PRI 3288 Slachten en uitslachten van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren (in het slachthuis) - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIËNE [3288] v2

Transcriptie

1 Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : PRI 288 Slachten en uitslachten van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren (in het slachthuis) - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIËNE [288] v2 C : conform NC : niet-conform NA : niet van toepassing H : Hoofdstuk B : Bijlage A : Artikel : paragraaf L : Deel P : Punt C NC Punten NA 1. INFRASTRUCTUUR : ALGEMENE EISEN 1. Ventilatie is voldoende. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H1 P5 + Eur. ver./règl. eur. 852/2004 A4 B2 H1 P6 (1*) 2. Er is voldoende verlichting en deze heeft geen invloed op het uitzicht van de levensmiddelen. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A8 B2 1 P1 + Eur. ver./règl. eur. 852/2004 A4 B2 H1 P7 (2*). Er zijn voldoende propere toiletten met spoeling. Toiletten hebben geen directe toegang tot ruimten waar levensmiddelen worden gehanteerd. 1 Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H1 P + KB/AR 1/07/2014 A18 B H1 P2 (*) 4. Afvalopslagplaatsen zijn proper, kunnen gemakkelijk worden schoongemaakt, en, indien nodig, ontsmet en zijn vrij van ongedierte. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H6 P (1*) 5. Drinkbaar water wordt gebruikt waar nodig. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H7 P1 (1*) 6. Niet-drinkbaar water wordt via geïdentificeerde en aparte leidingen getransporteerd. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H7 P2 (1*) 7. Er zijn voorzieningen aanwezig voor het reinigen en ontsmetten van gereedschap en uitrusting. Ze zijn in goede staat, proper, vervaardigd van roestvrij materiaal en gemakkelijk schoon te maken. Ze zijn verschillend van handwasbakken en hebben een voldoende toevoer van koud/warm of gemengd water. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H2 P2 (1*) 8. Er zijn voorzieningen aanwezig voor de opslag van gereedschap en werktuigen. Die zijn in goede staat, proper, gemakkelijk te reinigen en indien nodig, te ontsmetten. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H2 P2 (1*) 9. Er zijn voldoende goed geplaatste handenwasbakken voorzien van stromend water. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H1 P4 + KB/AR 1/07/2014 A18 B H1 P1 (*). De handenwasbakken zijn voorzien van warm en koud (of gemengd) stromend water, kranen bediend zonder direct contact met de handen, hygiënisch was- en droogmiddel en bericht dat het wassen van de handen na toiletbezoek verplicht stelt. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H1 P4 + KB/AR 1/07/2014 A18 B H1 P1 + KB/AR 1/07/2014 A18 B H4 P2 (*) 11. Er zijn voldoende adequate omkleedvoorzieningen. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H1 P9 (1*) Totaal : 0 0 0

2 Totaal van de wegingsfactoren : % van de niet-conformiteiten : 0 % Limieten : Te verbeteren : 0 % Onvoldoende : 0 % Ongunstig major : 0 Ongunstig minor : 0 waarvan 0 met * 2. INFRASTRUCTUUR : SPECIFIEKE EISEN 2.1. Ruimten waar niet-voorverpakte levensmiddelen worden gehanteerd 1. Vloeroppervlakken zijn in goede staat en proper. Ze kunnen gemakkelijk worden gereinigd en, indien nodig, ontsmet. Het afvoersysteem van vuil water brengt geen risico van besmetting met zich mee. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H2 P1a + Eur. ver./règl. eur. 852/2004 A4 B2 H1 P8 (1*) 2. Muren kunnen gemakkelijk worden schoongemaakt (en indien nodig ontsmet), zijn in goede staat en proper. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H2 P1b (1*). Plafonds en voorzieningen aan het plafond zijn in goede staat en proper. De constructie maakt vuilophoping onmogelijk, beperkt condens, schimmelvorming en loskomen van deeltjes. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H9 P + Eur. ver./règl. eur. 852/2004 A4 B2 H2 P1c (1*) 4. Ramen en deuren zijn in goede staat en proper. De constructie maakt vuilophoping onmogelijk. Ze zijn voorzien van verwijderbare horren (indien naar buitenlucht) en blijven vergrendeld tijdens productie indien contaminatie mogelijk is. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H2 P1d,e (1*) 5. Oppervlakken die in aanraking komen met levensmiddelen, zijn in goede staat, proper en kunnen gemakkelijk worden schoongemaakt en, indien nodig, ontsmet. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H5 P1 + Eur. ver./règl. eur. 852/2004 A4 B2 H2 P1f (1*) 6. Er zijn voorzieningen aanwezig met voldoende drinkwater voor het wassen en/of spoelen van levensmiddelen en deze zijn verschillend van de handenwasbakken. Zij zijn in goede staat, proper en kunnen gemakkelijk schoongemaakt en, indien nodig, ontsmet worden. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H2 P (1*) 2.2. Ruimten waarvoor de vereisten gelinkt zijn aan de activiteit ( PAP specifiek ) 1. De ruimten waarin zich vlees en slachtafval bevinden zijn voldoende groot en talrijk. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H1 P2 (1*) 2. Er zijn geen luchtstromen van een vuile naar een propere zone. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H1 P5 (1*). Er is een geschikt opvangsysteem voor het afvalwater. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H1 P8 + Eur. ver./règl. eur. 852/2004 A4 B2 H2 P1a (1*) 4. In het slachthuis (zowel binnen als buiten de gebouwen) is er een duidelijke scheiding tussen de onreine en de reine zones. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A20 B 1 P4 + KB/AR 0/11/2015 A20 B 1 P1 (4*) 5. Er is een aparte ruimte met geschikte voorzieningen voor het reinigen, wassen en ontsmetten van de voor levende dieren gebruikte transportmiddelen. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H2 P6 (5*) 6. Het slachthuis beschikt over een omheining met voorziening die het mogelijk maakt toezicht uit te oefenen op het binnenkomen en het verlaten van het slachthuis. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A20 B 1 P (4*)

3 7. Het slachthuis beschikt over voorzieningen voor hygiënisch intern transport. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A5 B1 1 P1 (4*) 8. Het slachthuis beschikt over adequate stalruimten. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H2 P1a (5*) 9. De stallen zijn voldoende ruim om het welzijn van de dieren te garanderen en zijn zodanig ontworpen dat de antemortemkeuringen, inclusief de identificatiecontrole van de dieren, gemakkelijk kunnen plaatsvinden. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H2 P1c (5*). Het slachthuis beschikt over afzonderlijke afsluitbare stallen of, voorzover het weer dat mogelijk maakt, over omheinde terreinen voor zieke of verdachte dieren, met een afzonderlijk waterafvoersysteem en zo gelegen dat verontreiniging van andere dieren wordt vermeden, tenzij de bevoegde autoriteit zulke faciliteiten niet nodig acht. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H2 P1b (5*) 11. Er is een afzonderlijk lokaal voor het ledigen en schoonmaken van magen en darmen tenzij het FAVV een andere regeling toestaat. Europese verordening: 85/2004 A BL1 H2 P2b (5*) 12. Het slachthuis beschikt over een adequaat uitgerust afsluitbaar lokaal dat alleen door de veterinaire dienst mag worden gebruikt. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H2 P9 (5*) 1. Het slachthuis beschikt over installaties waardoor het contact tussen het vlees en de vloeren, muren en de uitrustingen kan worden voorkomen. Europese verordening: 85/2004 A BL2 H2 P2d (5*) 14. Het slachthuis beschikt over slachtlijnen (daar waar deze in werking zijn) die zodanig ontworpen zijn dat het continu verloop van het slachten mogelijk is en om een kruisbesmetting tussen de verschillende delen van de slachtlijn te vermijden. Wanneer meer dan een slachtlijn in werking is in dezelfde lokalen, moet een adequate scheiding worden voorzien teneinde de verontreiniging van een lijn naar de andere vermeden wordt. Europese verordening: 85/2004 A BL1 H2 P2e (5*) 15. Het slachthuis beschikt over voldoende grote koelruimten om het vlees te koelen en op te slaan. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A20 B 1 P2 (4*) 16. Er zijn afsluitbare voorzieningen voor de gekoelde opslag van voor nadere keuring aangehouden vlees. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H2 P5 (5*) 17. Er zijn afzonderlijke afsluitbare voorzieningen voor het opslaan van voor menselijke consumptie ongeschikt verklaard vlees. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H2 P5 (5*) 18. Er zijn aparte voorzieningen voor de ontvangst en de opslag van ongevilde karkassen van wild. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P19 (5*) 19. Het slachthuis beschikt over een voldoende groot lokaal voor de opslag van de containers voor de opslag van huiden, horens, klauwen, hoeven en varkenshaar; indien de containers niet onmiddellijk op de dag van het slachten zelf uit het slachthuis worden verwijderd. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A20 B 1 P1 (4*) 20. Het slachthuis is voorzien van corrosiebestendige werktuigen en apparatuur die voldoen aan de hygiënevoorschriften. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A5 B1 1 P1 (4*) 21. Het slachthuis beschikt over voorzieningen om onverpakt vlees te beschermen tijdens het laden en lossen. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A5 B1 1 P1 (4*) 22. Er zijn functionele voorzieningen om het gereedschap tijdens het werk te ontsmetten. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H2 P (5*) 2. Mest en de inhoud van het spijsverteringskanaal worden opgeslagen in een speciaal daarvoor bestemde plaats. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H2 P8 (5*) Totaal : Totaal van de wegingsfactoren : % van de niet-conformiteiten : 0 % Limieten : Te verbeteren : 0 % Onvoldoende : 0 %

4 Ongunstig major : 0 Ongunstig minor : 0 waarvan 0 met *. GMP/GHP : TOEPASSING 1. De stalruimten zijn hygiënisch. Europese verordening: 85/2004 A B L1 H2 P1a (5*) 2. Het slachthuis verzekert een scheiding in ruimte of tijd tussen de slachtbewerkingen. Europese verordening: 85/2004 A B L1 H2 P2b,2c (5*). De temperatuur in de koel- en vrieslokalen wordt opgenomen en geregistreerd. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A5 B1 1 P2 (4*) 4. In alle stadia van de productie, opslag, verwerking en distributie worden de levensmiddelen niet verontreinigd. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H9 P + Eur. ver./règl. eur. 852/2004 A4 B2 H P (1*) 5. Verbrandingsgassen van motoren worden rechtstreeks afgevoerd. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A8 B2 2 P2 (4*) 6. Huisdieren, ongedierte alsook sporen hiervan zijn afwezig. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H9 P4 + Eur. ver./règl. eur. 852/2004 A4 B2 H1 P2c + KB/AR 1/07/2014 A18 B H5 P1 (*) 7. Gevaarlijke producten (bestrijdingsmiddelen, biociden, meststoffen, smeermiddelen, brandstoffen, ) en reinigings- en ontsmettingsproducten worden zodanig bewaard dat elke vorm van verontreiniging van de productie wordt voorkomen. Europese verordening: 852/2004 A4 B1 P4g + Eur. ver./règl. eur. 852/2004 A4 B2 H1 P + Eur. ver./règl. eur. 852/2004 A4 B2 H9 P8 + KB/AR 1/07/2014 A18 B H1 P4 + Eur. ver./règl. eur. 852/2004 A4 B1 P5f (*) 8. Biociden worden op een correcte manier gebruikt. Koninklijk besluit: 1/07/2014 A18 B H1 P5 (6*) 9. De gebruikte verpakkingsmaterialen zijn geschikt voor contact met levensmiddelen en zijn geen bron van verontreiniging. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H P1 + Eur. ver./règl. eur. 195/2004 A15 P1 + Eur. ver./règl. eur. 195/2004 A15 P8 (7*). Onmiddellijke verpakkingen en verpakkingen, die al dan niet opnieuw kunnen worden gebruikt, worden niet verontreinigd tijdens de opslag. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H P2 (1*) 11. De onmiddellijke verpakkingen en de verpakkingen zijn macroscopisch proper. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H P1 (1*) 12. Onmiddellijke verpakkingen en verpakkingen die opnieuw kunnen worden gebruikt, kunnen gemakkelijk worden gereinigd en ontsmet. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H P4 (1*) 1. Het gebruik van recuperatiewater voldoet aan de voorschriften. Koninklijk besluit: 14/11/200 A (8*) 14. Personen die mogelijk een bron van verontreiniging zijn, bevinden zich niet in ruimten waar levensmiddelen worden gehanteerd. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H8 P2 + KB/AR 1/07/2014 A18 B H4 P1, 1.2 (*) 15. Het personeel heeft een goede persoonlijke hygiëne en draagt geschikte en schone kledij. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H8 P1 + Eur. ver./règl. eur. 852/2004 A4 B2 H9 P + KB/AR 0/11/2015 A5 B1 2 P1 (9*) 16. De exploitant zorgt ervoor dat de ante- en postmortemkeuring onder adequate omstandigheden wordt uitgevoerd en dat de beslissingen van de officiële dierenarts worden gerespecteerd. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P5, 12 + Eur. ver./règl. eur. 85/2004 A B 1 H4 P2, 6 (5*) 17. De exploitant deelt het tijdstip van slachten en het vermoedelijke aantal te slachten dieren tijdig mee aan de dierenarts. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A14 (4*)

5 18. De voor het slachten aangeboden dieren zijn schoon of er worden maatregelen genomen om onvoldoende propere dieren schoon te maken. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P4 (5*) 19. De voor het slachten aangeboden dieren worden in dat slachthuis geslacht of gedood. Europese verordening: 854/2004 A5 B1 L2 H P8 (*) 20. Het slachten wordt niet onnodig uitgesteld tenzij de dieren om welzijnsredenen moeten kunnen rusten voordat ze worden geslacht. 1 Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P1 + Eur. ver./règl. eur. 85/2004 A B 1 H4 P4 (5*) 21. In het slachthuis worden alleen voor de slacht bestemde levende dieren binnengebracht. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P2b (5*) 22. Tijdens het slachten blijven de deuren gesloten met uitzondering van de toegang voor de te slachten dieren. Het slachten is niet zichtbaar vanop de openbare weg. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A1 (4*) 2. De dieren worden op zodanige manier verbloed dat verontreiniging van het karkas en van het bloed wordt vermeden. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A20 B P2 (4*) 24. De luchtpijp en de slokdarm blijven intact tijdens het verbloeden, behalve bij rituele slachtingen. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P7a (5*) 25. Hoeven, klauwen en horens worden verwijderd. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A20 B P4 (4*) 26. Tijdens het verwijderen van huiden en vachten - wordt enerzijds vermeden dat de buitenkant van de huid of vacht in aanraking komt met het karkas - en anderzijds, komen de personeelsleden en apparatuur die in contact zijn geweest met de buitenkant van de huiden en vachten niet meer in aanraking met het vlees. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P7b (5*) 27. Er worden maatregelen genomen om te voorkomen dat bij en na het verwijderen van de ingewanden de inhoud van maag en darmen wordt gemorst en om het verwijderen van de ingewanden zo snel mogelijk te voltooien. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P7c (5*) 28. Het verwijderen van de uier leidt niet tot verontreiniging van het karkas met melk of colostrum. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P7d (5*) 29. Koppen en poten, inclusief de snuit en de lippen, moeten zo worden gehanteerd dat elke verontreiniging wordt voorkomen. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P8 (5*) 0. Karkassen zijn vrij van zichtbare verontreiniging met uitwerpselen. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P (5*) 1. De karkassen en de andere voor menselijke consumptie bestemde delen van dieren worden volledig gevild. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P8 (5*) 2. Bij varkens worden de haren onmiddellijk verwijderd waarbij het risico van verontreiniging van het vlees met broeiwater zo klein mogelijk is. De varkens worden nadien grondig afgespoeld met drinkwater. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P9 (5*). De karkassen en eventueel het afval komen niet in contact met de vloer, de muren of de werkposten. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P11 (5*) 4. Zolang de postmortemkeuring niet is voltooid kan van alle delen van een dier worden bepaald bij welk karkas zij horen. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P1 (5*) 5. Tenzij op bevel van de officiële dierenarts worden delen van het karkas of van slachtafval niet ingesneden of verwijderd zolang de keuring niet voltooid is. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A16 1 (4*) 6. Karkassen en slachtafval (met uitzondering van het spijsverterings- en voortplantingsstelsel en het bloed) blijven in opgehangen positie tot de keuring voltooid is. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A20 B P (4*) 7. Oren met een identificatiemerk blijven aan het karkas tot de keuring voltooid is. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A20 B P5 (4*) 8. Procedures die het mogelijk maken fysieke risico's tot een minimum te herleiden, zoals vreemde voorwerpen, worden ingesteld. Europese verordening: 854/2004 A4 P5c + Eur. ver./règl. eur. 852/2004 A5 (11*)

6 9. De delen van een dier die nog niet zijn gekeurd mogen niet in contact komen met andere karkassen, slachtafval of ingewanden. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P1 (5*) 40. Voor nadere keuring aangehouden vlees of vlees dat ongeschikt is verklaard voor menselijke consumptie en niet voor consumptie geschikte bijproducten komen niet in contact met voor consumptie geschikt verklaard vlees. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P16 (5*) 41. Beide nieren worden van alle aanhangend vet ontdaan. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P14 (5*) 42. De steekgaten worden weggesneden. De galblaas wordt van de lever verwijderd. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A20 B P6 (4*) 4. Voor menselijke consumptie bestemd bloed wordt opgevangen in schone en niet-gecorrodeeerde recipiënten en wordt vervolgens onmiddellijk gekoeld. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A20 B P2 (4*) 44. Na de postmortemkeuring worden de amandelen bij varkens, runderen en eenhoevigen op hygiënische wijze verwijderd. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P16 (5*) 45. Behoudens andersluidende toelating van het FAVV moeten de ingewanden (met uitzondering van de nieren) zo spoedig mogelijk na de keuring worden verwijderd. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P16 (5*) 46. Wanneer zij bestemd zijn voor verdere verwerking moeten de magen worden schoongemaakt, de darmen worden geledigd en schoongemaakt, de koppen en poten worden gevild of onthaard. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P18 (5*) 47. Als inrichtingen zijn erkend voor het slachten van verschillende diersoorten of voor het hanteren van karkassen van gekweekt en vrij wild worden voorzorgsmaatregelen genomen om kruisverontreiniging te voorkomen waarbij de werkzaamheden bij de verschillende diersoorten op verschillende tijdstippen of plaatsen worden verricht. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P19 (5*) 48. Bij het slachten van zieke of verdachte dieren op de gewone slachtlijn worden de voorzieningen onder officieel toezicht gereinigd en ontsmet voordat het slachten van andere dieren wordt hervat. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H4 P20 (5*) 49. Er bevinden zich geen onbevoegde personen in de werk- en opslagruimten gedurende de werkzaamheden waarbij er risico op contaminatie is. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A (4*) 50. De lokalen van het slachthuis worden niet gebruikt voor enig ander doel dan dat waarvoor ze bestemd zijn. Er wordt alleen geslacht in de slachtlokalen van het slachthuis. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A4 (4*) 51. Definitief in beslag genomen vlees, karkassen en slachtafval worden, indien nodig, door de exploitant gedenatureerd in het bijzijn en volgens de instructies van de dierenarts. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A15 (4*) 52. Vers vlees en afval worden niet versneden of uitgebeend in het slachthuis. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A16 1 (4*) 5. Het vlees en het slachtafval worden niet gebruikt voor illegale praktijken. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A16 2 (4*) 54. NOODSLACHTING (buiten het slachthuis): Bij transporten van meer dan 2 uur is koeling vereist. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H6 P4 (5*) 55. NOODSLACHTING (buiten het slachthuis): Alle verwijderde ingewanden vergezellen het dier en zijn aangeduid als afkomstig van dat dier. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H6 P (5*) 56. Na de postmortemkeuring worden de karkassen en slachtafval onmiddellijk op efficiënte wijze gekoeld. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H7 P1a, 1b (5*) 57. Er is tijdens het koelen geen condensvorming aan de oppervlakte van de karkassen. Europese verordening: 85/2004 A B L1 H7 P1b (5*) 58. Het vervoer van gekoelde producten gebeurt op een correcte temperatuur. Europese verordening: 85/2004 A B L1 H7 P (5*) 59. Het vervoer van niet volledig doorkoelde producten gebeurt op een correcte temperatuur. Europese verordening: 85/2004 A B LS1 H7 Pa + KB/AR 0/12/1992 A5bis B2 (12*)

7 60. Onverpakt vlees komt tijdens de opslag en het vervoer niet in contact met verpakt vlees. Europese verordening: 85/2004 A B 1 H7 P5 (5*) 61. Afval wordt zo vlug mogelijk verwijderd en gedeponeerd in afsluitbare containers. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H6 P1,2 (1*) 62. De bemonsteringsplaatsen worden gekozen met inachtneming van de in elke inrichting gehanteerde slachttechniek. Europese verordening: 207/2005 A B1 H P.2 (1*) 6. Via de destructieve methode worden vier weefselmonsters van tezamen 20 cm2 genomen (analyses op Enterobacteriaceae en het aëroob kiemgetal). Europese verordening: 207/2005 A B1 H P.2 (1*) 64. Wanneer daarvoor de niet-destructieve methode wordt gebruikt, wordt per bemonsteringsplaats minimaal 0 cm2 (50 cm2 voor karkassen van kleine herkauwers) bemonsterd (analyses op Enterobacteriaceae en het aëroob kiemgetal) Europese verordening: 207/2005 A B1 H P.2 (1*) 65. Exploitanten zorgen ervoor dat levensmiddelen voldoen aan de desbetreffende microbiologische criteria. Europese verordening: 207/2005 A (1*) 66. Indien ontoereikende resultaten worden verkregen, neemt de exploitant maatregelen om de oorzaak ervan op te sporen teneinde te voorkomen dat de onaanvaardbare microbiologische besmetting zich herhaalt. Europese verordening: 207/2005 A7 (1*) 67. Alle afval wordt op hygiënische wijze verwijderd en vormt geen bron van besmetting van het vlees. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H6 P4 (1*) 68. De werklokalen worden adequaat en telkens wanneer nodig gereinigd en ontsmet. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A5 B1 2 P2 (4*) 69. Opslaglokalen, in het bijzonder die bestemd voor onverpakt vlees en slachtafval, worden geregeld schoongemaakt en ontsmet. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A5 B1 2 P2 (4*) 70. Het materiaal, de apparatuur en de uitrusting worden regelmatig en op een doeltreffende manier schoongemaakt, en indien nodig, ontsmet. Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H5 P1a (1*) 71. Alle GRM materiaal wordt in het slachthuis verwijderd. De wervelkolom van runderen kan in een uitsnijderij worden verwijderd of in een daarvoor toegelaten slagerij, kopvlees mag worden verzameld in een daarvoor erkende uitsnijderij. Europese verordening: 999/2001 A8 B5 P4.1, 4. (14*) 72. Bij de verwijdering van GRM, worden de maatregelen genomen die noodzakelijk zijn om verontreiniging van het vlees bestemd voor menselijke consumptie met GRM te voorkomen. Europese verordening: 999/2001 A8 B5 P4.1 (14*) 7. Bij het uitsnijden van koppen van dieren die GRM bevatten worden de hersenen en de ogen niet uit deze koppen verwijderd. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A21 (4*) 74. Er is een GRM register Koninklijk besluit: 0/11/2015 A19 (4*) 75. Dit register vermeldt de hoeveelheid en de aard van GRM dat is opgehaald door het destructiebedrijf. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A19 P1 (4*) 76. Dit register vermeldt de hoeveelheid en de bestemming van het GRM, karkassen of de delen van karkassen of slachtafval die GRM bevatten, die verzonden werden naar een andere toegelaten bestemming dan het destructiebedrijf. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A19 P4 (4*) 77. Dit register vermeldt het aantal en de bestemming van de koppen met GRM die verzonden worden naar daartoe erkende uitsnijderijen. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A19 P2 (4*) 78. Dit register vermeldt het aantal en de bestemming van karkassen of deelstukken die GRM bevatten, die werden verzonden naar erkende inrichtingen of naar daartoe toegelaten vleeswinkels. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A19 P (4*) 79. Er vindt geen uitvoer plaats naar derde landen van koppen en van vers vlees van runderen, schapen en geiten met GRM. Europese verordening: 999/2001 A8 B5 P. (14*)

8 80. Het GRM wordt naarmate het geproduceerd wordt gedenatureerd met behulp van een waterige oplossing van 0,5% methyleenblauw. Ministerieel besluit: 9/07/200 A1 + Eur. ver./règl. eur. 999/2001 A8 B5 P (15*) 81. De documenten ter staving van de vermeldingen in dit register kunnen op elk moment worden voorgelegd. Koninklijk besluit: 0/11/2015 A19 (4*) 82. Voor intracommunautair handelsverkeer van koppen of hele karkassen van schapen en geiten ouder dan 12 maanden met kop, beschikt men over de goedkeuring van de lidstaat van bestemming. Europese verordening: 999/2001 A8 B5 P.1,.2 (14*) 8. De koppen die niet deugdelijk zijn afgesloten, waarvan de ogen onmiddellijk vóór het slachten of daarna beschadigd of verloren gegaan zijn of die anderszins zodanig beschadigd zijn dat de kop met weefsel van het centrale zenuwstelsel verontreinigd kan zijn, worden niet naar de speciaal erkende uitsnijderijen verzonden. Europese verordening: 999/2001 A8 B5 P9c (14*) 84. De koppen worden tijdens de opslag in het slachthuis en het vervoer van het slachthuis naar een daartoe erkende uitsnijderij aan een rek gehangen. Europese verordening: 999/2001 A8 B5 P9a (14*) 85. Voordat de koppen van de transportband of de haken aan de rekken worden gehangen, worden de inschotopening in het voorhoofd en het achterhoofdsgat deugdelijk afgesloten met een ondoordringbare, duurzame stop. Wanneer de hersenstam voor laboratoriumtests op BSE wordt bemonsterd, wordt het achterhoofdsgat onmiddellijk na de bemonstering afgesloten. Europese verordening: 999/2001 A8 B5 P8.1b (14*) 86. Het verzamelen van kopvlees van runderen vindt plaats in een speciale ruimte die fysiek van de overige delen van de slachtlijn gescheiden is. Europese verordening: 999/2001 A8 B5 P8.1a (14*) 87. Er is een bemonsteringsplan voor het aantonen van weefsel van het centrale zenuwstelsel met behulp van een geschikte laboratoriumtest om na te gaan of de maatregelen ter beperking van verontreiniging naar behoren zijn uitgevoerd. 1 Europese verordening: 999/2001 A8 B5 P9d (14*) Totaal : Totaal van de wegingsfactoren : % van de niet-conformiteiten : 0 % Limieten : Te verbeteren : 0 % Onvoldoende : 0 % Ongunstig major : 0 Ongunstig minor : 0 waarvan 0 met * 4. PRODUCT - GERELATEERDE CONTROLES 1. De op de verschillende bemonsteringsplaatsen van het karkas genomen monsters worden vóór het onderzoek samengevoegd. Europese verordening: 207/2005 A B1 H P.2 (1*) Totaal : Totaal van de wegingsfactoren : % van de niet-conformiteiten : 0 % Limieten : Te verbeteren : 0 % Onvoldoende : 0 %

9 Ongunstig major : 0 Ongunstig minor : 0 waarvan 0 met * 5. DOCUMENTAIRE CONTROLE 1. De gebruikte verpakkingsmaterialen en voorwerpen bestemd om in aanraking te komen met de levensmiddelen zijn vergezeld van een schriftelijke verklaring van overeenstemming. 1 Europese verordening: 195/2004 A16 P1 (16*) 2. Wateranalyses zijn beschikbaar en worden uitgevoerd volgens de wettelijk bepaalde frequenties. Koninklijk besluit: 14/01/2002 A7,8 (17*). Er is een volledig en goed opgevolgd ongediertebestrijdingsplan. Europese verordening: 852/2004 A4 Pb (1*) 4. Geneeskundige attesten kunnen voorgelegd worden voor iedereen die in contact komt met onverpakte voeding. Koninklijk besluit: 1/07/2014 A18 B H4 P1 (6*) 5. Het personeel dat met levensmiddelen omgaat heeft een (hygiëne)opleiding gekregen en/of instructies, aangepast aan hun beroepsactiviteit. 1 Europese verordening: 852/2004 A4 B2 H12 P1 (1*) 6. De VKI-documenten (Voedselketeninformatie) zijn aanwezig en geldig. Europese verordening: 85/2004 A B2 (5*) 7. Bij elke bemonstering worden steekproefsgewijs 5 karkassen bemonsterd. Europese verordening: 207/2005 A B1 H P.2 (1*) 8. Bij de bemonstering voor analyses op Enterobacteriaceae en het aëroob kiemgetal wordt het karkas op vier plaatsen bemonsterd. Europese verordening: 207/2005 A B1 H P.2 (1*) 9. Bij de bemonstering voor analyses op Salmonella wordt gebruik gemaakt van een schuurspons. Per gekozen bemonsteringsplaats wordt minimaal 0 cm2 bemonsterd. Europese verordening: 207/2005 A B1 H P.2 (1*). De reglementaire microbiologische monsters worden genomen volgens de vereiste frequentie. Europese verordening: 207/2005 A B1 H P.2 + KB/AR 0/11/2015 A20 B P4 (18*) 11. Elke week wordt op een andere dag bemonsterd zodat elke dag van de week aan bod komt. Europese verordening: 207/2005 A B1 H P.2 (1*) 12. De gebruikte methode voor het betrokken microbiologische onderzoek is toegestaan. Europese verordening: 207/2005 A B1 (1*) 1. NOODSLACHTING (buiten het slachthuis): Een verklaring van de dierenarts over de antemortemkeuring vergezelt het geslachte dier. Europese verordening: 85/2004 A B L1 H6 P6 (5*) 14. NOODSLACHTING (buiten het slachthuis): De verklaring van de exploitant over de eventuele behandelingen vergezelt het dier. Europese verordening: 85/2004 A B L1 H6 P5 (5*) 15. Er is voldaan aan de landspecifieke eisen met betrekking tot verlichting, temperaturen en infrastructuur zoals voorzien in de respectievelijke IB s (instructiebundels). 0 Europese verordening: 178/2002 A12 (19*) Totaal : Totaal van de wegingsfactoren : % van de niet-conformiteiten : 0 % Limieten : Te verbeteren : 0 %

10 Onvoldoende : 0 % Ongunstig major : 0 Ongunstig minor : 0 waarvan 0 met * Wetgeving: 1*.verordening (eg) nr. 852/2004 van het europees parlement en de raad van 29/04/2004 inzake levensmiddelenhygiëne 2*.koninklijk besluit van 0/11/2015 betreffende de hygiëne van levensmiddelen van dierlijke oorsprong + verordening (eg) nr. 852/2004 van het europees parlement en de raad van 29/04/2004 inzake levensmiddelenhygiëne *.verordening (eg) nr. 852/2004 van het europees parlement en de raad van 29/04/2004 inzake levensmiddelenhygiëne + koninklijk besluit van 1/07/2014 betreffende levensmiddelenhygiëne 4*.koninklijk besluit van 0/11/2015 betreffende de hygiëne van levensmiddelen van dierlijke oorsprong 5*.verordening (eg) nr. 85/2004 van het europees parlement en de raad van 29/04/2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong 6*.koninklijk besluit van 1/07/2014 betreffende levensmiddelenhygiëne 7*.verordening (eg) nr. 852/2004 van het europees parlement en de raad van 29/04/2004 inzake levensmiddelenhygiëne + verordening (eg) nr. 195/2004 van het europees parlement en de raad van 27//2004 inzake materialen en voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen en houdende intrekking van de richtlijnen 80/590/eeg en 89/9/eeg 8*.koninklijk besluit van 14/11/200 betreffende autocontrole, meldingsplicht en traceerbaarheid in de voedselketen 9*.verordening (eg) nr. 852/2004 van het europees parlement en de raad van 29/04/2004 inzake levensmiddelenhygiëne + koninklijk besluit van 0/11/2015 betreffende de hygiëne van levensmiddelen van dierlijke oorsprong *.verordening (eg) nr. 854/2004 van het europees parlement en de raad van 29/04/2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong 11*.verordening (eg) nr. 854/2004 van het europees parlement en de raad van 29/04/2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong + verordening (eg) nr. 852/2004 van het europees parlement en de raad van 29/04/2004 inzake levensmiddelenhygiëne 12*.verordening (eg) nr. 85/2004 van het europees parlement en de raad van 29/04/2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong + koninklijk besluit van 0/12/1992 betreffende het vervoer van vers vlees, vleesproducten en vleesbereidingen 1*.verordening (eg) nr. 207/2005 van de commissie van 15/11/2005 inzake microbiologische criteria voor levensmiddelen 14*.verordening (eg) nr. 999/2001 van het europees parlement en de raad van 22/05/2001 houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën 15*.ministerieel besluit van 09/07/200 tot vaststelling van de stof om bepaalde niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten te denatureren + verordening (eg) nr. 999/2001 van het europees parlement en de raad van 22/05/2001 houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën 16*.verordening (eg) nr. 195/2004 van het europees parlement en de raad van 27//2004 inzake materialen en voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen en houdende intrekking van de richtlijnen 80/590/eeg en 89/9/eeg 17*.koninklijk besluit van 14/01/2002 betreffende de kwaliteit van voor menselijke consumptie bestemd water dat in voedingsmiddeleninrichtingen verpakt wordt of dat voor de fabricage en/of het in de handel brengen van voedingsmiddelen wordt gebruikt 18*.verordening (eg) nr. 207/2005 van de commissie van 15/11/2005 inzake microbiologische criteria voor levensmiddelen + koninklijk besluit van 0/11/2015 betreffende de hygiëne van levensmiddelen van dierlijke oorsprong 19*.verordening (eg) nr. 178/2002 van het europees parlement en de raad van 28/01/2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving,tot oprichting van een europese autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden

11 Commentaar operator Gunstig Gunstig met opmerkingen Ongunstig Gemaakt te, op Handtekening en stempel controleur Naam operator of aanwezige persoon : Functie : Tekent voor kennisname :