De publicatie en inwerkingtreding van de verschillende boeken van het Wetboek Economisch Recht gaat door.



Vergelijkbare documenten
FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN.

FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN.

FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN.

WETTELIJKE RENTEVOET IN DE

PC Advocaten Nieuwsbrief DE NIEUWE RICHTLIJN BETALINGSACHTERSTAND. Contact ZZINLEIDING

OMZETTING RICHTLIJN BETALINGSACHTERSTAND

Overheidsopdrachten - betalingsregels

Bestrijding van betalingsachterstanden

COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN

Wijzigingen bescherming hoofdverblijfplaats zelfstandige en starters-bvba

Betalingstermijnen wettelijk vastgelegd Toelichting wet implementatie richtlijn bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties

MEDEDELING AAN DE LEDEN

Knipperlichten. Conflictmanagement. Luc Demeyere. 20 februari 2013

Hof van Cassatie van België

DE IDEALE WONING, coöperatieve vennootschap, arrondissement. Antwerpen, met maatschappelijke zetel te 2600 Berchem,

Belangrijkste wijzigingen van reparatie-kb van 22 mei 2014 in KB Uitvoering

niet verbeterde kopie

377. Uitvoering van de opdracht.

C.O.B.A. 4 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

(Wetgevingshandelingen) RICHTLIJNEN

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

SOFIMO, naamloze vennootschap, met maatschappijke zetel te Roeselare, Noordstraat 4, ingeschreven in het handelsregister te

Hof van Cassatie van België

Richtlijn 2000/35/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 juni 2000 betreffende bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties

DE WET VAN 2 AUGUSTUS 2002 BETREFFENDE DE BESTRIJDING VAN DE BETALINGSACHTERSTAND BIJ HANDELSTRANSACTIES

LEIDRAAD BIJ DE INLEIDINGSZITTING VAN DE RECHTBANKEN VAN KOOPHANDEL VAN LIMBURG

DE VERJARINGS- EN ONDERZOEKSTERMIJNEN INZAKE BTW

ARBEIDSHOF TE BRUSSEL ARREST

Algemene contractvoorwaarden

LEIDRAAD BIJ DE INLEIDINGSZITTING VAN DE RECHTBANKEN VAN KOOPHANDEL VAN LIMBURG

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT PE-CONS 3620/3/00 REV 3

Pay or complain? De inning van onbetwiste professionele schuldvorderingen versoepeld

Nieuw model van DAGVAARDING met ingang van Gerechtelijk jaar 2007 Versie Aanhef

Rolnummers 6797 en Arrest nr. 160/2018 van 22 november 2018 A R R E S T

Wetboek van 30 november 1939 der registratie-, hypotheek- en griffierechten (Vlaams Gewest)

1. Voorwerp 1.1. Op alle diensten, producten en leveringen van Metalmorphosa bvba zijn huidige algemene voorwaarden van toepassing, met uitsluiting

Wetsvoorstel betreffende bestrijding van betalingsachterstand bij handelsovereenkomsten

1. Dwingend karakter van de algemene voorwaarden - voorrang

Hof van Cassatie van België

LEIDRAAD VOOR DE TOEPASSING VAN DE GERINGE VORDERINGEN-Vo. * BINNEN DE RECHTBANK VAN KOOPHANDEL ANTWERPEN

Invordering Onbetwiste Schulden (IOS)

Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing behoudens wijzigingen, welke beide partijen uitdrukkelijk en schriftelijk overeenkomen.

Rolnummer Arrest nr. 80/2005 van 27 april 2005 A R R E S T

INTERNATIONAAL INCASSO

Invordering van onbetaalde facturen en bescherming van de consument

Hof van Cassatie van België

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR WEGVERVOER

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België

Incassokosten volgens de WIK

Instelling. Onderwerp. Datum

ALGEMENE VOORWAARDEN

COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN

Hof van Cassatie van België

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Knipperlichten. Conflict Management. Luc Demeyere. 20 februari 2014

algemene verkoopsvoorwaarden

Hof van Cassatie van België

ALGEMENE VOORWAARDEN VAN DIENSTVERLENING. 1. Opdracht

ALGEMENE VOORWAARDEN VAN MELIS ADVOCATEN

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België

Concurrentiebeding - werkgevers

Hof van Cassatie van België. Arrest

Hof van Cassatie van België

De Nieuwe Pandwet: Het pand, het eigendomsvoorbehoud & het retentierecht

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 25 oktober 2010 (08.11) (OR. en) 15035/10 Interinstitutioneel dossier: 2009/0054 (COD)

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz.

Hof van Cassatie van België

Buitengerechtelijke kosten bij verhuur van woonruimte.

Verkoop -en leveringsvoorwaarden van VAN HEES Benelux Sprl/NL. 2. Aanbod en sluiten van het contract

Wet van 22 april 1999 betreffende de beroepstucht voor accountants en belastingconsulenten

~ A 2007/2/11. ARREST van 27 juni 2008 BVBA OOSTERBOSCH RENE ELITE VLOER-TUINSHOP. ARRET du 27 juin 2008 SPRL OOSTERBOSCH RENE ELITE VLOER-TUINSHOP

Hof van Cassatie van België

ALGEMENE VOORWAARDEN

OVEREENKOMST TUSSEN ADVOCAAT EN CLIËNT BETREFFENDE INVORDERING VAN NIET-BETWISTE FACTUREN

Instelling. Onderwerp. Datum

DE BVBA BIMATRA ALGEMENE VERKOOPSVOORWAARDEN

COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN AAN DE OCCASIONELE REDDERS

Hof van Cassatie van België

Vlaams decreet van 17 juni 2016 houdende huur van korte duur voor handel en ambacht. (B.S. 26 juli 2016 (1 ste uitgave)) Eerste opmerkingen

EUROPABANK, naamloze vennootschap, met maatschappelijke zetel. gevestigd te 9000 Gent, Burgstraat 170, ingeschreven in het

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België

De Wet Incassokosten En wat betekent dit voor u?

Handleiding wettelijke regeling inzake de vergoeding voor de buitengerechtelijke incassokosten

Dekking incassorechtsbijstand (zuivere incasso)

Tariefverordening. op evenementen in de haven. directiecomité van 02 december 2013 raad van bestuur van : 16 december 2013

ECLI:NL:GHARL:2015:9831

6tt161. 4fi HET HOF VAN BEROEP TE BRUSSEL. zetelend in burgerlijke zaken, na beraad, wijst volgend arrest

Auteur. Elfri De Neve. Onderwerp. Anatocisme. Copyright and disclaimer

Hof van Cassatie van België

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

Tariefverordening op evenementen in de haven

Handelsagentuurovereenkomst

INTERNATIONAAL INCASSO

Rolnummer Arrest nr. 49/2009 van 11 maart 2009 A R R E S T

Rolnummer Arrest nr. 21/2009 van 12 februari 2009 A R R E S T

Transcriptie:

Wetgeving Nieuw Wetboek Economisch Recht De publicatie en inwerkingtreding van de verschillende boeken van het Wetboek Economisch Recht gaat door. Het boek dat de wet betreffende de marktpraktijken omzet in het Wetboek Economisch Recht, werd vorige week goedgekeurd in het Parlement. Dit boek integreert grotendeels de wet marktpraktijken van 2010, zonder ingrijpende inhoudelijke wijzigingen. De bepalingen rond het gezamenlijk aanbod, rekening houdende met het arrest van het Europees Hof van Justitie in de Citroën-zaak van 18 juli 2013, blijven ongewijzigd. Een ander boek dat in het Belgisch recht de rechtsvordering tot collectief herstel ( class actions ) introduceert, wordt binnenkort besproken in het Parlement. Men verwacht dat alle boeken van het nieuwe Wetboek Economisch Recht vóór de volgende verkiezingen van mei 2014 in werking zullen treden. Wijziging van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties De wet van 22 november 2013, die in het Belgisch Staatsblad van 10 december 2013 is verschenen, wijzigt de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties. Deze wet zet de Europese Richtlijn van 16 februari 2011 om, een omzetting die reeds tegen 16 maart 2013 diende plaats te vinden. Nieuwe standardtermijn van 30 kalenderdagen Volgens deze nieuwe wetgeving dient elke betaling tot vergoeding van een handelstransactie tussen ondernemingen te gebeuren binnen een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen vanaf de dag van de ontvangst van de factuur of een gelijkaardig verzoek tot betaling. De wet van 2002 voorzag in een (onduidelijke) termijn van dertig dagen. De partijen kunnen contractueel wel een langere betalingstermijn overeenkomen. Overheidsinstanties Dezelfde betalingstermijn is voortaan voorzien voor handelstransacties waar een overheidsinstantie de schuldenaar is. In dit geval bedraagt de contractuele maximumtermijn wel 60 kalenderdagen. Voor de overheidsdiensten die gezondheidszorgen verstrekken is de termijn vastgelegd op 60 kalenderdagen.

Verificatietermijn De wet voorziet nu ook in een termijn om over te gaan tot aanvaarding van de ontvangen goederen of tot verificatie van de geleverde diensten. De maximale duur voor dergelijke procedure mag 30 kalenderdagen niet overschrijden, tenzij in de overeenkomst anders is overeengekomen. Samenvatting Voor handelstransacties tussen ondernemingen: Wet van 2 augustus 2002 Wet van 22 november 2013 Betalingstermijn van 30 dagen, tenzij van 30 kalenderdagen, tenzij Partijen zijn toegelaten om termijn langer dan 60 kalenderdagen overeen te komen. Verificatietermijn Termijn niet bepaald. Termijn van 30 dagen, vanaf ontvangst goederen of levering diensten, tenzij contractueel uitdrukkelijk anders bepaald en niet kennelijk onbillijk is. Voor handelstransacties met overheidsinstanties: Wet van 2 augustus 2002 Wet van 22 november 2013 Betalingstermijn van 30 dagen, tenzij van 30 kalenderdagen, tenzij contractueel anders bepaald (absoluut maximum van 60 kalenderdagen). Verificatietermijn Termijn niet bepaald. Termijn van 30 dagen, vanaf ontvangst goederen of levering diensten, tenzij contractueel en in eventuele opdrachtdocumenten uitdrukkelijk anders bepaald en niet kennelijk onbillijk is.

Betalingsregeling in termijnen Partijen kunnen betalingsregelingen met betaling in termijnen overeenkomen. In dergelijke gevallen worden, indien één van de afbetalingstermijnen niet op de afgesproken datum wordt voldaan, de interest en de vergoeding uitsluitend berekend over de achterstallige bedragen. Zoals vroeger mogen partijen een toepasselijke verwijlinterest overeenkomen in geval van laattijdige betaling (mits controle door de rechter in geval kennelijk onbillijk bedrag). De toepasselijke interestvoet is gelijk aan 8 procentpunten boven de basisherfinancieringstransactie-interestvoet van de ECB, daar waar het vroeger gelijk was aan 7 procentpunten. Momenteel bedraagt de interestvoet 8%. Invorderingskosten en advocatenkosten De schuldeiser zal voortaan van rechtswege en zonder ingebrekestelling recht hebben op een forfaitaire vergoeding van 40 euro voor de invorderingskosten. Bovenop dit forfaitaire bedrag heeft de schuldeiser bovendien recht op een redelijke schadeloosstelling voor alle andere opgelopen invorderingskosten die dat vaste bedrag te boven gaan, bijvoorbeeld advocatenkosten of kosten van incassobureaus. De nieuwe wetgeving voorziet nu duidelijk dat deze forfaitaire vergoeding verschuldigd is bovenop de forfaitaire rechtsplegingvergoeding. Het cumulverbod tussen forfaitaire vergoeding en rechtsplegingsvergoeding, dat wegens de niet-inwerkingtreding van de wet van 21 februari 2010 nog bestond, wordt dus definitief afgeschaft. In geval van een kennelijk onbillijke interestvoet kan de rechter voortaan niet alleen een te hoge interestvoet herleiden, maar hij kan nu ook een te lage interestvoet laten stijgen. Onbillijk beding De wet beschouwt nu bepaalde contractuele bedingen als van rechtswege onbillijk, zoals het contractuele beding of de praktijk die de betaling van interest voor betalingsachterstand uitsluit of deze die een vergoeding van invorderingskosten uitsluit. Inwerkingtreding De wet is retroactief op 16 maart 2013 in werking getreden, datum waarop de richtlijn ten laatste diende omgezet te worden. Zij is van toepassing op betalingen in uitvoering van overeenkomsten gesloten, vernieuwd of verlengd na 16 maart 2013. De wet is in elk geval van toepassing op betalingen in uitvoering van lopende overeenkomsten gedaan twee jaar na 16 maart 2013.

Rechtspraak De KBO-inschrijving: meer dan een formaliteit Op basis van de zogenaamde KBO-Wet (Wet van 16 januari 2003 tot oprichting van een Kruispuntbank van Ondernemingen, tot modernisering van het handelsregister, tot oprichting van erkende ondernemingsloketten en houdende diverse bepalingen) zijn ondernemingen onder meer verplicht zich in te schrijven in de Kruispuntbank der Ondernemingen voor de activiteiten die zij uitvoeren. Deze inschrijving is niet alleen nodig om een uniek ondernemingsnummer te bekomen, maar is bovendien cruciaal bij de verdere activiteiten van een onderneming. Artikel 14 van de KBO-wet bepaalt immers dat indien een vennootschap dagvaardt op basis van een activiteit waarvoor zij niet is ingeschreven in de Kruispuntbank der Ondernemingen, de dagvaarding niet-ontvankelijk is. Zo kan een professioneel schoonmaakbedrijf ingeschreven onder de categorie algemene reiniging van gebouwen geen vordering instellen voor het schoonmaken van ramen of reinigen van tapijten aangezien dit een aparte activiteit is volgens de nomenclatuur in de Kruispuntbank der Ondernemingen. De onderneming kan deze niet-ontvankelijkheid niet regulariseren tijdens de procedure en zal dus de procedurekosten moeten betalen. De onderneming dient haar inschrijving in de Kruispuntbank der Ondernemingen te regulariseren alvorens een nieuwe dagvaarding uit te brengen. Het Hof van Cassatie heeft in een recent arrest van 8 februari 2013 bevestigd dat een dagvaarding uitgebracht voor een vordering die verband houdt met een activiteit waarvoor de onderneming niet is ingeschreven in de Kruispuntbank der Ondernemingen, niet-ontvankelijk is en hierbij nogmaals bevestigd dat de dagvaarding aan beide ontvankelijkheidsvoorwaarden dient te voldoen: De KBO-inschrijving dient de activiteit te betreffen waarop de vordering gesteund is; en De activiteit dient te beantwoorden aan het maatschappelijk doel waarvoor de onderneming op die datum is ingeschreven. De niet-ontvankelijkheid kan niet worden geregulariseerd tijdens de procedure en de onderneming zal worden veroordeeld tot de gerechtskosten en rechtsplegingsvergoeding. Het feit dat de activiteit wel kadert in het maatschappelijk doel van de onderneming, is hierbij irrelevant.

De rechter kan geen schadebeding nietig verklaren Het Hof van Cassatie heeft op 12 april 2013 (C.12.0498.N) een arrest geveld nadat een voorziening werd ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen van 16 april 2012, zetelend in graad van beroep. De rechtbank van eerste aanleg was van oordeel dat een clausule in een huurovereenkomst als een verboden strafbeding diende te worden beschouwd en dat de vastgestelde schadevergoeding kennelijk het bedrag te boven gaat dat de partijen konden vaststellen om de schade wegens niet-uitvoering van de overeenkomst te vergoeden. Op grond hiervan heeft de rechtbank de clausule nietig verklaard. Het Hof van Cassatie herinnert er in haar arrest aan dat de rechter volgens artikel 1231, 1, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek, ambtshalve of op verzoek van de schuldenaar, de straf die bestaat in het betalen van een bepaalde geldsom, kan verminderen, wanneer die som kennelijk het bedrag te boven gaat dat de partijen konden vaststellen om de schade wegens de niet-uitvoering van de overeenkomst te vergoeden. Op basis van artikel 1231, 1, eerste lid van het Burgerlijk Wetboek kan de rechter dus het strafbeding niet nietig verklaren wanneer het bedrag hoger is dan de potentiële schade, maar kan hij enkel het overeengekomen bedrag verminderen. Voor meer informatie: Yves Lenders (yves.lenders@lydian.be Tel: +32 3 304 90 08) advocaat-vennoot bij Lydian Jo Willems (jo.willems@lydian.be Tel: +32 2 787 90 96) advocaat bij Lydian www.lydian.be