Interview met gebruikmaking van de Diagnostische Criteria voor Psychosomatische Research (DCPR)

Vergelijkbare documenten
Diagnostische Criteria voor Psychosomatische Research

VERWERKING NA EEN INGRIJPENDE GEBEURTENIS 1

In de DSM-5: Psychische factoren die somatische aandoeningen beïnvloeden

Datum: VRAGENLIJSTEN (1) Naam: Geboortedatum:

Hyperventilatie. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

Voorlichting Angst en Dwangstoornissen

Diagnostiek volgens het Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders

Onbegrepen lichamelijke klachten

Hoe ontstaat hyperventilatie?

Vier Dimensionale Klachtenlijst (4DKL)

Wat is de oorzaak van hyperventilatie?

Angst en Kanker, wanneer klopt er iets niet? Dr Christine Brouwer- Dudok de Wit, klin psycholoog

Vragenlijst CVS. datum: voornaam en naam: geboortedatum: Multidisciplinair diagnostisch centrum voor chronisch vermoeidheidssyndroom

Consultatieve psychiatrie: een instrument voor het classificeren van psychische factoren die somatische aandoeningen beïnvloeden

Hartkloppingen. Afdeling Cardiologie. Locatie Purmerend/Volendam

Hartkloppingen. Afdeling Cardiologie

Hyperventilatie. Ziekenhuis Gelderse Vallei

in gesprek over: Paniekstoornis en fobieën

Angststoornissen. Deze folder is voor doven en slechthorenden die meer willen weten over angst

Appendix. Deel 1: Vertaalde PSYCHLOPS deel 1 en deel 2 (zie hoofdstuk 5) Deel 2: Vertaalde PHQ (zie hoofdstuk 2)

4DKL KLACHTENLIJST. Intake klacht :... :... Diagnose :... Medicatie :... Opmerkingen :... Versie: Uitgave 2004: Stichting Flow, Alkmaar

Praktische opdracht ANW Depressies

Inleiding Ademhaling Hyperventilatie Oorzaak van hyperventilatie Klachten bij hyperventilatie Wat kunt u zelf doen...

Angststoornissen. P unt P. kan u helpen. volwassenen

Na de schok... de draad weer oppakken. Informatie voor volwassenen die betrokken zijn geweest bij een schokkende of ingrijpende gebeurtenis.

Terrorisme en dan verder

ETI-KJ. Essenese Trauma Inventaris voor kinderen en jongeren. Cijfer/Naam: Leeftijd: Datum:

...de draad weer oppakken

Hyperventilatie. Afdeling Logopedie

Cure + Care Solutions

Na een ICD-schok Adviezen voor goede verwerking.

Terrorisme en dan verder Wat te doen na een aanslag?

Trastuzumab (Herceptin )

Intake formulier. Heeft u ook last van bijwerkingen? Zo ja, welke? 1 Wat is de reden van uw komst?... 3 Wanneer zijn deze klachten ontstaan?...

4.3.1 Diagnostische Checklist voor cliënten zonder dementie: DSM-5 criteria

Online Psychologische Hulp Angst & Paniek

Psychosociale problemen bij kanker

Angststoornissen. Een folder voor patiënten van GCM GCM. GezondheidsCentra Maarssenbroek Samen vooraan in zorg

Hoe blijf ik (psychisch) gezond?! Simone Traa Klinisch psycholoog psychotherapeut Medische Psychologie, Máxima Medisch Centrum

Samen op weg: communicatie met kinderen en jongeren met SOLK. Voorbij de scheiding tussen lichaam en geest. Yvette Krol, klinisch psycholoog,

Het culturele interview Nederlandse versie Hans Rohlof, Noa Loevy, Lineke Sassen & Stephanie Helmich

Vragenlijst voor volwassenen:

SEH Spoedeisende hulp

Jos van Erp Psycholoog / Beleidsadviseur De Hart&Vaatgroep / Hartstichting j.v.erp@hartstichting.nl. Stress en hart- en vaatziekten

Voorlichtingsgesprek

patiënteninformatie Hyperventilatie Spoedgevallendienst G e z o n d h e i d s Z o r g m e t e e n Z i e l

Depressie bij ouderen

Omgaan met spanningen

Ondersteuning bij de diagnose kanker (de lastmeter)

Geef in chronologische volgorde vanaf uw geboorte uw ziektegeschiedenis weer. Denk ook aan kinderziektes.

TOOLKIT ROUW EN VERDRIET

Symptom Questionnaire SQ-48. V. Kovács! M. de Wit! M. Lucas! LUMC Psychiatrie

HET LEVEN LEVEN. Drs. Trudy van der Jagt, psycholoog NIP

Zorgen rond kanker Bij wie van ons kunt u terecht?

Anamnese Formulier Pijn

Pluis / niet-pluis? Veilig hulpverlenen vanuit het perspectief van de huisarts. Rob van Valderen Antonissen, huisarts

Geef in chronologische volgorde vanaf uw geboorte uw ziektegeschiedenis weer. Denk ook aan kinderziektes.

Correcties DSM 5 : Beknopt overzicht van de criteria

Psychosociale problemen bij kanker. Mogelijkheden voor begeleiding

Door Machteld Muller & Linda Stoutjesdijk /

Naam:... Adres:... Postcode en woonplaats:... Telefoon privé:... Werk:... Mobiel :... adres:... Geboortedatum :... Geslacht :... Huisarts:...

Telefoon / Privé : Werk: 1. Wat verstaat u onder duizeligheid en/of evenwichtsstoornis? (max. 2 aankruisen)

Leven in angst. PuntP kan u helpen. groep: volwassenen

Verwerking en aanpassing. Michel Schoonenberg Coördinator Hersenletselteam Limburg en Revalidatiemaatschappelijk werker

Inhoud informatie voor de patiënt pijnanamnese pijndagboek medische gegevens medicatielijst rapportage

Patiënteninformatie. Hyperventilatie, een adembenemend verschijnsel. Wat is hyperventilatie, wat zijn symptomen en hoe bestrijd je een aanval?

Verbindingsactietraining

SPORTMEDISCHE VRAGENLIJST VeVa

Patiënteninformatiedossier (PID) (Non) Hodgkin. onderdeel ZIEKTEBELEVING. (NON) HODGKIN Ziektebeleving

Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek

Geboortedatum: Geboorteplaats:. Vermeld in uw eigen woorden de belangrijkste klachten en problemen die de reden zijn om behandeling te zoeken:

Zorgen rond kanker. Bij wie van ons kunt u terecht?

Psychosociale problemen bij kanker

Kwaliteit van Leven vragenlijst

Psychosociale problemen bij kanker

Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek

SOLK Inleiding. Dr. E.M. van de Putte, kinderarts-sociale pediatrie. SOLK Aristo 15 maart 2016

Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek TweeSteden ziekenhuis

PANIEKSTOORNIS EN AGORAFOBIE

BEOORDELINGSSCHAAL DEPRESSIEVE SYMPTOMEN 1 (INVENTORY OF DEPRESSIVE SYMPTOMATOLOGY: IDS-C) (in te vullen door behandelaar/onderzoeker)

De Lastmeter. Hoeveel last heeft u van problemen, klachten en zorgen? Oncologie

Anamneseformulier. Acupunctuur-Geldrop. Vul dit formulier in. Print het uit en neem het mee naar de eerstvolgende afspraak. Postcode en woonplaats...

H Y P E R V E N T I L A T I E C O A C H HYPERVENTILATIE U I T L E G E N 5 TIPS N I C O L E -

Sportief bewegen met een depressie. Depressie

Urologie Lastmeter Inleiding Hulpverleningsmogelijkheden

Vragenlijst voor patiënt en mantelzorger

Informatie voor patiënten

Door Machteld Muller & Linda Stoutjesdijk /

Gespannen of angstig? Zelf aan de slag!

Algemeen Lastmeter Signaleren van problemen bij mensen met een kwaadaardige ziekte

Maastrichtse interview met kinder- en jeugdigen versie MIK

Hoe verwerk je een. schokkende gebeurtenis? Informatie voor leerkrachten

MEDISCHE VRAGENLIJST

Lastmeter Radboud universitair medisch centrum

Stemmingsstoornissen bij de ziekte van Parkinson

Gestructureerd Slaapklachten Interview 1. Demografische informatie. Geslacht: M / V. Burgerlijke staat: Telefoon: 1. Aard van de slaapklacht

LEEF & BEWEEGCENTRUM INFOMODULE PSYCHOLOGIE INTRODUCTIE. Isala

Klinisch redeneren Take-home toets

De Stemmenpolikliniek

ZELFINVULLIJST DEPRESSIEVE SYMPTOMEN (INVENTORY OF DEPRESSIVE SYMPTOMATOLOGY: IDS-SR) 1 (In te vullen door patiënt)

Transcriptie:

Interview met gebruikmaking van de Diagnostische Criteria voor Psychosomatische Research (DCPR) Copyright L. Mangelli, C. Rafanelli, P. Porcelli, G.. Fava, Department of Psychology, University of ologna, ologna, Italy, 2003. Vertaald door P. Mangnus & S. de ooij, Zorgsaam Ziekenhuis, afdeling Medische Psychologie, Terneuzen, 2010. angevuld in 2016 door P. Mangnus met de experimentele categorieën beperkte symptoomaanval en type D persoonlijkheid. Het interview heeft betrekking op de afgelopen 6 tot 12 maanden. Het afnemen van het interview vereist kennis van medische diagnoses en van het beloop van de aandoening bij de patiënt. De interviewer dient bekend te zijn met literatuur over DCPR. anbevolen wordt om het interview samen met een psychiatrisch interview (bijv. SCID-I ) af te nemen. Gekwalificeerd voor het afnemen en klinisch gebruik van het DCPR-interview zijn bijgevolg psychiater, klinisch psycholoog of GZ-psycholoog met relevante ervaring. Naam patiënt: Interviewdatum: Ziekte/aandoening: DSM-classificatie: Interviewer: eperkte symptoomaanval (experimenteel) Hebt u aanvallen, waarbij binnen 10 minuten plotseling voorkomen: 1. Een tekort aan adem of een benauwd gevoel? 2. Duizeligheid, licht in het hoofd of ineens heel slap voelen? 3. Hartkloppingen of een versnelde hartslag? 4. Ineens trillen of beven? 5. Ineens zweten (bij vrouwen: niet door de overgang)? 6. Het gevoel te stikken? 7. Zich ineens misselijk of naar in de maagstreek voelen? 1

8. Zich onwerkelijk voelen? 9. Ineens last van doofheid of tintelingen in uw ledematen hebben? 10. Last van opvliegingen (bij vrouwen: geen opvliegers) of koude rillingen hebben? 11. Last van pijn of vervelend gevoel op de borst hebben? 12. Ineens angst hebben om dood te gaan? 13. Ineens angst hebben om gek te worden of om controle over uzelf te verliezen? >ij minder dan 2 x : ga verder onder Ziekte-angst 1. Is dit het gevolg van een lichamelijke aandoening of het gebruik van een middel (zoals een medicijn of drug)? 2. ent u na een aanval bezorgd over een nieuwe aanval en/of vermijdt u situaties, waarin een nieuwe aanval zou kunnen voorkomen? Diagnose beperkte symptoomaanval: 1 t/m 13: minimaal 1 x ja en maximaal 3 x ja + 1 = nee + 2 = ja Ziekte-angst 1. ent u bezorgd dat u mogelijk een ernstige ziekte hebt? 2. ls u normale klachten hebt (bijv. een bloedneus, een verkoudheid, hoofdpijn, enz), bent u dan bang dat u ernstig ziek wordt? Raadpleegt u dan een medische rubriek op Internet? > Zo, ga verder onder Ziektefobie Vertrouwt u de arts als deze u voldoende medische geruststelling geeft, namelijk uitlegt dat u geen ziekte hebt en gezond bent? C Hebt u de afgelopen 6 maanden angsten over uw gezondheid gehad? Diagnose ziekte-angst: (1 en/of 2) = ja + = ja + C = ja 2

Ziektefobie Hebt u ooit hevige angst of een paniekaanval ervaren als gevolg van de gedachte dat u een ernstige ziekte opgelopen hebt? >Zo : ga verder met Thanatofobie ent u bang dat u een ernstige ziekte (zoals IDS of kanker) hebt, zelfs als de dokter en laboratoriumuitslagen deze ziekte hebben uitgesloten? C estaat uw angst voor een ernstige ziekte al langer dan 6 maanden? Diagnosis ziektefobie: = ja + = ja + C = ja Thanatofobie C Hebt u ooit het gevoel of de gedachte gehad dood te gaan zonder dat u werkelijk in gevaar of in een bedreigende situatie was? >Zo : ga verder met Ziekte-ontkenning ent u bang voor dingen die u doen denken aan de dood (bijv. begrafenissen, rouwbrieven)? Vermijdt u elke situatie die u doet denken aan de dood (veranderen van TV programma, gesprekken beëindigen over overleden mensen, rampen of ongelukken? Diagnose thanatofobie: = ja + = ja + C = ja 3

Ziekte-ontkenning 1. Hebt u het ooit nagelaten om ernstige klachten onder de aandacht van de dokter te brengen of ooit de diagnose en adviezen van de arts naast u neergelegd? 2. Volgt u de raad van de dokter op als hij/zij vertelt dat u een ziekte hebt en u medicijnen, een dieet of gepaste lichamelijke activiteiten voorschrijft? >ls 1 = en 2 =, ga dan verder naar Functioneel somatische symptomen secundair aan een psychiatrische stoornis Heeft de dokter u verteld dat u een lichamelijke ziekte hebt en duidelijk uitgelegd wat u mankeert en welke aanpak daarbij gevolgd dient te worden? Diagnosis ziekte-ontkenning: ls 1 = ja en/of 2 = nee; of 1 = ja en/of 2 = ja; of 1 = nee en/of 2 = nee en = ja Functioneel somatische symptomen secundair aan een psychiatrische stoornis Hebt u ooit vervelende klachten gehad die uw leven verstoorden en herhaalde medische behandeling noodzakelijk maakten (bijvoorbeeld tintelingen, zweten, trillen, blozen, spijsverteringsklachten, duizeligheid, spierpijn, blijvende vermoeidheid)? > Zo ; ga verder met Persisterende somatisatie Heeft de arts u verteld dat uw lichamelijk klachten geen lichamelijke oorzaak hebben? C D De interviewer noteert of er sprake is van een psychiatrische stoornis., nl ls er sprake is van een psychiatrische stoornis, noteert de interviewer het begin van de psychiatrische aandoening ten opzichte van de functioneel somatische stoornis. ls de functioneel somatische stoornis gelijk met of na het begin van de psychiatrische stoornis begonnen is, is het antwoord 'ja' Diagnose : = ja + = ja + C = ja + D = ja (vergelijk het begin van beide stoornissen) 4

Persisterende somatisatie Hebt u ooit minstens een half jaar last gehad van aan één of meer van de volgende aandoeningen die de kwaliteit van uw leven hebben aangetast of waarvoor u medische behandeling hebt gezocht? -spierpijn en tintelingen -aanhoudende vermoeidheid -maagpijn met een branderig of opgeblazen gevoel of trage spijsvertering -constipatie of diarree -hartkloppingen -ademhalingsproblemen -andere klachten > Zo : ga verder met Conversie symptomen Hadden/hebben deze klachten een specifieke lichamelijke oorzaak? C 1. ls u voor deze aandoeningen medicijnen gebruikte, hadden deze dan vervelende bijwerkingen? 2. Voelde u zich slechter? 3. Hebt u naast uw belangrijkste aandoening andere lichamelijke klachten. Zo ja, welke klachten? Diagnose aanhoudende somatisatie: = ja + = nee + C (1 en/of 2 en/of 3) = ja Conversie symptomen Hebt u ooit één van de volgende lichamelijke klachten gehad: evenwichtsproblemen, een plaatselijke verlamming of zwakte, het kwijtraken van de stem, eetproblemen, dubbel zicht of gezichtsverlies? > Zo : ga verder met Verjaardagsreactie Vond uw arts een specifieke lichamelijke oorzaak of een specifieke factor om uw klachten te verklaren? C 1. Ging een bepaalde gebeurtenis vooraf aan het optreden van deze klachten? > Zo ja, denkt u dat deze klachten verband houden met deze gebeurtenis? 5

2. Hebt u in het verleden ooit dezelfde klachten gehad? Of hebt u dezelfde klachten waargenomen bij iemand anders in uw omgeving? 3. De interviewer bepaalt of de patiënt ambivalentie met betrekking tot het symptoom vertoont. 4. De interviewer bepaalt of er sprake is van een theatrale persoonlijkheid. Diagnose conversie symptomen: = ja + = nee + C (tenminste 2 van de 4 symptomen) = ja Verjaardagsreactie ls u één of meer van de klachten hebt gehad die ik eerder met u heb doorgenomen (bijvoorbeeld hartkloppingen, zweten, trillen, blozen, spijsverteringsklachten, duizeligheid, spierpijnen, aanhoudende vermoeidheid, evenwichtsproblemen, plaatselijke verlamming of zwakte, stemverlies, eetproblemen, dubbelzicht of gezichtsverlies) en de arts geen lichamelijke oorzaak vond, herinnert u zich dan een bepaalde gebeurtenis die voorafging aan het optreden van de klachten? >Zo : ga verder met Geïrriteerde stemming 1. Herinnert u zich dat de klachten voorkwamen in eenzelfde periode als waarin een belangrijke datum voor u voorkwam of op dezelfde leeftijd als waarop een familielid een levensbedreigende ziekte opliep? > Zo ja, gaat u er dan vanuit dat de klachten samenhangen met deze gebeurtenis? 2. Heeft iemand in uw familie ernstige ziekten gehad of is een familielid van u gestorven op uw huidige leeftijd? Diagnose verjaardagsreactie: = ja + (1 of 2) = ja 6

Geïrriteerde stemming 1. ls u zich soms geïrriteerd voelt (kort of lang, af en toe of voortdurend), moet u zich dan soms erg inspannen om uw woede onder controle te houden? 2. Of hebt u oncontroleerbare verbale of fysieke uitbarstingen (zoals schreeuwen, met de deur slaan, met uw vuisten op de tafel slaan)? >Zo : ga verder met Demoralisatie Voelt u zich daarna nog slecht? C Voelt u uw hart snel kloppen en andere klachten opkomen als u geïrriteerd bent? Diagnose geïrriteerde stemming: (1 en/of 2) = ja + = ja + C = ja Demoralisatie 1. Ervaart u gevoelens van hulpeloosheid, hopeloosheid en/of opgeven? 2. Is er een dringend probleem waar u naar uw gevoel niet mee kunt omgaan? 3. Hebt u het gevoel dat u gefaald hebt om te voldoen aan uw verwachtingen of die van anderen (betreffende uw werk, gezin, sociale en/of economische status)? > Zo : ga verder met lexithymie Verkeert u langer dan een maand in deze gemoedstoestand? C Was u in deze gemoedstoestand voordat de lichamelijke aandoening zich openbaarde of erger werd? Diagnose demoralisatie: (1 en/of 2 en/of 3) = ja + = ja + C = ja 7

lexithymie De interviewer beoordeelt de inhoud van het volledige interview, het nonverbale gedrag en de antwoorden op de volgende vragen: 1. ls u iets goeds of slechts ervaart, kunt u dan uw gevoelens beschrijven? (genot, blijdschap, bezorgdheid, verdriet, boosheid)? 2. ls u goede of slechte gebeurtenissen meemaakt, praat u dan over wat er gebeurd is en wat u voelt? 3. Hebt u vaak dagdromen en laat u uw verbeelding vaak de vrije loop? 4. Hebben uw gedachten vaker betrekking op uw innerlijke gevoelens? 5. ls u een sterke emotie ervaart, voelt u dan ook een lichamelijke reactie (bijvoorbeeld maagpijn)? 6. Hebt u ooit hevige woede-uitbarstingen, huilbuien of uitbarstingen van blijdschap gehad, die niet in verhouding stonden tot datgene wat gebeurde of uw gebruikelijke manier van doen? Diagnose alexithymie: tenminste 3 kenmerken: 1 = nee; 2 = nee; 3 = nee; 4 = nee; 5 = nee; 6 = ja Type Gedrag 1. Werkt u dikwijls over om bepaalde activiteiten af te maken waar bepaalde deadlines voor gelden en waar u zich zeer verantwoordelijk voor voelt? (Voor iemand die geen betaald werk heeft:) Gaat u door met activiteiten, die u binnen een bepaalde tijd af wil hebben, totdat u ze af hebt? 2. Ervaart u dikwijls tijdsdruk om activiteiten waaraan u begonnen bent (werk of niet) af te ronden? 3. De interviewer beoordeelt of patiënt snel en explosief spreekt, abrupte lichaamsbewegingen of gebaren maakt en gezichtspieren aanspant? 4. Wordt u licht ontvlambaar tegenover anderen als u een grote tijdsdruk ervaart? 8

5. Voelt u zich vaak geïrriteerd? 6. ent u geneigd om snel te lopen, bewegen, handelen en snel gebaren te maken? 7. Hebt u vaak het gevoel dat er veel ideeën en gedachten tegelijkertijd in uw hoofd zijn? 8. ent u op het werk zeer ambitieus en streeft u naar betere prestaties en meer erkenning dan anderen? 9. Wedijvert u met collega s? > ij minder dan 5 x ja: ga verder met geïrriteerde stemming Hebt u lichamelijke klachten, zoals hartkloppingen, transpireren, spierpijn, maagpijn, spijsverteringsstoornissen en/of snel ademen? Diagnose type -gedrag: (tenminste 5 kenmerken) = ja + = ja Type D persoonlijkheid (experimenteel) 1. Maakt u zich regelmatig zorgen? 2. Zit u over het algemeen goed in uw vel? 3. Voelt u zich meestal gelukkig? 4. Laat u anderen merken hoe u zich voelt? 5. Voelt u zich min of meer geremd in de omgang met anderen? 6. Houdt u anderen het liefst wat op een afstand? Diagnose Type D persoonlijkheid: tenminste 4 kenmerken 1=ja; 2=nee 3=nee; 4=nee; 5=ja; 6=ja Psychother Psychosom 2003;72:343 349 Rafanelli/Roncuzzi/Finos/Tossani/Tomba/ Mangelli/Urbinati/Pinelli/Fava 9