THOMAS VERHEYE
THOMAS VERHEYE Het strategisch project Leie tuin van Gent bestaat uit de ontwikkeling van een rivierpark en tracht op een regionale schaal een antwoord te formuleren op de versnippering van de natuurlijke en landschappelijke structuur van de Leievallei en de nood aan een uitbreiding / ontsluiting van het fietsroute netwerk (Structuurplan Gent 2003). Het fungeert als het ware als een soort van tuin voor de bewoners van de stadsregio en is een aanvulling op de 4 groenpolen van Gent. Maar ook op het vlak van toerisme betekent dit een enorme boost. Het project steunt op 4 pijlers die uitvoering geven aan de doelstellingen. 1. Landschappelijk en cultureel erfgoed Het koesteren van de artistieke geschiedenis en het idyllische, landschappelijke karakter. De streek tussen Deinze en Gent, met Sint-Martens-Latem als inspirerende centrum, is van oudsher bekend om idyllische, landschappelijke karakter. Beurtelings aan het gezicht onttrokken en plotseling weer opduikend vormt de lui kronkelende Leie de blauwe draad doorheen het rivierpark. Het bergt plaatsen waar men graag vertoeft, die tot inkeer manen of creatieve geesten inspiratie bieden. De artistieke geschiedenis van de Latemse school is bekend als geen ander. Het rivierpark verbindt dit verleden met het heden, waardoor de bezoeker in de voetsporen van deze vermaarde kunstenaars treed. Dit culturele erfgoed moet in de kijker gezet worden en de belevingswaarde, relatie met riviervallei van de Leie moet versterkt worden. Verder kunnen we doorheen het rivierpark verschillende landschapstypes beleven en onderscheiden van elkaar. Zo worden meersen afgewisseld met open kouters, bulken landschap, grote open watervlakken en coulisse landschappen. TOEGANKELIJKHEID (RECREATIEF NETWERK / MOBILITEIT) TOEGANKELIJKHEID (TOEGANGSPOORTEN) BOURGOYEN-OSSEMEERSEN Figuur 02. Gustave De Smet, Sloepen in de Leie 1910 Figuur 03. Leie bocht met bootje ASSELS MEERSEN LATEMSE MEERSEN RECREATIEZONE BLAARMEERSEN VERSCHILLENDE LANDSCHAPSTYPES / HOTSPOTS AFBAKENING RIVIERPARK LEIEVALLEI Figuur 01. Rivierpark Leievallei tuin van Gent RECREATIEZONE VOSSELAREPUT COULISSELANDSCHAP OOIDONKKASTEEL OUDE LEIE MEERSEN VETERSKOUTER WESTERPLAS AFSNEE KOUTER HOOGLATEMS BULKENLANDSCHAP 2. Toegankelijkheid Het versterken van de gastvrijheid en mobiliteit. Doorheen deze verschillende landschapstypes wordt een kwaliteitsvol recreatief netwerk aangelegd met verhuurfietsen dat verschillende toegangspoorten aandoet en waar ook de bevolking mee van profiteert. Tevens worden in de dorpen verschillende maatregelen getroffen om de fietser te faciliteren en ontstaat als het ware een soort van lobbenstad waardoor de Leievallei autoluw wordt. Dit principe werd verder uitgewerkt in een hefboom project rond het dorp Sint-Martens-Latem. De dorpen langs de Kortrijkse steenweg krijgen een tramverbinding met haltes op de aansluiting met de dorpsstraat ter hoogte van de toegangspoorten (handelsknooppunten). Bezoekers kunnen dus als het ware vanuit de toegangspoort per fiets via de dorpsstraat het rivierpark binnen rijden. Door 2 3
de doorlopende verharding van het wegprofiel krijgt de automobilist het gevoel niet te primeren in deze ruimte en wordt er tevens een verhard, dorps karakter gevormd. De dreef beplanting (Quercus robur) zorgt dan weer voor een soort monumentaliteit (zie snede 1.). Rond elke dorpskern wordt ook een fietsstraat aangelegd met een landelijk groen karakter. Deze straat vormt een zachte verbinding naar het rivierpark voor de bewoners en vormt ook een visuele afbakening van het dorp. Door middel van de inrichting van de fietsstraat blijft de straat bereikbaar voor gemotoriseerd verkeer. Maar deze moeten zich aanpassen aan de fietser. Her verharde gras langs de zijkant van de weg kan gebruikt worden door de automobilisten indien nodig maar geeft ook een natuurlijk gevoel samen met de gracht en de knotwilgenrij (zie snede 2.). De fiets- en wandelpaden structuur kunnen we opdelen in twee categorieën die beiden het landschappelijke karakter willen versterken. De monofunctionele fiets- en wandelpaden kunnen enkel en alleen gebruikt worden door fietsers en wandelaars en zijn meestal vlak bij de Leie gelegen. Dit in tegenstelling tot de multifunctionele fiets- en wandelpaden die ook gebruikt kunnen worden voor lokaal verkeer en landbouwvoertuigen om de aanpalende percelen te ontsluiten. Het tweesporenpad faciliteert de fietser en geeft een rurale toets aan het geheel. Hoewel het rivierpark niet is omgeven met een afsluiting en dus vanuit talloze plaatsen toegankelijk is zijn er verschillende toegangspoorten en onthaalvoorzieningen ontwikkeld om het gebied voor het grote publiek toegankelijk te maken. Ze zijn gelegen in de nabijheid van plekken 4 1. 2. 3. 3 2 1 4. LEGENDE STEENWEG DORPSSTRAAT FIETSSTRAAT FIETS- EN WANDELPADEN TOEGANGSPOORT 500 m Figuur 04. Masterplan duurzame mobiliteit / recreatief netwerk Sint-Martens-Latem 4 AFBAKENING DORP Figuur 05. Snedes duurzame mobiliteit / recreatief netwerk Sint-Martens-Latem 5
3. Identiteit LEGENDE R4 (BINNEN RING) STRAAT FIETSPADEN Het onderscheiden dooreen herkenbaarheid. Doorheen het hele project wordt een gemeenschappelijke huisstijl consequent toegepast in de infrastructuur (de toegangspoorten, de routegebonden infrastructuur en de verschillende communicatiedragers. Het gebruik van de gemeenschappelijke huisstijl en het logo Leie tuin van Gent onderscheidt ons als kwaliteitsvol gebied en zorgt voor herkenbaarheid. PARKING OVERLOOPPARKING FIETSENSTALLING (VERHUUR) ONTHAALCENTRUM CAMPING BROEKBOS MEERSEN KNOTWILGENRIJ COULISSEN BUFFERSTROOK ZICHTAS 100 m Figuur 06. Masterplan hoofdtoegangspoort Gent TOEGANGSPUNT die om hun recreatieve functie reeds veel publiek aantrekken en zo een aantrekkingspool vormen. Op deze manier ontstaat er ook een gedeeld gebruik van de faciliteiten. Strict genomen liggen alle toegangspoorten buiten het rivierpark, op de hoofdtoegangspoort ter hoogte van de Blaarmeerrsen (Gent) na. Deze toegangspoort werd verder uitgewerkt en vormt de belangrijkste onthaal functie van het rivierpark. Deze toegangspoort bevat een onthaal centrum waar mensen kennis kunnen maken met het rivierpark en een camping met overnachtingsfaciliteiten. Zoals eerder reeds vermeld zijn ook er 4 toegangspoorten ter hoogte van de dorpen en handelsknooppunten langsheen de Kortrijksesteenweg gelegen. En 5 instappunten ter hoogte van de dorpen op de Deinsesesteenweg. 4. Duurzaam Het verankeren van de Leie tuin van Gent voor toekomstige generaties. Door het creëren van een draagvlak bij de verschillende partners kunnen we de open ruimte en het landschappelijke karakter in de toekomst blijven bewaren. De realisatie van het rivierpark zal gebeuren door de verschillende gemeentebesturen en de provincie Oost-Vlaanderen terwijl het promoten van het park zal gebeuren door de toeristische diensten en verschillende producten (cadeaus). Ook de buurt zal betrokken worden in het project via natuur- en milieuverenigingen (vrijwillig terreinbeheer) en de horeca-ondernemers die de economische drager van het project zullen vormen. Ook een bescherming als werelderfgoed zou in de toekomst voor een permanent statuut kunnen zorgen. Het project voldoet immers aan 3 criteria voor de selectie hiervan. - Criterium 4: Culturele goederen zijn een uitzonderlijk voorbeeld van een type van gebouw, landschap, dat een belangrijke fase in de menselijke geschiedenis representeert. - Criterium 6: Culturele goederen zijn materieel en immaterieel verbonden met artistiek werk van uitzonderlijke en universele betekenis. - Criterium 8: Natuurlijke goederen vertonen bijzondere geomorfologische kwaliteiten. Om de uitvoering van het strategisch project te garanderen werd er een tijdsschema voor de implementatie en financiering opgesteld. Figuur 09. UNESCO werelderfgoed Figuur 07. Bird s eye vieuw hoofdtoegangspoort Gent 6 Figuur 08. Tijdsschema 7
Figuren Figuur 1. Rivierpark Leievallei tuin van Gent Figuur 2. Gustave De Smet, Sloepen in de Leie 1910 Figuur 3. Leie bocht met bootjes Figuur 4. Masterplan duurzame mobiliteit / recreatief netwerk Sint-Martens-Latem Figuur 5. Snedes duurzame mobiliteit / recreatief netwerk Sint-Martens-Latem Figuur 6. Masterplan hoofdtoegangspoort Gent Figuur 7. Bird s eue vieuw hoofdtoegangspoort Gent Figuur 8. Tijdsschema Figuur 9. UNESCO werelderfgoed Literatuurlijst 100 jaar grote oorlog 2012-18. Abeele, A. V. Leiemeersen te Latem. Arcadis Belgium nv. (2011). Technisch Vademecum Paden en verhardingen, Harmonisch Park- en Groenbeheer. Brussel: Agentschap voor Natuur en Bos. Bezoekerscentrum Lieteberg. Boyens, P. (2003). In de voetsporen van de Latemse kunstenaars. Gent-Amsterdam: Ludion. Boyens, P. (1992). Sint-Martens-Latem, Kunstenaarsdorp in Vlaanderen. Tielt: Uitgeverij Lannoonv. Claus, E. Zonnige dreef met koeien. De Merode. Nationaal Park Hoge Kempen. Natuur- en Milieucentrum De Bourgoyen. Parkbos. Regionaal Landschap Kempen en Maasland vzw. (sd). Opgeroepen op 5 24, 2016, van Regionaal Landschap Kempen en Maasland: http://www.rlkm.be/nl/hoge-kempen/ Sijs, M. De veerman van Latem. Smet, G. D. De Leie in de zomer. Smet, G. D. Sloepen in de Leie. Stad Gent. (2003). Ruimtelijk Structuurplan uit 2003. Gent: Stad Gent. The Bluff. UNESCO World Heritage Center. (2016). Opgeroepen op 5 24, 2016, van UNESCO: http://whc.unesco.org/en Vlaamse Landmaatschappij. (2009). Naar een eigenlijk gebruik van plattelandswegen. Vlaamse Landmaatschappij. Vlaamse overheid. (sd). Opgeroepen op 2016, van Geopunt Vlaanderen: http://www.geopunt.be/kaart