Rapportage gevelinspectie

Transcriptie

1 Projectbureau _ bezoekadres Raadhuisplein 2D 1701 EJ Heerhugowaard postadres Postbus 216, 1700 AE Heerhugowaard Telefoon Fax info@sgroenland.nl Internet: Rabobank: IBAN: NL95RABO B.T.W. nr: BO1 Handelsregister KvK Alkmaar x Rapportage gevelinspectie Locatie : Brahmslaan/Kennedylaan te Leiden Opname datum : 7 April 2014 Opdrachtgever : Vve Brahmslaan te Leiden Auteur : J.P. Groenland

2 Pagina : 1 Inhoudsopgave Algemene gegevens... 2 Inleiding Omschrijving van het onderzoek Methode Onderzochte gevels... 3 Oriëntatie gevels Gevelopbouw Opbouw van de gevels... 5 Kwaliteit metselmortel en voegwerk... 6 Spouwankers Onderzoeksgegevens... 8 Spouwankers Controlesom spouwankers Uittrekweerstand Conclusie/aanbevelingen Conclusies Aanbevelingen Samenvatting

3 Pagina : 2 Gevelinspectie Brahmslaan te Leiden Algemene gegevens: Werknummer : GI-1408 Type onderzoek : Gericht gevelonderzoek Datum onderzoek : 7 April 2014 Inspecteur : J.P. Groenland Object : flatgebouw met 4 verdiepingen en aangelegen laagbouw Adres : Brahmslaan AN Leiden Opdrachtgever : VvE Brahmslaan P/a; Dhr. D. Inklaar (voorzitter) Brahmslaan AN Leiden inleiding Maandag 7 en 8 April jl. heeft S.Groenland aan bovengenoemd object een gericht gevelonderzoek uitgevoerd met betrekking tot de verankering van de spouwbladen. Hierbij is de bouwkundige staat van onderhoud van het voeg- en metselwerk, de verankeringen, eventuele achterliggende ondervanging en/of de constructieve samenhang hiervan geïnspecteerd en beoordeeld. Aanleiding van het onderzoek is de aanbeveling van VROM Inspectie waarin wordt verzocht om de staat en veiligheid van de gevel(s) van het desbetreffende gebouw te onderzoeken en, indien noodzakelijk, herstelwerkzaamheden uit te voeren. Daarnaast zijn er klachten van vocht overlast en schimmelvorming in de woningen en is er scheurvorming in diverse gevels aangetroffen. De opbouw van de rapportage is opgesteld conform de technische eisen van dergelijk destructief gevelonderzoek. Omschrijving van het onderzoek Methode Met behulp van een metaaldetector zijn de spouwankers op tenminste een achttal plaatsen, verdeeld over de verschillende gevels, opgezocht. Op de grotere gevels betreft het vlakken van 2x3 m2. Op enkele smallere delen metselwerk betreft het oppervlak tenminste de hoogte van één verdieping. Het doel hiervan is om na te gaan hoeveel ankers er gemiddeld per m2 aanwezig zijn. Om een representatief beeld te krijgen van het gebruikte type spouwanker en de staat van onderhoud hiervan zijn er op diverse plaatsen bij de gedetecteerde ankers kijkgaten geformeerd, welke gelijk na het onderzoek zoveel mogelijk conform bestaand weer zijn aangewerkt. Daarnaast is per gevel een kijkgat geformeerd ter plaatsen van de verdiepingsvloer om de metselwerk ondersteuning te controleren. Voor het onderzoek is er gebruik gemaakt van een hoogwerker om het metselwerk aan de kopgevels van het complex te kunnen benaderen. Tijdens de inspectie is er direct gekeken naar de gesteldheid van het voegwerk en de metselspecie, en is de hechting van de mortel beoordeeld. Er zijn voor het onderzoek geen bouwtekeningen of andere informatie aangeleverd. Er heeft geen archief onderzoek plaatsgevonden.

4 Pagina : 3 Onderzochte gevels Het onderzoek heeft zich met name gericht op de vier hoge gevels van het complex. (gevel 1t/m 4, zie oriëntatie gevels) de overige gevels zijn alleen visueel geïnspecteerd. De inspectiegaten en detectievakken zijn op de onderstaande bouwlagen gemaakt; Kopgevel 1: 4 e bouwlaag; 1 e anker detectie ; gemiddeld <1/m2 in wisselend patroon e anker inspectie; geen anker (controle op minimaal signaal) e anker inspectie; koperen anker; aangetast, onvoldoende ingebed 8697/8698 gevelondersteuning; buitenblad niet ondersteund spouw gemiddeld 55 mm foto Kopgevel 2: 4 e bouwlaag; 1 e anker detectie ; gemiddeld 2/m2, geen vast patroon e anker detectie ; gemiddeld <1/m2, geen vast patroon e anker inspectie; koperen anker; aangetast, onvoldoende ingebed e anker inspectie; koperen anker; licht aangetast, 8705/8707 gevelondersteuning; buitenblad niet ondersteunend, wel rustend. 3 e bouwlaag; gevelondersteuning; buitenblad niet ondersteund. Wel steunend. 8712/8714 spouw gemiddeld 55 mm foto Kopgevel 3: 4 e bouwlaag; 1 e anker detectie ; gemiddeld 1,5/m2 in rechte banen e anker inspectie; koperen anker; licht aangetast, krom, los 8587/ e anker inspectie; koperen anker; licht aangetast, verbogen 8593/ e bouwlaag; 2 e anker detectie ; gemiddeld 1,5/m2 in rechte banen gevelondersteuning; buitenblad niet ondersteund. 8591/ e bouwlaag; gevelondersteuning; buitenblad rust op betonbalk; afwatering fout. 8605/8607 spouw gemiddeld 35/40 mm Kopgevel 4: 3 e bouwlaag; 1 e anker detectie ; gemiddeld 1,5/m2 in wisselend patroon e anker inspectie; geen anker maar spijker; aangetast e anker inspectie; koperen anker; aangetast, verbogen 8682 foto foto 2 e bouwlaag; gevelondersteuning; buitenblad rust op betonbalk; afwatering fout. 8620/8628 spouw gemiddeld 40 mm

5 Pagina : 4 Oriëntatie gevels Zuid zuid oost gevel 1 oost gevel 2 noord gevel 3 west gevel 4 zuid gevel

6 Pagina : 5 Gevelopbouw Opbouw van de gevels Het complex telt 4 effectieve bouwlagen. De begane grondconstructie bestaat uit een beton skelet constructie met gevel vullende elementen. Vanaf de 1 e verdieping is het pand opgebouwd uit gemetselde spouwmuren. Goed ontworpen en uitgevoerde spouwmuren zijn onder normale omstandigheden voldoende veilig gedurende hun beoogde levensduur. Echter door klimatologische invloeden en/of een niet optimaal ontworpen of uitgevoerde bouw, wordt de constructie door de tand des tijd aangetast.in de richtlijn TGB Steenconstructie is onderscheid gemaakt tussen spouwmuren waarbij de windbelasting uitsluitend door het binnenblad wordt opgenomen (het binnenblad is dan sterk genoeg om de windbelasting helemaal alleen op te nemen en af te dragen naar de hoofddraagconstructie) en spouwmuren waarbij het binnenblad niet sterk genoeg is om de windbelasting alleen op te nemen en af te dragen naar de hoofddraagconstructie. Het desbetreffende object bevat ter plaatse van de kopgevels een voldoende sterk binnenblad. Het binnen blad is opgebouwd uit gemetselde betonblokken en of kalkzandstenen. De spouwzijde van het binnenblad is over het algemeen vertind. De spouwdieptes van de geïnspecteerde geveldelen variëren tussen de mm. De hoeveelheid puin/kladspecie in de spouw is over het algemeen beperkt gebleven. Wel zijn op diverse plaatsen behoorlijke metselbaarden aangetroffen. De hoeveelheid functionele open stootvoegen die ruimte bieden voor afwatering van vocht in de spouw zijn onvoldoende. Idealiter zit er om de 3 strekken een open stootvoeg direct boven de betonband/draagconstructie van het metselwerk. Boven de betonbanden zijn wel uit ruberoid vervaardigde waterkeringen aangebracht. De spouw is na-geïsoleerd met witte minerale wol vlokken. Om die reden zijn de openstootvoegen onder kozijnen dakranden en geveleinden overbodig. De minimaal voorgeschreven spouwbreedte om na-isolatie aan te mogen brengen is 40 mm. De grens van deze eis wordt op enkele plaatsen overschreden. Op meerdere plaatsen is een zeer vochtig spouwklimaat aangetroffen. Het buitenblad is in halfsteensverband opgemetseld met een waalformaat handvormsteen (afmeting circa 210 x 100 x 50mm). In de gevel zijn diverse scheuren aangetroffen. Deze hebben verschillende oorzaken; ijzer in de gevel (stalen opwaaiankers) knellende opleggingen van betonnen vloeraansluitingen. Natuurlijke dilataties door temperatuurspanningen. Het metselwerk buitenblad wordt niet ondervangen door de betonnen vloeren en loopt dus over alle verdiepingen door. Incidenteel zijn wel vloeren aangetroffen welke deels zijn doorgestort en steunen op het metselwerk van het buitenblad. Ook deze detaillering kan scheurvorming tot gevolg hebben. De gevels zijn niet gehydrofobeerd. Tijdens het onderzoek zijn er geen gebreken geconstateerd aan de betonnen draagconstructie van de 1 e bouwlaag.

7 Pagina : 6 Kwaliteit metselmortel en voegwerk!tijdens het gevelonderzoek is de kwaliteit en hechting van de metselmortel visueel en gevoelsmatig beoordeeld. Conform de NEN 6790 worden er eisen gesteld aan de buig en schuifsterkte van de toegepaste mortel. Er is op enkele plaatsen onthechting van de lintvoegen waargenomen. Deze hebben een mechanische verklaring zoals inklemming bij betonnen aansluitingen. Thermische scheurvorming of bijvoorbeeld trekkrachten door de warmtewerking van het dak. Ook zijn diverse gescheurde stenen aangetroffen wat een indicatie is van een verglijkbare sterkte van mortel en steen. De aangetroffen hardheid van de mortel tijdens het uithakken van de stenen gaf geen aanleiding tot nader onderzoek of meting. bovenhoek van gevel 1 en 2. De linker hoek van gevel twee is gescheurd, vermoedelijk door een roestend opwaai anker. Ontstane ruimte geeft beweging in de dakconstructie wat het metselwerk losdrukt. Deze ankers zijn rondom aan de rand van het gebouw aangebracht. Ook aan de zuidgevel (4) en de rechter hoek van gevel twee veroorzaken deze scheurvorming. De kwaliteit van het voegwerk is visueel beoordeeld. Goed voegwerk is mede bepalend voor de kwaliteit van de gehele gevelconstructie. Het voegwerk van het desbetreffend complex is medio 2005 grotendeels vervangen en verkeert over het algemeen in een redelijke staat van onderhoud. Aan de zuidzijde, gevel 4 en 5, zijn verhardings scheurtjes zichtbaar. Dit ontstaat door een snelle droging van een vrij natte voegmortel. Nadat deze mortel is uitgehard staat deze scheurvorming stil. De begane grond van gevel 4 is niet opnieuw gevoegd en in een matige staat van onderhoud. Vlak onder de dakrand zijn de voegen op meerdere plaatsen niet of slecht vervangen. Uithakken rondom de bovenste laag kan makkelijk tot gevolg hebben dat deze steen los laat en de bovenste voeg is voor een deel afgedekt door de daktrim. Om deze redenen is het oude voegwerk terplaatse slecht uitgehakt. De daktrim heeft een ongelukkige detaillering; door de ronde onderkant blijft er lang, veel water aan hangen en op de brede bovenkant loopt niet overal af richting het dak. Gevolg hiervan is dat de wind vocht tussen de steen en de trim kan blazen en delen van de trim lang nadruppen waardoor de gevel langer nat blijft. Met name aan de west zijde (gevel 3) is aan de bovenzijde van de gevel beginnende mos groei aanwezig. Alle voegwerk nabij scheurvorming moet gecontroleerd en hersteld worden. De benodigde voeghardheidsklasse is omschreven in NEN-3835 en CUR aanbeveling 61. Bij het desbetreffende complex is toepassingsklasse II voorgeschreven (VH35). Met oog op belasting op het voegwerk en instandhouding, adviseren wij het metsel- en voegwerk na herstel te impregneren.

8 Pagina : 7 Indien het metselwerk wordt gereinigd en geïmpregneerd (zoals aanbevolen), zal de externe vochtbelasting aanzienlijk gereduceerd worden c.q. verwaarloosbaar zijn voor een gestandaardiseerde referentieperiode. De gevels zijn niet eerder gehydrofobeerd, er hoeft daarom geen rekening te worden gehouden met eerder aangebrachte producten. Belangrijk criterium voor de keuze van het toe te passen hydrofobeer middel is de hoeveelheid aanwezige vulstof in het product. Dit varieert doorgaans tussen 6, 8 of 10%. Spouwankers Spouwankers dienen primair trek- en drukspanningen op te nemen (die ontstaan door winddruk en zuiging op de gevel) en deze over te dragen naar de hoofddraagconstructie. De huidige spouwankers zijn vervaardigd van circa ø 4mm koper en zijn met een haak gemiddeld 40 mm1 opgenomen in het buitenblad. 25% van de geïnspecteerde ankers is onvoldoende ingebed in het buitenblad. De spouwankers zijn niet voorzien van een welletje t.b.v. afdrupping van vocht. In meerdere gevallen lopen de ankers af naar het binnenblad. De spouwankers zijn ingemetseld in het binnenblad. 1 aangetroffen anker had bewegingsruimte maar kon niet uit het binnenblad worden getrokken. Gemiddeld genomen over de 8 locaties waar de ankers steekproefsgewijs zijn gedetecteerd zijn er 1,55 spouwankers/m2 aanwezig. Koperen ankers zijn zacht en makkelijk vervormbaar er zullen daarom meer ankers nodig zijn om de druk en trekkrachten op te nemen. Tijdens de inspectie is gebleken dat de aanwezige spouwankers, materiaal technisch gezien, in matige staat verkeren door beginnende corrosie en vervorming. Samenvattend kan er gesteld worden dat de spouwankers onvoldoende aanwezig zijn danwel niet ter zake kundig zijn aangebracht om een optimale functie te vervullen. Over het algemeen zijn de huidige spouwankers onvoldoende bestand tegen de daarop werkende krachten voor een langere referentieperiode. Wij adviseren om renovatie spouwankers aan te brengen zonder daarbij rekening te houden met de aanwezige ankers. een anker onder deze hoek is niet in staat om de trek en druk krachten voldoende op te nemen

9 Pagina : 8 Onderzoeksgegevens. Onderstaande foto s geven een overzicht van de verschillende aangetroffen gebreken. Via onderstaande link kunt u alle foto s in volledige grote downloaden *; Foto: 8575 Locatie: 1 onder Onderste voegen ontbreken. Alg / mos aanslag Foto: 8582 Locatie: 3 links Slechte trim detaillering Foto: 8584 Locatie: 3 links Alg /mos aanslag Foto: 8588 Locatie: 3 Anker los en verbogen

10 Pagina : 9 Foto: 8594 Locatie: 3 Anker verbogen. Foto: 8624 Locatie: 4 Kleine spouw Vervuiling in de spouw Buitenblad nat aan binnenzijd Foto: 8631 Locatie: 4 Scheurvorming in gevel tussen kozijnen Foto: 8633 Locatie: 4 Scheurvorming door anker in gevel

11 Pagina : 10 Foto: 8641 Locatie: 5 (op dak) Geen open voegen Foto: 8645 Locatie: 5 (op dak) Ijzer resten in de gevel Foto: 8665 Locatie: 4 Uitgewassen voegen tussen de lekdorpels. Foto: 8672 Locatie: 4 Slecht voegwerk herstel langs trim

12 Pagina : 11 Foto: 8689 Locatie: 1 Geen open dilatatie Foto: 8690 Locatie: 1 Grote vocht opname door gevel Niet gehydrofobeerd Foto: 8694 Locatie: 2 Scheurvorming, ook door steen. Foto: 8715 Locatie: 4 Vloeren doorgestort tegen buitenblad. *)3 maanden na opname worden de originele foto s uit de dropbox verwijderd.

13 Pagina : 12 Berekening Controlesom spouwankers Als onderdeel van deze rapportage is een indicatieve berekening uitgevoerd voor het benodigde aantal renovatie spouwankers per vierkante meter metselwerk. Hierbij is er vanuit gegaan dat de aanwezige spouwankers geen constructieve functie (meer) hebben. In de berekening is uitgegaan van een spouwbreedte van maximaal 60 mm 1. In de berekening wordt uitgegaan van renovatie spouwankers uitgevoerd in RVS A4 kwaliteit met een diameter van 4 mm. Dit materiaal heeft in genoemde diameter de volgende kenmerken; Vloeigrens 240 N/m 2 Elastisiteitsmodulus 2, N/mm 2 De uittreksterkte van een renovatie spouwanker dient door de leverancier te worden gespecificeerd voor de specifieke voor dit werk van toepassing zijnde omstandigheden. Dit kan bijvoorbeeld door de uittreksterkte in het werk te bepalen middels trekproeven uitgevoerd volgens NEN-EN of NEN-EN Berekening aantal spouwankers per m 2 Bij de berekening van het aantal toe te passen renovatie spouwankers per vierkante meter gevelmetselwerk is voor het bepalen van de stuwdruk en zuiging op de gevel, conform NEN-EN , uitgegaan van een maximale bouwhoogte tot 20 meter, windgebied 2 en bebouwd gebied. De berekening van het aantal spouwankers is uitgevoerd volgens gevolgklasse CC2. In artikel 6.5 van NPR is de grootte van de belasting op een spouwanker beschreven: Wed = 1,35 Ca Cpe,10 qp waarin: Wed = de grootte van de normaalkracht in het spouwanker. C a = samenwerkingsfactor tussen binnen en buitenblad, in onderhavig geval factor 2 γ Q = de belastingsfactor; 1,35 Cpe,10 = de windvormfactor: voor druk 0,8 en trek -1,2 Qp = is de stuwdruk = 0,9 kn/m 2 voor gevels tot 20 meter Voorbeeld trekkracht meet apparaat Het aantal spouwankers volgt uit; nsp = Wed / Fd waarin; nsp = het aantal spouwankers / m 2 metselwerk Fd = de rekenwaarde van de druk of trekweerstand. Hieruit volgt de drukkracht op de spouwankers: Fd = 1,35 2 0,8 0,9/ nsp = 1,94 kn/nsp Hieruit volgt de trekkracht op de spouwankers: Fd = 1,35 2 1,2 0,9/ nsp = 2,91 kn/nsp

14 Pagina : 13 De druksterkte van het spouwanker is afhankelijk van de spouwbreedte. De rekenwaarde van de opneembare druksterkte van een spouwanker is volgens artikel van NPR gelijk aan: F sp;r;d = [1/A s + n s / (n s -1) e/w s ] 1 f yd waarin: n s = F sp;e / F sp;d F sp;e =ᴫ 2 2 EI/L k EspIsp = de buigstijfheid van het anker L k = de spouwbreedte ofwel kniklengte W s = het elastische weerstandsmoment van de spouwanker doorsnede A s = het oppervlak van de spouwanker doorsnede F yd = 240 N/mm 2 e = 1mm Bij een spouwbreedte van 60 mm volgt dat de opneembare druksterkte van het spouwanker met een diameter van 4,0 mm gelijk is aan: F sp;r;d = 0,81 kn Het minimaal aantal benodigde spouwankers met een diameter van 4,0 mm voor de onderhavige winddruk is gelijk aan: N sp = Fd / F sp;r;d = 1,94 / 0,81 = 2,39 ankers/m 2 Uittrekweerstand Bij het toepassen van 2,39 renovatie spouwanker ø 4,0 mm /m 2 metselwerk dient de gemiddelde uittreksterkte, minimaal gelijk te zijn aan: F sp = 1,8 2,39/2,91 = 1,47 kn aantekening: De uittreksterkte op een renovatie spouwanker is getest met een semi-zelftappend AirTwist spouwanker De bepaalde uittreksterkte op het binnenblad bedraagt gemiddeld 2,9kN. De bepaalde uittreksterkte op het buitenblad bedraagt gemiddeld 2,20kN. De druk- en treksterkte van de renovatie ankers zijn afhankelijk van de combinatie van het gekozen type anker en de materialen van het binnen- en buitenblad. Veelal worden voorafgaand aan de definitieve uitvoering voor de specifieke situatie enkele proeven gedaan om de treksterkte van de gekozen ankers in de gegeven situatie te bepalen. Op basis van deze informatie kan het aantal aan te brengen ankers per vierkante meter metselwerk worden bepaald. Uit het voorgaande adviseren wij 2,4 renovatie spouwankers/m 2 toe te passen.

15 Pagina : 14 Conclusies en aanbevelingen Conclusies de spouwbreedte is plaatselijk minder dan 40 mm, in combinatie met aanwezige metselbaarden kan de spouw dan tot 30 mm gereduceerd worden. Dit is onvoldoende breed voor na-isoleren van de spouw. Niet overal voldoende open stoot voegen voor afwatering. Diverse scheurvorming aangetroffen in de gevels; o o thermische scheuren door werking en lokale temperatuurverschillen. Mechanische scheuren door druk van beton of dakconstructie. Slechte detaillering van de daktrim. Metselwerk is niet gehydrofobeerd. Zeer vochtig spouwklimaat, veroorzaakt door combinaties van bovenstaande conclusies. Onvoldoende spouwankers aanwezig. aantoonbare gebreken bij alle vrijgemaakte ankers. Gesteld kan worden dat de aanwezige ankers onvoldoende bestand zijn tegen de daarop werkende krachten voor een referentieperiode van 50 jaar conform de norm. Het metselwerk is plaatselijk vervuilt met mos en alg Incidenteel laat voegwerk los bij scheurvorming. Aanbevelingen Het intensief reinigen van de gemetselde buitengevel met, ten minste, heet water en hoge druk. Het herstellen van de gescheurde stenen en scheuren in het metselwerk. Het verwijderen van ijzeren onderdelen uit de gevel. Schroeven/keilbouten e.d. Het vervangen van de opwaaiankers daar waar deze scheurvorming veroorzaken. Het aanbrengen van lintvoeg wapening terplaatse scheurvorming waarvan de oorzaak niet kan worden weggenomen, voor spreiding van de spanning. Het nalopen van de daktrim constructie en zo mogelijk aanpassen hiervan. Als de trim naar het dak kan aflopen heeft dit de voorkeur, ideaal zou zijn als de trim meer over de gevel kan kragen. (door verlagen van het hout er onder.) Het aanbrengen van voldoende (/per drie strekken) open stootvoegen boven de lateien en de betonnen draagbalk van de 1 e verdieping. Het aanbrengen van roestvast stalen renovatie spouwankers. Het vervangen van het losse voegwerk. Het nalopen / herstellen van beschadigd voegwerk. Het hydrofoberen van het metselwerk. Dit draagt bij aan reductie van vochtopname en is goed voor een langdurig behoud van het voeg- en metselwerk. Gezien de aanzienlijke hoeveelheid vocht in de spouw is het raadzaam de goede werking van het hydrofobeer middel na een jaar te controleren. Het opnemen van het hydrofoberen in het meerjaren onderhoudsplan met een cyclus conform de gestelde garantieperiode. De gevels van de laagbouw zijn niet meegenomen in de rapportage maar wel visueel beoordeeld. Op de foto s zijn de gebreken vastgelegd. Het is aan te raden de gebreken te herstellen en de begroeiing welke de gevels raakt te verwijderen. De herstelwerkzaamheden zijn nu nog relatief klein maar zonder onderhoud kan dit snel toenemen.

16 Pagina : 15 Samenvatting Het algemene beeld van de gevels is redelijk. Het grootste probleem is de vochtige spouw. Dit is ontstaan door het na isoleren van de gevel waarvan de spouw plaatselijk krap is en er op diverse punten contact is van het binnen casco met de buitenschil van het pand. enkele scheuren en detailleringen vergroten ook de toetreding van vocht in de spouw. Er zijn een aantal herstelpunten genoemd die tezamen zorgen voor een goede beschermende buitenschil van het pand welke wel kan ademen. Het Impregneren zal uiteindelijk het meest merkbare resultaat opleveren. Er kan wel geruime tijd over heen gaan maar uiteindelijk zal het vocht uit de gevel trekken. Samenvatting van te herstellen onderdelen Het herstel van de scheurvorming in de gevels, vervangen van kapotte stenen. Het verwijderen van overbodige ijzeren onderdelen uit de gevel. Het controleren herstellen van het voegwerk en de open stootvoegen. Zo mogelijk het aanpassen van de daktrim. Het aanbrengen van lintvoegwapening bij de diverse scheurvorming. Het aanbrengen van renovatie spouwankers. Het hydrofoberen van de gevel S.Groenland Opmerkingen: Door betaling van de advieskosten wordt het rapport eigendom van de opdrachtgever en mag het rapport naar goeddunken worden gebruikt. De verkregen opdracht is uitgevoerd zonder de opdrachtgever en S. Groenland te binden. Technische keuringen, aankoopkeuringen danwel opleveringen hebben uitsluitend betrekking op visueel waarneembare bouwonderdelen. Niet geïnspecteerde of niet bereikbare bouwonderdelen maken geen onderdeel uit van het onderzoek. Iedere aansprakelijkheid wordt hierbij uitgesloten. Onze advieswerkzaamheden worden uitgevoerd onder de voorwaarden van de DNR 2011.