Mestvergisting Swinkels te Vlagtwedde. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem
|
|
- Dennis de Vos
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Mestvergisting Swinkels te Vlagtwedde Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem
2 Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel Realisatie van een biomassa netwerkvergistinginstallatie voor elektriciteitsproductie middels WKK op biogas SenterNovem-projectnummer Verslagperiode t/m Naam aanvrager M.P.F.T. Swinkels Contactpersoon Dhr. T. Wiersma, SenterNovem-contactpersoon Dhr. J. van Bergen Aan dit project is in het kader van het Besluit milieusubsidies, Subsidieregeling milieugerichte technologie een subsidie verleend uit het programma Reductie Overige Broeikasgassen dat gefinancierd wordt door het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke ordening en Milieubeheer. Senter Novem beheert deze regeling. Trefwoorden: Duurzame energie, vergister, mestvergisting, drijfmest, digestaat, methaanreductie Sustainable energy, fermentor, Co fermentation, manure, fermented manure, methane reduction
3 Verkorte samenvatting Het projectidee is ontstaan begin 2005 op het moment dat er een aantal publicaties waren over mestvergisting bij Mts. Kelstein in Hallum. Deze nieuwe innovatie, in combinatie met de slechte melkprijs heeft Swinkels doen besluiten om meer informatie te verzamelen. In januari 2005 hebben de eerste gesprekken plaatsgevonden met de gemeente Vlagtwedde. De gesprekken werden gedaan om de mogelijkheden te inventariseren binnen de gemeente Vlagtwedde. Vervolgens zijn alle benodigde gegevens aangeleverd, waarmee de vergunningen in mei 2005 officieel werd aangevraagd. De vergunning verlening is redelijk soepel verlopen. Voor de vergunningverlening zijn een archeologisch -, akoestisch - en flora&fauna onderzoek uitgevoerd. Begin maart 2006 is Host Oosterhof Holman begonnen met de civiele werkzaamheden voor het bouwklaar maken van het terrein. Het gehele project is afgerond op 1 november Het afgeronde project wil zeggen dat er een draaiende vergistinginstallatie op het bedrijf staat, die duurzame energie uit mest en coproducten produceert. Vanaf deze datum is ook de MEP ingegaan. De milieuresultaten zijn op te delen in een directe reductie van broeikasgassen t.g.v. een verkorte duur van de mestopslag en een indirect reductie als gevolg van de duurzaam geproduceerde energie. De directe emissiereductie van methaan is een gevolg van de verkorte duur van de mestopslag. De gerealiseerde directe reductiebesparing kwam uit op kg CO 2 equivalenten per jaar De indirecte reductie wordt behaald door de duurzaam geproduceerde elektriciteit en warmte uitgedrukt in kg CO 2 equivalenten per jaar. De nieuwe inschatting van de indirecte reductie verder uitgewerkt. Gerekend met de reductiefactoren levert dit een totale indirecte reductie op van kg equivalenten per jaar. De totale reductie van het project is uitgedrukt in ton CO 2 equivalenten per jaar. Volgens verwachting was dit ( =) kg CO 2 equivalenten per jaar. Na berekening aan de hand van 4 maanden monitoring is de verwachte reductie op projectniveau 2317 ton CO 2 equivalenten per jaar. De potentiële landelijke reductie is in dat geval 1.43 Mton CO 2 equivalenten per jaar. Deze daling wordt veroorzaakt door de hogere hoeveelheid ingevoerde mest. Op basis van deze investeringkosten en netto besparing is de terugverdientijd 7,4 jaar. In de verdere looptijd van het project kan de terugverdientijd verder worden verlaagd door: hogere benutting van de motorcapaciteit dan opstartjaar, invoer van beter renderende co-producten dan maïs. Administratief zijn er vrij veel extra zaken bij te houden. Toch is het voor Swinkels redelijk te doen, maar is door deze handelingen wel meer tijd kwijt dan verwacht. Daarnaast is het ook belangrijk dat er dagelijks een bezoek aan de vergister wordt gebracht, waarbij alle kritische punten worden gecontroleerd. Het voeren van de vergister is qua tijd flexibel, Swinkels trek dagelijks ongeveer drie uur uit voor het voeren, controleren en begeleiden van het vergistingproces. De afzet van digestaat is tot op heden soepel verlopen. Swinkels kan in de directe omgeving veel digestaat afvoeren naar akkerbouwers in zijn omgeving. De resultaten met het digestaat zijn hier positief wat betreft het uitrijden en bemestingsresultaten.
4 Inhoudsopgave Verkorte samenvatting...3 Inhoudsopgave Inleiding Aanleiding Doelstelling Samenwerking met partners en derden Indeling van het rapport Technische beschrijving Algemene Beschrijving vergistingproces Opzet van het project Algemene beschrijving Swinkels Beginfase (voor looptijd project) Bouw van de vergister Resultaten van het project Milieuresultaten Directe reductie van methaan Indirecte reductie Totale reductie project Overige milieuresultaten Procesvoering Economische resultaten Investeringen Overzicht kosten en opbrengsten Terugverdientijd Toepasbaarheid Binnen het bedrijf Binnen de branche Buiten de branche Ervaringen tijdens bouw en opstart Bouw Gevolgen voor de bedrijfsvoering Regelgeving Gemeentelijke regelgeving Nationale regelgeving Elektriciteitsaansluiting en bemetering MEP Toekomstige ontwikkelingen...19 Uitgebreide samenvatting...20 Bijlage 1: monitoring mestvergisting...23 A. Methaanemissiereductie t.g.v. kortere opslag...23 B. Energieproductie uit biomassa (indirecte broeikasgasreductie)...26 Bijlage 2: Verslag open dag...29
5 1 Inleiding 1.1 Aanleiding Op het melkveebedrijf van Swinkels worden momenteel 280 koeien gemolken en lopen er 200 stuks jongvee rond. Het bedrijf heeft een areaal van ca 285 hectare, waarvan 185 maïs en 100 hectare grasland. In de mest van de koeien zit veel energie, in de vorm van onverteerde organische stof. Wanneer de mest op een normale manier opgeslagen wordt, is sprake van methaanemissie. Methaan staat bekend als een sterk broeikasgas. Een ton methaanuitstoot staat gelijk aan 21 ton CO2 equivalenten. Wanneer mest onder anaerobe omstandigheden bij een temperatuur tussen de 30 en 50 graden Celsius bewaard wordt, zijn de omstandigheden ideaal voor bacteriën om de organische stof in de mest om te zetten in biogas. Dit biogas kan gebruikt worden om een warmtekrachtkoppeling op te laten draaien, welke stroom en warmte produceert. Op deze manier kan dus de energie uit de mest omgezet worden in duurzame energie. Om de installatie efficiënter te laten draaien, wordt naast mest gebruik gemaakt van co-producten zoals maïs, gras en andere producten. De vergiste mest, het digestaat, is een hoogwaardige meststof, welke een besparing kan leveren aan het gebruik van (milieuonvriendelijk geproduceerde) kunstmest. De aanleiding voor het project is om de energierijke mest te benutten om duurzame energie te produceren en een hoogwaardige meststof te krijgen. Er wordt op deze manier aan verschillende kanten voordeel gehaald. De methaanemissie wordt teruggedrongen en er wordt bespaard op fossiele brandstoffen, enerzijds door productie van energie en warmte, anderzijds door besparing op kunstmest. 1.2 Doelstelling Hoofddoelstelling is het bouwen en in gebruik nemen van een vergistinginstallatie om de mest van het bedrijf optimaal te benutten. Daarnaast wordt door het demonstreren van deze vergister ook de techniek bij collega boeren en het grotere publiek onder de aandacht gebracht. 1.3 Samenwerking met partners en derden Swinkels heeft binnen dit project geen partners. Wel is er samenwerking met de volgende bedrijven: Oosterhof Holman (levering van de installatie), Essent, (levering en huur van aansluiting op het elektriciteitsnet), (begeleiding gedurende het hele traject) en ING (financiering van de installatie). 1.4 Indeling van het rapport Hieronder wordt beschreven hoe dit rapport is ingedeeld. Allereerst wordt in hoofdstuk twee ingegaan op de technische specificaties van de installatie. In hoofdstuk drie wordt een beschrijving gegeven van de planning, opzet en uitvoering van het project. Het belangrijkste resultaat van dit project, de realisatie van een vergistinginstallatie en het draaiend krijgen van deze installatie, wordt uitgebreid omschreven in het vierde hoofdstuk. Tevens wordt hier omschreven in welke mate de installatie bijdraagt aan het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen. Innovatief in duurzame projecten 5
6 2 Technische beschrijving 2.1 Algemene Beschrijving vergistingproces De vergistinginstallatie bestaat uit een verwarmde vergister voor de productie van biogas. In de vergister wordt bij een temperatuur van graden Celsius de procescondities bereikt waar onder anaerobe omstandigheden bacteriën organische stof kunnen omzetten in methaangas en CO 2. De drijfmest wordt vanuit de stallen zo snel mogelijk in de vergister gebracht, om een zo hoog mogelijke gasopbrengst te garanderen en een zo laag mogelijke emissie van methaangas. De maïs, en eventuele overige vaste coproducten worden middels een vaste stof toevoersysteem direct in de vergister ingebracht. De inhoud van de vergister wordt met een paddelgigant geroerd om de inhoud te homogeniseren en drijflaag vorming te voorkomen. Het ontstane biogas uit de vergisters wordt opgevangen onder een membraandak, waar de aanwezige H 2 S in het gas zoveel mogelijk wordt omgezet in zwavel, welke terugvalt in de mest. De mest wordt naar een navergister gevoerd, waar de restproductie van gas wordt opgevangen, terwijl de mest afkoelt. Het gas van de navergister wordt teruggevoerd naar de vergister. De WKK s zetten het gecomprimeerde biogas om in elektriciteit en warmte. De elektriciteit wordt aan het net geleverd en deels voor eigen gebruik ingezet. De warmte wordt benut voor de verwarming van de vergisters, navergister het woonhuis en het melkveebedrijf. Een flowschema van dit proces is in onderstaande figuur weergegeven. Mest Biogas Warmte Stallen en woonhuis WKK s Elektriciteit Mest Stallen Vergister Navergister Digestaatput Figuur 1 Flowschema vergistingsproces Innovatief in duurzame projecten 6
7 Enkele kengetallen van Swinkels: Rundveedrijfmest m³/jaar Vergisterinhoud m³ bruto Navergisterinhoud m³ bruto Procestemperatuur 40 ºC Mestverwarming d.m.v. wand en bodemverwarming Gasmotor 1 x 340 en 1 x 191 kwe Biogasproductie ca m³/jaar kwh productie ca kwh/jaar o.b.v. 88% belasting Zwavelreiniging door toevoeging lucht en door houten dakconstructie De installatie bestaat uit de volgende onderdelen: Onderdeel Capaciteit Eenheid Opmerkingen/ materiaal Bestaande mestkelder m³ Vergister m³ Beton met isolatie en damwandprofiel Navergister m³ Beton Biogasopslag 400 m³ EPDM membraamdak WKK 1 x 340 en kwe 1 x 190 Vaste stof invoer 20 m³ Planet systeem Paddelgigant 1 x 15 kw In vergister Mixers met aftakas 1 x 15 kw In vergister Mixers met aftakas 2 x 15 kw In navergister Ontwateringsunit Besturingskast 1 x Circulatiepomp 1 x warmwaterleidingen Warmtebuffer Inhoud 2 m³ Platen warmtewisselaar 1 gezamenlijke condensput en condensafscheider Scheiding warmte motor/ vergister verwarming Sleufsilo 4000 m 2 Voor opslag coproducten Aansluiting net 630 kva Inclusief behuizing en aansluiting trafo Innovatief in duurzame projecten 7
8 3 Opzet van het project 3.1 Algemene beschrijving Swinkels Melkveebedrijf Swinkels is een groot modern melkveebedrijf. Het bedrijf heeft momenteel 280 melkkoeien en 200 stuks jongvee en groeit nog steeds door. Het areaal bestaat uit 185 hectare maïsland en 100 hectare grasland. De afzet van digestaat vindt plaats over het gehele areaal van het bedrijf, zodat er ook flexibeler kan worden gewerkt. De afzet is tot op heden geen probleem gebleken. Swinkels kan dit allemaal afzetten op het eigen bedrijf en in de directe omgeving van het bedrijf. Hij heeft hiervoor contacten met een aantal akkerbouwers in de directe omgeving. Een deel van het digestaat kan in de mestopslagen van deze bedrijven worden opgeslagen, zodat gezamenlijk met de navergister voldoende opslagcapaciteit is voor het opslaan van het digestaat in de winterperiode. 3.2 Beginfase (voor looptijd project) Het projectidee is ontstaan begin 2005 op het moment dat er een aantal publicaties waren over mestvergisting bij Mts. Kelstein in Hallum. Deze nieuwe innovatie, in combinatie met de slechte melkprijs heeft Swinkels doen besluiten om meer informatie te verzamelen. In januari 2005 hebben de eerste gesprekken plaatsgevonden met de gemeente Vlagtwedde. De gesprekken werden gedaan om de mogelijkheden te inventariseren binnen de gemeente Vlagtwedde. Vervolgens zijn alle benodigde gegevens aangeleverd, waarmee de vergunningen in mei 2005 officieel werd aangevraagd. De vergunning verlening is redelijk soepel verlopen. Voor de vergunningverlening zijn een archeologisch -, akoestisch - en flora&fauna onderzoek uitgevoerd. 3.3 Bouw van de vergister Begin maart 2006 is Host Oosterhof Holman begonnen met de civiele werkzaamheden voor het bouwklaar maken van het terrein. In mei is gestart met de bouw van de silo s. In augustus is dit traject afgerond en kon gestart worden met het aanleggen van alle leidingen van en naar de vergister. Deze mixers zijn verdiept aangelegd, zodat het ook mogelijk is de mest te kunnen transporteren bij lagere mestniveaus. In september is gestart met het afwerken van de vergistersilo s zoals het aanbrengen van isolatiemateriaal het bevestigen van het dak etc. Met het aanbrengen van de losse componenten zoals de WKK s en het drogestof toevoersysteem is gestart in september. Halverwege oktober is de installatie direct aangesloten op het net door Essent. Halverwege oktober was de vergister voor de eerste maal gevuld met mest. Deze is vanaf toen verwarmd met een mobiele CV ketel, gestookt door het geproduceerde biogas. Op deze manier kon de eerste WKK eind oktober worden opgestart. De voltooiing van de gehele bouw en het in werking stellen van beide WKK s, was rond begin oktober 2006 gereed. De bouw is hiermee dus volgens planning verlopen (6 maanden). Het gehele project is afgerond op 1 november Het afgeronde project wil zeggen dat er een draaiende vergistinginstallatie op het bedrijf staat, die duurzame energie uit mest en co-producten produceert. De opening van de installatie en de open dag voor kennisoverdracht aan geïnteresseerd publiek hebben plaatsgevonden op 2 februari Deze open dag is zeer goed bezocht, met ca. 500 bezoekers. In bijlage 2 is een verslag weergegeven van deze open dag. Innovatief in duurzame projecten 8
9 4 Resultaten van het project 4.1 Milieuresultaten De milieuresultaten zijn op te delen in een directe reductie van broeikasgassen t.g.v. een verkorte duur van de mestopslag en een indirect reductie als gevolg van de duurzaam geproduceerde energie. Voor het bepalen van de emissieresultaten van dit project is de installatie 4 maanden gevolgd volgens de richtlijnen monitoring mestvergistingsinstallaties. De resultaten van deze monitoring zijn weergeven in bijlage 1. Naast deze 4 maanden monitoring zijn ook de productieresultaten van 6 daaropvolgende maanden beschikbaar. Deze resultaten worden zoveel mogelijk meegenomen om een goede inschatting te geven van de resultaten van het eerste opstartjaar. In dit hoofdstuk worden de behaalde milieuresultaten volgens de TEWI methode beschreven Directe reductie van methaan De directe emissiereductie van methaan is een gevolg van de verkorte duur van de mestopslag. In de normale bedrijfssituatie ligt de mest jaarrond opgeslagen. Meestal worden de mestkelders twee keer per jaar volledig leeggereden. Gemiddeld ligt de mest dus minimaal 6 maanden opgeslagen. Daarnaast vindt in de normale landbouwpraktijk, tijdens het uitrijden nog emissie plaats. Methaan heeft zoals bekend een 21 x zo sterke broeikaswerking als CO 2. Om aan te geven hoe groot de reductiebesparing is wordt deze uitgedrukt in een CO 2 emissie - reductiefactor. In 2005 is deze CO 2 emissie reductiefactor vastgesteld op 34 kg CO 2 equivalenten per ton mest. In tabel 1 wordt de vooraf berekende directe reductie weergegeven. Type mest Capaciteit Emissiereductiefactor kg CO 2 equiv/ton mest Totale reductie kg CO 2 equiv/jaar Melkvee Kippen Totaal Tabel 1: berekende directe CO 2 reductie In tabel 2 wordt een nieuwe inschatting gegeven van de directe reductie in het eerste productiejaar o.b.v. de werkelijke hoeveelheid ingevoerde mest (dit is deels een inschatting, de installatie draait nog geen volledig jaar). De totale hoeveelheid drijfmest van melkvee is in het eerste productiejaar nu gepland op ton en ligt daarmee ca ton hoger dan gepland. Bij deze tabel valt verder op dat er geen kippenmest is ingevoerd. Dit was wel de intentie voor aanvang van het project. Op basis van een negatieve invloed van kippenmest op de stabiliteit van het proces (veroorzaakt door hogere N gehaltes en bij wisseling van verschillende mestpartijen) en de negatieve gevolgen voor de mestwet (grote aanvoer mineralen) is besloten voorlopig geen kippenmest in te voeren. In de toekomst kan afhankelijk van de mestwet en de stabiliteit van het proces, wel kippenmest worden toegevoegd. Innovatief in duurzame projecten 9
10 Type drijfmest Capaciteit Emissiereductiefactor kg CO 2 equiv/ton mest Totale reductie kg CO2 equiv/jaar Melkvee Kippen 0 Totaal Tabel 2: nieuwe inschatting directe reductie van het eerste productiejaar Indirecte reductie De indirecte reductie wordt behaald door de duurzaam geproduceerde elektriciteit en warmte uitgedrukt in kg CO 2 equivalenten per jaar. In tabel 3 wordt een overzicht gegeven van de vooraf berekende indirecte reductie van CO 2. Zoals blijkt uit de tabel wordt voor iedere duurzaam geproduceerde kwh een besparing van 0,61 kg CO 2 equivalenten gerekend. Daarnaast wordt voor iedere kwh die bespaard wordt op verwarmingskosten een besparing van 0,16 kg CO 2 equivalenten gerekend. De verwachte productie is gebaseerd op 2 motoren met een vermogen van 190 kwh welke gedurende draaiuren op vollast produceren en gecorrigeerd voor het eigen verbruik van de vergistingsinstallatie en boerderij (ca 5,5%). De verwachte hoeveelheid in te zetten warmte is gebaseerd op de normale vraag voor het verwarmen van de vergister en een klein gedeelte voor het verwarmen van het woonhuis en warmwatervoorziening in de stallen. Dit is bij de subsidieaanvraag ingeschat op kwh per jaar. Vermenigvuldigd met de reductiefactoren levert dit een totale verwachte indirecte reductie van kg CO 2 equivalenten per jaar. Netto energieproductie kwh/jaar Indirecte reductie kg CO2 equiv/jaar Verwachte hoeveelheid te produceren elektriciteit * 0.61 = Verwachte hoeveelheid in te zetten warmte afkomstig * 0.16 = van de installatie Totaal Tabel 3: berekende verwachte indirecte reductie De werkelijk geproduceerde hoeveelheid kwh over de periode vanaf 8 november tot eind maart wordt weergegeven in tabel 4. Het warmteverbruik wordt vanaf eind oktober geleverd door de WKK. Vanaf 1 november draait de installatie volop. Vanaf deze datum loopt de monitoringsperiode van 21 weken. Gedurende de maand november ligt de elektriciteitsproductie op circa 95% van de maximale productie. In de daaropvolgende maanden wordt deze maximale productie van gemiddeld 23,5 uur per dag op volledige capaciteit gehaald. Dit is ook het streefniveau van Swinkels. Op deze manier wordt gewaarborgd dat er voldoende gas wordt geproduceerd, maar geen gas verloren gaat. Innovatief in duurzame projecten 10
11 Produktie biogasinstallatie week na opstart productie in kwh Bruto (MEP) Warmteverbruik in kwth Netto (geleverd) vergister woonhuis/stallen Tabel 4: energieproductie vanaf 8 november tot 27 mrt De monitoringsperiode voor dit project loopt af op 27 maart. In deze periode is het opgestelde vemogen grotendeels 1 WKK van 340 kwe. Het benuttingspercentage van het bedrijfsvermogen ligt in deze periode op 96 %. Op 19 maart wordt de 2 e WKK van 190 kwe in gebruik gesteld.het opgestelde vermogen is vanaf deze datum dus 530 kwe. De resultaten na deze monitoringsperiode, zijn ook voor een groot deel bekend (t/m eind september). In tabel 5 wordt de productie weergegeven van deze periode. In deze tabel zijn ook de percentages draaiuren weergegeven. Deze zijn berekend t.o.v. de maximale productie van het opgestelde vermogen in die maand. Maand bruto Netto Opgesteld % draaiuren geleverd vermogen apr ,4% mei ,2% jun ,8% jul ,0% aug ,6% sep ,0% Totaal nov - sept ,4% gem jun-sept , ,75 91,4% Totaal 1 jaar Afgerond Tabel 5: elektriciteitsproductie van 1 april tot 30 september 2007 Opvallend is dat de productie in april en mei niet op het gewenste niveau ligt. In april ligt deze zelfs lager dan de daarvoor liggende maanden. Waarschijnlijk is de vergister te snel Innovatief in duurzame projecten 11
12 opgevoerd bij het uitbreiden in het motorvermogen. Het proces heeft hierdoor niet optimaal verlopen in deze maanden. Vanaf juni wordt het gewenste productieniveau wel gehaald. Op basis van de werkelijke productie van 8 november 2006 tot 30 september 2007, is een nieuwe inschatting gemaakt voor het eerste productiejaar. Voor de nog onbekende maand oktober 2007 samen met de eerste week van november, is het gemiddelde doorgerekend van de maanden mei tot en met september. Samen met het nog ontbrekende gedeelte van maart (laatste 4 dagen) bedraagt de bruto productie volgens deze inschatting ca kwh. Als de productie doorzet op dit niveau dan draaien de WKK s gemiddeld 88,4 % van de tijd op maximaal vermogen. Dit percentage is een gemiddelde van ca 5 maanden 1 motor en ca 7 maanden 2 motoren. Dit is minimaal 3 % boven de verwachting van 85%. De netto elektriciteitsproductie, zonder eigen verbruik van de vergister en het bedrijf, bedraagt volgens bovenstaande benadering: kwh. Het warmteverbruik van de vergister wordt niet apart gemeten. Hiervoor wordt uitgegaan van een schatting van ca. 68 kw thermisch vermogen wat de vergister vraagt, berekend op basis van het volume en het temperatuurverschil van de ingevoerde mest en de temperatuur van de vergisterinhoud. Dit verbruik is ingeschat door de leverancier van de installatie. Dit resulteert in een verbruik van ca kw thermisch. Dit warmtegebruik van de vergister wordt niet meegenomen in deze berekening, omdat het om het eigen gebruik gaat van de installatie. Ook het warmte verbruik van het woonhuis en bedrijf kan niet worden meegenomen. Dit is momenteel nog niet aangesloten. Het gasverbruik van het woonhuis van Swinkels is dermate laag, dat besloten is om dit voorlopig niet aan te sluiten. Wel wordt er binnenkort een leiding gelegd om de brijvoersilo s te verwarmen. De toegevoegde coproducten worden hierdoor verwarmt ingevoerd. De producten zijn daarbij tevens gepasteuriseerd (minimaal 1 uur op 70 graden), waarbij voldaan wordt aan eisen van de VWA (voedsel en warenautoriteit). Het warmteverbruik van deze twee silos bedraagt ca: kwth. Verder oriënteert Swinkels zich om de overige warmte op een nuttige manier toe te passen. Het thermische verbruik ligt bij benutting van de warmte voor deze voersilos veel hoger dan vooraf was ingeschat. Omdat deze warmtebenutting echter nog niet is gerealiseerd, wordt deze nu niet aan de projectresultaten toegerekend. In tabel 6 is de nieuwe inschatting van de indirecte reductie verder uitgewerkt. Gerekend met de reductiefactoren levert dit een totale indirecte reductie op van kg equivalenten per jaar. De totale indirecte reductie bedraagt hierbij (14%) hoger dan volgens verwachting. Netto energieproductie Indirecte reductie kwh/jaar kg CO2 equiv/jaar Verwachte hoeveelheid te produceren elektriciteit * 0.61 = Verwachte hoeveelheid in te zetten warmte afkomstig 0 * 0.16 = 0 van de installatie Totaal Tabel 6: nieuwe inschatting indirecte reductie Totale reductie project De totale reductie van het project is uitgedrukt in ton CO 2 equivalenten per jaar. Volgens verwachting was dit ( =) / 1000 = 1998 ton CO 2 equivalenten per jaar. Wanneer deze techniek op deze wijze zou worden toegepast op alle veehouderij bedrijven in Nederland waar vergisting mogelijk is volgens een onderzoek van Innovatief in duurzame projecten 12
13 Praktijkonderzoek Veehouderij perspectieven mestvergisting op Nederlandse melkvee- en varkensbedrijven 1 dan zou dit een potentiële reductie opleveren van 1.7 Mton CO 2 equivalenten per jaar. Na berekening aan de hand van 4 maanden monitoring is de verwachte reductie op projectniveau 2317 ton CO 2 equivalenten per jaar. De potentiële landelijke reductie is in dat geval 1.43 Mton CO 2 equivalenten per jaar. Deze daling wordt veroorzaakt door de hogere hoeveelheid ingevoerde mest Overige milieuresultaten Digestaat heeft zoals bekend een hogere bemestende werking dan gewone drijfmest. Hierdoor kan bespaard worden op de kunstmestgift per hectare. Het afgelopen seizoen heeft Swinkels op grasland de kunstmestgift verlaagd met 370 kg product wat overeenkomst met 100 kg N per hectare. Gerekend over 100 hectare grasland levert dit een besparing van kg N. Daarnaast is ook op het maïsland de kunstmest voor een deel vervangen door digestaat. Dit levert ook een besparing van 100 kg N per hectare. Gerekend over 185 hectare mais levert dit een besparing van kg N per hectare. Uit literatuurwaarden blijkt dat er 38,9 MJ nodig is voor de productie van 1 kg N uit kunstmest. De verlaging van de kunstmestgift door toediening van digestaat heeft in dit project dus een besparing van MJ opgeleverd per jaar. De gewasproductie lijkt in vergelijking met andere jaren niet af te nemen. De gebruiksperiode is te kort om hier verdere conclusies aan te verbinden, aangezien de seizoensinvloeden groter zijn dan de bemestingsinvloeden. Ook kan vermeld worden dat digestaat reukloos is. en goed verpompbaar. Dit kan een voordeel bieden bij het uitrijden bij percelen die dicht tegen bebouwing aanliggen. De goede verpompbaarheid verbetert ook de verwerkingssnelheid bij het uitrijden. Ook de grotendeelse afbraak van onkruidzaden tijdens het proces zorgt ervoor dat Swinkels het product goed afzetten kan in de directe omgeving Procesvoering De temperatuur van de vergister is tijdens de monitoringsperiode langzaam opgevoerd naar 40 graden Celsius (zie tabel 3 van de bijlage monitoring mestvergisting). Tijdens de monitoringsperiode wordt deze temperatuur redelijk gehandhaafd. Af en toe valt de temperatuur terug naar 35 graden. Dit is vaak een combinatie van weersomstandigheden en een tijdelijk stilstaan van de WKK. De temperatuur van de navergister, die bij Swinkels niet geïsoleerd is loopt volgens de metingen langzaam op naar 25 graden Celsius. Het proces verloopt verder stabiel door weging op het toevoersysteem. Hiermee wordt daadwerkelijk gecheckt of het ingevoerde materiaal in overeenstemming is met het beschikbare motorvermogen. Na afstemming van voerhoeveelheid op het aanwezige motorvermogen is in de monitoringsperiode stabiel gedraaid worden op 96% beschikbaarheid. Kort na deze periode heeft het proces een twee maanden minder optimaal verlopen, wat verderop in het seizoen weer is hersteld. Er is opgestart met digestaat uit een andere vergister. Daarnaast is halverwege oktober een mobiele biogas gestookt CV installatie geplaatst, voor het verwarmen van de vergister. Deze heeft de vergister verwarmt, totdat begin november de WKK in gebruik is genomen. Hierdoor is de opstartperiode bekort tot enige weken. Na deze opstartperiode wordt er mest toegevoegd uit de loopstal. De ingevoerde hoeveelheid is op basis van de mestproductie van de veestapel, waarbij gestreefd wordt naar een constant peil in de loopstal. Coproducten worden toegevoegd op basis van een voerschema. Hierbij wordt ook gekeken naar de gasproductie. Als de motor meer dan 23 uren per dag vol vermogen draait, wordt de voeding ,Lent, A.J.H. van; Dooren, H.J.C. van Innovatief in duurzame projecten 13
14 steeds langzamer opgevoerd. De voeding stabiliseert bij het bereiken van vol vermogen van de motor (en). Het proces verloopt op deze manier stabiel sinds de opstart. De gemiddelde verblijfsperiode van het materiaal in de vergisters zit na de opstart gemiddeld op ca 30 dagen. In de navergister is de verblijftijd, afhankelijk van de vullingsgraad ca 90 dagen. Na deze opstartperiode zal Swinkels de opgegeven invoer zoals weergegeven in tabel 6 langzaam vervangen door een aantal hoogwaardige producten in te voeren (o.a. Aardappelzetmeel). De verblijftijd zal daarbij door het toevoegen van een extra motor, constant blijven rond de 30 dagen. Hiermee zal de jaarlijkse invoer ongeveer uitkomen zoals aangegeven in tabel 12 van de bijlage monitoring. Uit metingen van de gasproductie van de navergisters blijkt dat deze een gasproductie halen van ongeveer 30 m3/uur. Bij volledige vulling van de navergister zou dan ca m3 gas van de navergister afkomstig kunnen zijn. Ten opzichte van de totale productie, welke alleen bekend is door terugrekening van de electriciteitsproductie (de gasproductie wordt niet gemeten) is dat ca. 14%. Natuurlijk zal de navergister na uitrijden weer leeg zijn, zodat dit percentage in de praktijk lager zal liggen. Mest uitrijden Bij het uitrijden van veel mest moet onder de kap van de navergister extra gas worden toegelaten, aangezien er in een korte periode bijvoorbeeld 2000 m 3 mest verdwijnt, moet er 2000 m 3 gas worden toegelaten, aangezien de gasproductie te laag is om dit te ondervangen. Daarom wordt tijdelijk lucht boven de naopslag toegelaten. Hiertoe moet een luchttoevoer worden geopend. Indien dit niet gebeurt wordt een onderdruk boven de mestopslag gecreëerd, waardoor het dak een te grote onderdruk krijgt te verwerken. De praktijk geeft aan dat het dak van de naopslag hier niet tegen bestand is. Veiligheid Al het geproduceerde biogas wordt door de WKK installaties opgenomen. Er is bij deze installatie geen fakkelinstallatie gebruikt. Doordat er twee WKK s in bedrijf zijn is de kans van geen gasopname door de WKK s sterk gereduceerd. Daarnaast is een onderhoudscontract afgesloten, waarbij gewaarborgd wordt dat een probleem aan de installatie binnen 24 uur wordt verholpen. Mocht dit niet afdoende zijn, en mocht de andere WKK niet al het gas opnemen, dan kan een mobiele fakkelinstallatie ingezet worden. Naast de gegarandeerde afname van biogas zijn ook de vergister en navergister gasdicht uitgevoerd. De kans op lekkage van het biogas is hierdoor nagenoeg uitgesloten. De gasdichtheid van deze silos wordt aangetoond door certificaten die afgegeven worden voor het toegepaste membraamdak. 4.2 Economische resultaten Investeringen In hoofdstuk 2 is een overzicht gegeven van de technische specificaties met ook alle toebehoren zoals sleufsilo s etc. Dit alles is in één offerte aangeboden door het bouwbedrijf Host Oosterhof Holman mestvergisting VOF. Ook is een verreiker aangeschaft voor het toedienen van de coproducten in de vaste stoftoevoer. In tabel 7 is een overzicht gegeven van deze investeringen voor dit project. Een aantal van deze investeringen vallen volgens de subsidieregeling niet binnen het project. Deze posten zijn hier wel opgevoerd, omdat ze wel noodzakelijk zijn voor de realisatie van dit project. Innovatief in duurzame projecten 14
15 Investering Bedrag Vergister met toebehoren ,- Netkoppeling vergister ,- Verreiker* ,- Erf verhardingskosten ,- Sleufsilo s ,- Totaal ,- * De verreiker wordt voor 50% aan dit project toegerekend, de werkelijke kosten liggen dus hoger. Tabel 7: overzicht investeringen Overzicht kosten en opbrengsten In tabel 8 wordt een overzicht gegeven van de vaste en variabele kosten per jaar. Door de hogere input van mest en de hogere input van coproducten wijken deze kosten enigszins af van de raming welke bij aanvraag van de subsidie is gemaakt. Daarnaast zijn ook vaste kosten gerekend voor verzekering van de installatie, een accountant en bemeterings en trafokosten welke niet in de subsidie aanvraag zijn opgevoerd. Accountantskosten zijn nodig om te voldoen aan de voorwaarden van de MEP regeling. De bemeterings en trafokosten zijn vaste bedragen die betaald worden voor het huren van de transformator en het uitvoeren van de bemetering van de installatie. In totaal bedragen de kosten voor deze installatie ,- per jaar. Vaste kosten Aantal Prijs per eenheid Totale kosten Verzekeringskosten 2.500,- Accountantskosten 3.000,- Bemeterings en trafokosten 2.400,- Variabele kosten Onderhoudskosten WKK /kWh ,- Onderhoudskosten installatie / kwh ,- Afvoer olie ,5 / liter 6.000,- Extra kosten mestuirijden / ,- / ton ,- mestafzetkosten Aanvoer / eigen maïs / ton ,- Aanvoer aardappelzetmeel ,- /ton ,- Totaal ,- Tabel 8: overzicht vaste en variabele kosten per jaar De kostprijzen zijn per kostensoort gebaseerd op de volgende aannames: Onderhoudskosten: zijn gebaseerd op het onderhoudscontract van de WKK s en installatie. Afvoer olie: Hiermee wordt bedoelt het verversen en afvoeren van olie. Dit is een inschatting op basis van informatie van de leverancier. Aanvoer maïs: Aangezien de maïs grotendeels door Swinkels zelf wordt geoogst zijn er geen aankoopprijzen beschikbaar. De kosten zijn daarom op basis van ingeschatte kostprijzen, bij de dit jaar gerealiseerde opbrengsten: o Pacht/financiering gronden: 600/ha o Bewerkingskosten (zaaien en oogsten): 900/ha o Opbrengst: ca. 55 ton/ha o Inkuilen: ca 1,-/ton Dit geeft gemiddeld 28,27 euro/ton en is afgerond op 28 euro/ton Aanvoer aardappelzetmeel, dit is de prijs die gemiddeld in 2007 is betaald. Innovatief in duurzame projecten 15
16 De opbrengsten zijn weergeven in tabel 9. Deze zijn door de hogere productie van elektriciteit hoger dan in de aanvraag is opgevoerd. Daarnaast zijn ook extra opbrengsten opgevoerd doordat er bespaard kon worden op de kunstmestgift, zoals aangeven in paragraaf Opbrengstsoort Aantal Prijs per eenheid Totale opbrengsten MEP ,- Verkoop elektriciteit (uitgaande van ,- gemiddeld 5.0 ct/kwh) Besparing kunstmestgift kg N 0.66* ,- Totaal ,- Tabel 9: overzicht opbrengsten 2007 Bron Quin Terugverdientijd De netto besparing bedraagt op basis van bovenstaande opbrengsten en kosten ,- per jaar. De totale investering van dit project bedraagt ,-. Van deze investeringskosten kan iedere ondernemer energie investeringsaftrek (E.I.A) aanvragen bij de belastingsdienst. Gerekend met een E.I.A. percentage van 44% en een belastingstarief van 30 % betekend dit een netto aftrek van ca ,-. De netto investeringskosten voor dit project liggen dan op ,- Op basis van deze investeringkosten en netto besparing is de terugverdientijd 7,4 jaar. In de verdere looptijd van het project kan de terugverdientijd verder worden verlaagd door: hogere benutting van de motorcapaciteit dan opstartjaar, invoer van beter renderende co-producten dan maïs. 4.3 Toepasbaarheid Binnen het bedrijf De vergistingsinstallatie vormt binnen het eigen bedrijf een voorziening voor het eigen gebruik van elektriciteit en warmte. Daarnaast wordt door het vergistingsproces digestaat geproduceerd, wat een hogere en constantere bemestingswaarde heeft dan rundveedrijfmest. Hiervoor is dit jaar meer dan de helft minder kunstmest gestrooid Binnen de branche Vergisting kan gebruikt worden op een groot aantal melkveehouderijbedrijven in Nederland. Vergisting zal door de verdergaande schaalvergroting in de Nederlandse veehouderij steeds meer in beeld komen. In de toekomst zal vergisting door het stimuleren van broeikasgasreducerende maatregelen steeds meer worden toegepast Buiten de branche Ook varkenshouders, pluimveehouders en andere drijfmestproducerende bedrijven kunnen van deze techniek gebruik maken. Het biedt voor deze partijen ook een goede afzetmogelijkheid voor de mest. Innovatief in duurzame projecten 16
17 5 Ervaringen tijdens bouw en opstart 5.1 Bouw De bouw is voorspoedig verlopen. De planning van de bouw was om in december te starten en volledig in productie te zijn per januari Deze planning is gehaald. Half oktober is het eerste digestaat in de vergister gegaan. De hoeveelheid tijd die er door de opdrachtgever zelf in is gestoken viel wel tegen. Er is meer tijd voor nodig geweest dan vooraf was aangenomen. Met name de problemen rondom de administratieve en financiële afhandeling tijdens het project vroegen veel tijd van Swinkels. Volgens Swinkels zijn er een hoop punten die de werkbaarheid van de installatie bepalen, zoals: de plaatsing van de aftappunten voor monsterafname van digestaat, het verdiept aanleggen van de mixers in de mestput voor een goede verpompbaarheid bij lage mestniveau s, een aangepaste droge stofinvoer, door gebruik van grovere coproducten. Al dit soort beslissingen moeten door de opdrachtgever zelf worden genomen, om te komen tot een installatie die goed bij de bedrijfsvoering past. De ervaringen met de hoofdaannemer zijn overigens positief. Alles verliep volgens planning en er werd goed communiceert. 5.2 Gevolgen voor de bedrijfsvoering Administratief zijn er vrij veel extra zaken bij te houden bijvoorbeeld: verplichtingen vanuit de mestwetgeving, regelen van financieringen, bijhouden van het milieulogboek, aankoop materiaal, overleg met leveranciers, etc. Toch is het voor Swinkels redelijk te doen, maar is door deze handelingen wel meer tijd kwijt dan verwacht. Daarnaast is het ook belangrijk dat er dagelijks een bezoek aan de vergister wordt gebracht, waarbij alle kritische punten worden gecontroleerd. Het voeren van de vergister is qua tijd flexibel. Wel trekt Swinkels dagelijks ongeveer drie uur uit voor het voeren, controleren en begeleiden van het vergistingproces. De afzet van digestaat is tot op heden soepel verlopen. Swinkels kan in de directe omgeving veel digestaat afvoeren naar akkerbouwers in zijn omgeving. De resultaten met het digestaat zijn hier positief wat betreft het uitrijden en bemestingsresultaten. 5.3 Regelgeving Gemeentelijke regelgeving Het bouwblok van grotere veehouderijen is vaak onvoldoende voor de bijplaatsing van een mestvergistingsinstallatie. Om het bouwblok te vergroten kon in dit geval een gemeentelijke vrijstelling worden verleend (art 19.2 procedure). Voor deze vrijstelling zijn een aantal onderzoeken uitgevoerd, namelijk; een archeologisch onderzoek, een akoestisch onderzoek en een flora&fauna onderzoek. Al deze onderzoeken gaven de ruimte voor het plaatsen van deze installatie. De medewerking van de gemeente Vlagtwedde is hierbij zeer positief ervaren Nationale regelgeving Op zich is de positieve lijst een goede ontwikkeling geweest, zodat in ieder geval een knelpunt is opgelost met betrekking tot de status van het eindproduct. De positieve lijst wordt echter nog onvoldoende snel uitgebreid, aangezien onduidelijk is wie een aanvraag voor een nieuw product gaat betalen, de leverancier van het product of de Innovatief in duurzame projecten 17
18 ontvanger. De ontvanger wil het niet doen omdat de leverancier er dan ook mee naar anderen kan, omdat de leverancier niet aan de ontvanger gebonden is. De leverancier heeft ook andere afzetmogelijkheden en concurrenten en wacht vaak af totdat die de aanvraag doen en bijbehorende kosten maken. Een doelgerichte (op de uiteindelijke samenstelling van het mestproduct) generieke regeling voor het eindproduct zou wat dat betreft uitkomst bieden. Er hoeft dan niet steeds per stof te worden gekeken. Dit kan bijvoorbeeld aansluiten bij de methode van de (Besluit overige organische meststoffen) B.O.O.M. regelgeving. Daarnaast is de mestwetgeving beperkend. Veel bedrijven komen door het toevoegen van coproducten, wat economisch noodzakelijk is om te kunnen mestvergisten in de problemen met de plaatsingsruimte. Om aan dit knelpunt tegemoet te komen is er een nieuwe regeling gemaakt om mineralen afkomstig uit co-producten niet mee te tellen voor de gebruiksnorm dierlijke mest. Dit lijkt in eerste instantie zeer positief. Voorwaarde hierbij is echter dat sprake moet zijn van volledige aanwending van het digestaat op het eigen bedrijf. In veel gevallen hebben agrariërs slechts voldoende land om de door hun veestapel geproduceerde mest te kunnen plaatsen. In veel vergisters is het aandeel mest 50 tot 70 procent van de totale input. Dit betekent dat 30 tot 50 procent van het digestaat bestaat uit co-producten en binnen de gebruiksnormen voor stikstof en fosfaat op het eigen land dient te worden gebracht. Als deze beperking van de afvoer wordt opgeheven zal er meer mogelijk zijn. Het digestaat kan dan eventueel na scheiding als kunstmestvervanger dienen. Hiermee zou een extra indirecte energiebesparing worden bewerkstelligd, wat dus nog meer milieuvoordelen geeft. Swinkels heeft voldoende afzetmogelijkheden in de omgeving. Wel zou het goed uitkomen als het digestaat als kunstmest kan worden aangemerkt. Het product zal dan door de akkerbouwers in zijn omgeving nog aantrekkelijker worden. 5.4 Elektriciteitsaansluiting en bemetering De aansluiting van de installatie op het elektriciteitsnetwerk wordt altijd verzorgt door het netwerkbedrijf. Deze netkoppeling is bij dit project goed verlopen. Alles is volgens planning verlopen. Daarnaast moet de installatie bemeterd worden. Hierdoor kan de elektriciteitsproductie worden gemeten en kunnen de standen doorgeven worden aan EnerQ die de uitbetaling van de MEP verzorgd. Deze bemetering heeft Swinkels ook door de netbeheerder laten uitvoeren. Ook dit gedeelte is bij Swinkels volgens planning verlopen. 5.5 MEP Medio maart 2006 is gevraagd de MEP subsidie voor de dhr. Swinkels te organiseren. Eind mei 2006 is de aanvraag ingediend. Begin juli 2006 is een MSK toets aangeleverd. Op 18 augustus 2006 is de MEP regeling stopgezet. Dit heeft geen gevolgen gehad voor de MEP aanvraag van dhr. Swinkels. Wel heeft dit tot het besluit geleidt dat een tweede WKK binnen de lopende MEP aanvraag is toegevoegd. 23 augustus 2006 is deze uitbreiding in de aanvraag doorgevoerd. Dit heeft tot gevolg gehad dat de behandeling van de aanvraag aanzienlijk verlengt werd. Dit was een bewuste keuze van dhr. Swinkels. Gevolg was tevens dat begin november 2006 een aangepaste MSK toets aangeleverd diende te worden. De beschikking is 14 december 2006 afgegeven. Begin januari 2007 is een brief ontvangen met daarin de mededeling dat alle installaties op 7000 uur gemaximaliseerd worden. Hierop hebben wij een bezwaarschrift ingediend. Het Innovatief in duurzame projecten 18
19 bezwaar is eind juli 2007 gehonoreerd en de dhr. Swinkels mag 4609 MWh per jaar produceren 5.6 Toekomstige ontwikkelingen Binnenkort zal er een nieuwe trafostation worden geplaatst bij de installatie van Swinkels. Hierdoor kan er een tweede vergister worden geplaatst met mogelijk extra WKK. Toch ziet Swinkels meer in het plaatsen van een windmolen nu hij door de zwaardere trafo meer stroom kan leveren aan het net. Met name de stijgende grondstofprijzen zorgen voor onzekerheid bij de investering in een tweede vergister. Innovatief in duurzame projecten 19
20 Uitgebreide samenvatting Het projectidee is ontstaan begin 2005 op het moment dat er een aantal publicaties waren over mestvergisting bij Mts. Kelstein in Hallum. Deze nieuwe innovatie, in combinatie met de slechte melkprijs heeft Swinkels doen besluiten om meer informatie te verzamelen. In januari 2005 hebben de eerste gesprekken plaatsgevonden met de gemeente Vlagtwedde. De gesprekken werden gedaan om de mogelijkheden te inventariseren binnen de gemeente Vlagtwedde. Vervolgens zijn alle benodigde gegevens aangeleverd, waarmee de vergunningen in mei 2005 officieel werd aangevraagd. De vergunning verlening is redelijk soepel verlopen. Voor de vergunningverlening zijn een archeologisch -, akoestisch - en flora&fauna onderzoek uitgevoerd. Begin maart 2006 is Host Oosterhof Holman begonnen met de civiele werkzaamheden voor het bouwklaar maken van het terrein. In mei is gestart met de bouw van de silo s. In augustus is dit traject afgerond en kon gestart worden met het aanleggen van alle leidingen van en naar de vergister. Deze mixers zijn verdiept aangelegd, zodat het ook mogelijk is de mest te kunnen transporteren bij lagere mestniveaus. In september is gestart met het afwerken van de vergistersilo s zoals het aanbrengen van isolatiemateriaal het bevestigen van het dak etc. De voltooiing van de gehele bouw en het in werking stellen van beide WKK s, was rond begin oktober 2006 gereed. De bouw is hiermee dus volgens planning verlopen (6 maanden). Het gehele project is afgerond op 1 november Het afgeronde project wil zeggen dat er een draaiende vergistinginstallatie op het bedrijf staat, die duurzame energie uit mest en co-producten produceert. Vanaf deze datum is ook de MEP ingegaan. De milieuresultaten zijn op te delen in een directe reductie van broeikasgassen t.g.v. een verkorte duur van de mestopslag en een indirect reductie als gevolg van de duurzaam geproduceerde energie. Voor het bepalen van de emissieresultaten van dit project is de installatie 4 maanden gevolgd volgens de richtlijnen monitoring mestvergistingsinstallaties. De directe emissiereductie van methaan is een gevolg van de verkorte duur van de mestopslag. In de normale bedrijfssituatie ligt de mest jaarrond opgeslagen. Meestal worden de mestkelders twee keer per jaar volledig leeggereden. Gemiddeld ligt de mest dus minimaal 6 maanden opgeslagen. Daarnaast vindt in de normale landbouwpraktijk, tijdens het uitrijden nog emissie plaats. Methaan heeft zoals bekend een 21 x zo sterke broeikaswerking als CO 2. Om aan te geven hoe groot de reductiebesparing is wordt deze uitgedrukt in een CO 2 emissie - reductiefactor. In 2005 is deze CO 2 emissie reductiefactor vastgesteld op 34 kg CO 2 equivalenten per ton mest. In tabel 1 wordt de vooraf berekende directe reductie weergegeven. De totale hoeveelheid drijfmest van melkvee is in het eerste productiejaar nu gepland op ton en ligt daarmee ton hoger dan de verwachte hoeveelheid. Daarnaast is ook geen kippenmest toegevoegd. Hiermee komt de directe reductiebesparing uit op kg CO 2 equivalenten per jaar De indirecte reductie wordt behaald door de duurzaam geproduceerde elektriciteit en warmte uitgedrukt in kg CO 2 equivalenten per jaar. In tabel 3 wordt een overzicht gegeven van de vooraf berekende indirecte reductie van CO 2. Zoals blijkt uit de tabel wordt voor iedere duurzaam geproduceerde kwh een besparing van 0,61 kg CO 2 equivalenten gerekend. Daarnaast wordt voor iedere kwh die bespaard wordt op verwarmingskosten een besparing van 0,16 kg CO 2 equivalenten gerekend. Innovatief in duurzame projecten 20
21 De verwachte productie is gebaseerd op 2 motoren met een vermogen van 190 kwh welke gedurende draaiuren op vollast produceren en gecorrigeerd voor het eigen verbruik van de vergistinginstallatie en boerderij (ca 5,5%). De verwachte hoeveelheid in te zetten warmte is gebaseerd op de normale vraag voor het verwarmen van de vergister en een klein gedeelte voor het verwarmen van het woonhuis en warmwatervoorziening in de stallen. Dit is bij de subsidieaanvraag ingeschat op kwh per jaar. Vermenigvuldigd met de reductiefactoren levert dit een totale verwachte indirecte reductie van kg CO 2 equivalenten per jaar. De nieuwe inschatting van de indirecte reductie verder uitgewerkt. Gerekend met de reductiefactoren levert dit een totale indirecte reductie op van kg equivalenten per jaar. De totale indirecte reductie bedraagt hierbij kg(14%) hoger dan volgens verwachting. De totale reductie van het project is uitgedrukt in ton CO 2 equivalenten per jaar. Volgens verwachting was dit ( =) / 1000 = 1998 ton CO 2 equivalenten per jaar. Wanneer deze techniek op deze wijze zou worden toegepast op alle veehouderij bedrijven in Nederland waar vergisting mogelijk is volgens een onderzoek van Praktijkonderzoek Veehouderij perspectieven mestvergisting op Nederlandse melkvee- en varkensbedrijven 2 dan zou dit een potentiële reductie opleveren van 1.7 Mton CO 2 equivalenten per jaar. Na berekening aan de hand van 4 maanden monitoring is de verwachte reductie op projectniveau 2317 ton CO 2 equivalenten per jaar. De potentiële reductie is in dat geval 1.43 Mton CO 2 equivalenten per jaar. Deze daling wordt veroorzaakt door de hogere hoeveelheid ingevoerde mest. De totale investeringen in het mestvergisting project van Swinkels bedragen ,-. Deze investering wordt voor het overgrote deel gedragen door de vergister met toebehoren. De netto besparing bedraagt op basis van bovenstaande opbrengsten en kosten ,- per jaar. De totale investering van dit project bedraagt ,-. Van deze investeringskosten kan iedere ondernemer energie investeringsaftrek (E.I.A) aanvragen bij de belastingsdienst. Gerekend met een E.I.A. percentage van 44% en een belastingstarief van 30 % betekend dit een netto aftrek van ca ,-. De netto investeringskosten voor dit project liggen dan op ,- Op basis van deze investeringkosten en netto besparing is de terugverdientijd 7,4 jaar. In de verdere looptijd van het project kan de terugverdientijd verder worden verlaagd door: hogere benutting van de motorcapaciteit dan opstartjaar, invoer van beter renderende co-producten dan maïs. Administratief zijn er vrij veel extra zaken bij te houden bijvoorbeeld: verplichtingen vanuit de mestwetgeving, regelen van financieringen, bijhouden van het milieulogboek, aankoop materiaal, overleg met leveranciers, etc. Toch is het voor Swinkels redelijk te doen, maar is door deze handelingen wel meer tijd kwijt dan verwacht. Daarnaast is het ook belangrijk dat er dagelijks een bezoek aan de vergister wordt gebracht, waarbij alle kritische punten worden gecontroleerd. Het voeren van de vergister is qua tijd flexibel, Swinkels trek dagelijks ongeveer drie uur uit voor het voeren, controleren en begeleiden van het vergistingproces ,Lent, A.J.H. van; Dooren, H.J.C. van Innovatief in duurzame projecten 21
Mestvergisting De Betonpleats te Oudemirdum. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem
Mestvergisting De Betonpleats te Oudemirdum Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel
Nadere informatieMestvergisting Maatschap Hotsma te Biddinghuizen. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem
Mestvergisting Maatschap Hotsma te Biddinghuizen Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel
Nadere informatieMestvergisting Maatschap Pronk te Warmenhuizen. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem
Mestvergisting Maatschap Pronk te Warmenhuizen Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel
Nadere informatieMestvergisting Maatschap Natuurenergie Onstwedde te Onstwedde. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem
Mestvergisting Maatschap Natuurenergie Onstwedde te Onstwedde Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen
Nadere informatieMestvergisting Maatschap Schuitema te Mussel. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem
Mestvergisting Maatschap Schuitema te Mussel Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel
Nadere informatieMestvergisting Prins vof te Lellens. Programma reductie overige broeikasgassen. SenterNovem
Mestvergisting Prins vof te Lellens Programma reductie overige broeikasgassen SenterNovem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel Realisatie
Nadere informatieMestvergisting Maatschap Vermue - Poelma te Winsum. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem
Mestvergisting Maatschap Vermue - Poelma te Winsum Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel
Nadere informatieMestvergisting Maatschap Hartlief-Lammers te Donderen. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem
Mestvergisting Maatschap Hartlief-Lammers te Donderen Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel
Nadere informatiePresentatie HoSt Microferm voor CLM/NMU
Presentatie HoSt Microferm voor CLM/NMU 25-11-2010 Door Bart Brouwer Sheet 1 of 26 Agenda Introductie HoSt B.V. Waarom Microferm? Het Microferm concept Beschrijving installatie Voordelen Economie Vragen
Nadere informatieCompact Plus biogasinstallatie, Lierop, 600 kw
Hoe maak je biogas? Inhoud presentatie Wie en wat is Biogas Plus? Hoe werkt een biogasinstallatie? Voor wie is een biogasinstallatie interessant? Is een biogasinstallatie duurzaam? Zijn subsidies nodig?
Nadere informatieMelkveebedrijf Familie Prinsen
Project mestwaardering Open dag 4 maart 2015 Melkveebedrijf Familie Prinsen Mestvergistingsinstallatie Fermtec Systems Locatie KTC de Marke Het bedrijf Biomassa voor vergisting In de vergister wordt jaarlijks
Nadere informatieBiogas: In 2011 startte het samenwerkingsverband. Het doel van het project was Biogas
Resultaten: Project Besloten kringloop door kleinschalig mestvergisting in de veehouderij. Biogas: In 2011 startte het samenwerkingsverband. Het doel van het project was Biogas produceren met betaalbare
Nadere informatieSenterNovem Bundeling van de resultaten van de mestvergistingprojecten van de ROB-subsidieregeling
SenterNovem Bundeling van de resultaten van de mestvergistingprojecten van de ROB-subsidieregeling onderdeel van: Programma reductie overige broeikasgassen SenterNovem DLV Bouw Milieu en Techniek Postbus
Nadere informatieBio-energie. van de Boer. www.host.nl
NL Bio-energie van de Boer www.host.nl HoSt Microferm: duurzame energie uit mest Het Microferm concept is ontwikkeld voor boeren die de eigen mest verwerken. De Microferm is uitermate geschikt voor agrarische
Nadere informatiePresentatie Microferm studiegroep Westhoek Holsteins
Presentatie Microferm studiegroep Westhoek Holsteins Door Bart Brouwer Sheet 1 of 26 Agenda Introductie HoSt B.V. Waarom Microferm? Het Microferm concept Beschrijving installatie Voordelen Economie Vragen
Nadere informatieSysteemdocument AgriMoDEM mestraffinage
vestiging Drachten behorende bij onderbouwing Knarweg 14, Lelystad. Op het gebied van schoon en zuinig produceren, heeft de agrarische sector nog een aantal belangrijke doelstellingen te behalen. Belangrijkste
Nadere informatieVergisting anno 2010 Rendabele vergister onder SDE 2010. Hans van den Boom 22 april 2010 Sectormanager Duurzame Energie
Vergisting anno 2010 Rendabele vergister onder SDE 2010 Hans van den Boom 22 april 2010 Sectormanager Duurzame Energie Financieren Duurzame energie binnen Rabobank Groep Maatwerk Sustainability naast Food
Nadere informatieLuchtkwaliteit: ammoniak en broeikasgassen. VK Loonwerkers Najaar 2018
Luchtkwaliteit: ammoniak en broeikasgassen VK Loonwerkers Najaar 2018 Dit project wordt mede mogelijk gemaakt door: Methaan Lachgas Kooldioxide Ammoniak Nitraat Fosfaat Milieuopgave melkveehouderij 1 Ammoniak
Nadere informatieHR WKK met CO 2 winning
HR WKK met CO 2 winning Door: Herman Klein Teeselink HoSt Sheet 1 of 22 Inhoud HoSt HoSt ImtechVonkV.O.F. - Reinigen van rookgassen - Rookgascondensor / Scrubber - Nat elektrostatisch filter - Waterbehandeling
Nadere informatieDe varkenshouderij: een energieke sector!
De varkenshouderij: een energieke sector! John Horrevorts Research Development, 1. Onderzoeks- en ontwikkelcentrum 1. Validatie onderzoek 2. Ontwikkeling nieuwe innovaties 2. Kennis- en businesscentrum
Nadere informatieQuickscan energie uit champost
Quickscan energie uit champost Paddenstoelenpact 27 juni 2018 Stijn Schlatmann en Erik Kosse Achtergrond Wekelijks 16.000 ton champost Strengere regelgeving in Duitsland Kosten voor afvoer ca 15 per ton
Nadere informatieMestverwerking in De Peel
Mestverwerking in De Peel Mestverwerking Jan van Hoof, Jeanne Stoks, Wim Verbruggen Maart 2012 Agenda Doel van de avond Wat is mest? Wat is het mestprobleem? Waar komt mest vandaan? Hoeveel mest is er?
Nadere informatiePresentatie voor Agrivaknet Kleinschalig mest vergisten met Microferm
Presentatie voor Agrivaknet Kleinschalig mest vergisten met Microferm Door Bart Brouwer Sheet 1 of 26 Kleinschalige mestvergisting met Microferm Staatssecretaris Joop Atsma en gedeputeerde Theo Rietkerk
Nadere informatieUw kenmerk Ons kenmerk Datum verzoek 2 april 2010
Aan het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Asten Afdeling Ruimtelijk Ordening T.a.v. de heer S. Olschewsky Postbus 290 5720 AG Asten Uw kenmerk Ons kenmerk Datum 100486-002-verzoek
Nadere informatieInnovatieve mestverwerking op de boerderij
Innovatieve mestverwerking op de boerderij Groen gas productie en nutriëntenterugwinning René Cornelissen (CCS) 7 juni 2017 Inhoudsopgave CCS Mest Kleinschalige mono-mestvergisting Bio-Up, Groen Gas op
Nadere informatieDS% de juiste indicator? ENERGIE UIT MEST OPBOUW PRESENTATIE MEST # MEST. Mest mest. Wet- en regelgeving. Vloerkeuze en kelderplan
WORKSHOP VERGISTEN 2016 ENERGIE UIT Biogasbubbel doorgeprikt Hopen op beter tijden met vergister Mestvergisting niet rendabel In Duitsland is de schwung er ook een beetje uit Vergister hoort niet op boerenerf
Nadere informatieBiobased economy in het Groene Hart
Biobased economy in het Groene Hart Energie & Bio/Groen Gas 27 juni 2013, Langeraar, Michiel van Galen Inhoud Landelijke doelen energie en beleid Stimuleringsbeleid Groen Gas Het proces Stand van zaken
Nadere informatieWorkshop mestvergisting. Jan Willem Bijnagte CCS Energie advies
Workshop mestvergisting Jan Willem Bijnagte CCS Energie advies Bijnagte@cocos.nl BioEnergy Farm 2 Project beschrijving Europees project Markt ontwikkeling mono-mestvergisting Verspreiden onafhankelijke
Nadere informatieDe afvalwaterzuivering als energiefabriek
De afvalwaterzuivering als energiefabriek Joop Colsen Energiebesparing op RWZI s anno 2010 www.colsen.nl info@colsen.nl Introductie (1) Afvalwaterzuivering levert energie op: Door vergisting van biomassa
Nadere informatieKringloop neutraal denken Emissie, mineralen, energie
Kringloop neutraal denken Emissie, mineralen, energie Eddie ter Braack Waarom nieuwe generatie vergister-raffinage Ontwikkeling/Stand van zaken op dit moment Nog uit te voeren acties Problemen grootschalige
Nadere informatieBijlage notitie 2. Ex ante evaluatie mestbeleid 2013 Plaatsingsruimte fosfaat uit meststoffen in 2015 en daarna
Bijlage notitie 2. Ex ante evaluatie mestbeleid 2013 Plaatsingsruimte fosfaat uit meststoffen in 2015 en daarna W.J. Willems (PBL) & J.J. Schröder (PRI Wageningen UR) november 2013 Sinds 2010 is de gebruiksnorm
Nadere informatieModelberekening ECOFERM
Modelberekening ECOFERM Een financiële en ecologische vergelijking 10 maart 2016, Chris de Visser Inhoud Werkwijze en methode Resultaten Rantsoen kalveren Mest- en mestverwerking Eendenkroos Broeikasgasemissies
Nadere informatieDE RYCK Klima. 1 kw primaire energie 2,25 kw warmte. ŋ verlies op motor 10% netto vermogen op WP 34% geeft warmte afvoer verwarmingscircuit
DE RYCK Klima LUWAGAM : pomp lucht-water aangedreven met gasmotor PAUL DE RYCK Werking op laag niveau (buitenlucht min. 0 C) omzetten naar warmte op hoog niveau (buiswater max. 50 C) Serreverwarming buis
Nadere informatieKosten/baten-analyse MC-installaties en gebruikerservaringen MC
Kosten/baten-analyse MC-installaties en gebruikerservaringen MC LEI Wageningen UR: Co Daatselaar Aanleiding en doelstellingen onderzoek Veel mest elders af te zetten tegen hoge kosten, druk verlichten
Nadere informatieGroenGas InOpwerking. Kleinschalige biogasopwaardering met Bio-Up. Rene Cornelissen (CCS) 11 maart 2015
GroenGas InOpwerking Kleinschalige biogasopwaardering met Bio-Up Rene Cornelissen (CCS) 11 maart 2015 Kleinschalige biogasopwaardering met Bio-Up Inhoudsopgave CCS Inleiding Situatie kleinschalige vergisting
Nadere informatieElektrificeren van erfwerkzaamheden op een melkveebedrijf
Elektrificeren van erfwerkzaamheden op een melkveebedrijf Hoeveel CO 2 bespaar je hiermee? 1 Elektrificeren van erfwerkzaamheden op een melkveebedrijf; hoeveel CO2 bespaar je hiermee? Erfwerkzaamheden
Nadere informatieBiowkk in de glastuinbouw Praktijkvoorbeeld BioEnergieBergerden. 10 september 2009 Zevenhuizen Presentatie; Jan Willemsen
Biowkk in de glastuinbouw Praktijkvoorbeeld BioEnergieBergerden 10 september 2009 Zevenhuizen Presentatie; Jan Willemsen 2004 Doelstelling Initiatiefnemers 2004 Doelstelling Initiatiefnemers Rendement
Nadere informatieCO2-reductieplan. Samen zorgen voor minder CO2. Rapportage M
CO2-reductieplan Samen zorgen voor minder CO2 Rapportage 2016-6M 1 Inleiding Dit CO₂-reductieplan heeft, net zoals het volledige energiemanagementsysteem, zowel betrekking op de totale bedrijfsvoering
Nadere informatieVruchtbare Kringloop Overijssel = Kringlooplandbouw. Gerjan Hilhorst WUR De Marke
Vruchtbare Kringloop Overijssel = Kringlooplandbouw Gerjan Hilhorst WUR De Marke Kringlooplandbouw Kringlooplandbouw begint met het verminderen van de verliezen => sluiten van de kringloop => minder aanvoer
Nadere informatieIntroductie HoSt B.V.
HR Hout WKK (Vink Sion) voor glastuinbouw en stadverwarming door HoSt Imtech Vonk vof door H. Klein Teeselink info@host.nl Introductie HoSt B.V. Inhoud: Waarom biomassa WKK, belang van warmte? Wie zijn
Nadere informatieFinanciële baten van windenergie
Financiële baten van windenergie Grootschalige toepassing van 500 MW in 2010 en 2020 Opdrachtgever Ministerie van VROM i.s.m. Islant Auteurs Drs. Ruud van Rijn Drs. Foreno van der Hulst Drs. Ing. Jeroen
Nadere informatieKringloop neutraal denken Emissie, mineralen, energie
Kringloop neutraal denken Emissie, mineralen, energie Eddie ter Braack Waarom nieuwe generatie vergister-raffinage Ontwikkeling/Stand van zaken op dit moment Nog uit te voeren acties Problemen grootschalige
Nadere informatieVergunningen voor biogas en groen gas installaties
Vergunningen voor biogas en groen gas installaties Ervaringen van BioGast Sustainable Energy Marcel Verhaart 12 februari 2014, NEN Wie is BioGast? Groen gas producent sinds 2005 Actief in Nederland, Frankrijk,
Nadere informatieGroenLinks Bronckhorst. Themabijeenkomst Groengas Hoe groen is ons gas? 2 juni 2015
GroenLinks Bronckhorst Themabijeenkomst Groengas Hoe groen is ons gas? 2 juni 2015 Waarom co-vergisten Omdat de meststoffenwet veehouders verplicht de overtollige (mineralen in de) mest te ver(be)werken
Nadere informatieKwantificering van innovaties op de Energiemix van Twente. 4 maart 2014
Kwantificering van innovaties op de Energiemix van Twente 4 Inleiding Het doel van de TDA is om focus aan te brengen in de kansrijke en verbindende initiatieven in Twente bij het realiseren van een duurzame
Nadere informatieOptimale benutting van de energie input van een houtgestookte centrale door plaatsing rookgascondensor en CO2- benutting met PVT
Resultaten en bevindingen van project Optimale benutting van de energie input van een houtgestookte centrale door plaatsing rookgascondensor en CO2- benutting met PVT Dit rapport is onderdeel van de projectencatalogus
Nadere informatieNotitie Bemestingswaarde van digestaten
1 Notitie Bemestingswaarde van digestaten J.J. Schröder (lid LTO-Commissie Bemesting Grasland en Voedergewassen) Wageningen, 25 oktober 2016 Digestaat is een algemene benaming voor meststoffen afkomstig
Nadere informatieCO2-reductieplan 2015
CO2-reductieplan 2015 Samen zorgen voor minder CO2 Rapportage 2015 1 Inleiding Dit CO₂-reductieplan heeft, net zoals het volledige energiemanagementsysteem, zowel betrekking op de totale bedrijfsvoering
Nadere informatieKansen voor mestscheiding
Kansen voor mestscheiding Studiemiddag Inagro 29 maart 2012 Gerjan Hilhorst Livestock Research De Marke Koeien & Kansen is een samenwerkingsverband van 16 melkveehouders, proefbedrijf De Marke, Wageningen
Nadere informatieTijdelijke duurzame energie
Tijdelijke duurzame energie Tijdelijk Uitgewerkte businesscases voor windenergie, zonne-energie en biomassa Anders Bestemmen Tijdelijke duurzame energie Inleiding In het Corporate Innovatieprogramma van
Nadere informatieOntwerp, bouw en demonstratie van een vergistingsinstallatie op een biologische boerderij. Bomers GROENLO
P.O. Box 920 7550 AX Hengelo, Industrieplein 3, 7553 LL Hengelo, The Netherlands Tel.: +31 (0)74 2401807 Fax: +31 (0)74 2401810 E-mail: info@host.nl Internet: www.host.nl Bank: Fortis rek. nr. 64.48.84.177
Nadere informatieMono vergisting in Wijnjewoude?!
Mono vergisting in Wijnjewoude?! Jan Willem Bijnagte bijnagte@cocos.nl www.cocos.nl 06 82404591 Inhoud CCS Mono mestvergisting Gasverwaarding Noord Deurningen Bio-Up Kansen Wijnjewoude Mono mestvergisting
Nadere informatieBEMESTINGSPROEVEN NETWERK MICROVERGISTERS. Albert-Jan Bos Dinsdag 22 november 2016
BEMESTINGSPROEVEN NETWERK MICROVERGISTERS Albert-Jan Bos Dinsdag 22 november 2016 BEMESTINGSPROEVEN NETWERK MICROVERGISTERS Opbrengstproeven De Marke en Den Eelder 2015 en 2016 Meting NH 3 emissie De Marke
Nadere informatieThermofiele Slibgisting en Stikstofterugwinning op RWZI Bath
Openbaar Eindrapport Projectnummer: Projecttitel: DEI1400022 Thermofiele Slibgisting en Stikstofterugwinning op RWZI Bath 1 SAMENVATTING Dit project is een demonstratie van energiewinning uit hernieuwbare
Nadere informatieMilieu. Waterkwaliteit: Denk aan: nitraat uitspoeling / erfwater / gewasbeschermingsmiddelen / alles wat oppervlakte- en grondwater kan vervuilen
Naam: Milieu Waterkwaliteit: Denk aan: nitraat uitspoeling / erfwater / gewasbeschermingsmiddelen / alles wat oppervlakte- en grondwater kan vervuilen Slootrandenbeheer Baggeren Krabbescheer bevorderen
Nadere informatieRenewable energy in the Reijerscop area Peter Dekker Luc Dijkstra Bo Burgmans Malte Schubert Paul Brouwer
Renewable energy in the Reijerscop area Peter Dekker Luc Dijkstra Bo Burgmans Malte Schubert Paul Brouwer Introductie Methode Subsidies Technologien Wind Zon Geothermisch Biomassa Externe Investeerders
Nadere informatieOpties voor productie van duurzame energie in de regio Helmond d.m.v. van mest en andere biomassa
Opties voor productie van duurzame energie in de regio Helmond d.m.v. van mest en andere biomassa Jennie van der Kolk, Alterra Helmond, 22-02-13 Nico Verdoes, Livestock Research Inhoud presentatie Wetenschapswinkel
Nadere informatieMestverwaarding middels monovergisting en digestaatverwerking
Mestverwaarding middels monovergisting en digestaatverwerking Uitwerking business case in opdracht van: IGEV - Regio Noord-Veluwe Door: Kroes Kringloopoptimalisatie en DOFCO BV in samenwerking met Hellebrekers
Nadere informatieDuurzaam Sportcomplex De Tukkers Albergen
Duurzaam Sportcomplex De Tukkers Albergen Voorbeeldproject voor een gecombineerde inzet van duurzame energiebronnen voor de productie van warmte en elektriciteit Presentatie 18 dec. VV. Berkum Eddy Bramer
Nadere informatieBiogas is veelzijdig. Vergelijking van de opties 1-2-2012. Vergelijking opties voor benutting van biogas
1--1 Ongeveer 7 deelnemende organisaties Promotie van optimale benutting van biomassa Kennisoverdracht door workshops, excursies, nieuwsbrief en artikelen in vakbladen Vergelijking opties voor benutting
Nadere informatieMestverwaarding Op weg naar een duurzame veehouderij
Mestverwaarding Op weg naar een duurzame veehouderij 19 november 2014 ABO Ooststellingwerf Nijeberkoop LTO Noord Programma Duurzame Energie Auke Jan Veenstra (aveenstra@ltonoord.nl) Inhoud Activiteiten
Nadere informatieAmmoniakreductie, een zaak van het gehele bedrijf
Ammoniakreductie, een zaak van het gehele bedrijf Pilotveehouder Henk van Dijk Proeftuinadviseur Gerrit de Lange Countus Accountants Proeftuin Natura 2000 Overijssel wordt mede mogelijk gemaakt door: 8
Nadere informatieMestscheiding Annelies Gorissen
Mestscheiding Annelies Gorissen 16/05/2017, Kinrooi Dunne fractie Rijk aan N & K Drijfmest Rijk aan N, P en K Mestscheider Dikke fractie Rijk aan P Waarom scheiden? Beperken mestafvoer: concentreren van
Nadere informatieUitslag KringloopWijzer
Uitslag KringloopWijzer Bedrijfspecifieke excretie melkvee Bedrijfs-kringloopscore Jaaropgave : 2014 Omschrijving : plomp 2014 feb15 Naam veehouder : Plomp Agro Vof Straat + huisnummer : Geerkade 10 Postcode
Nadere informatieVan Duurzame Energie naar uro s Nieuwe tak voor Agrarische Sector!?
Van Duurzame Energie naar uro s Nieuwe tak voor Agrarische Sector!? Kansen en Uitdagingen! ZLTO 22 september 2011 Hans van den Boom sectormanager Duurzame Energie Financieren Duurzame energie binnen Rabobank
Nadere informatieWorkshop mestvergisting. Jan Willem Bijnagte CCS Energie advies Bijnagte@cocos.nl
Workshop mestvergisting Jan Willem Bijnagte CCS Energie advies Bijnagte@cocos.nl BioEnergy Farm 2 Project beschrijving Europees project Marktontwikkeling mono-mestvergisting Verspreiden onafhankelijke
Nadere informatieBoeren met energie. 11 November 2010
Boeren met energie 11 November 2010 Wat doen wij? Ontwikkelen projecten energie uit biomassa Opzetten expertisecentrum energie uit hout droogtechnieken stookgedrag rookgasmetingen rookgasreiniging Ontwikkelen
Nadere informatieGedetailleerde doelen Duurzame Zuivelketen
Gedetailleerde doelen Duurzame Zuivelketen Inleiding Via de Duurzame Zuivelketen streven zuivelondernemingen (NZO) en melkveehouders (LTO) gezamenlijk naar een toekomstbestendige en verantwoorde zuivelsector.
Nadere informatieDE KRINGLOOPWIJZER en Grassa!Raffinage
DE KRINGLOOPWIJZER en Grassa!Raffinage Kansen voor Gras Bas Aarts (Melkveehouderij Aarts vof) Martijn Wagener (Grassa) 1 Indeling Aanleiding Is er een positief effect van Grassa!raffinage aan te tonen
Nadere informatieTEO/WKO WARMTE BESTAANDE WOONWIJK HEEG
TEO/WKO WARMTE BESTAANDE WOONWIJK HEEG In het dorp Heeg is voor een wijk met 800 slecht geisoleerde woningen onderzocht of verwarmen met thermische energie uit de nabijgelegen watergang Greft haalbaar
Nadere informatieChampignon kwekerij t Voske. Klimaatneutraal door Duurzame energie
Champignon kwekerij t Voske Klimaatneutraal door Duurzame energie Jan Gielen Manager / Specialist Klimaat & Energie DLV Plant MUSHROOMS E-mail: j.gielen@dlvplant.nl 1 Onderwerpen Schone en Zuinige Paddenstoelensektor:
Nadere informatieGroen Gas BBQ TKI Mestvergisten en digestaatverwerking September 2017
Groen Gas BBQ TKI Mestvergisten en digestaatverwerking September 2017 1 Voorbeeld vergisting Elektriciteit naar net Gasmotor CHP Afgaskoelers biogas restwarmte Meng bassin vergister Pasteurisatie ByoPast
Nadere informatieDoor: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen
Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen 31 mei 2012 INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 1. Totale resultaten... 4 1.1 Elektriciteitsverbruik... 4 1.2 Gasverbruik... 4 1.3 Warmteverbruik... 4 1.4 Totaalverbruik
Nadere informatieJaarverslag Criteria. Conform niveau 3 op de CO2- prestatieladder 3.0 en ISO norm. Opgesteld door Paraaf. Datum Versie 2
Jaarverslag 2017 Criteria Opgesteld door Paraaf Conform niveau 3 op de CO2- prestatieladder 3.0 en ISO 14064-1 norm RB Datum 12-7-2018 Versie 2 Status Definitief Inhoudsopgave 1 INLEIDING EN VERANTWOORDING...
Nadere informatieAll-electric voorbij, op weg naar 0 CO 2
All-electric voorbij, op weg naar 0 CO 2 2050 alles duurzaam Ing. Marco J. Bijkerk Manager innovative technologies New Business Development Remeha 24-1-2017 remeha.nl ALL GAS Nul op de meter PV Groen Gas
Nadere informatieCarbon footprint 2013
PAGINA i van 13 Carbon footprint 2013 Opdrachtgever: Stuurgroep MVO Besteknummer: - Projectnummer: 511133 Documentnummer: 511133_Rapportage_Carbon_footprint_2013_2.0 Versie: 2.0 Status: Def Uitgegeven
Nadere informatieProjectgroep Biomassa & WKK
Projectgroep Biomassa & WKK SDE 2009 De Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie uitgevoerd door SenterNovem in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken. 7 mei 2009 Jan Bouke Agterhuis Beleidskant
Nadere informatie1. Energieverbruik op uw bedrijf
Bedrijfsnummer: 886 Datum uitdraai monitor: 6-1-218 1. Energieverbruik op uw bedrijf Het energieverbruik ligt op uw bedrijf in 217 op 44,3 kwh per 1. kilo melk. Hiervan is 4,8 voor overige elektrische
Nadere informatieMogelijkheden voor aardgasloze Benedenbuurt
Notitie Contactpersoon Harry de Brauw Datum 14 juni 2017 Kenmerk N001-1246856HBA-rvb-V01-NL Mogelijkheden voor aardgasloze Benedenbuurt De aanstaande rioolvervanging in de Benedenbuurt is aanleiding voor
Nadere informatieVoortgangsrapportage CO2 reductie periode 1-2013
Voortgangsrapportage CO2 reductie periode 1-2013 Voor akkoord, opsteller Naam R.W. Goudswaard Functie KAM-manager Datum 24-09-2013 Handtekening 1 Voortgang doelstellingen voor Scope 1 en 2 1.1 Reductiedoelstellingen
Nadere informatieMestsituatie en de verwerkingsplicht Gelderse Vallei en Utrechts zandgebied
Mestsituatie en de verwerkingsplicht Gelderse Vallei en Utrechts zandgebied Jaap Uenk DOFCO Beheer BV, Ruurlo, 27 februari 2014, Barneveld j.uenk@dofco.nl INHOUD Introductie Mest- en mineralensituatie
Nadere informatieHet Varken als kachel. I r. M a u r i c e O r t m a n s
Het Varken als kachel I r. M a u r i c e O r t m a n s Hoeveel warmte produceren varkens? Vo e lbare w a rmteproductie: B ig 23 kg: 4 2 Wa t t Vleesva rken 11 0 k g: 1 2 7 Wa t t K raamzeug: 3 7 5 Wa t
Nadere informatiebuffer warmte CO 2 Aardgas / hout WK-installatie, gasketel of houtketel brandstof Elektriciteitslevering aan net
3 juli 2010, De Ruijter Energy Consult Energie- en CO 2 -emissieprestatie van verschillende energievoorzieningsconcepten voor Biologisch Tuinbouwbedrijf gebroeders Verbeek in Velden Gebroeders Verbeek
Nadere informatieResultaten KringloopWijzers 2016
Resultaten KringloopWijzers 2016 7 september 2017 Gerjan Hilhorst WLR - De Marke Het belang van lage verliezen Mineralenverliezen belasten het milieu EU beleid: beperken verliezen uit landbouw Streven:
Nadere informatiede bodem in de kringloop wijzer Frank Verhoeven ir Frank
de bodem in de kringloop wijzer Frank Verhoeven ir Frank Verhoeven Verstand van het platteland! Boerenverstand werken aan praktische duurzaamheid! Zo verkopen we de melk Wat is duurzame melk? Blije koeien:
Nadere informatieMest, mestverwerking en wetgeving
Mest, mestverwerking en wetgeving Harm Smit Beleidsmedewerker Economische Zaken, DG AGRO Inhoud Feiten en cijfers. Huidig instrumentarium. Visie op mestverwerking en hoogwaardige meststoffen Toekomstig
Nadere informatieDuurzaamheid co-vergisting van dierlijke mest
Duurzaamheid co-vergisting van dierlijke mest In opdracht van SenterNovem onder projectnummer 2021-06-20-10-004/0357-04-02-02-004 en bestelnummer 4700011172 2 Alterra-rapport 1437 Duurzaamheid co-vergisting
Nadere informatieBio-WKK en WKK in de glastuinbouw: meer met minder
Voor kwaliteitsvolle WarmteKrachtKoppeling in Vlaanderen Bio-WKK en WKK in de glastuinbouw: meer met minder 16/12/2010 Cogen Vlaanderen Daan Curvers COGEN Vlaanderen Houtige biomassa in de landbouw 16
Nadere informatieBouw ACRRES onderzoeksvergister
Bouw ACRRES onderzoeksvergister Durk Durksz ACRRES - Wageningen UR Oktober 2012 PPO.nr. 522 2012 Wageningen, ACRRES Wageningen UR Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd,
Nadere informatieVoortgangsrapportage 3 CO 2 -Prestatieladder
CO 2 -Prestatieladder Inhoudsopgave INLEIDING... 3 BRANDSTOF... 4 REDUCTIEDOELSTELLING... 4 RESULTATEN... 4 GROENAFVAL... 5 KETENANALYSE... 5 REDUCTIEDOELSTELLING... 5 HOEVEELHEID GROENAFVAL... 5 TRANSPORT
Nadere informatieProject omschrijving Groen gas Hub Ameland
Project omschrijving Groen gas Hub Ameland Vertrouwelijk Datum: 19 maart 2010 Pagina: 1 van 9 1 Introductie Eneco heeft in 2007 een convenant ondertekend, samen met de Gemeente Ameland, Gasterra en de
Nadere informatieDuurzaamheid co-vergisting van dierlijke mest
Duurzaamheid co-vergisting van dierlijke mest K.B. Zwart D.A. Oudendag P.A.I. Ehlert P.J. Kuikman Alterra-rapport 1437, ISSN 1566-7197 Duurzaamheid co-vergisting van dierlijke mest In opdracht van SenterNovem
Nadere informatieDuurzame energie uit mestopslagen in Veendam
Resultaten en bevindingen van project Duurzame energie uit mestopslagen in Veendam Dit rapport is onderdeel van de projectencatalogus energie-innovatie. Tussen 2005 en 2011 kregen ruim 800 innovatieve
Nadere informatieSamenvatting. Inkomensverlies per ha grasland
Samenvatting 1 De veenweidegebieden ondervinden verschillende problemen, zoals bodemdaling, een verminderde kwaliteit van het oppervlaktewater en een aanzienlijke bijdrage aan de CO 2 -emissie. Een verlaagd
Nadere informatieRealisatie mestvergistingsinstallatie Praktijkcentrum Sterksel
Projectbrochure 1 Novem projectnummer 355500/5540 Realisatie mestvergistingsinstallatie Praktijkcentrum Sterksel A.V. van Wagenberg M. Timmerman Augustus 2003 1 Van dit project is ook een uitgebreider
Nadere informatieVoortgangsrapportage CO 2 emissies ProRail Scope 1 en 2, eigen energiegebruik
Voortgangsrapportage CO 2 emissies ProRail Scope 1 en 2, eigen energiegebruik Rapportage 1 e half jaar 2017 en prognose CO 2 voetafdruk 2017 Autorisatie paraaf datum gecontroleerd prl Projectleider Van
Nadere informatieDe business case: Mest verwaarden. Hans van den Boom Sectormanager Food & Agri Rabobank Nederland
De business case: Mest verwaarden Hans van den Boom Sectormanager Food & Agri Rabobank Nederland Hengelo 28 maart 2014 mln. kg fosfaat Export van fosfaat moet met 50% stijgen 200 175 150 125 100 75 50
Nadere informatie