Beleidsregels voor de toepassing van een last onder bestuursdwang ingevolge artikel 13b Opiumwet (de wet Damocles)

Transcriptie

1 < klik hier voor meer toelichting mt schrijven eleidsregel Beleidsregels voor de toepassing van een last onder estuursdwang ingevolge artikel 13 Opiumwet (de wet Damocles) De urgemeester van Waalwijk, Overwegende dat: Er in maart 2013 eleidsregels zijn vastgesteld voor de toepassing van estuursdwang voor coffeeshops ingevolge art. 13 Opiumwet: "Beleidsregels voor de toepassing van estuursdwang ingevolge artikel 13 Opiumwet." Dit eleid had echter alleen etrekking op coffeeshops en lokalen niet zijnde coffeeshops. Voor de toepassing van art. 13 Opiumwet in woningen en/of daarij ehorende erven estond nog geen eleid. Op 1 novemer 2007 is art. 13 Opiumwet uitgereid met de mogelijkheid ook woningen en/of daarij ehorende erven te kunnen sluiten indien daar een middel als edoeld in lijst I en II ij de Opiumwet wordt verkocht, afgeleverd of verstrekt dan wel daartoe aanwezig is. De Opiumwet richt zich primair op de preventie en eheersing van uit drugsgeruik voortvloeiende risico s voor de gezondheid en de effecten op de leefomgeving en voor handhaving van de Opiumwet is gecoördineerde inzet van het openaar estuur, openaar ministerie en de politie vereist. Handel in drugs in woningen, lokalen en/of daarij ehorende erven vormt immers een ernstige aantasting van de openare orde, veiligheid en volksgezondheid. In de Beleidsregels voor de toepassing van een last onder estuursdwang ingevolge artikel 13 Opiumwet (de wet Damocles) wordt de toepassingsmogelijkheid van art. 13 Opiumwet nader uitgewerkt. Daarin is vastgelegd op welke manier de urgemeester geruik zal maken van de evoegdheid op grond van art. 13 Opiumwet. In het voorliggende Damocleseleid is vastgelegd op welke manier de urgemeester geruik zal maken van de evoegdheid op grond van artikel 13 Opiumwet. Argumenten om eleid voor de estuurlijke handhaving van dit artikel te formuleren en daarmee af te wijken van de handhavingsstrategie zo handhaven we in Braant, zijn: Gemeenten worden steeds vaker geconfronteerd met illegale verkooppunten van verdovende middelen of productieplaatsen daarvan; De aanpak van georganiseerde criminaliteit (waaronder drugshandel) is één van de vijf gemeenschappelijk enoemde veiligheidsthema s innen het Regionaal Beleidsplan Zeeland West Braant ; De eleidsregel sluit aan ij/vloeit voort uit de landelijke en regionale estuurlijke aanpak georganiseerde misdaad; Gelet op het gegeven dat criminelen zich niet aan gemeentegrenzen gelegen laten liggen, is het van elang om de estuursrechtelijke maatregelen op een lijn te leggen met de B5; De gemeente Waalwijk spreekt de amitie uit om in te komen tot een Damocleseleid voor onze gemeente; Om ij de handhaving aan de eisen van proportionaliteit en susidiariteit te voldoen is het gewenst om de estuurlijke handhaving van artikel 13 Opiumwet vast te leggen in lokaal eleid; De estuursrechter eist van de urgemeester een gedegen onderouwing, ij voorkeur door middel van eleidsregels, in geval van toepassing van een last onder estuursdwang waarin woningen, lokalen en of daarij ehorende erven op grond van artikel 13 Opiumwet worden gesloten. 1

2 Deze eleidsregels heen tot doel: te realiseren dat geconstateerde overtredingen gevolgd worden door een reactie die qua intensiteit zo goed mogelijk aansluit ij de aard en de ernst van de overtreding (proportionaliteit en susidiariteit); te ewerkstelligen dat er door de gekozen estuursdwangmaatregel een einde komt aan de veroden situatie ter escherming van de openare orde en het woon- en leefklimaat; te ewerkstelligen dat herhaling van de overtreding wordt voorkomen; kenaar te maken aan de urger welke maatregelen hij van de overheid kan verwachten na een overtreding; de handhavingsactiviteiten van politie, openaar ministerie en gemeente op elkaar af te stemmen en complementair te laten zijn. Onderverdeling eleid Het eleid etreffende de estuurlijke handhaving van artikel 13 Opiumwet wordt onderverdeeld in de volgende rurieken: I Gedoogde verkooppunten van softdrugs (de zgn. coffeeshops); II Woningen: de niet gedoogde drugshandel in woningen dan wel ij woningen ehorende erven; III Niet gedoogde verkooppunten van drugs: de drugshandel in (al dan niet voor het puliek opengestelde) lokalen dan wel in of ij zodanige lokalen ehorende erven, niet zijnde coffeeshops. Besluit onder intrekking van de Beleidsregels voor de toepassing van estuursdwang ingevolge artikel 13 Opiumwet (vastgesteld op 7 maart 2013), vast te stellen de Beleidsregels voor de toepassing van een last onder estuursdwang ingevolge artikel 13 Opiumwet, Juridisch kader Artikel 13 Opiumwet Voor de estuursrechtelijke handhaving van de veroden in de zin van artikel 2 (verod op aanwezigheid van harddrugs, lijst I) en artikel 3 (verod op aanwezigheid van softdrugs, lijst II) van de Opiumwet, is in die wet artikel 13 opgenomen. Artikel 13 Opiumwet is ij wet van 27 septemer 2007 gewijzigd (Staatslad 2007, 355). Op 1 novemer 2007 is de wijziging van artikel 13 Opiumwet in werking getreden en luidt als volgt: 1. De urgemeester is evoegd tot toepassing van estuursdwang indien in woningen of lokalen dan wel in of ij woningen of zodanige lokalen ehorende erven een middel als edoel in lijst I of II wordt verkocht, afgeleverd of verstrekt dan wel daartoe aanwezig is. 2. Het eerste lid is niet van toepassing indien woningen, lokalen of erven als edoeld in het eerste lid, geruikt worden ter uitoefening van de artsenijereidkunst, de geneeskunst, de tandheelkunst of de diergeneeskunde door onderscheidenlijk apothekers, artsen, tandartsen of dierenartsen. 2

3 Handhavingseleid artikel 13 Opiumwet Definitie drugshandel: In deze eleidsregels wordt onder drugshandel verstaan: de verkoop, aflevering of verstrekking van drugs, dan wel de aanwezigheid van drugs daartoe in een pand en de daarij ehorende erven. Onderstaande eleidsregels zien toe op de evoegdheid tot het sluiten van woningen lokalen en/of daarij ehorende erven door de urgemeester indien daar in dan wel daar op een middel als edoeld in lijst I of II wordt verkocht, afgeleverd of verstrekt dan wel daartoe aanwezig is. Met de wijziging van artikel 13 Opiumwet per 1 novemer 2007 kunnen alle drugspanden aangepakt worden, dus ook woningen en/of de daarij ehorende erven. Reikwijdte Bij de eoordeling of estuursdwang wordt toegepast in het kader van artikel 13 Opiumwet moet in ieder geval sprake zijn van het verkopen, verstrekken of afleveren dan wel daartoe aanwezig zijn van drugs. In geval van een hoeveelheid van meer dan 5 hennepstekjes of planten wordt aangenomen dat er sprake is van eroeps- en edrijfsmatige hennepteelt. Er is dus geen sprake van een geringe hoeveelheid voor eigen geruik. Er is ij hennepknipperijen, drogerijen en uitenteelt vaak sprake van meer dan 30 gram hennep of hasjiesj. In het geval van 30 gram of meer hennep of hasjiesj rengt dit het risico van overdraagaarheid met zich mee. Dit -de aanwezigheid van meer dan 5 planten of meer dan 30 gram softdrugs- wordt in deze eleidsregel in ieder geval eschouwd als een hoeveelheid drugs die aanwezig is voor de verkoop, aflevering of verstrekking in de zin van artikel 13 Opiumwet. In geval van harddrugs geldt ditzelfde voor hoeveelheden groter dan 0,5 gram. Daar waar in dit eleid esproken wordt over drugshandel, wordt evengoed edoeld het daartoe aanwezig heen van verdovende middelen. Beleidsregels I Beleidsregels gedoogde verkooppunten van softdrugs (de zgn. coffeeshops); 1. Coffeeshop Een coffeeshop is een alcoholvrije horecagelegenheid waarin met inachtneming van gedoogcriteria de verkoop, aflevering of verstrekking dan wel daartoe aanwezigheid van softdrugs wordt gedoogd. 2. Toepassingsereik De toepassing van artikel 13 Opiumwet heeft een directe relatie met het coffeeshopeleid van gemeenten. Bij coffeeshops gaat het immers ook om panden waar gehandeld wordt in softdrugs, maar waar ewust de handhaving op grond van artikel 13 Opiumwet onder de werking van de AHOJGI-criteria niet plaatsvindt. Er kunnen zich drie verschillende situaties voordoen: - De eerste etreft de situatie, waarin er sprake is van activiteiten in de coffeeshop die etrekking heen op de AHOJGI-criteria. - De tweede is de situatie, waarin de coffeeshop alcohol aanwezig heeft of wordt geruikt als verkoopplaats van alcohol. - De derde is de situatie waarin de handelsvoorraad van de coffeeshop meer dan 500 gram edraagt. 3

4 3. AHOJGI-criteria - A: geen affichering: dit etekent geen enkele vorm van reclame anders dan een summiere aanduiding op de etreffende lokaliteit; - H: geen harddrugs: dit etekent dat geen harddrugs voorhanden mogen zijn en/of verkocht worden; - O: geen overlast: onder overlast kan worden verstaan parkeeroverlast rond de coffeeshops, geluidshinder, vervuiling en/of voor of naij de coffeeshops rondhangende klanten; - J: geen verkoop aan jeugdigen en geen toegang voor jeugdigen tot een coffeeshop: gelet op de toename van het cannaisgeruik onder jongeren is gekozen voor een strikte handhaving van de leeftijdsgrens van minimaal 18 jaar; - G: geen verkoop van grote hoeveelheden per transactie: dat wil zeggen hoeveelheden groter dan geschikt voor eigen geruik (= 5 gram of meer). Onder "transactie" wordt egrepen: alle koop en verkoop in één coffeeshop op eenzelfde dag met etrekking tot eenzelfde koper; - I: geen toegang voor de coffeeshop voor anderen dan ingezetenen van Nederland. Eveneens gelden de volgende gedoogvoorwaarden (plus-criteria): - geen alcohol: coffeeshops mogen geen alcoholistische dranken verkopen of ter verkoop aanwezig heen. - de handelsvoorraad van de coffeeshop mag niet meer dan 500 gram edragen. 4. Bestuursdwang Er wordt estuursrechtelijk handhavend opgetreden tegen een coffeeshop ij overtreding van de AHOJGI-criteria en ij aanwezigheid van alcohol of een grotere handelsvoorraad dan 500 gram in coffeeshops. Er wordt geen last onder dwangsom opgelegd. Bestuursdwang is immers een meer geëigend middel om zeker te stellen dat een eind gemaakt wordt aan de overtreding van de Opiumwet. 5. Artikel 1:6 APV Artikel 1:6 APV geeft de urgemeester de evoegdheid de vergunning in te trekken: a. indien ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;. indien op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten opgetreden na het verlenen van de ontheffing of vergunning, intrekking of wijziging noodzakelijk is vanwege het elang of de elangen ter escherming waarvan de vergunning of ontheffing is vereist; c. indien de aan de vergunning of ontheffing veronden voorschriften en eperkingen niet zijn of worden nagekomen; d. indien van de vergunning of ontheffing geen geruik wordt gemaakt innen een daarin gestelde termijn dan wel, ij het ontreken van een gestelde termijn, innen een redelijke termijn; e. indien de houder dit verzoekt. Coffeeshops en overtreding gedoogvoorwaarden 6. Constatering harddrugs in een coffeeshop (H-criterium) Indien in coffeeshops of daarij ehorende erven drugs worden verkocht dan wel voorhanden zijn (H-criterium), als edoeld in lijst I (harddrugs), dan volgt ij een 1 e constatering een van 12 maanden. Bij een tweede constatering innen twee jaar na de eerste constatering wordt de coffeeshop voor onepaalde tijd gesloten en uiten het gedoogeleid geplaatst. Om ekendheid weg te 4

5 nemen dat ter plaatse harddrugs verkrijgaar was, is een periode van minimaal één jaar noodzakelijk. 7. Constatering A en O-criteria Bij een 1 e constatering van een overtreding van de gedoogvoorwaarden A en O, in coffeeshops of daarij ehorende erven, wordt de coffeeshop gesloten voor de duur van 1 maand. Bij een 2 e constatering innen twee jaar na de eerste constatering, voor de duur van 3 maanden. Bij een 3 e constatering innen twee jaar na de tweede constatering voor de duur van 6 maanden om vervolgens ij een 4 e overtreding innen twee jaar na de derde constatering tot voor onepaalde tijd over te gaan. 8. Constatering G en I-criteria Bij een 1 e constatering van een overtreding van de gedoogvoorwaarden G en I, in coffeeshops of daarij ehorende erven, krijgt de coffeeshop een estuurlijke waarschuwing. Bij een 2 e constatering innen twee jaar na de estuurlijke waarschuwing, wordt de coffeeshop gesloten voor de duur van 3 maanden. Bij een 3 e constatering innen twee jaar na de tweede constatering voor de duur van 12 maanden om vervolgens ij een 4 e overtreding innen twee jaar na de derde constatering tot voor onepaalde tijd over te gaan. 9. Constatering J-criterium Bij een 1 e constatering van een overtreding van de gedoogvoorwaarde J, in coffeeshops of daarij ehorende erven, wordt de coffeeshop gesloten voor de duur van 6 maanden. Bij een 2 e constatering innen twee jaar na de eerste constatering, wordt de coffeeshop gesloten voor de duur van 12 maanden. Bij een 3 e constatering innen twee jaar na de tweede constatering volgt voor onepaalde tijd en uiten het gedoogeleid plaatsen van de coffeeshop. PLUS-criteria 10. Aanwezig zijn/verstrekken van en geruik van alcohol in een coffeeshop (plus-criterium) Bij een 1 e constatering van het aanwezig zijn, verstrekken of geruik van alcohol in een coffeeshop, volgt een van 3 maanden. Bij een 2 e constatering innen twee jaar na de eerste constatering, volgt een van 6 maanden en ij een 3 e constatering innen twee jaar na de tweede constatering, volgt van de coffeeshop voor een periode van 12 maanden. 1 Bij een 4 e overtreding innen twee jaar na de derde constatering volgt een voor onepaalde tijd over te gaan. 11. Een grotere handelsvoorraad dan 500 gram (plus-criterium) Niet alleen softdrugs in de openare verkoopruimte vormen handelsvoorraad. Handelsvoorraad zijn ook softdrugs die elders worden aangetroffen indien er een directe relatie estaat met de coffeeshop. Het moet gaan om elders aanwezige drugs die kennelijk voor verkoop in deze coffeeshop estemd zijn. Indien aan dit criterium is voldaan gelden ook softdrugs die elders in het pand, in een ander pand of in een auto liggen, als handelsvoorraad (vgl. ABRvS 15 juli 2009, LJN BJ2653; 7 oktoer 2009, BJ9521; 9 maart 2011, BP7161; 22 juli 2011, BR3222). De duur van de is afhankelijk van de omstandigheden van het geval, waaronder de hoeveelheid aangetroffen drugs. 1 Overwogen kan worden om al in een eerder stadium en zeker na de derde constatering over te gaan tot van de coffeeshop op grond van art. 3 jo. 36 Drank- en Horecawet, wegens het ontreken van de vereiste vergunning. 5

6 Bij de 1 e constatering wordt de coffeeshop maximaal 1 jaar gesloten conform staffels (ijlage 1) Bij de 2 e constatering innen twee jaar na de eerste constatering wordt de coffeeshop maximaal 1 jaar gesloten conform staffels (ijlage 1) Bij de 3 e constatering innen twee jaar na de tweede constatering wordt de coffeeshop voor onepaalde tijd gesloten en uiten het gedoogeleid geplaatst. Handhavingsmatrix coffeeshops Constatering Overtreding met H criterium Overtreding met de A en O criteria 1 e constatering 12 maanden 1 maand 2 e constatering Sluiting onepaalde tijd (minimaal 24 maanden) en uiten gedoogeleid plaatsen 3 maanden 3 e constatering n.v.t. 6 maanden 4 e (en evt. volgende) constatering n.v.t. Sluiting onepaalde tijd Overtreding handelshoeveelheid (meer dan 500 gram softdrugs) Overtreding met G en I criteria Maximale van een jaar conform staffels (ijlage 1) Bestuurlijke waarschuwing Maximale van een jaar conform staffels (ijlage 1) 3 maanden Sluiting onepaalde tijd en uiten gedoogeleid plaatsen 12 maanden Sluiting onepaalde tijd Overtreding met J criterium Aanwezig heen, verstrekken van en geruik van alcohol in een gedoogde coffeeshop 6 maanden 3 maanden 12 maanden 6 maanden Sluiting onepaalde tijd en uiten gedoogeleid plaatsen 12 maanden n.v.t. Sluiting onepaalde tijd II Beleidsregels woningen en daarij ehorende erven: drugshandel en hennepteelt 12. Woongenot De van woningen en/of daarij ehorende erven grijpt zwaarder in op de persoonlijke levenssfeer van etrokkene(n) dan de van lokalen. Daarom wordt er onderscheid gemaakt tussen woningen en lokalen. De essentie ligt daarin dat er in ewoonde woningen sprake is van het heen van woongenot en de daaraan sterk gerelateerde persoonlijke levenssfeer. 13. Feitelijk voor ewoning geruikt De urgemeester verstaat in het kader van de estuurlijke handhaving van de Opiumwet onder een woning een feitelijk voor ewoning geruikte ruimte. Daar 6

7 waar dus feitelijk sprake is van het heen van woongenot. Of een ruimte wordt geruikt als woonruimte en er dan ook sprake is van het heen van woongenot, lijkt uit de feitelijke constatering ter plaatse. Veelal staat dit verwoord in het proces-veraal van evindingen van de politie. Dit kan echter ook geconstateerd worden door een medewerker van de gemeente Waalwijk en in een controlerapport worden vastgelegd. Eventuele inschrijvingen in de gemeentelijke asisadministratie zijn mede epalend om vast te stellen of er sprake is van feitelijke ewoning. Een voor ewoning estemde ruimte die niet feitelijk geruikt wordt als woning wordt aangemerkt als lokaal en valt daarmee onder het handhavingseleid wat voor lokalen geldt. Woningen en/of daarij ehorende erven en harddrugs 14. Constatering harddrugs in een woning en/of ijehorende erven Indien in woningen en/of op ij woningen ehorende erven drugshandel plaatsvindt ten aanzien van een middel als edoeld in lijst I (harddrugs), met een handelsvoorraad van > 0,5 gram, dan volgt ij een 1 e constatering een van 3 maanden. Bij een 2 e constatering van de Opiumwet in een woning en/of op ij woningen ehorende erven, innen twee jaar na de 1 e constatering, dan vindt er een plaats van 6 maanden. Bij een 3 e constatering van de Opiumwet innen twee jaar na de tweede constatering, dan vindt er een voor onepaalde tijd plaats. Woningen en/of daarij ehorende erven en softdrugs 15. Constatering softdrugs in een woning en/of ijehorende erven Indien in woningen en/of op ij ehorende erven drugshandel plaatsvindt ten aanzien van een middel als edoeld in lijst II (softdrugs) met een handelsvoorraad van > 30 gram, dan ontvangen de etrokkenen hiervoor een op schrift gestelde estuurlijke waarschuwing. Deze waarschuwing geldt voor een termijn van twee jaar. Bij een 2 e constatering van een overtreding van de Opiumwet in een woning en/of op ij ehorende erven, innen twee jaar na de 1 e constatering, vindt een plaats van 3 maanden. Bij een 3 e overtreding van de Opiumwet innen twee jaar na de tweede constatering vindt er een plaats van 6 maanden en ij een 4 e overtreding innen twee jaar na de derde constatering, een van 12 maanden. 7

8 Handhavingsmatrix woningen en/of ijehorende erven Constatering 1 e constatering 2 e constatering 3 e constatering 4 e en volgende Aanwezigheid van harddrugs in handelshoeveelheid (> 0,5 gram) en/of verkoop van harddrugs in een woning en/of ijehorende erven 3 maanden 6 maanden Sluiting voor onepaalde tijd n.v.t. Aanwezigheid van softdrugs in handelshoeveelheid (> 30 gram) en/of verkoop softdrugs in woning en/of ijehorende erven (incl. aanwezigheid van een hennepkwekerij/dro gerij/ knipperij) Schriftelijke estuurlijke waarschuwing 3 maanden 6 maanden 12 maanden 8

9 III Beleidsregels niet gedoogde verkooppunten van drugs: de drugshandel en hennepteelt in (al dan niet voor het puliek opengestelde) lokalen dan wel in of ij zodanige lokalen ehorende erven, niet zijnde coffeeshops. 16. Niet gedoogde verkooppunten van drugs Onder de in deze categorie edoelde panden vallen de voor puliek toegankelijke lokalen in of ijehorende erven (zoals winkels en horecaedrijven) en de niet voor puliek toegankelijke lokalen en in of ijehorende erven (zoals loodsen, magazijnen en andere edrijfsruimten). Ook niet feitelijk ewoonde woningen onder deze categorie. Harddrugs in niet gedoogde verkooppunten van drugs 17. Constatering harddrugs in niet gedoogde verkooppunt Bij een 1 e constatering van drugshandel ten aanzien van een middel als edoeld in lijst I, dan wordt het pand gesloten voor de duur van 12 maanden. Bij een 2 e constatering, innen twee jaar na de eerste constatering wordt het pand gesloten voor onepaalde tijd (minimaal 12 maanden). Softdrugs in niet gedoogde verkooppunten van drugs 18. Constatering softdrugs in niet gedoogde verkooppunt Bij een 1 e constatering van drugshandel ten aanzien van een middel als edoeld in lijst II, wordt het pand gesloten voor de duur van 6 maanden. Bij een 2 e constatering innen twee jaar na de eerste constatering wordt een van 12 maanden evolen. Bij de 3 e constatering innen twee jaar na de tweede constatering, vindt een plaats voor onepaalde tijd (minimaal 12 maanden). Handhavingsmatrix lokalen en in of ijehorende erven, niet zijnde coffeeshops Constatering Aanwezigheid van softdrugs in handelshoeveelheid (>5 gram) en/of verkoop softdrugs in een lokaal en in of ijehorende erven, niet zijnde een coffeeshop Aanwezigheid van harddrugs in handelshoeveelheid (> 0,5 gram) en/of verkoop van harddrugs in een lokaal en in of ijehorende, niet zijnde een coffeeshop 1 e constatering 6 maanden 12 maanden 2 e constatering 12 maanden Sluiting voor onepaalde tijd (minimaal 12 maanden) 3 e constatering Sluiting voor onepaalde tijd (minimaal 12 maanden) n.v.t. 9

10 INWERKINGTREDING Deze eleidsregel treedt in werking met ingang van de dag volgende op die van ekendmaking. CITEERTITEL Deze regeling kan worden aangehaald als de Beleidsregels voor de toepassing van een last onder estuursdwang voor coffeeshops ingevolge artikel 13 Opiumwet. Aldus vastgesteld door de urgemeester op De urgemeester van Waalwijk, drs. A.M.P. Kleijngeld 10

11 Toelichting op Beleidsregels voor de toepassing van een last onder estuursdwang voor coffeeshops ingevolge artikel 13 Opiumwet (de wet Damocles) Algemene Toelichting: Het Nederlandse drugseleid richt zich op het tegengaan en reduceren van drugsgeruik, zeker voor zover leidend tot gezondheids- en sociale schade, en op het voorkomen en verminderen van de maatschappelijke schade die aan het geruik van, de productie van en de handel in drugs is veronden. Per 1 januari 2013 is het gedoogeleid voor coffeeshops aangescherpt door de toegang tot coffeeshops tot ingezetenen van Nederland van achttien jaar en ouder (het zogenaamde I- criterium) te eperken. Daartoe zijn in de Aanwijzing Opiumwet wijzigingen doorgevoerd. Nadere Toelichting: Bestuursdwang Bij overtreding van de AHOJGI-criteria, aanwezigheid van alcohol of een te grote handelsvoorraad in coffeeshops of harddrugs of softdrugs in inrichtingen, niet zijnde een coffeeshop, past de urgemeester estuursdwang toe. Bestuursdwang is een meer geëigend middel om zeker te stellen dat een eind gemaakt wordt aan de overtreding van de Opiumwet en dat verdere overtredingen worden voorkomen. Een eslissing tot toepassing van estuursdwang moet op schrift gesteld worden. Slechts indien de situatie dermate spoedeisend is dat het estuursorgaan de eslissing tot toepassing niet tevoren op schrift kan stellen, dan moet de opschriftstelling zo spoedig mogelijk nadat de estuursdwang is toegepast (art. 5:31, lid 2 Aw). Slechts ij uitzondering kan sprake zijn van een dergelijke spoedeisendheid. Verwijtaarheid Volgens vaste jurisprudentie speelt de persoonlijke verwijtaarheid van de exploitant geen rol ij de vraag of er zich een situatie voordoet die tot van inrichting noopt. De exploitant is verantwoordelijk voor de gang van zaken in de door hem geëxploiteerde inrichting. Voornemen Volgens artikel 4:8 van de Aw moet een estuursorgaan dat een eschikking geeft waartegen een elangheende naar verwachting edenkingen zal heen, de elangheende in de gelegenheid stellen om zijn zienswijze naar voren te rengen. In afwijking van de handhavingsstrategie "zó handhaven we in Braant" zal in het voornemen geen egunstigingstermijn worden opgenomen, maar wordt enkel een termijn geoden om zienswijzen in te dienen over de voorgenomen. Doel van de Met de wordt ij lokalen en in of ij ehorende erven, niet zijnde coffeeshops, eoogd de gewoonte te doorreken van epaalde klanten om de inrichting ten ehoeve van drugsevoorrading te ezoeken. Het doel is ook de toestroom van handelaren naar de inrichting te doen afnemen alsmede de verstoring van de openare orde die met de toeloop van geruikers en handelaren gepaard gaat. Wanneer het om een gedoogde coffeeshop gaat, wordt met de eoogd de exploitant de gelegenheid te geven om zijn exploitatie op orde te krijgen en hem aan te sporen om zich in toekomst aan de geldende wetgeving te houden. 11

12 Effectuering van het sesluit Na de ekendmaking van het sesluit zal overgegaan worden tot het sluiten van het pand of de woning en/of ijehorende erven. Ingevolge de uitspraak van de ABRS is de egunstigingstermijn in geval van het optreden op grond van artikel 13 Opiumwet niet edoeld om de elangheenden de mogelijkheid te geven de tenuitvoerlegging van het esluit te voorkomen. 2 De elangheende krijgt de kans om voor de persoonlijke eigendommen uit de woning en het lokaal en/of daarij ehorende erven te halen. De handhavers controleren of de eigenaar en/of geruiker heeft voldaan aan de last tot estuursdwang. Als een elangheende een woning of een lokaal en/of een daarij ehorende erven zelf sluit, kan niet worden gegarandeerd dat de woning of lokaal en/of ijehorende erven daadwerkelijk gesloten lijven. Daarom worden de ramen en toegangsdeuren van het pand verzegelt door middel van verzegelingsstickers. Zonder het aanrengen van zegels kan niet worden gecontroleerd of het pand gedurende de speriode inderdaad gesloten lijft. De sleutels van het te sluiten pand worden dan overgedragen. De handhaver legt dit vast in een sleuteloverdrachtformulier. Het sleuteloverdrachtformulier wordt in tweevoud ondertekend door de gemeente en de eigenaar/geruiker. Indien de eigenaar/geruiker niet heeft voldaan aan de last tot estuursdwang dan geeft de handhaver een derde opdracht om de sloten van alle toegangsdeuren te vervangen. Wanneer het pand verzegeld is wordt het makelaarsord Drugspand Gesloten opgehangen aan een gevel(raam), ij voorkeur op de eerste verdieping van het pand. Na afloop van de werkzaamheden wordt het pand verlaten, het tijdstip verlaten pand wordt vastgelegd in het verslag tot innentreding. Tot slot, worden de ewonersrieven in de rievenussen van naast- en tegenovergelegen panden ezorgt. Het doorreken van het zegel is strafaar op grond van artikel 199 Wetoek van Strafrecht. Daarnaast is in artikel 2:41 lid 2 van de Algemene plaatselijke verordening het etreden van een gesloten woning, lokaal en/of erf, strafaar gesteld. Bij de uitvoering van de kunnen naast een medewerker van de gemeente en politie ook vertegenwoordigers van andere (keten)partners aanwezig zijn, ijvooreeld: een aannemer, het energieedrijf, de GGD of een medewerker van een verslavingszorginstelling. Op grond van de Wet kenaarheid puliekrechtelijke eperkingen onroerende zaken dient het esluit tot van het pand innen vier dagen te worden ingeschreven in de landelijke voorziening. Bij panden die aan verschillende personen worden verhuurd, zoals kamerverhuurpanden, kan worden overgegaan tot gedeeltelijke door van afzonderlijke kamers of een gedeelte van het pand. De rest van het pand lijft dan voor derden toegankelijk. Hierdoor worden ijvooreeld medeewoners, die niets met de overtreding te maken heen, niet onnodig getroffen. Bij aanhoudende overlast kan het pand alsnog in zijn geheel gesloten worden. Kostenverhaal Het kostenverhaal evat de kosten veronden aan de : vervangen van sloten, verzegeling, ontsmetting, ontruiming, amtelijke uren voor de, afsluiten van nutsvoorzieningen en dierenopvang. De kosten van kunnen ingevolge art. 5:25, eerste lid Aw op de overtreder worden verhaald. Het kan zijn dat zaken meegevoerd en opgeslagen worden om de last onder estuursdwang toe te passen, als edoeld in artikel 5:29 Aw. Zolang de verschuldigde kosten niet zijn voldaan, kan de teruggave van de zaken worden opgeschort. 2 ABRvS 11 juni 2008, /1, LJN BD

13 Rechtsopvolging Dit eleid is gerelateerd aan de locatie en niet aan de ewoner, huurder, geruiker of eigenaar. Dit etekent dat een opgelegde ook werkt voor rechtsopvolgers. Ook geldt ij een tweede en verdere constatering in het pand of de daarij ehorende erven direct een langere stermijn, ook al is er sprake van een nieuwe overtreder. Een esluit tot toepassing van estuursdwang ingevolge artikel 13 van de Opiumwet is een eperkingsesluit dat valt onder de Wet kenaarheid puliekrechtelijke eperkingen onroerende zaken en wordt dan ook opgenomen in de landelijke voorziening, geaseerd op de Wet kenaarheid puliekrechtelijke eperkingen. Verjaring Indien gedurende twee jaar na de waarschuwing of het op de eerdere constatering genomen esluit geen nieuwe constatering plaatsvindt, zal de zaak als afgedaan worden eschouwd. Een latere constatering op dezelfde locatie zal dan gelden als een eerste constatering. Afwijkingsevoegdheid Op grond van artikel 4:84 van de Algemene wet estuursrecht kan van deze eleidsregels worden afgeweken indien toepassing van het eleid voor een of meer elangheenden gevolgen zou heen die wegens ijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met deze eleidsregels te dienen doelen. Samenloop Indien er sprake is van samenloop van overtredingen in die zin dat een tweede of volgende constatering innen twee jaar na de voorgaande constatering een ander criterium etreft dan de eerste overtreding, en de aan die overtredingen gekoppelde maatregel (stermijn) hetzelfde is, wordt de nieuwe overtreding als recidive eschouwd. Inwerkingtreding Dit handhavingseleid treedt in werking op de eerste dag na de datum van ekendmaking. 13

14 Bijlage I Staffels handelsvoorraad coffeeshop Bij de eerste overtreding volgt een maatregel conform de volgende uitgangspunten; 500 gram tot 5 kilo: waarschuwing 5 tot 10 kilo: 3 maanden 10 tot 15 kilo: 4 maanden 15 tot 20 kilo: 5 maanden 20 tot 25 kilo: 6 maanden 25 tot 30 kilo: 7 maanden 30 tot 40 kilo: 8 maanden 40 tot 50 kilo: 9 maanden 50 tot 60 kilo: 10 maanden 60 tot 80 kilo: 11 maanden 80 en meer: 12 maanden Indien innen 2 jaar na vorige (eerste) constatering een 2 e overtreding wordt geconstateerd, volgt een maatregel conform de volgende uitgangspunten: 500 gram tot 1 kilo: 1 maand 1 tot 2 kilo: 2 maanden 2 tot 3 kilo: 3 maanden 3 tot 20 kilo: 6 maanden 20 kilo en meer: 12 maanden Indien innen twee jaar na vorige (tweede) constatering een 3 e overtreding wordt geconstateerd, volgt een voor onepaalde tijd. De exploitatievergunning wordt ingetrokken en de coffeeshop wordt van de gedooglijst gehaald. 14