Ruimtelijke Kwaliteit

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ruimtelijke Kwaliteit"

Transcriptie

1 Ruimtelijke Kwaliteit Binnen het project Ruimte voor de Rivier Maaike Buysse 22 augustus 23 Rapport in het kader van het afstudeeronderzoek ter afronding van de opleiding Civiele Technologie en Management Afstudeerrichting Waterbeheer Faculteit der Construerende Wetenschappen Universiteit Twente Het afstudeeronderzoek is uitgevoerd bij het project Ruimte voor de Rivier Afstudeercommissie: Dr. Ir. D.C.M. Augustijn Dr. Ir. J.S. Ribberink Ir. J.P.A. Luiten

2

3 Voorwoord Dit rapport is het resultaat van mijn afstudeeronderzoek. Het onderzoek is uitgevoerd binnen het project Ruimte voor de Rivier. Het afstudeeronderzoek vormt de afronding van mijn opleiding Civiele Technologie en Management. Van het begin af aan is mijn afstudeeronderzoek een uitdaging geweest. In eerste instantie was mijn opdracht nog niet duidelijk, maar het project Ruimte voor de Rivier leek voldoende mogelijkheden te bieden voor een interessante afstudeeropdracht. Toen de opdracht eenmaal duidelijk werd, bleek de uitwerking een moeilijke en ongewone opgave, maar mede door de actualiteit ervan wel een hele interessante. Mede doordat Ruimtelijke Kwaliteit een nog vrij nieuw begrip is, is er nog niet zo veel over bekend. Binnen het project Ruimte voor de Rivier werd Ruimtelijke Kwaliteit ondertussen ook steeds verder ingevuld, waardoor er zo nu en dan wat twijfel ontstond. Over het algemeen had enthousiasme echter de overhand. Uiteindelijk heb ik het onderzoek naar mijn mening tot een goed einde gebracht, met een waardevol resultaat. Naast de resultaten die terug te vinden zijn in dit rapport heeft het onderzoek mij meer opgeleverd. Zo heb ik voor het eerst een onderzoek van meerdere maanden zelfstandig uitgevoerd en lange tijd fulltime voor één opdrachtgever gewerkt. Hierdoor ontdek je vanzelf de leuke en minder leuke kanten van zowel het doen van zelfstandig onderzoek als werken. Daarnaast boden de contacten met verschillende organisaties die betrokken zijn bij het waterbeheer in Nederland mij een goede kans om eens op een andere manier met ze kennis te maken. Ik heb mijn afstuderen dan ook als een zeer leerzame periode ervaren, zowel inhoudelijk als qua werkomgeving. Ik wil de leden uit mijn afstudeercommissie bedanken voor de steun en hulp die zij mij tijdens het afstuderen hebben gegeven. Ook hen heb ik het niet makkelijk gemaakt door de keuze van het onderwerp. Allereerst wil ik Denie Augustijn, mijn dagelijkse begeleider vanuit de Universiteit bedanken. Als ik even in een dipje zat wist hij me altijd weer op te peppen en als ik weer eens te hard van stapel liep gaf hij een beetje tegengas. Ook Jan Ribberink wil ik bedanken voor zijn feedback. Vanuit het project ben ik begeleid door Hans Luiten. Hem wil ik bedanken voor de kans die hij mij heeft geboden om bij het project Ruimte voor de Rivier af te studeren en voor de tijd die hij voor mij heeft vrijgemaakt. Ook wil ik hier Jan Elsinga bedanken, hoewel hij niet in mijn afstudeercommissie zit. Hij heeft gedurende mijn afstuderen veel betrokkenheid en interesse getoond en heeft mij bij verschillende vergaderingen, werkgroepen en personen geïntroduceerd. Dit waren hele bruikbare opstapjes om zelf op verder te bouwen. Verder wil ik nog een aantal andere mensen bedanken. Allereerst iedereen waar ik terecht kon met mijn vragen, waaronder Aleksandra Tisma (RPB), Maarten Jacobs (Alterra), Kees Vlak (VROM), Jan de Haan (provincie Gelderland) en Maaike Bos (RIZA). En natuurlijk iedereen op het Landelijk Projectbureau in Den Haag. Verder wil ik Alex bedanken voor de interesse en het geduld die hij toonde tijdens mijn afstuderen en papa en mama voor de steun die zij mij tijdens mijn gehele studieperiode gaven: dit is wat ik er van heb gemaakt! Ik ben blij dat het afstuderen en mijn studie er nu op zitten: ik heb veel geleerd en ben nu toe aan een nieuwe uitdaging: het toepassen van wat ik heb geleerd en het aanvullen van de theoretische kennis met praktijk ervaring. Maaike Buysse iii

4 iv

5 Samenvatting De hoofddoelstelling van het project Ruimte voor de Rivier is veiligheid, de tweede doelstelling is het verbeteren van de Ruimtelijke Kwaliteit. Ruimtelijke Kwaliteit is echter niet verder geoperationaliseerd. De doelstelling van dit onderzoek is: Het ontwikkelen van een methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit op maatregelpakketniveau binnen het project Ruimte voor de Rivier. Hiertoe is, na een uitgebreide analyse van wat er al bekend is op het gebied van Ruimtelijke Kwaliteit, een methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit binnen het project Ruimte voor de Rivier ontwikkeld. Er is een matrix ontwikkeld waarmee de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit structureel geanalyseerd kunnen worden. Uitgangspunt van de methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit is dat er sprake is van een verbetering van de Ruimtelijke Kwaliteit als een maatregelenpakket past binnen de ambities, een bijdrage levert aan de verwezenlijking daarvan en als ook de overige criteria van Ruimtelijke Kwaliteit zo goed mogelijk worden ingepast. De ambities zijn vastgelegd in verschillende documenten. De ambities zijn zowel op regionaal als op nationaal niveau geformuleerd en naast het deskundigen perspectief worden ook de ambities van de direct betrokkenen meegenomen. Door de maatregelenpakketten op grond van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit te vergelijken met de ambities wordt nagegaan welk maatregelenpakket het beste invulling geeft aan de verbetering van de Ruimtelijke Kwaliteit. De beoordelingsmethode is in een case studie toegepast op de IJssel van Arnhem tot Zutphen. De inventarisatie van de effecten van de maatregelen op de beoordeling van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit werkt erg verhelderend. De afweging van de maatregelenpakketten is minder inzichtelijk. Wel worden de maatregelenpakketten duidelijk onderscheidend beoordeeld op de bijdrage aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit De in dit rapport beschreven beoordelingsmethode vormt een meerwaarde ten opzichte van de methode die momenteel wordt toegepast binnen het project Ruimte voor de Rivier. Dit wordt veroorzaakt door de definitie van Ruimtelijke Kwaliteit, de brede benadering van Ruimtelijke Kwaliteit, de gestructureerde manier waarop de effecten van de maatregelen in beeld worden gebracht en de vergelijking met de ambities op verschillende niveaus. v

6 Inhoudsopgave 1 Inleiding Achtergrond Probleemstelling Doelstelling Leeswijzer 5 2 Theoretische achtergrond Reikwijdte Ruimtelijke Kwaliteit Beoordelingsmethoden Conclusie 1 3 Ontwerp beoordelingsmethode Onderzoeksmodel Analyse relevante criteria Beoordeling situatie Ambities Vergelijking beoordeling met ambities Beoordeling Ruimtelijke Kwaliteit 22 4 Case studie Gebied Strategieën Beoordeling maatregelen Beoordeling maatregelenpakketten Ambities Vergelijking beoordeling met ambities Beoordeling Ruimtelijke Kwaliteit 37 5 Vergelijking beschreven methode met huidige situatie Ruimtelijke Kwaliteit binnen Ruimte voor de Rivier Vergelijking methode Vergelijking resultaten Conclusies 45 6 Discussie Methode Case Studie Ruimtelijke Kwaliteit binnen Ruimte voor de Rivier Ruimtelijke Kwaliteit 51 7 Conclusies en aanbevelingen Conclusies Aanbevelingen 54 Literatuur 57 Referenties 57 Geraadpleegde literatuur 57 Verklarende woordenlijst 61 vi

7 Bijlage 1 Toelichting criteria Ruimtelijke Kwaliteit 1 Bijlage 2 Toelichting Strategieën 5 Bijlage 3 Maatregelen traject Arnhem Zutphen per strategie 6 Bijlage 4 Beschrijving maatregelen 7 Bijlage 5 Beoordeling maatregelen in de Blokkendoos 14 Bijlage 6 Beoordeling maatregelenpakketten in het Beoordelingskader 15 Bijlage 7 Beoordeling maatregelen op criteria van Ruimtelijke Kwaliteit 17 Bijlage 8 Vergelijking beoordeling maatregelen 23 Bijlage 9 Beoordeling maatregelenpakketten op criteria van Ruimtelijke Kwaliteit 28 Bijlage 1 Ambities 3 Bijlage 11 Regionaal Ruimtelijk Kader Boven IJssel en Midden IJssel 32 Bijlage 12 Onderlinge vergelijking maatregelenpakketten per criterium 36 vii

8 viii

9 1 Inleiding 1.1 Achtergrond De hoofddoelstelling van het project Ruimte voor de Rivier is het veiligheidsniveau in het rivierengebied uiterlijk in 215 in overeenstemming te brengen met de verhoogde maatgevende rivierafvoer. Naar aanleiding van de hoge rivierafvoeren van 1993 en 1995 is de maatgevende rivierafvoer van de Rijn bij Lobith verhoogd van 15. m 3 /s naar 16. m 3 /s. Voor de Maas is de maatgevende rivierafvoer verhoogd van 3.65 m 3 /s naar 3.8 m 3 /s. In het project Ruimte voor de Rivier wordt er ook een doorkijk gegeven naar de langere termijn. Door klimaatveranderingen wordt verwacht dat de af te voeren hoeveelheden water nog groter zullen worden en de zeespiegel verder zal stijgen. Daarnaast klinkt de bodem nog steeds verder in, waardoor de schade bij overstromingen toeneemt. Er wordt rekening mee gehouden dat er op de langere termijn 18. m 3 /s zal moeten kunnen worden afgevoerd. Met de doorkijk naar de langere termijn wordt er naar gestreefd de maatregelen die nu genomen worden zo te dimensioneren dat deze niet weer hoeven te worden aangepast in geval van een nog grotere afvoer. Daarnaast wordt er naar gestreefd om gebieden waar in de toekomst maatregelen getroffen moeten worden nu al te reserveren. De tweede doelstelling van het project Ruimte voor de Rivier is het verbeteren van de Ruimtelijke Kwaliteit van het rivierengebied. Hierdoor kan het gebied mooier en leefbaarder gemaakt worden. De maatregelen die worden uitgevoerd moeten bijdragen aan zowel de veiligheid als de Ruimtelijke Kwaliteit. Er wordt naar gestreefd de hogere rivierafvoer mogelijk te maken door meer ruimte te geven aan de rivier. Dit betekent dat er zo veel mogelijk andere maatregelen worden getroffen dan dijkverzwaringen. Hierbij kan worden gedacht aan dijkverleggingen, het vergraven van uiterwaarden, het verwijderen van obstakels, het verbreden of verdiepen van het zomerbed, het verlagen of verwijderen van kades en kribben en het aanleggen van nevengeulen, groene rivieren en retentiegebieden. Het project Ruimte voor de Rivier past binnen de internationale afspraken tussen de ministers van de landen in het stroomgebied van de Rijn en de Maas (figuur 1). Deze afspraken beogen mensen en goederen beter tegen het hoogwater te beschermen en tevens het ecosysteem te verbeteren. Gezien de samenhang in het systeem is afgesproken uit te gaan van een integrale aanpak op lokaal, regionaal, nationaal en transnationaal niveau. De afspraken zijn in Nederland verankerd in de Vierde Nota Waterhuishouding. In de beleidslijn Ruimte voor de Rivier wordt het beleid verder uitgewerkt. Doelstelling van de beleidslijn is het handhaven van de beschikbare ruimte in het winterbed van de grote rivieren voor het opvangen van toekomstige hogere rivierafvoeren. In het kader van deze beleidslijn zijn de verkenningen Ruimte voor Rijntakken en Integrale Verkenning Benedenriviergebied uitgevoerd. In deze verkenningen wordt ingegaan op mogelijke maatregelen die een bijdrage leveren aan de verruiming van het rivierbed om veilig meer water af te kunnen voeren. Naar Internationale afspraken tussen ministers landen in stroomgebied Rijn, Maas Vierde nota waterhuishouding Beleidslijn Ruimte voor de Rivier Ruimte voor Rijntakken Integrale verkenning benedenrivierengebied Kabinetsstandpunt Ruimte voor de Rivier Planfase Ruimte voor de Rivier Figuur 1: Relaties waterhuishoudkundige plannen 1

10 aanleiding van deze verkenningen is het kabinetsstandpunt Ruimte voor de Rivier geformuleerd. In het kabinetsstandpunt wordt gekozen voor een nieuwe aanpak van de hoogwaterproblematiek. In de aanpak verschuift het accent van reageren op feitelijke ontwikkelingen naar anticiperen op lange termijn ontwikkelingen. In het kabinetsstandpunt heeft het kabinet opdracht gegeven tot de start van de planfase van het project Ruimte voor de Rivier. Over de plannen die in het project Ruimte voor de Rivier ontwikkeld worden, wordt een Planologische Kern Beslissing (PKB) genomen. Een PKB is een plan van het Rijk dat een globale schets van de inrichting van de ruimte bevat. Met deze PKB wordt voor het rivierengebied als geheel een koers uitgezet waarbij rekening wordt gehouden met de functies en belangen die in dit gebied aan de orde zijn. De PKB beschrijft de maatregelen en hun effecten op strategisch niveau. De PKB bevat uiteindelijk een besluit over de locaties van maatregelen die in de periode tot 215 gerealiseerd moeten worden. Als de PKB is genomen worden er vervolgprocedures doorlopen waarin de maatregelen worden uitgewerkt tot inrichtingsplannen en -ontwerpen. De ministeries van Verkeer en Waterstaat, Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu en Landbouw Natuurbeheer en Voedselkwaliteit zijn de initiatiefnemers van het project Ruimte voor de Rivier. De werkzaamheden zijn verdeeld over drie bureaus; het landelijk projectbureau en twee regionale bureaus. Het landelijk projectbureau is verantwoordelijk voor de totstandkoming van de PKB en richt zich op de samenhang binnen de organisatie. De regionale bureaus zijn respectievelijk verantwoordelijk voor het bovenrivierengebied (bureau BOR) en het benedenrivierengebied (bureau BER). Alle drie de bureaus hebben een eigen stuurgroep en klankbordgroep. Er zijn vijf verschillende provincies betrokken bij het project: Zuid-Holland, Noord-Brabant, Utrecht, Gelderland en Overijssel, 21 waterschappen en 11 gemeenten. Deze (semi) overheden worden intensief 2 Figuur 2: Overzichtskaart rivierengebied

11 betrokken bij het besluitvormingsproces. Tenslotte worden ook de burgers in het rivierengebied betrokken bij het project. Zij worden geïnformeerd over de stand van zaken en er worden verschillende mogelijkheden geboden tot inspraak. Dit gebeurt via belangengroeperingen, er worden regionale bijeenkomsten gehouden en er is een website beschikbaar. De planstudie Ruimte voor de Rivier is in 21 van start gegaan. De rivieren waar het om gaat zijn de Rijn vanaf Lobith, de Waal, de IJssel en de Maas vanaf Hedikhuizen, in dit rapport ook wel aangeduid als het rivierengebied. De Maas, bovenstrooms van Hedikhuizen, valt niet onder het project Ruimte voor de Rivier. In figuur 2 is een overzichtskaart van het rivierengebied weergegeven. In figuur 3 zijn de verschillende fasen van de PKB-procedure Ruimte voor de Rivier weergegeven. De onderzoek- en voorbereidingfase is verder uitgewerkt. Alle mogelijke maatregelen in het rivierengebied, met de bijbehorende effecten, zijn opgenomen in de Blokkendoos. De Blokkendoos is een computermodel waarmee snel inzicht kan worden verkregen in de waterstandsverlagende effecten van maatregelen of combinaties van maatregelen en de bijbehorende overige effecten. Om inzicht te krijgen in het speelveld van mogelijke combinaties van maatregelen worden er op basis van verschillende strategieën verschillende maatregelenpakketten samengesteld. Een strategie is een regel op basis waarvan een maatregelenpakket wordt samengesteld. Voor het samenstellen van de maatregelenpakketten wordt gebruik gemaakt van de gegevens uit de Blokkendoos. De maatregelenpakketten voldoen allemaal aan de gestelde veiligheidsdoelstelling. De maatregelenpakketten worden beoordeeld op andere effecten. Hierbij wordt ingegaan op de thema s riviermorfologie, bodem en water, ruimte, natuur, landschap, cultuurhistorie en archeologie, scheepvaart, landbouw, recreatie, sociaal-economische aspecten en Ruimtelijke Kwaliteit. De resultaten van de beoordeling van de maatregelenpakketten worden gebruikt bij het samenstellen van de MER alternatieven. In het kader van de PKB procedure is het verplicht om een milieueffectrapportage (m.e.r.) uit te voeren. Hierin moeten verschillende alternatieven worden vergeleken, dit zijn de MER alternatieven. Het gaat hierbij om een aantal verplichte alternatieven en een aan aantal zelf ingebrachte alternatieven. De verplichte alternatieven zijn het nulalternatief, waarbij geen ingrepen worden gepleegd en wat dient als referentie voor de andere alternatieven en het mma, het meest milieuvriendelijke alternatief. Voor het project Ruimte voor de Rivier is ook het referentiealternatief dijkversterking verplicht, hierbij wordt de veiligheidsdoelstelling bereikt door alleen dijkverzwaringen. In de m.e.r. wordt wederom een beoordeling gegeven op de thema s, die ook bij de beoordeling van de maatregelenpakketten, gebaseerd op de strategieën, aan bod kwamen. In het kader van de m.e.r. wordt hier echter dieper op ingegaan. Naast de m.e.r. wordt er ook een maatschappelijke kosten baten analyse (MKBA) uitgevoerd. Het doel hiervan is vanuit een breed welvaartsperspectief een beeld te scheppen van de kosten en baten van de alternatieven en deze zo mogelijk te voorzien van een financiële waardering. Op basis van de resultaten van de m.e.r. en de MKBA wordt er een voorkeursalternatief samengesteld. Het project Ruimte voor de Rivier wordt gekenmerkt door zeer grote tijdsdruk. Er wordt zo veel mogelijk aan de planning vastgehouden. Dit betekent dat er soms met voorlopige resultaten wordt doorgewerkt. Door deze werkwijze wordt getracht de betrokkenen actief en enthousiast te houden. Als het project te lang gaat duren of als er geen vooruitgang wordt geboekt bestaat het gevaar dat betrokkenen in de regio afhaken. 3

12 Start en voorbereiding Mededeling voornemen Publicatie Startnotitie Inspraak Advies richtlijnen Richtlijnen MER Opstelllen ontwerp PKB (PKB deel 1) Opstellen MKBA Opstellen MER Onderzoek en voorbereiding Publicatie PKB deel 1 Maart 24 Publicatie MKBA Maart 24 Beoordeling Publicatie MER Maart 24 Inspraak en advies Bestuurlijk overleg Onderzoek en voorbereiding Advies VROM- raad Maatregelen blokkendoos Maatregelenpakketten op basis van strategieën Publicatie PKB deel 2 September 24 Veiligheidsdoelstelling Strategieën Aanpassen ontwerp PKB Publicatie PKB deel 3 December 24 Goedkeuring Tweede en Eerste Kamer Maatregelenpakketten Effectbepaling (riviermorfologie, bodem en water, ruimte, natuur, landschap, cultuurhistorie en archeologie, scheepvaart, landbouw, recreatie, sociaaleconomische aspecten, Ruimtelijke Kwaliteit) Besluitvorming Publicatie PKB deel 4 September 25 Beroepsmogelijkheid bij Raad van State Bevindingen ten aanzien van reikwijdte en effecten Maatregelenpakketten op basis van MER alternatieven MER alternatieven Maatregelenpakketten Effectbepaling (MER, MKBA) Voorkeursalternatief Figuur 3: PKB procedure Ruimte voor de Rivier (22) 4

13 1.2 Probleemstelling De eerste doelstelling van het project Ruimte voor de Rivier is het waarborgen van de wettelijk vastgestelde bescherming tegen overstromingen, de tweede doelstelling is het verbeteren van de Ruimtelijke Kwaliteit. De veiligheidsdoelstelling is geoperationaliseerd door aan te geven hoeveel water er, op grond van de huidige veiligheidsnormen, veilig moet kunnen worden afgevoerd. Ruimtelijke Kwaliteit is daarentegen niet verder geoperationaliseerd en ook niet duidelijk afgebakend. Er wordt op verschillende niveaus gewerkt aan de invulling van Ruimtelijke Kwaliteit, door de beperkte operationalisatie bestaat er echter veel onduidelijkheid. Er bestaat geen duidelijke omschrijving van het begrip Ruimtelijke Kwaliteit en er is nog geen eenduidige methode om Ruimtelijke Kwaliteit te beoordelen. In de loop van het project wordt verder invulling gegeven aan Ruimtelijke Kwaliteit 1.3 Doelstelling Op basis van de bovenstaande probleemstelling is de doelstelling van dit onderzoek als volgt geformuleerd: Het ontwikkelen van een methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit op maatregelpakketniveau binnen het project Ruimte voor de Rivier. Deze doelstelling is op te splitsen in een aantal sub-doelstellingen: Analyseren hoe er tot nu toe met Ruimtelijke Kwaliteit wordt omgegaan. Ontwikkelen van een methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit voor het project Ruimte voor de Rivier. Toetsen van de beoordelingsmethode door deze toe te passen in de praktijk. Vergelijken van de ontwikkelde beoordelingsmethode met de huidige methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit binnen Ruimte voor de Rivier. In grove lijnen vormen de sub-doelstellingen opeenvolgende fasen in het onderzoek. Op basis van de analyse van Ruimtelijke Kwaliteit wordt een beoordelingsmethode ontwikkeld die daarna wordt toegepast in de praktijk. Op basis van bevindingen in de verschillende fasen kan echter ook weer teruggegrepen worden naar eerdere fasen. Tenslotte wordt de beoordelingsmethode vergeleken met de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit binnen het project Ruimte voor de Rivier. Terwijl de beoordelingsmethode zoals beschreven in dit rapport is ontwikkeld, is er ook binnen Ruimte voor de Rivier doorgewerkt aan de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit. Deze ontwikkelingen worden meegenomen bij de vergelijking van de methoden. 1.4 Leeswijzer De sub-doelstellingen vormen de kapstok voor de indeling van dit rapport. In hoofdstuk 2 wordt er een overzicht gegeven van wat er tot nu toe is geschreven over en gedaan op het gebied van Ruimtelijke Kwaliteit. Deze analyse vormt de basis voor de methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit in het rivierengebied die in dit rapport verder wordt uitgewerkt. In hoofdstuk 3 wordt deze methode uitgebreid toegelicht. Ter toetsing van de methode wordt deze in hoofdstuk 4 toegepast op het IJssel traject Arnhem Zutphen. In hoofdstuk 5 wordt een vergelijking gemaakt tussen de in dit rapport beschreven methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit en hoe er binnen het project Ruimte voor de Rivier met Ruimtelijke Kwaliteit wordt omgegaan. In hoofdstuk 6 wordt in de discussie ingegaan op de beoordelingsmethode, waarna in hoofdstuk 7 de conclusies en aanbevelingen volgen. 5

14 6

15 2 Theoretische achtergrond Ruimtelijke Kwaliteit is een doelstelling die de laatste jaren vaker naar voren komt in het beleid over de ruimtelijke ordening. Hiertegen is weinig weerstand, niemand is immers tegen kwaliteit. Dat Ruimtelijke Kwaliteit nu wordt opgenomen in het beleid kan op verschillende manieren worden geïnterpreteerd. Het kabinet wil door Ruimtelijke Kwaliteit op te nemen in het beleid het belang van het streven naar Ruimtelijke Kwaliteit onderstrepen (VROM, 22). De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid ziet in de vage omschrijving van kwaliteit een stimulans om aan de slag te gaan met de ruimte om tot creatieve oplossingen te komen (Reijndorp, 1998). Van Assche en Jacobs (22) zien de term kwaliteit echter als de minstzeggende term die toch nog positief klinkt. Aansluitend hierop wordt het veelvuldig voorkomen van het begrip Ruimtelijke Kwaliteit dan ook gezien als een signaal van een crisis binnen het denken over de ruimtelijke ordening in Nederland. Kwaliteit is er immers altijd al geweest. Dat er nu zoveel over wordt gepraat duidt er op dat de manier waarop kwaliteit vaak impliciet gedefinieerd wordt, bekritiseerd wordt. Ter voorbereiding van dit onderzoek is een uitgebreid literatuuronderzoek verricht (Buysse, 23). In dit hoofdstuk worden de bevindingen in het kort weergegeven. Het begrip Ruimtelijke Kwaliteit wordt toegelicht en er wordt ingegaan op een aantal verschillende manieren waarop invulling gegeven kan worden aan Ruimtelijke Kwaliteit. In de laatste paragraaf wordt aan de bevindingen een conclusie verbonden. 2.1 Reikwijdte Ruimtelijke Kwaliteit Er is geen uniforme methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit. Dit wordt enerzijds veroorzaakt doordat Ruimtelijke Kwaliteit een relatief nieuw begrip is in het ruimtelijke beleid en anderzijds doordat de invulling van Ruimtelijke Kwaliteit sterk afhankelijk is van de gewenste reikwijdte. Doordat er geen eenduidige definitie van Ruimtelijke Kwaliteit bestaat wordt er in verschillende situaties gekozen voor een verschillende reikwijdte. Het aantal aspecten dat hierbij in overweging wordt genomen kan sterk verschillen. Dit hangt onder andere samen met de betrokken actoren, de plaats en de tijd. De beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit hangt samen met de betrokken actoren, de plaats en de tijd. Doordat het bij Ruimtelijke Kwaliteit vaak om subjectieve beoordelingen gaat hebben verschillende actoren hierover een eigen mening. Wat de een mooi vindt, kan een ander juist lelijk vinden, dit geldt ook voor andere aspecten zoals functionaliteit. De beoordeling hangt ook samen met de belangen van een actor. Er is vaak verschil tussen groepsbelangen en individuele belangen. Daarnaast kent iedere plaats eigen Ruimtelijke Kwaliteiten. Zo is er een groot verschil tussen Ruimtelijke Kwaliteiten in het landelijk gebied en Ruimtelijke Kwaliteiten in steden. De schaal van beoordeling speelt ook een belangrijke rol. Op regionaal of lokaal niveau zijn vooral de gebiedseigen kenmerken belangrijk, dit niveau komt overeen met het niveau waarop de beleving door burgers speelt. Door een gebied echter op een hoger schaalniveau te beschouwen kunnen er andere kwaliteiten inzichtelijk worden gemaakt zoals samenhang. Tenslotte is Ruimtelijke Kwaliteit ook sterk tijdgebonden. In de loop van de tijd zijn er duidelijke verschillen waarneembaar in de behoeften en wensen van mensen en daarmee in de beoordeling van kwaliteit. 7

16 Per situatie moet een afweging worden gemaakt welke personen worden betrokken bij de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit, op welke ruimtelijke schaal er naar Ruimtelijke Kwaliteit wordt gekeken en welk tijdsperspectief in beschouwing wordt genomen. 2.2 Beoordelingsmethoden Ruimtelijke Kwaliteit wordt in de Vierde Nota over de Ruimtelijke Ordening (1988) voor het eerst als beleidsdoelstelling opgenomen. Ruimtelijke Kwaliteit wordt hier uitgedrukt in gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde. Dit is slechts een praktische indeling, in werkelijkheid kunnen deze waarden niet los van elkaar gezien worden. Het ruimtelijk beleid in de Vierde Nota is er op gericht de gebruikswaarde van een gebied te vermeerderen, de belevingswaarde te verhogen en de toekomstwaarde te vergroten. In de Vijfde Nota over de Ruimtelijke Ordening (22) blijft Ruimtelijke Kwaliteit een belangrijke rol spelen maar wordt afgestapt van de indeling in gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde. In plaats daarvan zijn er zeven criteria van Ruimtelijke Kwaliteit geformuleerd die richting geven aan de ruimtelijke inrichting van Nederland de komende 3 jaar. Deze criteria zijn ruimtelijke diversiteit, economische en maatschappelijke functionaliteit, culturele diversiteit, sociale rechtvaardigheid, duurzaamheid, aantrekkelijkheid en menselijke maat. Deze zeven criteria vormen het uitgangspunt bij beslissingen omtrent het ruimtegebruik. Sinds de introductie van Ruimtelijke Kwaliteit in het beleid hebben ook anderen zich bezig gehouden met de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit. Door enkelen wordt gesteld dat Ruimtelijke Kwaliteit niet in criteria te vangen is. Door anderen wordt beaamd dat dit lastig is maar wordt wel getracht zo goed mogelijk invulling te geven aan Ruimtelijke Kwaliteit. Jacobs (22) heeft beargumenteerd waarom Ruimtelijke Kwaliteit niet in criteria is te vangen. Er kunnen heel veel criteria voor Ruimtelijke Kwaliteit worden geformuleerd, maar dan nog blijkt de omschrijving niet compleet. Kwaliteit blijkt uit meer te bestaan dan afzonderlijke criteria. Dit is inzichtelijk te maken door drie verschijningsvormen van het landschap te benoemen. Ten eerste het landschap als materie in de fysieke werkelijkheid, ten tweede als normen in de sociale werkelijkheid en ten derde als gedachten en gevoelens in de innerlijke werkelijkheid. Deze verschijningsvormen noemt Jacobs respectievelijk het ware, het juiste en het waarachtige landschap. Elk landschap of landschapselement is vanuit deze drie houdingen te beschrijven, waarbij de beschrijvingen niet tot elkaar zijn te herleiden. In het eerste geval gaat het om kennis, in het tweede en derde geval om normen en waarden. Kennis is objectief, normen en waarden zijn subjectief. Aangezien iets niet tegelijk objectief en subjectief kan zijn, moet er onderscheid gemaakt worden. Hierdoor kan veel spraakverwarring worden vermeden. Door het benoemen van criteria om het landschap te beoordelen wordt het ware landschap beoordeeld. De criteria uit de Vijfde Nota begeven zich vooral op het niveau van het juiste landschap. Terwijl ruimtelijk kwaliteit voor een groot deel draait om het waarachtige niveau. Wanneer getracht wordt het landschap in criteria te vangen wordt voorbij gegaan aan de waarden op het niveau van het juiste en het waarachtige landschap. In opdracht van Habiforum is een studie verricht om het begrip Ruimtelijke Kwaliteit te verhelderen in de context van meervoudig ruimtegebruik. Ruimtelijke Kwaliteit wordt in deze studie omschreven als de mate waarin een ruimtelijke ingreep waarde toevoegt voor belangen en belanghebbenden (Hooimeijer, 21). De aspecten van Ruimtelijke Kwaliteit 8

17 zijn in kaart gebracht en beschreven. De aspecten zijn geordend in een matrix zoals weergegeven in tabel 1. Tabel 1: Conceptuele matrix Ruimtelijke Kwaliteit Gebruikswaarde Belevingswaarde Toekomstwaarde Economisch Sociaal Ecologisch Cultureel In de matrix worden aan verschillende functies (economische, sociale, ecologische en culturele) waarden gekoppeld (gebruikswaarde, belevingswaarde, toekomstwaarde). De indeling in economische, sociale, ecologische en culturele waarden ligt heel dicht bij de indeling in het ware, het juiste en het waarachtige landschap van Jacobs. De matrix is bedoeld als flexibel analysekader dat kan worden aangepast aan de omstandigheden. Door de matrix in te vullen wordt ernaar gestreefd tot een goede uitwisseling van visies en opvattingen over Ruimtelijke Kwaliteit te komen. Werksma (22) van TNO heeft een lagenbenadering voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit uitgewerkt. Het actieveld van de ruimtelijke ordening wordt in deze benadering gezien als een systeem waarin een maatschappelijke en een ruimtelijke component zijn te onderscheiden. In deze benadering is er sprake van Ruimtelijke Kwaliteit als de maatschappelijke en de ruimtelijke component elkaar versterken. De maatschappelijke component bestaat, evenals in de benadering van Habiforum, uit een economische, sociale, ecologische en culturele dimensie. De ruimtelijke component kan, volgens de lagenbenadering, in drie lagen worden uiteengelegd: de laagdynamische ondergrondlaag, de dynamische netwerklaag en de hoogdynamische occupatielaag (tabel 2). Onder de ondergrondlaag valt de bodem, die relatief statisch van karakter is (5 tot 5 jaar). Bij de netwerklaag kan gedacht worden aan wegen en waterlopen die veel dynamischer zijn (25 tot 1 jaar). Bij de occupatielaag gaat het om de functietoekenning aan gebieden die wordt weerspiegeld in de occupatie van de ruimte, deze verandert zeer snel (1 tot 4 jaar). Tabel 2: Schematische weergave lagenbenadering Ruimtelijke component Occupatie (hoogdynamisch) Netwerk (dynamisch) Ondergrond (laagdynamisch) Maatschappelijke component Economisch Sociaal Ecologisch Cultureel Ook door het Ruimtelijk Planbureau wordt momenteel gewerkt aan een afwegingskader voor ruimtelijke effecten. In grote lijnen is dit afwegingskader vergelijkbaar met de matrix van Habiforum. Hierbij is er echter voor gekozen om geen toekomstwaarde op te nemen. Toekomstwaarde maakt in deze benadering deel uit van de gebruikswaarde en de belevingswaarde. Toekomstwaarde is geen waarde in zichzelf maar een politieke keuze waarmee wordt gestreefd naar duurzaamheid. De Ruimtelijke Kwaliteit wordt in deze benadering omschreven als de subjectieve waarde die aan een ruimte wordt toegekend in termen van gebruik en beleving. Naarmate gebruik en beleving meer voldoen aan de eisen die aan de inrichting van een ruimte worden gesteld, wordt de kwaliteit van die ruimte hoger gewaardeerd. Het afwegingskader is nog in ontwikkeling. 9

18 Door de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid het vrijwel onmogelijk geacht de begrippen gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde op het niveau van het nationaal ruimtelijk beleid in te vullen (Reijndorp, 1998). Het zou te abstract worden. Ruimtelijke Kwaliteit is vooral een gebiedsgericht begrip dat per concreet geval ingevuld dient te worden. Op nationaal niveau wordt het verhogen van Ruimtelijke Kwaliteit vooral gezien als het versterken van de verscheidenheid en het bevorderen van samenhang. Ruimtelijke Kwaliteit kan worden gezien als een ambitie. Het begrip Ruimtelijke Kwaliteit kan worden ingezet als communicatiemiddel om draagvlak en betrokkenheid te creëren. 2.3 Conclusie Er blijken veel verschillende inzichten over Ruimtelijke Kwaliteit te bestaan, die ook nog eens in de loop van de tijd veranderen. Sommigen beweren dat Ruimtelijke Kwaliteit niet te beoordelen is, anderen streven er naar Ruimtelijke Kwaliteit in nauwkeurig afgebakende, kwantitatieve criteria vast te leggen. De praktische invulling zal hier ergens tussenin gevonden moeten worden. Iedereen is het er over eens dat Ruimtelijke Kwaliteit een nastrevenswaardig doel is, maar dan moet er ook invulling aan gegeven worden. Door Ruimtelijke Kwaliteit echter in nauwkeurig afgebakende, kwantitatieve criteria uit te drukken wordt voorbij gegaan aan de essentie van Ruimtelijke Kwaliteit. Door een gestructureerde analyse te maken kan een zo volledig mogelijk beeld worden verkregen van alle relevante criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Door een gestructureerde analyse wordt de kans dat relevante criteria over het hoofd worden gezien geminimaliseerd (Pirsig, 1984). Het hoeft hierbij niet alleen te gaan om criteria die in kwantitatieve waarden zijn uit te drukken, ook kwalitatieve waarderingen zijn mogelijk. Verschillende beoordelingsmethoden hebben in verschillende methoden de voorkeur. Voor alle methoden geldt dat deze niet klakkeloos moeten worden toegepast maar moeten worden afgestemd op de situatie. 1

19 3 Ontwerp beoordelingsmethode Op basis van het literatuuronderzoek, waarvan de resultaten zijn opgenomen in hoofdstuk 2, is een methode ontwikkeld voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit binnen het project Ruimte voor de Rivier. In dit hoofdstuk wordt deze methode uiteengezet. In paragraaf 3.1 wordt ingegaan op het onderzoeksmodel, in de daaropvolgende paragrafen worden de verschillende stappen uit het onderzoeksmodel verder uitgewerkt. 3.1 Onderzoeksmodel Een analyse van de relevante criteria die een rol spelen bij de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit is de eerste stap in de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit. Inzicht in alle relevante criteria is een voorwaarde voor een goede beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit. Voor de verschillende maatregelenpakketten kan worden nagegaan in hoeverre deze de beoordeling op de relevante criteria van Ruimtelijke Kwaliteit beïnvloeden. Het gaat hierbij zowel om kwantitatieve als om kwalitatieve beoordelingen. Op basis van deze beoordelingen kan er echter nog geen beoordeling worden gegeven van Ruimtelijke Kwaliteit. In hoeverre er sprake is van Ruimtelijke Kwaliteit wordt bepaald door de beoordelingen op alle afzonderlijke criteria tezamen. De criteria zijn onderling echter moeilijk te vergelijken. Afhankelijk van de locatie wordt aan bepaalde criteria meer waarde gehecht. Deze waarden komen tot uitdrukking in de ambities voor een gebied. De ambities zijn visies op de ontwikkeling van een gebied. De ambities kunnen bestaan uit concrete plannen die zijn vastgelegd in beleid, maar ook uit wensen. Deze kunnen door deskundigen zijn geformuleerd maar ook door andere betrokkenen. Door de beoordeling van de afzonderlijke criteria te vergelijken met de ambities voor een gebied kan er een beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit worden gegeven. Hierbij kan een vergelijking met de huidige situatie worden gemaakt, maar het kan ook gaan om een vergelijking tussen mogelijke inrichtingsvarianten. De verschillende stappen in de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit zijn weergegeven in figuur 4. Analyse relevante criteria Ruimtelijke Kwaliteit Beoordeling situatie op relevante criteria Vergelijking beoordeling met ambities Beoordeling Ruimtelijke Kwaliteit Figuur 4: Ontwerp onderzoeksmodel Ambities In deze benadering is er sprake van Ruimtelijke Kwaliteit als de maatregelenpakketten de ambities ten aanzien van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit voor het betreffende gebied realiseren en als ook de overige criteria die een rol spelen bij de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit zo goed mogelijk worden ingepast. De Ruimtelijke Kwaliteit verbetert als een maatregelenpakket past binnen de ambities, een bijdrage levert aan de verwezenlijking daarvan en als ook de overige criteria die een rol spelen bij de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit zo goed mogelijk worden ingepast. Als een gebied in de ambities bijvoorbeeld wordt aangemerkt als intensief landbouwgebied is grootschalige natuurontwikkeling in dit gebied uit het oogpunt van Ruimtelijke Kwaliteit ongewenst. Andere belangen, die verenigbaar zijn met intensieve landbouw kunnen wel zo goed mogelijk ingepast worden, waarmee een bijdrage wordt geleverd aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit. Als er geen eenduidige ambitie bestaat kunnen de maatregelenpakketten worden vergeleken met de verschillende ambities 11

20 Aan Ruimtelijke Kwaliteit kan op veel verschillende manieren invulling worden gegeven. Voor het project Ruimte voor de Rivier is een brede benadering van Ruimtelijke Kwaliteit het meest geschikt. Door een brede benadering toe te passen heeft Ruimtelijke Kwaliteit meerwaarde naast de sectorale indeling in veiligheid, landbouw, wonen, werken, riviermorfologie, water, bodem, scheepvaart, recreatie, natuur, landschap, cultuurhistorie en archeologie zoals ook in andere projecten wordt toegepast. Effecten van maatregelen die betrekking hebben op veiligheid of op eenmalige kosten voor de realisatie van maatregelen vallen niet onder Ruimtelijke Kwaliteit. Dit zijn naast Ruimtelijke Kwaliteit afzonderlijke aspecten die een rol spelen bij de afweging van de maatregelenpakketten. Ook het draagvlak voor de maatregelen wordt niet meegenomen bij de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit. Het draagvlak hangt enerzijds samen met de beoordeling van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit, anderzijds speelt ook het besluitvormingsproces hierbij een belangrijke rol. In de maatregelenpakketten komen ook maatregelen voor die al uitgevoerd worden of al gepland zijn, de zogenaamde lopende projecten. in dit rapport blijven deze projecten buiten beschouwing. Voor de beoordeling van de maatregelenpakketten op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit wordt de huidige situatie als referentie genomen. Alleen als er al concrete inrichtingsplannen liggen worden de effecten van de maatregelen beoordeeld ten opzichte van de geplande situatie. Er moet voor worden gewaakt dat de gestructureerde aanpak niet leidt tot het blind volgen van de geboden structuur. De structuur biedt weliswaar houvast, maar creativiteit en aandacht voor niet in criteria te vastten effecten mogen hierdoor niet verloren gaan. 3.2 Analyse relevante criteria Aanpak De matrix van Habiforum voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit wordt als uitgangspunt genomen voor de analyse van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit in het rivierengebied. De sociale en culturele functies worden samengevoegd tot één kolom aangezien deze vaak zeer dicht bij elkaar liggen. Dit resulteert in een matrix zoals weergegeven in tabel 3. De matrix vormt een kader waarin de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit kunnen worden ingevuld. De begrenzingen tussen de cellen zijn geen harde begrenzingen. De afzonderlijke criteria hangen vaak sterk met elkaar samen. Tabel 3: Aangepaste matrix Habiforum Gebruikswaarde Belevingswaarde Toekomstwaarde Economisch Ecologisch Sociaal / Cultureel De rijen in de matrix vertegenwoordigen verschillende waarden. Ten eerste waarden die voortvloeien uit het functioneren van de ruimte: de gebruikswaarden. Ten tweede de waarden die samenhangen met de beleving van de ruimte: de belevingswaarden. Ten derde de waarden die een voorwaarde vormen voor de instandhouding op de lange termijn: de toekomstwaarde. De toekomstwaarde moet in samenhang gezien worden met de gebruikswaarde en de belevingswaarde. De gebruikswaarde en de belevingswaarde blijven ook in de toekomst een rol spelen maar voor continuïteit op de lange termijn kunnen er onder toekomstwaarde aanvullende criteria worden opgenomen. In de 12

21 kolommen komen verschillende functies aan bod. Ten eerste economische functies, aan deze functies kan een financiële waarde worden toegekend. Ten tweede ecologische functies, deze hebben betrekking op de natuurlijke leefomgeving. Tenslotte zijn er de sociale en culturele functies. Deze hebben betrekking op de woon- en leefomgeving. Hoewel de begrenzingen tussen de cellen uit de matrix geen harde begrenzingen zijn gaat het in de matrix wel om afzonderlijke criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Ruimtelijke Kwaliteit is echter meer dan de som der delen. Deze meerwaarde kan tot uitdrukking komen door een extra kolom aan de tabel toe te voegen met integrale functies. De criteria in deze kolom hebben betrekking op alle andere criteria uit de matrix tezamen. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan samenhang. In tabel 4 is een extra kolom met integrale functies toegevoegd, dit resulteert in de matrix voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit in het rivierengebied. Tabel 4: Matrix voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit in het rivierengebied Gebruikswaarde Belevingswaarde Toekomstwaarde Economisch Ecologisch Sociaal / Cultureel Integraal De gekozen benadering voor de analyse van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit heeft veel overeenkomsten met de lagenbenadering. In de lagenbenadering wordt echter onderscheid gemaakt in een laagdynamische, een dynamische en een hoogdynamische laag. Deze indeling is voor het rivierengebied minder geschikt aangezien het rivierengebied vrijwel geheel als laagdynamisch kan worden gekarakteriseerd. Het ruimtelijk planbureau laat de rij met toekomstwaarde in haar benadering weg. Voor Ruimte voor de Rivier lijkt dit niet gewenst gezien de expliciete doorkijk naar de lange termijn bij de selectie van maatregelen. De matrix voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit sluit goed aan bij de invulling die in de vierde nota over de ruimtelijke ordening aan Ruimtelijke Kwaliteit is gegeven. Hierin werd onderscheid gemaakt tussen gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde. In de vijfde nota is echter gekozen voor een andere aanpak waarbij zeven criteria voor Ruimtelijke Kwaliteit zijn geformuleerd. Voor de structurele analyse gaat de voorkeur echter uit naar de indeling in gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde omdat deze een veel breder beeld geeft. De criteria van ruimtelijke kwaliteit volgens de vijfde nota komen naar voren bij het invullen van de matrix. Door gebruik te maken van de matrix uit tabel 4 voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit in het Rivierengebied is goed invulling te geven aan de contextgebondenheid van ruimtelijke kwaliteit. De context hangt samen met de betrokken actoren, de plaats en de tijd. In de matrix is ruimte voor alle kwaliteiten die door verschillende actoren worden ingebracht, zonder dat er al een afweging wordt gemaakt. Op deze manier kunnen alle meningen worden meegenomen in de afweging. Door voor verschillende deelgebieden afzonderlijke matrices in te vullen kan er aandacht besteed worden aan lokale kwaliteiten. De tijd wordt zo goed mogelijk meegenomen. De beoordelingen worden gemaakt op basis van de huidige inzichten. Voor zover er vooruit gekeken kan worden wordt ook de dynamiek meegenomen in de waarderingen. Met onvoorziene omstandigheden kan echter geen rekening gehouden worden. Door de rij toekomstwaarde op te nemen wordt getracht zo goed mogelijk rekening te houden met toekomstige veranderingen. 13

22 3.2.2 Beoordelingscriteria De matrix voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit in het rivierengebied is ingevuld met relevante criteria van Ruimtelijke Kwaliteit (tabel 5). Hiervoor is gebruik gemaakt van literatuur, de Blokkendoos, het belevingswaardenonderzoek, opgedane inzichten binnen het project en inbreng van deskundigen. Het belevingswaardenonderzoek wordt in het kader van het project Ruimte voor de Rivier uitgevoerd en is er op gericht na te gaan hoe bewoners en gebruikers van het rivierengebied de huidige situatie ervaren. De criteria van Ruimtelijke Kwaliteit moeten een zo volledig mogelijk beeld geven van alle relevante criteria maar er mag niet teveel in detail getreden worden, zodat de matrix werkbaar blijft. De matrix is geen statisch eindproduct. Mocht blijken dat belangrijke criteria niet zijn opgenomen dan kan dit, zolang de feitelijke beoordeling nog niet heeft plaatsgevonden, alsnog worden hersteld. Tabel 5: Ingevulde matrix voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit in het rivierengebied Gebruikswaarde Belevingswaarde Toekomstwaarde Economisch Ecologisch Sociaal/Cultureel Integraal Landbouw Oppervlakte Wonen (met water) Meervoudig Scheepvaart Natuurlijke cycli Sport en recreatie ruimtegebruik Recreatie Milieukwaliteit Beheer/ onderhoud Delfstoffen Versnippering Bedrijventerreinen en Verdroging kantoren Biodiversiteit Verstoring Afhankelijk economische gebruikswaarde Flexibiliteit Voorraden Openheid Natuurlijkheid Rust Ruimte Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden Landschappelijke waarden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud Diversiteit Samenhang Menselijke maat Identiteit De criteria uit de matrix worden hieronder per kolom, per cel toegelicht. In bijlage 1 zijn de beschrijvingen van de criteria samengevat. Economische gebruikswaarde De economische gebruikswaarde geeft aan in hoeverre er, in een bepaald gebied, mogelijkheden zijn voor een rendabele bedrijfsvoering. De eisen voor een rendabele bedrijfsvoering verschillen per economische functie. In het rivierengebied zijn verschillende economische functies te onderscheiden. Deze kunnen naast elkaar voorkomen. De belangrijkste economische functie in het rivierengebied is landbouw. Voor een rendabele bedrijfsvoering is voldoende oppervlakte land een eerste vereiste. Daarnaast speelt het waterpeil een belangrijke rol. Het gewenste waterpeil uit landbouwkundig oogpunt is vaak strijdig met andere functies, vooral met natuur. Tenslotte is de bereikbaarheid een belangrijk criterium voor de aan- en afvoer van producten. De maatregelen kunnen ook invloed hebben op de scheepvaart. De maatregelen kunnen resulteren in veranderingen in de diepgang van de vaarroutes en de toegankelijkheid van havens en sluizen. Dit heeft gevolgen voor de bevaarbaarheid van de rivieren. Om recreatie economisch aantrekkelijk te laten zijn is allereerst voldoende oppervlak nodig, zodat er voldoende ruimte is voor potentiële klanten. Daarnaast speelt de beoordeling op criteria uit de kolom sociaal/cultureel zoals rust en ruimte, maar ook de aanwezigheid van cultuurhistorische en aardkundige waarden en natuur een belangrijke rol. Voorwaarde is dat het gebied goed bereikbaar is. 14

23 Het rivierengebied is een belangrijke potentiële leverancier van delfstoffen zoals keramische klei, ophoogzand, beton en metselzand. Afhankelijk van de te treffen maatregelen kan dit een bron van inkomsten blijven, komen er nieuwe winplaatsen bij of worden strategische voorraden onbereikbaar. Tenslotte zijn er bedrijventerreinen en kantoren. Deze zijn vooral gebaat bij een goede bereikbaarheid. Daarnaast is hier wederom de beschikbare oppervlakte van belang. De huidige regelgeving staat geen nieuwe bedrijven en kantoren in de uiterwaarden meer toe. In de uiterwaarden kan de hoeveelheid kantoren en bedrijven dus alleen maar achteruit gaan. Binnendijks kunnen er wel bedrijventerreinen en kantoren gerealiseerd worden. Economische belevingswaarde De economische belevingswaarde hangt sterk samen met de economische gebruikswaarde. Door een hoge economische gebruikswaarde wordt een gebied aantrekkelijk als vestigingsplaats voor bedrijvigheid. De belevingswaarde kan per economische functie verschillen. Economische toekomstwaarde De economische toekomstwaarde is afhankelijk van de flexibiliteit, de mogelijkheid snel in te kunnen spelen op veranderingen. Flexibiliteit heeft betrekking op de inrichting; of deze zodanig is dat deze eenvoudig kan worden aangepast aan of toegewend voor andere omstandigheden, maar ook op de planning; planning op hoofdlijnen biedt de gebruiker mogelijkheden deze zelf, afhankelijk van de omstandigheden, in detail uit te werken. Daarnaast spelen voorraden een rol. Voor de winning van keramische klei, ophoogzand, beton en metselzand gaat het hierbij om de beschikbare voorraad. Voor recreatie om de waarden uit de sociaal/culturele en ecologische kolom. Ecologische gebruikswaarde De mens maakt onderdeel uit van, vaak zeer ingewikkelde, ecologische processen. Vele samenhangende natuurlijke cycli zorgen voor een ecologisch evenwicht, wat een essentieel onderdeel vormt van de leefomgeving. Bij de ecologische gebruikswaarde gaat het om deze waarden. De beschikbare oppervlakte is een eerste criterium. Een ander criterium van Ruimtelijke Kwaliteit is in hoeverre natuurlijke processen de ruimte krijgen. Deze kunnen bewust worden verstoord omdat een andere omgeving gewenst is of onbewust als neveneffecten van andere maatregelen. Daarnaast speelt milieukwaliteit een rol. Hierbij gaat het om bodem, lucht en water. Ook versnippering speelt een belangrijke rol. Door doorsnijding van gebieden worden processen verstoord. Natuurlijke processen zijn verder afhankelijk van het waterpeil. Met name voor landbouw is over het algemeen een lager grondwaterpeil gewenst dan voor natuur. Voor veel typen natuur is er op dit moment sprake van verdroging. Biodiversiteit is ook een criterium van Ruimtelijke Kwaliteit. Tenslotte kan verstoring door geluid, recreatie, licht of trillingen dieren afschrikken waardoor deze wegtrekken. Ecologische belevingswaarde Naast de ecologische gebruikswaarde speelt de ecologische belevingswaarde een rol bij Ruimtelijke Kwaliteit. De ecologische belevingswaarde is meer iets van de doorsnee burger. De burger kijkt over het algemeen met een minder technische blik naar de omgeving en kent op grond van zijn beleving waarden toe. Hierbij gaat het niet om het ecologische systeem maar om afzonderlijke elementen. Een waarde die kenmerkend is voor het rivierenlandschap is openheid. Ten opzichte van andere gebieden zijn de 15

24 uiterwaarden relatief leeg. Dit hangt weer nauw samen met het uitzicht. Een andere belevingswaarde is natuurlijkheid. Natuurlijkheid is relatief, aangezien er in Nederland vrijwel nergens onaangetaste natuur meer is, maar er zijn verschillende gradaties in aan te geven. Tenslotte is er het criterium rust. Hierbij kan gedacht worden aan stilte maar ook aan onthaasting en alleen zijn. Ecologische toekomstwaarde De ecologische toekomstwaarde bouwt als het ware voort op de ecologische gebruikswaarde. Dit wordt veroorzaakt doordat ecologie zeer laagdynamisch is, dat wil zeggen dat de omstandigheden zeer langzaam veranderen. Als een natuurgebied eenmaal is verdwenen is dat niet zomaar weer te herstellen. Het belangrijkste criterium voor toekomstwaarde is voorraden in de zin van ruimte. Hierbij speelt ook de ecologische hoofdstructuur (EHS) een rol. Gezien de huidige ontwikkelingen is het zeer onwaarschijnlijk dat natuur, ook al is nieuw ontwikkelde natuur geen onderdeel van de EHS, weer verloren gaat door andere ontwikkelingen. Over het algemeen wordt, zeker in de uiterwaarden, getracht natuurwaarden te ontzien. Sociale en culturele gebruikswaarde Bij de sociale en culturele gebruikswaarde gaat het om het nut voor activiteiten op sociaal gebied. Wonen (met water) is hierbij heel belangrijk, maar ook bijvoorbeeld de mogelijkheden voor sport en recreatie, zowel op het land als op het water. Voorzieningen spelen hierbij een belangrijke rol. Daarnaast kan door verscheidenheid aan verschillende wensen tegemoet gekomen worden. Sociale en culturele belevingswaarde Sociale en culturele waarden spelen vooral een rol bij de belevingswaarde. De aanwezigheid van cultuurhistorische, aardkundige en landschappelijke waarden speelt hierbij een belangrijke rol. Cultuurhistorische waarden zijn door de mens gemaakte objecten die in het verleden een belangrijke functie hebben vervuld, zoals steenfabrieken. Aardkundige waarden zijn de kwaliteiten van de niet levende natuur. Dit kunnen geomorfologische, geologische, bodemkundige, maar ook geohydrologische verschijnselen zijn, die niet altijd aan het aardoppervlak zichtbaar hoeven te zijn. De waarde van deze fenomenen kan zuiver esthetisch zijn, maar kan ook zitten in de archiefwaarde. Landschappelijke waarden zijn landschappelijke kenmerken die karakteristiek zijn voor een gebied. Hierbij kan worden gedacht aan reliëf, vegetatiepatronen en bewoningsstructuren. De cultuurhistorische, aardkundige en landschappelijke waarden staan in nauw verband met de informatiewaarde van een gebied, ze vormen aanknopingspunten voor een oriëntatie in de tijd of in de ruimte. Tenslotte kan emotionele binding op verschillende niveaus een rol spelen. Persoonlijke binding gaat te ver voor dit onderzoek maar waarden die door groepen worden toegekend op basis van gebeurtenissen uit het verleden kunnen wel worden meegenomen. Sociale en culturele toekomstwaarde Voor de sociale en culturele toekomstwaarde moet onderscheid gemaakt worden tussen enerzijds de sociale waarden en anderzijds de culturele waarden. De sociale waarden zijn over het algemeen veel dynamischer dan de culturele waarden. Hiervoor is flexibiliteit dan ook een belangrijke waarde, voor de culturele waarden is dat meer behoud, hierbij kan bijvoorbeeld de benoeming tot monument een rol spelen. 16

25 Integrale gebruikswaarde Bij integrale gebruikswaarde gaat het om de functionele verweving van functies. Dit komt onder andere tot uitdrukking in meervoudig ruimtegebruik. Verschillende functies kunnen elkaar versterken, of zodanig gesitueerd zijn dat er sprake is van ruimtebesparing. Sommige functies gaan beter samen dan andere. Met name landbouw en natuur hebben veel tegenstrijdige belangen. Bij beheer/ onderhoud gaat het om de verandering in de hoeveelheid onderhoud voor de beheerder van het rivierengebied die nodig is in de nieuwe situatie ten opzichte van de oude situatie. Integrale belevingswaarde De integrale belevingswaarde is ondermeer afhankelijk van diversiteit: in hoeverre er sprake is van ruimtelijke heterogeniteit. Dit kan ook samengaan met samenhang, wat afhankelijk is van ruimtelijke relaties en patronen. Bij de beleving speelt ook menselijke maat een belangrijke rol. Hierbij gaat het er om dat mensen niet overweldigd worden door de omgeving. Tenslotte gaat het om identiteit, in hoeverre een landschap uniek is. Overig Criteria die niet onder bovenstaande criteria vallen maar de Ruimtelijke Kwaliteit wel beïnvloeden kunnen hier worden opgenomen. Hier kan bijvoorbeeld aandacht worden besteed aan drinkwatervoorziening. Tijdens de beoordeling kunnen extra criteria worden toegevoegd. 3.3 Beoordeling situatie Voorafgaand aan de beoordeling van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit worden de maatregelenpakketten beoordeeld op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Hiertoe worden eerst de individuele maatregelen op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit beoordeeld. Als maatregelen in meerdere pakketten voorkomen kunnen de beoordelingen van de individuele maatregelen steeds opnieuw gebruikt worden. Ook in eventuele latere fases kunnen deze beoordelingen als input dienen. Bij de beoordeling van de maatregelen op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit gaat zowel het om criteria die in kwantitatieve als om criteria die in kwalitatieve waarden zijn uit te drukken. Bij de beoordeling van de criteria gaat het om een beoordeling van de afzonderlijke criteria ten opzichte van de huidige situatie. Als er al concrete plannen liggen voor toekomstige ontwikkelingen, kan er een vergelijking worden gemaakt met de autonome ontwikkeling. In dit stadium hoeft er nog geen afweging te worden gemaakt tussen verschillende criteria. Het gaat om beoordelingen op individuele criteria. Pas bij het beoordelen van Ruimtelijke Kwaliteit, als de beoordelingen op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit worden vergeleken met de ambities, gaan belangen een rol spelen. Hoewel niet alle criteria overal relevant zijn, heeft de matrix een algemeen karakter en is toepasbaar voor het hele rivierengebied. In bijlage 1 is een overzicht van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit met een toelichting opgenomen. Dit overzicht dient als uitgangspunt voor de beoordeling van de maatregelenpakketten op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Voor zover mogelijk wordt voor de beoordeling gebruik gemaakt van de aanwezige kennis binnen Ruimte voor de Rivier. Hierbij spelen de beoordelingen uit de Blokkendoos en het Beoordelingskader een belangrijke rol. Het Beoordelingskader is een kader voor de beoordeling van de milieueffecten en voor de identificering en kwantificering van maatschappelijke kosten en baten. Verschillende werkgroepen leveren input voor het Beoordelingskader. De criteria uit de Blokkendoos en het Beoordelingskader die een rol kunnen spelen bij de beoordeling op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit uit de matrix zijn ook opgenomen in het overzicht in bijlage 1. Hierbij moet worden opgemerkt dat de Blokkendoos en het Beoordelingskader 17

26 geen statische eindproducten zijn maar nog steeds worden aangepast en verder ontwikkeld. Door de beoordelingen van de individuele maatregelen op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit per pakket samen te voegen is een beoordeling op maatregelpakketniveau te geven. Dit gebeurt niet door het simpelweg optellen van de beoordelingen. Een slechte score op een criterium voor een maatregel mag niet weggemiddeld worden door een goede score van andere maatregelen uit het maatregelenpakket op dit criterium. De positieve en negatieve effecten van de individuele maatregelen blijven in de totaalbeoordeling herkenbaar. Hiervan kan gebruik gemaakt worden door met gerichte ingrepen op zwakke plekken verbeteringen aan te brengen. Van de sterke punten kan gebruik gemaakt worden bij het samenstellen van het voorkeursalternatief. Naast de effecten van de afzonderlijke maatregelen spelen er op maatregelpakketniveau ook andere aspecten die bij de beoordeling van de maatregelenpakketten als geheel worden meegenomen. De beoordeling van de afzonderlijke maatregelen en de maatregelenpakketten wordt per criterium uitgedrukt in --, -,, + of ++. Deze beoordelingen staan respectievelijk voor extreme verslechtering, verslechtering, geen effect, verbetering en extreme verbetering. Deze beoordelingen hebben echter nauwelijks waarde zonder toelichting. In de toelichting komt naar voren waarom een bepaalde beoordeling is gegeven. Daarnaast kunnen randvoorwaarden en kansen bij de beoordelingen worden aangegeven. 3.4 Ambities De mate waarin een bijdrage wordt geleverd aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit is ondermeer afhankelijk van de ambities voor een bepaald gebied. De ambities kunnen zijn vastgelegd, maar dit is niet noodzakelijk. In het regionaal en nationaal beleid zijn ambities vastgelegd. Gezien de status van het project Ruimte voor de Rivier hoeft hier echter niet aan vastgehouden te worden. Doordat er voor de planstudie Ruimte voor de Rivier een PKB procedure wordt doorlopen kan er voorbij worden gegaan aan bestaande plannen en kunnen nieuwe plannen worden opgelegd. Wel wordt er bij het opstellen van nieuwe ambities rekening gehouden met bestaand beleid. Bij ambities die niet zijn vastgelegd in beleid gaat het voornamelijk om ambities van individuen en groepen in de samenleving. Deze hebben met name betrekking op de beleving van de omgeving. Op verschillende niveaus binnen Ruimte voor de Rivier worden er ambities uitgewerkt. Het gaat hierbij om ambities ten aanzien van Ruimtelijke Kwaliteit maar ook om ambities ten aanzien van veiligheid of een combinatie van beide. De ambities worden vastgelegd in verschillende documenten; de Langetermijnvisie, het Nationaal Ruimtelijk Kader en het Regionaal Ruimtelijk Kader. In deze documenten wordt op basis van expert judgements, met raadpleging van de regio een beeld opgesteld van de gewenste situatie of een ontwikkelingsrichting. Naast deze documenten, die voornamelijk het resultaat zijn van inzichten van deskundigen is er ook een belevingswaardenonderzoek uitgevoerd, waarvoor betrokkenen in het rivierengebied zijn geraadpleegd. Deze vier documenten waarin de ambities voor het rivierengebied zijn vastgelegd, worden in de volgende paragrafen verder toegelicht. Naast deze ambities zijn er vanuit de projectorganisatie nog een aantal randvoorwaarden ten aanzien van criteria van Ruimtelijke Kwaliteit gesteld. Deze randvoorwaarden hebben betrekking op de scheepvaart en de Vogel- en Habitatrichtlijn. Aan deze randvoorwaarden moet altijd worden voldaan. 18

27 3.4.1 Langetermijnvisie De Langetermijnvisie heeft drie doelen. Het eerste doel is een visie te geven op de ruimtelijke ontwikkeling van het rivierengebied. Ten tweede dient de Langetermijnvisie als toetsingskader voor de kortetermijnmaatregelen, de maatregelen die op korte termijn genomen worden mogen niet strijdig zijn met de visie op de ruimtelijke ontwikkeling op de lange termijn. Tenslotte geeft de Langetermijnvisie richting aan gebiedsreserveringen die in het PKB-proces worden opgenomen. Ruimtelijke Kwaliteit speelt vooral een rol bij de eerste doelstelling, de visie op de ruimtelijke ontwikkeling. In de Langetermijnvisie wordt onderkend dat de verhoogde maatgevende rivierafvoer de toch al hoge ruimtedruk in Nederland verder vergroot. Hierin worden echter ook kansen gezien, in de vorm van nieuwe functiecombinaties. Voor het rivierengebied zijn, in het kader van Ruimtelijke Kwaliteit, vier ruimtelijke opgaven geformuleerd. Dit zijn openheid, differentiatie tussen de rijntakken, ruimtelijke samenhang en het benutten van de dynamiek voor ecologie en economie. Met openheid wordt bedoeld dat het rivierengebied een relatief open landschap moet blijven, aansluitend op het centrale Groene Hart. Doordat de Randstad verder dicht zal slibben neemt de betekenis van de karakteristieke openheid van het rivierengebied toe. Door het eigen karakter van de drie rijntakken te versterken kan differentiatie tussen de rijntakken worden gerealiseerd. Hiertoe moeten de specifieke cultuurhistorische kwaliteiten, de karakteristieke economische en stedelijke ontwikkelingen, de ecologische potenties en de gebiedsspecifieke waterhuishoudkundige situatie leidend zijn voor de ruimtelijke ontwikkeling. Dit geldt niet alleen voor de rivier zelf maar ook voor de aangrenzende binnendijkse gebieden en hogere gronden waarmee het betreffende riviertraject een ruimtelijke eenheid vormt. Ter bevordering van de ruimtelijke samenhang moeten de keuzes voor de ruimtelijke ontwikkeling van het rivierengebied worden beoordeeld op hun samenhang met de ontwikkelingen in de omgeving. Dit geldt zowel voor de economische als de ecologische ontwikkelingen. Met het benutten van de dynamiek wordt bedoeld dat de ruimtelijke dynamiek het karakter van het rivierengebied bepaalt. Het gaat hierbij om zowel de verstedelijking en de ontwikkeling van bedrijvigheid en infrastructuur als om de ontwikkeling van natuur en landschap. De ruimtelijke opgaven worden verder uitgewerkt in het ruimtelijk kader van de PKB. Dit ruimtelijk kader is op twee verschillende niveaus uitgewerkt: op landelijk en op regionaal niveau, in respectievelijk het Nationaal en het Regionaal Ruimtelijk Kader. De Langetermijnvisie is een groeidocument, dat steeds verder uitgewerkt wordt. Voor dit onderzoek is gebruik gemaakt van de versie van 1 april 23. Op basis van dit document is door de landelijke stuurgroep Ruimte voor de Rivier goedkeuring verleend om de Langetermijnvisie verder uit te werken Nationaal Ruimtelijk Kader Het Nationaal Ruimtelijk Kader is beschreven in Ruimtelijk Kader Landelijk Niveau De Koers. Hierin zijn vier kernopgaven voor het rivierengebied geformuleerd. Deze kernopgaven hebben naast ruimtelijke kwaliteit ook betrekking op veiligheid. De vier kernopgaven zijn: handhaven van het vastgestelde beschermingsniveau, behoud van de karakteristieke eigenschappen van het rivierengebied, vergroten van de diversiteit tussen riviertakken, en benutten van de rivierdynamiek. De eerste kernopgave heeft betrekking op veiligheid, de overige opgaven op Ruimtelijke Kwaliteit. Bij het behoud van de karakteristieke eigenschappen van het rivierengebied gaat het om het behoud van de openheid, het ontwikkelen van de stedelijke waterfronten en het behoud van de aanwezige landschappelijke, ecologische, aardkundige en cultuurhistorische waarden. Bij 19

28 het vergroten van de diversiteit tussen de riviertakken speelt het onderscheid tussen de regio s een wezenlijke rol. Met het benutten van de dynamische rivierkundige processen wordt gedoeld op het bevorderen van de ecologische en waterhuishoudkundige samenhang. In het Nationaal Ruimtelijk Kader zijn de kernopgaven per deelgebied verder uitgewerkt. Het Nationaal Ruimtelijk Kader is goedgekeurd door de landelijke stuurgroep Ruimte voor de Rivier. Dit betekent dat deze als richtinggevend voor de vervolgfasen wordt beschouwd Regionaal Ruimtelijk Kader Het Regionaal Ruimtelijk Kader is een verdere uitwerking van het Nationaal Ruimtelijk Kader, waarbij ook de regionale inbreng een belangrijke rol heeft gespeeld. In het Regionaal Ruimtelijk Kader zijn de kortetermijn opgaven geconfronteerd met de langetermijn opgaven. Het Regionaal Ruimtelijk Kader is uitgewerkt op trajectniveau. Het rivierengebied is hiertoe opgedeeld in 14 trajecten. De ambities in het Regionaal Ruimtelijk Kader zijn veel gedetailleerder geformuleerd dan het trajectniveau waarop de maatregelenpakketten worden beoordeeld. Hierdoor kunnen de maatregelenpakketten niet als geheel worden beoordeeld op basis van het Regionaal Ruimtelijk Kader. De maatregelen uit de maatregelenpakketten moeten individueel worden vergeleken met het Regionaal Ruimtelijk Kader. In het Regionaal Ruimtelijk Kader (bijlage 11) wordt aangegeven waar welke vorm van landgebruik gewenst is. Hierbij wordt ook aangegeven of de functie van het gebied hierdoor verandert. Daarnaast wordt aangeven of er behoud, aanpassing of vernieuwing gewenst is. Bij aanpassing wordt het landschap aangepast met behoud van het bestaande maaiveld. In geval van ontwikkeling wordt ook het maaiveld aangepast. Voor het opstellen van het Regionaal Ruimtelijk Kader is gebruik gemaakt van de resultaten van de regionale sessies, het beeld van het gebied als geheel en van de Langetermijnvisie. In het Regionaal Ruimtelijk Kader is nog niet voor alle gebieden een eenduidige koers uitgezet, er kunnen verschillende koersen naast elkaar bestaan. Wanneer de koersen niet tot eenduidige keuzes leiden is dit knelpunt aangegeven door middel van keuzes en dilemma s. Ook de Nu of Nooit maatregelen worden in deze kaart aangegeven. Dit zijn maatregelen waar, als ze nu niet genomen worden, in de toekomst geen ruimte meer voor is. Het Regionaal Ruimtelijk Kader wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de regionale stuurgroepen en als hamerstuk aan de landelijke stuurgroep Ruimte voor de Rivier Belevingswaardenonderzoek In opdracht van de projectorganisatie Ruimte voor de Rivier is voor zowel het boven- als het benedenrivieren gebied een belevingswaardenonderzoek uitgevoerd (Intraval, 23). Dit onderzoek heeft tot doel om op systematische wijze de beleving van de bewoners en gebruikers van het rivierengebied te inventariseren en na te gaan op welke manier de beleving wordt beïnvloed door ingrepen in het rivierengebied. Het belevingswaardenonderzoek bestaat uit drie fasen. Allereerst is er een omgevingsanalyse uitgevoerd waarin de activiteiten en functies in het rivierengebied in kaart zijn gebracht. Daarna is er een verkennend onderzoek uitgevoerd waarin in beeld is gebracht wat de belevingswaarden in het rivierengebied zijn. Tenslotte is er een toetsend onderzoek uitgevoerd waarin gewichten aan de belevingwaarden zijn toegekend. In het belevingswaardenonderzoek wordt zowel ingegaan op de gevoelswaarde als op de 2

29 belevingswaarde. Onder de gevoelswaarde wordt de beleving die voortkomt uit de beleving van de belevingswaarden verstaan. Per riviertak is minstens één studiegebied geselecteerd voor het belevingswaardenonderzoek, dit studiegebied geeft een representatieve weergave van de riviertak als geheel. In het belevingswaardenonderzoek wordt zowel aandacht besteed aan de beleving van Ruimtelijke Kwaliteit als aan de beleving van veiligheid. Voor Ruimtelijke Kwaliteit is onderscheid gemaakt tussen Ruimtelijke Kwaliteit en ruimtelijke inrichting. Onderwerpen die bij Ruimtelijke Kwaliteit een rol spelen zijn: gebied geeft gevoel van vrijheid, goed getroffen als je hier woont, voel me thuis in het gebied, landschap in dit gebied is waardevol, verbondenheid met rivier en oordeel over gebied. Onderwerpen die bij ruimtelijke inrichting een rol spelen zijn: bomen en struiken in uiterwaarden belemmeren uitzicht, ontevreden over inrichtinggebied en landschap niet aantrekkelijk. In de belevingswaarden zijn drie dimensies te onderscheiden: natuur en cultuurlandschap, rivierdynamiek en recreatiemogelijkheden. De kwaliteit van het rivierengebied wordt positiever beoordeeld naarmate de belevingswaarden natuur en cultuurlandschap, rivierdynamiek en recreatiemogelijkheden door de gebruikers van grotere betekenis worden gevonden. De belangrijkste belevingswaarden binnen de verschillende dimensies verschillen per riviertak. De belangrijkste belevingswaarden zijn af te leiden uit de beoordeling op de waardering van de belevingswaarden en uit de prioritering van de afzonderlijke belevingswaarden. Het belevingswaardenonderzoek is bedoeld om naast het deskundigen perspectief ook het perspectief van de burgers bij de beoordeling van de Ruimtelijke Kwaliteit te betrekken. Inhoudelijk levert de projectorganisatie geen bijdrage aan het belevingswaardenonderzoek, het document wordt wel goedgekeurd door de projectorganisatie en het wordt meegenomen in de besluitvorming. 3.5 Vergelijking beoordeling met ambities In de Langetermijnvisie, het Nationaal Ruimtelijk Kader, het Regionaal Ruimtelijk Kader en het belevingswaardenonderzoek wordt op verschillende niveaus en uit verschillende perspectieven ingegaan op de ambities voor het rivierengebied. Op basis van deze informatie kan per traject inzicht worden verkregen in de belangrijkste criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Ook effecten ten aanzien van criteria van Ruimtelijke Kwaliteit die niet in de ambities naar voren komen hebben echter invloed op de Ruimtelijke Kwaliteit. Aan alle criteria moet zo goed mogelijk invulling worden gegeven waarbij, afhankelijk van de ambities, prioriteiten kunnen worden gesteld. De ambities verschillen per gebied. Voor ieder gebied moeten de ambities afzonderlijk worden geanalyseerd, gebaseerd op de Langetermijnvisie, het Nationaal Ruimtelijk Kader, het Regionaal Ruimtelijk Kader en het belevingswaardenonderzoek. Dit resulteert per gebied in accenten ten aanzien van Ruimtelijke Kwaliteit. Alle ambities behalve de ambities uit het Regionaal Ruimtelijk Kader zijn geformuleerd op (deel)takniveau. Deze ambities kunnen per traject worden weergegeven in een tabel. De ambities uit het Regionaal Ruimtelijk Kader zijn echter gedetailleerder waardoor per maatregel moet worden nagegaan in hoeverre de maatregel past binnen de ambities uit het Regionaal Ruimtelijk Kader. 21

30 3.6 Beoordeling Ruimtelijke Kwaliteit Er is sprake van Ruimtelijke Kwaliteit als de maatregelenpakketten de ambities ten aanzien van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit voor het betreffende gebied realiseren en ook de overige criteria van Ruimtelijke Kwaliteit zo goed mogelijk worden ingepast. Als maatregelenpakketten passen binnen de ambities, een bijdrage leveren aan de verwezenlijking daarvan en als ook de overige criteria van Ruimtelijke Kwaliteit zo goed mogelijk worden ingepast. is er sprake van een verbetering van de Ruimtelijke Kwaliteit. De maatregelenpakketten worden op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit vergeleken met de huidige situatie. Per maatregelenpakket wordt nagegaan in hoeverre de maatregelen passen binnen de ambities en de effecten ten aanzien van de overige criteria van Ruimtelijke Kwaliteit worden meegenomen. Deze analyse vormt de basis voor de vergelijking van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit. Op basis van deze vergelijking kan een onderbouwde voorkeur voor een bepaald maatregelenpakket op basis van Ruimtelijke Kwaliteit worden gegeven. Het maken de uiteindelijke keuze is de verantwoordelijkheid van de bestuurders. 22

31 4 Case studie Ter toetsing van de methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit zoals beschreven in hoofdstuk 3, wordt deze toegepast op een deel van het rivierengebied, voor vier uiteenlopende strategieën. 4.1 Gebied Het studiegebied beslaat de IJssel van Arnhem tot Zutphen (figuur 5). Dit traject geeft een goede afspiegeling van de verschillende typen maatregelen die in het gehele rivierengebied kunnen worden genomen. Op dit traject komen alle mogelijke maatregelen voor behalve kribverlaging en zomerbedverdieping. De IJssel is tussen Arnhem en Zutphen een sterk slingerende rivier met zeer brede uiterwaarden. De uiterwaarden zijn relatief ongeschonden en worden gekenmerkt door kastelen en boerderijen die in een golvend landschap met weiden, akkers, heggen, bosjes en bomenlanen liggen. De IJssel ligt tussen de steile beboste en bebouwde hellingen van het Veluwemassief aan de ene kant en open weidegebieden aan de andere kant. Tot Dieren zijn de uiterwaarden aangetast door delfstoffenwinning en infrastructurele werken. Na Dieren is het rivierenlandschap minder aangetast. Vanaf Dieren kon de IJssel vroeger vrij stromen, dit heeft geresulteerd in richels, strangen en kronkelwaarden. Bij Zutphen wordt de rivier ingesnoerd door bebouwing op beide oevers. Figuur 5: Traject Arnhem - Zutphen 4.2 Strategieën Op basis van verschillende strategieën zijn maatregelenpakketten samengesteld om inzicht te krijgen in het speelveld van mogelijke combinaties van maatregelen. In bijlage 2 wordt een toelichting gegeven bij de strategieën. In bijlage 3 is een overzicht opgenomen van de maatregelen die op het traject Arnhem Zutphen in de maatregelenpakketten voorkomen. Alle maatregelenpakketten voldoen aan de veiligheidsdoelstelling. Enkele maatregelenpakketten blijken voor het traject Arnhem - Zutphen nauwelijks onderscheidend. Voor de case studie zijn vier maatregelenpakketten geselecteerd. Deze maatregelenpakketten zijn onderling onderscheidend en er zitten zo veel mogelijk verschillende typen maatregelen in de pakketten. De strategieën die aan de vier geselecteerde maatregelenpakketten ten grondslag liggen zijn: 1a1: buitendijks, behoudsgericht, zonder graven in de uiterwaarden; 2a2: beperkt binnendijks, behoudsgericht, met graven in de uiterwaarden; 3b: binnendijks, ontwikkelingsgericht en 4: retentie. In tabel 6 zijn de verschillende maatregelen, behorende bij de strategieën, met een korte toelichting weergegeven. In figuur 6a tot en met d zijn de maatregelen, per strategie, schematisch in kaart weergegeven, de tekst in de kaders verwijst naar de codes van de maatregelen. In bijlage 4 worden de maatregelen uitgebreider beschreven. 23

32 Tabel 6: Maatregelen in de case studie Maatregel Strategieën Code Type Omschrijving 1a1 2a2 3b 4 Groene rivier Aanleg groene rivier bij Zutphen met behoud van het X 53hl huidige landgebruik Grootschalige X 252 dijkverlegging Grootschalige dijkverlegging bij Lathum 57 Grootschalige dijkverlegging Grootschalige dijkverlegging bij Rhienderen X kadijboven Kade Integrale kadeverlaging in de bovenloop van de IJssel X X 135 Knelpunt Verwijderen voormalige steenfabriek bij Velp/Rheden X Knelpunt Verwijderen weg en bebouwing langs weg Doesburg- X X 48 Ellecom 13 Knelpunt Verwijderen kade De Schans X Knelpunt Verlagen hoogwatervrij terrein Se Stokebrand en De X 5 Harenberg 92_hl Retentie Aanleg retentiegebied Duivense Broek met behoud van het huidige landgebruik Y18_3 Uiterwaardplan Herinrichting Olburgsche waard X Y18_Y2_2 Uiterwaardplan Herinrichting Olburgsche waard en Spaansweerd X X 53hl Y18_3 48 kadijboven kadijboven 252 Y18_Y2_2 92_hl Figuur 6a: Strategie 1a1 Figuur 6b: Strategie 2a2 Figuur 6c: Strategie 3b Figuur 6d: Strategie Beoordeling maatregelen Voordat de maatregelenpakketten als geheel beoordeeld kunnen worden op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit, moeten eerst de individuele maatregelen uit de maatregelenpakketten op deze criteria worden beoordeeld. Voor de beoordelingen wordt gebruik gemaakt van de gegevens uit de Blokkendoos, de beoordelingen van de werkgroepen in het kader van het Beoordelingskader, een overzicht van de Ecologische Hoofdstructuur en de scores van de maatregelen op Ruimtelijke Kwaliteit. In bijlage 5 zijn voor de maatregelen die in strategie 1a1, 2a2, 3b en 4 voorkomen de voor Ruimtelijke Kwaliteit relevante gegevens uit de Blokkendoos opgenomen. In bijlage 6 zijn de beoordelingen, op grond van het Beoordelingskader, die een rol kunnen spelen bij de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit opgenomen. De gegevens uit de Blokkendoos zijn op maatregelniveau, terwijl de beoordelingen op grond van het Beoordelingskader op maatregelpakketniveau zijn gegeven. De beoordeling van de maatregelen op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit in de case studie is uitgevoerd door één persoon. Om na te gaan in hoeverre de beoordeling van de criteria persoonsgebonden is, is de beoordeling van een aantal maatregelen op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit ook door iemand anders uitgevoerd. Na de beoordeling van de 24

33 maatregelen op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit voor de case studie worden de beoordelingen vergeleken met de beoordeling van de maatregelen die door iemand anders is uitgevoerd. Voor deze beoordeling is gebruik gemaakt van dezelfde beoordelingsmethode Beoordeling maatregelen Per maatregel wordt hieronder een korte beschrijving gegeven van de beoordeling op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. De volledige beoordeling per maatregel is terug te vinden in bijlage 7. 53hl, Groene rivier Zutphen, huidig landgebruik De groene rivier bij Zutphen biedt kansen. In samenhang met de groene rivier kunnen de landschappelijke waarden en het beschermde stadsgezicht van Zutphen benadrukt worden. Ook liggen er mogelijkheden om de ingreep te combineren met ontwikkelingen op het gebied van wonen en recreatieve activiteiten. Hiervoor moet aansluiting gezocht worden bij de stedelijke ontwikkeling van Zutphen. Door de aanleg van de groene rivier gaat de landbouw er in oppervlak op achteruit. De groene rivier vergt ook meer onderhoud van de beheerder van het rivierengebied dan het huidige landgebruik. Tenslotte beperken de benodigde dijken langs de groene rivier de openheid van het landschap. 252, Grootschalige dijkverlegging Lathum Bij de grootschalige dijkverlegging bij Lathum gaat het wat betreft Ruimtelijke Kwaliteit vooral om een afweging tussen natuurontwikkeling en het behoud van (karakteristieke) huizen en de dijk zelf. 57, Grootschalige dijkverlegging Rhienderen Bij de grootschalige dijkverlegging bij Rhienderen wordt er ten koste van de landbouw en landschappelijke waarden natuur ontwikkeld met kansen voor recreatie. Ook bij deze maatregel gaat de karakteristieke dijk verloren door deze te verleggen. KadIJboven, Integrale kadeverlaging, bovenloop IJssel Door de kades te verlagen en hier natuurlijke oevers van te maken nemen met name de natuur- en recreatieve waarden toe. Het verlagen van de kades heeft geen negatieve effecten behalve een toename van het onderhoud voor de beheerder van het rivierengebied in de vorm van maaien en de zorg voor de stabiliteit van de kades. 135, Verwijderen voormalige steenfabriek Velp/Rheden De steenfabriek is niet meer in bedrijf en verkeert in vervallen staat. Het verwijderen van de fabriek is positief voor de omgeving en levert bovendien ruimte op voor natuurontwikkeling. Het oppervlak natuurontwikkeling is echter gering. Wel moeten er twee woningen verdwijnen. 48, Verwijderen bebouwing en weg Doesburg - Ellecom Het verlagen van de kades en het verwijderen van de weg Doesburg Ellecom en de bebouwing langs deze weg is uit natuurlijk en landschappelijk oogpunt positief. Hiertegen moeten de economische en persoonlijke nadelen in verband met respectievelijk de bereikbaarheid en de gebondenheid aan de woonlocatie worden afgewogen. 25

34 13, Verwijderen kade De Schans Kade De Schans is mogelijk een identiteits bepalend kenmerk en een uit cultuurhistorisch oogpunt waardevol object. Door de kade te verwijderen gaan deze waarden verloren. Mocht de kade geen cultuurhistorische waarde vertegenwoordigen dan zijn er, ten aanzien van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit, geen nadelige effecten te verwachten. Op de plaats van de kade wordt volgens plan een zeer geringe hoeveelheid natuur ontwikkeld. 5, Verwijderen hoogwatervrij terrein Stokebrand en hoog gelegen terrein Harenberg De negatieve effecten van het verwijderen van het hoogwatervrijterrein en het hooggelegen terrein hebben met name betrekking op de bewoners die moeten wijken. Op de verlaagde terreinen wordt natuur ontwikkeld, maar deze oppervlakte is slechts gering. Mogelijk gaan er bij het verwijderen van het hoogwatervrij terrein ook archeologische of aardkundige waarden verloren. 92_hl, Retentie Duivense Broek, huidig landgebruik Het aanleggen van dit retentiegebied is erg ingrijpend. Het gehele gebied zal in het teken staan van de retentie functie, ook wat betreft de toekomstige ontwikkelingen. Er liggen kansen om deze ingrijpende ingreep te combineren met natuur ontwikkeling, deze worden echter niet benut. Y18_3, Uiterwaardplan Olburgsche waard De ingrepen in de Olburgsche waard zijn vrij kleinschalig, er wordt wat geschoven met grondgebruik, maar er komen geen nieuwe vormen van grondgebruik bij en er is een kleinschalige dijkverlegging. De afweging is vooral tussen natuurontwikkeling of het behoud van landbouw. Y18_Y2_2, Uiterwaard Olburgsche waard en Spaansweerd De ingrepen in de Olburgsche waard en Spaansweerd bieden veel kansen om de karakteristieke waarden te versterken. De landbouw zal moeten worden aangepast aan een hogere waterstand, maar krijgt wel meer oppervlakte. De oppervlakte natuur neemt af, maar de belevingswaarde van natuur neemt toe door bosvorming in stroomluwe delen Toetsing De beoordeling van de maatregelen op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit is niet gebaseerd op strikte regels. Om na te gaan in hoeverre de beoordeling persoonsgebonden is, is de beoordeling van zes maatregelen op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit ook door iemand anders uitgevoerd. In bijlage 8 zijn de beoordelingen naast elkaar gezet. De beoordelingen blijken sterk te verschillen. In tabel 7a is per aspect weergegeven hoe vaak er, voor de zes maatregelen tezamen, zonder aanwijsbare reden, een andere beoordeling is toegekend. Criteria die verschillende zijn beoordeeld maar waarvoor een verklaring kan worden gegeven zijn niet meegenomen in dit overzicht. Deze verschillen zijn vaak te verklaren door onduidelijkheid in de beschrijving van de maatregel, een verschillende interpretatie van de criteria en door verschillen in de beschikbaarheid van informatie. Als de beoordelingen in groepsverband worden uitgevoerd spelen deze beperkingen nauwelijks meer een rol. Ten eerste kan bij de beoordeling worden overlegd over de interpretatie van de maatregel. Eventuele aannames moeten bij de beoordeling duidelijk worden vermeld. Ten tweede wordt er bij de beoordeling van de maatregelen door een deskundige toegezien op een uniforme interpretatie van de criteria. Tenslotte zijn 26

35 er bij de beoordeling verschillende deskundigen aanwezig zodat over alle criteria voldoende kennis aanwezig is om een goede beoordeling te geven. Doordat er niet voor alle aspecten evenveel criteria zijn geformuleerd wordt er in tabel 7a een vertekend beeld gegeven. In tabel 7b wordt per aspect weergegeven hoevaak de bijbehorende criteria gemiddeld verschillend worden beoordeeld. Hiertoe zijn de waarden uit tabel 7a gedeeld door het aantal cirteria voor het betreffende aspect. Tabel 7a: Absoluut aantal verschillende beoordelingen Economie Ecologie Sociaal/ Cultureel Integraal Gebruikswaarde Belevingswaarde Toekomstwaarde Tabel 7b: Relatief aantal verschillende beoordelingen Economie Ecologie Sociaal/ Cultureel Integraal Gebruikswaarde,2 1 1,5 2 Belevingswaarde 2 1 3,25 3,75 Toekomstwaarde 3-4,5 - Uit de tabellen blijkt dat met name de sociaal/ culturele belevingswaarde en toekomstwaarde en de integrale toekomstwaarde sterk verschillend beoordeeld zijn. Dit kan worden verklaard doordat dit de meest abstracte criteria zijn. Verschillende interpretatie van de begrippen lijkt hierbij een grote rol te spelen. Door de beknopte toelichting bij de vergelijkende beoordeling is dit echter niet precies te achterhalen. Bij het criterium beheer en onderhoud moet bijvoorbeeld een beoordeling worden gegeven uit het oogpunt van de beheerder van het rivierengebied. Dit lijkt niet altijd gebeurd te zijn. Daarnaast spelen culturele, aardkundige en landschappelijke waarden alleen een rol als deze werkelijk aanwezig zijn in het gebied dus hoeven deze niet altijd negatief te worden beïnvloed door ingrepen in het rivierengebied. 4.4 Beoordeling maatregelenpakketten De beoordelingen van de individuele maatregelen op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit dienen als input voor de beoordeling van de maatregelenpakketten op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. De beoordelingen van de maatregelenpakketten op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit zijn hieronder weergegeven. De volledige beoordelingen zijn opgenomen in bijlage 9. 1a1, Buitendijks, behoudsgericht, zonder graven in de uiterwaarden In dit maatregelenpakket vindt kadeverlaging plaats en worden er drie knelpunten verwijderd. De ontwikkelingen in dit maatregelenpakket zijn relatief gering. Alleen de kadeverlaging is een grootschalige ingreep. Bij het verwijderen van de knelpunten moeten wel enkele woningen verdwijnen. Er wordt op relatief kleine schaal natuur ontwikkeld. Alleen de kadeverlaging draagt wezenlijk bij aan de natuurontwikkeling en biedt mogelijk ook kansen voor recreatie. De landschappelijke waarden kunnen met dit maatregelenpakket worden versterkt. Het gebied waar de maatregelen plaats vinden bevat aardkundige waarden. Het is onduidelijk in hoeverre deze verloren gaan bij uitvoering van de maatregelen. Kade De Schans, die wordt verwijderd in dit maatregelenpakket, is mogelijk waardevol uit cultuurhistorisch oogpunt. 2a2, Beperkt binnendijks, behoudsgericht, met graven in de uiterwaarden Ook in dit maatregelenpakket worden knelpunten verwijderd en wordt de kade verlaagd. Daarnaast wordt er een groene rivier bij Zutphen aangelegd. Dit maatregelenpakket biedt 27

36 zeer veel mogelijkheden, maar is ook zeer ingrijpend. Dit wordt met name veroorzaakt door de groene rivier en in mindere mate door de kadeverlaging. Voor de kadeverlaging moeten ook enkele woningen verdwijnen. Er liggen veel kansen voor natuurontwikkeling en recreatie, terwijl de economische beperkingen relatief gering zijn. Daarnaast kunnen landschappelijke waarden en het stadsgezicht van Zutphen worden hersteld en versterkt en zijn er mogelijkheden om de maatregelen te combineren met de stedelijke ontwikkelingsplannen van Zutphen. In het gebied zijn mogelijk wel archeologische waarden aanwezig die door de maatregelen worden aangetast. 3b, Binnendijks, ontwikkelingsgericht In dit maatregelenpakket gaan grootschalige dijkverleggingen gepaard met uiterwaardplannen. Verschillende functies gaan hierbij verloren. De economische functie loopt zeer sterk terug, de woonfunctie verdwijnt en de dijken worden verlegd waardoor de karakteristieke waarden verloren gaan. Hiervoor in de plaats wordt zeer veel natuur ontwikkeld, zeker door de dijkverlegging bij Rhienderen. Dit komt ook de rust ten goede. Wellicht kunnen hier ook recreatieve activiteiten ontplooid worden. In maatregel Y18_Y2_2 wordt veel aandacht besteed aan de karakteristieke waarden van de uiterwaarden. 4, Retentie In dit pakket gaat het voor het traject Arnhem Zutphen slechts om één maatregel: de realisatie van retentiegebied Duivense Broek. Deze maatregel is erg ingrijpend. Het hele gebied komt in het teken te staan van de retentie functie, ook wat betreft de toekomstige ontwikkelingen. Er liggen kansen om deze toch al ingrijpende ingreep te combineren met natuur ontwikkeling, deze worden echter niet benut. Door de omvang van de ingreep hoeven elders op het traject Arnhem - Zutphen geen maatregelen meer genomen te worden die een bijdrage kunnen leveren aan de verbetering van de Ruimtelijke Kwaliteit. 4.5 Ambities Om tot een beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit te komen worden de beoordelingen van de maatregelenpakketten op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit vergeleken met de ambities. De ambities zijn vastgelegd in de Langetermijnvisie, het Nationaal Ruimtelijk Kader, het Regionaal Ruimtelijk Kader en het belevingswaardenonderzoek. Daarnaast zijn er door de projectorganisatie enkele randvoorwaarden ten aanzien van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit geformuleerd. Zo mag de scheepvaart niet gehinderd worden door de maatregelen en moet de vogel- en habitatrichtlijn in acht worden genomen. Op de ambities voor het traject Arnhem Zutphen wordt hieronder ingegaan. In bijlage 1 zijn de ambities op traject niveau ingevuld in de tabel met de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Alleen de ambities uit het Regionaal Ruimtelijk Kader zijn hier niet in in te vullen aangezien deze veel gedetailleerder zijn uitgewerkt dan het trajectniveau Langetermijnvisie In de Langetermijnvisie zijn vier ruimtelijke opgaven voor het rivierengebied geformuleerd: openheid, differentiatie tussen de rijntakken, ruimtelijke samenhang en het benutten van de dynamiek voor ecologie en economie. In hoofdstuk 3 van dit rapport is uitgebreid beschreven wat er onder deze opgaven wordt verstaan. Op riviertakniveau zijn de opgaven beperkt uitgewerkt. Voor het IJsseldal wordt alleen aangegeven dat het een relatief open gebied moet blijven, omzoomd door meer gesloten en bosrijkere gronden. De overige opgaven worden voor de IJssel niet verder uitgewerkt in de Langetermijnvisie. In het Nationaal en het Regionaal Ruimtelijk Kader wordt hier wel verder op ingegaan. 28

37 4.5.2 Nationaal Ruimtelijk Kader De kernopgaven uit het Nationaal Ruimtelijk Kader worden per deelgebied verder uitgewerkt. De IJssel valt binnen twee gebieden: de IJssel en het knooppunt Arnhem - Nijmegen. Voor de IJssel is de koers het IJsseldal koesteren en ontwikkelen, in deze lijn zijn de vier kernopgaven uitgewerkt. Ten eerste wordt er gestreefd naar het ontwikkelen van een rivierdal strategie. Hiertoe moet het relatief hooggelegen binnendijkse gebied onder invloed van de IJssel worden gebracht, waardoor een natuurlijk rivierdal het ecologisch ontwikkelingsperspectief vormt. Daarnaast moeten de relaties met de hogere gronden buiten het IJsseldal worden versterkt en wordt het accent gelegd op bosontwikkeling, met name in de ecologische verbindingszones. Ten tweede wordt er gestreefd naar evenwicht tussen behoud en ontwikkeling, hieraan kan invulling worden gegeven door geen van beide strategieën het overwicht te laten krijgen. Ook past hierbij het beter leefbaar maken van het landschap door de recreatieve toegankelijkheid, dwars op de loop van de rivier, te verbeteren. Het derde streven, het realiseren van een verbrede plattelandseconomie kan invulling krijgen door een combinatie van behoud en ontwikkeling in het IJsseldal, waardoor veel verschillende economische activiteiten en bedrijfsvormen een kans wordt geboden. Ook door de potentie van het IJssel als cultuurrivier beter te benutten voor de recreatieve toervaart, de verblijf- en de dagrecreatie kan een bijdrage worden geleverd aan het verbreden van de plattelandseconomie. Tenslotte wordt er gestreefd naar het versterken van het karakter van de stedenrivier. In dit kader kan gewerkt worden aan het herstel en de ontwikkeling van de relatie tussen woongebieden en de rivier, het ontwikkelen van het waterfront van op de rivier georiënteerde steden het oriënteren van nieuwe stedelijke woonvormen op het rivierdal. Voor het knooppunt Arnhem - Nijmegen is de koers stedelijk en rivierkundig knooppunt op elkaar betrokken en met elkaar verzoend. Voor zover dit knooppunt betrekking heeft op de IJssel wordt er naar gestreefd een hoogwaardige stedelijk netwerk te ontwikkelen. Hieronder wordt een hoogwaardige woon- en werkomgeving verstaan die is georiënteerd op de bestaande en nieuwe riviernatuur- en parkgebieden Regionaal Ruimtelijk Kader Per riviertraject is er een Regionaal Ruimtelijk Kader opgesteld. De IJssel is opgedeeld in vier trajecten: het meest bovenstroomse gedeelte, van Arnhem tot Rheden behoort bij het KAN-gebied, verder benedenstrooms liggen de Midden IJssel (Rheden - Deventer), de Sallandse IJssel (Deventer - Zwolle) en de IJsseldelta (Zwolle - IJsselmeer). Het traject Arnhem Zutphen valt onder het KAN gebied en de Midden IJssel. Op het Regionaal Ruimtelijk Kader voor deze twee trajecten wordt hieronder, voor zover relevant, verder ingegaan. In bijlage 11 is het Regionaal Ruimtelijk Kader voor deze trajecten opgenomen. Op het traject Rheden Zutphen is alleen voor het gebied ten noorden van Doesburg voor 215 een landbouw koers gewenst. Voor de overige trajecten is het gewenste grondgebruik natuur of een combinatie van natuur en landbouw. Bovenstrooms van Doesburg is natuurontwikkeling gewenst, bij Dieren is al natuur gerealiseerd. Tot Brummen is verder een combinatie van natuur en landbouw gewenst. Vanaf Brummen, langs Zutphen is de gewenste koers voor het grondgebruik natuur in combinatie met stedelijk uitloopgebied. Hiervoor is een functieverandering noodzakelijk. Voor het traject Rheden Zutphen geldt voor het rivierdal voornamelijk een vernieuwingsstrategie. Voor de iets verder van de rivier gelegen gronden geldt een 29

38 behoudsstrategie. Voor de lange termijn is aanpassing van de uiterwaarden bovenstrooms van Doesburg mogelijk, waarbij ook groene rivieren passen. De groene rivier bij Zutphen is ook een mogelijkheid voor de lange termijn. Dit is een Nu of Nooit keuze. Als deze groene rivier gewenst is moet hier ruimte voor worden gereserveerd. In het kader van het Regionaal Ruimtelijk Kader is de Midden-IJssel op te delen in twee delen: Rheden-Zutphen en Zutphen Deventer. Hierbij hoort respectievelijk het beeld Zand-rivierenlandschap en Stedenrivier Zutphen Deventer. Hoewel het traject is opgesplitst in twee delen met verschillende koersen is er voor dit traject wel een eenduidige koers. Alleen over de bypass bij Zutphen is nog geen duidelijkheid Belevingswaardenonderzoek Ruimtelijke Kwaliteit hangt vooral samen met de belevingswaarden dimensies natuur en cultuurlandschap, rivierdynamiek en recreatiemogelijkheden. Respondenten uit het IJsselgebied beoordelen de Ruimtelijke Kwaliteit hoger dan de bewoners van andere riviertakken. Ten opzichte van de andere rivieren scoort de IJssel gemiddeld op natuur en cultuurlandschap en rivierdynamiek en laag op recreatiemogelijkheden. Ten opzichte van de andere rivieren wordt er aan recreatiemogelijkheden ook de minste waarde toegekend. Aan de Rivierdynamiek wordt juist heel veel waarde toegekend en aan natuur en cultuurlandschap een gemiddelde waarde. Per dimensie zijn de belangrijkste belevingswaarden voor de IJssel geïnventariseerd. Voor natuur en cultuurlandschap zijn de belangrijkste belevingswaarden rust en stilte, afwisseling in het landschap, oorspronkelijke natuur, zichtbaarheid seizoenswisselingen in de natuur en uitzicht rivier en landschap vanaf de dijk. Voor rivierdynamiek zijn dit weids uitzicht, nabijheid van de rivier en schoonheid van hoogwater. De belangrijkste belevingswaarde behorende bij de dimensie recreatiemogelijkheden is recreatiemogelijkheden dicht bij huis. Er is ook een analyse gemaakt van de aanwezigheid van deze belevingswaarden in de huidige situatie. Van de belangrijkste belevingswaarden blijken met name oorspronkelijke natuur en rust en stilte weinig aanwezig langs de IJssel. 4.6 Vergelijking beoordeling met ambities De maatregelen die genomen worden in het kader van het project Ruimte voor de Rivier moeten een bijdrage leveren aan de verbetering van de Ruimtelijke Kwaliteit. De Ruimtelijke Kwaliteit verbetert als een maatregelenpakket past binnen de ambities, een bijdrage levert aan de verwezenlijking daarvan en als ook de overige criteria van Ruimtelijke Kwaliteit zo goed mogelijk worden ingepast. In paragraaf 4.4 zijn de maatregelenpakketten beoordeeld op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit (bijlage 9). In paragraaf 4.5 zijn de ambities voor het traject Arnhem - Zutphen verwoord. Deze ambities zijn samengevat in de tabel in bijlage 1. Door de beoordeling van de maatregelenpakketten te vergelijken met de ambities kan een beoordeling van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit worden gegeven. Voor de vergelijking van de beoordeling van de maatregelenpakketten op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit met de ambities wordt gebruik gemaakt van twee benaderingen. Enerzijds worden de individuele maatregelenpakketten beoordeeld ten aanzien van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Hierbij wordt specifiek aandacht besteed aan de bijdrage aan de realisatie van de ambities. Anderzijds wordt een vergelijking gemaakt tussen de maatregelenpakketten onderling door per criterium een voorkeursvolgorde aan te geven. 3

39 4.6.1 Beoordelingsmethode individuele maatregelenpakketten Voor de beoordeling van de maatregelenpakketten op de bijdrage aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit worden de maatregelenpakketten op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit vergeleken met de ambities en wordt ook voor de overige criteria nagegaan in hoeverre deze positief worden beïnvloed door de maatregelen. Naast de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit worden er in de beoordeling drie extra categorieën meegenomen. Deze categorieën overschrijden in de ambities de grenzen van de afzonderlijke criteria. Het gaat hierbij om: economische ontwikkeling leidend laten zijn, ecologische potenties leidend laten zijn en om evenwicht tussen behoud en ontwikkeling. De beschrijving van de effecten van de maatregelenpakketten op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit wordt toegelicht met behulp van figuren. Hierdoor wordt de beoordeling van de verschillende maatregelenpakketten op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit inzichtelijker gemaakt. Positieve scores dragen bij aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit, negatieve scores hebben juist een negatief effect op de Ruimtelijke Kwaliteit. In de beoordeling wordt alleen aangegeven of een criterium positief of negatief wordt beïnvloed door de maatregelen. Hierbij wordt niet aangegeven in hoeverre dit gebeurt. Doordat de criteria niet onderling onafhankelijk zijn kunnen de beoordelingen niet zomaar worden opgeteld voor een afweging van de criteria. Voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit wordt onderscheid gemaakt tussen randvoorwaarden, ambities en overige aspecten die een rol spelen. Ten aanzien van de criteria scheepvaart en biodiversiteit zijn er randvoorwaarden gesteld. Hier moeten de maatregelenpakketten in ieder geval aan voldoen. Dit betekent dat de scheepvaartfunctie behouden moet blijven en dat de vogel- en habitatrichtlijn in acht genomen moet worden. De huidige situatie moet dus minimaal behouden blijven. Met de randvoorwaarden ten aanzien van de scheepvaart is bij het opstellen van de maatregelenpakketten al rekening gehouden, aan de operationalisering van de vogel- en habitatrichtlijn wordt nog gewerkt. Op grond van de huidige gegevens vormen de randvoorwaarden ten aanzien van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit geen belemmering voor de uitvoering van de maatregelen. Door middel van rode kolommen wordt in de figuur aangegeven in hoeverre de maatregelenpakketten een bijdrage leveren aan de realisatie van de ambities. Als er een bijdrage wordt geleverd aan de realisatie van de ambities wordt een positieve beoordeling toegekend. Als door uitvoering van de maatregelenpakketten juist het tegengestelde effect wordt bewerkstelligd, wordt een negatieve score toegekend. Als de maatregelenpakketten kansen of risico s met zich meebrengen ten aanzien van de ambities wordt dit in de figuur weergegeven door middel van een rood gestippelde kolom. Aan de criteria waarvoor ambities zijn geformuleerd, de rode beoordelingen in de figuur, wordt over het algemeen een grotere waarde toegekend dan aan de overige criteria. Niet voor alle criteria uit tabel 5 zijn ambities opgesteld. Ook een positief effect van de maatregelenpakketten op deze overige criteria draagt echter bij aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit, zolang dit niet strijdig is met de ambities. Door middel van blauwe kolommen zijn de effecten van de maatregelenpakketten op deze criteria in de figuur weergegeven. Hierbij wordt wederom onderscheid gemaakt tussen effecten en kansen en risico s van maatregelenpakketten. Alle maatregelenpakketten kunnen worden beoordeeld op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Daarnaast kan voor de criteria waarvoor ambities zijn geformuleerd een vergelijking worden gemaakt tussen de beoordeling en de ambities. 31

40 Wanneer de ambitie het gehele criterium betreft komt deze vergelijking in plaats van de beoordeling, in andere gevallen wordt de beoordeling naast de vergelijking gegeven. De ambities uit het Regionaal Ruimtelijk Kader zijn niet meegenomen in de figuren. De maatregelen uit de maatregelenpakketten moeten individueel vergeleken worden met de ambities uit het Regionaal Ruimtelijk Kader Beoordeling individuele maatregelenpakketten Maatregelenpakket 1a1 bestaat voor het traject Arnhem Zutphen uit het verwijderen van hoogwatervrijterrein Stokebrand, kade De Schans en de weg en de bebouwing langs de weg Doesburg Ellecom. Daarnaast wordt de kade verlaagd. De bijdrage van maatregelenpakket 1a1 aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit op grond van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit is schematisch weergegeven in figuur 7. Uit figuur 7 is af te lezen dat ten aanzien van verschillende criteria een bijdrage wordt geleverd aan de realisatie van de ambities, daarnaast liggen er kansen ten aanzien van natuurlijke cycli en biodiversiteit. Voor de cultuurhistorische en aardkundige waarden vormen de maatregelen echter een risico. Bij realisatie van het maatregelenpakket kan het zijn dat deze waarden worden aangetast. Ook ten aanzien van de criteria waarvoor geen ambities zijn geformuleerd zijn positieve effecten te verwachten. Met name ten aanzien van de ecologische aspecten treden er verbeteringen op. Voor verschillende criteria zal de situatie echter ook verslechteren. 1-1 Landbouw Scheepvaart Recreatie Delfstoffen Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk economische gebruikswaarde Flexibiliteit Voorraden Oppervlakte Natuurlijke cycli Milieukwaliteit Versnippering Verdroging Biodiversiteit Geluid Openheid Natuurlijkheid Rust Ruimte Wonen (met water) Sport en recreatie Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden Landschappelijke waarden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud Meervoudig ruimtegebruik Beheer/ onderhoud Diversiteit Samenhang Menselijke maat Identiteit Overig economische ontwikkeling leidend ecologische potenties leidend evenwicht behoud, ontwikkeling Beoordeling Ambitie Kans Overig Overige kans Criteria van Ruimtelijke Kwaliteit Figuur 7: Beoordeling maatregelenpakket 1a1 op criteria van Ruimtelijke Kwaliteit en vergelijking met ambities 32

41 Het verlagen van de kades en het verwijderen het hoogwatervrijterrein zijn goed te verenigen met respectievelijk de ontwikkeling van een rivierdalstrategie en het ontwikkelen van natuur en een stedelijkuitloopgebied zoals wordt beschreven in het Regionaal Ruimtelijk Kader. Het verwijderen van kade De Schans past echter niet binnen de gewenste behoudsstrategie. Ook in maatregelenpakket 2a2 wordt de weg en de bebouwing langs de weg Doesburg Ellecom verwijderd en wordt de kade verlaagd. Daarnaast wordt de steenfabriek bij Velp verwijderd en wordt er een groene rivier aangelegd. De vergelijking van de beoordeling met de ambities is schematisch weergegeven in figuur 8. In dit maatregelenpakket worden minder ambities gerealiseerd dan in maatregelenpakket 1a1 maar er liggen wel veel kansen. Of deze worden benut hangt met name af van de manier waarop de groene rivier wordt vormgegeven. Door de groene rivier wordt de openheid negatief beoordeeld, dit is strijdig met de ambities. De criteria waarvoor geen ambities zijn geformuleerd worden afwisselend positief en negatief beoordeeld. De maatregelen uit maatregelenpakket 2a2 passen goed in het Regionaal Ruimtelijk Kader. Zowel het verwijderen van de weg en de bebouwing langs de weg Doesburg - Ellecom als het verlagen van de kades past binnen de ambitie uit het Regionaal Ruimtelijk Kader. De groene rivier is in het Regionaal Ruimtelijk Kader aangegeven als dilemma, de mogelijkheid wordt wel opengehouden. 1-1 Landbouw Scheepvaart Recreatie Delfstoffen Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk economische gebruikswaarde Flexibiliteit Voorraden Oppervlakte Natuurlijke cycli Milieukwaliteit Versnippering Verdroging Biodiversiteit Verstoring Openheid Natuurlijkheid Rust Ruimte Wonen (met water) Sport en recreatie Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden Landschappelijke waarden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud Meervoudig ruimtegebruik Beheer/ onderhoud Diversiteit Samenhang Menselijke maat Identiteit Overig economische ontwikkeling leidend ecologische potenties leidend evenwicht behoud, ontwikkeling Beoordeling Ambitie Kans Overig Overige kans Criteria van Ruimtelijke Kwaliteit Figuur 8: Beoordeling maatregelenpakket 2a2 op criteria van Ruimtelijke Kwaliteit en vergelijking met ambities 33

42 De meest ingrijpende maatregelen uit maatregelenpakket 3b zijn de grootschalige dijkverleggingen bij Lathum en Rhienderen. Daarnaast wordt de Olburgsche waard opnieuw ingericht. Zoals ook te zien is in figuur 9 zijn er voor dit maatregelenpakket aan de ene kant veel mogelijkheden om de Ruimtelijke Kwaliteit te verbeteren. Aan de andere kant wordt de Ruimtelijke Kwaliteit echter ook aangetast. Met name ten aanzien van de ecologische waarden wordt er vooruitgang geboekt. Ten aanzien van de overige functies is er echter sprake van een sterke verslechtering, er gaan veel functies verloren. 1-1 Landbouw Scheepvaart Recreatie Delfstoffen Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk economische gebruikswaarde Flexibiliteit Voorraden Oppervlakte Natuurlijke cycli Milieukwaliteit Versnippering Verdroging Biodiversiteit Verstoring Openheid Natuurlijkheid Rust Ruimte Wonen (met water) Sport en recreatie Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden Landschappelijke waarden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud Meervoudig ruimtegebruik Beheer/ onderhoud Diversiteit Samenhang Menselijke maat Identiteit Overig economische ontwikkeling leidend ecologische potenties leidend evenwicht behoud, ontwikkeling Beoordeling Ambitie Kans Overig Overige kans Criteria van Ruimtelijke Kwaliteit Figuur 9: Beoordeling maatregelenpakket 3b op criteria van Ruimtelijke Kwaliteit en vergelijking met ambities De maatregelen uit maatregelenpakket 3b zijn ook niet verenigbaar met het Regionaal Ruimtelijk Kader. Waar de dijkverlegging en natuurontwikkeling bij Rhienderen gepland zijn geldt een behoudsstrategie. Daarnaast liggen de uiterwaarden Olburgsche waard en Spaansweerd in een gebied wat is aangemerkt als landbouwgebied. In de maatregelen wordt het maaiveld afgegraven, deze wensen zijn onverenigbaar. De bijdrage van maatregelenpakket 4, het retentiegebied Duivense Broek, aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit is schematisch weergegeven in figuur 1. Met de realisatie van het retentiegebied wordt geen bijdrage geleverd aan de realisatie van ambities ten aanzien van Ruimtelijke Kwaliteit tenzij de realisatie van het retentiegebied wordt gecombineerd met bosontwikkeling. Ten aanzien van de overige criteria worden wel enkele positieve effecten verwacht, maar nog veel meer negatieve. In het Regionaal Ruimtelijk Kader wordt geen uitspraak gedaan over het retentiegebied. 34

43 1-1 Landbouw Scheepvaart Recreatie Delfstoffen Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk economische gebruikswaarde Flexibiliteit Voorraden Oppervlakte Natuurlijke cycli Milieukwaliteit Versnippering Verdroging Biodiversiteit Verstoring Openheid Natuurlijkheid Rust Ruimte Wonen (met water) Sport en recreatie Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden Landschappelijke waarden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud Meervoudig ruimtegebruik Beheer/ onderhoud Diversiteit Samenhang Menselijke maat Identiteit Overig economische ontwikkeling leidend ecologische potenties leidend evenwicht behoud, ontwikkeling Beoordeling Ambitie Kans Overig Overige kans Criteria van Ruimtelijke Kwaliteit Figuur 1: Beoordeling maatregelenpakket 4 op criteria van Ruimtelijke Kwaliteit en vergelijking met ambities Beoordelingsmethode vergelijking maatregelenpakketten Bij de beoordeling van de maatregelenpakketten in paragraaf wordt alleen nagegaan òf er een bijdrage aan de realisatie van de ambities wordt geleverd en wat de effecten voor andere criteria van Ruimtelijke Kwaliteit zijn. Hierbij wordt niet in overweging genomen hoe groot dit effect is. Een grote ingreep die een positieve bijdrage levert aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit zal echter een veel grotere bijdrage leveren aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit dan een kleine ingreep met hetzelfde effect maar dan op kleine schaal. Door de maatregelen onderling te vergelijken op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit kan ook de mate waarin een bijdrage wordt geleverd aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit mee worden genomen in de afweging. De maatregelenpakketten worden onderling vergeleken door middel van de scorekaart methode. Dit is een vorm van multicriteria-analyse waarmee de effecten van alternatieve maatregelenpakketten in beeld kunnen worden gebracht. De methode kan zowel worden toegepast voor in kwantitatieve als in kwalitatieve waarden uit te drukken effecten. Voor de beoordeling wordt per criterium, met behulp van kleuren, een prioriteitsstelling gegeven. Nadeel van deze methode is dat niet is aan te geven hoe groot de verschillen per criterium tussen de verschillende maatregelenpakketten zijn. 35

44 4.6.4 Vergelijking maatregelenpakketten In bijlage 12 is, voor de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit, aangevuld met drie criteria op basis van de ambities, per criterium, een voorkeur voor de verschillende maatregelenpakketten aangegeven. Niet voor alle criteria zijn beoordelingen gegeven waardoor voor sommige criteria geen voorkeursvolgorde kan worden gegeven. In figuur 11 is per maatregelenpakket een samenvatting van de resultaten weergegeven. Per maatregelenpakket wordt weergegeven hoe de beoordelingen op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit ten opzichte van de andere maatregelenpakketten scoren. De resultaten zijn onderverdeeld naar de criteria waarvoor ambities zijn geformuleerd en de overige criteria Aantal beoordelingen overig ambitie 2 slechtste alternatief beste alternatief slechtste alternatief beste alternatief slechtste alternatief beste alternatief slechtste alternatief beste alternatief 1a1 2a2 3b 4 Beoordeling onderlinge vergelijking maatregelenpakketten Maatregelenpakket Figuur 11: Prioritering maatregelenpakketten Uit figuur 11 is af te lezen dat maatregelenpakket 3b en 4 heel vaak het slechtste alternatief vormen. Maatregelenpakket 1a1 en 2a2 zijn echter heel vaak het op een na slechtste alternatief. Met name maatregelenpakket 2a2 vormt vaak het beste alternatief. Als het beste en één na beste alternatief samen worden genomen blijken maatregelenpakket 1a1, 2a2 en 3b ongeveer gelijk te scoren. De beoordelingen voor het één na beste alternatief voor maatregelenpakketten 1a1 en 2a2, voor het beste alternatief voor maatregelenpakket 3b en voor het slechtste alternatief voor maatregelenpakket 4 worden enigszins vertekend door de beoordelingen van de criteria die vallen onder de ecologische gebruikswaarde. Deze hebben een zeer sterke samenhang. Er is geen groot verschil tussen de criteria waarvoor ambities zijn geformuleerd en de overige criteria. Uitgesplitst naar ambities en overige criteria blijft het beeld ongeveer gelijk. Alleen maatregelenpakket 3b scoort duidelijk beter op de criteria behorende bij de ambities dan op de overige criteria. 36

45 4.7 Beoordeling Ruimtelijke Kwaliteit Uit figuur 1 blijkt dat maatregelenpakket 4 nauwelijks een bijdrage te levert aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit, terwijl dit een zeer grootschalige maatregel is. Alleen de ambitie bosontwikkeling kan mogelijk worden ingepast, maar er wordt geen invulling gegeven aan andere ambities. Ten aanzien van de overige criteria worden wel positieve effecten verwacht, maar nog veel meer negatieve effecten. Ook in de onderlinge vergelijking van de maatregelenpakketten komt dit alternatief niet goed naar voren. Heel vaak vormt maatregelenpakket 4 het slechtste alternatief en voor slechts enkele criteria het beste. Uit figuur 9 is af te lezen dat maatregelenpakket 3b met name ten aanzien van de ecologische functies positief wordt beoordeeld. Ten aanzien van de overige functies wordt er echter vaak een negatieve score toegekend. Daarnaast past het maatregelenpakket niet binnen het Regionaal Ruimtelijk Kader. Ook bij de onderlinge vergelijking van de maatregelenpakketten krijgt dit maatregelenpakket vaak een negatieve beoordeling. Het maatregelenpakket komt ook vaak als beste uit de vergelijking. Dit wordt veroorzaakt door de positieve beoordelingen ten aanzien van de ecologische functies. Maatregelenpakket 1a1 en 2a2 worden veel positiever beoordeeld. Uit figuur 7 en 8 is af te lezen dat ten aanzien van slechts enkele ambities een verslechtering van de situatie wordt gerealiseerd. Met name in maatregelen pakket 1a1 wordt aan veel ambities een bijdrage geleverd, terwijl er voor maatregelenpakket 2a2 vooral kansen liggen. Met name door de groene rivier zijn de maatregelen uit maatregelenpakket 2a2 in vergelijking met maatregelenpakket 1a1 veel grootschaliger. Hierdoor zal het effect van de maatregelen groter zijn. De maatregelen uit maatregelenpakket 1a1 en 2a2 passen ook binnen het Regionaal Ruimtelijk Kader, alleen het verwijderen van kade De Schans uit maatregelenpakket 1a1 past hier niet in. Uit de onderlinge vergelijking van de maatregelenpakketten komt maatregelenpakket 2a2 iets beter naar voren dan maatregelenpakket 1a1. Maatregelenpakket 2a2 is vaker het beste alternatief en minder vaak het slechtste alternatief dan maatregelenpakket 1a1. Op grond van deze vergelijking gaat de voorkeur uit naar maatregelenpakket 2a2 als de kansen voor het verbeteren van de Ruimtelijke Kwaliteit worden benut. Deze kansen hangen vooral samen met de inpassing van de groene rivier, hiervoor moet aansluiting worden gezocht bij de stedelijke ontwikkeling van Zutphen. De maatregelen passen in grote lijnen binnen de ambities, leveren een bijdrage aan de realisatie van de ambities en ook de overige criteria worden zo goed mogelijk ingepast. Tenslotte is de maatregel zo omvangrijk dat er een substantiële bijdrage wordt geleverd aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit. De tweede keus gaat naar maatregelenpakket 1a1 omdat hiermee, hoewel de effecten maar kleinschalig zijn, ook veel positieve effecten ten aanzien van de Ruimtelijke Kwaliteit worden verwacht. De derde keus gaat uit naar maatregelenpakket 3b. Hoewel dit pakket niet binnen het Regionaal Ruimtelijk Kader past liggen er met name ten aanzien van de ecologie wel veel kansen om de Ruimtelijke Kwaliteit te verbeteren. Maatregelenpakket 4 tenslotte levert geen bijdrage aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit, er gaan veel voor Ruimtelijke Kwaliteit belangrijke waarde verloren. In hoofdstuk 6 en 7 wordt ingegaan op de waarde die aan de resultaten uit dit hoofdstuk toegekend kan worden. 37

46 38

47 5 Vergelijking beschreven methode met huidige situatie Ruimtelijke Kwaliteit is de tweede doelstelling van het project Ruimte voor de Rivier. In verschillende opeenvolgende fasen heeft Ruimtelijke Kwaliteit binnen het project Ruimte voor de Rivier vorm gekregen. In paragraaf 5.1 wordt ingegaan op wat er binnen Ruimte voor de Rivier onder Ruimtelijke Kwaliteit wordt verstaan en hoe hier invulling aan is gegeven. In paragraaf 5.2 wordt de gebruikte methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit binnen het project Ruimte voor de Rivier vergeleken met de methode zoals beschreven in dit rapport. Tenslotte worden in paragraaf 5.3 de resultaten van de beoordeling op Ruimtelijke Kwaliteit binnen Ruimte voor de Rivier vergeleken met de resultaten op basis van de methode zoals beschreven in dit rapport. 5.1 Ruimtelijke Kwaliteit binnen Ruimte voor de Rivier Definitie Binnen het project Ruimte voor de Rivier is het begrip Ruimtelijke Kwaliteit officieel niet verder gedefinieerd. Wel wordt aangegeven dat Ruimtelijke Kwaliteit een veelomvattend begrip is en dat er Ruimtelijke Kwaliteit wordt verkregen als er een optimale afstemming plaatsvindt tussen alle belangen. In tabel 8 zijn verschillende aspecten van Ruimtelijke Kwaliteit gestructureerd weergegeven in een schema zoals wordt gehanteerd binnen Ruimte voor de Rivier, niet iedereen binnen Ruimte voor de Rivier staat echter achter deze indeling. In deze figuur zijn, voor zover relevant, alle thema s die aan bod komen in de m.e.r. opgenomen. Alleen de thema s veiligheid tegen overstromingen, riviermorfologie, en bodem en water uit de m.e.r. komen niet in de tabel voor. Naast de thema s uit de m.e.r. zijn een aantal integrale aspecten toegevoegd. Tabel 8: Tabel met verschillende aspecten van Ruimtelijke Kwaliteit zoals deze wordt gebruikt binnen het project Ruimte voor de Rivier Economie Ecologie Esthetisch/ sociaal/ cultureel Gebruikswaarde Landbouw Natuur Wonen Werken Scheepvaart (Recreatie) Belevingswaarde Natuur Landschap Cultuurhistorie Archeologie Recreatie Toekomstwaarde Landbouw Natuur Landschap Wonen Cultuurhistorie Werken Archeologie Scheepvaart Recreatie (Recreatie) Beoordelingskader Langetermijnvisie Regionaal Ruimtelijk Kader Integraal Meervoudig ruimtegebruik Diversiteit Samenhang Diversiteit Duurzaamheid In het kader van Ruimtelijke Kwaliteit moet aan alle thema s uit figuur 8 aandacht worden besteed. Deze thema s komen in verschillende documenten binnen het project Ruimte voor de Rivier aan de orde. In het Beoordelingskader wordt aandacht besteed aan de gebruikswaarde en de belevingswaarde van de eerste drie kolommen: economie, ecologie en esthetisch/ sociaal/ cultureel. In de Langetermijnvisie komen de aspecten die in de tabel onder toekomstwaarde vallen aan bod. De meerwaarde van Ruimtelijke Kwaliteit wordt echter juist gezien in de integrale benadering van functies. Deze aspecten komen aan bod in het Regionaal Ruimtelijk Kader. 39

48 5.1.2 Documenten Naast het Beoordelingskader, de Langetermijnvisie en het Regionaal Ruimtelijk Kader zijn er binnen het project Ruimte voor de Rivier meer documenten die een rol spelen bij de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit. In figuur 12 zijn al deze documenten en hun onderlinge relaties weergegeven. De documenten zijn vet weergegeven. Er is op twee verschillende niveaus aan Ruimtelijke Kwaliteit gewerkt: op regionaal niveau, door middel van een bottum-up benadering waarbij de regio veel inspraak heeft gehad en op nationaal niveau door middel van een top-down benadering. In werkconferenties kon er door de regio gereageerd worden op de op nationaal niveau ontwikkelde producten. Daarnaast zijn er in de regio ontwerpsessies gehouden op basis waarvan regionale ruimtelijke beelden zijn geformuleerd. Op basis van de regionale ruimtelijke beelden zijn de buitendijkse maatregelen beoordeeld op Ruimtelijke Kwaliteit. Regionaal niveau: Bottum-up Afstemming regionaal en nationaal niveau Nationaal niveau: Top-down Langetermijnvisie Maatregelen Productieatelier Nationaal Ruimtelijk Kader Werkconferenties Themakaarten Synthesekaarten Toekomstbeelden Beoordeling binnendijkse maatregelen op Ruimtelijke Kwaliteit Ontwerpsessies Regionale ruimtelijke beelden Regionaal Ruimtelijk Kader Beoordeling buitendijkse maatregelen op Ruimtelijke Kwaliteit Blokkendoos Maatregelenpakketten Beoordeling maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit Figuur 12: Ruimtelijke Kwaliteit binnen Ruimte voor de Rivier 4

49 Op nationaal niveau wordt in de Langetermijnvisie door middel van een visie op de ontwikkeling van het rivierengebied een doorkijk gegeven naar de langetermijn. Dit document vormt het uitgangspunt voor de vervolgfasen van het project Ruimte voor de Rivier. Veel werk op nationaal niveau is verricht door het productieatelier. Dit is een groep deskundigen die is ingeschakeld om in verschillende fasen een bijdrage te leveren aan het project. Door het productieatelier is de Langetermijnvisie verder uitgewerkt in het Nationaal Ruimtelijk Kader. Daarnaast zijn er verschillende themakaarten opgesteld. Het doel van de themakaarten is een overzicht te krijgen van alle kwaliteiten en ambities in het rivierengebied. Hiertoe worden vier thema s onderscheiden: het watersysteem, de ecologie, het grondgebruik en de economie en het landschap. Voor alle thema s wordt voor zover mogelijk ingegaan op de relevante eigenschappen en de karakteristieken, het huidige beleid en de ambities voor de langere termijn. In de synthesekaarten worden de themakaarten met elkaar geconfronteerd. Iedere maatregel kan aan de synthesekaarten worden getoetst. Op basis hiervan kan een uitspraak worden gedaan over de kansrijkheid, de inpasbaarheid van de maatregelen. De binnendijkse maatregelen zijn op deze manier getoetst aan de synthesekaarten en deze beoordelingen zijn opgenomen in de Blokkendoos. Op basis van de themakaarten en de synthesekaarten zijn toekomstbeelden uitgewerkt die de mogelijkheden voor de te nemen maatregelen in het rivierengebied verkennen. Deze beelden vormen extremen, waar de werkelijke uitwerking ergens tussenin zal komen te liggen. In het Regionaal Ruimtelijk Kader is het werk dat is verricht op het regionale en het landelijke niveau samengebracht. Hiertoe hebben vertegenwoordigers uit de regio met leden van het productieatelier om de tafel gezeten. Het Regionaal Ruimtelijk Kader vormt een kader voor de gewenste ontwikkeling van het rivierengebied, dat op regionaal niveau is uitgewerkt. Door de maatregelenpakketten aan het Regionaal Ruimtelijk Kader te toetsen is een beoordeling op Ruimtelijke Kwaliteit te geven. De documenten waarmee gewerkt wordt zijn nog geen definitieve versies. Hoewel de verschillende producten elkaar in de beschrijving in de tijd op lijken te volgen, is er sprake van een iteratief proces. Op basis van nieuwe inzichten kunnen er ook aanpassingen aan andere producten worden aangebracht Beoordelingsmethode De beoordeling van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit vindt plaats door de maatregelenpakketten te vergelijken met het Regionaal Ruimtelijk Kader. Er wordt een vergelijking gemaakt ten opzichte van de huidige situatie. De beoordelingen van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit zijn per traject gegeven in de vorm van ++, +, +/-,, -- en met per maatregelenpakket een korte toelichting. Voorafgaand aan de beoordeling van de maatregelenpakketten als geheel worden de maatregelen individueel op vergelijkbare manier beoordeeld. Ook de lopende projecten worden meegenomen in de beoordeling. Wat er precies onder Ruimtelijke Kwaliteit wordt verstaan is niet nader gedefinieerd. Er wordt een beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit gegeven op basis van de gegevens die in het Regionaal Ruimtelijk Kader zijn verwerkt. Naast de beoordeling van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit worden de maatregelenpakketten, in het kader van het Beoordelingskader, door daartoe ingestelde werkgroepen, ook op andere thema s beoordeeld. In tabel 8 wordt aangegeven dat deze thema s ook invloed hebben op Ruimtelijke Kwaliteit. De beoordelingen van deze afzonderlijke thema s wordt echter 41

50 niet meegenomen bij de beoordeling van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit. 5.2 Vergelijking methode Hoewel voor de beoordelingsmethode zoals beschreven in dit rapport grotendeels gebruik wordt gemaakt van dezelfde gegevens en documenten als voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit binnen het project Ruimte voor de Rivier is er een groot verschil tussen de beoordelingsmethoden. Eerst wordt ingegaan op de overeenkomsten en verschillen tussen de gebruikte gegevens en documenten in de beide methoden. Daarna wordt ingegaan op de verschillende methoden voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit Vergelijking gebruikte gegevens en documenten In het kader van het project Ruimte voor de Rivier zijn een aantal documenten ontwikkeld zoals ook weergegeven in figuur 12. Het gaat hierbij om de regionale ruimtelijke beelden, het Regionaal Ruimtelijk Kader, de Langetermijnvisie, het Nationaal Ruimtelijk Kader, de themakaarten, de synthesekaarten en de toekomstbeelden. Voor het formuleren van de ambities in de beoordelingsmethode zoals beschreven in dit rapport wordt gebruik gemaakt van de Langetermijnvisie, het Nationaal Ruimtelijk Kader en het Regionaal Ruimtelijk Kader. Hoewel deze documenten, doordat ze zijn ontwikkeld met het oog op een andere werkwijze, niet precies de gewenste informatie bevatten voor de beoordelingsmethode zoals beschreven in dit rapport, passen ze goed binnen de beoordelingsmethode. Naast deze drie documenten is er voor het formuleren van de ambities ook gebruik gemaakt van het belevingswaardenonderzoek. Binnen het project Ruimte voor de Rivier heeft dit document meer een informatieve status. De regionale ruimtelijke beelden, de themakaarten, de synthesekaarten en de toekomstbeelden komen niet expliciet voor in de beoordelingsmethode zoals beschreven in dit rapport. Toch hebben deze documenten wel invloed gehad doordat de bij het opstellen van deze documenten opgedane inzichten ook in de andere documenten zijn verwerkt. De themakaarten die ontwikkeld zijn in het kader van het project Ruimte voor de Rivier hadden ook bij de in dit rapport beschreven beoordelingsmethode wel een rol kunnen spelen bij de beoordeling van de maatregelen(pakketten) op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Voor de verzameling van de benodigde gegevens is echter gebruik gemaakt van andere bronnen. Voor de beoordeling van de maatregelenpakketten op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit is voor een groot deel gebruik gemaakt van gegevens die wel beschikbaar zijn binnen het project Ruimte voor de Rivier, maar die niet worden gebruikt voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit Vergelijking beoordelingsmethoden De methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit binnen het project Ruimte voor de Rivier verschilt sterk van de methode zoals beschreven in dit rapport. In figuur 13 zijn de verschillen schematisch weergegeven. In de beoordelingsmethode die wordt gebruikt binnen het project Ruimte voor de Rivier worden de maatregelenpakketten direct vergeleken met het Regionaal Ruimtelijk Kader en met de langetermijnvisie. De vergelijking met de langetermijnvisie gebeurt met behulp van de toekomstbeelden, deze vergelijking heeft heel globaal plaats gevonden. De toelichting bij de beoordeling is over het algemeen heel beknopt. 42

51 In de methode zoals beschreven in dit rapport worden de maatregelenpakketten eerst beoordeeld op de relevante criteria van Ruimtelijke Kwaliteit, die meer omvattend zijn dan alleen de aspecten die in het Regionaal Ruimtelijk Kader en de langetermijnvisie naar voren komen. Ook bedrijventerreinen, ruimte, wonen en menselijke maat spelen in deze benadering een rol bij de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit. Door de uitgebreide analyse van alle relevante criteria is de beoordeling van de maatregelenpakketten uitgebreider. Vervolgens worden de maatregelenpakketten, met inachtneming van de beoordeling op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit, vergeleken met de ambities. De ambities bestaan in de in dit rapport beschreven methode, naast het Regionaal Ruimtelijk Kader en de Langetermijnvisie ook uit het Nationaal Ruimtelijk Kader en het belevingswaardenonderzoek. Ruimte voor de Rivier: In dit rapport beschreven methode: Ruimtelijke Kwaliteit Overig Ruimtelijke Kwaliteit Overig Beoordelingskader Maatregelenpakketten Maatregelenpakketten Vergelijken ambities: - Langetermijnvisie - Regionaal Ruimtelijk Kader Beoordeling op: - Veiligheid (riviermorfologie, water en bodem) - Kosten - Natuur - Landschap - Cultuurhistorie en archeologie - Scheepvaart - Landbouw - Recreatie Beoordeling op alle relevante criteria van Ruimtelijke Kwaliteit Vergelijken ambities: - Langetermijnvisie - Nationaal Ruimtelijk Kader - Regionaal Ruimtelijk Kader - Belevingswaardenonderzoek Beoordeling op: - Veiligheid (riviermorfologie, water en bodem) - Kosten Figuur 13: Vergelijking beoordelingsmethoden Door de maatregelenpakketten eerst te beoordelen op alle relevante criteria van Ruimtelijke Kwaliteit, zoals in de in dit rapport beschreven methode, wordt voorkomen dat belangrijke criteria van Ruimtelijke Kwaliteit niet worden meegenomen bij de afweging van de maatregelenpakketten. Door de maatregelenpakketten naast met de Langetermijnvisie en het Regionaal Ruimtelijk Kader ook te vergelijken met het Nationaal Ruimtelijk Kader en de resultaten van het belevingswaardenonderzoek wordt voorkomen dat belangrijke ambities over het hoofd worden gezien. Hoewel het Regionaal Ruimtelijk Kader een uitwerking is van het Nationaal Ruimtelijk Kader komen de ambities op nationaal niveau niet volledig naar voren in het Regionaal Ruimtelijk Kader door de uitwerking op trajectniveau. Daarnaast worden, door de vergelijking van de maatregelen met de resultaten van het belevingswaardenonderzoek, naast de ambities van de deskundigen ook de ambities van de betrokkenen in het rivierengebied meegenomen bij de beoordeling van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit. In de methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit binnen het project Ruimte voor de Rivier worden de beoordelingen van de verschillende thema s zoals beschreven in tabel 8 niet meegenomen. Deze thema s komen wel aan bod bij de verdere afweging van de maatregelenpakketten. In de methode zoals beschreven in dit rapport worden de 43

52 beoordelingen van de thema s wel meegenomen in de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit. Naast de beoordeling op Ruimtelijke Kwaliteit moeten de maatregelenpakketten voor de uiteindelijke afweging bij beide methoden ook worden beoordeeld op de veiligheidsaspecten, waar ook riviermorfologie en bodem en water toe kunnen worden gerekend, en op de kosten van de realisatie van de maatregelenpakketten. Binnen het project Ruimte voor de Rivier zijn de afzonderlijke stappen die moeten leiden tot de uiteindelijke beslissing over de te nemen maatregelen opgenomen in het Beoordelingskader. Ook de in dit rapport beschreven methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit kan onderdeel uitmaken van een allesomvattend Beoordelingskader. 5.3 Vergelijking resultaten In de case studie is de methode zoals beschreven in dit rapport toegepast op het traject Arnhem Zutphen. Ook binnen het project Ruimte voor de Rivier zijn de verschillende maatregelenpakketten op dit traject beoordeeld op de bijdrage aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit. In deze paragraaf wordt ingegaan op de vergelijking van de resultaten. In tabel 9 zijn de resultaten van de beoordeling van maatregelenpakketten 1a1, 2a2, 3b en 4 voor het traject Arnhem Zutphen, binnen het project Ruimte voor de Rivier en op grond van de methode zoals beschreven in dit rapport, samengevat en naast elkaar gezet. Tabel 9: Beoordelingen maatregelenpakketten voor het traject Arnhem - Zutphen Ruimte voor de Rivier Rapport Score Toelichting Score Toelichting 1a1 Geen maatregelen van invloed op regionale Ruimtelijke Kwaliteit 2 Aan realisatie veel ambities bijdrage geleverd Maatregelen kleinschalig Komt goed uit onderlinge vergelijking 2a2 Voegt niets toe aan regionale Ruimtelijke Kwaliteit 1 Veel kansen om bijdrage te leveren aan realisatie ambities Maatregelen leveren wezenlijke bijdrage Komt beste uit onderlinge vergelijking 3b + Sluit aan bij verbreed rivierlint 3 Positief ten aanzien van ecologische functies, overwegend negatief voor overige functies Past niet binnen Regionaal Ruimtelijk Kader 4 - Bij handhaving huidig landgebruik scoort deze strategie negatief 4 Geen bijrage aan realisatie Ruimtelijke Kwaliteit Ten opzichte van overige maatregelenpakketten slechtste alternatief Opvallend is dat bij de beoordeling van de Ruimtelijke Kwaliteit binnen Ruimte voor de Rivier wordt gesproken over een beoordeling op regionale Ruimtelijke Kwaliteit. Dit is te verklaren doordat de beoordeling is gebaseerd op een vergelijking van de maatregelen met het Regionaal Ruimtelijk Kader, de nationale aspecten komen hier echter ook in naar voren. Binnen het project Ruimte voor de Rivier is een beoordeling van de individuele maatregelenpakketten gegeven, op grond van de in dit rapport beschreven methode ligt meer de nadruk op de onderlinge vergelijking van de maatregelenpakketten wat resulteert in een voorkeursalternatief uit het oogpunt van de Ruimtelijke Kwaliteit. Ondanks dit verschil zijn de resultaten echter goed te vergelijken. Het maatregelenpakket dat bij de beoordeling binnen het project Ruimte voor de Rivier het beste scoort komt er bij de beoordeling op grond van de methode zoals beschreven in dit rapport veel minder goed uit, pakket 1a1 en 2a2 worden veel beter beoordeeld. Wel komt maatregelenpakket 4 er in beide methoden het slechtst uit. 44

53 Voor de verschillende beoordelingen zijn verschillende verklaringen. Ten eerste zijn de beoordelingen niet gebaseerd op dezelfde criteria. Binnen het project Ruimte voor de Rivier zijn de beoordelingen gebaseerd op de gegevens uit het Regionaal Ruimtelijk Kader. Het gaat hierbij voornamelijk om de gewenste vorm van landgebruik, de keuze tussen behoud, aanpassing en vernieuwing, de aanwezigheid van uit cultuurhistorisch, aardkundig of landschappelijk oogpunt belangrijke elementen en de aanwezige kennis bij de beoordelaars. In de methode zoals beschreven in dit rapport ligt aan de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit een veel grondiger onderzoek van de voor Ruimtelijke Kwaliteit relevante aspecten ten grondslag. Hierdoor kan worden verklaard dat er binnen ruimte voor de Rivier in maatregelenpakket 1a1 en 2a2 geen meerwaarde voor Ruimtelijke Kwaliteit wordt gezien terwijl dit op grond van de in dit rapport beschreven methode wel het geval is. Ten tweede valt de bypass bij Zutphen binnen Ruimte voor de Rivier niet onder het traject Arnhem Zutphen, terwijl juist deze maatregel op grond van de in dit rapport beschreven beoordelingsmethode veel kansen biedt. Tenslotte wordt het Regionaal Ruimtelijk Kader verschillend geïnterpreteerd. Zo wordt de bypass bij Zutphen binnen Ruimte voor de Rivier, hoewel deze onder een ander traject valt, negatief beoordeeld op grond van het Regionaal Ruimtelijk Kader, bij de beoordeling in dit rapport is dat niet het geval. De dijkverlegging bij Rhienderen en de uiterwaardvergraving in de Olburgsche waard worden binnen het project Ruimte voor de Rivier juist wel weer als passend binnen het Regionaal Ruimtelijk Kader beoordeeld en bij de beoordeling in dit rapport. Op grond van deze verschillen kunnen de verschillen in de beoordeling worden verklaard. 5.4 Conclusies Ondanks de grote overeenkomst in de gebruikte documenten voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit tussen het project Ruimte voor de Rivier en de in dit rapport beschreven methode blijken de gebruikte methode en de resultaten te verschillen. Door de beperkte definitie van het begrip Ruimtelijke Kwaliteit en het sterk subjectieve karakter van de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit zijn er meer verschillende beoordelingsmethoden mogelijk die ook tot verschillende uitkomsten kunnen leiden. Doordat binnen Ruimte voor de Rivier vooraf nog niet duidelijk was wat er precies onder Ruimtelijke Kwaliteit moest worden verstaan is Ruimtelijke Kwaliteit niet vooraf gedefinieerd. Ruimtelijke Kwaliteit heeft binnen het project Ruimte voor de Rivier in de loop van de tijd vorm gekregen. In de in dit rapport beschreven methode is Ruimtelijke Kwaliteit wel vooraf gedefinieerd. Hierdoor zijn de resultaten achteraf beter te toetsen. Veel binnen Ruimte voor de Rivier gemaakte keuzes zijn te verklaren doordat Ruimtelijke Kwaliteit in de loop van het project invulling heeft gekregen. Continu wordt er gezocht naar de juiste invulling. Voor het in dit rapport beschreven onderzoek lag er een concrete opgave om een methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit te ontwikkelen, waarvoor ook tijd beschikbaar was. Hierdoor is de beoordeling structureler aangepakt. Daarnaast kon er bij het opstellen van de beoordelingsmethode zoals beschreven in dit rapport gebruik worden gemaakt van opgedane ervaringen en ontwikkelde documenten binnen het project Ruimte voor de Rivier. Hierdoor is veel energie bespaard gebleven. In de in dit rapport beschreven methode wordt Ruimtelijke Kwaliteit breder gedefinieerd dan binnen het project Ruimte voor de Rivier. Verschillende thema s, die ook in andere projecten worden meegenomen, worden onder de noemer Ruimtelijke Kwaliteit gebracht. De meerwaarde van de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit zit, ten opzichte van andere projecten, in de beoordeling van thema overschrijdende aspecten. Binnen Ruimte voor de 45

54 Rivier is Ruimtelijke Kwaliteit een afzonderlijk thema waar thema overschrijdende aspecten in naar voren komen. Doordat de relatie met andere thema s echter ontbreekt wordt dubbel werk gedaan en gaat veel informatie verloren. Een derde verschil is de structurele analyse van de effecten van de maatregelenpakketten op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Hierdoor wordt voorkomen dat belangrijke effecten over het hoofd worden gezien. Tenslotte wordt bij de beoordeling van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit ook het Nationaal Ruimtelijk Kader en het belevingswaardenonderzoek meegenomen. Hierdoor worden ambities op verschillende niveaus van verschillende betrokkenen meegenomen bij de uiteindelijke afweging van de maatregelenpakketten. 46

55 6 Discussie Door het ontwikkelen van een beoordelingsmethode is getracht zo goed mogelijk invulling te geven aan de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit. De methode levert een goed inzicht in de gevolgen van de maatregelenpakketten voor de afzonderlijke criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Door deze gevolgen te vergelijken met de ambities is een beoordeling op de bijdrage aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit gegeven. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de bruikbaarheid van de methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit zoals beschreven in dit rapport. De discussie is ingedeeld in verschillende onderdelen, die overeenkomen met de verschillende fasen in het onderzoek. Ten eerste wordt er ingegaan op de in dit rapport beschreven beoordelingsmethode, ten tweede op de case studie en ten derde op de inpassing in het project Ruimte voor de Rivier. Tenslotte wordt er nog ingegaan op de toepassing van het begrip Ruimtelijke Kwaliteit in het algemeen. In hoofdstuk 7 worden, op basis van deze discussie, conclusies getrokken over de bruikbaarheid van de methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit en worden er aanbevelingen gedaan. 6.1 Methode Ruimtelijke Kwaliteit is een lastig hanteerbaar begrip, dit hangt samen met de onduidelijkheid over wat er onder het begrip moet worden verstaan. Maatregelenpakketten die positief scoren ten aanzien van Ruimtelijke Kwaliteit, kunnen wel negatief worden beoordeeld op afzonderljike criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Dit betekent dat niet iedereen het met de positieve beoordeling ten aanzien van Ruimtelijke Kwaliteit eens hoeft te zijn. Een andere moeilijkheid is dat de opvattingen ten aanzien van Ruimtelijke Kwaliteit kunnen veranderen. Ontwikkelingen die nu uit het oogpunt van Ruimtelijke Kwaliteit als negatief worden beschouwd worden in de toekomst mogelijk juist als positief worden ervaren en andersom. In het verleden was er ook grote weerstand tegen landgoederen, maar nu worden deze juist beschermd. Naast de problemen bij het definiëren van Ruimtelijke Kwaliteit zijn er nog andere aspecten die een rol spelen bij de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit. Ten eerste zitten er enkele tekortkomingen in de beoordelingsmethode. Onder de kop tekortkomingen wordt hier op ingegaan en worden er oplossingen aangedragen. Ten tweede is er voor een goede afweging van de maatregelenpakketten afstemming noodzakelijk met andere aspecten die een rol spelen bij de afweging van de maatregelenpakketten. Hierbij kan worden gedacht aan veiligheid en kosten. Tenslotte wordt ingegaan op de toepassing van de beoordelingsmethode. In de case studie gaat het slechts om de beoordeling van de maatregelenpakketten op één traject, waarbij geen deskundigen betrokken zijn. Bij de beoordeling in de praktijk gaat het echter om een beoordeling voor het gehele rivierengebied, die wordt uitgevoerd door deskundigen Tekortkomingen In de in dit rapport beschreven beoordelingsmethode wordt bij de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit geen rekening gehouden met de realisatie van de maatregelen. Door de vaak langdurige werkzaamheden voor de realisatie van de maatregelen kan deze fase echter van doorslaggevende betekenis zijn bij een keuze tussen verschillende maatregelenpakketten. Ook wordt in de beschreven beoordelingsmethode geen rekening gehouden met de autonome ontwikkeling. Voor een eerlijke afweging moeten de 47

56 maatregelenpakketten echter vergeleken worden met de autonome ontwikkeling in plaats van met de huidige situatie. Zowel voor het meenemen van de realisatie van de maatregelen als de autonome ontwikkeling bij de beoordeling van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit blijft de beoordelingsmethode gelijk. De realisatie van de maatregelen kan worden meegenomen in de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit door de effecten van de realisatiefase mee te nemen bij de beoordeling van de maatregelenpakketten op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Hierbij kan worden gedacht aan de geluidsoverlast die met de werkzaamheden gepaard gaat. Voorwaarde voor het meenemen van de realisatie is echter dat ook in de ambities iets wordt gezegd over de aanvaardbare overlast in de uitvoeringsfase. De autonome ontwikkeling kan worden meegenomen door de beoordeling op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit te doen ten opzichte van de autonome ontwikkeling in plaats van ter opzichte van de huidige situatie. In beide gevallen is de beschikbaarheid van gegevens over respectievelijk de effecten van de realisatiefase van de maatregelen en de autonome ontwikkeling een voorwaarde Afstemming met andere criteria Zowel de kosten voor de realisatie van de maatregelen als de veiligheidsaspecten van de maatregelen worden niet meegenomen bij de beoordeling van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit. Deze aspecten spelen echter wel een belangrijke rol bij de uiteindelijke afweging van de maatregelenpakketten. Een goede afstemming tussen de verschillende aspecten is noodzakelijk. Enerzijds kan hierdoor worden gewaarborgd dat alle relevante aspecten worden meegenomen in de totale afweging van de maatregelenpakketten. Veiligheidsbeleving is bijvoorbeeld een aspect dat, door de sterke relatie met de veiligheidsdoelstelling, niet aan de orde komt bij de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit. Dit aspect moet dan wel aan de orde komen in het kader van de veiligheid. Anderzijds wordt door de afstemming tussen de verschillende aspecten zorg gedragen voor realistische maatregelenpakketten. Kosten van maatregelen kunnen hierbij een rol spelen. Maatregelen die toch niet uitgevoerd worden omdat ze veel te duur zijn hoeven ook niet te worden beoordeeld op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit en moeten dan ook niet worden opgenomen in de maatregelenpakketten Toepassing Bij de toepassing van de beoordelingsmethode in de praktijk gaat het niet om de beoordeling van één traject zoals in de case studie, maar wordt de beoordelingsmethode toegepast op het gehele rivierengebied. Het is aan te bevelen de beoordeling van de maatregelenpakketten wel plaats te laten vinden op trajectniveau, om te voorkomen dat de maatregelen te ongrijpbaar worden. Tezamen vormen de beoordelingen de beoordeling van het hele rivierengebied ten aanzien van Ruimtelijke Kwaliteit. Door de maatregelenpakketten per traject te beoordelen wordt er bij de beoordeling van de criteria geen aandacht besteed aan de relaties tussen de verschillende trajecten. Dit lijkt echter geen bezwaar uit het oogpunt van de Ruimtelijke Kwaliteit. Ook binnen een traject blijken de relaties minimaal, over de grenzen van de trajecten zullen deze relaties nog minder zijn. De eenheid binnen het rivierengebied wordt gewaarborgd door de ambities die in de Langetermijnvisie en het Nationaal Ruimtelijk Kader zijn geformuleerd op riviertakniveau. Ook hierbij geldt echter dat niet blindgestaard moet worden op de geboden structuur, als voor bepaalde trajecten blijkt dat relaties onder druk komen te staan moet er worden ingegrepen Bij de uiteindelijke keuze voor een maatregelenpakket moeten de afzonderlijke trajecten wel in onderlinge relatie worden gezien. Een maatregelenpakket dat voor een bepaald traject de voorkeur heeft kan voor een ander traject heel slecht uitpakken. 48

57 Verschillende maatregelenpakketten kunnen niet zomaar worden gecombineerd omdat dat niet meer aan de veiligheidsdoelstelling wordt voldaan. Uiteindelijk moet er een afweging worden gemaakt tussen de voorkeursmaatregelenpakketten van de verschillende trajecten. Dit resulteert in één voorkeursmaatregelenpakket voor het gehele rivierengebied. Voor de beoordeling van de maatregelenpakketten in de praktijk worden deskundigen ingeschakeld. In de beoordeling kunnen drie fasen worden onderscheiden. Ten eerste de beoordeling van de maatregelenpakketten op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit, ten tweede het formuleren van de ambities en tenslotte het vergelijken van de beoordelingen met de ambities. De beoordeling van de maatregelen op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit vindt plaats op trajectniveau, de omvang van de trajecten is vergelijkbaar met het traject Arnhem Zutphen. Op dit niveau is het mogelijk om inzicht te hebben in alle maatregelen en per vakgebied kan worden volstaan met één deskundige, die kennis heeft van het gehele traject. De groep deskundigen wordt zodanig samengesteld dat er voldoende kennis aanwezig is over alle criteria van Ruimtelijke Kwaliteit op het gehele traject. Naast de deskundigen is er een onafhankelijke persoon nodig die zorgt voor een uniforme interpretatie van de criteria en voor een uniforme manier van beoordelen van de verschillende trajecten. Voor de beoordeling van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit worden de beoordelingen van de afzonderlijke maatregelen samengevoegd en worden er aanvullende beoordelingen op maatregelpakketniveau gegeven. Andere deskundigen houden zich bezig met het formuleren van de ambities. Hierbij wordt rekening gehouden met de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit en voor zover relevant worden hier uitspraken over gedaan. Op nationaal niveau worden de ambities door één groep deskundigen opgesteld. De ambities op nationaal niveau worden in de regio verder uitgewerkt in samenspraak met lokale bestuurders en bewoners. Per traject wordt tenslotte een overzicht gegeven van de ambities per criterium van Ruimtelijke Kwaliteit. Tenslotte moeten de beoordelingen op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit worden vergeleken met de ambities. Een onafhankelijk persoon kan een globale inventarisatie maken van de overeenkomsten en verschillen tussen de beoordelingen en de ambities. Dit vormt de input voor de discussie tussen de deskundigen die de maatregelenpakketten hebben beoordeeld op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Het gaat hierbij niet om een discussie over de opgestelde ambities maar om de mate waarin de maatregelen passen binnen de ambities. De groep deskundigen gaat na welk maatregelenpakket het beste binnen de geformuleerde ambities past. De groep deskundigen geeft een onderbouwde aanbeveling voor het beste maatregelenpakket uit het oogpunt van Ruimtelijke Kwaliteit. 6.2 Case Studie In de case studie is de methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit toegepast op een deelgebied, hierbij is een aantal tekortkomingen aan het licht gekomen. Een aantal tekortkomingen is te wijten aan de methode zelf, maar veel tekortkomingen hebben ook te maken met de beperkte beschikbaarheid van informatie en de vorm waarin de informatie beschikbaar is Beschikbaarheid informatie De beoordelingen van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit hebben plaats gevonden op basis van een zeer beknopte beschrijving van de maatregelen. De precieze uitwerking van de maatregelen is over het algemeen nog niet bekend. Dit maakt het lastig een goede beoordeling op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit te geven. In de 49

58 beoordelingen worden daarom randvoorwaarden en kansen aangegeven. Als de kansen niet gegrepen worden of er niet aan de randvoorwaarden wordt voldaan zal de beoordeling anders zijn. Verder wordt in de maatregelenpakketten niet duidelijk of en waar er, naast de rivierverruimende maatregelen, dijkverzwaringen noodzakelijk zijn om te voldoen aan de veiligheidsopgave. De dijkverzwaringen zijn dan ook niet meegenomen bij de beoordeling op Ruimtelijke Kwaliteit. Naast onzekerheid over de maatregelen maakt ook de beperkte beschikbare informatie binnen Ruimte voor de Rivier de resultaten minder betrouwbaar. Voor de beoordeling van de maatregelenpakketten is gebruik gemaakt van de beschikbare informatie binnen Ruimte voor de Rivier. Het gaat hierbij zowel om beschrijvingen van effecten van maatregelen zoals in de Blokkendoos en het Beoordelingskader, als om de Langetermijnvisie, het Nationaal Ruimtelijk Kader, het Regionaal Ruimtelijk Kader en het belevingswaardenonderzoek die zijn gebruikt voor het formuleren van de ambities. Doordat de informatie binnen Ruimte voor de Rivier is verkregen met het oog op een andere werkwijze voldoet deze niet altijd aan de gewenste vorm voor de in dit rapport beschreven methode. Bovendien is de informatie vaak zeer summier en niet onderbouwd, ook zijn de gegevens soms tegenstrijdig. De details en toelichting zijn vaak wel te achterhalen maar dit gaat in het kader van dit onderzoek te ver. Deze tekortkomingen betekenen dat de gebruikte gegevens niet altijd een realistisch beeld geven van de werkelijkheid. Voor bijvoorbeeld delfstoffen zijn helemaal geen gegevens opgenomen. Ook de vogel- en habitatrichtlijn is in de in dit rapport beschreven methode niet meegenomen hoewel deze een randvoorwaarde vormt. Daarnaast is de beoordeling van de criteria niet uitgevoerd door deskundigen. Hierdoor zijn de gebruikte gegevens onvoldoende gedetailleerd en niet volledig. Als de beoordelingsmethode zou zijn toegepast zouden bovengenoemde tekortkomingen gedeeltelijk zijn verholpen. De gegevens die worden verzameld over de effecten van de maatregelen zullen bijvoorbeeld gericht zijn op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Hiervoor moet wel een afweging worden gemaakt tussen de te dienen belangen en de tijd en kosten die met het verzamelen van de gegevens gemoeid zijn. Niet alle gegevens kunnen worden verzameld. Daarnaast zullen de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit bij het formuleren van de ambities al bekend zijn en zullen deze, voor zover relevant, aan de orde komen. Tenslotte zullen de beoordelingen van de maatregelen op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit worden uitgevoerd door deskundigen waardoor de er meer en gedetailleerdere gegevens beschikbaar zullen zijn. De beschrijving van de maatregelen zal echter niet uitgebreider zijn omdat er nog geen overeenstemming over de detaillering is. Ook de ambities zullen niet veel concreter zijn omdat er zo veel mogelijk opties worden opgehouden Methode Bij het uitvoeren van de case studie zijn er nog een aantal tekortkomingen ten aanzien van de beoordelingsmethode naar voren gekomen. Het betreft hierbij voornamelijk de uiteindelijke beoordeling van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit. Het in kaart brengen van de effecten van de maatregelen ten aanzien van criteria van Ruimtelijke Kwaliteit werkt erg verhelderend. Het afwegen van deze effecten en tot een conclusie over de bijdrage van de maatregelenpakketten aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit komen is echter erg ondoorzichtig. Dit wordt veroorzaakt door het sterk subjectieve karakter van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit, doordat de criteria elkaar overlappen waardoor dubbeltellingen voorkomen, doordat de ambities niet precies binnen de criteria passen, doordat de ambities over het algemeen heel vaag zijn en doordat er nauwelijks 5

59 prioriteiten aan de ambities zijn toe te kennen. Bij de beoordeling van de maatregelenpakketten is alleen onderscheid gemaakt tussen ambities en overige criteria. Het blijkt onmogelijk verder prioriteiten toe te kennen aan de ambities. De mate waarin een bijdrage wordt geleverd aan de realisatie van de ambities is gedeeltelijk meegenomen door de maatregelen per criterium onderling te vergelijken door middel van de scorekaartmethode. Dit is echter onvoldoende om echt onderscheid te maken, hiertoe zijn de ambities te abstract. De moeilijkheden bij het afwegen van de maatregelenpakketten komen ook tot uitdrukking in de beoordeling van verschillende maatregelenpakketten die door iemand anders is uitgevoerd en in de grote verschillen tussen het voorkeursmaatregelenpakket binnen het project Ruimte voor de Rivier en op grond van de in dit rapport beschreven methode. De verschillen tussen de beoordelingen op de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit zijn voor een groot deel terug te voeren op een verschillende interpretatie van de criteria en op verschillende beschikbare kennis. Bij de beoordeling in de praktijk zal er altijd iemand aanwezig zijn die zorg draagt voor een uniforme interpretatie van de criteria. De verschillen in beschikbare kennis vormen juist de meerwaarde van de beoordelingsmethode. Door verschillende deskundigen te betrekken is er veel kennis beschikbaar. De deskundigen kunnen elkaar aanvullen. Als alle relevante aspecten goed verwerkt worden kunnen deze een rol blijven spelen bij de keuze en de uitwerking van de maatregelenpakketten. Bij de beoordeling van de maatregelenpakketten blijkt dat door een verschillende interpretatie van de ambities de voorkeuren sterk verschillen. Al met al is de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit erg ondoorzichtig waardoor er relatief eenvoudig fouten in sluipen. 6.3 Ruimtelijke Kwaliteit binnen Ruimte voor de Rivier In de huidige fase worden de maatregelenpakketten, gebaseerd op de strategieën, beoordeeld op Ruimtelijke Kwaliteit. Ook in de vervolgfasen zullen er echter maatregelenpakketten beoordeeld moeten worden op Ruimtelijke Kwaliteit. De in dit rapport beschreven methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit sluit goed aan bij de tot nu toe gebruikte methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit binnen Ruimte voor de Rivier. Voor de volgende fase waarin maatregelen worden beoordeeld op de bijdrage aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit, de beoordeling van de MER alternatieven, kan gebruik worden gemaakt van de in dit rapport beschreven methode. Hiertoe moet de structuur van de beoordeling worden aangepast maar voor de toepassing kan in grote lijnen gebruik worden gemaakt van de beschikbare gegevens binnen ruimte voor de Rivier. 6.4 Ruimtelijke Kwaliteit Binnen Ruimte voor de Rivier is Ruimtelijke Kwaliteit de tweede doelstelling. Ruimtelijke Kwaliteit is echter niet verder geoperationaliseerd. Hierdoor is er veel discussie over het onderwerp geweest en heeft het begrip in de loop van het project invulling gekregen. Doordat er vooraf geen duidelijke definitie van Ruimtelijke Kwaliteit is gegeven zijn de behaalde resultaten ten aanzien van Ruimtelijke Kwaliteit achteraf moeilijk te toetsen. Zonder Ruimtelijke Kwaliteit op te nemen in de doelstellingen zou Ruimtelijke Kwaliteit een rol kunnen spelen bij de afweging van de maatregelenpakketten door in een soort m.e.r. aandacht aan Ruimtelijke Kwaliteit te besteden. In plaats van een milieueffectrapportage wordt hierbij een Ruimtelijke Kwaliteit effectrapportage opgesteld. De Ruimtelijke Kwaliteit effectrapportage levert de informatie die nodig is om het 51

60 Ruimtelijke Kwaliteitsbelang volwaardig mee te laten wegen bij besluiten over plannen en projecten met grote gevolgen voor de Ruimtelijke Kwaliteit. Op deze manier hoeft Ruimtelijke Kwaliteit niet vooraf geoperationaliseerd te worden maar worden uit het oogpunt van de Ruimtelijke Kwaliteit relevante aspecten toch meegenomen in de afweging. De methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit zoals beschreven in dit rapport kan grotendeels ook voor een Ruimtelijke Kwaliteit effectrapportage worden gebruikt. Met name de matrix voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit en de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit kunnen een belangrijke rol spelen bij het leveren van de informatie die nodig is om het Ruimtelijke Kwaliteitsbelang volwaardig mee te laten wegen bij de besluitvorming. Als de methode in andere projecten wordt toegepast moeten de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit wel aan de situatie worden aangepast. Als veiligheid niet de hoofddoelstelling is, kan veiligheid ook onder de noemer Ruimtelijke Kwaliteit worden gezet. 52

61 7 Conclusies en aanbevelingen 7.1 Conclusies In hoofdstuk 1 is de doelstelling van dit onderzoek geformuleerd: Het ontwikkelen van een methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit op maatregelpakketniveau binnen het project Ruimte voor de Rivier. Hiertoe zijn vier sub-doelstellingen geformuleerd: 1. Analyseren hoe er tot nu toe met Ruimtelijke Kwaliteit wordt omgegaan. 2. Ontwikkelen van een methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit voor het project Ruimte voor de Rivier. 3. Toetsen van de beoordelingsmethode door deze toe te passen in de praktijk. 4. Vergelijken van de ontwikkelde beoordelingsmethode met de huidige methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit binnen Ruimte voor de Rivier. Per sub-doelstelling wordt hieronder ingegaan op de conclusies. 1. Hoewel Ruimtelijke Kwaliteit steeds vaker voorkomt in de beleidsdoelstellingen bestaat er geen standaard methode voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit. Dit wordt mede veroorzaakt door de onduidelijkheid over de betekenis van het begrip Ruimtelijke Kwaliteit. Er zijn verschillende theoretische benaderingen uitgewerkt maar de praktische toepassing ontbreekt vaak nog. 2. Voor de beoordeling van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit is een analyse gemaakt van de criteria die een rol spelen bij de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit. In de beoordelingsmethode, zoals beschreven in dit rapport, is er sprake van een verbetering van de Ruimtelijke Kwaliteit als een maatregelenpakket past binnen de ambities, een bijdrage levert aan de verwezenlijking daarvan en als ook de overige criteria van Ruimtelijke Kwaliteit zo goed mogelijk worden ingepast. De ambities voor het rivierengebied zijn verwoord in verschillende documenten binnen het project Ruimte voor de Rivier. Door de effecten van de maatregelenpakketten ten aanzien van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit te vergelijken met de ambities kunnen de maatregelenpakketten onderling worden vergeleken op de bijdrage aan de realisatie van Ruimtelijke Kwaliteit. 3. Hoewel niet alle gegevens voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit beschikbaar zijn, geeft de beoordelingsmethode een goed inzicht in de effecten van de maatregelenpakketten ten aanzien van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit. Het afwegen van de criteria levert echter nogal wat problemen op. De maatregelenpakketten blijken wel duidelijk onderscheidend te scoren ten aanzien van Ruimtelijke Kwaliteit. Door de overwegend kwalitatieve manier van beoordelen is de beoordelingsmethode echter erg moeilijk te controleren. De resultaten van de case studie kunnen in de praktijk worden gebruikt, maar door het ontbreken van gegevens, doordat de beoordelingen niet door deskundigen zijn uitgevoerd en door de sterk subjectieve afweging van de effecten moeten de beoordelingen kritisch worden bekeken en verder worden aangevuld. 53

62 4. Ten opzichte van de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit zoals wordt uitgevoerd binnen Ruimte voor de Rivier onderscheid de in dit rapport beschreven methode zich op verschillende punten: Voorafgaand aan de beoordeling van de maatregelenpakketten is gedefinieerd wanneer er sprake is van een verbetering van de Ruimtelijke Kwaliteit. Hierdoor zijn de resultaten achteraf te toetsen. De criteria van Ruimtelijke Kwaliteit zijn structureel geanalyseerd en er wordt voor alle maatregelenpakketten nagegaan of er ten aanzien van deze criteria een verandering optreedt. Door deze structurele benadering is de kans dat belangrijke criteria die de Ruimtelijke Kwaliteit beïnvloeden over het hoofd gezien worden minimaal. Bij de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit wordt een vergelijking gemaakt met zowel de ambities op nationaal als de ambities op regionaal niveau en met het belevingswaardenonderzoek. Hierdoor worden alle schaalniveaus, vanuit verschillende perspectieven, meegenomen bij de beoordeling. Ruimtelijke Kwaliteit wordt, in de in dit rapport beschreven methode, heel breed gedefinieerd. Hierdoor worden ook aspecten die de grenzen van afzonderlijke sectoren overschrijden meegenomen bij de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit. De beoordeling op Ruimtelijke Kwaliteit heeft hierdoor meerwaarde boven de beoordeling op de afzonderlijke sectoren zoals ook in andere projecten gebeurt. De beoordeling van de maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit, op grond van de beide methoden blijkt sterk uiteen te lopen. Dit wordt veroorzaakt doordat aan de beoordeling een verschillende methode ten grondslag ligt en door de verschillende interpretatie van het Regionaal Ruimtelijk Kader. Met name het inzicht in de effecten van de maatregelen ten aanzien van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit is erg verhelderend. De vergelijking van de effecten met de ambities en de afweging is minder inzichtelijk. Dit wordt veroorzaakt door de subjectieve beoordelingen, de problemen bij de beoordeling van de mate waarin effecten optreden en de onduidelijkheid over de toe te kennen gewichten aan de afzonderlijke criteria. Een betere methode is echter niet voorhanden. Door de in dit rapport beschreven methode toe te passen kan Ruimtelijke Kwaliteit, de tweede doelstelling van het project Ruimte voor de Rivier, door middel van een onderbouwde afweging van de maatregelenpakketten op grond van Ruimtelijke Kwaliteit, worden meegenomen bij de uiteindelijke keuze voor een maatregelenpakket. 7.2 Aanbevelingen Aanbevolen wordt de in dit rapport beschreven methode toe te passen bij volgende beoordelingen van maatregelenpakketten op Ruimtelijke Kwaliteit binnen het project Ruimte voor de Rivier. De methode kan ook worden toegepast binnen andere projecten waar Ruimtelijke Kwaliteit een doelstelling is. De criteria van Ruimtelijke Kwaliteit moeten hiertoe worden aangepast aan de situatie. Een andere manier om Ruimtelijke Kwaliteit mee te laten wegen bij de keuze voor een maatregelenpakket, zonder Ruimtelijke Kwaliteit op te nemen in de doelstellingen, is het opstellen van een Ruimtelijke Kwaliteit effectrapportage. Dit is een van de m.e.r. afgeleide procedure waarmee de benodigde informatie wordt verkregen om het Ruimtelijke Kwaliteitsbelang volwaardig mee te laten wegen bij besluiten over plannen en projecten met grote gevolgen voor de Ruimtelijke Kwaliteit. Ruimtelijke Kwaliteit als tweede doelstelling lijkt te impliceren dat Ruimtelijke Kwaliteit hard te maken is. Dit blijkt echter 54

63 een zeer lastige opgave, waardoor niet altijd kan worden voldaan aan de verwachtingen. Bij de Ruimtelijke kwaliteit effectrapportage is het voornaamste doel alle effecten van maatregelen die invloed hebben op de Ruimtelijke Kwaliteit in beeld te brengen zodat deze meegenomen kunnen worden in de afweging op grond van Ruimtelijke Kwaliteit Voor de beoordeling van Ruimtelijke Kwaliteit is een Regionaal Ruimtelijk Kader opgesteld. Hierin is een gedetailleerde visie neergelegd over de inrichting van het rivierengebied. Deze visie gaat veel verder dan de effecten die met de maatregelen in het kader van het project Ruimte voor de Rivier zijn te realiseren. Het zou goed zijn als deze visie ook bij de toekomstige inrichting van het rivierengebied een rol kan spelen. Hierdoor kan enerzijds een heleboel werk worden bespaard, maar kan ook een bijdrage worden geleverd aan de samenhang binnen het rivierengebied. 55

64 56

65 Literatuur Referenties Assche, K. van, M.H. Jacobs. Kwaliteit in complexiteit, ruimtelijke kwaliteit en de kennisontwikkeling daarover. 22, Alterra, Wageningen UR, rapport nummer 61. Buysse, M. Ruimtelijke Kwaliteit, een literatuuronderzoek naar het begrip Ruimtelijke Kwaliteit.Literatuuronderzoek afstudeeronderzoek, Ruimte voor de Rivier, 23, Den Haag. Groenenberg, M.C. Kwaliteit in beeld, een delphi-onderzoek naar milieukwaliteit en ruimtelijke kwaliteit in het landelijke gebied. 1998, A-D druk, Zeist. Hooimeijer, P., H.J.J. Kroon, J. Luttik. Kwaliteit in meervoud, conceptualisering en operationalisering van ruimtelijke kwaliteit voor meervoudig ruimtegebruik. 21, Koninklijke De Swart, Den Haag. Intraval. Toetsend belevingswaardenonderzoek bovenrivierengebied CONCEPT. 23, Groningen Rotterdam. Jacobs, M.H. Landschap 3: het ware, juiste en waarachtige landschap. 22, Alterra, Wageningen UR. Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Vierde nota over de ruimtelijke ordening, deel a: beleidsvoornemen. 1988, SDU uitgeverij, Den Haag. Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Ruimte maken, ruimte delen, Vijfde nota over de ruimtelijke ordening 2/22, PKB deel 3, kabinetsstandpunt, PKB deel 2, resultaten van inspraak, bestuurlijk overleg en advies. 22, Giethoorn ten Brink, Meppel. Pirsig, R.M. Zen en de kunst van het motoronderhoud. 1984, Bakker, Amsterdam. Reijndorp, A. e.a. De kern van het ruimtelijk beleid, een onderzoek naar het begrip ruimtelijke kwaliteit. 1998, WRR, Den Haag. Ruimte voor de Rivier. Startnotitie MER in het kader van de PKB-procedure Ruimte voor de Rivier. 22. Ruimte voor de Rivier. Ruimtelijk kader landelijk niveau de koers. 23a. Werksma, H. Kwaliteit(s)lagen. 22, TNO. Geraadpleegde literatuur Naast de opgenomen referenties is er ook veel andere literatuur geraadpleegd voor de beeldvorming. Deze literatuur is hieronder opgenomen. Akkerman, W., B. Huijsmans, I. Kapteijns, E. van der Spek, M. Spijkerman. Nauw begrensd oneindig land, een onderzoek naar de bruikbaarheid van het begrip 57

66 ruimtelijke kwaliteit bij de analyse, beoordeling en evaluatie van veranderingen in de grondgebonden landbouw in het Noordelijk Zeekleigebied. 1994, Landbouwuniversiteit Wageningen. Beukema, K. Rondom ruimtelijke kwaliteit, de kwaliteitsmeetlat als hulpmiddel voor het verkrijgen van inzicht in de ruimtelijk kwaliteit van de dagelijkse leefomgeving. 1997, Landbouwuniversiteit Wageningen. Demmers, I., M. Harink. De contour maakt geen verschil.paper PlanDAg, Royal Haskoning. Geldof, G.D. Kwaliteit groene Delta: meer tijd, minder afstand. 22, Den Haag. Haasse, H.S. Kwaliteit (een verkenning). 1987, Uitgeverij Bert Bakker, Amsterdam. Habiforum. Handreiking ruimtelijke kwaliteit. 21, Gouda. Jacobs, M.H. Kwaliteit leefomgeving. 2, Alterra, Wageningen UR, rapport nummer 122. Jacobs, M.H., A. van den Berg, R. van Kralingen, F. Langers, S. de Vries. Waterbeelden, een studie naar de beelden van waternatuur onder medewerkers van Rijkswaterstaat. 22, Alterra, Wageningen UR, rapport nummer 512. Mansvelt, J.D. van, M.J. van der Lubbe. Checklist for sustainable landscape management. 1999, Elsevier, Amsterdam. Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Ruimtelijke Kwaliteit, verdieping en verbreding van dit begrip voor Verkeer en Waterstaat. 22. Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Vierde nota over de ruimtelijke ordening extra, deel 4: planologische kernbeslissing nationaal ruimtelijk beleid. 1993, SDU uitgeverij, Den Haag. Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Ruimte maken, ruimte delen, Vijfde nota over de ruimtelijke ordening 2/22. 21, Jellema Grafische Groep, Almelo. Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Balans ruimtelijke kwaliteit Nationale Raad voor Landbouwkundig Onderzoek, Adviesraad voor het Wetenschaps- en Technologiebeleid, Raad voor Natuur- en Milieuonderzoek. Over stromen, kennis- en innovatieopgaven voor een waterrijk Nederland. 2. NIROV. Ruimtelijke kwaliteit opnieuw gewaardeerd, de ruggengraat van de vijfde nota ruimtelijke ordening. 1998, Amsterdam. Ploeg, B. van der, L.M. van den Berg, M.H. Borgstein, A. van den Ham, K.R. de Poel, R. Leopold, R.A.M. Schrijver. Groene Hart met landbouw naar een hoger peil? Over 58

67 de vraag of verhoging van waterpeil kan samengaan met verhoging van ruimtelijke kwaliteit. 21, LEI, Den Haag. Pouwels, R., R. Jochem, M.J.S.M. Reijnen, S.R. Hensen, J.G.M. van der Greft. LARCH voor ruimtelijk ecologische beoordelingen van landschappen. 22, Alterra, Wageningen UR, rapport nummer 492. Provincie Gelderland. Ruimte + Kwaliteit. 22. Provincie Utrecht. Water accommoderen Kwaliteit creëren, quick scan Noordoever Nederrijn-Lek CONCEPT. 23. Raad van advies voor de ruimtelijke ordening. Naar ruimtelijke kwaliteit. 199, SDU uitgeverij, Den Haag. Rijksplanologische dienst. Naar een afwegingskader voor ruimtelijke effecten: het werkmodel CONCEPT. 23. Siraa, H.T., A.J. van der Valk, W.L. Wissink. Met het oog op de omgeving, een geschiedenis van de zorg voor de kwaliteit van de leefomgeving. 1995, SDUuitgevers, Den Haag. Werkgroep landelijk gebied. Hoe duurzaam is ruimtelijke kwaliteit? Discussiebijdragen naar aanleiding van de achtste studiedag van de werkgroep landelijk gebied. 1991, Wageningen. Zoest, J.G.A. van. Landschapskwaliteit, uitwerking van de kwaliteitscriteria in de nota landschap. 1994, DLO-Staring centrum, Wageningen. 59

68 6

69 Verklarende woordenlijst Ambitie: Visie op de inrichting van het rivierengebied die is vastgelegd in de Langetermijnvisie, het Nationaal Ruimtelijk Kader, het Regionaal Ruimtelijk Kader en het belevingswaardenonderzoek Belevingswaardenonderzoek: Onderzoek waarin wordt nagegaan hoe bewoners en gebruikers van het rivierengebied de huidige situatie ervaren Beoordelingskader: Binnendijks: Buitendijks: KAN gebied: Langetermijnvisie: Lopende projecten: Maatregelenpakketten: MER: MER alternatieven: m.e.r.: MKBA: PKB: Rivierengebied: Kader voor de beoordeling van de milieueffecten en voor de identificering en kwantificering van maatschappelijke kosten en baten Van het land af gezien binnen de dijken: aan de land kant van de winterdijk Van het land af gezien buiten de dijken: aan de rivier kant van de winterdijk Knooppunt Arnhem - Nijmegen Visie op de ontwikkeling van het rivierengebied op de lange termijn Maatregelen uit de Blokkendoos die al uitgevoerd worden of gepland zijn Sets van maatregelen die de verhoogde maatgevende rivierafvoer mogelijk maken Milieueffectrapport Verschillende alternatieven die worden vergeleken in de m.e.r. Milieueffectrapportage Maatschappelijke Kosten Baten Analyse: Analyse waarin vanuit een breed welvaartsperspectief een beeld wordt gegeven van de kosten en baten van het alternatief, zo mogelijk voorzien van een financiële waardering Planologische Kern Beslissing: Plan van het Rijk dat een globale schets van de inrichting van de ruimte bevat Rijn vanaf Lobith, de Waal, de IJssel en de Maas vanaf Hedikhuizen 61

70 Ruimtelijke Kwaliteit: Strategie: Toekomstbeelden: Als de maatregelenpakketten de ambities ten aanzien van de criteria van Ruimtelijke Kwaliteit voor het betreffende gebied realiseren en als ook de overige criteria van Ruimtelijke Kwaliteit zo goed mogelijk worden ingepast Regel op basis waarvan een maatregelenpakket wordt samengesteld Verkenningen voor de mogelijke te nemen maatregelen in het rivierengebied 62

71 Bijlage 1 Toelichting criteria Ruimtelijke Kwaliteit Criterium Toelichting Blokkendoos 1 Beoordelingskader 2 Economische gebruikswaarde Landbouw Geschiktheid voor landbouw (minder, gelijk, meer): Beschikbare landbouwoppervlakte Gevolgen wijziging grondwaterpeil ten opzichte van maaiveld Bereikbaarheid vanaf de weg en van landbouwgronden onderling Wijziging areaal landbouwgrond Afgegraven deel blijvend landbouw Verlies landbouwbedrijven Areaalverlies landbouwgrond Mogelijkheden areaal agrarisch natuurbeheer als nevenfunctie agrariërs Productieverandering door maatregel (NGE s) Regionale waterbeheersing Omvang, richting en kwaliteit grondwaterstromen Verandering aantal gebouwen en verkaveling Scheepvaart Recreatie Delfstoffen Bedrijventerreinen en kantoren Geschiktheid voor scheepvaart (minder, gelijk, meer): Diepgang rivieren Toegankelijkheid havens en sluizen Geschiktheid voor recreatie gerelateerde economische ontwikkelingen (minder, gelijk, meer): Beschikbare ruimte voor recreatieve activiteiten Attractiviteit Toegankelijkheid De hoeveelheid keramische klei, ophoogzand, beton en metselzand die per jaar beschikbaar komt ten opzichte van de vraag (optimum) (verslechtering, gelijk, verbetering) Geschiktheid voor bedrijventerreinen en kantoren (minder, gelijk, meer): Bereikbaarheid vanaf de weg/ water Beschikbare ruimte voor bedrijventerreinen en kantoren Economische belevingswaarde Afhankelijk Een hogere gebruikswaarde zal economische een hogere belevingswaarde in de gebruikswaarde hand werken, dit kan voor verschillende functies verschillen (verslechtering, gelijk, verbetering) Economische toekomstwaarde Flexibiliteit Mogelijkheid om snel in te spelen op veranderingen op de markt, dit hangt samen met de inrichting en planning (verslechtering, gelijk, verbetering) Voorraden Voor de delfstoffen is het voor de lange termijn van belang dat er voldoende voorraad beschikbaar is, voor recreatie gaat het om de aanwezigheid van waarden uit de ecologische en culturele kolom (verslechtering, gelijk, verbetering) Ecologische gebruikswaarde Oppervlakte De oppervlakte beschikbaar terrein waar ruimte is voor natuur (minder, gelijk, meer) Verlies bedrijven Areaalverandering functie natuur Verandering areaal dat voldoet aan natuurrichtlijnen Netto verandering areaal natuurwaarde Vaardiepte en breedte, vaarwegprofiel bij lage afvoeren Scheepsverkeerveiligheid bij veelvuldige aanwezigheid van baggerschepen Optreden hinderlijke stroming Consequenties voor de riviergebonden recreatie en de recreatieve gebruiksmogelijkheden Verminderde- of ongeschiktheid bedrijventerreinen Weidsheid, dynamiek, diversiteit, functionaliteit (alleen functionaliteit) Flexibiliteit Robuustheid Realisatie areaal EHS verandering Verandering areaal ecotopen Instandhouding natuurlijke habitats en leefgebieden van aangewezen plant en diersoorten 1 Blokkendoos versie Beoordelingskader versie maart 23

72 Criterium Toelichting Blokkendoos 1 Beoordelingskader 2 Natuurlijke cycli Mate waarin natuur vrij beloop wordt gelaten (minder, gelijk, meer) Milieukwaliteit Versnippering Verdroging Biodiversiteit Vervuiling bodem, water, lucht (vuiler, gelijk, schoner) Opdeling van land in kleinere eenheden door doorsnijding (meer, gelijk, minder) Alle effecten van verlaging van de grondwaterstand op bos, natuur en landschap (meer, gelijk, minder) Variatie in aanwezige flora en fauna (minder, gelijk, meer) Verstoring Verstoring door geluid, recreatie, licht of trillingen (meer, gelijk, minder) Ecologische belevingswaarde Openheid Landschap zonder veel obstakels met kenmerkende vergezichten (minder, gelijk, meer) Natuurlijkheid Mate natuurlijke omgeving met beperkte menselijke ingrepen (laag, gelijk, hoog)*51* Rust Stilte, weinig mensen, ongehaast (minder, gelijk, meer) Ecologische toekomstwaarde Ruimte Gereserveerde ruimte voor ecologische functies, eventueel in aansluiting met andere gebieden, onder andere EHS (minder, gelijk, meer) Oordeel over verandering in voldoen aan natuurrichtlijnen Oordeel verandering areaal natuurwaarde Reductie risico blootstelling aan verontreiniging Sanering oppervlak hotspots Sanering aantal hot spots Milieugevolgen van delfstoffenwinning RvdR ten opzichte van alternatieve winningsmogelijkheden Instandhouding natuurlijk habitats en leefgebieden van aangewezen plant en diersoorten Instandhouding natuurwaarden NB-wet gebieden Gevolgen voor beschermde soorten en populaties Realisatie kwaliteit EHS natuurdoeltypen M3 per verontreinigingsklasse/stof vrijkomende grond Aangeven hoe vrijkomende grond verwerkt wordt Wijze van toepassing ABR en benodigde bergingscapaciteit/depotruimte bij BOR Aangeven omvang contactoppervlak verontreinigde grond Aangeven erosiebestendigheid verontreinigde grond Milieueffect: opleveren gesaneerde locatie Wijze waarop actief bodembeheer is toegepast Plaatsen en mate van herverontreiniging Effect op chloridegehalte door andere indringing zouttong Verandering van de verhouding Maas- en Rijnwater bij drinkwaterinnamepunten Omvang, richting en kwaliteit grondwaterstromen Realisatie kwaliteit EHS natuurdoeltypen Verandering ruimtelijke samenhang Gevolgen voor beschermde soorten en populaties Instandhouding natuurlijke habitats en leefgebieden van aangewezen plant en diersoorten Weidsheid, dynamiek, diversiteit, functionaliteit (alleen weidsheid) Diversiteit flora en fauna Weidsheid, dynamiek, diversiteit, functionaliteit

73 Criterium Toelichting Blokkendoos 1 Beoordelingskader 2 Sociaal/culturele gebruikswaarde Wonen (met water) Mogelijkheden voor huisvesting op of aan het water (minder, gelijk, meer) Verlies woningen Omvang, richting en kwaliteit grondwaterstromen Aantal bewoners, huishoudens en woningen dat geraak wordt Aantal beschadigde woningen Sport en recreatie Mogelijkheden voor recreatie en sport (minder, gelijk, meer): voorzieningen, verscheidenheid Sociaal/culturele belevingswaarde Cultuurhistorische De aanwezigheid van oude waarden bebouwing of structuren (minder, gelijk, meer) Aardkundige waarden Landschappelijke waarden Emotionele binding Kwaliteiten van de niet levende natuur De aanwezigheid van landschappelijke kenmerken die karakteristiek zijn voor een gebied (minder, gelijk, meer) Bijzondere, locatiegebonden gebeurtenissen van groepen mensen die hebben plaats gevonden (minder, gelijk, meer) Sociaal/culturele toekomstwaarde Flexibiliteit Mogelijkheid om snel in te spelen op veranderingen in de omgeving (verslechtering, gelijk, verbetering) Behoud Met name culturele waarden zijn onvervangbaar, deze kunnen in de toekomst alleen nog een rol spelen als deze nu behouden worden (houtwallen, hagen) (verloren, gelijk, behoud) Integrale gebruikswaarde Meervoudig Combinatie van functies (minder, ruimtegebruik gelijk, meer) Beheer/ onderhoud De hoeveelheid moeite en geld die het kost om de situatie te beheren (meer, gelijk, minder) voor de beheerder van het rivierengebied. Integrale belevingswaarde Diversiteit Variatie in landschap (minder, gelijk, meer) Samenhang Meerwaarde van het landschap door samenhang tussen aanwezige waarden (minder, gelijk, meer) Menselijke maat Ingrepen die niet overweldigen (meer, gelijk, minder) Identiteit Aanwezigheid van gebiedsspecifieke kenmerken, uniciteit (minder, gelijk, meer) Effect of recreatie Verlies rijksmonumenten Waardering verandering cultuurhistorische waarden Verlies areaal met hoge archeologische verwachtingswaarde Verlies archeologische monumenten Consequenties voor de riviergebonden recreatie en de recreatieve gebruiksmogelijkheden Toegankelijkheid, voorzieningen Oppervlakte gebied met of aantal bijzondere elementen dat verloren gaat Oppervlakte Belvedère projecten Aantal rijks-, provinciale- en gemeentelijke monumenten dat verloren gaat Oppervlakte gebied met hoge archeologische verwachtingswaarde dat verloren gaat Aantal archeologische monumenten dat verloren zou gaan Oppervlakte gebied met of aantal aardkundige waarden dat verloren gaat Behoud, versterking of vernieuwing van landschapsstructuur Afstand tot rivier Flexibiliteit Robuustheid Inrichtingskosten, aanleg, grondverwerving, verleggen k&i s, onderhoud& beheer en alle ander posten van hierboven (alleen onderhoud en beheer) Effect op onderhoudskosten, herinvesteringskosten en eventueel ander beheer (alleen onderhoudskosten, ander beheer) Verandering ruimtelijke samenhang Zichtbaarheid landbouw

74 Criterium Toelichting Blokkendoos 1 Beoordelingskader 2 Overig Het is mogelijk dat er belangrijke aspecten van Ruimtelijke Kwaliteit gevonden worden die niet in de matrix zijn opgenomen, deze kunnen hier worden opgenomen. Effecten op regionale waterbeheersing Drinkwatervoorziening

75 Bijlage 2 Toelichting Strategieën 1 Strategie buitendijks Met inzet van alleen buitendijkse maatregelen (behalve bij 1d, waar kleinschalige dijkverleggingen als hydraulische knelpunten worden beschouwd); Argumentatie: i.v.m. korte-termijn haalbaarheid; vooral spitten in eigen tuin; sluit aan bij de oorspronkelijke PKB-doelstelling om tot 16. bij voorkeur buitendijks te blijven. 1a Behoudsgericht Functiebehoud (landbouw) in uiterwaarden en behoud LNC-waarden 1a1 Zonder graven in uiterwaarden (verwijdering obstakels); Sterk technische karakter (kribverlaging, veerstoepen, bruggen doorlatend maken); Minimaliseert problemen met grond, vogel- en habitatrichtlijn en archeologie. 1a2 Met graven in uiterwaarden (uiterwaardplannen variant functiebehoud of vigerend beleid), niet in LNC-gebieden; Biedt mogelijkheden voor delfstoffenwinning 1b Ontwikkelingsgericht Ruimtelijke Kwaliteit/ natuurontwikkeling in uiterwaarden staat voorop (realiseren EHS); Uiterwaardplannen gericht op natuurontwikkeling, niet beperkt door LNC 1c Kostenminimalisatie Keuze uit alle buitendijkse maatregelen zónder kleinschalige dijkverleggingen naar efficiëntie. 1d Nog iets goedkoper? Keuze uit alle buitendijkse maatregelen én kleinschalige dijkverleggingen naar efficiëntie. 2 Strategie beperkt binnendijks Met inzet van een selectie van maatregelen bij stedelijke knelpunten (Deventer, Zutphen, Kampen, Haaften en Gorinchem), en verder keuze uit kleinschalige dijkverleggingen en buitendijkse maatregelen (i.v.m. geen-spijt en maatschappelijke haalbaarheid); Pakt alleen de grote knelpunten(flessenhalzen) aan, mede omdat daar kansen voor Ruimtelijke Kwaliteit zijn (en plaatselijk enig draagvlak); Heeft speelruimte om problematiek met grond, vogel- en habitatrichtlijn te beperken. 2a Behoudsgericht Gericht op functiebehoud en behoud LNC-waarden in uiterwaarden; Bijpasses Deventer, Zutphen, Kampen, Haaften en Gorinchem, waar mogelijk met functiebehoud (drempels). 2a1 Zonder graven in uiterwaarden (wel verwijdering obstakels); Minimaliseert problemen met grond, vogel- en habitatrichtlijn en archeologie. 2a2 Met graven in uiterwaarden, behalve waar LNC-waarden; gericht op functiebehoud/ vigerend beleid; Biedt mogelijkheden voor delfstoffenwinning 2b Ontwikkelingsgericht Deventer, Zutphen, Kampen, Haaften en Gorinchem met functiewijziging: natuurontwikkeling en/of stedenbouwkundige ontwikkeling; Uiterwaardmaatregelen gericht op (natuur)ontwikkeling; (kan een soort mma opleveren) 2c Kostenminimalisatie Met verwijdering stedelijke knalpunten waar da de kosten-effectiefste maatregelen zijn, en verder keuze uit alle buitendijkse maatregelen en kleinschalige dijkverleggingen. 3 Strategie binnendijks Zonder retentie, maar met vrij gebruik van alle typen binnendijkse afvoervergrotende maatregelen; Biedt maximale keuzevrijheid maar kosteneffectiviteit, veel speelruimte i.r.t. lange termijn (flexibiliteit); kansen kunnen worden gegrepen (nu-of-nooit situaties); Beperkt problematiek inzake vervuilde grond, archeologie en vogel- en habitatrichtlijn. 3a Behoudsgericht Functiebehoud bij groene rivieren en dijkterugleggingen waar mogelijk in een poging maatschappelijk weinig ingrijpend te zijn. 3b Ontwikkelingsgericht Zoveel mogelijk Ruimtelijke Kwaliteit trachten te realiseren door een volgorde van inzet naar bijdrage aan RK (dit kan een soort MMA opleveren: hierbij waarschijnlijk alle stedelijke knelpunten verwijderd). 3c Kostenminimalisatie Keuze uit alle maatregelen behalve retentie, in volgorde van efficiëntie; Is in absolute termen het goedkoopste rivierverruimingsalternatief zonder retentie. 4 Retentiestrategie Met eerst inzet van retentie (Rijnstrangen en Ooijpolder) en met reductie zijdelingse toestroming IJssel Sluit aan bij de WB-21 trits: vasthouden, bergen, afvoeren (net als dijkverhoging en niets doen relevant ter vergelijking); Een goede internationale uitstraling.

76 Bijlage 3 Maatregelen traject Arnhem Zutphen per strategie Code WL Km Omschrijving Rivier Type 1a1 1a2 1b 1c 1d 2a1 2a2 2b 2c 3a 3b 3c 4 53hl 926,2-935,1 Bypass Zutphen, huidig landgebruik IJssel (tot Hattem) Groene rivier x x x 53na 926,2-935,1 Bypass Zutphen, natuur IJssel (tot Hattem) Groene rivier x ,9-885,5 Lathum IJssel (tot Hattem) Grootschalige dijkverlegging x x ,-924, Cortenoever IJssel (tot Hattem) Grootschalige dijkverlegging x ,2-925,2 Rhienderen IJssel (tot Hattem) Grootschalige dijkverlegging x kadijboven 878,6-974,1 integrale kadeverlaging, bovenloop IJssel IJssel (tot Hattem) Kade x x x x x x x x kadwegijboven 878,6-974,1 integrale kadeverwijdering, bovenloop IJssel IJssel (tot Hattem) Kade x x ,7-886,1 voormalige steenfabriek Velp/Rheden IJssel (tot Hattem) Knelpunt x x 48 89,-93, 162 (bebouwing en weg Doesburg-Ellecom) IJssel (tot Hattem) Knelpunt x x x x x x x x x ,2-915,2 kade De Schans IJssel (tot Hattem) Knelpunt x x 5 924,-924,1 hoogwatervrij terrein Stokebrand en hoog g IJssel (tot Hattem) Knelpunt x x x 92_hl 884,-884, Duivense Broek Huidig landgebruik IJssel (tot Hattem) Retentie x Y7_3 884,2-887,5 Koppenwaard IJssel (tot Hattem) Uiterwaardplan x x Y13_Y15_2 89,8-91,8 Havikerwaard en Noordingsbouwing IJssel (tot Hattem) Uiterwaardplan x x Y16_1 93,2-94,7 Fraterwaard IJssel (tot Hattem) Uiterwaardplan x Y18_3 94,5-916,6 Olburgsche waard IJssel (tot Hattem) Uiterwaardplan x x x Y18_Y2_2 94,5-916,6 Olburgsche waard en Spaansweerd IJssel (tot Hattem) Uiterwaardplan x x Y21_1 916,6-921,8 Bronkhorster waarden IJssel (tot Hattem) Uiterwaardplan x x x Y22_1 918,7-925,2 Reuversweerd IJssel (tot Hattem) Uiterwaardplan x Y22_2 918,7-925,2 Reuversweerd IJssel (tot Hattem) Uiterwaardplan x In het overzicht zijn alle maatregelen opgenomen die, op het traject Arnhem Zutphen deel uitmaken van de strategieën. In geel gearceerde strategieën zijn de strategieën die deel uit maken van de case studie en zullen worden beoordeeld op Ruimtelijke Kwaliteit. De geel gearceerde maatregelen in de eerste kolom zijn de maatregelen die deel uit maken van een of meer strategieën uit de case studie.

77 Bijlage 4 Beschrijving maatregelen Van het retentiegebied Duivense Broek en de kadeverlaging zijn geen beschrijvingen beschikbaar. Overzichtskaart groene rivieren 53hl Groene rivier Zutphen, huidig landgebruik MHW-winst (m):,624 Groene rivier Zutphen

78 Overzichtskaart grootschalige dijkverleggingen 252 Grootschalige dijkverlegging Lathum Het gaat hier om het terugleggen van de bandijk, tot aan het dorpje Lathum. In totaal zal de dijk over 1.5 km worden teruggelegd. Hierdoor wordt 31.1 ha toegevoegd aan het buitendijksgebied. Dit gebied zal worden ingericht als natuur. Door deze dijkteruglegging kan het water gemakkelijker de Koppenwaard instromen. MHW-winst (m):,161 Grootschalige dijkverlegging Lathum 57 Grootschalige dijkverlegging Rhienderen Dit betreft, net als de dijkteruglegging Cortenoever, het terugleggen van de Brummense bandijk. Bij deze variant wordt de dijk echter over een langer traject en verder landinwaarts teruggelegd. Bij deze variant komen de dorpen Reuvensweerd en Holthuizergoed buitendijks te liggen. MHW-effect (m):,267

79 Overzichtskaart knelpunten 135 Knelpunt voormalige steenfabriek Velp/Rheden Dit hydraulisch knelpunt omvat de grote voormalige steenfabriek Velp/Rheden. Verwijdering van deze fabriek resulteert zowel in een verbetering van de relatie tussen Veluwe en IJsseldal als van de doorstroomcapaciteit van de Velperwaarden. MHW-effect (m):.35 Knelpunt voormalige steenfabriek Velp/Rheden

80 48 Knelpunt weg Doesburg Ellecom en kades Bij deze maatregel worden de kades op de linker en rechteroever van de IJssel aan de noordzijde van de Valeplas verlaagd. De voorliggende oevers worden tevens verlaagd. Deze maatregel moet in combinatie met het verwijderen van de bebouwing/weg Doesburg-Ellecom (162) uitgevoerd worden. Samen leveren ze een aanzienlijke waterstandsverlaging op. Knelpunt weg Doesburg Ellecom en kades MHW-effect (m): Knelpunt De Schans Kade de Schans is gelegen in de Brummensche waard. Verlaging van deze kade bevordert de doorstroming van de uiterwaard. MHW-effect (m):.3 Knelpunt De Schans 5 Knelpunt Hoogwatervrijterrein Stokebrand De hooggelegen terreinen De Stokebrand en De Harenberg liggen ten zuiden van Zutphen. Deze terreinen zullen worden verlaagd. Kade de Schans is gelegen in de Brummensche waarden. Verlaging van deze kade bevordert de doorstroming van de uiterwaard. MHW-effect (m):.23 Knelpunt hoogwatervrijterrein Stokebrand

81 Overzichtskaart retentie 92_hl Retentie Duivense Broek, huidig landgebruik MHW-effect (m):,273 Retentie Duivense Broek

82 Y18_3 Olburgsche waard Beschrijving Deze uiterwaard ligt in een markante bocht in de IJssel met een afwisseling van landbouw en natuurgronden. Daarnaast bevinden zich in deze uiterwaard een aantal grote zandwin-putten die deels recreatief gebruikt worden (jachthaven). Deze variant gaat zoveel mogelijk uit van handhaving van de landbouw. De bestaande plassen worden verkleind en verondiept. Tegelijkertijd wordt het maaiveld verlaagd, net als een deel van de zomerkades parallel aan de zandwinputten. De veerdam van het veer Olburgen - Dieren wordt doorlatend gemaakt. Daarnaast vindt er een kleinschalige dijkverlegging plaats ter hoogte van Olburgen Ingrepen Zomerkades verlagen Doorlatend maken veerdam Afgraven maaiveld met behoud van landbouwfunctie Verondiepen en verkleinen waterplassen Kleinschalige dijkverlegging

83 Y18_Y2_2 Olburgsche waard en Spaansweerd Beschrijving De uiterwaard Olburgsche waard ligt in een markante bocht in de IJssel met een afwisseling van landbouw en natuurgronden. Daarnaast bevinden zich in deze uiterwaard een aantal grote zandwinputten die deels recreatief gebruikt worden (jachthaven). Deze variant gaat zoveel mogelijk uit van handhaving van de landbouw. De bestaande plassen worden verkleind en verondiept. Tegelijkertijd wordt het maaiveld verlaagd, net als een deel van de zomerkades parallel aan de zandwinputten. De veerdam van het veer Olburgen - Dieren wordt doorlatend gemaakt. Landgoed Spaansweerd, in de Brummensche waarden is een karakteristieke, waardevolle uiterwaard met afwisselend landbouw en natuurgronden. Belangrijke andere aspecten ven dit gebied zijn de beektoevoeren, de oude strang De Hank en de groene dijk zonder infrastructuur. Het maaiveld wordt het verlaagd, met behoud van het huidige landgebruik. De maaiveldverlaging gebeurt reliëf volgend. Bosvorming in de stroomluwe delen wordt toegestaan Ingrepen Zomerkades verlagen Doorlatend maken veerdam Afgraven maaiveld met behoud van landbouwfunctie Verondiepen en verkleinen waterplassen Maaiveld verlagen met behoud landbouw Verlagen zomerkades Verlagen kade Grote Beek Bos (in stroomluwe delen)

84 Bijlage 5 Beoordeling maatregelen in de Blokkendoos Deze tabel is gebaseerd op de gegevens uit de Blokkendoos, versie oordeel # ha? ha # # ha ha oordeel ha oordeel ha # ha oordeel # oordeel # # Code WL Omschrijving foto(s) aanwezig luchtopname aanwezig visualisatie aanwezig effect Ruimtelijke Kwaliteit koers effect Ruimtelijke Kwaliteit score sanering aantal hotspots sanering oppervlak hot spots reductie risico blootstelling aan verontreiniging wijziging areaal landbouwgrond verlies landbouw bedrijven verlies NGE's afgegraven areaal blijvend landbouw netto verandering areaal natuurwaarde oordeel verandering areaal natuurwaarde verandering areaal dat voldoet aan natuurrichtlijnen oordeel over verandering voldoen aan natuurrichtl. areaal verandering functie verlies archeologische monumenten verlies areaal met hoge archeologische verw.waarde waardering verandering cultuurhistorische waarde verlies Rijksmonumenten effect op recreatie verlies bedrijven verlies woningen 53hl Bypass Zutphen, huidig landgebruik X X 252 Lathum X X X 31, Rhienderen X X X 228,9 236 kadijboven integrale kadeverlaging, bovenloop IJssel X X voormalige steenfabriek Velp/Rheden X X (bebouwing en weg Doesburg-Ellecom) X X X 13 kade De Schans X X,6 1 5 hoogwatervrij terrein Stokebrand en hoog g X X X 1,5 5 1,5 1 92_hl Duivense Broek Huidig landgebruik X X Y18_3 Olburgsche waard X X NL -23, ,6 29 Y18_Y2_2 Olburgsche waard en Spaansweerd X X Nlr -* 34, ,6-172 * Maatregel draagt niet bij aan hoofdkoers. Teveel accent op landbouw.

85 Bijlage 6 Beoordeling maatregelenpakketten in het Beoordelingskader Deze tabel is gebaseerd op de samenvatting van de analyse van de strategieën van 28 mei 23 Werkgroep Ruimtelijke Kwaliteit Grond Natuur Landschap, cultuurhistorie Wonen, werken 7 Traject/ maatregel Traject Westervoort - Zutphen 1a1, buitendijks, behoudsgericht, met graven uiterwaarden 2a2, buitendijks, behoudsgericht, zonder graven uiterwaarden 3b, binnendijks, ontwikkelingsgericht 4, retentie Toelichting Score Toelichting Score Toelichting Score Toelichting Score Toelichting Geen maatregelen van invloed op regionale Ruimtelijke Kwaliteit Voegt niets toe aan regionale Ruimtelijke Kwaliteit + Sluit aan bij verbreed rivierlint - Bij handhaving van huidig landgebruik scoort deze strategie negatief IJssel 1 - /- +/- - Remt ontwikkelingen langs riviertakken op korte termijn; dus geen impuls voor E.H.S. Lokale en lopende initiatieven worden afgeremd. Rivierengebied 2 IJssel (tot Werken Hattem) 8 11, 12 Landbouw Recreatie 13 Rivierengebied + (9) + (11) ++ + Verandering + (8) areaal natuur 3 (28) Realisatie + (75) ++ +(74) natuurdoelen 4 (74) (79) Vogel- en Graseters habitatrichtlijn Compensatie graseters 6 kwartelkoning slobeend + +//- +/ +//- grutto -//+ - -//+ Ecologische +(2) + (2) ++ (3) + (2) netwerken 3 Samenhang Totaal Wonen ??

86 Belevingswaarde n 1 Omdat strategieën verschillend scoren op de deelgebieden is het lastig om totaal scores te geven 2 In alle strategieën kan een positievere score behaald worden door de keuze van natuurvriendelijke maatregelen/ varianten van maatregelen. Dit geld zeker ook voor de strategieën 1b, 2b, 3b. 3 areaal toename in % 4 similariteit in % 5 Bij de beoordeling is uitgegaan dat onder natuurlijk grasland vrij ruig grasland wordt verstaan, dat niet bemest wordt en hooguit een jaarrond begrazing met vee kent. Dit type heeft een veel sterkere nadelige invloed op de grasetende vogelsoorten dan een natuurlijk grasland waarbij regelmatig (minstens 1x per jaar) het hooi wordt afgevoerd. 6 aantal trajecten waarbij compensatie voor graseters mogelijk is 7 Aannames: Verplaatsing van bedrijven is niet negatief omdat er een goede vervangende plek wordt gevonden Verlies aan woningen is altijd negatief omdat verplichte verhuizing altijd ingrijpt in iemands belevingswereld. Daarbij geldt echter dat, op termijn, de nieuwe woonsituatie een verbetering kan zijn Binnendijkse maatregelen hebben per definitie grotere gevolgen voor wonen en werken omdat het binnendijkse gebied intensiever gebruikt wordt dan het buitendijkse gebied. 8 Bedrijven: aantal t/m 4 (en aantal bedrijven max. 1) score = ; aantal 5 t/m 16 score = +, aantal >16 score = ++ Woningen: aantal = score =, aantal < 25 score = -, aantal > 25 score = -- 9 Aantal Werknemers 1 Aantal Woningen 11 Inclusief lopende projecten 12 1= grootste effect (1-12) 13 afhankelijk toegankelijkheid, veiligheid, mogelijkheden recreatief medegebruik, compensatie door maatregelen aangetaste recreatieve waarden, opheffen bestaande knelpunten

87 Bijlage 7 Beoordeling maatregelen op criteria van Ruimtelijke Kwaliteit 53hl, Groene rivier Zutphen, huidig landgebruik Criterium Score Toelichting Landbouw - De maatregel wordt uitgevoerd met behoud van huidig landgebruik. Voor de groene rivier zal echter wel landbouwgrond moeten worden opgeofferd. Daarnaast zal de bereikbaarheid waarschijnlijk verminderen. Ook zal de grondwaterstand in een groter gebied variabel worden, wat negatief is voor de landbouw. Scheepvaart Recreatie Te kleinschalig voor ontplooiing economische activiteiten Delfstoffen?? Bedrijventerreinen en Geen verlies van bedrijven en kantoren, deze waren hier ook niet gepland kantoren Afhankelijk economische gebruikswaarde -//+ Voor de landbouw wordt het gebied wat minder aantrekkelijk terwijl recreatieve mogelijkheden het gebied juist weer aantrekkelijker kunnen maken. Beide ontwikkelingen hebben zijn echter maar geringe invloed Flexibiliteit - De groene rivier is niet zomaar te verleggen Voorraden Oppervlakte Behoud landgebruik dus geen natuurontwikkeling Natuurlijke cycli Behoud landgebruik dus geen natuurontwikkeling Milieukwaliteit Behoud landgebruik dus geen natuurontwikkeling, geen vervuilde grond aanwezig Versnippering +/- Groene rivier vormt aaneengesloten gebied wat corridor kan vormen, maar water kan ook belemmering vormen om over te steken. Verdroging Geen natuur Biodiversiteit + Ander type landgebruik in landbouwgebied Verstoring Openheid - Langs de groene rivier zullen dijken worden gelegd. Dit heeft een negatief effect op de openheid van het landschap. Hierbij moet worden opgemerkt dat de groene rivier niet in de uiterwaard ligt. Natuurlijkheid Behoud landgebruik dus geen natuurontwikkeling Rust Ruimte Geen ruimte voor ecologische functies gereserveerd Wonen (met water) + Geen huizen verwijderd. Er liggen kansen om de groene rivier te combineren met aantrekkelijk wonen langs het water. Sport en recreatie + Er liggen kansen Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden Landschappelijke + Kansen om landschappelijke structuren te benadrukken en herstellen waarden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud Meervoudig + Kansen door de groene rivier te combineren met recreatiemogelijkheden ruimtegebruik Beheer/ onderhoud - Beheer groene rivier is meer werk voor de overheid dan landbouwgebied Diversiteit Samenhang + Past in karakter IJssel, kansen voor relatie buiten-, binnendijks Menselijke maat Past bij maatvoering IJssel als het niet een te grote plas wordt zoals is ingetekend Identiteit + Benadrukken stadsgezicht, past bij kronkelwaarden Overig + Er liggen kansen als de ontwikkeling van de groene rivier onderdeel uitmaakt van de stedelijke ontwikkelingsplannen van Zutphen 252, Grootschalige dijkverlegging Lathum Criterium Score Toelichting Landbouw Geen verandering voor huidige landbouw Scheepvaart Recreatie Meer recreatiemogelijkheden maar te kleinschalig voor economische doeleinden, in groter verband wellicht mogelijkheden Delfstoffen?? Bedrijventerreinen en - Er gaat één bedrijf verloren kantoren Afhankelijk - Niet aantrekkelijk buitendijks economische activiteiten te ontplooien economische gebruikswaarde Flexibiliteit - Buitendijks gebied onaantrekkelijker voor ontplooiing economische activiteiten Voorraden + Kansen gecreëerd voor recreatie Oppervlakte + Natuurontwikkeling (31,1 ha) Natuurlijke cycli + Natuurontwikkeling Milieukwaliteit Versnippering Verdroging Biodiversiteit + Natuurontwikkeling Verstoring Openheid Ligt ook aan soort natuur die ontwikkeld gaat worden. Natuurlijkheid + Natuurontwikkeling Rust + Groter gebied afgeschermd van Lathum Ruimte + Groter gebied voor ecologische functies Wonen (met water) - Er gaan 3 woningen verloren Sport en recreatie + Natuurontwikkeling biedt mogelijkheden voor recreatieve activiteiten, uitloopgebied netwerkstad Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden Landschappelijke - Dijkverlegging verstoort dijkbeeld waarden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud - Karakteristieke woningen aan dijk verloren Meervoudig + Natuurontwikkeling en Ruimte voor de Rivier ruimtegebruik Beheer/ onderhoud - Onderhoud zal meer inspanning kosten, onder andere afhankelijk soort natuur Diversiteit + Natuur is nieuw in dit gebied Samenhang - Ligt ook aan soort natuur Menselijke maat - Rechte dijk past niet Identiteit - Bewoning direct achter dijk verdwijnt Overig

88 57, Grootschalige dijkverlegging Rhienderen Criterium Score Toelichting Landbouw - Natuurontwikkeling waar nu landbouw is (verlies landbouw staat niet in Blokkendoos) Scheepvaart Recreatie Veel natuur ontwikkeld maar dit hoeft nog niet te betekenen dat het gebied economisch gezien recreatief aantrekkelijk wordt Delfstoffen?? Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk - Geen ruimte voor economische activiteiten economische gebruikswaarde Flexibiliteit - Buitendijks gebied is minder aantrekkelijk voor economische activiteiten Voorraden Oppervlakte ++ Zeer groot oppervlak natuurontwikkeling (228,9 ha) Natuurlijke cycli + Natuurontwikkeling Milieukwaliteit Geen vervuiling opgeruimd Versnippering Verdroging?? Biodiversiteit + In landbouwgebied nieuwe natuur ontwikkeld Verstoring Openheid Afhankelijk soort natuur ontwikkeling Natuurlijkheid + Natuurontwikkeling Rust + Buitendijks natuurgebied zal rustig zijn Ruimte + Meer ruimte ecologische functies Wonen (met water) - Dorpen Reuvensweerd en Holthuizergoed komen buitendijks te liggen Sport en recreatie + Mogelijkheden voor combinatie natuurontwikkeling met recreatie (niet in Blokkendoos) Cultuurhistorische - Belvedère gebied: zorgvuldige inpassing vereist waarden Aardkundige waarden Landschappelijke - Dijkverlegging verstoort dijkbeeld waarden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud - Karakteristieke elementen zoals de dijk en woningen verloren Meervoudig + Natuurontwikkeling en Ruimte voor de Rivier ruimtegebruik Beheer/ onderhoud - Meer onderhoud vereist Diversiteit + Natuurontwikkeling tussen voornamelijk landbouw Samenhang Sluit aan bij EHS Menselijke maat Maatregel past in maatvoering Identiteit Overig KadIJboven, Integrale kadeverlaging, bovenloop IJssel Criterium Scor Toelichting e Landbouw Scheepvaart Recreatie Veel natuur ontwikkeld maar dit hoeft nog niet te betekenen dat het gebied economisch gezien recreatief aantrekkelijk wordt, het gaat om een zeer smal langgerekt gebied. Delfstoffen?? Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk Te smal om mogelijkheden te bieden voor economische activiteiten economische gebruikswaarde Flexibiliteit Voorraden Oppervlakte + Ontwikkeling natuurlijke oevers (45 ha natuurontwikkeling) Natuurlijke cycli + Ruimte voor natuur Milieukwaliteit Versnippering + Aaneengesloten stuk natuur langs rivier ontwikkeld Verdroging?? Biodiversiteit + Natuurontwikkeling Verstoring Openheid Natuurlijkheid + Natuurlijke oevers Rust Ruimte + Natuurontwikkeling Wonen (met water) Sport en recreatie + Natuurlijke oevers aantrekkelijker voor recreatie, bieden meer mogelijkheden Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden Landschappelijke waarden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud Meervoudig + Natuur ontwikkeling en veiligheid ruimtegebruik Beheer/ onderhoud - Meer onderhoud nodig Diversiteit Samenhang Menselijke maat Identiteit Overig

89 135, Verwijderen voormalige steenfabriek Velp/Rheden Criterium Scor Toelichting e Landbouw Scheepvaart Recreatie Delfstoffen Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk economische gebruikswaarde Flexibiliteit Voorraden Oppervlakte + Op plaats fabriek wordt natuur ontwikkeld (3 ha) Natuurlijke cycli + Natuurontwikkeling Milieukwaliteit Versnippering Verdroging Biodiversiteit Verstoring Openheid + Obstakel wordt verwijderd Natuurlijkheid + Natuur in plaats van vervallen fabriek Rust Ruimte + Natuurontwikkeling Wonen (met water) - Twee woningen gaan verloren Sport en recreatie + Aantrekkelijker gebied Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden Landschappelijke waarden + Verbeterde relatie Veluwe en IJsseldal Steenfabriek is vervallen, geen gemis in landschap Emotionele binding Flexibiliteit Behoud Meervoudig + Natuurontwikkeling en veiligheid ruimtegebruik Beheer/ onderhoud Diversiteit Samenhang + Verbetering relatie Veluwe en IJsseldal Menselijke maat + Grote vervallen fabriek verwijderd Identiteit Overig 48, Verwijderen bebouwing en weg Doesburg Ellecom Criterium Scor Toelichting e Landbouw - Verwijderen weg kan nadelige gevolgen hebben voor bereikbaarheid landbouw Scheepvaart Recreatie Te kleinschalig voor economische activiteiten voor recreatie Delfstoffen Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk economische gebruikswaarde Flexibiliteit Voorraden Oppervlakte + Kadeverlaging gaat gepaard met natuurontwikkeling (staat niet in Blokkendoos) Natuurlijke cycli + Kadeverlaging gaat gepaard met natuurontwikkeling Milieukwaliteit Versnippering + Verwijderen weg vermindert versnippering, aanleg natuurlijke kade vormt verbindingszone Verdroging Biodiversiteit + Natuurlijke kade habitat nieuwe soorten in landbouwgebied Verstoring Openheid + Verwijdering weg zorgt voor openheid Natuurlijkheid + Verwijdering weg en natuurlijke oever geeft natuurlijker aanzicht Rust Ruimte + Natuurlijke oever Wonen (met water) - Woningen moeten verdwijnen, geen nieuwe woonlocatie aan water Sport en recreatie + Oeverrecreatie wordt aantrekkelijker, meer mogelijkheden Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden - Maatregelen in aardkundig waardevol gebied, verlaging oever zou deze waarden kunnen aantasten Landschappelijke waarden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud Meervoudig + Natuurontwikkeling en veiligheid ruimtegebruik Beheer/ onderhoud - Natuurlijke oever vergt meer onderhoud Diversiteit + Natuurlijke oever Samenhang Menselijke maat Identiteit Overig

90 13, Verwijderen kade De Schans Criterium Scor Toelichting e Landbouw Scheepvaart Recreatie Delfstoffen Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk economische gebruikswaarde Flexibiliteit Voorraden Oppervlakte + Oppervlakte natuur neemt, in zeer geringe mate, toe (,6 ha) Natuurlijke cycli Te verwaarlozen gezien kleine opp. Natuurontwikkeling Milieukwaliteit Versnippering Verdroging Biodiversiteit Verstoring Openheid Kade wordt verwijderd Natuurlijkheid Rust Ruimte Wonen (met water) Sport en recreatie Cultuurhistorische - Kade is uit cultuurhistorisch oogpunt mogelijk waardevol waarden Aardkundige waarden Landschappelijke waarden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud - Kade is mogelijk waardevolle karakteristiek Meervoudig ruimtegebruik Beheer/ onderhoud Diversiteit Samenhang Menselijke maat Identiteit - Mogelijk gaat kenmerkende waarde verloren Overig 5, Verwijderen hoogwatervrij terrein Stokebrand en hoog gelegen terrein Harenberg Criterium Scor e Toelichting Landbouw Scheepvaart Recreatie Delfstoffen Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk economische gebruikswaarde Flexibiliteit Voorraden Oppervlakte + Er wordt een geringe hoeveelheid natuur ontwikkeld (1,5 ha) Natuurlijke cycli Milieukwaliteit Versnippering Verdroging Biodiversiteit Verstoring Openheid Natuurlijkheid Rust Ruimte Wonen (met water) - Er moeten huizen wijken (volgens Blokkendoos slechts één) Sport en recreatie Cultuurhistorische - 1,5 ha gebied met hoge archeologische verwachtingswaarde verloren waarden Aardkundige waarden - Maatregel wordt genomen in aardkundig waardevol gebied, deze waarden worden mogelijk aangetast Landschappelijke waarden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud Meervoudig ruimtegebruik Beheer/ onderhoud Diversiteit Samenhang Menselijke maat Identiteit Overig

91 92_hl, Retentie Duivense Broek, huidig landgebruik Criterium Scor Toelichting e Landbouw Er vanuit gaande dat er compensatie wordt geboden voor geleden schade Scheepvaart Recreatie Delfstoffen?? Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk - Mogelijkheid onder water zetting maakt gebied minder aantrekkelijk voor economische activiteiten economische gebruikswaarde Flexibiliteit - Er moet altijd rekening gehouden worden met de mogelijkheid van overstromingen Voorraden Oppervlakte + Natuurontwikkeling (28,6 ha) Gemiste kansen voor verdere natuurontwikkeling in KAN gebied Natuurlijke cycli Milieukwaliteit Versnippering Verdroging Biodiversiteit Verstoring Openheid +/- Dijken om het retentiegebied zullen de openheid van het landschap verminderen. Anderzijds zal door de retentiefunctie het retentiegebied zelf wel open blijven. Natuurlijkheid Rust Ruimte Wonen (met water) - Woningen zullen moeten verdwijnen of worden aangepast aan de mogelijke inlaat van water. Nieuwe woningen zullen niet mogen worden gebouwd. Sport en recreatie Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden Landschappelijke waarden Emotionele binding Flexibiliteit - Bij ontwikkelingen zal altijd rekening gehouden moeten worden met de retentie functie Behoud Meervoudig + Veiligheid en landbouw ruimtegebruik Beheer/ onderhoud - Beheer zal meer inspanning vergen, dijken moeten in stand gehouden worden Diversiteit Samenhang Menselijke maat - Ingreep te grootschalig voor IJssel Identiteit Overig Y18_3, Uiterwaardplan Olburgsche waard Criterium Sco Toelichting re Landbouw - Daar waar de dijk wordt verlegd wordt landbouw vervangen door natuur (24,4 ha landbouwgebied verloren) Scheepvaart Recreatie Delfstoffen?? (zandwinputten alleen nog voor recreatie of ook nog gebruikt) Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk - Geen ruimte voor economische activiteiten economische gebruikswaarde Flexibiliteit Voorraden Oppervlakte + Natuurontwikkeling waar dijk wordt verlegd (28,6 ha) Natuurlijke cycli + Natuurontwikkeling Milieukwaliteit Versnippering Verdroging Biodiversiteit Is al natuur aanwezig, diversiteit zal niet veranderen Verstoring Openheid Natuurlijkheid Rust Ruimte + Meer ruimte voor natuur Wonen (met water) Sport en recreatie Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden Landschappelijke Slechts kleinschalige dijkverlegging, karakter van de dijk gaat hierdoor niet verloren waarden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud Meervoudig + Natuur, landbouw, veiligheid ruimtegebruik Beheer/ - Onderhoud natuur vergt meer onderhoud onderhoud Diversiteit Samenhang Menselijke maat Identiteit Overig

92 Y18_Y2_2, Uiterwaard Olburgsche waard en Spaansweerd Criterium Scor Toelichting e Landbouw +/- Oppervlakte beschikbaar voor landbouw neemt toe (34,4 ha). Maaiveld verlaagd waardoor landbouw minder productief zal zijn. (hoger grondwaterpeil t.o.v. maaiveld) Scheepvaart Recreatie Delfstoffen?? Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk - Geen intensieve landbouw meer mogelijk. economische gebruikswaarde Flexibiliteit Voorraden Oppervlakte - Oppervlakte natuur neemt af (27,6 ha) (volgens Blokkendoos, blijkt echter niet uit beschrijving) Natuurlijke cycli +/- Het oppervlak natuur gaat verloren, maar door de minder intensieve landbouw is ook hier ruimte voor natuurlijke cycli. Milieukwaliteit Versnippering Verdroging?? Biodiversiteit Verstoring Openheid Natuurlijkheid + Bosvorming in stroomluwe delen Rust Ruimte - Minder ruimte voor natuur Wonen (met water) Sport en recreatie Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden Landschappelijke waarden + Reliëf volgende maaiveldverlaging levert versterking oude structuren op Beken, strangen, groene dijk, behouden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud + Waardevolle elementen behouden en benadrukt Meervoudig ruimtegebruik Beheer/ onderhoud Diversiteit Samenhang Menselijke maat Identiteit + Karakteristieken behouden en versterkt Overig

93 Bijlage 8 Vergelijking beoordeling maatregelen 53hl, Groene rivier Zutphen, huidig landgebruik Criterium Score Score Toelichting Toelichting Vergelijking Landbouw - - De maatregel wordt uitgevoerd met behoud van huidig landgebruik. Voor de Hoeveelheid zelfde, loopt wel onder groene rivier zal echter wel landbouwgrond moeten worden opgeofferd. Daarnaast zal de bereikbaarheid verminderen. Ook zal de grondwaterstand in een groter gebied variabel worden, wat negatief is voor de landbouw. Scheepvaart Recreatie + Te kleinschalig voor ontplooiing economische activiteiten Ondanks kleinschaligheid wel kansen gezien / recreatie niet economisch bekeken Delfstoffen?? Bedrijventerrei nen en kantoren Afhankelijk economische gebruikswaard e - Geen verlies van bedrijven en kantoren, deze waren hier ook niet gepland -//+ Voor de landbouw wordt het gebied wat minder aantrekkelijk terwijl recreatieve mogelijkheden het gebied juist weer aantrekkelijker kunnen maken. Beide ontwikkelingen hebben zijn echter maar geringe invloed Flexibiliteit - + De groene rivier is niet zomaar te verleggen Voorraden Oppervlakte + Behoud landgebruik dus geen natuurontwikkeling Natuurlijke cycli + Behoud landgebruik dus geen natuurontwikkeling Milieukwaliteit + Behoud landgebruik dus geen natuurontwikkeling, geen vervuilde grond aanwezig Versnippering +/- - Groene rivier vormt aaneengesloten gebied wat corridor kan vormen, maar water kan ook belemmering vormen om over te steken. Verdroging Biodiversiteit Verstoring Openheid Natuurlijkheid In dit gebied geen In dit gebied geen bedrijventerreinen en kantoren dus geen verandering dus (in vergelijking met huidige situatie geen verandering) gemiddeld VERSCHIL! Groene rivier wordt gezien als natuurlijke rivier, dit hoeft echter niet (begripsverwarring) Groene rivier wordt gezien als natuurlijke rivier, dit hoeft echter niet (begripsverwarring) Groene rivier wordt gezien als natuurlijke rivier, dit hoeft echter niet (begripsverwarring) Slechts één aspect bezien + Geen natuur Er vanuit gegaan dat er nu verdroging is + Ander type landgebruik in VERSCHIL! landbouwgebied -? Langs de groene rivier komen dijken. Dit Ligt aan de heeft een negatief effect op de openheid openheid van de van het landschap. Hierbij moet worden groene rivieren opgemerkt dat de groene rivier niet in de uiterwaard ligt. + Behoud landgebruik dus geen natuurontwikkeling Groene rivier wordt gezien als natuurlijke rivier, dit hoeft echter niet (begripsverwarring) Rust + Groene rivier wordt gezien als natuurlijke rivier, dit hoeft echter niet (begripsverwarring) Ruimte +/- Geen ruimte voor ecologische functies gereserveerd Wat doen de dijken met de ruimte Begrip anders geïnterpreteerd Wonen (met water) + - Geen huizen verwijderd. Er liggen kansen om de groene rivier te combineren met aantrekkelijk wonen langs het water. In dit gebied geen huizen aanwezig dus geen verandering dus (in Criterium Sport en recreatie Score Score Toelichting Toelichting Vergelijking vergelijking met huidige situatie geen verandering) + + Er liggen kansen Zorg bij inrichting voor meervoudig ruimtegebruik Cultuurhistoris che waarden Aardkundige waarden Landschappelij + - Kansen voor benadrukken en herstellen ke waarden landschappelijke structuren Emotionele binding Flexibiliteit Behoud Meervoudig ruimtegebruik Beheer/ onderhoud Diversiteit Samenhang + - Past in karakter IJssel, kansen voor relatie buiten-, binnendijks - VERSCHIL! Grote dijken bij een groene rivier VERSCHIL! Twee verschillende relevante aspecten aangestipt - Begrip anders geïnterpreteerd + + Kansen door de groene rivier te stimuleren combineren met recreatiemogelijkheden - - Beheer groene rivier is meer werk voor de overheid dan landbouwgebied Menselijke maat - Past bij maatvoering IJssel als het niet een te grote plas wordt zoals is ingetekend Identiteit + - Benadrukken stadsgezicht, past bij kronkelwaarden Overig + Kansen als de ontwikkeling van de groene rivier onderdeel uitmaakt van de stedelijke ontwikkelingsplannen van Zutphen Wat doen die dijken in het landschap, gelet op ruimte? De dijken vormen scherpe grenzen in het landschap VERSCHIL! VERSCHIL! VERSCHIL!

94 252, Grootschalige dijkverlegging Lathum Criterium Score Score Toelichting Toelichting Vergelijking Landbouw - Geen verandering voor huidige landbouw Meer natuur Onduidelijkheid huidige situatie Scheepvaart Recreatie + Meer recreatiemogelijkheden maar te kleinschalig voor economische doeleinden, in groter verband wellicht Meervoudig ruimtegebruik Ondanks kleinschaligheid wel kansen gezien / recreatie niet economisch bekeken mogelijkheden Delfstoffen?? + Bedrijventerrei nen en kantoren - - Er gaat één bedrijf verloren Afhankelijk economische gebruikswaard e - Niet aantrekkelijk buitendijks economische activiteiten te ontplooien Gemiddeld Flexibiliteit - + Buitendijks gebied onaantrekkelijker voor ontplooiing economische activiteiten VERSCHIL! Voorraden + + Kansen gecreëerd voor recreatie Meer afzet mogelijk Oppervlakte + + Natuurontwikkeling (31,1 ha) Ontwikkeling natuur Natuurlijke cycli + + Natuurontwikkeling Ontwikkeling natuur Milieukwaliteit + Ontwikkeling natuur Versnippering + Ontwikkeling natuur Verdroging + Ontwikkeling natuur Biodiversiteit + + Natuurontwikkeling Ontwikkeling natuur Verstoring Openheid /+ Ligt ook aan soort natuur die ontwikkeld Wat wordt de gaat worden. inrichting Natuurlijkheid + + Natuurontwikkeling Rust + + Groter gebied afgeschermd van Lathum Wat wordt het voor natuur, bos geeft massa Ruimte +? Groter gebied voor ecologische functies Eventueel mogelijkheid Wonen (met - /- Er gaan 3 woningen verloren water) Sport en + + Natuurontwikkeling biedt mogelijkheden recreatie voor recreatieve activiteiten, uitloopgebied netwerkstad Cultuurhistoris - VERSCHIL! che waarden Aardkundige waarden Landschappelij ke waarden Emotionele binding Vervuiling wordt niet verwijderd VERSCHIL! - VERSCHIL! - - Dijkverlegging verstoort dijkbeeld - Gebied wordt teruggegeven aan de natuur Er vanuit gegaan dat er nu verdroging is VERSCHIL! Flexibiliteit + VERSCHIL! Behoud - + Karakteristieke woningen aan dijk VERSCHIL! verloren Meervoudig ruimtegebruik + + Natuurontwikkeling en Ruimte voor de Rivier Beheer/ - + Onderhoud zal meer inspanning kosten, VERSCHIL! onderhoud onder andere afhankelijk soort natuur Diversiteit + + Natuur is nieuw in dit gebied Samenhang - + Ligt ook aan soort natuur VERSCHIL! Menselijke - Rechte dijk past niet VERSCHIL! Criterium Score Score Toelichting Toelichting Vergelijking maat Identiteit - + Bewoning direct achter dijk verdwijnt VERSCHIL! Overig Bij deze maatregel geeft de ecologie de doorslag. Let goed op de beleving van de bewoners van het aanliggende gebied

95 KadIJboven, Integrale kadeverlaging, bovenloop IJssel 135, Verwijderen voormalige steenfabriek Velp/Rheden Criterium Score Score Toelichting Toelichting Vergelijking Landbouw -/ Kan er landbouw bedreven worden Scheepvaart Recreatie + Veel natuur ontwikkeld maar dit hoeft nog niet te betekenen dat het gebied economisch gezien recreatief Ondanks kleinschaligheid wel kansen gezien / recreatie niet economisch bekeken aantrekkelijk wordt, het gaat om een zeer smal langgerekt gebied. Delfstoffen?? - Bedrijventerrei nen en kantoren + VERSCHIL! Afhankelijk economische gebruikswaard e + Te smal om mogelijkheden te bieden voor economische activiteiten VERSCHIL! Flexibiliteit + Toename natuur Gaat hier niet om natuur Voorraden + Toename natuur Gaat hier niet om natuur Oppervlakte + + Ontwikkeling natuurlijke oevers (45 ha Toename natuur natuurontwikkeling) Natuurlijke + + Ruimte voor natuur Toename natuur cycli Milieukwaliteit + Toename natuur Vervuiling wordt niet verwijderd Versnippering + + Aaneengesloten stuk natuur langs rivier Toename natuur ontwikkeld Verdroging?? + Toename natuur Er vanuit gegaan dat er nu verdroging is Biodiversiteit + + Natuurontwikkeling Toename natuur Verstoring Toename natuur Openheid + Toename natuur Toename natuur hoeft niet gepaard te gaan met openheid (graslanden/ bos) Natuurlijkheid + + Natuurlijke oevers Toename natuur Rust Ruimte + + Natuurontwikkeling Kades vormen massa Wonen (met - VERSCHIL! water) Sport en recreatie + + Natuurlijke oevers aantrekkelijker voor recreatie, bieden meer mogelijkheden Cultuurhistoris - VERSCHIL! che waarden Aardkundige - VERSCHIL! waarden Landschappelij - VERSCHIL! ke waarden Emotionele binding Flexibiliteit + VERSCHIL! Behoud + VERSCHIL! Meervoudig + + Natuur ontwikkeling en veiligheid ruimtegebruik Beheer/ - + Meer onderhoud nodig VERSCHIL! onderhoud Diversiteit - VERSCHIL! Samenhang + Eenheid VERSCHIL! Menselijke maat Identiteit - VERSCHIL! Overig Deze maatregel kwam ook bij ons goed uit de selectie Criterium Score Score Toelichting Toelichting Vergelijking Landbouw Scheepvaart Recreatie + Ondanks kleinschaligheid wel kansen gezien / recreatie niet economisch bekeken Delfstoffen? Er vindt ontgronding plaats, het is de vraag of dit bruikbaar is Bedrijventerrei nen en kantoren - Verdwijnt, maar is dit negatief Steenfabriek is niet meer in gebruik Afhankelijk economische gebruikswaard e Flexibiliteit Voorraden Oppervlakte - Steenfabriek is niet meer in gebruik + VERSCHIL! + ++ Op plaats fabriek wordt natuur Mits het natuur Maar hele kleinschalige ontwikkeld (3 ha) wordt maatregel Natuurlijke + + Natuurontwikkeling cycli Milieukwaliteit + Vervuiling wordt niet verwijderd Versnippering + Eenheid, grotere Steenfabriek vormt geen verbinding barricade door kleinschaligheid Verdroging Biodiversiteit + VERSCHIL! Verstoring Openheid + + Obstakel wordt verwijderd Natuurlijkheid + + Natuur in plaats van vervallen fabriek Rust Nu rustig blijft rustig Ruimte + + Natuurontwikkeling Wonen (met - Twee woningen gaan verloren Verschillend geïnterpreteerd water) Sport en + + Aantrekkelijker gebied Weer de vraag wat recreatie wordt de functie Cultuurhistoris - VERSCHIL! che waarden Aardkundige - waarden Landschappelij + Verbeterde relatie Veluwe en IJsseldal VERSCHIL! ke waarden Steenfabriek is vervallen, geen gemis in Wel de vraag of het nu waarde heeft, denk het niet landschap Emotionele binding Flexibiliteit + VERSCHIL! Behoud -/ Meervoudig + + Natuurontwikkeling en veiligheid ruimtegebruik Beheer/ /+ VERSCHIL! onderhoud Diversiteit - Er verdwijnt een Vervallen steenfabriek element Samenhang + + Verbetering relatie Veluwe en IJsseldal Menselijke + + Grote vervallen fabriek verwijderd maat Identiteit + Overig Deze maatregel kwam bij ons als een van de beste uit de bus

96 92_hl, Retentie Duivense Broek, huidig landgebruik Criterium Score Score Toelichting Toelichting Vergelijking Landbouw Er vanuit gaande dat er compensatie wordt geboden voor geleden schade Scheepvaart Recreatie Delfstoffen?? Bedrijventerrei nen en kantoren Afhankelijk - Mogelijkheid onder water zetting maakt VERSCHIL! economische gebruikswaard e gebied minder aantrekkelijk voor economische activiteiten Flexibiliteit - + Er moet altijd rekening gehouden worden VERSCHIL! met de mogelijkheid van overstromingen Voorraden Oppervlakte + + Natuurontwikkeling (28,6 ha) Gemiste kansen voor verdere natuurontwikkeling in KAN gebied Natuurlijke /- cycli Milieukwaliteit Versnippering + VERSCHIL! Verdroging Biodiversiteit Verstoring Openheid +/- + Dijken om het retentiegebied zullen de openheid van het landschap verminderen. Anderzijds zal door de retentiefunctie het retentiegebied zelf wel open blijven. Komgebied, karakter is openheid Natuurlijkheid Rust + VERSCHIL! Ruimte + Open gebied, dit is Begrip anders geïnterpreteerd de kracht Wonen (met VERSCHIL! water) - Woningen zullen moeten verdwijnen of worden aangepast aan de mogelijke inlaat van water. Nieuwe woningen zullen niet mogen worden gebouwd. Sport en -/ recreatie Cultuurhistoris che waarden Aardkundige waarden Landschappelij ke waarden Emotionele + VERSCHIL! binding Flexibiliteit - + Bij ontwikkelingen zal altijd rekening VERSCHIL! gehouden moeten worden met de retentie functie Behoud Meervoudig + + Veiligheid en landbouw Er komt retentie bij ruimtegebruik Beheer/ - + Beheer zal meer inspanning vergen, VERSCHIL! onderhoud dijken moeten in stand gehouden worden Diversiteit Samenhang Menselijke - Ingreep te grootschalig voor IJssel VERSCHIL! maat Identiteit + VERSCHIL! Criterium Score Score Toelichting Toelichting Vergelijking Overig Huidig landgebruik: onduidelijk, blijft het nu hetzelfde?duivense Broek is een komgebied, het karakteristiek van komgebieden is openheid. Dit is dus belangrijk binnen de Ruimtelijke kwaliteit

97 Y18_3, Uiterwaardplan Olburgsche waard Criterium Score Score Toelichting Toelichting Vergelijking Landbouw - Daar waar de dijk wordt verlegd wordt Blijft gelijk Landbouwgebied verloren landbouw vervangen door natuur (24,4 ha landbouwgebied verloren) Scheepvaart Recreatie + Ondanks kleinschaligheid wel kansen gezien / recreatie niet economisch bekeken Delfstoffen?? - (zandwinputten alleen nog voor recreatie of ook nog gebruikt) Gedeelten zandwinplassen worden gedicht Bedrijventerrei nen en kantoren Afhankelijk economische gebruikswaard e - In dit gebied geen bedrijventerreinen en kantoren dus geen verandering dus (in vergelijking met huidige situatie geen verandering) - Geen ruimte voor economische gemiddeld activiteiten Flexibiliteit + VERSCHIL! Voorraden - VERSCHIL! Oppervlakte + + Natuurontwikkeling waar dijk wordt dijkverlegging verlegd (28,6 ha) Natuurlijke + + Natuurontwikkeling cycli Milieukwaliteit? Versnippering + VERSCHIL! Verdroging + Er vanuit gegaan dat er nu verdroging is Biodiversiteit + Is al natuur aanwezig, diversiteit zal niet VERSCHIL! veranderen Verstoring - VERSCHIL! Openheid -/+ VERSCHIL! Natuurlijkheid + Zandwinplassen VERSCHIL! dicht, daar natuur Rust Recreatie Ruimte + + Meer ruimte voor natuur Verwijdering kades Wonen (met water) - Blijft uiterwaard Blijft uiterwaard, geen verandering wonen dus Sport en + VERSCHIL! recreatie Cultuurhistoris - VERSCHIL! che waarden Aardkundige - Vergraving VERSCHIL! waarden uiterwaarden Landschappelij - Slechts kleinschalige dijkverlegging, VERSCHIL! ke waarden karakter van de dijk gaat hierdoor niet verloren Emotionele binding Flexibiliteit + VERSCHIL! Behoud - Flinke ingrepen VERSCHIL! Meervoudig ruimtegebruik + + Natuur, landbouw, veiligheid Landbouw/ recreatie Beheer/ onderhoud - + Onderhoud natuur vergt meer onderhoud Landbouw Gaat om onderhoud voor beheerder rivierengebied Diversiteit + VERSCHIL! Samenhang + Er wordt een nieuw VERSCHIL! landschap gemaakt Menselijke + VERSCHIL! maat Identiteit + VERSCHIL! Overig

98 Bijlage 9 Beoordeling maatregelenpakketten op criteria van Ruimtelijke Kwaliteit 1a1, Buitendijks, behoudsgericht, zonder graven in de uiterwaarden Criterium Scor Toelichting e Landbouw - Landbouwgrond verandert niet maar verwijderen weg Doesburg - Ellecom kan gevolgen hebben voor bereikbaarheid. Het gaat slechts om een klein stuk weg de bereikbaarheid zal dus niet heel ernstig verstoord worden. Scheepvaart Recreatie Onvoldoende voor economische aantrekkingskracht Delfstoffen?? Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk economische gebruikswaarde Flexibiliteit Voorraden Oppervlakte + Bij alle maatregelen wordt natuur gerealiseerd. Alleen bij de kadeverlaging gaat het om een aanzienlijke oppervlakte. Natuurlijke cycli + De natuurontwikkeling zal tevens ruimte bieden aan natuurlijke cycli Milieukwaliteit Versnippering + Door het aaneengesloten stuk natuur langs de oevers van de rivier door de kadeverlaging wordt een aaneengesloten stuk natuur gerealiseerd. Daarnaast gaat de verwijdering van de weg Doesburg - Ellecom de versnippering tegen. Verdro ging?? Biodiversiteit + Met de natuurontwikkeling zal ook de diversiteit toenemen Verstori ng Openheid + Het verwijderen van de weg Doesburg Ellecom geeft het landschap een opener karakter Natuurlijkheid + De verwijdering van de weg en de aanleg van de natuurlijke oever geeft het gebied een natuurlijker aanzicht Rust Ruimte Wonen (met water) - Zowel bij het verwijderen van het hoogwatervrijterrein als het verwijderen van de beschouwing langs de weg Doesburg Ellecom moeten huizen verdwijnen. Het gaat hierbij om enkele huizen. Sport en recreatie + De mogelijkheden voor oeverrecreatie worden sterk verbeterd. Cultuurhistorische - Kade De Schans is uit cultuurhistorisch oogpunt mogelijk waardevol waarden Aardkundige waarden - Het hoogwatervrijterrein en de weg Doesburg- Ellecom liggen in aardkundig waardevolle gebieden. Er zal na moeten worden gegaan in hoeverre het behoud van deze aardkundige waarden te combineren is met de maatregelen Landschappelijke waarden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud - Met het verwijderen van de kade kan een waardevol element verloren gaan Meervoudig + Natuurontwikkeling gaat samen met veiligheid ruimtegebruik Beheer/ onderhoud - Als de maatregelen gerealiseerd worden zal er meer onderhoud nodig zijn Diversiteit + De kadeverlaging brengt langs de IJssel tot Hattem natuurontwikkeling in een overwegend agrarisch gebied. Samenhang De maatregelen zijn losse, zeer plaatselijke ingrepen in het landschap. Alleen de kadeverlaging heeft effect op een groot gebied. De maatregelen versterken of verzwakken elkaar niet. Bezien in het totale landschap zijn het, met uitzondering van de kadeverlaging zeer kleine ingrepen. Menselijke maat Door de kleinschaligheid passen de maatregelen in het landschap Identiteit De karakteristieke kenmerken van de IJssel blijven in tact Overig 2a2, Beperkt binnendijks, behoudsgericht, graven in de uiterwaarden Criterium Scor Toelichting e Landbouw - Het verwijderen van de weg Doesburg Ellecom kan nadelige gevolgen hebben voor de bereikbaarheid van het land. Het gaat slechts om een relatief kort stuk weg waardoor de gevolgen te overzien zullen zijn. Daarnaast zal door het aanleggen van de groene rivier wat landbouwgrond worden weggenomen en kunnen er problemen ontstaan met de bereikbaarheid. Scheepvaart Recreatie + Het aanleggen van de groene rivier biedt, wellicht in combinatie met de recreatieve mogelijkheden door het aanleggen van natuurlijke oevers mogelijkheden voor recreatie gebonden economische activiteiten. De omvang van deze activiteiten zal echter gering zijn. Delfstoffen?? Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk economische gebruikswaarde +/- Naast een aantrekkelijker gebied voor recreatie gebonden activiteiten zal de landbouwkundige aantrekkingskracht vooral afnemen. De eenheid van het landbouwgebied gaat verloren en de maatregelen brengen onzekerheid met zich mee. Flexibiliteit - Een functie als een groene rivier beperkt overige gebruiksmogelijkheden en is niet zomaar ongedaan te maken Voorraden Oppervlakte + De hoeveelheid natuur zal toenemen, dit is vooral toe te schrijven aan de kadeverlaging Natuurlijke cycli + Met de natuurontwikkeling komt er ook meer ruimte voor de natuurlijke cycli Milieukwaliteit Versnippering +/- Door het wegnemen van barricades (weg Doesburg Ellecom) wordt de versnippering tegengegaan. Daarnaast worden aaneengesloten stukken natuur ontwikkeld die verbindingszones kunnen vormen. De Groene rivier kan naast een verbindingszone echter ook een barrière vormen. Verdroging?? Biodiversiteit + Met de natuurontwikkeling kan de biodiversiteit ook toenemen Verstoring Openheid +/- Het verwijderen van de weg en de steenfabriek is positief voor de openheid. De groene rivier daarentegen zal gepaard gaan met dijken die de openheid beperken. Dit is nu echter ook binnendijks gebied dus vormt niet echt een onderdeel van de IJsseldelta Natuurlijkheid + Het verwijderen van de weg en de vervallen steenfabriek en de aanleg van natuurlijke oevers geeft een natuurlijker aanzien. Rust Ruimte Wonen (met water) +/- Langs de weg Doesburg Ellecom moeten enkele huizen verdwijnen. Rond de groene rivier is mogelijk een aantrekkelijke woonomgeving te realiseren. Sport en recreatie + Met name de mogelijkheden voor oeverrecreatie nemen toe Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden - De maatregelen bij de weg Doesburg Ellecom vinden plaats in archeologisch waardevol gebied, er moet nagegaan worden in hoeverre deze belangen zijn te verenigen. Landschappelijke waarden + De groene rivier biedt mogelijkheden om de landschappelijke waarden te herstellen en door het verwijderen van de steenfabriek kan de relatie tussen de Veluwe en het IJsseldal worden versterkt Emotionele binding Flexibiliteit Behoud Meervoudig + Mogelijkheden om de veiligheidsopgave te combineren met natuurontwikkeling ruimtegebruik Beheer/ onderhoud - Meer onderhoud noodzakelijk Diversiteit Samenhang Menselijke maat Identiteit + Met de aanleg van de groene rivier kan ook het stadsgezicht van Zutphen aan de IJssel beter tot zijn recht komen Overig

99 3b, Binnendijks, ontwikkelingsgericht Criterium Scor e Toelichting Landbouw +/- De totale hoeveelheid landbouwgrond neemt af, met name bij de dijkverlegging bij Rhienderen. In maatregel Y18_Y2_2 neemt het oppervlak landbouwgrond toe maar het land wordt hierbij wel afgegraven waardoor de landbouw minder intensief zal zijn. Scheepvaart Recreatie Delfstoffen?? Bedrijventerreinen en kantoren - Er gaat één bedrijf verloren Afhankelijk economische gebruikswaarde Economische activiteiten worden onmogelijk gemaakt of, in geval van het afgraven van de uiterwaarden met behoud van landbouw, wordt de efficiëntie van de bedrijfsvoering sterk verlaagd Flexibiliteit - Door de dijkverleggingen komt een groter gebied buitendijks te liggen, wat minder aantrekkelijk is voor de ontplooiing van economische activiteiten. Voorraden Oppervlakte +/- Alleen bij maatregel Y18_Y2_2 neemt het oppervlak natuur af, bij de overige maatregelen neemt dit toe. Bij de dijkverlegging bij Rhienderen zelfs zeer sterk. Natuurlijke cycli De toename in oppervlak biedt ook meer ruimte voor natuurlijke cycli. Hoewel bij maatregel Y18_Y2_2 het oppervlak natuur terug loopt, biedt de minder intensieve landbouw ook mogelijkheden voor natuurlijke cycli. Milieukwaliteit Versnippering Verdroging?? Biodiversiteit + De grote hoeveelheid nieuwe natuur en de niet intensieve landbouwvormen bieden mogelijkheden voor een groter biodiversiteit Verstoring Openheid Natuurlijkheid + De toename van de hoeveelheid natuur zal de beleving van natuurlijkheid doen toenemen. Ook de bossages in de stroomluwe gebieden dragen hier aan bij. Rust + Door de dijkverleggingen wordt een groter gebied toegevoegd aan het uiterwaard gebied, waar meer rust heerst Ruimte +/- Er is meer ruimte voor natuur. Alleen bij maatregel Y18_Y2_2 gaat er natuur verloren Wonen (met water) - Er gaan in totaal meer dan 3 woningen verloren Sport en recreatie + De hoeveelheid natuur neemt zeer sterk toe. Dit biedt mogelijkheden voor recreatie en sport beoefening. Cultuurhistorische - De dijkverlegging bij Rhienderen ligt in een Belvedère gebied, hier is zorgvuldige inpassing vereist. waarden Aardkundige waarden Landschappelijke waarden +/ - De grootschalige dijkverleggingen tasten de karakteristieken van het IJssellandschap aan. Door de maaiveldverlaging worden andere karakteristieken weer versterkt. Emotionele binding Flexibiliteit Behoud - De karakteristieke dijk gaat verloren Meervoudig + Natuurontwikkeling gaat samen met veiligheid ruimtegebruik Beheer/ onderhoud - Er is meer beheer nodig. Diversiteit + In bepaald delen is natuur een nieuwe functie Samenhang - Afhankelijk van de inpassing kan een stuk natuur heel abrupt zijn in verder landbouwgebied Menselijke maat - Rechte dijk past niet Identiteit +/- De karakteristieke bewoning direct achter de dijk verdwijnt door de dijkverlegging bij Lathum. Maatregel Y18_Y2_2 benadrukt juist de kenmerkende elementen. Overig 4, Retentie Criterium Scor Toelichting e Landbouw Er vanuit gaande dat er compensatie wordt geboden voor geleden schade Scheepvaart Recreati e Delfstoffen?? Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk economische gebruikswaarde - Mogelijkheid onder water zetting maakt gebied minder aantrekkelijk voor economische activiteiten Flexibiliteit - Er moet altijd rekening gehouden worden met de mogelijkheid van overstromingen Voorraden Oppervlakte + Natuurontwikkeling (28,6 ha) Gemiste kansen voor verdere natuurontwikkeling in KAN gebied Natuurlijke cycli Milieukwaliteit Versnippering Verdroging Biodiversiteit Verstoring Openheid +/- Dijken om het retentiegebied zullen de openheid van het landschap verminderen. Anderzijds zal door de retentiefunctie het retentiegebied zelf wel open blijven. Natuurlijkheid Rust Ruimte Wonen (met water) - Woningen zullen moeten verdwijnen of worden aangepast aan de mogelijke inlaat van water. Nieuwe woningen zullen niet mogen worden gebouwd. Sport en recreatie Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden Landschappelijke waarden Emotionele binding Flexibiliteit - Bij ontwikkelingen zal altijd rekening gehouden moeten worden met de retentie functie Behoud Meervoudig + Veiligheid en landbouw ruimtegebruik Beheer/ onderhoud - Beheer zal meer inspanning vergen, dijken moeten in stand gehouden worden Diversiteit Samenhang Menselijke maat - Ingreep te grootschalig voor IJssel Identiteit Overig Geen andere ingrepen die Ruimtelijke Kwaliteit verbeteren

100 Bijlage 1 Ambities Criterium Prioriteit Ambities Landbouw Scheepvaart Randv. Scheepvaartfunctie rijntakken blijft behouden (stn) Recreatie Delfstoffen Bedrijventerreinen en kantoren Afhankelijk economische gebruikswaarde Flexibiliteit Voorraden Oppervlakte Natuurlijke cycli Milieukwaliteit Versnippering Verdroging Biodiversiteit Verstoring Openheid Natuurlijkheid Rust Ruimte Wonen (met water) Sport en recreatie Cultuurhistorische waarden Aardkundige waarden Landschappelijke waarden Emotionele binding Flexibiliteit Behoud Meervoudig ruimtegebruik Beheer/ onderhoud Diversiteit Samenhang Menselijke maat Identiteit Overig Randv. (vogel- en habitat) IJsseldal moet relatief opengebied blijven (ltv) Bosontwikkeling, met name in ecologische verbindingszones (nrk) Oorspronkelijke natuur (bel) Vogel- en habitatrichtlijn moet in acht genomen worden (scope) Uitzicht rivier en landschap vanaf de dijk (bel) Weids uitzicht (bel) Zichtbaarheid seizoenswisselingen (bel) Rust en stilte (bel) Herstel, ontwikkeling relatie tussen woongebieden en de rivier, ontwikkelen waterfront steden, oriënteren nieuwe stedelijke woonvormen op rivierdal (nrk) Hoogwaardige woonomgeving die is georiënteerd op bestaande en nieuwe riviernatuur- en parkgebieden (nrk) Recreatieve toegankelijkheid, dwars op loop rivier, verbeteren (nrk) IJssel als cultuurrivier beter benutten voor recreatieve toervaart, verblijf- en dagrecreatie (nrk) Recreatiemogelijkheden dicht bij huis (bel) Specifieke cultuurhistorische kwaliteiten leidend laten zijn voor ruimtelijke ontwikkeling (ltv) Specifieke cultuurhistorische kwaliteiten leidend laten zijn voor ruimtelijke ontwikkeling (ltv) Specifieke cultuurhistorische kwaliteiten leidend laten zijn voor ruimtelijke ontwikkeling (ltv) Afwisseling in het landschap (bel) Samenhang met ontwikkelingen in omgeving, zowel economisch als ecologisch (ltv) Relatief ooggelegen binnendijkse gebied onder invloed IJssel brengen (natuurlijk rivierdal) (nrk) Relaties IJsseldal hogere gronden versterken (nrk) Stedelijke ontwikkelingen leidend laten zijn voor ruimtelijke ontwikkeling (ltv) Nabijheid rivier (bel) Ruimtelijke dynamiek bepaalt karakter rivierengebied (verstedelijking, ontwikkeling bedrijvigheid, infrastructuur en natuur en landschap) (ltv) Gebiedsspecifieke waterhuishoudkundige problematiek leidend laten zijn voor ruimtelijke ontwikkeling (ltv) Specifieke economische ontwikkelingen leidend laten zijn voor ruimtelijke ontwikkeling (ltv) Combinatie van behoud en ontwikkeling waardoor veel economische activiteiten en bedrijfsvormen kans wordt geboden (nrk) Specifieke ecologische potenties leidend laten zijn voor ruimtelijke ontwikkeling (ltv) Evenwicht tussen behoud en ontwikkeling (nrk)

101 Ltv: Langetermijnvisie NRK: Nationaal Ruimtelijk Kader RRK: Regionaal Ruimtelijk Kader Stn: Startnotitie MER Scope: Projectscope Bel: belevingswaardenonderzoek

102 Bijlage 11 Regionaal Ruimtelijk Kader Boven IJssel en Midden IJssel UPannerdensch Kanaal, Doorwerthse Nederrijn, Boven IJsselU UMidden IJsselU Motto: Waterverkoooppunt voor Stad en Natuur. Zoektocht naar het juiste evenwicht. Koers: Toekomstbeeld is éénduidig: Kralen aan het snoer. Motto: De romantische meanderende IJssel Toelichting: Onderscheid tussen twee gebiedseenheden: Het gaat primair om een herinrichtjngsopgave, de rivierkundige taakstelling lijkt in zijn 1. Doesburg Zutphen: Binnen- en buitendijks gebied meer op elkaar betrokken doorwerking weinig spectaculaire effecten op te roepen. 2. Zutphen Deventer: Stad en rivier intensieve bondgenoten: de rivier centraal Regionale opgave: Koers en regionale opgaven: De verstedelijkingsdruk is zeer groot; 1. Doesburg- Zutphen Rivierverruiming primair in het winterbed. De inrichting van het buitendijks gebied is Rivierkundige ingrepen en natuurontwikkeling rond de hoofdloop afgestemd op het medegebruik vanuit de stedelijke omgeving. Behoudsstrategie voor de hogere uiterwaarden op de flanken met aandacht voor de Speciale aandacht voor de ontwikkeling van de waterfronten bij Arnhem en aansluiting op de landschapstructuren binnendijks Westervoort. Met dijkverleggingen kunnen oude meanders weer aangesloten worden op het Ter vermindering van de zijlingse toestroom op de IJssel wordt het Duivense Broek riviersysteem primair ingericht als regionale waterberging met als nevenfuncties stedelijk Versterking relaties Veluwe Achterhoek door ontwikkeling corridor Havikerwaard uitloopgebied en in het oostelijk deel uitplaatsingsgebied voor intensieve Versterking relaties binnen- en buitendijks door concentratie ecologisch programma veehouderij. Ruimtelijke strategie: behoud openheid en ruimtelijkheid als contrast lans de zijbeken t.a.v. Veluwe en verstedelijking 2. Zutphen Deventer: Behoudsstrategie voor de hogere uiterwaarden langs de Veluwezoom (IJssel en Concentratie stedelijke ontwikkeling bij Deventer en Zutphen rond oude- en nieuwe Nederrijn). Het recreatieve programma is bescheiden, de inrichting wordt rivierlopen gerelateerd aan de binnendijkse landschappelijke patronen. Stedelijke ontwikkeling op drie thema s: Langs het Pannerdensch Kanaal wordt de ontwikkelingsrichting bepaald door het - Aanleg nieuw stedelijk gebied natuurbeleid, de inrichting is afgestemd op het behoud van cultuurhistorische - (her)ontwikkeling van stedelijke waterfronten waarden. - Creëren van stedelijke uitloopgebieden Keuze ruimte en zoekrichting Weinig veranderingen in het tussengebied, behoud agrarisch bedrijfsperspectief en De planvorming richt zich op drie concrete inrichtingsprojecten: aandacht voor versterking van de ecologische structuur 1. Verkennende studie splitsingspunt; Keuzeruimte zoekrichting Formuleren van een ruimtelijke en programmatische ambitie voor het splitsingspunt met als doel meer samenhang en kwaliteit te ontwikkelen. De lange termijn koers is éénduidig Beperkte keuzeruimte op inrichtingsniveau rond de twee blauwe bypasses: Nu of nooit 2. Ontwerp opgave stadsblokken Meijnerswijk; Bepalen ven het stedenbouwkundig laadvermogen: en relatie tot de rivierkundige taakstelling. Een integraal rivierkundig- en stedebouwkundig inrichtingsproject, als schakel tussen Arnhem Noor e en Zuid maatregel. Deventer: locatiekeuze/ buitendijkse ingreep met geul en groene rivier door Wilpse klei, of binnendijkse ingreep. Zutphen: ontwerpopgave/ aanleg bypass confronteren met behoudsgerichte strategie van het 3. Herinrichting uiterwaarden Velp Westervoort; Herinrichting bedrijven terrein en huidige agrarische uiterwaarden met als doel het ontwikkelen van een stedelijk uitloopgebied agrarische gebied (Voorsterklei)

103

104

Samenvatting Startnotitie MER

Samenvatting Startnotitie MER Samenvatting Startnotitie MER Ruj, - te 1U'1f 1 Ruimte voor de Rivier Aanleiding voor de studie nog niet. Het klimaat verandert, de zeespiegel stijgt, de bodem daalt. Er komt steeds meer water onze kant

Nadere informatie

Modelmatige integrale stedelijke ontwikkeling (model based city development)

Modelmatige integrale stedelijke ontwikkeling (model based city development) Modelmatige integrale stedelijke ontwikkeling (model based city development) Plannen maken voor de ruimtelijke ontwikkeling van de stad met gebruik van modellen voor de leefomgeving Rien van Stigt Overzicht

Nadere informatie

achtergrond hoofdstuk 1 Structuurvisie 2020 keuzes van visie naar uitvoering inbreng samenleving achtergrond ruimtelijk en sociaal kader bijlagen

achtergrond hoofdstuk 1 Structuurvisie 2020 keuzes van visie naar uitvoering inbreng samenleving achtergrond ruimtelijk en sociaal kader bijlagen 28 hoofdstuk 1 achtergrond Structuurvisie 2020 keuzes samenvatting achtergrond ruimtelijk en sociaal kader inbreng samenleving thematisch van visie naar uitvoering bijlagen zones 1 2 3 4 5 6 7 29 1.1 Inleiding

Nadere informatie

Deltaprogramma Rivieren. Samenvating. Plan van Aanpak

Deltaprogramma Rivieren. Samenvating. Plan van Aanpak Samenvating Plan van Aanpak Deelprogramma Rivieren In de afgelopen eeuwen hebben de rivieren steeds minder ruimte gekregen, omdat we ruimte nodig hadden voor wonen, werken en recreëren. Rivieren zijn bedijkt,

Nadere informatie

ADVIES MEANDERENDE MAAS Dijktraject Ravenstein-Lith

ADVIES MEANDERENDE MAAS Dijktraject Ravenstein-Lith ADVIES MEANDERENDE MAAS Dijktraject Ravenstein-Lith 7 februari 2019 Uitgebracht aan: In afschrift aan: het College van Gedeputeerde Staten Noord-Brabant t.a.v. Mevrouw N. Wester, programmamanager Milieu

Nadere informatie

Voorstel ontwikkeling duurzaamheidsparagraaf Zoetermeer. 1. Inleiding

Voorstel ontwikkeling duurzaamheidsparagraaf Zoetermeer. 1. Inleiding Voorstel ontwikkeling duurzaamheidsparagraaf Zoetermeer 1. Inleiding Zoetermeer wil zich de komende jaren ontwikkelen tot een top tien gemeente qua duurzaam leefmilieu. In het programma duurzaam Zoetermeer

Nadere informatie

~INSPRAAK. Samenvatting Millieueffectrapport Ruimte voor de Rivier

~INSPRAAK. Samenvatting Millieueffectrapport Ruimte voor de Rivier ~INSPRAAK Samenvatting Millieueffectrapport Ruimte voor de Rivier ~INSPRAAK Samenvatting Millieueffectrapport Ruimte voor de Rivier Inhoudsopgave 1 Inleiding 5 2 Welke alternatieven zijn er in het MER

Nadere informatie

Programma van Eisen - Beheerplannen

Programma van Eisen - Beheerplannen Programma van Eisen - Beheerplannen Eisen voor de inhoud Inventarisatie 1. Het beheerplan geeft allereerst een beschrijving van de natuurwaarden in het Natura 2000-gebied (de actuele situatie en trends,

Nadere informatie

Samenvatting Notitie reikwijdte en detailniveau MIRT Verkenning A20 Nieuwerkerk aan den IJssel Gouda

Samenvatting Notitie reikwijdte en detailniveau MIRT Verkenning A20 Nieuwerkerk aan den IJssel Gouda Samenvatting Notitie reikwijdte en detailniveau MIRT Verkenning A20 Nieuwerkerk aan den IJssel Gouda Deze samenvatting bevat de hoofdlijn van de Notitie reikwijdte en detailniveau (NRD) van de MIRT Verkenning

Nadere informatie

Projectleidersoverleg Rijk Omgevingswet. Veranderteam Rijk. Contactpersoon Ruben Tieman. Datum 30 maart Kenmerk.

Projectleidersoverleg Rijk Omgevingswet. Veranderteam Rijk. Contactpersoon Ruben Tieman. Datum 30 maart Kenmerk. Projectleidersoverleg Rijk Omgevingswet Veranderteam Rijk Contactpersoon Ruben Tieman Datum Integraliteit Het thema integraliteit is een van de uitgangspunten achter de Omgevingswet, maar tegelijk tot

Nadere informatie

Gemeente Boxmeer. Onderwerp: Voorkeurstrategie DeltaProgrammaRivieren (DPR)Maas. Nummer: 9h. AAN de Raad van de gemeente Boxmeer

Gemeente Boxmeer. Onderwerp: Voorkeurstrategie DeltaProgrammaRivieren (DPR)Maas. Nummer: 9h. AAN de Raad van de gemeente Boxmeer Gemeente Boxmeer Onderwerp: Voorkeurstrategie DeltaProgrammaRivieren (DPR)Maas. Nummer: 9h. AAN de Raad van de gemeente Boxmeer Boxmeer, 28 januari 2014 Aanleiding In 2012 is de Deltawet van kracht geworden.

Nadere informatie

Toelichting bij de vragen uit de Veranderplanner. 1. Verkennen van het probleem

Toelichting bij de vragen uit de Veranderplanner. 1. Verkennen van het probleem Toelichting bij de vragen uit de Veranderplanner Bij iedere vraag uit de veranderplanner is hier een korte toelichting gegeven. Dit kan helpen bij het invullen van de vragen van de Veranderplanner. 1.

Nadere informatie

Beleving en waardering van infra en gebied

Beleving en waardering van infra en gebied faculteit ruimtelijke wetenschappen planning 1 17-11-2017 1 Beleving en waardering van infra en gebied Prof. Dr. Jos Arts Anne Marel Hilbers, MSc. 2 Achtergrond Drie ontwikkelingen: 1.Infrastructuurprojecten

Nadere informatie

Zeetoegang IJmond. Aanvullend advies over reikwijdte en detailniveau van de Milieutoets. 3 november 2011 / rapportnummer

Zeetoegang IJmond. Aanvullend advies over reikwijdte en detailniveau van de Milieutoets. 3 november 2011 / rapportnummer Zeetoegang IJmond Aanvullend advies over reikwijdte en detailniveau van de Milieutoets 3 november 2011 / rapportnummer 2525 85 1. Voorgeschiedenis en stand van zaken Rijkswaterstaat (RWS) heeft het voornemen

Nadere informatie

1. Nota van antwoord. Eindstand 2055 reacties door 3036 personen/instanties.

1. Nota van antwoord. Eindstand 2055 reacties door 3036 personen/instanties. 1. Nota van antwoord Eindstand 2055 reacties door 3036 personen/instanties. Daarnaast zijn enkele petities/handtekeningenacties gevoerd: Petitie Voordorp 975 handtekeningen Petitie NMU meer dan 19.000

Nadere informatie

Statenvoorstel. Perspectief Groene Hart Bestuurlijke samenvatting van het voorstel

Statenvoorstel. Perspectief Groene Hart Bestuurlijke samenvatting van het voorstel Statenvoorstel Vergaderdatum GS: 13 juni 2017 Portefeuillehouder: Bom - Lemstra, AW Uiterlijke beslistermijn: n.v.t. Behandeld ambtenaar : mw L.G.J van Westbroek E-mailadres: lgj.van.westbroek@pzh.nl Telefoonnummer:

Nadere informatie

Omgevingsvisie provincie Noord-Brabant

Omgevingsvisie provincie Noord-Brabant Omgevingsvisie provincie Noord-Brabant Tussentijds advies over de inhoud van het milieueffectrapport 12 december 2017 / projectnummer: 3198 1. Tussentijds advies over de inhoud van het MER Inleiding De

Nadere informatie

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen NL.IMRO.1730.ABdorpsstr74zuidlv-0301 Projectgebied Situatie Dorpsstraat 74 Zuidlaarderveen 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Huidige en beoogde

Nadere informatie

30 AUGUSTUS 2001 INHOUDSOPGAVE

30 AUGUSTUS 2001 INHOUDSOPGAVE TOETSINGSADVIES OVER HET MILIEUEFFECTRAPPORT BEDRIJVENTERREIN AALSMEER 30 AUGUSTUS 2001 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING...1 2. OORDEEL OVER HET MER...2 2.1 Algemeen... 2 2.2 Toelichting op het oordeel en aanbevelingen

Nadere informatie

Culemborg aan de Lek

Culemborg aan de Lek Ruimte voor de Rivier Culemborg aan de Lek informatieavond 27 oktober 2008 David Heikens Royal Haskoning Ruimte voor de Rivier Culemborg Inhoud 1. Hoogwaterveiligheid PKB Ruimte voor de Rivier 2. Het alternatief:

Nadere informatie

Startnotitie Omgevingsvisie Nijmegen

Startnotitie Omgevingsvisie Nijmegen Startnotitie Omgevingsvisie Nijmegen Inleiding In juni van dit jaar is met de gemeenteraad gesproken over de Nijmeegse Omgevingsvisie aan de hand van de Menukaart Omgevingsvisie (zie bijlage). Afgesproken

Nadere informatie

Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela

Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela 2012 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Begrippen... 3 Het beleid uit 2005... 4 Vraagstelling... 4 Planologisch kader... 4 Juridisch

Nadere informatie

Plan van aanpak uitwerking gebiedsgerichte risicobenadering of MLV

Plan van aanpak uitwerking gebiedsgerichte risicobenadering of MLV memo Opdrachtgever: DPNH, DPV, STOWA Plan van aanpak uitwerking gebiedsgerichte risicobenadering of MLV Voorstel voor uitwerking in de regionale deltaprogramma s Auteurs: B. Kolen (HKV) R. Ruijtenberg

Nadere informatie

Integraal waarderen. Een (blijvende) discussie. Maartje de Boer. Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed

Integraal waarderen. Een (blijvende) discussie. Maartje de Boer. Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed Integraal waarderen Een (blijvende) discussie Maartje de Boer Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed 1 Presentatie Het probleem Voor wie is dit een probleem? RCE Kennisprogramma Wat is Erfgoed (een oplossing?)

Nadere informatie

Omgevingswerkgroep Dijkversterking Thorn-Wessem

Omgevingswerkgroep Dijkversterking Thorn-Wessem Omgevingswerkgroep Dijkversterking Thorn-Wessem 5 maart 2018 Met de omgeving, voor de omgeving Programma Welkom Stand van zaken project Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) De procedure Alternatieven

Nadere informatie

Tekst inspreekbeurt voor de Commissie Samen Wonen, 7 september 2017

Tekst inspreekbeurt voor de Commissie Samen Wonen, 7 september 2017 Tekst inspreekbeurt voor de Commissie Samen Wonen, 7 september 2017 Geachte commissie, Stichting Bescherming Leefomgeving Ridderkerk Zuid-Oost wil u graag opmerkzaam maken op het volgende. Sympathisanten

Nadere informatie

Datum 20 november 2009 Betreft Voortgang dossier zandwinputtenvoortgang dossier zandwinputten. Geachte Voorzitter,

Datum 20 november 2009 Betreft Voortgang dossier zandwinputtenvoortgang dossier zandwinputten. Geachte Voorzitter, > Retouradres Postbus 30945 2500 GX Den HaagPostbus 30945 2500 GX Den Haag De Voorzitter van de Tweede KamerDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaalder Staten-Generaal Postbus 20018Postbus

Nadere informatie

CULTUREEL ERFGOED EN DE VERTALING NAAR RUIMTELIJKE PLANNEN

CULTUREEL ERFGOED EN DE VERTALING NAAR RUIMTELIJKE PLANNEN CULTUREEL ERFGOED EN DE VERTALING NAAR RUIMTELIJKE PLANNEN Onderzoek naar cultuurhistorische structuren, landschappen en panden Aansluitend op Belvedere- (Behoud door ontwikkeling) en het MoMo-beleid (Modernisering

Nadere informatie

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202 VISIEKAART 8 9 s t r u c t u u r v i s i e G o o r 2 0 2 5 structuu Goor 202 rvisie 5 1. Structuurvisie Goor 2025 2. Analyse 3. Visie en ambitie: Goor in 2025 4. Ruimtelijke kwaliteit 5. Wonen 6. Economie

Nadere informatie

Revisie Omgevingsvisie Drenthe

Revisie Omgevingsvisie Drenthe Revisie Omgevingsvisie Drenthe Tussentijds toetsingsadvies over het op te stellen milieueffectrapport 5 december 2017 / projectnummer: 3212 Tussentijds advies over het plan-mer voor de revisie van de

Nadere informatie

Factsheet Doelenboom. Factsheet Doelenboom

Factsheet Doelenboom. Factsheet Doelenboom Factsheet Doelenboom Datum: 29 maart 2019 Versie: definitief, 2.0, vastgesteld door PMT (07-03-2019) Toelichting/context: Waterschappen gaan uit van de methode van functionele classificatie en willen op

Nadere informatie

Kostenterugwinning van Waterdiensten Aanvullende analyse Milieukosten

Kostenterugwinning van Waterdiensten Aanvullende analyse Milieukosten Kostenterugwinning van Waterdiensten Kostenterugwinning van Waterdiensten Aanvullende analyse Milieukosten Sterk Consulting en Bureau Buiten Leiden, november 2013 1 2 Inhoudsopgave 1 Achtergrond en doel

Nadere informatie

Zomerbedverlaging Beneden-IJssel. Kampen

Zomerbedverlaging Beneden-IJssel. Kampen Zomerbedverlaging Beneden-IJssel Notitie Samenhang RvRmaatregelen rond Zwolle en Kampen 20 mei 2010 Samenvatting In deze notitie wordt de relatie en samenhang tussen de maatregelen van Ruimte voor de Rivier

Nadere informatie

2 e fase Woningbouwlocatie Steenbrugge te Deventer

2 e fase Woningbouwlocatie Steenbrugge te Deventer 2 e fase Woningbouwlocatie Steenbrugge te Deventer Aanvullend advies voor richtlijnen voor het milieueffectrapport 24 juni 2004 / rapportnummer 1314-154 Aanvullend advies voor richtlijnen voor het milieueffectrapport

Nadere informatie

Ruimte voor de Rivier

Ruimte voor de Rivier Ruimte voor de Rivier Annika Hesselink en Anne-Geer de Groot Ministerie Infrastructuur en Waterstaat Verwondering 2 Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat Opbouw Verleden: Introductie en kenmerken

Nadere informatie

PKB Ruimte voor de Rivier Investeren in veiligheid en vitaliteit van het rivierengebied

PKB Ruimte voor de Rivier Investeren in veiligheid en vitaliteit van het rivierengebied PKB Ruimte voor de Rivier Investeren in veiligheid en vitaliteit van het rivierengebied Beter beschermd tegen hoogwater In de afgelopen eeuwen hebben de rivieren steeds minder ruimte gekregen. De rivieren

Nadere informatie

notitie Grondbank GMG 1. INLEIDING

notitie Grondbank GMG 1. INLEIDING notitie Witteveen+Bos van Twickelostraat 2 postbus 233 7400 AE Deventer telefoon 0570 69 79 11 telefax 0570 69 73 44 www.witteveenbos.nl onderwerp project opdrachtgever projectcode referentie opgemaakt

Nadere informatie

Samenvatting. Inleiding

Samenvatting. Inleiding Samenvatting Inleiding Deze samenvatting hoort bij de rapportage Notitie Kansrijke Oplossingsrichtingen (NKO) voor het project Dijkversterking Tiel Waardenburg en Rivierverruiming Varik - Heesselt. Werken

Nadere informatie

Verbetering Waterkering Waalkade Nijmegen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport

Verbetering Waterkering Waalkade Nijmegen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport Verbetering Waterkering Waalkade Nijmegen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 13 mei 2005 / rapportnummer 1430-68 College van Gedeputeerde Staten van Gelderland Postbus 9090 6800 GX ARNHEM uw

Nadere informatie

Gemeente Haaksbergen. Rood voor Rood beleid 2015

Gemeente Haaksbergen. Rood voor Rood beleid 2015 Gemeente Haaksbergen Rood voor Rood beleid 2015 Ruimtelijke ontwikkeling 20-8-2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Begrippen 3 3. Beleidskaders 4 3.1 Kaders 4 3.2 Voorwaarden 4 3.3 Bijzondere gevallen

Nadere informatie

Advies nieuwe veestal, Rijksstraatweg 1, Leersum Pagina 1

Advies nieuwe veestal, Rijksstraatweg 1, Leersum Pagina 1 Advies nieuwe veestal, Rijksstraatweg 1, Leersum Pagina 1 d.d. 1 maart 2019 Geachte mevrouw de Brauwere en heer Middelkoop, afschrift aan GS en PS en verantwoordelijke wethouder Op uw verzoek geef ik hierbij

Nadere informatie

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe Verordening vastgesteld: 26-06-2003 In werking getreden: 15-09-2003 COMPENSATIEVERPLICHTING Artikel 1 Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan

Nadere informatie

Wat is er tot nu toe gedaan en waar staan we nu?

Wat is er tot nu toe gedaan en waar staan we nu? Wat is er tot nu toe gedaan en waar staan we nu? In 2013 is de planstudie voor het project Duinpolderweg gestart. Na een tussenstap in 2015 en 2016 hebben de provincies Noord- en Zuid-Holland onlangs besloten

Nadere informatie

Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving. Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving

Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving. Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving Datum: 22 maart 2019 Versie: definitief, 2.0, vastgesteld door PMT (07-03-2019) Toelichting/context: Waterschappen gaan uit van de

Nadere informatie

Vergelijkingsbasis. voor de. Droogtestudie Nederland

Vergelijkingsbasis. voor de. Droogtestudie Nederland Vergelijkingsbasis voor de Droogtestudie Nederland Maart 2003 Droogtestudie Nederland Vergelijkingsbasis september 2002 10605/Br3/49/000006/001 ARCADIS Ruimte & Milieu (voorheen Resource Analysis) Lichtenauerlaan

Nadere informatie

Landschapsonderzoek in het Kromme Rijngebied

Landschapsonderzoek in het Kromme Rijngebied Landschapsonderzoek in het Kromme Rijngebied Onderzoeksgroep Milieugeografie, Instituut voor Milieuvraagstukken (IVM) Dr. Emma van der Zanden, Franziska Komossa, MSc KENNISMAKING VU LANDSCHAPSONDERZOEK

Nadere informatie

Vast te stellen de Regeling financiële compensatie verbetering ruimtelijke kwaliteit 2014, luidende als volgt:

Vast te stellen de Regeling financiële compensatie verbetering ruimtelijke kwaliteit 2014, luidende als volgt: Provinciale Staten van Zuid-Holland, Gelet op artikel 2.2.1, derde lid, sub a onder iv, van de Verordening ruimte 2014 Besluiten; Vast te stellen de Regeling financiële compensatie verbetering ruimtelijke

Nadere informatie

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting xvii Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting Samenvatting IT uitbesteding doet er niet toe vanuit het perspectief aansluiting tussen bedrijfsvoering en IT Dit proefschrift is het

Nadere informatie

Startnotitie Visie winkelcentra Heemstede- fase 2

Startnotitie Visie winkelcentra Heemstede- fase 2 Startnotitie Visie winkelcentra Heemstede- fase 2 1. Inleiding In het collegeakkoord voor de periode 2014-2018 is als één van de doelstellingen geformuleerd: Het college zet zich in voor een florerende

Nadere informatie

Ontwerp-structuurvisie, vastgesteld door Gedeputeerde Staten op

Ontwerp-structuurvisie, vastgesteld door Gedeputeerde Staten op PROVINCIALE COMMISSIE OMGEVINGSVRAAGSTUKKEN LIMBURG MEMO ADVIESSTUK: Structuurvisie Randweg N266 Nederweert 1. Onderwerp / plan Structuurvisie Randweg N266 Nederweert inclusief onderliggende stukken (Plan-

Nadere informatie

MER Regionaal Bedrijventerrein Twente Samenvatting

MER Regionaal Bedrijventerrein Twente Samenvatting MER Regionaal Bedrijventerrein Twente Samenvatting MER Regionaal Bedrijventerrein Twente Samenvatting Van zoekgebieden naar inrichting oktober 2004 Adecs Oost bv oktober 2004 MER Regionaal Bedrijventerrein

Nadere informatie

Afstudeeronderzoek van E. van Bunningen BSc (Het volledige Engelstalige onderzoeksrapport kunt downloaden via deze link)

Afstudeeronderzoek van E. van Bunningen BSc (Het volledige Engelstalige onderzoeksrapport kunt downloaden via deze link) CONCENTRATIE VAN MAATSCHAPPELIJKE DIENSTEN IN GEMEENTELIJK VASTGOED NAAR AANLEIDING VAN DEMOGRAFISCHE TRANSITIE Een casestudie in landelijke gemeenten in Noord-Brabant, Nederland Afstudeeronderzoek van

Nadere informatie

K a n s e n. voor particulier natuurbeheer i n B r a b a n t. Onderzoeksrapport. Mei 2007

K a n s e n. voor particulier natuurbeheer i n B r a b a n t. Onderzoeksrapport. Mei 2007 K a n s e n voor particulier natuurbeheer i n B r a b a n t Onderzoeksrapport Mei 2007 Opdrachtgever: Uitvoerenden: In samenwerking met: Provincie Noord-Brabant Brabants Landschap Brabants Particulier

Nadere informatie

DEEL 3. Naverwerking. Provincie West-Vlaanderen DE BERGEN 159

DEEL 3. Naverwerking. Provincie West-Vlaanderen DE BERGEN 159 DEEL 3 Naverwerking 159 160 In dit deel worden enkele opdrachten voorgesteld om de waarnemingen uit een excursie in De Bergen te ordenen en samen te voegen tot een overzichtelijk geheel. Op basis daarvan

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Inleiding en planbeschrijving In Netersel is in de huidige situatie een speelterrein gelegen (zie figuur 1). Dat speelterrein is deels binnen het plangebied

Nadere informatie

Rapport. Rapport betreffende een klacht over Rijkswaterstaat, vallend onder de minister van Infrastructuur en Milieu uit Den Haag.

Rapport. Rapport betreffende een klacht over Rijkswaterstaat, vallend onder de minister van Infrastructuur en Milieu uit Den Haag. Rapport Rapport betreffende een klacht over Rijkswaterstaat, vallend onder de minister van Infrastructuur en Milieu uit Den Haag. Datum: 10 september 2011 Rapportnummer: 2011/271 2 Klacht Verzoekster klaagt

Nadere informatie

De begroting van de provincie Utrecht voor Een samenvatting

De begroting van de provincie Utrecht voor Een samenvatting De begroting van de provincie Utrecht voor 2012 Een samenvatting Hoeveel gaat de provincie Utrecht in 2012 uitgeven? Waaraan en waarom? Dat leest u in deze samenvatting. U zult zien dat wij voor 2012 duidelijke

Nadere informatie

Informatieavond Dijkversterking Geertruidenberg en Amertak

Informatieavond Dijkversterking Geertruidenberg en Amertak Informatieavond Dijkversterking Geertruidenberg en Amertak Informatieavond 15 december 2016 Dijkversterking Geertruidenberg en Amertak Programma 1. Welkomstwoord bestuurder Louis van der Kallen 19.30 19.35

Nadere informatie

Natuur weer verbinden met de mens: kansen creëren voor biodiversiteit in Zuid Holland. Paul Opdam. Wageningen Universiteit en Alterra

Natuur weer verbinden met de mens: kansen creëren voor biodiversiteit in Zuid Holland. Paul Opdam. Wageningen Universiteit en Alterra Natuur weer verbinden met de mens: kansen creëren voor biodiversiteit in Zuid Holland Paul Opdam Wageningen Universiteit en Alterra paul.opdam@wur.nl 3 kernpunten EHS: verzekering voor biodiversiteit Klimaatverandering

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting De Protestantse Kerk in Nederland (PKN) onderhoudt middels de organisaties Kerk in Actie (KiA) en ICCO Alliantie contacten met partners in Brazilië. Deze studie verkent de onderhandelingen

Nadere informatie

Inhoudsopgave. 1. Inleiding...3. 4. Eisen aan competentiemodellen...14

Inhoudsopgave. 1. Inleiding...3. 4. Eisen aan competentiemodellen...14 Deel I INTRODUCTIE IN COMPETENTIES EN COMPETENTIEMODELLEN 2. Een korte geschiedenis...4 2.1 De 20ste eeuw... 4 2.2 Kerncompetenties... 6 3. Het begrip competentie...9 3.1 Het competentiebegrip gedefinieerd...

Nadere informatie

Samen Ontwikkelen. Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart i.o. 19 september 2012 / concept

Samen Ontwikkelen. Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart i.o. 19 september 2012 / concept Samen Ontwikkelen Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart i.o. 19 september 2012 / concept Samen Ontwikkelen 2. Water Bodem & Gebruik 3. Het Groene Hart, met zijn veenweiden, Over de realisatie van

Nadere informatie

INLEIDING EN LEESWIJZER

INLEIDING EN LEESWIJZER INHOUD BLZ INLEIDING EN LEESWIJZER De talenten van Oirschot...3 Wat is een structuurvisieplus?...3 Het planproces...5 Opbouw van de structuurvisieplus...7 028-252 gemeente Oirschot StructuurvisiePlus "Inleiding

Nadere informatie

Veiligheid primaire waterkeringen,

Veiligheid primaire waterkeringen, Indicator 7 september 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Met de Verlengde derde toetsing

Nadere informatie

VNG. 9 maart 2017 T.E.P.A. Lam

VNG. 9 maart 2017 T.E.P.A. Lam VNG 9 maart 2017 T.E.P.A. Lam Kerntaken provincies Duurzame ruimtelijke ontwikkeling (o.a. waterbeheer) Milieu, energie en klimaat Vitaal platteland, natuurbeheer en ontwikkeling natuurgebieden Regionale

Nadere informatie

ONTWIKKEL EEN GEZAMENLIJKE VISIE OP HET DUURZAAM BODEMGEBRUIK. Bijeenkomst XXX dag-maand-jaar, Locatie

ONTWIKKEL EEN GEZAMENLIJKE VISIE OP HET DUURZAAM BODEMGEBRUIK. Bijeenkomst XXX dag-maand-jaar, Locatie ONTWIKKEL EEN GEZAMENLIJKE VISIE OP HET DUURZAAM BODEMGEBRUIK Bijeenkomst XXX dag-maand-jaar, Locatie OPZET VAN DE PRESENTATIE Bodemvisie Waarom? Doel Middel Ingrediënten SPRONG Wie, wat, waarom? Het proces

Nadere informatie

Integrale MIRT / HWBP verkenning Meer Maas Meer Venlo

Integrale MIRT / HWBP verkenning Meer Maas Meer Venlo Integrale MIRT / HWBP verkenning Meer Maas Meer Venlo Raadinformatiemarkt 4 april 2018 Opgave MMMV komen tot één integraal besluit over een integraal voorkeursalternatief voor de opgave voor hoogwaterveiligheid

Nadere informatie

Naar een veilige en aantrekkelijke (bedijkte) Maas voor iedereen! Belangrijkste kenmerken van de potentiële voorkeurstrategie voor de bedijkte Maas (van Heumen/Katwijk tot aan Geertruidenberg), december

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties De afgelopen decennia zijn er veel nieuwe technologische producten en diensten geïntroduceerd op de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 30 080 Planologische kernbeslissing Ruimte voor de rivier Nr. 46 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Deltaprogramma Bijlage A. Samenhang in het watersysteem

Deltaprogramma Bijlage A. Samenhang in het watersysteem Deltaprogramma 2013 Bijlage A Samenhang in het watersysteem 2 Deltaprogramma 2013 Bijlage A Bijlage A Samenhang in het watersysteem Het hoofdwatersysteem van Eijsden en Lobith tot aan zee Het rivierwater

Nadere informatie

Ons kenmerk: Z / mevrouw M.A. de Jong, de heer H. de Rijk

Ons kenmerk: Z / mevrouw M.A. de Jong, de heer H. de Rijk Notitie Ons kenmerk: Z-2015-15661 / 15945 Behandeld door: mevrouw M.A. de Jong, de heer H. de Rijk Onderwerp: Aantal pag. 5 Bijlagen: Concept notitie reikwijdte en detailniveau planmer Structuurvisie Ondergrond

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 64

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 64 Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht 64 Haarlem, 17 augustus 2004 Onderwerp: Agenda Provinciaal Waterplan Bijlagen: - ontwerpbesluit - procesplanning provinciaal waterplan - op weg naar een

Nadere informatie

Bestemmingsplan Bedrijventerrein Oosterhorn (Industrieterrein Delfzijl)

Bestemmingsplan Bedrijventerrein Oosterhorn (Industrieterrein Delfzijl) Bestemmingsplan Bedrijventerrein Oosterhorn (Industrieterrein Delfzijl) Toetsingsadvies over het milieueffectrapport en de aanvullingen wind en geur 16 mei 2017 / projectnummer: 3041 1. Toetsingsadvies

Nadere informatie

Noordelijke Randweg Zevenbergen, gemeente Moerdijk

Noordelijke Randweg Zevenbergen, gemeente Moerdijk Noordelijke Randweg Zevenbergen, gemeente Moerdijk Toetsingsadvies over het milieueffectrapport en de aanvulling daarop 15 mei 2017 / projectnummer: 2732 1. Toetsingsadvies Inleiding De gemeente Moerdijk

Nadere informatie

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der Meer)

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der Meer) Vergadering: 11 december 2012 Agendanummer: 12 Status: Besluitvormend Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 E mail: gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der

Nadere informatie

Havenkwartier Zeewolde

Havenkwartier Zeewolde Havenkwartier Zeewolde Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 8 september 2011 / rapportnummer 2459 60 Oordeel over het MER Voor de aanleg van de woonwijk Polderwijk te Zeewolde is in 2003 de procedure

Nadere informatie

Startnotitie Visie winkelcentra Heemstede (eerste fase)

Startnotitie Visie winkelcentra Heemstede (eerste fase) Startnotitie Visie winkelcentra Heemstede (eerste fase) 1. Inleiding In het collegeakkoord voor de periode 2014-2018 is als één van de doelstellingen geformuleerd: Het college zet zich in voor een florerende

Nadere informatie

De gemeenteraad buitenspel na de invoering Omgevingswet? Gemeenteraden Hellendoorn en Raalte 28 maart 2017

De gemeenteraad buitenspel na de invoering Omgevingswet? Gemeenteraden Hellendoorn en Raalte 28 maart 2017 De gemeenteraad buitenspel na de invoering Omgevingswet? Gemeenteraden Hellendoorn en Raalte 28 maart 2017 Waar gaan wij het over hebben? Geheugen opfrissen: Omgevingswet in het kort Betekenis wet voor

Nadere informatie

Streefkerk: de brede dijk als kans

Streefkerk: de brede dijk als kans Streefkerk: de brede dijk als kans Symposium De Brede Dijk; Veilig leven in de toekomst Jantsje M. van Loon-Steensma 9 december 2010 Kennis voor Klimaat studie: de Klimaatdijk in de Praktijk Gebiedsspecifiek

Nadere informatie

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving Onderzoeksopzet Marktonderzoek Klantbeleving Utrecht, september 2009 1. Inleiding De beleving van de klant ten opzichte van dienstverlening wordt een steeds belangrijker onderwerp in het ontwikkelen van

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord 1. Inleiding 1.1 Aanleiding Er is een aanvraag om omgevingsvergunning ingediend voor de realisatie van een kunstwerk

Nadere informatie

De gemeenteraad buitenspel na de invoering van de Omgevingswet? Gemeenteraad Bergen op Zoom 10 april 2017

De gemeenteraad buitenspel na de invoering van de Omgevingswet? Gemeenteraad Bergen op Zoom 10 april 2017 De gemeenteraad buitenspel na de invoering van de Omgevingswet? Gemeenteraad Bergen op Zoom 10 april 2017 Waar gaan wij het over hebben? Geheugen opfrissen: Omgevingswet in het kort Betekenis wet voor

Nadere informatie

9 Gebruik van wetenschappelijke kennis

9 Gebruik van wetenschappelijke kennis 9 Gebruik van wetenschappelijke kennis In dit hoofdstuk wordt het gebruik van wetenschappelijke kennis a) geanalyseerd in alle onderzochte beleidsprocessen in de JGZ voor 4-19-jarigen in de vier GGD-regio's.

Nadere informatie

PS2011RGW : Statenvoorstel rapport Randstedelijke Rekenkamer Vitaal Platteland Provincie Utrecht. Ontwerp-besluit pag. 5

PS2011RGW : Statenvoorstel rapport Randstedelijke Rekenkamer Vitaal Platteland Provincie Utrecht. Ontwerp-besluit pag. 5 PS2011RGW02-1 - Provinciale Staten statenvoorstel Datum : 16 mei 2011 Nummer PS: PS2011RGW02 Afdeling : SGU Commissie : RGW Steller : Drs. H. Schoen Portefeuillehouder : n.v.t. Registratienummer : 2011INT268900

Nadere informatie

Notitie. Milieu Drielanden-West

Notitie. Milieu Drielanden-West Notitie Contactpersoon Martijn Gerritsen Datum 20 januari 2011 Kenmerk N001-4748116EMG-evp-V01-NL Inleiding Deze notitie beschrijft de wijze waarop milieu onderdeel uit kan maken van de nota van uitgangspunten

Nadere informatie

Dijkversterking Wolferen Sprok. Dijkteruglegging Oosterhout 23 maart 2017

Dijkversterking Wolferen Sprok. Dijkteruglegging Oosterhout 23 maart 2017 Dijkversterking Wolferen Sprok Dijkteruglegging Oosterhout 23 maart 2017 Programma 19.15 19.30 Inloop 19.30 Welkom Bram de Fockert Waterschap Rivierenland 19.35 20.00 Uitleg samenhang rivierverruiming

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Beoordeling Afstudeeronderzoek eindfase 2014-2015 VT-DT ONDERZOEKSVERSLAG 1 Bijlage 5c Beoordelingsformulier onderzoeksverslag

Nadere informatie

2016/ gemeente Zaanstad Burgemeester & Wethouders

2016/ gemeente Zaanstad Burgemeester & Wethouders *2016260692* Burgemeester & Wethouders De leden van de gemeenteraad Zaanstad Stadhuisplein 100 1506 MZ Zaandam Postbus 2000 1500 GA Zaandam Telefoon 14 075 www.zaanstad.nl PORTEFEUILLEHOUDER 31012017 2016/260688

Nadere informatie

Beleidsplan. Stichting Feanetië. Beleidsplan Stichting Feanetië

Beleidsplan. Stichting Feanetië. Beleidsplan Stichting Feanetië Beleidsplan Stichting Feanetië 2019 Heerenveen, 3 december 2018 Beleidsplan Stichting Feanetië 2019 1 Inhoud 1. Inleiding: een korte beschrijving van de stichting Feanetië 3 2. Analyse sterke/zwakke punten

Nadere informatie

Bestemmingsplan buitengebied 2016 gemeente Simpelveld

Bestemmingsplan buitengebied 2016 gemeente Simpelveld Bestemmingsplan buitengebied 2016 gemeente Simpelveld Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 11 april 2016 / projectnummer: 3109 1. Oordeel over het Milieueffectrapport De gemeente Simpelveld heeft

Nadere informatie

Duurzaamheid in Amersfoort: kansen en inspiratie Het Amersfoorts Afwegingskader Duurzaamheid

Duurzaamheid in Amersfoort: kansen en inspiratie Het Amersfoorts Afwegingskader Duurzaamheid Duurzaamheid in : kansen en inspiratie Het s Afwegingskader Duurzaamheid s Afwegingskader Duurzaamheid s Afwegingskader Duurzaamheid Leefomgeving Dit project draagt bij aan een gezond woon- en werkklimaat

Nadere informatie

Blijvend geld en aandacht nodig voor Nationale landschappen, Provincies doen meer dan het Rijk

Blijvend geld en aandacht nodig voor Nationale landschappen, Provincies doen meer dan het Rijk Nationale landschappen: aandacht en geld nodig! 170610SC9 tk 7 Blijvend geld en aandacht nodig voor Nationale landschappen, Provincies doen meer dan het Rijk De Rekenkamer Oost-Nederland heeft onderzoek

Nadere informatie

15 Mate van dekkingsgraad, een eerste aanzet tot baten

15 Mate van dekkingsgraad, een eerste aanzet tot baten 15 Mate van dekkingsgraad, een eerste aanzet tot baten Sanneke van der Linden Sinds 2007 organiseert M&I/Partners de ICT Benchmark Ziekenhuizen. Op hoofdlijnen zijn de doelstellingen en aanpak van de ICT

Nadere informatie

Kennisdeling in lerende netwerken

Kennisdeling in lerende netwerken Kennisdeling in lerende netwerken Managementsamenvatting Dit rapport presenteert een onderzoek naar kennisdeling. Kennis neemt in de samenleving een steeds belangrijker plaats in. Individuen en/of groepen

Nadere informatie

MVO-Control Panel. Instrumenten voor integraal MVO-management. Extern MVO-management. MVO-management, duurzaamheid en duurzame communicatie

MVO-Control Panel. Instrumenten voor integraal MVO-management. Extern MVO-management. MVO-management, duurzaamheid en duurzame communicatie MVO-Control Panel Instrumenten voor integraal MVO-management Extern MVO-management MVO-management, duurzaamheid en duurzame communicatie Inhoudsopgave Inleiding... 3 1 Duurzame ontwikkeling... 4 1.1 Duurzame

Nadere informatie

Beter groen. naar een kwaliteitsimpuls voor recreatiegebieden in Zuid-Holland. provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit in zuid-holland

Beter groen. naar een kwaliteitsimpuls voor recreatiegebieden in Zuid-Holland. provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit in zuid-holland Beter groen naar een kwaliteitsimpuls voor recreatiegebieden in Zuid-Holland provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit in zuid-holland Beter groen. Naar een kwaliteitsimpuls voor recreatiegebieden in

Nadere informatie

Proceskunst van één dimensionaal naar multidimensionaal project behoedzaam en in kleine stapjes. Samenwerking levert wat op

Proceskunst van één dimensionaal naar multidimensionaal project behoedzaam en in kleine stapjes. Samenwerking levert wat op Proceskunst van één dimensionaal naar multidimensionaal project behoedzaam en in kleine stapjes Samenwerking levert wat op Er was eens.. 2005, een ambitieus programma, er werd heel wat in beweging gezet

Nadere informatie

1 ADVIESNOTA ZOMERBEDVERLAGING BENEDEN-IJSSEL

1 ADVIESNOTA ZOMERBEDVERLAGING BENEDEN-IJSSEL Eusebiusbuitensingel 66 6828 HZ Arnhem Postbus 9070 6800 ED Arnhem Contactpersoon J. Bulsink T 0650909363 Adviesnota Zomerbedverlaging Beneden-IJssel 1 ADVIESNOTA ZOMERBEDVERLAGING BENEDEN-IJSSEL Bijlage(n)

Nadere informatie