Compleet Rekenen Ben van der Stee Examentraining 2F & 3F

Transcriptie

1 Compleet Rekenen Ben van der Stee Examentraining 2F & 3F Woensdag 4 november uur Rekenconferentie: Op weg naar goed rekenonderwijs

2 Rekenen? Rekenen telt niet mee voor het examen, Maar wel voor je toekomst!!

3 Rekentoets Telt niet mee voor examen (tot 2020), maar: Staat wel op de cijferlijst! Doorstuderen op het HBO? Bij het zoeken naar een baan kan het cijfer toch wel van belang zijn! We willen een zo best mogelijk resultaat. MBO s moeten groei in de resultaten laten zien op weg naar 2020.

4 Waar gaat het eigenlijk om?

5 Uitleg

6 Uitleg

7 Uitgangspunt Voorbeeldexamen F Toetsdeel 1: contextloze opgaven geen rm

8 Opzet examentraining 5 opgaven uit voorbeeldexamen 3F met uitleg Bij elke unieke opgave 3 extra ondersteuningsopgaven

9 Voorbeeldexamen 3F Vraag 1 van = beeldvormer

10 Beeldvormer 1 (3F 2013)

11 , scores

12 analyse

13 Beeldvorming 2 Analyse F, reken handig uit. 13

14

15

16

17 Voorbeeldexamen 3F Vraag 1 van =

18 Voorbeeldexamen 3F Vraag 1 van =

19 Voorbeeldexamen 3F Vraag 1 van =

20 Voorbeeldexamen 3F Vraag 1 van = 482

21 Voorbeeldexamen 3F Extra =

22 Voorbeeldexamen 3F Extra =

23 Voorbeeldexamen 3F Extra = 672

24 Voorbeeldexamen 3F Extra =

25 Voorbeeldexamen 3F Extra =

26 Voorbeeldexamen 3F Extra = 686

27 Voorbeeldexamen 3F Extra =

28 Voorbeeldexamen 3F Extra =

29 Voorbeeldexamen 3F Extra = 600

30 Voorbeeldexamen 2F Vraag 1 van 40 ( p =.80) ( p =.80) 80% heeft deze opgaven goed!

31 Voorbeeldexamen 2F Vraag 1 van 40 ( p =.80) =

32 Voorbeeldexamen 2F Vraag 1 van =

33 Voorbeeldexamen 2F Vraag 1 van = =

34 Voorbeeldexamen 2F Vraag 1 van = =

35 Voorbeeldexamen 2F Vraag 1 van = =

36 Voorbeeldexamen 2F Vraag 1 van = = = 989

37 Voorbeeldexamen 2F Vraag 1 van = = = = 1005

38 Voorbeeldexamen 2F Extra =

39 Voorbeeldexamen 2F Extra = = 1012

40 Voorbeeldexamen 2F Extra =

41 Voorbeeldexamen 2F Extra = = 1003

42 Voorbeeldexamen 2F Extra =

43 Voorbeeldexamen 2F Extra = = 1001

44 Voorbeeldexamen 3F Vraag 2 van : 11 = Welke rekentaal, welk rekenbegrip is belangrijk? beeldvorming

45 Beeldvorming delen (VO 2014)

46 beeldvorming delen

47 Resultaten delen 3F

48 Beelvorming delen

49 Voorbeeldexamen 3F Vraag 2 van : 11 = = 85 2 x 11 = 22 4 x 11 = x 11 = x 11 = = 0

50 Voorbeeldexamen 3F Vraag 2 van : 11 = / 935 \

51 Voorbeeldexamen 3F Extra 4 847: 11 =

52 Voorbeeldexamen 3F Extra 4 847: 11 = 77

53 Voorbeeldexamen 3F Extra : 11 =

54 Voorbeeldexamen 3F Extra : 11 = 63

55 Voorbeeldexamen 3F Extra : 11 = 55

56 Voorbeeldexamen 2F Vraag 6 van 40 ( p =.46) 80% van 720 =

57 Voorbeeldexamen 2F Vraag 6 van 40 80% van 720 =

58 Voorbeeldexamen 2F Vraag 6 van 40 80% van 720 =

59 Voorbeeldexamen 2F Vraag 6 van 40 80% van 720 =

60 Voorbeeldexamen 2F Vraag 6 van 40 80% van 720 =

61 Voorbeeldexamen 2F Vraag 6 van 40 80% van 720 = 8 x 72 = = 576

62 Voorbeeldexamen 2F Extra 16 60% van 360 =

63 Voorbeeldexamen 2F Extra 16 60% van 360 = 6 x 36 = = 216

64 Voorbeeldexamen 2F Extra 17 40% van 820 =

65 Voorbeeldexamen 2F Extra 17 40% van 820 = 4 x 82 = = 328

66 Voorbeeldexamen 2F Extra 18 70% van 240 =

67 Voorbeeldexamen 2F Extra 18 70% van 240 = 7 x 24 = = 168

68 Voorbeeldexamen 3F Vraag 3 van 42 5,12 l = cl Welke rekentaal, welk rekenbegrip is belangrijk?

69 Voorbeeldexamen 3F Vraag 3 van 42 5,12 l = cl 5,12 =. eurocent (ct)

70 Voorbeeldexamen 3F Vraag 3 van 42 5,12 l = cl 5,12 = 512 eurocent (ct)

71 Voorbeeldexamen 3F Vraag 3 van 42 5,12 l = 512 cl 5,12 = 512 eurocent (ct)

72 Voorbeeldexamen 3F Vraag 3 van 42 5,12 l = 512 cl

73 Voorbeeldexamen 3F Extra 7 7,22 l = cl

74 Voorbeeldexamen 3F Extra 7 7,22 l = 722 cl

75 Voorbeeldexamen 3F Extra 8 5,02 l = cl

76 Voorbeeldexamen 3F Extra 8 5,02 l = 502 cl

77 Voorbeeldexamen 3F Extra 9 10,01 l = cl

78 Voorbeeldexamen 3F Extra 9 10,01 l = 1001 cl

79 Didactische training tot rekendocent Examentraining 3F no:2 Rekendidactiek en rekenonderwijs

80 Uitgangspunt Voorbeeldexamen F Toetsdeel 2: context opgaven met rm

81 Opzet examentraining 8 opgaven uit voorbeeldexamen 3F met uitleg Bij elke opgave 2 extra ondersteuningsopgaven

82 Uitleg Verdeling opgaven over de domeinen: Getallen is (nagenoeg) alom aanwezig, ook in de kale sommen Verhoudingen circa 30%, eventueel ook in de kale sommen Meten&Meetkunde circa 20% Verbanden circa 20%

83 Uitleg Cyclisch proces 1.Het vertalen van een probleem naar een rekenprobleem 2.Het oplossen van dit rekenprobleem 3.Het terugvertalen van de oplossing naar de situatie

84 Drieslagmodel probleemoplossend handelen in de toets

85 Uitleg

86 Analyse centraal ontwikkeld examen Rekenen 2F/3F

87 In de klas

88 Voorbeeldexamen 3F Vraag 10 van 42

89 Voorbeeldexamen 3F Vraag 10 van 42

90 Voorbeeldexamen 3F Vraag 10 van 42

91 Voorbeeldexamen 3F Extra 1

92 Voorbeeldexamen 3F Extra 1

93 Voorbeeldexamen 3F Extra 2

94 Voorbeeldexamen 3F Extra 2

95 Voorbeeldexamen 2F Vraag 9 van 40 ( p =.54) Acht vrienden betalen ieder evenveel voor de barbecue. Ze kopen: 16 barbecueworstjes 20 hamburgers (rauw) 12 kipsatéstokjes

96 Voorbeeldexamen 2F Vraag 9 van 40 Acht vrienden betalen ieder evenveel voor de barbecue. Ze kopen: 16 barbecueworstjes 20 hamburgers (rauw) 12 kipsatéstokjes

97 Voorbeeldexamen 2F Vraag 9 van 40 Acht vrienden betalen ieder evenveel voor de barbecue. Ze kopen: 16 barbecueworstjes 20 hamburgers (rauw) 12 kipsatéstokjes

98 Voorbeeldexamen 2F Extra 1 Zes vrienden betalen ieder evenveel voor de barbecue. Ze kopen: 30 barbecueworstjes 18 hamburgers (rauw) 24 kipsatéstokjes

99 Voorbeeldexamen 2F Extra 1 Zes vrienden betalen ieder evenveel voor de barbecue. Ze kopen: 30 barbecueworstjes 18 hamburgers (rauw) 24 kipsatéstokjes

100 Voorbeeldexamen 2F Vraag 14 van 40 ( p =.39)

101 Voorbeeldexamen 2F Vraag 14 van 40

102 Voorbeeldexamen 2F Vraag 14 van 40

103 Voorbeeldexamen 2F Vraag 14 van 40

104 Voorbeeldexamen 2F Vraag 14 van 40

105 Voorbeeldexamen 2F Extra 11

106 Voorbeeldexamen 2F Extra 11

107 Voorbeeldexamen 3F Vraag 11 van 42

108 Voorbeeldexamen 3F Vraag 11 van 42

109 Voorbeeldexamen 3F Vraag 11 van 42

110 Voorbeeldexamen 3F Extra 3

111 Voorbeeldexamen 3F Extra 4

112 Voorbeeldexamen 3F Vraag 12 van 42

113 Voorbeeldexamen 3F Vraag 12 van 42

114 Voorbeeldexamen 3F Vraag 12 van 42

115 Voorbeeldexamen 3F Vraag 13 van 42

116 Voorbeeldexamen 3F Vraag 13 van 42

117 Voorbeeldexamen 3F Vraag 13 van 42

118 Voorbeeldexamen 3F Vraag 16 van 42

119 Voorbeeldexamen 3F Vraag 16 van 42

120 Voorbeeldexamen 2F Vraag 17 van 40 ( p =.21)

121 Voorbeeldexamen 2F Vraag 17 van 40

122 Dank voor jullie aandacht Tot een volgende keer! Compleet Rekenen Workshops en trainingen op maat!

123 Toepassingen in ER2, ER3 en 2A 3F ER3 2F ER2 2A 123

124 Structuur verschillende rekenniveaus Dus ER3 zit dus niet tussen 3F en 2F Idem voor ER2 124

125 ER3 = Ernstige Rekenproblemen (van 3F) Dus alleen B: Met elkaar in verband brengen wordt eenvoudiger 125

126 Rekenkaart rekenexa m en St andaa rdkaart 1 Deze kaart mag worden gebruikt bij: a. Het standaard rekenexamen door studenten met een geldige dyscalculieverklaring b. Het aangepaste rekenexamen (het ER-examen) door iedereen die aan dit examen deelneemt Bij het aangepaste rekenexam en mag voor alle opgaven een rekenmachine worden gebruikt (eigen rekenmachine of de computerrekenmachine). Bij het standaard rekene xam en mag alleen de computerrekenmachine worden gebruikt bij opgaven in sectie 2 van het rekenexamen. Ook studenten met een dyscalculieverklaring mogen NIET bij alle opgaven een rekenmachine gebruiken. Procenten Aantallen 100% 50% 25% 10% 5% 1% 21% 6% 121% 106% Breuk Kom m agetal 1/1 1,00 1/2 0,50