Verslagformulier Oriëntatie op Vervolgonderwijs

Transcriptie

1 1 Decanensite DeDecaan.net Heb je problemen ondervonden bij de aanmelding? Noem twee voordelen voor jou, die het gebruik van de site kan hebben. Zoek de opleiding Verloskunde op - Is dit een HBO opleiding of een WO opleiding? - welke vooropleiding en welk profiel je moet hebben voor deze opleiding. - op hoeveel plaatsen innederland wordt deze opleiding gegeven? Hoe heten ze en waar zijn ze gevestigd? Schrijf in drie regels op hoe je denkt over de mogelijkheden van het forum Hoe denk je over de mogelijkheid van mailen met je decaan? Ga je de site in de toekomst gebruiken?

2 2 Voorlichtingsvideo s en CD-roms Titel Video / CD-rom: Over welke opleiding / welk beroep heb je informatie gezocht? Past deze opleiding in jouw profiel? Is er sprake van een verplicht extra vak? Zo ja, heb je dat vak ook gekozen in de vrije ruimte? Heb je al eerder op deze opleiding / dit beroep georiënteerd en zo ja, hoe? Blijft dit beroep/deze opleiding jou ook na het zien van de video / CD-rom interesseren? Geef duidelijk aan waarom wel / waarom niet? Wanneer je geen interesse meer voor dit beroep / deze opleiding hebt, betekent dit dan ook dat de gehele sector voor jou heeft afgedaan, of blijf je in deze sector verder zoeken? Wanneer het beroep / de opleiding je wel blijft interesseren, wat zullen dan nu jouw volgende stappen zijn? Zoek in ieder geval de datum van de open dag op en noteer die hier en in je eigen agenda

3 3 Web-info Welke instelling voor HBO/WO heb je op het Internet bezocht? Over welke studierichting / faculteit heb je informatie ingewonnen? Past deze studierichting bij jouw profiel? Heb je een extra vak nodig in de vrije ruimte (zo ja, welk)? Waarom is deze studie voor jou aantrekkelijk? Wat zijn jouw kwaliteiten voor deze studie? Ben je op de homepage iets te weten gekomen over andere belangrijke zaken als voorzieningen, huisvesting, de stad enz.? Vergeet niet, de informatie van de website uit te printen. Voeg deze bij dit verslag.

4 4 Voorlichtingsmiddag Bredase Scholen GEBRUIK ÉÉN FORMULIER PER RONDE!!! Opleiding: Ronde: Lokaal: De volgende vragen moet je, voordat je naar de voorlichtingsmiddag gaat beantwoord hebben. Waar kan je deze opleiding volgen? Wat zijn de toelatingseisen? (profiel + extra vak(ken)) Formuleer nu zelf 5 vragen, waarop jij antwoord wil krijgen tijdens de voorlichting. (Denk aan opbouw en inhoud van de studie, vakken, eigen accenten van de diverse opleidingen, doorstromingsmogelijkheden na de studie, arbeidsmarkt etc.) Noteer hier de antwoorden op je vragen (Wanneer het antwoord tijdens de voorlichting niet gegeven wordt, dan maak je uiteraard van de mogelijkheid gebruik, vragen te stellen.)

5 5 Zoekprogramma s Dios/TKMST/Schoolweb/Qompas Er is gewerkt met o: Dedecaan.net o: Dios o: TKMST o: Schoolweb o: Qompas Van de volgende opleiding(en) heb ik iets opzocht (en uitgeprint indien mogelijk) De perspectieven voor de arbeidsmarkt in deze sector zien er als volgt uit: (bij Traject te vinden onder de knop arbeidsmarkt) Mijn persoonlijke conclusie: 0: dit beroep / deze opleiding is niets voor mij, want: 0: dit beroep / deze opleiding ziet er voor mij positief uit, want

6 6 Gesprek met vakdocent, mentor of decaan Gesprek met: Met welke vragen begon jij het gesprek? Welke antwoorden leverden het gesprek op? Wat is voor jou de belangrijkste conclusie van dit gesprek? paraaf vakdocent / mentor / decaan:

7 7 Interessetest Op de WEB-SITE van FONTYS /Qompas/TKMST heb je een test gedaan Geef aan, welke HBO en WO opleidingen uit deze test rolden Wanneer er opleidingen zijn, waar je nog nooit van gehoord hebt, zoek dan eerst naar informatie over deze opleidingen in het programma >Traject=. Geef aan, over welke opleidingen je verdere informatie wilt gaan inwinnen. Vertel er bij, waarom je denkt dat deze opleidingen weleens wat voor jou zouden kunnen zijn

8 8 Vergelijking M.B.O. / H.B.O. Dit verslag maak je niet aan het begin van de Tweede Fase. Pas nadat je over een aantal opleidingen informatie hebt ingewonnen, kun je een goede vergelijking maken. Natuurlijk is er niveauverschil tussen M.B.O.- en H.B.O.-opleidingen, maar probeer de concrete verschillen nu eens goed onder woorden te brengen. Denk daarbij bijvoorbeeld aan zaken als de manier van lesgeven (gewone lessen of Probleem Gestuurd Onderwijs?), de zelfstandigheid die van je verwacht wordt, de verhouding theorie praktijk (stage), de grootte van de onderwijsinstelling (klein en persoonlijk of massaal en onpersoonlijk?). Opleidingen waarover je informatie hebt ingewonnen: M.B.O. H.B.O. Verschillen die je zijn opgevallen: KENMERKEN M.B.O. KENMERKEN H.B.O. Ik kies voor een opleiding op niveau, omdat

9 9 Vergelijking H.B.O. / W.O. Dit verslag maak je niet aan het begin van de Tweede Fase. Pas nadat je over een aantal opleidingen informatie hebt ingewonnen, kun je een goede vergelijking maken. Natuurlijk is er niveauverschil tussen H.B.O.- en W.O.-opleidingen, maar probeer de concrete verschillen nu eens goed onder woorden te brengen. Denk daarbij bijvoorbeeld aan zaken als de manier van lesgeven (hoor- en werkcolleges of Probleem Gestuurd Onderwijs?), de zelfstandigheid die van je verwacht wordt, de verhouding theorie praktijk (stages?), de grootte van de onderwijsinstelling (klein en persoonlijk of massaal en onpersoonlijk?), de vraag of je op kamers moet, of thuis kunt blijven wonen. Opleidingen waarover je informatie hebt ingewonnen: H.B.O. W.O. Verschillen die je zijn opgevallen: KENMERKEN H.B.O. KENMERKEN W.O. Ik kies voor een opleiding op niveau, omdat

10 10 Nadenken over jezelf In de derde klas heb je in de methode >Koerswijzer= nagedacht over de dingen waar je goed in bent en die je ook graag doet. Geef die zaken nog eens aan in de volgende tabel. (++,+,",-,--) ACTIVITEIT Een spreekbeurt houden (m) Toneelspelen (i) Een verslag schrijven (g) Een tuin aanleggen (d) Koken (d) Werken met een tekst verwerker. (g) Iets verkopen (m) Mijn kamer apart inrichten (i) Een feest organiseren (m) Meubels restaureren (d) Een verhaal leuk vertellen (i) Werken met planningen en schema=s (g) Voor een goede sfeer zorgen (m) Iets ontwerpen (i) knutselen (d) Met geld omgaan (g) Precisiewerk doen met je handen (d) Een puzzel oplossen (g) Een zieke verzorgen (m) Fotograferen (i) HOE GOED KAN IK HET? HOE GRAAG DOE IK HET? Noteer de 5 bezigheden, waarvoor je het hoogst scoorde in beide kolommen: De letters tussen haakjes hebben een betekenis: d= werken met dingen, g= werken met gegevens m=werken met mensen, i= werken met ideeën Is er uit dit kleine testje een duidelijke voorkeur gebleken? (d/g/m/i) Let op! Dit testje was natuurlijk heel beperkt en je mag hier niet al te veel conclusies uit trekken. Wil je een heel uitgebreide test doen, waar precies uit blijkt, waar jouw interesse nu werkelijk ligt, vraag dan je decaan naar de BZO-test. Dat kost jou of je ouders / 10,- maar dan weet je wel direct heel veel meer!! De uitslagen van de BZO kun je ook invoeren in het programma >Traject=, waardoor je direct een aantal opleidingen kunt vinden, die voor jou waarschijnlijk erg geschikt zijn.

11 11 OPEN DAG opleiding: instelling: faculteit: adres:_ tel: 1. Instroomeisen: opleiding en profiel / gewenste vakken 2. Programma propedeuse: belangrijke vakken en thema s 3. Rooster van de gemiddelde week 4. Lesgeefmodel; en verlangde zelfstandigheid van de student 5. Kenmerken van de succesvolle student

12 6. Achterliggende beroepenvelden 7. Verwante opleidingen 8. Geraadpleegde informatiebronnen 9. Reisafstand / reisduur 10. Mogelijkheden voor huisvesting 11. Persoonlijke eindconclusie als toekomstige studie

13 12 Meeloopdag Instelling waar je een meeloopdag deed: Studierichting: Datum: Soort meeloopdag ( wild / georganiseerd): Heb je een goede indruk gekregen van de gang van zaken op deze opleiding, of heb je het gevoel, dat men geprobeerd heeft, jou de zaken wel erg mooi voor te stellen? Beschrijf kort het programma van deze dag. (Schriftelijke informatie bijvoegen) Welke zaken zijn precies zoals jij ze je had voorgesteld? Welke zaken zijn anders? Vind je dat positief of negatief? Wordt dit nu JOUW opleiding? Waarom wel / waarom niet?

14 13 TESTBAAN - Herfstvakantieproject Bij welke instelling / welk bedrijf heb jij deelgenomen aan dit project? Op welke dag(en) was je daar aanwezig en hoe lang? Had je van tevoren al informatie over dit beroep of over de studie die je voor dit beroep moet doen ingewonnen? Zo ja, wat voor informatie? Geef een kort en zakelijk verslag van de dingen die je gezien / gedaan hebt. Je hebt nu gesnuffeld aan een bepaalde sector van de maatschappij. Is / blijft dit de sector waarin jij later wilt gaan werken? Waarom? Wanneer je hierboven met ja geantwoord hebt, denk je dat je dan ook al JOUW beroep gevonden hebt? Licht je antwoord toe!

15 14 Masterclass of vakantiecursus Onderwijsinstelling en faculteit waarbij je de masterclass / vakantiecursus gevolgd hebt: Data en tijden: Omdat de inhoud van vakantieprojecten en masterclasses zeer verschillend is, beperken we ons tot twee vragen. Vul die vragen wel zo precies mogelijk in en voeg schriftelijke informatie bij dit verslagformulier. Beschrijf de inhoud van de masterclass / vakantiecursus. Beschrijf de indruk die je van de betreffende studie gekregen hebt. Welke conclusie(s) verbind je hieraan?

16 15 Deelname Wetenschap-/techniekweek Instelling: Datum bezoek: 1. Deze dag was ik ingedeeld / heb ik gekozen voor de volgende onderdelen: In de ochtend: In de middag: 2. Actief kennismaken met allerlei wetenschappelijke en technische onderwerpen was het doel van deze dag. Mijn ervaringen zijn: positief want: Mijn ervaringen zijn negatief, want: 3. Als ik dit instituut vergelijk met mijn eigen school vallen er een paar zaken duidelijk op: 4. Mijn persoonlijke totaalindruk van deze dag:

17 16 Stage Vrije School Naam: datum waarop de stage plaatsvond: Omschrijf in het kort de stage en bij welke organisatie je deze gelopen hebt. Motiveer hier, waarom je vindt dat deze stage in verband staat met je profiel, je toekomstige opleiding of je toekomstige beroep. Lever je stageverslag hierbij in ter inzage.

18 17 Contact met Oud-leerlingen Naam oud-leerling: Adres oud-leerling: Studierichting en studiejaar oud-leerling: (Van tevoren!!) Formuleer minimaal 5 vragen m.b.t. de studie en 3 vragen m.b.t. andere, voor jou belangrijke zaken zoals de stad, studentenvereniging, het op kamers wonen etc. Welke antwoorden heb je op jouw vragen gekregen? Jouw conclusies:

19 18 Studie- en beroepenbeurs Utrecht/Onderwijsbeurs Eindhoven 1. Waarom ben je naar de studiebeurs gegaan? (Kruis aan) Ik had nog geen idee, wat ik zou willen gaan doen na Markenhage, en ik hoopte hier een idee op te doen. Ik was in meerdere opleidingen geïnteresseerd en ik hoopte hier een keuze te kunnen maken. Ik wist al welke opleiding ik ga doen, maar ik wilde de diverse hogescholen / universiteiten vergelijken. Anders, namelijk 2. Heeft de studiebeurs aan bovenstaande verwachtingen voldaan of niet? Verklaar je antwoord! 3. Beschrijf 3 concrete vragen, waarmee jij naar Utrecht ging en geeft het antwoord dat je in Utrecht op die vragen kreeg. 4. Wanneer je de studiebeurs een cijfer moest geven, wat zou dat dan zijn? Verklaar waarom!

20 19 Informatie m.b.t. op kamers gaan In welke stad zou jij het liefst willen studeren? Wanneer je daar vanwege een lotingprocedure niet zou kunnen studeren, welke steden komen dan voor jou ook in aanmerking? Hoe zou je het liefst willen wonen? (In een studentenhuis, bij een hospita, bij een kamerverhuurbedrijf etc.) Probeer nu via of telefoonnummers te achterhalen van woningstichting / kamerverhuurbedrijf / kamerverhuurders in de stad van je eerste en tweede keuze, en neem contact op. Probeer voor beide steden antwoord te vinden op de volgende vragen. Hoe duur is de gemiddelde kamer? stad 1: : stad 2: : Hoe lastig is het, om aan een kamer te komen? stad 1: : stad 2: : Wanneer komen de meeste kamers vrij? Vanaf wanneer moet je beslist beginnen, actief naar een kamer te zoeken? stad 1: : stad 2: : Wat zijn de (on)mogelijkheden bij uitloting? stad 1: : stad 2: : Noteer de belangrijkste namen, adressen en telefoonnummers.

21 20 Informatie vergaren over studiefinanciering A. Uitgaven, wanneer je gaat studeren. Wat gaat het ongeveer kosten per maand? Kamerhuur Reizen Kleding Eten Verzekering Collegegeld Boeken en leermiddelen Verenigingen Sparen voor vakantie Uitgaan Abonnementen (?) (?) TOTAAL

22 B. Inkomsten, wanneer je gaat studeren. Inkomsten per maand. 1. Eigen inkomsten 2.Basisbeurs thuiswonend/uitwonend 3. Aanvullende beurs 4. lening 5. Bijdrage ouders totaal:

23 22 Toelatings-testdag Instituut: Plaats: Tijdsduur: Geef een zo uitgebreid mogelijk verslag van deze dag met daarin tenminste aandacht voor de volgende punten: Weet je met wie je gesproken hebt of met welke functionaris? Hoe was de testprocedure? Wat wilde men van jou te weten komen? Welke vragen heb je zelf nog gesteld? Wanneer weet je de uitslag van deze dag? Hoe groot is je kans van aanname? Hoe vind je zelf dat deze dag is verlopen? Was deze opleiding / dit beroep je eerste of tweede keuze? Als de uitslag negatief uitvalt, wat zijn dan je verdere plannen?

24 23 Informatie vergaren over studeren in het buitenland 1. Wat zijn je plannen voor het buitenland? 2. Wij welke organisaties heb je informatie ingewonnen? 3. Hoe is de opvang van deze organisatie in het buitenland geregeld? 4. Naar welk land gaan je interesses uit? 5. Wat zijn de kosten? 6. Wanneer moet je wat (vooruit) betalen?

25 7. Hoe zit het met je ziektekosten- en aansprakelijkheidsverzekering? 8. Wanneer krijg je bericht of je geplaatst kunt worden? 9. Wat zijn jouw plannen als het niet doorgaat? Wat zijn jouw plannen als je weer terug bent uit het buitenland? 10. Is er een mogelijkheid voor een beurs? En zo ja hoe is dat geregeld? 11. Als je onderwijs gaat volgen: hoe ziet jouw onderwijstijd er daar uit? 12. Als je gaat werken (bv. au pair) wat zijn je mogelijkheden en verplichtingen?