Cijfers over leefstijl, risicofactoren, ziekte en sterfte. Hart- en vaatziekten in Nederland 2017

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Cijfers over leefstijl, risicofactoren, ziekte en sterfte. Hart- en vaatziekten in Nederland 2017"

Transcriptie

1 Cijfers over leefstijl, risicofactoren, ziekte en sterfte Hart- en vaatziekten in Nederland 217

2 Inhoudsopgave Voorwoord 3 Samenstelling van de Werkgroep Cijfers 5 1. Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten 7 2. Hartinfarct Prognose na ziekenhuisopname voor hartfalen Ziekte en sterfte aan beroerte Boezemfibrilleren Ingrepen bij hartritmestoornissen Zout, bloeddruk en hart- en vaatziekten Leefstijl en risicofactoren voor hart- en vaatziekten in bevolkingsgroepen met verschillende migratieachtergrond Kenmerken van deelnemers aan hartrevalidatieprogramma s Europese vergelijking van impact van risicofactoren op het aantal verloren levensjaren in goede gezondheid in Nederland Regionale verschillen in gezondheidsindicatoren in relatie tot hart- en vaatziekten 251 Bijlagen A Beschrijving ICD-codes van de tien ziektecategorieën binnen de hart- en vaatziekten 259

3 Hart- en vaatziekten in Nederland, 217 Cijfers over leefstijl, risicofactoren, prevalentie, ziekte en sterfte Gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek en Dutch Hospital Data gepubliceerd onder redactie van de Werkgroep Cijfers van de Hartstichting. Samenstelling (in alfabetische volgorde): Prof. dr. M.L. Bots, arts-epidemioloog 1 Drs. J. Buddeke, gezondheidswetenschapper, epidemioloog 1,2 Dr. I. van Dis, epidemioloog 2 Dr. I. Vaartjes, epidemioloog 1,2 Prof. dr. F.L.J. Visseren, internist-vasculair geneeskundige 3 1 Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Eerstelijns Geneeskunde, Universitair Medisch Centrum Utrecht, Utrecht 2 Hartstichting, Den Haag 3 Afdeling Vasculaire Geneeskunde, Universitair Medisch Centrum Utrecht, Utrecht Gegevens en figuren uit dit rapport mogen met bronvermelding worden overgenomen. De juiste verwijzing luidt: Auteurs hoofdstuk, titel hoofdstuk. In: Buddeke J, Van Dis I, Visseren FLJ, Vaartjes I, Bots ML. Hart- en vaatziekten in Nederland 217, cijfers over leefstijl, risicofactoren, ziekte en sterfte. Den Haag: Hartstichting, 217. Den Haag, november 217

4 2

5 Voorwoord Voor de 23 ste maal biedt de Hartstichting u een boek met cijfers over leefstijl, risicofactoren, ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten. Hoofdstuk 1 omvat de meest recente cijfers over ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten (HVZ). Door de daling in sterfte aan HVZ is dit jaar voor het eerst dat zowel bij mannen als bij vrouwen HVZ geen doodsoorzaak nummer 1 meer is. Het aantal ziekenhuisopnamen voor HVZ stijgt weer in de laatste jaren. In hoofdstuk 2 worden cijfers over het hartinfarct gepresenteerd. Ook de sterfte aan het hartinfarct is sterk gedaald en vindt thans op hogere leeftijd plaats. Het aantal ziekenhuisopnamen is in de afgelopen 1 jaar in alle leeftijdsklassen toegenomen. Het aantal ligdagen in het ziekenhuis daalde van gemiddeld 18 dagen in 198 naar 4 dagen in 216. In 216 zijn bijna 8. mensen overleden aan hartfalen en vonden er ruim 3. ziekenhuisopnamen plaats. Na een eerste ziekenhuisopname voor hartfalen in 21 waren na 1 maand, 1 resp. 5 jaar 14%, 33% en 65% van de patiënten overleden. Dit betreft een daling van 2-3% t.o.v. 2 (hoofdstuk 3). Binnen hart- en vaatziekten overlijdt 25% van de mensen aan een beroerte. In 216 overleden 337 mensen aan een subarachnoïdale bloeding, aan een intracerebrale bloeding en 5.65 aan een herseninfarct.de prognose na een intracerebrale bloeding is het slechtst (hoofdstuk 4). Het opsporen van mensen die nog onbekend zijn met boezemfibrilleren zal in de komende jaren hoog op de agenda van de Hartstichting staan. Vandaar dat de cijfers over dit ziektebeeld op een rij gezet zijn. Het aantal ziekenhuisopnamen voor boezemfibrilleren is in de afgelopen decennia sterk gestegen naar zo n 4., terwijl het aantal ligdagen in het ziekenhuis gedaald is van dagen in 198 naar 1-2 dagen in 216 (hoofdstuk 5). Het aantal pacemakers en ICD s dat jaarlijks geïmplanteerd wordt is gestegen naar resp in % van de pacemakers en 7% van de ICD s wordt bij mannen geïmplanteerd (hoofdstuk 6). De meeste pacemakers worden bij jarigen en ICD s bij jarigen geplaatst. Jaarlijks kunnen in Nederland 1.5 sterfgevallen en 6. nieuwe gevallen van hart- en vaatziekten voorkomen worden als dagelijks 3 gram zout minder gegeten wordt. Deze daling komt overeen met een daling van de hui- 3 Voorwoord

6 dige inname van 8,5 gram per dag naar het advies van de Gezondheidsraad om minder dan 6 gram zout per dag te eten (hoofdstuk 7). Het opsporen van mensen met een verhoogde bloeddruk zal in de komende jaren extra aandacht bij de Hartstichting krijgen. Uit het HELIUS onderzoek blijkt dat mensen van Surinaamse, Marokkaanse, Turkse en Ghanese afkomst over het algemeen een ongunstiger risicoprofiel voor hart- en vaatziekten hebben ten opzichte van mensen van Nederlandse afkomst. Uitzonderingen betreffen het voorkomen van hypercholesterolemie en de consumptie van verzadigd vet (hoofdstuk 8). Op basis van de CARDSS data blijkt dat rond de 9% van de hartpatiënten een indicatie heeft voor de beweegmodule en voor de leefstijlmodule. Van deze patiënten besluit 8% daadwerkelijk aan de beweegmodule deel te nemen, terwijl slechts minder dan 25% besluit deel te nemen aan de leefstijl module (hoofdstuk 9). Hier valt nog grote gezondheidswinst te behalen. In hoofdstuk 1 wordt op basis van de Global Burden of Disease berekend dat van alle levensjaren verloren in goede gezondheid (DALY s). 3% op conto van hart- en vaatziekten komt. De top 3 van factoren die hier aan bijdragen zijn: hoge bloeddruk, minder goede voeding en een verhoogd cholesterol. Nederland doet het relatief minder goed t.o.v. andere landen voor wat betreft roken (vrouwen), een verhoogde bloeddruk en lichamelijke activiteit (mannen), glucose intolerantie. Ook binnen Nederland zijn er grote regionale verschillen in gezondheidsindicatoren (hoofdstuk 11). De Hartstichting publiceert in dit boek cijfers van verschillende databronnen. Hierbij willen wij onze dank betuigen aan het CBS, Dutch Hospital Data, Nederlandse Hart Registratie, het Julius Centrum (UMCU), het RIVM, WUR, CARDSS-registratie en de HELIUS-onderzoeksgroep in AMC. Tevens danken wij de onderzoekers en gastauteurs voor hun grote inzet om deze interessante data te ontsluiten. Namens de Werkgroep Cijfers, Prof.dr. F.L. J. Visseren, Internist-vasculair geneeskundige, UMC Utrecht Voorzitter mw. dr. I. van Dis, epidemioloog, Hartstichting Secretaris (i.van.disahartstichting.nl) 4 Voorwoord

7 Samenstelling van de Werkgroep Cijfers van de Hartstichting Prof.dr. F.L.J. Visseren, voorzitter (Afdeling Vasculaire Geneeskunde, UMCU, Utrecht) Mevr. dr.ir. I. van Dis, secretaris (Hartstichting, Den Haag) Dr. J.D. Blankensteijn (Afdeling Heelkunde, VUmc, Amsterdam) Prof.dr. M.L. Bots (Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Eerstelijnsgeneeskunde, UMCU, Utrecht) Mevr. ir. A. de Bruin (Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag) Prof.dr. J. Deckers (Thoraxcentrum, ErasmusMC, Rotterdam) Dr. A.H. Liem (Afdeling Cardiologie, St Franciscus Gasthuis, Rotterdam) Dr. J.B. Reitsma (Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Eerstelijnsgeneeskunde, UMCU, Utrecht) Prof. dr. F.G. Schellevis (Nivel, Utrecht en Afdeling Huisartsgeneeskunde & Ouderengeneeskunde, Amsterdam Public Health Research Institute, VUmc, Amsterdam) Prof.dr. Y. Smulders (Afdeling Interne Geneeskunde, VUmc, Amsterdam) Mevr. prof.dr.ir. W.M.M. Verschuren (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Centrum voor Voeding, Preventie en Zorg, Bilthoven) Mevr. dr. M.C. Visser (Afdeling Neurologie, VUmc, Amsterdam) Dr. R.H. Wimmers (Team Kennis & Trends, Hartstichting) Wetenschappelijke medewerkers Mevr. drs. J. Buddeke (Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Eerstelijnsgeneeskunde, UMCU, Utrecht) Mevr. dr. I. Vaartjes (Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Eerstelijnsgeneeskunde, UMCU, Utrecht) 5 Werkgroep Cijfers

8 6

9 1 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten J. Buddeke 1,2, I. van Dis 1, F.L.J. Visseren 3, I. Vaartjes 1,2, M.L. Bots 2 1 Hartstichting, Den Haag 2 Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Eerstelijns Geneeskunde, Universitair Medisch Centrum Utrecht, Utrecht 3 Afdeling Vasculaire Geneeskunde, Universitair Medisch Centrum Utrecht, Utrecht Samenvatting Sterfte In 216 zijn mannen en vrouwen overleden aan hart- en vaatziekten. Mannen overlijden op lagere leeftijd aan hart- en vaatziekten dan vrouwen. De gemiddelde leeftijd bij overlijden aan hart- en vaatziekten was 78 jaar bij mannen en 84 jaar bij vrouwen. Vrouwen overlijden vaker dan mannen aan een beroerte en hartfalen, terwijl mannen vaker overlijden aan een hartinfarct. In totaal overleden er in mannen en vrouwen aan een hartinfarct. De gemiddelde leeftijd bij overlijden aan een hartinfarct was 75 jaar voor mannen en 82 jaar voor vrouwen. In totaal overleden er in mannen en 5.57 vrouwen aan een beroerte. De gemiddelde leeftijd bij overlijden aan een beroerte was 79 jaar voor mannen en 84 jaar voor vrouwen. In totaal overleden er in mannen en mannen aan hartfalen. De gemiddelde leeftijd bij overlijden aan hartfalen was 83 jaar voor mannen en 88 jaar voor vrouwen. In totaal overleden er mannen aan hart- en vaatziekten in 198 en in 216. In totaal overleden vrouwen aan hart- en vaatziekten in 198 en in 216. Het voor leeftijdsopbouw van de bevolking gecorrigeerde sterftecijfer voor hart- en vaatziekten is bij mannen met 69% gedaald en bij vrouwen met 59% in de periode Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

10 Ziekenhuisopnamen In 216 waren er in totaal ziekenhuisopnamen voor hart- en vaatziekten, waarbij er meer opnamen waren voor mannen dan voor vrouwen. Er waren ziekenhuisopnamen voor hart- en vaatziekten voor mannen en voor vrouwen. Mannen waren gemiddeld 68 jaar oud bij ziekenhuisopname voor hart- en vaatziekten en vrouwen 72 jaar oud. Er waren ziekenhuisopnamen voor een hartinfarct voor mannen en voor vrouwen. De gemiddelde leeftijd bij opname voor het hartinfarct was 66 jaar voor mannen en 71 jaar voor vrouwen. Bij beroerte ging het om ziekenhuisopnamen voor mannen en ziekenhuisopnamen voor vrouwen, hier bedroeg de gemiddelde leeftijd bij opname 7 jaar voor mannen en 73 jaar voor vrouwen. Er waren ziekenhuisopnamen voor hartfalen voor mannen en voor vrouwen. De gemiddelde leeftijd bij opname voor hartfalen was 75 jaar voor mannen en 8 jaar voor vrouwen. Het voor leeftijdsopbouw van de bevolking gecorrigeerde ziekenhuisopnamecijfer voor hart- en vaatziekten is in de periode 198 tot 216 bij mannen met 8% gedaald en bij vrouwen met 3% gestegen. In dezelfde periode nam het voor leeftijdsopbouw van de bevolking gecorrigeerde ziekenhuisopnamecijfer voor hartinfarct af bij mannen met 37% en bij vrouwen met 16%. Voor beroerte was er enkel een daling voor mannen met 6% en steeg het opnamecijfer bij vrouwen met 3%. Bij hartfalen was er een toename van 6% bij mannen en 19% bij vrouwen. Dagopnamen In 216 waren er in totaal dagopnamen voor hart- en vaatziekten, waarbij er meer opnamen voor mannen dan voor vrouwen waren. Vrouwen waren bij opname gemiddeld 1 jaar ouder. Er waren dagopnamen voor hart- en vaatziekten voor mannen en voor vrouwen. De gemiddelde leeftijd bij dagopname vanwege harten vaatziekten was in jaar voor mannen en 66 jaar voor vrouwen. Er waren dagopnamen voor ischemische hartziekten voor mannen en dagopnamen voor vrouwen. Er waren dagopnamen voor overige hartziekten (zoals hartfalen en boezemfibrilleren) voor mannen en dagopnamen voor vrouwen. Ziektelast In 215 gingen gezonde levensjaren verloren als gevolg van hart- en vaatziekten, waarvan door ischemische hartziekten, door beroerte en 71.7 door hartfalen. 8 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

11 1.1 Sterfte Net als in voorgaande jaren overleden er in Nederland in 216 meer vrouwen dan mannen aan de gevolgen van een hart- of vaatziekte (tabel 1.1), namelijk mannen tegenover vrouwen. Dit komt neer op gemiddeld 5 mannen en 56 vrouwen die per dag aan hart- en vaatziekten overlijden. Het aandeel van de hart- en vaatziekten in de totale sterfte was daarmee 25% voor mannen en 27% voor vrouwen. Naarmate de leeftijd toeneemt, neemt ook het aantal personen dat aan hart- en vaatziekten sterft toe (tabel 1.2). Aangezien vrouwen gemiddeld ouder worden dan mannen is dit een belangrijke verklaring waarom er meer vrouwen dan mannen overlijden aan de gevolgen van hart- en vaatziekten. Kanker vormt de belangrijkste doodsoorzaak in Nederland in zowel mannen als vrouwen met een aandeel van respectievelijk 34% en 27% in de totale sterfte. Naast hart- en vaatziekten en kanker vormen ziekten van de ademhalingsorganen, psychische en gedragsstoornissen en ziekten van het zenuwstelsel en zintuigen belangrijke oorzaken van overlijden. Binnen de groep psychische en gedragsstoornissen valt overlijden aan de complicaties van dementie (in mannen, gemiddelde leeftijd 84 jaar en 1.51 vrouwen, gemiddelde leeftijd 88 jaar). Onder de groep overige doodsoorzaken valt onder andere diabetes mellitus (1.38 mannen, gemiddelde leeftijd 76 jaar en 1.59 vrouwen, gemiddelde leeftijd 83 jaar) en Parkinson (1.38 mannen, gemiddelde leeftijd 81 jaar en 771 vrouwen, gemiddelde leeftijd 83 jaar). 9 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

12 Registratie van doodsoorzaken De cijfers over doodsoorzaken zijn berekend op basis van gegevens aangeleverd door het in het Centraal Bureau van de Statistiek (CBS). Het CBS is in 213 overgegaan van handmatig coderen van de doodsoorzakenformulieren naar automatisch coderen van doodsoorzaken. De overeenstemming bleek bijna 9% op ICD-1 hoofdstukniveau. Samen met het invoeren van een ICD-1 update, bracht dit echter wel eenmalige verschuivingen in de statistiek met zich mee. Zo was er een significante toename van de infectieziekten, dementie, de ziekte van Alzheimer en het laat gevolg van een CVA als onderliggende doodsoorzaak, en een significante afname van longontsteking, COPD, ziekten van het spijsverteringsstelsel, urineweginfectie en ouderdom. Dementie/Alzheimer en het laat gevolg van een CVA namen toe ten koste van longontsteking en urineweginfectie. Het is een aanpassing aan internationale opvattingen over het selecteren van de onderliggende doodsoorzaak. Voor de prevalentie van kanker en hart- en vaatziekten is het verschil tussen het automatisch en handmatig coderen gering. 1 Daarnaast dient de opmerking te worden geplaatst dat de gepresenteerde sterftecijfers voorlopige cijfers betreffen. Er kunnen nog kleine veranderingen optreden. Hartstichting is in 215 overgestapt op nieuwe indeling voor hart- en vaatziekten Tot en met 214 werd door de Hartstichting gebruik gemaakt van de indeling voor hart- en vaatziekten ontwikkeld door TNO in Vanaf 215 maakt de Hartstichting gebruik van een vergelijkbare indeling voor hart- en vaatziekten als het CBS en het RIVM (ICD-9: 39 t/m 459 en ICD-1 I t/m I99) om cijfers gepresenteerd door verschillende organisaties beter op elkaar aan te laten sluiten. Zowel de cijfers van 216 als van de jaren ervoor in dit hoofdstuk zijn berekend aan de hand van deze nieuwe indeling. In de bijlage worden de cijfers conform de TNO-indeling gepresenteerd. 1 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

13 Tabel 1.1 Doodsoorzaken in Nederland in 216, absolute aantallen, percentages en gemiddelde leeftijd van overlijden Bron CBS Mannen Vrouwen Totaal Doodsoorzaak Gem. Gem. Gem. N % 2 Lft. N % 2 Lft. N % 2 Lft. Hart- en vaatziekten Kwaadaardige nieuwvormingen Ziekten van ademhalingsorganen Psychische en gedragsstoornissen Ziekten van zenuwstelsel en zintuigen Uitwendige oorzaken van letsel en vergiftiging Overige doodsoorzaken Alle doodsoorzaken Op basis van ICD-1 codes I t/m I99. Voor de precieze omschrijving van deze codes wordt verwezen naar bijlage A 2 Als gevolg van afronding tellen de percentages niet tot 1 op Bij mannen en vrouwen jonger dan 85 jaar is kanker de meest voorkomende oorzaak van overlijden. Vanaf 85 jaar vormen hart- en vaatziekten bij mannen en vrouwen de belangrijkste oorzaak van overlijden. Het aandeel van hart- en vaatziekten in de totale sterfte neemt toe met de leeftijd: van 18% tot 65 jaar, naar 25% van 65 tot 85 jaar, tot 31% bij 85 jaar en ouder bij mannen en van 11% tot 65 jaar, naar 23% van 65 tot 85 jaar, tot 35% bij 85 jaar en ouder bij vrouwen. 11 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

14 Tabel 1.2 Doodsoorzaken in Nederland in 216, absolute aantallen naar geslacht en leeftijd Bron CBS Mannen Doodsoorzaak Totaal Hart- en vaatziekten Kwaadaardige nieuwvormingen Ziekten van ademhalingsorganen Psychische en gedragsstoornissen Ziekten van zenuwstelsel en zintuigen Uitwendige oorzaken van letsel en vergiftiging Overige doodsoorzaken Alle doodsoorzaken Vrouwen Doodsoorzaak Totaal Hart- en vaatziekten Kwaadaardige nieuwvormingen Ziekten van ademhalingsorganen Psychische en gedragsstoornissen Ziekten van zenuwstelsel en zintuigen Uitwendige oorzaken van letsel en vergiftiging Overige doodsoorzaken Alle doodsoorzaken Sterfte binnen de hart- en vaatziekten In tabel 1.3 is de sterfte binnen de groep hart- en vaatziekten in 216 uitgesplitst in tien ziektecategorieën. Voor zowel mannen als vrouwen wordt het grootste deel van de sterfte binnen de groep hart- en vaatziekten veroorzaakt door de ischemische hartziekten en beroertes. Samen zijn deze twee ziektebeelden verantwoordelijk voor 49% van de sterfte binnen harten vaatziekten bij mannen en voor 44% bij vrouwen. Naast de ischemische hartziekten en beroertes levert de categorie overige hartziekten een belangrijke bijdrage aan de sterfte binnen hart- en vaatziekten. Hieronder vallen 12 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

15 onder andere sterfte aan hartfalen en boezemfibrilleren. Er overlijden meer mannen dan vrouwen aan de gevolgen van ischemische hartziekten, waaronder het acute hartinfarct. Vrouwen overlijden vaker aan de gevolgen van een beroerte en hartfalen (tabel 1.3 en figuur 1.1). Tabel 1.3 Doodsoorzaken binnen hart- en vaatziekten in Nederland in 216, absolute aantallen en percentages per ziektecategorie naar geslacht Bron CBS Mannen Vrouwen Totaal Doodsoorzaak 1 N % 2 N % 2 N % 2 Ischemische hartziekten Waarvan acuut hartinfarct Beroerte Waarvan herseninfarct Waarvan subarachnoïdale bloeding Waarvan intracerebrale bloeding Reumatische hartziekten en klepgebreken Infectieuze hartziekten Overige hartziekten Waarvan hartfalen Waarvan boezemfibrilleren Waarvan cardiomyopathie Arterieel vaatlijden Waarvan AAA met ruptuur Waarvan AAA zonder ruptuur Waarvan claudicatio intermittens Atherosclerose en/of Hypertensie Veneus vaatlijden 44 <1 49 <1 93 <1 Overige ziekten van het vaatstelsel en lymfewegen 22 <1 19 <1 41 <1 Alle doodsoorzaken binnen hart- en vaatziekten Voor de precieze omschrijving en ICD-1 codes van deze groepen wordt verwezen naar bijlage A AAA: aneurysma abdominale aorta 2 Als gevolg van afronding tellen de percentages niet tot 1 op 13 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

16 Figuur 1.1 Aantal sterfgevallen aan hart- en vaatziekten naar ziektebeeld en geslacht in Nederland in 216 Bron CBS Aantal sterfgevallen Acuut hartinfarct Beroerte Hartfalen Rest hart- en vaatziekten Hart- en vaatziekten totaal Mannen Vrouwen In de leeftijdsklassen tot 85 jaar overlijden minder vrouwen dan mannen aan hart- en vaatziekten, terwijl in de leeftijdsklassen boven 85 jaar in absolute aantallen meer vrouwen overlijden (figuur 1.2). Van alle vrouwen die overlijden aan hart- en vaatziekten sterft 95% boven de 65 jaar. Bij mannen is dit 87%. De gemiddelde leeftijd van overlijden aan hart- en vaatziekten is 78 jaar bij mannen en 84 jaar bij vrouwen. Bij ischemische hartziekten bedroeg de gemiddelde leeftijd bij overlijden 76 voor mannen en 82 voor vrouwen. Bij het hartinfarct is de gemiddelde leeftijd van overlijden vrijwel gelijk, 75 jaar bij mannen en 82 jaar bij vrouwen. De gemiddelde leeftijd van overlijden bij een beroerte is voor mannen en vrouwen respectievelijk 79 en 84 jaar. Mannen waren gemiddeld 83 jaar oud wanneer zij kwamen te overlijden aan hartfalen in 216, vrouwen waren gemiddeld 88 jaar oud. De gemiddelde leeftijd bij overlijden aan boezemfibrilleren bedroeg 84 voor mannen en 88 voor vrouwen. 14 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

17 Figuur 1.2 Aantal sterfgevallen aan hart- en vaatziekten naar leeftijd en geslacht in Nederland in 216 Bron CBS Aantal sterfgevallen Leeftijd (jaren) Mannen Vrouwen Een belangrijke verklaring voor het hogere absolute aantal sterfgevallen aan hart- en vaatziekten bij vrouwen ten opzichte van mannen is het grotere aantal vrouwen in de Nederlandse bevolking in de oudere leeftijdsgroepen. Tabel 1.4 toont daarom voor ischemische hartziekten, acuut hartinfarct, beroerte en het totaal van hart- en vaatziekten ook het aantal sterfgevallen uitgedrukt per 1. mannen, respectievelijk vrouwen. In alle leeftijdsklassen is het sterfterisico aan hart en vaatziekten per 1. inwoners in 216 hoger bij mannen dan vrouwen, betreffende de doodsoorzaken acuut hartinfarct, hartfalen en het totaal aan hart- en vaatziekten. Alleen op zeer hoge leeftijd overlijden per 1. personen meer vrouwen dan mannen aan een beroerte. 15 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

18 Tabel 1.4 Aantal sterfgevallen en sterfte per 1. mannen, respectievelijk vrouwen aan hart- en vaatziekten, waaronder ischemische hartziekten, hartinfarct, beroerte en hartfalen in Nederland in 216 naar leeftijd en geslacht Bron CBS Mannen Vrouwen Doodsoorzaak 1 Leeftijd Aantal Sterfte per Aantal Sterfte per (in jaren) overledenen 1. overledenen 1. Totaal hart- en vaatziekten Totaal Ischemische hartziekten < Totaal Hartinfarct < Totaal Hartfalen <1 14 < Totaal Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

19 Beroerte <1 29 < Totaal Om privacy redenen zijn de leeftijdsgroepen -44 en bij elkaar opgeteld. 1.2 Trends in sterfte Sterfte aan hart- en vaatziekten nam in de periode vrijwel continu af, terwijl kanker in dezelfde periode continu steeg. Ziekten van het zenuwstelsel en psychische en gedragsstoornissen namen tussen in in een toenemende mate een belangrijker aandeel in de totale sterfte in. Figuur 1.3 Trends in absolute sterfte aan hart- en vaatziekten, kwaadaardige nieuwvormingen (kanker), ziekten van de ademhalingsorganen, uitwendige oorzaken van letsel en vergiftiging en overige doodsoorzaken, naar geslacht. Periode Bron CBS Mannen Aantal sterfgevallen Totaal Hart- en vaatziekten Kwaadaardige nieuwvormingen Overige doodsoorzaken Ziekten van de ademhalingsorganen Uitwendige oorzaken van letsel en vergiftiging Jaar Psychische en gedragsstoornissen Ziekten van zenuwstelsel en zintuigen 17 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

20 Vrouwen Aantal sterfgevallen Totaal Hart- en vaatziekten Kwaadaardige nieuwvormingen Overige doodsoorzaken Ziekten van de ademhalingsorganen Uitwendige oorzaken van letsel en vergiftiging Jaar Psychische en gedragsstoornissen Ziekten van zenuwstelsel en zintuigen Tabel 1.5 geeft het absolute aantal sterfgevallen aan hart- en vaatziekten, waaronder ischemische hartziekten, hartinfarct, beroerte en hartfalen in de periode Bij mannen is het bruto sterftecijfer voor hart- en vaatziekten met 45% gedaald (van 39 per 1. in 198 naar 215 per 1. in 216). Bij vrouwen daalde het bruto sterftecijfer met 28% (van 334 per 1. in 198 naar 239 per 1. in 216). 18 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

21 Tabel 1.5 Absolute aantallen sterfgevallen (en per 1. mannen, respectievelijk vrouwen) aan harten vaatziekten, waaronder ischemische hartziekten, hartinfarct, beroerte en hartfalen 1 in de periode Bron CBS Totaal Hart- Ischemische Hartinfarct en vaatziekten hartziekten Jaartal Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen (39) (334) (194) (17) (18) (18) (397) (354) (187) (121) (174) 8.82 (11) (35) (34) (145) (15) 1.2 (135) 7.3 (97) (334) (339) (128) (15) (116) 6.8 (87) (37) (318) (126) (93) (93) (7) (257) (274) (95) (74) (66) (5) (222) (247) 6.4 (73) (52) 3.84 (47) (36) (221) (243) (63) 3.69 (43) 3.54 (36) (27) (215) (239) 5.61 (6) (42) (34) (26) Hartfalen Beroerte Jaartal Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen (2) (17) 5.33 (76) (95) (38) (44) (68) (94) (26) 2.59 (33) (67) (99) (37) 4.67 (52) (63) (97) (28) (46) 4.72 (6) (93) (29) (42) 4.32 (5) (76) (3) (47) (42) (64) (37) (53) (47) (66) (37) (53) (46) 5.57 (65) 1 Voor de precieze omschrijving en ICD-1 codes van deze groepen wordt verwezen naar bijlage A Het verschil in daling tussen mannen en vrouwen neemt af als de sterftecijfers gecorrigeerd worden voor veranderingen in de leeftijdsopbouw van de bevolking (tabel 1.6): 69% daling bij mannen (van 685 per 1. in 198 naar 215 per 1. in 216) en 59% daling bij vrouwen (van Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

22 per 1. in 198 naar 239 per 1. in 216). De sterkste procentuele daling in het gecorrigeerde sterftecijfer tussen 198 en 216 wordt gezien in de leeftijdsgroep van jaar bij mannen (8%) en de leeftijdsgroep van jaar bij vrouwen (76%). Tabel 1.6 Mannen Voor bevolkingsopbouw gecorrigeerd sterftecijfer (per 1. mannen, respectievelijk vrouwen) aan hart- en vaatziekten 1 in de periode in Nederland, naar leeftijd en geslacht. Jaar van standaardisatie is 216 Bron CBS Leeftijdsklassen Jaartal Totaal % -8% -8% -78% -69% -46% -21% -69% Vrouwen Leeftijdsklassen Jaartal Totaal % -64% -71% -76% -7% -47% -23% -59% 1 Voor de precieze omschrijving en ICD-1 codes van deze groepen wordt verwezen naar bijlage A 2 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

23 Tot en met 215 kwamen meer vrouwen te overlijden aan hart- en vaatziekten dan aan kanker. Vanaf 216 is kanker de belangrijkste doodsoorzaak bij vrouwen. In 216 overleden er vrouwen aan kanker en aan hart- en vaatziekten. Bij mannen overlijden sinds 25 meer personen aan kanker dan aan hart- en vaatziekten. In figuur 1.4 worden de voor verandering in leeftijdsopbouw van de bevolking gecorrigeerde sterftecijfers voor hart- en vaatziekten en kanker weergegeven. Bij mannen is het gecorrigeerde sterftecijfer voor kanker met 34% gedaald (van 437 per 1. in 198 naar 29 per 1. in 216). Bij vrouwen is het gecorrigeerde sterftecijfer voor kanker in mindere mate afgenomen met een daling van 8% (van 262 per 1. in 198 naar 241 per 1. in 216). Figuur 1.4 Trend in voor bevolkingsopbouw gecorrigeerd sterftecijfer (per 1. mannen, respectievelijk vrouwen) voor hart- en vaatziekten (HVZ) en kanker in Nederland, naar geslacht. Jaar van standaardisatie is 216 Bron CBS Aantal sterfgevallen/ Man HVZ Vrouw HVZ Man Kanker Vrouw Kanker Jaar De voor bevolkingsopbouw gecorrigeerde sterftecijfers voor hartinfarct en beroerte vertonen een sterke daling in de periode van (figuur 1.5 a en b). De grootste afname in het voor bevolkingsopbouw gecorrigeerde sterftecijfer wordt waargenomen voor het hartinfarct. Hierin bedraagt de daling bij mannen 89% (van 35 per 1. in 198 naar 34 per 1. in 216) en bij vrouwen 85% (van 173 per 1. in 198 naar 26 per 1. in 216). Bij beroerte is het voor bevolkingsopbouw gecorrigeerde sterftecijfer bij mannen gedaald met 66% (van 136 per 1. in 198 naar 46 per 21 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

24 1. in 216) en bij vrouwen met 61% (van 165 per 1. in 198 naar 65 per 1. in 216). Het voor bevolkingsopbouw gecorrigeerde sterftecijfer voor hartfalen blijft gelijk bij mannen (37 per 1. zowel in 198 als in 216) en neemt bij vrouwen met 66% toe (32 per 1. in 198 naar 53 per 1. in 216). Figuur 1.5 Trend in voor bevolkingsopbouw gecorrigeerd sterftecijfer (per 1. mannen, respectievelijk vrouwen) voor hart- en vaatziekten (HVZ), waaronder hartinfarct en hartfalen (a) evenals beroerte en ischemische hartziekten (b), in Nederland, naar geslacht. Jaar van standaardisatie is 216 Bron CBS Aantal sterfgevallen/ A Man Totaal HVZ Man Acuut Hartinfarct Man Hartfalen Jaar Vrouw Totaal HVZ Vrouw Acuut Hartinfarct Vrouw Hartfalen Aantal sterfgevallen/ B Man Totaal HVZ Vrouw Totaal HVZ Man Ischemische hartziekten Vrouw Ischemische hartziekten Man Beroerte Vrouw Beroerte Jaar 22 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

25 1.3 Ziekenhuisopnamen (betreft klinische opnamen) In paragrafen 1.3 en 1.4 worden de klinische ziekenhuisopnamecijfers voor hart- en vaatziekten gepresenteerd, inclusief de één-daagse klinische observaties, een zorgtype dat in 214 geïntroduceerd is (zie kader). In paragrafen 1.5 en 1.6 treft u cijfers over dagopnamen. In tegenstelling tot de doodsoorzaken, gaan de cijfers van ziekenhuis- en dagopnamen over cijfers per jaar en betreffen dus geen unieke patiënten. Belangrijke wijzigingen in registratie van ziekenhuisopnamen in laatste jaren De cijfers in dit hoofdstuk zijn berekend op basis van gegevens die ziekenhuizen leveren aan de Landelijke Basisregistratie Ziekenhuiszorg (LBZ). Deze gegevens worden door Dutch Hospital Data (DHD) beheerd. Het is belangrijk op te merken dat in de afgelopen jaren deze cijfers beïnvloed zijn door veranderingen in coderingen en definities van de gegeven zorg en door onvolledig aanleveren van data door ziekenhuizen. Meer informatie over deze deels tijdelijke veranderingen kunt u vinden in het boek Hart- en vaatziekten in Nederland, 216. In het kort traden de volgende veranderingen op: 1. Verandering in definitie van een klinische opname. In 212 is de definitie van een klinische ziekenhuisopname aangepast en betekent een klinische ziekenhuisopname ten minste één verpleegdag en één overnachting. Daarnaast is sinds 214 het zorgtype observatie geïntroduceerd: een korte opname op een klinische afdeling voor diagnostisch onderzoek/observatie waarbij de patiënt niet overnacht. Ongeplande opnames die voorheen tot ééndaagse klinische opnames werden gerekend, worden waarschijnlijk vanaf 214 voornamelijk als observaties geregistreerd. Om deze reden worden de observaties in dit hoofdstuk wederom tot de klinische opnamen gerekend. Voornamelijk in 214 zijn de observaties onvolledig aangeleverd in de LBZ. Geplande opnames die voorheen tot ééndaagse klinische opnames werden gerekend, worden waarschijnlijk vanaf 214 voornamelijk als dagopname geregistreerd. 2. Onvolledigheid LBZ Missende opnamen in de LBZ zijn bijgeschat, waarbij de methodiek in 212 en 213 afweek van voorgaande jaren. Vanaf 214 worden de klinische opnamen weer (vrijwel) volledig aangeleverd. 23 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

26 3. Omzetting van ICD-9 naar ICD-1. Sinds 213 worden de ziekenhuisopnamen in ICD-1 aangeleverd. Dit betekent ook dat een aantal ziektebeelden nu buiten het ziektebeeld hart- en vaatziekten (I t/m I99) vallen zoals TIA s, aangeboren hartafwijkingen, pijn op de borst en syncope en collaps. In 216 vonden er ziekenhuisopnamen wegens hart- en vaatziekten plaats, waarvan (59%) opnamen voor mannen en (41%) voor vrouwen. In tabel 1.7 is het aantal ziekenhuisopnamen per ziektecategorie binnen hart- en vaatziekten in 216 weergegeven. Het grootste deel van het totaal aantal ziekenhuisopnamen binnen hart- en vaatziekten wordt bij zowel mannen als vrouwen veroorzaakt door overige hartziekten. Belangrijke ziekten in deze categorie vormen opnamen voor hartfalen en boezemfibrilleren. Bij mannen levert ook de categorie ischemische hartziekten, waaronder het hartinfarct, een belangrijke bijdrage aan het totaal aantal ziekenhuisopnamen binnen hart- en vaatziekten. 24 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

27 Tabel 1.7 Aantal ziekenhuisopnamen (en %) per ziektecategorie binnen hart- en vaatziekten in Nederland in 216 Bron DHD Mannen Vrouwen Totaal Reden ziekenhuisopname 1 N % N % N % Ischemische hartziekten % % % Waarvan acuut hartinfarct Beroerte % % % Waarvan herseninfarct Waarvan subarachnoïdale bloeding Waarvan intracerebrale bloeding Reumatische hartziekten en klepgebreken % % % Infectieuze hartziekten % % % Overige hartziekten % % % Waarvan hartfalen Waarvan boezemfibrilleren Waarvan cardiomyopathie Arterieel vaatlijden % % % Waarvan AAA met ruptuur Waarvan AAA zonder ruptuur Waarvan claudicatio intermittens Atherosclerose en/ of hypertensie % % % Veneus vaatlijden % % % Overige ziekten van het vaatstelsel en de lymfewegen % % % Totaal % % % Er vinden meer dan twee keer zoveel ziekenhuisopnamen plaats voor acuut hartinfarct bij mannen ten opzichte van vrouwen (figuur 1.6). Voor beroerte geldt ook dat er meer opnamen voor mannen plaatsvinden, terwijl het aantal opnamen voor hartfalen niet sterk verschilt tussen mannen en vrouwen. In 216 bedroeg de gemiddelde leeftijd bij opname vanwege hart- en vaatziekten 68 jaar voor mannen en 72 jaar voor vrouwen. Patiënten die worden opgenomen vanwege hartfalen zijn ouder dan patiënten die worden opgenomen voor acuut hartinfarct of beroerte met gemiddeld 75 jaar voor mannen en 8 jaar voor vrouwen. Voor beroerte en acuut hartinfarct was dit respectievelijk 7 jaar voor mannen, 73 jaar voor vrouwen en 66 jaar voor mannen en 71 jaar voor vrouwen. 25 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

28 Aantal ziektesopnamen Figuur 1.6 Aantal ziekenhuisopnamen voor hart- en vaatziekten naar ziektebeeld en geslacht in Nederland in 216 Bron DHD Acuut hartinfarct Beroertes Hartfalen Overige hart- en vaatziekten Hart- en vaatziekten Totaal Mannen Vrouwen In de leeftijdsklasse tot 85 jaar vinden er meer ziekenhuisopnamen voor hart- en vaatziekten voor mannen plaats (figuur 1.7), terwijl vanaf 85 jaar het aantal ziekenhuisopnamen voor vrouwen hoger is. Deze omslag volgt uit het gegeven dat vrouwen ouder worden dan mannen. Figuur 1.7 Aantal ziekenhuisopnamen voor hart- en vaatziekten naar leeftijd en geslacht in Nederland in 216 Bron DHD Aantal ziekenhuisopnamen Leeftijd (jaren) Mannen Vrouwen 26 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

29 Tabel 1.8 toont voor de verschillende hart- en vaatziekten een duidelijke stijging in het absolute aantal ziekenhuisopnamen met het toenemen van de leeftijd. Bij mannen geldt dat het absolute aantal opnamen voor totaal hart- en vaatziekten, acuut hartinfarct, beroerte en boezemfibrilleren toeneemt tot en met de leeftijd van 74 jaar. Het absolute aantal opnamen voor hartfalen neemt bij mannen toe tot en met de leeftijd van 84 jaar. Voor vrouwen neemt het absolute aantal opnamen in alle weergegeven ziektecategorieën toe tot en met de leeftijd van 84 jaar, enkel opnamen voor boezemfibrilleren komen het vaakst voor in de leeftijdscategorie van 65 tot en met 74. Tabel 1.8 toont ook het aantal ziekenhuisopnamen uitgedrukt per 1. mannen, respectievelijk vrouwen. Zo is te zien dat in vrijwel alle ziektecategorieën en leeftijdsklassen het aantal opnamen voor hart- en vaatziekten uitgedrukt per 1. inwoners in 216 hoger ligt bij mannen dan bij vrouwen en bij zowel mannen als vrouwen oploopt tot en met de leeftijd van 94 jaar. Tabel 1.8 Absoluut aantal ziekenhuisopnamen en per 1. mannen, respectievelijk vrouwen vanwege hart- en vaatziekten uitgesplitst naar acuut hartinfarct, beroerte, hartfalen en boezemfibrilleren in Nederland in 216, naar leeftijd en geslacht Bron DHD Mannen Vrouwen Leeftijd Aantal Opname per Aantal Opname per (in jaren) opnamen 1. opnamen 1. Acuut hartinfarct Totaal Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

30 Beroerte Totaal Hartfalen Totaal Boezemfibrilleren Totaal Totaal hart- en vaatziekten Totaal Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

31 1.4 Trends in ziekenhuisopnamen Tabel 1.9 geeft de trend in absolute aantallen ziekenhuisopnamen vanwege acuut hartinfarct, beroerte, hartfalen en totaal hart- en vaatziekten weer en uitgedrukt per 1. mannen, respectievelijk vrouwen in de periode Figuur 1.8 geeft het absoluut aantal ziekenhuisopnamen voor hart- en vaatziekten voor mannen en vrouwen weer. De daling rond 213 wordt veroorzaakt door meerdere wijzigingen in de ziekenhuisopname registratie. Meer informatie hierover kunt u vinden in kader op bladzijde 23 en het boek Hart- en vaatziekten in Nederland, 216. In de afgelopen twee jaar lijkt er weer sprake van een stijging. Figuur 1.9 toont de voor leeftijdsopbouw van de bevolking gecorrigeerde ziekenhuisopnamecijfer voor hart- en vaatziekten voor mannen en vrouwen. In de periode 198 tot 216 is het gecorrigeerde ziekenhuisopnamecijfer bij mannen met 7% gedaald terwijl het gecorrigeerde ziekenhuisopnamecijfer met 3% toenam bij vrouwen. Tabel 1.9 Absolute aantallen ziekenhuisopnamen (en per 1. inwoners) vanwege acuut hartinfarct, beroerte, hartfalen en totaal hart- en vaatziekten in de periode , naar geslacht. Jaar van standaardisatie is 216 Bron DHD Acuut hartinfarct Beroerte Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Aantal Aantal Aantal Aantal (per 1.) (per 1.) (per 1.) (per 1.) (279) 7.88 (111) (169) (152) (32) (126) (193) (174) (271) (123) (178) 13.3 (172) (255) (118) (2) (187) (222) (14) 15.9 (191) (179) (199) (94) (231) (22) (227) (15) (265) (248) (256) 1.13 (118) (236) (28) (27) (127) (253) (216) (274) (132) (258) (224) 29 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

32 Hartfalen Totaal hart- en vaatziekten Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Aantal Aantal Aantal Aantal (per 1.) (per 1.) (per 1.) (per 1.) (12) (96) (1.363) (928) (137) (128) (1.632) (1.8) (167) (151) (1.693) (1.552) (166) (158) (1.875) (1.38) (153) (144) (1.67) (1.153) (156) (156) (1.848) (1.285) (18) 15.3 (179) (2.7) (1.445) (175) (161) (1.88) (1.235) (183) (173) (1.892) 11.7 (1.296) (186) (174) (1.898) (1.34) 1 Omwille van verschillende veranderingen zijn de cijfers na 212 minder goed vergelijkbaar met de cijfers van de jaren ervoor (kader pagina 23). Figuur 1.8 Trend in absoluut aantal ziekenhuisopnamen voor hart- en vaatziekten (HVZ) 1, naar geslacht Bron DHD Aantal ziekenhuisopnamen ICD-9 à ICD Mannen Vrouwen Jaar 1 Omwille van verschillende veranderingen zijn de cijfers na 212 minder goed vergelijkbaar met de cijfers van de jaren ervoor. Om deze reden worden de cijfers tussen 212 en 214 gestippeld weergegeven. 3 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

33 Figuur 1.9 Trend in voor de bevolkingsopbouw gecorrigeerde ziekenhuisopnamecijfer (per 1. mannen, respectievelijk vrouwen) voor hart- en vaatziekten (HVZ) 1 in Nederland, naar geslacht. Jaar van standaardisatie is 216 Bron DHD Aantal ziekenhuisopnamen/ Mannen Vrouwen Jaar 1 Omwille van verschillende veranderingen zijn de cijfers na 212 minder goed vergelijkbaar met de cijfers van de jaren ervoor. Om deze reden worden de cijfers tussen 212 en 214 gestippeld weergegeven. In de periode van 198 tot 216 nam het voor leeftijdsopbouw van de bevolking gecorrigeerde aantal ziekenhuisopnamen wegens een hartinfarct bij mannen en vrouwen met respectievelijk 37% en 17% af (figuur 1.1). Echter, sinds 27 is te zien dat het aantal ziekenhuisopnamen voor het hartinfarct stijgt. Bij hartfalen vertonen de voor leeftijdsopbouw van de bevolking gecorrigeerde aantal ziekenhuisopnamen een minder grillig verloop dan bij het hartinfarct. Verder is te zien dat vanaf midden jaren negentig de opnamecijfers voor hartfalen van mannen en vrouwen dichter bij elkaar komen te liggen. In de periode van 198 tot 216 nam het voor leeftijdsopbouw van de bevolking gecorrigeerde aantal ziekenhuisopnamen wegens een hartfalen bij mannen en vrouwen met respectievelijk 7% en 2% toe. 31 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

34 Figuur 1.1 Trend in voor de bevolkingsopbouw gecorrigeerde ziekenhuisopnamecijfer acuut hartinfarct en hartfalen 1 (per 1. mannen, respectievelijk vrouwen), in Nederland. Jaar van standaardisatie is 216 Bron DHD Aantal ziekenhuisopnamen/ Man Hartinfarct Vrouw Hartinfarct Man Hartfalen Vrouw Hartfalen Jaar 1 Omwille van verschillende veranderingen zijn de cijfers na 212 minder goed vergelijkbaar met de cijfer van de jaren ervoor. Om deze reden worden de cijfers tussen 212 en 214 gestippeld weergegeven. In figuur 1.11 is te zien dat tot aan 1996 ziekenhuisopnamen voor ischemische hartziekten stegen, waarna er vervolgens een daling inzette. Het voor de bevolkingsopbouw gecorrigeerde ziekenhuisopnamecijfer daalde over de periode 198 tot 216 bij mannen met 27% en bij vrouwen met 9%. In dezelfde periode nam het voor leeftijdsopbouw van de bevolking gecorrigeerde aantal ziekenhuisopnamen wegens een beroerte bij mannen met 7% af en bleef het opnamecijfer nagenoeg gelijk bij vrouwen (+1%). 32 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

35 Figuur 1.11 Trends in voor de bevolkingsopbouw gecorrigeerde ziekenhuisopnamecijfer voor beroerte en ischemische hartziekten 1 per 1. mannen, respectievelijk vrouwen, in Nederland. Jaar van standaardisatie is 216 Bron DHD Aantal ziekenhuisopnamen/ Man ischemische hartziekten Vrouw ischemische hartziekten Man beroerte Vrouw beroerte Jaar 1 Omwille van verschillende veranderingen zijn de cijfers na 212 minder goed vergelijkbaar met de cijfers van de jaren ervoor. Om deze reden worden de cijfers tussen 212 en 214 gestippeld weergegeven 1.5 Dagopnamen In 216 vonden er dagopnamen plaats vanwege hart- en vaatziekten, waarvan (62%) voor mannen en (38%) voor vrouwen. Ter vergelijking, in 216 vonden er klinische ziekenhuisopnamen plaats, zodat hedendaags ongeveer 1 op de 4 opnamen voor hart- en vaatziekten een dagopname betreft. De gemiddelde leeftijd bij dagopname vanwege hart- en vaatziekten was in jaar voor mannen en 66 jaar voor vrouwen. In tabel 1.1 is het aantal dagopnamen per ziektecategorie in 216 weergegeven. Bij zowel mannen als vrouwen vormen de ziektebeelden ischemische hartziekten (38%) en overige hartziekten (36%, met name boezemfibrilleren) het grootste aandeel in dagopnamen. Bij vrouwen vormen dagopnamen vanwege veneus vaatlijden een groter aandeel in dagopnamen dan bij mannen (1% bij vrouwen tegenover 4% voor mannen). 33 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

36 Tabel 1.1 Aantal dagopnamen (en %) per ziektecategorie binnen hart- en vaatziekten in Nederland in 216 Bron DHD Mannen Vrouwen Totaal Reden voor dagopname 1 N % N % N % Ischemische hartziekten % % % Waarvan acuut hartinfarct Beroerte 79 1% 668 2% % Reumatische hartziekten en klepgebreken % % % Infectieuze hartziekten 311 1% 198 1% 59 1% Overige hartziekten % % % Waarvan hartfalen Waarvan boezemfibrilleren Waarvan cardiomyopathie Arterieel vaatlijden % % % Waarvan claudicatio intermittens Atherosclerose en/ of hypertensie % % % Veneus vaatlijden % % % Overige ziekten van het vaatstelsel en de lymfewegen 728 3% % % Totaal binnen hart- en vaatziekten % % % 1 Voor de precieze omschrijving en ICD-1 codes van deze groepen wordt verwezen naar bijlage A; totaal hart- en vaatziekten omvat ICD-1 I t/m I Trends in dagopnamen Figuur 1.12 toont de absolute aantallen dagopnamen wegens hart- en vaatziekten van 198 tot 216 naar geslacht. Sinds 1992 is er een gestage toename bij zowel mannen als vrouwen, van en 7.34 dagopnamen voor mannen respectievelijk vrouwen in 1992 naar en dagopnamen in 213. Mede door administratieve en financiële veranderingen daalde het dagopnamecijfer na 213 tot dagopnamen voor mannen en dagopnamen voor vrouwen in 216. Deze daling is echter niet specifiek voor hart- en vaatziekten en wordt ook waargenomen over het totaal aantal dagopnamen in Nederland. 34 Ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten

Cijfers over risicofactoren, hartinterventies, ziekte en sterfte. Hart- en vaatziekten in Nederland 2018

Cijfers over risicofactoren, hartinterventies, ziekte en sterfte. Hart- en vaatziekten in Nederland 2018 Cijfers over risicofactoren, hartinterventies, ziekte en sterfte Hart- en vaatziekten in Nederland 2018 Inhoudsopgave Voorwoord 3 Samenstelling van de Werkgroep Cijfers van de Hartstichting 5 1 Ziekte

Nadere informatie

Cijfers over prevalentie, ziekte en sterfte. Hart- en vaatziekten in Nederland 2016

Cijfers over prevalentie, ziekte en sterfte. Hart- en vaatziekten in Nederland 2016 Cijfers over prevalentie, ziekte en sterfte Hart- en vaatziekten in Nederland 2016 Inhoudsopgave Voorwoord 3 Samenstelling van de Werkgroep Cijfers 5 1. Sterfte aan hart- en vaatziekten 7 2. Hartfalen

Nadere informatie

Feiten en cijfers. Beroerte. Aantal nieuwe patiënten met een beroerte. Definitie. Uitgave van de Nederlandse Hartstichting.

Feiten en cijfers. Beroerte. Aantal nieuwe patiënten met een beroerte. Definitie. Uitgave van de Nederlandse Hartstichting. Feiten en cijfers Uitgave van de Nederlandse Hartstichting November 211 Beroerte Definitie Beroerte (in het Engels Stroke ), ook wel aangeduid met cerebrovasculaire aandoeningen/accidenten/ziekte (CVA),

Nadere informatie

cijfers en feiten Hart- en vaatziekten bij vrouwen en mannen Uitgave van de Nederlandse Hartstichting februari 2011

cijfers en feiten Hart- en vaatziekten bij vrouwen en mannen Uitgave van de Nederlandse Hartstichting februari 2011 cijfers en feiten Hart- en vaatziekten bij vrouwen en mannen Uitgave van de Nederlandse Hartstichting februari 211 Sterfte bij vrouwen en mannen Hart- en vaatziekten zijn een belangrijke oorzaak van overlijden

Nadere informatie

Cijfers over risicofactoren, ziekte en sterfte. Hart- en vaatziekten in Nederland 2012

Cijfers over risicofactoren, ziekte en sterfte. Hart- en vaatziekten in Nederland 2012 Cijfers over risicofactoren, ziekte en sterfte Hart- en vaatziekten in Nederland 2012 December 2012 Inhoudsopgave Voorwoord 3 Samenstelling van de Werkgroep Cijfers 5 1. Hart- en vaatziekten in Nederland:

Nadere informatie

Cijfers over over heden, verleden en toekomst. Hart- en vaatziekten in Nederland 2015

Cijfers over over heden, verleden en toekomst. Hart- en vaatziekten in Nederland 2015 Cijfers over over heden, verleden en toekomst Hart- en vaatziekten in Nederland 2015 December 2015 Inhoudsopgave Voorwoord 3 Samenstelling van de Werkgroep Cijfers 5 1. Sterfte aan hart- en vaatziekten

Nadere informatie

Cijfers over leefstijl, risicofactoren, ziekte en sterfte. Hart- en vaatziekten in Nederland 2013

Cijfers over leefstijl, risicofactoren, ziekte en sterfte. Hart- en vaatziekten in Nederland 2013 Cijfers over leefstijl, risicofactoren, ziekte en sterfte Hart- en vaatziekten in Nederland 2013 December 2013 Inhoudsopgave Voorwoord 3 Samenstelling van de Werkgroep Cijfers 5 1. Hart- en vaatziekten

Nadere informatie

Cijfers over leefstijlen risicofactoren, ziekte en sterfte. Hart- en vaatziekten in Nederland 2011

Cijfers over leefstijlen risicofactoren, ziekte en sterfte. Hart- en vaatziekten in Nederland 2011 Cijfers over leefstijlen risicofactoren, ziekte en sterfte Hart- en vaatziekten in Nederland 2011 December 2011 Inhoudsopgave Voorwoord 3 Dankwoord 5 Samenstelling van de Werkgroep Cijfers 6 1. Hart- en

Nadere informatie

Levensverwachting en sterfte

Levensverwachting en sterfte Levensverwachting en sterfte Tabel 1 Levensverwachting Utrecht bij geboorte, 4-jaarsgemiddelde 2005-2008 en 2007-2010 (Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek, CBS) TOTAAL GESLACHT WIJK Man Vrouw West

Nadere informatie

Sterfte. Aantal sterfgevallen (per jaar) in Utrecht over de periode , uitgesplitst naar leeftijd, geslacht en wijk (Bron: CBS)

Sterfte. Aantal sterfgevallen (per jaar) in Utrecht over de periode , uitgesplitst naar leeftijd, geslacht en wijk (Bron: CBS) Sterfte Tabel 1 Aantal sterfgevallen (per jaar) in Utrecht over de periode 2007-2010, uitgesplitst naar leeftijd, geslacht en wijk (Bron: CBS) totaal mannen vrouwen TOTAAL 1839.25 854.50 984.75 LEEFTIJD

Nadere informatie

Sterfte aan hart- vaatziekten in dertig jaar gehalveerd Minder sterfte vooral door betere diagnostiek en behandeling

Sterfte aan hart- vaatziekten in dertig jaar gehalveerd Minder sterfte vooral door betere diagnostiek en behandeling Forse daling sterfte Trends in sterfte en ziekenhuisopnamen Meer ziekenhuisopnamen Sterfte neemt af 12 Meer kankerpatiënten Meer nieuwe gevallen, minder sterfte Grootste sterfte door longkanker Sterke

Nadere informatie

CBS: Steeds minder mensen overlijden aan een acuut hartinfarct

CBS: Steeds minder mensen overlijden aan een acuut hartinfarct CBS: Steeds minder mensen overlijden aan een acuut hartinfarct Het aantal mensen dat overlijdt aan een acuut hartinfarct is in 2014 met 7 procent gedaald tot 5,3 duizend. Dit zijn er bijna 400 minder dan

Nadere informatie

Zorg voor geest kost nog steeds het meest

Zorg voor geest kost nog steeds het meest Zorg voor geest kost nog steeds het meest Publicatiedatum: 28-11-2013 In is 19,6 miljard euro uitgegeven voor de behandeling van psychische stoornissen, 22% van de totale uitgaven voor zorg en welzijn

Nadere informatie

Regionale VTV 2011. Levensverwachting en sterftecijfers. Referent: Drs. M.J.J.C. Poos, R.I.V.M.

Regionale VTV 2011. Levensverwachting en sterftecijfers. Referent: Drs. M.J.J.C. Poos, R.I.V.M. Regionale VTV 2011 Levensverwachting en sterftecijfers Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Levensverwachting en sterftecijfers Auteurs: Dr. M.A.M. Jacobs-van

Nadere informatie

Risico op sterfte door hart- en vaatziekten in 10 jaar tijd met 25 procent gedaald

Risico op sterfte door hart- en vaatziekten in 10 jaar tijd met 25 procent gedaald PERSMEDEDELING VAN JO VANDEURZEN, VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN 4 oktober 2012 Risico op sterfte door hart- en vaatziekten in 10 jaar tijd met 25 procent gedaald De kans dat Vlamingen

Nadere informatie

STERFTECIJFERS 2015 Cijfers Zorg en Gezondheid 15 December 2017

STERFTECIJFERS 2015 Cijfers Zorg en Gezondheid 15 December 2017 Sterftecijfers 25 15.12.27 STERFTECIJFERS 25 Cijfers Zorg en Gezondheid 15 December 27 > Het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid verwerkt zelf de sterftecertificaten van het Vlaams Gewest. Sinds 20 (registratiejaar

Nadere informatie

Sterfte aan diabetes. Anouschka van der Meulen

Sterfte aan diabetes. Anouschka van der Meulen Anouschka van der Meulen Met de huidige stijgende trend in overgewicht bij de Nederlandse bevolking zal het aantal diabetespatiënten naar verwachting sterk gaan toenemen. Dit zal uiteindelijk ook zichtbaar

Nadere informatie

rapport Vallen 65 jaar en ouder Ongevalscijfers

rapport Vallen 65 jaar en ouder Ongevalscijfers rapport Vallen 65 jaar en ouder Ongevalscijfers Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter geen verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Risicofactoren voor hart- en vaatziekten in de Nederlandse bevolking. Een uitgave van de Nederlandse Hartstichting augustus 2006

Risicofactoren voor hart- en vaatziekten in de Nederlandse bevolking. Een uitgave van de Nederlandse Hartstichting augustus 2006 cijfers en feiten Risicofactoren voor hart- en vaatziekten in de Nederlandse bevolking Een uitgave van de Nederlandse Hartstichting augustus 26 Prevalenties en trends in leefstijl- en risicofactoren in

Nadere informatie

rapport Vallen 65 jaar en ouder Ongevalscijfers

rapport Vallen 65 jaar en ouder Ongevalscijfers rapport Vallen 65 jaar en ouder Ongevalscijfers Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter geen verantwoordelijkheid

Nadere informatie

STERFTECIJFERS 2012 Cijfers Zorg en Gezondheid 13 november 2014

STERFTECIJFERS 2012 Cijfers Zorg en Gezondheid 13 november 2014 Dia 1 STERFTECIJFERS 2012 Cijfers Zorg en Gezondheid 13 november 2014 Het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid verwerkt zelf de sterftecertificaten van het Vlaams Gewest. Sinds 2005 (registratiejaar 2003)

Nadere informatie

61 Statistisch Jaarboek 2003 volksgezondheid volksgezondheid 4 Onderzoek & Statistiek gemeente Hengelo

61 Statistisch Jaarboek 2003 volksgezondheid volksgezondheid 4 Onderzoek & Statistiek gemeente Hengelo 61 4 62 Volksgezondheid Meer huisartsen Per 1 januari 2003 telde Hengelo 40 huisartsen, drie meer dan een jaar eerder. Het gemiddeld aantal inwoners per huisarts is hierdoor met 163 gedaald tot 2.040 per

Nadere informatie

rapport Zelf toegebracht letsel Kerncijfers 2014

rapport Zelf toegebracht letsel Kerncijfers 2014 rapport Zelf toegebracht letsel Kerncijfers 2014 Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter geen verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Nieuwe Influenza A (H1N1)

Nieuwe Influenza A (H1N1) Nieuwe Influenza A (H1N1) Overzicht 23 oktober 29, week 43 Samenvatting In de afgelopen week is het aantal ziekenhuisopnamen wegens een laboratoriumbevestigde infectie met Nieuwe Influenza A (H1N1) verdubbeld

Nadere informatie

HSMR: doorontwikkeling en interpretatie. Agnes de Bruin (CBS), 11 oktober 2016 Themabijeenkomst Van getal naar patiëntveiligheid DHD, Utrecht

HSMR: doorontwikkeling en interpretatie. Agnes de Bruin (CBS), 11 oktober 2016 Themabijeenkomst Van getal naar patiëntveiligheid DHD, Utrecht HSMR: doorontwikkeling en interpretatie Agnes de Bruin (CBS), 11 oktober 2016 Themabijeenkomst Van getal naar patiëntveiligheid DHD, Utrecht Inhoud presentatie Wat is de HSMR? Doorontwikkeling HSMR tot

Nadere informatie

Publicatie sterftecijfers 2015 Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht

Publicatie sterftecijfers 2015 Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht Toelichting bij - Publicatie sterftecijfers 2015 Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht W.J. Jansen & F. van den Elsen Februari 2017 Toelichting publicatie HSMR 2015 - Albert Schweitzer ziekenhuis februari

Nadere informatie

HSMR: doorontwikkeling en interpretatie. Agnes de Bruin (CBS), 11 oktober 2016 Themabijeenkomst Van getal naar patiëntveiligheid DHD, Utrecht

HSMR: doorontwikkeling en interpretatie. Agnes de Bruin (CBS), 11 oktober 2016 Themabijeenkomst Van getal naar patiëntveiligheid DHD, Utrecht HSMR: doorontwikkeling en interpretatie Agnes de Bruin (CBS), 11 oktober 2016 Themabijeenkomst Van getal naar patiëntveiligheid DHD, Utrecht Inhoud presentatie Wat is de HSMR? Doorontwikkeling HSMR tot

Nadere informatie

Wat als varianten in de VTV-2018

Wat als varianten in de VTV-2018 Wat als varianten in de VTV-2018 Colofon Dit is een achtergronddocument bij de Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2018. RIVM 2018 Delen uit deze publicatie mogen worden overgenomen op voorwaarde van bronvermelding:

Nadere informatie

Sterfte aan dementie. Anouschka van der Meulen en Ingeborg Keij-Deerenberg

Sterfte aan dementie. Anouschka van der Meulen en Ingeborg Keij-Deerenberg Anouschka van der Meulen en Ingeborg Keij-Deerenberg Naarmate mensen steeds ouder worden, treedt dementie steeds veelvuldiger op. Van de vrouwen in de sgroep vanaf 9 jaar heeft ruim een kwart een vorm

Nadere informatie

1894 zelfdodingen in 2016

1894 zelfdodingen in 2016 1894 zelfdodingen in 2016 Het aantal zelfdodingen neemt elk jaar toe, maar gerelateerd aan de bevolkingsopbouw blijft het zelfdodingscijfer sinds 2013 op hetzelfde niveau. Dit meldt het CBS op basis van

Nadere informatie

Ad 1: voor de VTV is gekozen omdat dit de meest toonaangevende en recente voorspelling op dit moment is. Daar waar demografische ontwikkelingen in de

Ad 1: voor de VTV is gekozen omdat dit de meest toonaangevende en recente voorspelling op dit moment is. Daar waar demografische ontwikkelingen in de 1 2 Ad 1: voor de VTV is gekozen omdat dit de meest toonaangevende en recente voorspelling op dit moment is. Daar waar demografische ontwikkelingen in de KAM regio afwijken zal dit kwalitatief worden benoemd.

Nadere informatie

Publicatie sterftecijfers 2014 Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht

Publicatie sterftecijfers 2014 Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht Toelichting bij - Publicatie sterftecijfers 2014 Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht W.J. Jansen & F. van den Elsen November 2015 Toelichting publicatie HSMR 2014 - Albert Schweitzer ziekenhuis november

Nadere informatie

Inclusief levendgeboren kinderen, doodgeboren kinderen en afgebroken zwangerschappen.

Inclusief levendgeboren kinderen, doodgeboren kinderen en afgebroken zwangerschappen. Factsheet Aangeboren hartafwijkingen bij kinderen Cijfers en feiten Prevalentie Aangeboren hartafwijkingen betreffen aanlegstoornissen in de structuur van het hart en/of de grote vaten. De gemiddelde totale

Nadere informatie

32 Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen

32 Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen VOOR- PUBLICATIE Brancherapport algemene ziekenhuizen 2016 Het aantal DBC s is in 2015 gestegen met bijna 10%. Deze stijging hangt voor een belangrijk deel samen met de verkorting van de DBC-doorlooptijd

Nadere informatie

INFOKAART OUDEREN EN ROKEN

INFOKAART OUDEREN EN ROKEN INFOKAART OUDEREN EN ROKEN Roken Roken is de risicofactor die de meeste sterfte en het meeste gezondheidsverlies met zich brengt en zodoende ook zorgt voor veel verlies aan kwaliteit van leven (1). Vijftien

Nadere informatie

Regionale VTV 2011. Ziekten in de toekomst. Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Ziekten in de toekomst

Regionale VTV 2011. Ziekten in de toekomst. Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Ziekten in de toekomst Regionale VTV 2011 Ziekten in de toekomst Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Ziekten in de toekomst Auteurs: Dr. M.A.M. Jacobs-van der Bruggen, GGD Hart voor

Nadere informatie

Sterfte en ziekte in Utrecht

Sterfte en ziekte in Utrecht RAPPORT Sterfte en ziekte in Utrecht Analyse van de sterftecijfers (1985-1999) en ziekenhuisontslagdiagnosecijfers (1999) Sabine Quak, Erik van Ameijden, Eddy Mazurkiewicz, Jaap Toet Mei 2004 GEMEENTELIJKE

Nadere informatie

Sterfte in Drenthe. Sterfte over de periode 1999-2003

Sterfte in Drenthe. Sterfte over de periode 1999-2003 Sterfte in Sterfte over de periode 9-00 Sterfte in Sterfte over de periode 9-00 December 006 C.A. Bos, epidemioloog N. van Zanden, epidemioloog GGD Overcingellaan 90 LA tel. 059 0600 www.ggddrenthe.nl

Nadere informatie

Nieuwe Influenza A (H1N1)

Nieuwe Influenza A (H1N1) Nieuwe Influenza A (H1N1) Overzicht 6 november 29, week 45 Samenvatting In de afgelopen week is het aantal ziekenhuisopnamen wegens een laboratoriumbevestigde infectie met Nieuwe Influenza A (H1N1) wederom

Nadere informatie

Doodsoorzaak: Daling sterfte als gevolg van hart-en vaatziekte en stijging sterfte als gevolg van kwaadaardige kanker

Doodsoorzaak: Daling sterfte als gevolg van hart-en vaatziekte en stijging sterfte als gevolg van kwaadaardige kanker 61 4 62 Volksgezondheid Jaarlijks een huisarts erbij Op 1 januari 2004 zijn er 41 huisartsen in de gevestigd. Sinds 2000 komt er gemiddeld elk jaar een huisarts bij. Het aantal tandartsen en specialisten

Nadere informatie

Hart & Vaten. Hóe houdt u ze gezond? E. Olde Bijvank, cardioloog 24 mei 2016

Hart & Vaten. Hóe houdt u ze gezond? E. Olde Bijvank, cardioloog 24 mei 2016 Hart & Vaten Hóe houdt u ze gezond? E. Olde Bijvank, cardioloog 24 mei 2016 S Bholasing Moons Olde Bijvank Horsthuis Veerbeek de Groot Speleman Cardiologen MC Slotervaart ism De Hart- en Vaatgroep Kennemerland

Nadere informatie

afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie

afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie 61 4 62 Volksgezondheid Ruim 2.000 inwoners op 1 huisarts Op 1 januari 2008 zijn er in Hengelo 39 huisartsen gevestigd, 2 minder dan vorig jaar. Dit betekent dat er per 2.079 inwoners 1 huisarts actief

Nadere informatie

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016 1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 20 Fact sheet april 20 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar vrijwel gelijk gebleven aan 2015. Van de 14.000 Amsterdamse jongeren

Nadere informatie

Passantentarieven 2018 Sport- en Beweegkliniek

Passantentarieven 2018 Sport- en Beweegkliniek 14C009 990029010 555,00 Meer dan vijf contacten bij een psychische stoornis 14C010 990029011 260,00 1 of 2 contacten bij een psychische stoornis 14C011 990029012 380,00 3 tot vijf contacten bij een psychische

Nadere informatie

Factsheet gezondheid van vrouwen en mannen

Factsheet gezondheid van vrouwen en mannen Factsheet gezondheid van vrouwen en mannen Aandeel vrouwen en mannen dat in het afgelopen jaar last heeft gehad van de 10 meest voorkomende langdurige aandoeningen/ziekten bij vrouwen*, 2011/2012 1 migraine

Nadere informatie

EVOLUTIE VAN DE PREVALENTIE EN DE KOSTPRIJS VAN CHRONISCHE ZIEKTES

EVOLUTIE VAN DE PREVALENTIE EN DE KOSTPRIJS VAN CHRONISCHE ZIEKTES VERTEGENWOORDIGING & STUDIES EVOLUTIE VAN DE PREVALENTIE EN DE KOSTPRIJS VAN CHRONISCHE ZIEKTES Eind 2013 hebben de Onafhankelijke Ziekenfondsen een analyse gemaakt van de concentratie van de uitgaven

Nadere informatie

Chronische nierschade: hoe vaak, stadia en risico s

Chronische nierschade: hoe vaak, stadia en risico s Factsheet Nieren en nierschade deel 3 Nierschade vraagt om continue alertheid en aandacht van de behandelaar Nierfunctie en eiwitverlies: voorspellers van complicaties Chronische nierschade: hoe vaak,

Nadere informatie

matige alcohol consumptie gezondheid

matige alcohol consumptie gezondheid matige alcohol consumptie positief voor gezondheid R e s u l t a t e n v a n 3 j a a r w e t e n s c h a p p e l i j k o n d e r z o e k Matige en regelmatige alcoholconsumptie heeft overall een positief

Nadere informatie

Gezondheidsindicatoren 2005 Vlaams Gewest. Algemene sterftecijfers

Gezondheidsindicatoren 2005 Vlaams Gewest. Algemene sterftecijfers Vlaams Gewest Gepubliceerd op: http://www.zorg-en-gezondheid.be/cijfers.aspx - oktober 2007 Door: Cloots Heidi, De Kind Herwin, Kongs Anne, Smets Hilde Afdeling Informatie & Ondersteuning Inhoudsopgave...

Nadere informatie

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015 1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015 Fact sheet juni 20 De werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar sterk gedaald. Van de 3.00 Amsterdamse jongeren in de leeftijd van 15

Nadere informatie

Rapport Maastricht UMC+ HSMR 2016

Rapport Maastricht UMC+ HSMR 2016 Rapport Maastricht UMC+ HSMR 2016 februari 2018 Inleiding Dit rapport is het verslag van het onderzoek van het Maastricht UMC+ naar aanleiding van de HSMR-cijfers in 2016. Deze HSMR-cijfers gaan over de

Nadere informatie

Cijfers over dementie

Cijfers over dementie Cijfers over dementie Inleiding Door de demografische ontwikkelingen neemt het aantal mensen met dementie de komende decennia sterk toe. Mensen worden steeds ouder en er komen meer ouderen. Omdat dementie

Nadere informatie

Stadia chronische nierschade

Stadia chronische nierschade Factsheet Nieren en nierschade deel 3 Nierschade vraagt om continue alertheid en aandacht van de behandelaar Nierfunctie en eiwitverlies: voorspellers van complicaties Stadia chronische nierschade Nierschade

Nadere informatie

Valgerelateerde ziekenhuisopnamen bij ouderen in Nederland. [Trends in Fall-Related Hospital Admissions in Older Persons in the Netherlands]

Valgerelateerde ziekenhuisopnamen bij ouderen in Nederland. [Trends in Fall-Related Hospital Admissions in Older Persons in the Netherlands] Valgerelateerde ziekenhuisopnamen bij ouderen in Nederland [Trends in Fall-Related Hospital Admissions in Older Persons in the Netherlands] Klaas A. Hartholt; Nathalie van der Velde; Casper W.N. Looman;

Nadere informatie

Passantentarieven 2017 Sport- en Beweegkliniek

Passantentarieven 2017 Sport- en Beweegkliniek 14C009 990029010 555,00 Meer dan vijf contacten bij een psychische stoornis 14C010 990029011 260,00 1 of 2 contacten bij een psychische stoornis 14C011 990029012 380,00 3 tot vijf contacten bij een psychische

Nadere informatie

Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2017

Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2017 Gemeente Amsterdam Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 201 Factsheet maart 201 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar sterk gedaald ten opzichte van 201. Van de.000 Amsterdamse

Nadere informatie

Werkloosheid 50-plussers

Werkloosheid 50-plussers Gemeente Amsterdam Werkloosheid 50-plussers Amsterdam, 2017 Factsheet maart 2018 Er zijn ruim 150.000 Amsterdammers in de leeftijd van 50 tot en met 64 jaar. Hiervan is 64% aan het werk. Ongeveer 6.200

Nadere informatie

x Verandering t.o.v. voorgaand jaar Totaal

x Verandering t.o.v. voorgaand jaar Totaal Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in 22 Cees Maas De ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in 22 laten geen gunstig beeld zien. De werkgelegenheid nam nog wel toe, maar de groei was veel kleiner dan in voorafgaande

Nadere informatie

Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol

Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol SEH-bezoeken 216 Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter

Nadere informatie

Facts & Figures Dementie

Facts & Figures Dementie Facts & Figures Dementie Inleiding Door de demografische ontwikkelingen neemt het aantal mensen met dementie de komende decennia sterk toe. Mensen worden steeds ouder en er komen meer ouderen. Omdat dementie

Nadere informatie

Toekomstprojecties voor vier kernindicatoren voor de Sport Toekomstverkenning. Onderdeel van Sport Toekomstverkenning Trendscenario

Toekomstprojecties voor vier kernindicatoren voor de Sport Toekomstverkenning. Onderdeel van Sport Toekomstverkenning Trendscenario Toekomstprojecties voor vier kernindicatoren voor de Sport Toekomstverkenning Onderdeel van Sport Toekomstverkenning Trendscenario M.H.D. Plasmans (RIVM) Dit onderzoek werd verricht in opdracht van VWS,

Nadere informatie

volksgezondheid, hygiëne STATISTISCH JAARBOEK

volksgezondheid, hygiëne STATISTISCH JAARBOEK 55 STATISTISCH JAARBOEK 2002 4 volksgezondheid hygiëne 56 Volksgezondheid en hygiëne Gezondheidsvoorzieningen: meer specialisten Het aantal apothekers, huisartsen, tandartsen en orthodontisten en verloskundigen

Nadere informatie

8. Werken en werkloos zijn

8. Werken en werkloos zijn 8. Werken en werkloos zijn In 22 is de arbeidsdeelname van allochtonen niet meer verder gestegen. Onder autochtonen is het aantal personen met werk nog wel licht toegenomen. De arbeidsdeelname onder Surinamers,

Nadere informatie

Huishoudens,

Huishoudens, Indicator 24 januari 2014 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De relatief sterkste groei van

Nadere informatie

Het Vrouwenhart: begeerd maar (nog) onbekend

Het Vrouwenhart: begeerd maar (nog) onbekend Het Vrouwenhart: begeerd maar (nog) onbekend Nationale Gezondheidsbeurs 13 februari 2016 Utrecht Yolande Appelman Interventiecardioloog VU medisch centrum Amsterdam 2015 Campagne Hartstichting Awareness

Nadere informatie

Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016

Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016 Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016 Werken er nu meer of minder huisartsen dan 10 jaar geleden en werken zij nu meer of minder FTE? LF.J. van der Velden & R.S. Batenburg,

Nadere informatie

Monitor. alcohol en middelen

Monitor. alcohol en middelen Gemeente Utrecht, Volksgezondheid Monitor www.utrecht.nl/gggd alcohol en middelen www.utrecht.nl/volksgezondheid Thema 3 Gebruik van de verslavingszorg in Utrecht - 2012 1 Colofon Uitgave Gemeente Utrecht,

Nadere informatie

Jeugdwerkloosheid Amsterdam

Jeugdwerkloosheid Amsterdam Jeugdwerkloosheid Amsterdam 201-201 Factsheet maart 201 De afgelopen jaren heeft de gemeente Amsterdam fors ingezet op het terugdringen van de jeugdwerkloosheid. Nu de aanpak jeugdwerkloosheid is afgelopen

Nadere informatie

Misdrijven en opsporing

Misdrijven en opsporing 4 Misdrijven en opsporing R.J. Kessels en W.T. Vissers In 2015 registreerde de politie 960.000 misdrijven, 4,6% minder dan in 2014. Sinds 2007 is de geregistreerde criminaliteit met ruim een kwart afgenomen.

Nadere informatie

Hart en Vaataandoeningen, Leefstijlziektes? of! Leo Schrijvers Cardioloog

Hart en Vaataandoeningen, Leefstijlziektes? of! Leo Schrijvers Cardioloog Van harte welkom! Hart en Vaataandoeningen, Leefstijlziektes? of! Leo Schrijvers Cardioloog CONFUCIUS: Chinees wijsgeer circa 500 voor Christus Het is niet moeilijk om het goede te herkennen, maar wel

Nadere informatie

deelrapport Levensverwachting en sterfte

deelrapport Levensverwachting en sterfte deelrapport Levensverwachting en sterfte Regionale Volksgezondheid Toekomstverkenning Zeeland 2012 Inhoud Kernboodschappen 3 Inleiding 4 Levensverwachting en sterfte in Zeeland 5 Wat brengt de toekomst?

Nadere informatie

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010 FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage

Nadere informatie

Sterftecijfers (HSMR & SMR) 2012 Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht

Sterftecijfers (HSMR & SMR) 2012 Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht Sterftecijfers (HSMR & SMR) 2012 Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht Sterftecijfers Het sterftecijfer (ook wel de mortaliteit genoemd) is één van de middelen (of indicatoren) om onderlinge verschillen

Nadere informatie

EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -20% IN 2020

EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -20% IN 2020 / Archief cijfers EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -20% IN 2020 Vlaams Gewest 2013 / 1.12.2015 1.12.2015 Evaluatie doelstelling zelfdoding: -20% in 2020 1/14 Gepubliceerd op: http://www.zorg-en-gezondheid.be/cijfers

Nadere informatie

Nieuwe mythen over ouder worden: Over medische kennisvermeerdering en maatschappelijke gevolgen

Nieuwe mythen over ouder worden: Over medische kennisvermeerdering en maatschappelijke gevolgen Nieuwe mythen over ouder worden: Over medische kennisvermeerdering en maatschappelijke gevolgen Prof.dr. Dorly J.H. Deeg EMGO-Instituut / Afd. Psychiatrie, Afd. Epidemiologie & Biostatistiek, VU medisch

Nadere informatie

Doodsoorzaak: Langzame daling van het aantal overledenen aan kanker of hart-en vaatziekte; in 2003 nog bijna 60%

Doodsoorzaak: Langzame daling van het aantal overledenen aan kanker of hart-en vaatziekte; in 2003 nog bijna 60% 61 4 62 Volksgezondheid Aantal patiënten van huisartsen boven norm Op 1 januari 2004 zijn er 39 huisartsen in de gevestigd, één minder dan een jaar daarvoor. De gemiddelde praktijkgrootte wordt daardoor

Nadere informatie

Hoofd-Halstumoren 12

Hoofd-Halstumoren 12 Boukje van Dijk, Otto Visser, Katja Aben en Sabine Siesling namens de Nederlandse Kankerregistratie. Vereniging van Integrale Kankercentra. www.ikcnet.nl Hoofd-halstumoren: ontwikkelingen in Nederland

Nadere informatie

Factsheet Indicatie zorgvraag Amsterdam 2030 Prognoses van functioneren en chronische aandoeningen 1

Factsheet Indicatie zorgvraag Amsterdam 2030 Prognoses van functioneren en chronische aandoeningen 1 Factsheet Indicatie zorgvraag Amsterdam 2030 Prognoses van functioneren en chronische aandoeningen 1 Inleiding Hoe functioneren mensen en welke chronische aandoeningen hebben ze? Wat willen ze? Wat kunnen

Nadere informatie

HSMR en SMR s per diagnosegroep Cijfers eerste helft 2014 Ziekenhuisgroep Twente

HSMR en SMR s per diagnosegroep Cijfers eerste helft 2014 Ziekenhuisgroep Twente HSMR en SMR s per diagnosegroep Cijfers eerste helft 2014 Ziekenhuisgroep Twente 20 maart 2015 Ziekenhuisgroep Twente T.a.v. mw. Eggert en dhr. Gorgels Postbus 7600 7600 SZ Almelo Introductie In deze rapportage

Nadere informatie

Leven met een verhoogde kans op hart- en vaatziekten

Leven met een verhoogde kans op hart- en vaatziekten Leven met een verhoogde kans op hart- en vaatziekten M. Rubens en E. Wesseling Leven met een verhoogde kans op hart- en vaatziekten Houten 2012 2012 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media,

Nadere informatie

Inhoudsopgave hoofdstuk 2

Inhoudsopgave hoofdstuk 2 -46- Inhoudsopgave hoofdstuk 2 Samenvatting hoofdstuk 2 Tabellen: 2.1 Loop van de bevolking 2.2 Loop van de bevolking in Haaglanden per gemeente, Zuid-Holland en Nederland in 2013 2.3 Loop van de bevolking

Nadere informatie

Een effectieve donormailing: vooral personen tussen de 45 en 49 jaar Zomer 2006

Een effectieve donormailing: vooral personen tussen de 45 en 49 jaar Zomer 2006 Deze factsheet is geschreven door RD Friele en R Coppen van het NIVEL in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De gegevens mogen met bronvermelding worden gebruikt. Versie

Nadere informatie

Goede gegevensvastlegging voor een betrouwbare HSMR

Goede gegevensvastlegging voor een betrouwbare HSMR Goede gegevensvastlegging voor een betrouwbare HSMR Een betrouwbare HSMR berekening is alleen mogelijk als ziekenhuizen volgens dezelfde regels, dus op uniforme wijze hun opnamen in de LMR (en diens opvolger

Nadere informatie

De sterftecijfers voor het jaar 2013 worden vandaag gepubliceerd.

De sterftecijfers voor het jaar 2013 worden vandaag gepubliceerd. Het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid verwerkt zelf de sterftecertificaten van het Vlaams Gewest. Sinds 2005 (registratiejaar 2003) wordt de nieuwe statistiek van de doodsoorzaken jaarlijks op de website

Nadere informatie

JONGEREN EN HART- EN VAATZIEKTEN HAVO. VMBO theoretische en. en basisberoeps gerichte leerweg leerlingen 37.900 (23%)

JONGEREN EN HART- EN VAATZIEKTEN HAVO. VMBO theoretische en. en basisberoeps gerichte leerweg leerlingen 37.900 (23%) Cijfers en feiten DECEMBER 27 JONGEREN EN HART- EN VAATZIEKTEN Hart- en vaatziekten als gevolg van een ongezonde leefwijze komen bij jongeren nog nauwelijks voor. In 26 vonden er in de leeftijdsklasse

Nadere informatie

Georgie Dom. Hart & vaten gezond. Informatie en preventie

Georgie Dom. Hart & vaten gezond. Informatie en preventie Georgie Dom Hart & vaten gezond Informatie en preventie 1 e druk, augustus 2010 Copyright 2010 Consumentenbond, Den Haag Auteursrechten op tekst, tabellen en illustraties voorbehouden Inlichtingen Consumentenbond

Nadere informatie

HSMR en SMRs per diagnosegroep Cijfers 2015 IJsselmeerziekenhuizen

HSMR en SMRs per diagnosegroep Cijfers 2015 IJsselmeerziekenhuizen en SMRs per diagnosegroep Cijfers 2015 IJsselmeerziekenhuizen De Praktijk Index Rembrandtlaan 31 3723 BG Bilthoven 030-244 0326 www.depraktijkindex.nl maart 2016 Introductie In deze rapportage worden de

Nadere informatie

NR/CU-267. Regeling verplichte publicatie sterftecijfers instellingen voor medisch specialistische zorg

NR/CU-267. Regeling verplichte publicatie sterftecijfers instellingen voor medisch specialistische zorg Regeling verplichte publicatie sterftecijfers instellingen voor medisch specialistische zorg : Ingevolge artikel 38, vierde juncto zevende lid, en artikel 62, eerste lid, juncto artikel 68 van de Wet marktordening

Nadere informatie

Persbericht. Arbeidsmarkt ook in 2001 gunstig. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Arbeidsmarkt ook in 2001 gunstig. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB02-27 7 februari 2002 9.30 uur Arbeidsmarkt ook in 2001 gunstig De reeks van jaren met een gunstige arbeidsmarkt is in 2001 voortgezet. De groei van de

Nadere informatie

Is meten weten? Of uiteindelijk zweten? Wouter van der Horst, woordvoerder

Is meten weten? Of uiteindelijk zweten? Wouter van der Horst, woordvoerder Is meten weten? Of uiteindelijk zweten? Wouter van der Horst, woordvoerder Even voorstellen Woordvoerder staat er middenin Politiek Media/pers Burger Zorgvisie Maak die sterftecijfers openbaar! Transparantie,

Nadere informatie

Wijkgericht werken: doel of middel?

Wijkgericht werken: doel of middel? Wijkgericht werken: doel of middel? Pim Assendelft Hoogleraar Huisartsgeneeskunde Afdeling Eerstelijnsgeneeskunde 13 juni 2017 Generalisme is ons specialisme Lichamelijke activiteit Overgewicht en obesitas

Nadere informatie

Analyse Patiëntenstromen Het aandeel van ouderen in de instroom bij algemene ziekenhuizen.

Analyse Patiëntenstromen Het aandeel van ouderen in de instroom bij algemene ziekenhuizen. Analyse Patiëntenstromen 2014-2016 Het aandeel van ouderen in de instroom bij algemene ziekenhuizen. Aanleiding NVZ constateert een toename in instroom van patiënten in ziekenhuizen Gevolgen: Opname-stops

Nadere informatie

Microdataservices. Documentatierapport Diagnosen behorend bij ziekenhuisopnamen Landelijke Basisregistratie Ziekenhuiszorg (LBZDIAGNOSENTAB)

Microdataservices. Documentatierapport Diagnosen behorend bij ziekenhuisopnamen Landelijke Basisregistratie Ziekenhuiszorg (LBZDIAGNOSENTAB) Documentatierapport Diagnosen behorend bij ziekenhuisopnamen Landelijke Basisregistratie Ziekenhuiszorg (LBZDIAGNOSENTAB) Datum:3 mei 2017 Bronvermelding Publicatie van uitkomsten geschiedt door de onderzoeksinstelling

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Bevolking groeit tot 17,5 miljoen in 2038

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Bevolking groeit tot 17,5 miljoen in 2038 Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-085 18 december 2008 9.30 uur Bevolking groeit tot 17,5 miljoen in 2038 Nog 1 miljoen inwoners erbij, inwonertal zal harder groeien dan eerder gedacht

Nadere informatie

Auteur: Gemeente Dronten Datum: Februari 2018 Voor vragen: Feiten en cijfers 2017 Bevolking

Auteur: Gemeente Dronten Datum: Februari 2018 Voor vragen: Feiten en cijfers 2017 Bevolking Auteur: Gemeente Dronten Datum: Februari 2018 Voor vragen: h.van.eijken@dronten.nl Feiten en cijfers 2017 Bevolking Inleiding Wat is Dronten feiten en cijfers Dit document is een jaarlijks rapport met

Nadere informatie

EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -20% IN 2020

EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -20% IN 2020 / cijfers EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -% IN Vlaams Gewest 1 / 1.9.1 1.9.1 Evaluatie doelstelling zelfdoding: -% in 1/1 Gepubliceerd op: http://www.zorg-en-gezondheid.be/cijfers op 1.9.1 door: Heidi

Nadere informatie

Arbeidsgehandicapten in Nederland

Arbeidsgehandicapten in Nederland Arbeidsgehandicapten in Nederland Ingrid Beckers In 2003 waren er in Nederland ruim 1,7 miljoen arbeidsgehandicapten; 15,8 procent van de 15 64-jarige bevolking. Het aandeel arbeidsgehandicapten is daarmee

Nadere informatie

EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -20% IN 2020

EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -20% IN 2020 / cijfers EVALUATIE DOELSTELLING ZELFDODING: -% IN Vlaams Gewest 1 /..17..17 Evaluatie doelstelling zelfdoding: -% in 1/13 Gepubliceerd op: http://www.zorg-en-gezondheid.be/cijfers op..17 door: Heidi Cloots,

Nadere informatie

Auteur: Gemeente Dronten Datum: 4 april 2017 Voor vragen: Feiten en cijfers 2016 Bevolking

Auteur: Gemeente Dronten Datum: 4 april 2017 Voor vragen: Feiten en cijfers 2016 Bevolking Auteur: Gemeente Dronten Datum: 4 april 2017 Voor vragen: h.van.eijken@dronten.nl Feiten en cijfers 2016 Bevolking Inleiding Wat is Dronten feiten en cijfers Dit document is een jaarlijks rapport met

Nadere informatie

Samenvatting van de IMA-studie. Sociaaleconomisch profiel en zorgconsumptie van personen in primaire arbeidsongeschiktheid

Samenvatting van de IMA-studie. Sociaaleconomisch profiel en zorgconsumptie van personen in primaire arbeidsongeschiktheid 1 Samenvatting van de IMA-studie Sociaaleconomisch profiel en zorgconsumptie van personen in primaire arbeidsongeschiktheid Het aantal arbeidsongeschikten alsook de betaalde uitkeringen bij arbeidsongeschiktheid

Nadere informatie