingen, van hoofden taakorganisaties Acute Zorg en Publieke Zorg, en preperatieve data zoals ghor4all, de provinciale risicokaart en gegevens uit LCMS. Analyseren van beschikbare planvorming als bijdrage aan de beeld-, oordeel- en besluitvorming. Analyseren en verifiëren van de verkregen informatie, en het maken van een mono- en multidisciplinair onderscheid daarbij. Delen van informatie met partners in de witte kolom op basis van vooraf vastgestelde informatiebehoefte. Zorgdragen voor relevante informatie die aan het plot kan worden toegevoegd. Het (laten) vullen en het up-to-date houden van het gedeeld geneeskundig beeld. Functioneel leiding geven aan de taakorganisatie informatiemanagement. Het verwerven, verwerken, veredelen en verstrekken van informatieproducten m.b.t. de geneeskundige zorg. Het aanleveren van informatie t.b.v. de beeld-, oordeel- en besluitvorming. Kerntaak 2 Inrichten en mede uitvoeren van de multidisciplinaire samenwerking binnen de sectie informatiemanagement (IM) Kerntaak 3 Opstellen en uitbrengen van adviezen Werkzaamheden Het aanleveren van relevante monodisciplinaire informatie bij de Hoofd stafsectie Informatievoorziening / Informatiemanager ROT. Het brengen en halen van informatie bij, en het actief afstemmen met, de hoofden Informatie van de andere kolommen. Het actueel en consistent houden van de informatie zodat daarmee een bijdrage geleverd kan worden aan de taakorganisaties Communicatie en Publieke Zorg van de kolom bevolkingszorg (gericht op de deeltaken communicatie, voorlichting, CRIB en Opvang en Verzorging). Werkzaamheden Laat zich waar nodig door deskundigen adviseren, bijvoorbeeld door de GAGS en de Arts Infectieziekten. Een bijdrage leveren aan de evaluatie van de inzet, en het leveren van gevraagde informatie voor muldisciplinaire evaluaties.

3. Dilemma s Tijdens de uitvoering van de werkzaamheden kan het HIN voor één van de volgende dilemma s komen te staan: Kerntaak 1 en 2: De HIN vergaart, verwerkt en deelt vertrouwelijke informatie. De vertrouwelijkheid van informatie kan botsen met de noodzaak informatie te delen ten behoeve van de (multidisciplinaire) besluitvorming en inzet. De HIN adviseert de ACGZ over de afwegingen die hierin gemaakt moeten worden. Verantwoording hierover vindt achteraf plaats. Het kan van belang zijn snel over cruciale informatie beschikken. Hiervoor zal het HIN contacten en samenwerkingsrelaties moeten kennen en gebruiken, met inachtneming van de urgentie maar tevens met behoud van de relatie. Complicerende factor is dat het HIN geen hiërarchische verhouding heeft met de informatiebronnen. Het HIN staat voor de opgave uit een veelheid van informatie, van verschillende bronnen, de juiste informatie te filteren en deze gedoseerd en op het juiste moment met de juiste personen te delen. Zowel teveel als te weinig informatie kan een negatieve invloed hebben op de besluitvorming. Het maken van afspraken over de informatiebehoefte met zorginstellingen in de koude fase levert een belangrijke bijdrage voor het filteren van de juiste informatie door de HIN, ten tijde van een incident. Het HIN dient de informatie op betrouwbaarheid in te beoordelen. Zowel onjuiste informatie, als het te lang bezig met het verifiëren van informatie kan van negatieve invloed zijn op de besluitvorming.

4. Competentieprofiel N.B. Voor het opstellen van dit competentieprofiel is uitgegaan van specifieke competenties minimaal benodigd voor het effectief uitvoeren van de beschreven werkzaamheden. Daarmee is de lijst niet uitputtend. Tevens is uitgegaan van een bepaald beginniveau, en dus al aanwezige competenties. De volgende competenties worden als aanwezig verondersteld: - stressbestendigheid; - discipline; - flexibiliteit; - integriteit. Competentie Analyseren (kerntaak 1) Systematisch onderzoeken van problemen en vragen. Ontleden van relevante informatie, achtergronden en structuren. Verbanden leggen tussen gegevens en overzien van relaties tussen oorzaak en gevolg. Gedragsindicatoren Verzamelt en raadpleegt informatie en bepaalt wie probleemhebber is. Werkt systematisch. Maakt onderscheid tussen feitelijke informatie en aannames. Maakt onderscheid tussen relevante en irrelevante informatie. Geeft complexe informatiestromen duidelijk weer. Legt verbanden op basis van de beschikbare informatie. Bedenkt wie welke informatie op welk moment nodig heeft en geeft (actuele) informatie door. Consulteert externe deskundigen, stelt relevante vragen. Maakt onderscheid tussen feitelijke informatie en interpretaties of veronderstellingen. Geeft een voortgangsoverzicht op basis van de verzamelde multi- monodisciplinaire informatie. Communiceren (kerntaak 1-2) Ideeën, meningen en informatie aan anderen overdragen in duidelijke taal, non-verbale communicatie en/ of op schrift. Tactvol en effectief reageren op behoeften en gevoelens van anderen, taal en terminologie aanpassen aan verschillende niveaus. Deelt relevante informatie binnen het team. Besteedt aandacht aan verbale en non-verbale signalen. Luistert en vraagt door. Geeft aandacht en ruimte aan gesprekspartners. Formuleert kort, bondig en to-the- point - zowel schriftelijk als mondeling. Controleert of de boodschap als bedoeld is overgekomen.

Samenwerken (kerntaak 2) Bijdragen aan een gezamenlijk resultaat, ook wanneer de samenwerking niet direct van eigen belang is. Koppelt besluiten terug naar betrokkenen eigen kolom. Legt (i.o.v. de ACGZ) contact met alle sleutelfunctionarissen (o.a. GHOR functionarissen, informatiecoördinatoren zorginstellingen en experts als de GAGS) tijdens een hulpverlening, zowel ter plaatse als met deskundigen op afstand. Is voor hen bereikbaar en benaderbaar gedurende de hulpverlening. Maakt optimaal gebruik van kennis en expertise van anderen, stelt eigen kennis en expertise beschikbaar voor anderen. Wisselt tijdig relevante informatie uit. Kiest hiervoor de meest geëigende overlegvorm: bilateraal of plenair. Laat anderen in hun waarde, toont begrip voor de gevoelens van anderen. Houdt zowel het belang van de geneeskundige hulpverlening als van andere partijen in het oog. Is een actief teamlid, ook wanneer er geen direct eigen belang is. Ondersteunt groepsbeslissingen, stelt zich actief op om het gezamenlijk geformuleerde doel te bereiken. (Wettelijke) kaders (kerntaak 1-2-3) Kennis van en uitvoeren van werkzaamheden binnen de context waarin de beroepsuitoefening plaatsvindt. Kent de wettelijke kaders die van invloed zijn op de functies binnen de operationele GHOR organisatie. Kent de bestuurlijke en operationele omgeving en zijn positie daarin. Kent de van toepassing zijnde richtlijnen, protocollen en procedures, kan deze toepassen en waar nodig bijstellen.

Bijlage: Crisismodel GHOR