Afslanking provincies

Transcriptie

1 Afslanking provincies Werkgroep pensioenen: eindverslag 27 april 2017 Uitgevoerd door Afdeling Beleidscoördinatie en Kenniscentrum binnenland.vlaanderen.be

2 Inhoudstafel 1 Opdracht werkgroep pensioenen 3 2 Aanvullende pensioenpijler contractuele personeelsleden Afspraak Comité C1 en comité XVIII Huidige situatie Oost-Vlaanderen Limburg Vlaams-Brabant Antwerpen West-Vlaanderen Kostprijs Advies Conclusie 9 3 Effecten pensioenen statutairen Overdrachten vanuit provincies aangesloten bij gesolidariseerd pensioenfonds Pensioenboete Vlaamse overheid Responsabiliseringsbijdrage provincies en ontvangende lokale besturen Advies werkgroep pensioenen Overdrachten vanuit de provincie Vlaams-Brabant Pensioenwaarborg statutaire personeelsleden Vlaams-Brabant Pensioenlasten provincie Vlaams-Brabant Effecten door statutaire tewerkstelling binnen Vlaamse overheid Responsabiliseringsbijdrage gemeenschappen en gewesten Bijdrages pool der parastatalen 16 4 Samenvatting Aanvullende pensioenpijler Responsabiliseringsbijdrage GFP Pensioenwaarborg Vlaams-Brabant 17 Bijlages 18 ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 2/18

3 1 Opdracht werkgroep pensioenen Tijdens het politiek overleg tussen de VVP en de Vlaamse Regering d.d. 14 juli 2016 werd volgende afspraak gemaakt: De problematiek van de pensioenbijdragen zal de komende maanden door een werkgroep gecoördineerd door de Vlaamse overheid met de nodige experten vanuit de Vlaamse overheid, de provinciebesturen en de betrokken actoren (bv. DIBISS) in kaart worden gebracht. Tijdens de politieke stuurgroep d.d. 16 februari werd deze afspraak herbevestigd. De werkgroep pensioenen dient in kaart te brengen wat de impact is van de afslanking van de provincies op de pensioenstelsels van alle betrokken overheden. De werkgroep pensioenen is een ambtelijke werkgroep, aangevuld met experten, die waar nodig aan de Vlaamse Regering adviseert over de beleidsopties waarover zij beschikt. De werkgroep pensioenen bestaat uit volgende ambtelijke delegaties en experten: - Voorzitter: Leander Price (ABB) - Secretariaat: Ellen Huysse (ABB) - Namens de provinciale administratie Vlaams-Brabant: Celine Eynatten, Patricia Willems en Francis Baeck - Namens de provinciale administratie Limburg: Renata Camps, Tine Cappellen, Monique Achten en Jean-Marie Vos - Namens de provinciale administratie Antwerpen: Peter Sommen en William van der Kraan - Namens de provinciale administratie West-Vlaanderen: Karolien Demeyer en Hilde Vandromme - Namens de provinciale administratie Oost-Vlaanderen: Ann Van der Haegen - Namens de Vlaamse administratie : Jef Mannaerts en Peter De Clercq (AgO) - Experten: Hilde Rekkers (VVP), Jan Rummens (FPD), Peter Contreras (FPD), Mark Deeren (FPD), Stefan Martens (Ethias), Sofie Martens (Ethias) en Kris Rutten (Ethias) De werkgroep pensioenen vergaderde een eerste maal op 14 maart Op 21 maart 2017 werd advies ingewonnen bij de afdeling aankoopcentrale en overheidsopdrachten van Het Facilitair Bedrijf. Op 29 maart vond voorafgaandelijk aan de werkgroep pensioenen een bilateraal overleg plaats met de provincie Vlaams-Brabant. De werkgroep pensioenen rondde haar werkzaamheden af op 29 maart Het eindverslag werd via digitale procedure goedgekeurd op 27 april ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 3/18

4 2 Aanvullende pensioenpijler contractuele personeelsleden 2.1 AFSPRAAK COMITÉ C1 EN COMITÉ XVIII Tijdens de onderhandelingen die plaats vonden naar aanleiding van de in het afslankingsdecreet voorziene waarborgen voor het personeel, werd met de vakbonden overeengekomen dat de contractuele personeelsleden van de provincie recht zullen hebben op een tweede pensioenpijler. Dit werd zo opgetekend in de desbetreffende protocollen van akkoord en is eveneens vermeld in de memorie van toelichting bij het afslankingsdecreet. De betreffende tekstpassage luidt: Binnen deze operatie en binnen de hierboven genoemde krijtlijnen zal in ieder geval een tweede pensioenpijler worden toegekend aan de contractuele provinciale personeelsleden die worden overgeheveld. Over de modaliteiten van deze pensioenpijler zal worden onderhandeld naar aanleiding van de aanpassing van de rechtspositieregeling, met dien verstande dat wordt vermeden dat het ontvangend bestuur naar aanleiding van deze inschaling meerdere systemen moet hanteren en dat de budgetneutraliteit wordt bewaakt. 2.2 HUIDIGE SITUATIE De aanvullende pijler waarvan de personeelsleden kunnen genieten verschilt op dit moment afhankelijk van de provincie waar ze zijn tewerk gesteld Oost-Vlaanderen Plan van het type vaste bijdragen dat tot doel heeft om een aanvullend pensioen toe te kennen dat opgebouwd wordt aan de hand van vaste gestorte bijdragen en een rente: Datum van ingaan: 1 januari Bijdragepercentage: vanaf 2010: 1% van de contractuele brutoloonmassa, vanaf 2012: 2%, vanaf 2016: 2,5%, vanaf 2018: 3%. Inning bijdragen door Dibiss. Rendement: stortingen tot 2013 aan gewaarborgde rentevoet van 3,35%, stortingen na 2013 aan minimale gewaarborgde rentevoet art. 24 WAP (vanaf 01/01/2016: 1,75%). Winstdeling voorzien. Aanvullend pensioen in de vorm van een lijfrente die jaarlijks geïndexeerd wordt aan 2% (= een lagere beginrente die levenslang jaarlijks met 2% wordt verhoogd). Bij de omzetting van het opgebouwde kapitaal in een lijfrente worden actualisatieregels toegepast (onder meer levensverwachting = lager rendement, maar rente loopt door zolang begunstigde in leven is, ook als er geen opgebouwd pensioenkapitaal meer over is). Bij overlijden na pensionering vervalt de rente, niet overdraagbaar. De provincie Oost-Vlaanderen is aangesloten bij de groepsverzekering van de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance Ethias Contractanten PPO die aangeduid werd door Dibiss die als opdrachtencentrale fungeerde. ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 4/18

5 2.2.2 Limburg Plan van het type vaste prestaties dat tot doel heeft om 60% van het verschil tussen een overheidspensioen en werknemerspensioen weg te werken: Datum van ingaan: 1 januari Startkapitaal: Bijdragepercentage: 3%, jaarlijks actuarieel berekend in functie van de benodigde middelen en rekening houdend met de opgebouwde tegoeden. Oorspronkelijk bijdragepercentage van 5% kwam neer op een overfinanciering in het licht van de te behalen doelstelling. Aanvullend pensioen in de vorm van een vaste lijfrente die 60% bedraagt van het verschil tussen een overheidspensioen en het werknemerspensioen, gekoppeld aan de index van de sociale uitkeringen in de publieke sector. Bij overlijden na pensionering vervalt de rente, niet overdraagbaar. Limburg heeft een eigen collectief pensioenfonds, waarvoor de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance - Ethias optreedt als beheerder Vlaams-Brabant Plan van het type vaste prestaties dat tot doel heeft om 50% van het verschil tussen een overheidspensioen en werknemerspensioen weg te werken: Datum van ingaan: 1 januari De vergelijkingsstandaard is het gewoon overheidspensioen (en niet het gunstigere pensioen voor statutaire ambtenaren van de provincie Vlaams-Brabant). Jaarlijks aangevuld met pensioentoelagen ten laste van de provincie die bepaald worden op basis van een financieringsplan. De pensioentoelagen worden niet uitgedrukt in een percentage van het bruto loon, vermits het om collectieve kapitalisatie gaat = 1 gezamenlijke pot, de reserve wordt collectief opgebouwd en pas aan het einde van de rit geïndividualiseerd. Er werd niettemin contact opgenomen met Ethias die de gezamenlijke bijdrage zal omzetten in een percentage per personeelslid. Aanvullend pensioen in de vorm van een aanvullend pensioenkapitaal, waarop actualisatieregels (onder meer levensverwachting) van toepassing zijn. 2 De provincie Vlaams-Brabant heeft een groepsverzekering afgesloten bij Ehtias Antwerpen Plan van het type vaste prestaties dat tot doel heeft om 100% van het verschil tussen een overheidspensioen en een werknemerspensioen weg te werken: Datum van ingaan: 1 januari Bijdragepercentage: varieert van 4,64% tot 20,23%, jaarlijks actuarieel berekend in functie van de benodigde middelen en rekening houdend met de opgebouwde tegoeden. Aanvullende opmerking provincie Antwerpen: het gaat om 7% gemiddeld, maar de bijdrage kan in individuele gevallen oplopen tot 20%, vooral in de hogere loonschalen waar een statutair pensioen oploopt en het werknemerspensioen wordt afgetopt tot een bepaald maximum. 1 Zie artikel 2, van het besluit van de provincieraad van Limburg d.d. 17 september Als het pensioenreglement voorziet in de uitbetaling van kapitaal heeft de begunstigde op basis van de wet op de aanvullende pensioenen toch het recht om het kapitaal om te zetten in een rente. ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 5/18

6 OFP Provant (eigen opgerichte instelling voor bedrijfspensioenvoorziening) fungeert als een multiwerkgeversfonds waarbij andere publieke werkgevers binnen de provincie kunnen aansluiten. De provincie Antwerpen zorgde voor een bruto startkapitaal van waarmee een beleggingsvolume wordt gecreëerd voor de deelnemende besturen en dat kan dienen als dekkingsbuffer voor mindere financiële jaren. Aanvullend pensioen in de vorm van een vaste lijfrente die 100% bedraagt van het verschil tussen een overheidspensioen en een werknemerspensioen, gekoppeld aan de index van de sociale uitkeringen in de publieke sector. Bij overlijden na pensionering vervalt de rente, niet overdraagbaar. De provincie Antwerpen beschikt over een eigen pensioenfonds West-Vlaanderen Plan van het type cash balance waarbij de provincie zich verbindt tot een vaste prestatie in de vorm van een rente die bepaald wordt door de kapitalisatie van de spaarpremies op welbepaalde herberekeningsdata (= het gegarandeerd rendement wordt op 1 januari van elk jaar voor dat jaar toegekend aan de reeds toegekende spaarpremies en dit tot de datum van het ingaan van het aanvullend pensioen): datum van ingaan: 1 januari Streefdoel: tussen 40% en 60% van het verschil tussen een overheidspensioen en werknemerspensioen weg werken (= geen contractuele verplichting i.t.t. plannen van het type vaste prestatie, kan dus ook minder zijn). Initiële reserve: Minimumrendement artikel 24, 2 WAP (in 2012 = 3,25%, vanaf 2016: 1,75%). Bijdragepercentage: 3%, jaarlijks actuarieel berekend in functie van de benodigde middelen en rekening houdend met de opgebouwde tegoeden. Aanvullend pensioen in de vorm van een lijfrente, gekoppeld aan de index van de sociale zekerheidsuitkeringen in de publieke sector. Bij de omzetting van het opgebouwde kapitaal in een lijfrente worden actualisatieregels toegepast (onder meer levensverwachting = lager rendement, maar rente loopt door zolang begunstigde in leven is, ook als er geen opgebouwd pensioenkapitaal meer over is). Bij overlijden na pensionering vervalt de rent, niet overdraagbaar. West-Vlaanderen heeft een eigen collectief pensioenfonds, waarvoor de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance - Ethias optreedt als beheerder. 3 Zie overwegingen (de financiering van het plan) van het besluit van de provincieraad van Antwerpen d.d. 26 juni De middelen worden overgedragen vanuit de OVV Pensioenkas die voor de aansluiting bij de RSZPPO op 1 janauri 2008 de pensioenen van de statutaire personeelsleden financierde. 4 Zie artikel 2, van het besluit van de provincieraad van West-Vlaanderen d.d. 23 juni 2011 ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 6/18

7 2.2.6 Kostprijs Op basis van door de provincies aangeleverde cijfers kan volgende huidige kostprijs in kaart worden gebracht: Tabel 1 Bijdrages 2 e pijler overdracht VO Bijdrages 2 e pijler 2016 Voorziene verhoging Antwerpen ,81 Limburg ,17 Oost-Vlaanderen , ,014 5 Vlaams-Brabant ,01 West-Vlaanderen ,44 Totaal ,00 Naast de kostprijs van de bijdrages dient verder rekening gehouden te worden met een bijzondere werkgeversbijdrage RSZ van 8,86% en met beheerskosten: Antwerpen: bijzondere werkgeversbijdrage RSZ verschuldigd op bijdrages (opgegeven bedrag is inclusief de bijzondere werkgeversbijdrage). Geen verdere beheerskosten. Limburg: bijzondere werkgeversbijdrage RSZ verschuldigd op uitgekeerde rentes. Aanvullende beheerskosten voor de uitgekeerde rentes en jaarlijkse aanpassingen. Oost-Vlaanderen: bijzondere werkgeversbijdrage RSZ verschuldigd op de bijdrages (opgegeven bedrag is inclusief bijzondere werkgeversbijdrage). Geen verdere beheerskosten. Vlaams-Brabant: bijzondere werkgeversbijdrage RSZ verschuldigd op bijdrages. Aanvullende beheerskosten voor administratief beheer. West-Vlaanderen: bijzondere werkgeversbijdrage RSZ verschuldigd op uitgekeerde rentes. Aanvullende beheerskosten voor administratief beheer en communicatie. 2.3 ADVIES Een pensioentoezegging wordt gedaan door een werkgever aan een werknemer. Het is dus de Vlaamse overheid die in haar hoedanigheid van werkgever een pensioentoezegging zal moeten doen aan de overgedragen contractuele personeelsleden. De overgedragen personeelsleden kunnen dus voor de in dienst van de Vlaamse overheid zijnde periode vanaf 01/01/2018 niet meer aangesloten blijven bij de provinciale pensioenplannen en zullen daar dus dienen uit te treden. De verworven rechten voor de gepresteerde jaren in dienst van de provincie t.e.m. 31/12/2017 zullen wel voor rekening van het desbetreffende provinciale pensioenplan blijven. Het is hoe dan ook voor de provincies onbespreekbaar dat ze nog administratief betrokken zouden zijn bij de organisatie van een aanvullende pijler voor het over te hevelen personeel eens ze door de Vlaamse overheid worden tewerk gesteld. 5 Vanaf 01/01/2018 verhoging van bijdragepercentage van 2,5% naar 3%. 6 Geen bedragen ontvangen voor Vlaams-Brabant, eigen inschatting. ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 7/18

8 Omdat de vijf polissen dermate divers zijn stelt de werkgroep pensioenen voor dat de vijf pijlers door de Vlaamse overheid worden overgenomen waarbij elk uitgekanteld personeelslid het bestaande 2de pijler pensioenvoordeel behoudt. De Vlaamse overheid neemt daarbij dan enkel de huidige pensioenbeloftes m.b.t. de over te dragen personeelsleden over. De vraag stelt zich of dit zonder meer kan binnen de regelgeving overheidsopdrachten. Een onderscheid moet in dit geval gemaakt worden tussen de vier pensioencontracten bij Ethias en de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance Ethias enerzijds en de provincie Antwerpen dat over een eigen pensioenfonds beschikt anderzijds. Met betrekking tot de contracten met Ethias of de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance Ethias In casu is het niet de bedoeling dat de contracten in hun geheel overgaan naar de Vlaamse Overheid. De provincies behouden de contracten voor hun contractuele personeelsleden die niet naar de Vlaamse Overheid worden overgedragen. Er is dus m.b.t. deze contracten geen sprake van een wettelijke indeplaatsstelling, noch van een automatische overname van de contracten. Bijgevolg zal een uitdrukkelijke én gedeeltelijke overdracht van de contracten vereist zijn. De overdracht zal enkel betrekking hebben op de pensioenbeloftes m.b.t. de contractuele personeelsleden die effectief naar de Vlaamse Overheid worden overgedragen. Bijgevolg zal deze overdracht formeel moeten worden vastgesteld. Er zal echter moeten worden nagegaan of dergelijke overdracht wel mogelijk is op basis van de regelgeving overheidsopdrachten en de Europese rechtspraak. Artikel 38 van het KB Uitvoering 7 bepaalt de voorwaarden voor de overdracht van een opdracht: i. Ten eerste is de instemming van de gecedeerde partij (in casu Ethias of de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance - Ethias) vereist. ii. Als de opdrachtnemer de opdracht overdraagt, moet de overnemer aan de passende selectievoorwaarden voldoen om deze instemming te kunnen verkrijgen. iii. De essentiële voorwaarden van de opdracht moeten behouden blijven. De overdracht van het contract kan beschouwd worden als het gevolg van een interne reorganisatie langs de overheidszijde. Dit betreft geen reorganisatie binnen de Vlaamse Overheid, maar een reorganisatie over verschillende bestuursniveaus heen, als gevolg van de beslissing om de provincies af te slanken. Bijgevolg kan de overdracht worden beschouwd als zijnde geen wezenlijke wijziging, waardoor de overdracht aanvaard kan worden op basis van de Europese rechtspraak. De vraag rijst dan hoe deze gedeeltelijke overdracht vorm dient te krijgen. Het is niet aangewezen om het contract tussen de provincie en Ethias of de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance Ethias stop te zetten en de Vlaamse Overheid een nieuw contract met Ethias of de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance Ethias te laten afsluiten. In dat geval zou het immers om een nieuw contract gaan waarvoor men de markt in principe zou moeten raadplegen (en dus een nieuwe overheidsopdracht uitschrijven). Vanuit die optiek lijkt het ons aangewezen om een overeenkomst tussen Ethias of de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance Ethias, de betreffende provincie en de Vlaamse Overheid (te bekijken om welke rechtspersoon het precies gaat) te sluiten waarin de provincie en de Vlaamse Overheid overeenkomen om het contract m.b.t. de betreffende contractuele personeelsleden over te dragen en waarin Ethias of de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance Ethias uitdrukkelijk akkoord gaat met deze overdracht. Deze overeenkomst betreft dan een bijakte bij het oorspronkelijke contract tussen de provincie en Ethias of de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance Ethias. De bijakte resulteert dus in een nieuwe 7 Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 8/18

9 overeenkomst tussen de Vlaamse overheid en de pensioeninstelling binnen de bestaande overheidsopdracht. Het is mogelijk om in deze bijakte ook andere wijzigingen aan het contract op te nemen (voor zover wettelijk toegelaten), maar indien gewenst kunnen deze wijzigingen ook het voorwerp van een afzonderlijke bijakte tussen enkel de Vlaamse Overheid en Ethias of de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance Ethias uitmaken, die pas achteraf wordt gesloten. Zo zou men bijvoorbeeld de regeling omtrent de verhogingen van de percentages kunnen aanpassen, indien dit gewenst zou zijn en voor zover dit geen wezenlijke wijziging zou betreffen (zie arrest Pressetext, draaiboek afslanking provincies). Met betrekking tot Provant De provincie Antwerpen heeft aangegeven dat de Vlaamse overheid zou kunnen toetreden tot het pensioenfonds. De overeenkomst met het pensioenfonds moet dan wel als een overheidsopdracht worden beschouwd. Terwijl lokale besturen van de provincie Antwerpen mogelijks via de in houseuitzondering kunnen toetreden tot het fonds zonder een overheidsopdrachtopdracht uit te schrijven, lijkt dit voor de Vlaamse Overheid niet het geval te zijn. Er kan echter wel een beroep gedaan worden op de feitelijke monopoliepositie van het pensioenfonds. In geval van het bestaan van een monopolie is het mogelijk om op basis van een onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking de opdracht te gunnen aan de monopolist, zonder de mededinging te laten spelen. Hierbij is het echter vereist dat het pensioenfonds dan werkelijk de enige marktspeler is (op Europees vlak) die de opdracht zou kunnen uitvoeren. Aangezien de aansluiting bij dit specifieke pensioenfonds zodanig in de arbeidsovereenkomst van de betrokken personeelsleden vervat zit, kunnen zij hieruit rechten putten en moeten zij bijgevolg aangesloten blijven bij het pensioenfonds. 2.4 CONCLUSIE Samengevat kan gesteld worden dat de werkgroep pensioenen adviseert om door de grote verscheidenheid tussen de pensioenplannen onderling, de vijf bestaande pijlers over te nemen en elk uitgekanteld personeelslid het behoud van het 2de pijlerpensioenvoordeel te garanderen zoals hij het genoot bij het provinciebestuur van herkomst. Op deze manier zullen individuele personeelsleden geen financiële nadelen ondervinden en kan zo dicht mogelijk aangesloten worden bij de huidige kostprijs. De werkgroep pensioenen stelt tevens vast dat zowel wat de contracten met Ethias of de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance Ethias betreft als Provant, de Vlaamse overheid deze contracten kan overnemen m.b.t. de over te dragen personeelsleden. Naast de juridische overwegingen in het kader van de wetgeving overheidsopdrachten, dienen echter ook andere elementen in ogenschouw genomen te worden. Zo dient er bekeken te worden of de financieringsmechanismen van de provinciale pensioenplannen bij Ethias of de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance Ethias ook economisch houdbaar zijn voor de kleinere afgescheiden groep van overgedragen personeelsleden. De werkgroep pensioenen stelt voor dat dit verder bilateraal wordt opgenomen tussen de Vlaamse overheid en de experten van Ehtias of de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance Ethias. Vanuit de provinciale ambtelijke delegaties wordt aangedrongen op een garantie op het behoud van de 2 e pijler voor de contractuelen die naar lokale besturen of verzelfstandigde entiteiten gaan. Zonder ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 9/18

10 de verdere onderhandelingsmarge waarover de lokale besturen en private partners ten aanzien van hun eigen vakbondsdelegaties beschikken te willen beknotten, is de werkgroep pensioenen van mening dat de billijkheid voorschrijft dat individuele personeelsleden geen financiële nadelen mogen ondervinden van de overdracht. ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 10/18

11 3 Effecten pensioenen statutairen 3.1 OVERDRACHTEN VANUIT PROVINCIES AANGESLOTEN BIJ GESOLIDARISEERD PENSIOENFONDS De overdracht van statutair personeel vanuit de provincies die aangesloten zijn bij het gesolidariseerd pensioenfonds zal een impact hebben op de Vlaamse overheid enerzijds onder de vorm van een zogenaamde pensioenboete en anderzijds op de responsabiliseringsbijdrage van de provincies en de ontvangende lokale besturen Pensioenboete Vlaamse overheid De wet van 24 oktober voorziet in bepalingen in geval van herstructureringen. Meer bepaald voorziet artikel 24 in een tweeledige zogenaamde pensioenboete voor de werkgever aan wie personeel wordt overgedragen en die niet is aangesloten bij het gesolidariseerd pensioenfonds Pensioenboete luik 1 Het eerste luik van de pensioenboete (artikel 24 1) bestaat erin dat wanneer personeel van een provinciaal bestuur aangesloten bij het GPF wordt overgeheveld naar een werkgever die niet bij het GPF is aangesloten, deze nieuwe werkgever dient bij te dragen in de last van de rust en overlevingspensioenen van de personeelsleden van het provinciaal of plaatselijk bestuur die gepensioneerd werden vóór de overdracht. De bijdrage van de nieuwe werkgever is verschuldigd vanaf de datum van de overdracht en wordt jaarlijks vastgesteld. De bijdrage blijft verschuldigd net zolang er gepensioneerden zijn die voor de overdracht op rust werden gesteld. De bijdrage wordt berekend door de lopende pensioenlast van de personeelsleden die gepensioneerd werden voor de overdracht te vermenigvuldigen met een coëfficiënt die gelijk is aan de verhouding tussen de loonmassa van het vastbenoemde overgehevelde personeel en de totale vastbenoemde loonmassa van het provinciaal of plaatselijk bestuur op het ogenblik van de overdracht. De nieuwe werkgever die personeel heeft overgenomen draagt dus bij in de lopende pensioenen van voor de overdracht in verhouding tot het aantal overgedragen personeelsleden. De pensioenboete luik 1 voor 2018 wordt door de FPD geraamd op Tijdens 2018 zal de VO de kwartaalvoorschotten van één vierde van het geraamde jaarbedrag aan de FPD verschuldigd zijn, waarna de definitieve eindafrekening volgt in Pensioenboete luik 2 Het tweede luik van de pensioenboete (artikel 24 2) komt erop neer dat vanaf de ingangsdatum van het pensioen van het overgehevelde personeelslid, het pensioen of pensioenaandeel van het overgehevelde personeelslid dat niet langer is aangesloten bij het GPF, ten laste is van de nieuwe werkgever. In geval van een pensioenaandeel wordt dit berekend overeenkomstig de bepalingen van de wet van 14 april De wet van 14 april 1965 tot vaststelling van een zeker verband tussen de onderscheiden pensioenregelingen van de openbare sector voorziet dat het bedrag van het rustpensioen verdeeld wordt onder de verschillende openbare werkgevers waar een personeelslid tewerk gesteld werd 8 Wet van 24 oktober 2011 tot vrijwaring van een duurzame financiering van de pensioenen van de vastbenoemde personeelsleden van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten en van de lokale politiezones, tot wijziging van de wet van 6 mei 2002 tot oprichting van het fonds voor de pensioenen van de geïntegreerde politie en houdende bijzondere bepalingen inzake sociale zekerheid en houdende diverse wijzigingsbepalingen ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 11/18

12 tijdens zijn volledige carrière. Iedere openbare werkgever dient zijn aandeel in het rustpensioen terug te betalen aan de overheid die het uiteindelijke pensioen betaalt (= wettelijke pensioenaandelenregeling). Voor het overgehevelde provinciepersoneel zal, ingevolge artikel 24, 2 van de wet van 24 oktober 2011 echter geen pensioenaandeel voor de bij het GPF aangesloten jaren kunnen opgehaald worden, maar zal dit ten laste komen van de nieuwe werkgever naar waar het provinciepersoneel werd overgeheveld. Wanneer dus een overgeheveld personeelslid met bijvoorbeeld 35 jaar dienst bij het provinciebestuur na 5 jaar in dienst van de Vlaamse overheid gepensioneerd wordt in de hoedanigheid van Vlaams ambtenaar, zal de federale staatskas, die instaat voor de pensioenen van de Vlaamse ambtenaren, slechts instaan voor de 5 gewerkte jaren in dienst van de Vlaamse overheid. De 35 gewerkte jaren in dienst van de provincie zullen worden verhaald op de Vlaamse overheid. Deze pensioenlast zal dus niet ten laste zijn van de provincies. Uitgaande dat er van de 4 betrokken provincies, 127 statutairen worden overgeheveld naar de DVO, en van de hypothese dat de gemiddelde kost van pensioenaandelen per jaar bedraagt, kan de kost geraamd worden op maximaal Ook deze kost zal pas vanaf 2019 gefactureerd worden, en zal in het begin slechts een fractie van dit bedrag zijn Responsabiliseringsbijdrage provincies en ontvangende lokale besturen De overdracht van de statutaire personeelsleden aan de Vlaamse overheid en aan de lokale besturen zal ook een invloed hebben op de responsabiliseringsbijdrage van de provincies en van de lokale besturen. Enerzijds wordt de pensioenboete luik 1 VO in mindering gebracht van de totale pensioenlast van de provincie wat zorgt voor een lichte daling van de responsabiliseringsbijdrage van de provincie. Anderzijds zorgt de overdracht naar lokale besturen die ook aangesloten zijn bij het GPF voor een stijging van de responsabiliseringsbijdrage van de provincies. Dit kan echter ondervangen worden door het afsluiten van een pensioenlastconvenant tussen de provincie en het ontvangend lokaal bestuur waarin overeen kan gekomen worden om (een veelal proportioneel) deel van de pensioenlast mee over te dragen zodat dit wordt toegerekend aan het ontvangend lokaal bestuur. Ook over de verdeling van toekomstige pensioenlasten kan een pensioenconvenant worden afgesloten. De overdracht dient vooraf gesignaleerd te worden aan de FPD. De FPD maakte volgende ramingen op van de responsabiliseringsbijdrages van de provincies: Tabel 2 Raming respobijdrage provincie Limburg Provincie Respobijdrage Limburg zonder overdracht Respobijdrage na overdracht met pensioenlastconventie Respobijdrage na overdracht zonder pensioenlastconventie ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 12/18

13 Tabel 3 Raming respobijdrage provincie Antwerpen Provincie Respobijdrage Antwerpen zonder overdracht Respobijdrage na overdracht met pensioenlastconventie Respobijdrage na overdracht zonder pensioenlastconventie Tabel 4 Raming respobijdrage provincie Oost-Vlaanderen Provincie Oost- Vlaanderen Respobijdrage zonder overdracht Respobijdrage na overdracht met pensioenlastconventie Respobijdrage na overdracht zonder pensioenlastconventie Tabel 5 Raming respobijdrage provincie West-Vlaanderen Provincie West- Vlaanderen Respobijdrage zonder overdracht Respobijdrage na overdracht met pensioenlastconventie Respobijdrage na overdracht zonder pensioenlastconventie Advies werkgroep pensioenen De werkgroep pensioenen is het erover eens dat het afsluiten van een pensioenlastconventie tussen de afgevende provincie en het ontvangend lokaal bestuur de enige neutrale en meest rechtvaardige regeling is. 3.2 OVERDRACHTEN VANUIT DE PROVINCIE VLAAMS-BRABANT Pensioenwaarborg statutaire personeelsleden Vlaams-Brabant De provincie Vlaams-Brabant is voor haar statutaire personeelsleden niet bij het gesolidariseerd pensioenfonds aangesloten. Er bestaat een eigen pensioenfonds (Ethias) met een doorgaans voordeliger overheidspensioen (gemiddeld 15%). Dit voordeliger pensioenregime was reeds van toepassing op de personeelsleden van de provincie Brabant. Het Samenwerkingsakkoord van 30 mei 1994 tussen de federale overheid, de Vlaamse Gemeenschap, het Vlaamse Gewest, de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voorzag onder meer in een pensioenwaarborg voor de personeelsleden die werden overgeheveld naar de provincie Vlaams- Brabant, de provincie Waals-Brabant, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Gemeenschapscommissies. Bij de recente overheveling van een deel van het voormalig provinciaal onderwijs vanuit de Vlaamse Gemeenschapscommissie naar het gemeenschapsonderwijs werd ook bij ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 13/18

14 deze tweede overheveling de pensioenwaarborg gegarandeerd onder dezelfde voorwaarden als oorspronkelijk. Deze laatste regeling werd uitgewerkt in artikel 85ter van de wet van 20 juli 1991 (ingevoegd bij artikel 24 van de wet van 5 mei 2014).Bij de geplande overheveling van ambtenaren van de provincie Vlaams-Brabant naar de Vlaamse overheid, zouden deze personeelsleden zonder verder wettelijk ingrijpen, dit voordeliger overheidspensioen verliezen. Het lijkt de werkgroep gelet op de precedenten billijk dat deze personeelsleden ook na de overdracht de voor hun voordeligere regeling zouden kunnen behouden. Aldus zal een federale wetswijziging nodig zijn om voor de uitgekantelde personeelsleden een waarborgregeling uit te werken. In de federale bepalingen zal tevens dienen opgenomen te worden wie zal instaan voor de financiering van het supplement dat de voordeliger regeling bovenop het regulier ambtenarenpensioen genereert. Uit simulaties van Ethias (zie bijlage 2) blijkt dat de kostprijs van dit supplement in bedraagt en in 2046 gestegen zal zijn tot , en dit zowel voor de verleden als toekomstige loopbaan. Waar de supplementen in 2014 in de federale wet ten laste werden gelegd van het afgevend bestuur, met name de Vlaamse Gemeenschapscommissie, is het de vraag van de ambtelijke delegatie van Vlaams-Brabant om de supplementen in het kader van de voorliggende overheveling, ten laste te laten vallen van de Vlaamse overheid, aangezien de Vlaamse overheid initiatiefnemer is van de afslanking Pensioenlasten provincie Vlaams-Brabant De ambtelijke delegatie van Vlaams-Brabant is van mening dat wat de overname van de provinciale personeelsleden en hun pensioenen betreft de provincie Vlaams-Brabant ongelijk behandeld wordt. De vier andere provincies zijn allemaal aangesloten bij het gesolidariseerd pensioenfonds en zoals eerder geschetst betaalt de Vlaamse overheid na de overdracht van hun statutaire personeelsleden een tweeledige pensioenboete. Voor de vier betrokken provincies resulteert de overheveling in een vermindering van hun toekomstige pensioenlasten op voorwaarde dat de effecten van de overdrachten naar de steden worden geneutraliseerd door middel van een pensioenconvenant. Vanuit Vlaams-Brabant is in de zomer van 2016 geen bedrag voor de pensioenfinanciering doorgegeven omdat de combinatie van eigen pensioenlasten en historische pensioenlasten voor de provincie ex-brabant voor een bijzonder complex beeld zorgt. Bij Vlaams-Brabant is daarom in de verevening geopteerd om de middelen voor het betalen van de pensioenlasten bij de provincie te laten vanuit de veronderstelling dat ze hiermee dan ook in de toekomst de lopende pensioenlasten zouden kunnen dragen. Volgens de provincie Vlaams-Brabant wordt ze in de huidige regeling benadeeld ten opzichte van de andere provincies, omdat zij niet op dezelfde manier gecompenseerd wordt inzake de pensioenboete die de federale overheid aan de Vlaamse overheid oplegt. Concreet vraagt Vlaams-Brabant: naar analogie met de pensioenboete luik 1: overname door Vlaanderen van 5,62% (aandeel overgedragen loonmassa op totale loonmassa) van: de historische pensioenlasten van de provincie ex-brabant, geopend voor 01/01/1995, waarvan Vlaams-Brabant 35% ten laste neemt; de lopende pensioenlasten van de provincie Vlaams-Brabant geopend na 01/01/1995; de lopende pensioencomplementen onderwijs die ten laste zijn van de provincie Vlaams- Brabant; = totale pensioenboete luik 1 = voor , afnemend tot in 2046 ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 14/18

15 naar analogie met de pensioenboete luik 2: geen wettelijke pensioenaandelenregeling in de zin van de wet van 14 april 1965 tot vaststelling van een zeker verband tussen de onderscheiden pensioenregelingen van de openbare sector, maar overname door Vlaanderen van: de pensioenaandelen van de overgedragen personeelsleden voor de gewerkte periode in dienst van de provincie Vlaams-Brabant = totale pensioenboete luik 2 = voor , oplopend tot in Omdat bij de vier andere provincies eveneens de bijdrage aan het GPF ten belope van 34% van de bruto loonmassa in de verevening naar de Vlaamse overheid werd overgedragen, zou dit dan ook bij Vlaams-Brabant verrekend worden in de compensatie van bovenvermelde pensioenboete. Voor het jaar 2018 zou de compensatie die wordt gevraagd ,54 bedragen uitgaande van een over te nemen pensioenlast van ,00 en over te nemen pensioenbijdrages van ,46. De overname door Vlaanderen van deze historische, lopende en toekomstige pensioenlasten zou dan vermoedelijk ook geregeld dienen te worden in de federale bepalingen die de waarborgregeling en de financiering van het voordeliger ambtenarenpensioen voor de overgedragen personeelsleden vast stellen. Vanuit de Vlaamse delegatie worden volgende bemerkingen gemaakt: De pensioenboete die aan de Vlaamse overheid wordt opgelegd is een mechanisme dat er in de eerste plaats voor moet zorgen dat de solidariteit van het gesolidariseerd pensioenfonds van de lokale en provinciale besturen in stand wordt gehouden. De positieve effecten op de pensioenlasten zijn het gevolg van de combinatie van de pensioenboete met het mechanisme van de responsabiliseringsbijdrage. Mocht een van de provincies nu geen responsabiliseringsbijdrage betalen, dan zou ze ook geen positief effect ondervinden op haar pensioenlasten. In dat licht is de Vlaamse delegatie dan ook van mening dat in de huidige werkwijze besturen die in een gelijke situatie verkeren wel degelijk op een gelijke manier worden behandeld. Tot slot wordt het totale positieve effect op de pensioenlasten van de vier provincies in het GPF geraamd op Ter vergelijking wordt het saldo van de over te nemen lopende pensioenlast en de over te nemen pensioenbijdrages voor de provincie Vlaams-Brabant geraamd op , EFFECTEN DOOR STATUTAIRE TEWERKSTELLING BINNEN VLAAMSE OVERHEID Responsabiliseringsbijdrage gemeenschappen en gewesten De Vlaamse overheid betaalt voor zijn statutaire ambtenaren wiens pensioenen gefinancierd worden door de federale staatskas geen rechtstreekse pensioenbijdragen. Daar staat tegenover dat de Vlaamse overheid een stijgende responsabiliseringbijdrage betaalt aan de federale staatskas voor haar statutaire ambtenaren die in mindering wordt gebracht van de middelen die de federale overheid doteert. Voor de begrotingsjaren 2015 tot en met 2020 ligt de jaarlijks verschuldigde bijdrage vast en zal de overdracht van statutaire provinciale ambtenaren aan de Vlaamse overheid op 01/01/2018 geen bijkomend effect ressorteren. Vanaf 2021 zal echter een bijdrage op de loonmassa verschuldigd zijn die tegen 2028 gestegen is tot het percentage van het pensioenstelsel voor werknemers, thans 8,86%. Een verhoging van de ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 15/18

16 statutaire loonmassa ten gevolge van de overdracht van statutaire provinciepersoneel zal dus vanaf 2021 zorgen voor een verhoogde bijdrage Bijdrages pool der parastatalen De agentschappen met rechtspersoonlijkheid zijn voor de pensioenen van hun statutaire ambtenaren in de regel aangesloten bij de pool der parastatalen, zo ook Agentschap Sport Vlaanderen en het VAPH. Voor de statutaire personeelsleden zal een werkgeversbijdrage betaald dienen te worden die voor het jaar 2018 geraamd wordt op 38%. ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 16/18

17 4 Samenvatting 4.1 AANVULLENDE PENSIOENPIJLER De werkgroep pensioenen adviseert om door de grote verscheidenheid tussen de pensioenplannen onderling, de vijf bestaande pijlers over te nemen en elk personeelslid het behoud van het 2de pijlerpensioenvoordeel te garanderen zoals hij het genoot bij het provinciebestuur van herkomst. Op deze manier zullen individuele personeelsleden geen financiële nadelen ondervinden en kan zo dicht mogelijk aangesloten worden bij de huidige kostprijs. De werkgroep pensioenen stelt tevens vast dat zowel wat de contracten met Ethias of de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance Ethias betreft als Provant, de Vlaamse overheid deze contracten kan overnemen m.b.t. de over te dragen personeelsleden. Naast de juridische overwegingen in het kader van de wetgeving overheidsopdrachten, dienen echter ook andere elementen in ogenschouw genomen te worden. Zo dient er bekeken te worden of de financieringsmechanismen van de provinciale pensioenplannen bij Ethias of de tijdelijke handelsvennootschap Belfius Insurance Ethias ook economisch houdbaar zijn voor de kleinere afgescheiden groep van overgedragen personeelsleden. De werkgroep pensioenen stelt voor dat dit verder bilateraal wordt opgenomen tussen de Vlaamse overheid en de experten van Ehtias. 4.2 RESPONSABILISERINGSBIJDRAGE GFP De werkgroep pensioenen is het erover eens dat het afsluiten van een pensioenlastconventie tussen de afgevende provincie en het ontvangend lokaal bestuur de enige neutrale en meest rechtvaardige regeling is. 4.3 PENSIOENWAARBORG VLAAMS-BRABANT Het lijkt de werkgroep gelet op de precedenten billijk dat deze personeelsleden ook na de overdracht de voor hun voordeligere regeling zouden kunnen behouden. Aldus zal een federale wetswijziging nodig zijn om voor deze personeelsleden een waarborgregeling uit te werken. ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 17/18

18 Bijlages 1. Presentatie Federale pensioendienst Impact afslanking provincies op responsabiliseringsbijdrage 2. Berekening voorstel Vlaams-Brabant ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Afslanking provincies 18/18

19 Het Gesolidariseerde pensioenfonds van de provinciale en plaatselijke besturen Afslanking provincies werkgroep pensioenen Federale Pensioendienst 28 maart maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 1

20 2 Inhoudstafel Gesolidariseerde pensioenfonds van de provinciale en plaatselijke besturen vanaf Pensioenbijdragen vastbenoemden Basispensioenbijdrage Responsabiliseringsbijdrage Impact van herstructurering op pensioenfinanciering Ramingen Overname pensioenverplichtingen ( pensioenboete ) Pensioenlastconventie 14/3/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 2

21 Het gesolidariseerde pensioenfonds van de provinciale en plaatselijke besturen vanaf maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 3

22 Gesolidariseerde pensioenfonds vanaf Wet van tot vrijwaring van een duurzame financiering van de pensioenen van de vastbenoemde personeelsleden van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten en van de lokale politiezones, tot wijziging van de wet van 6 mei 2002 tot oprichting van het fonds voor de pensioenen van de geïntegreerde politie en houdende bijzondere bepalingen inzake sociale zekerheid en houdende diverse wijzigingsbepalingen (B.S., 3 november 2011). Inwerkingtreding op 1 januari /2/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 4

23 Gesolidariseerde pensioenfonds vanaf Ambtshalve aansluiting van alle provinciale en plaatselijke besturen geldt zonder uitzondering voor besturen aangesloten bij pools 1 en 2 op geldt zonder uitzondering voor lokale besturen die nieuw worden opgericht na en statutair personeel tewerkstellen (o.a. hulpverleningszones, OCMW-verenigingen, AGB s, ) In principe ook aansluiting van besturen aangesloten bij pools 3 en 4 op tenzij bestuur de aansluiting weigerde met aangetekend schrijven aan de Minister van Pensioenen (= respect lokale autonomie) bij aansluiting: overname pensioenlasten ten belope van betaalde (basis)pensioenbijdragen in aansluitingsjaar 20/2/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 5

24 5 Vlaamse provincies West-Vlaanderen + Oost-Vlaanderen: aangesloten sedert 2016 Antwerpen: aangesloten sedert 2008 Limburg: aangesloten sedert 2012 Vlaams-Brabant : niet aangesloten 28 maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 6

25 Gesolidariseerde Pensioenfonds Repartitiestelsel gebaseerd op solidariteit en responsabilisering Aansluiting bij het Fonds is onherroepelijk 28 maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 7

26 Pensioenbijdragen vastbenoemden 8 28 maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 8

27 Basispensioenbijdrage - responsabiliseringsbijdrage 9 (Solidaire) basispensioenbijdrage verschuldigd door alle besturen met actief vastbenoemd personeel (= aanwezigheid statutaire loonmassa) Responsabiliseringsbijdrage verschuldigd door sommige besturen (+/-1/3 e van totaal aantal) Indien onvoldoende actieve vastbenoemden in verhouding tot gepensioneerde vastbenoemden 20/2/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 9

28 Basispensioenbijdrage maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 10

29 11 Basispensioenbijdrage (1/4) = Percentage van het loon vastbenoemden (dat aan pensioenbijdragen onderworpen is) Tot en met 2016 vastgelegd in wet Vanaf 2017 elk jaar vastgelegd door Minister van Pensioenen na voorstel Beheerscomité Uiterlijk op 1 oktober meegedeeld aan elk bestuur definitief voor 3 e volgende jaar indicatief voor 4 e, 5 e en 6 e volgende jaar 20/2/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 11

30 12 Basispensioenbijdrage (2/4) Wettelijke basispensioenbijdrage bestaat uit werknemersbijdrage van 7,50% werkgeversbijdrage verschillend tot en met 2015 naargelang vroegere pool uniform vanaf 2016 (ongeacht vroegere pool) 34% in 2016, 2017, 2018 en 2019 Effectieve basispensioenbijdrage verlaging van wettelijke basispensioenbijdrage door inzetten reserves 20/2/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 12

31 13 Wettelijke basispensioenbijdrage (3/4) Wettelijke basispensioenbijdrage Jaar ex-pool 1 ex-pool 2 ex-pools 3 & 4 Lokale politie (ex-pool 5) Hulpverleningszone (2012) 34% 41% 34% of 41% 31% / % 41% 40% of 41% 40% 41% ,50% ,50% ,50% ,50% 20/2/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 13

32 14 Effectieve basispensioenbijdrage (4/4) Effectieve basispensioenbijdrage Jaar ex-pool 1 ex-pool 2 ex-pools 3 & 4 Lokale politie (expool 5) Hulpverleningszone (2012) 32,50% 40,50% 33% of 40,50% 29% / % 41% 39,50% of 41% 38,50% 39,50% of 41% % 41,50% % 41,50% ,50% 41,50% ,50% 41,50% 20/2/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 14

33 Responsabiliseringsbijdrage maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 15

34 16 Algemeen principe (1/8) Provinciaal of plaatselijk bestuur dat aantal vastbenoemden sterk verminderde of geen vastbenoemden meer in dienst heeft, wentelt de eigen pensioenlast af op andere besturen Bestuur aansprakelijk stellen via responsabiliseringsbijdrage (RB) 20/2/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 16

35 17 Berekening responsabiliseringsbijdrage (2/8) Jaarafsluiting van het GPF: indien inkomsten < uitgaven = globaal tekort Berekening van een uniforme responsabiliseringscoëfficiënt voor alle geresponsabiliseerde besturen (RC) Berekening van RB per bestuur waarvan eigen pensioenlast > betaalde basispensioenbijdragen 20/2/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 17

36 18 Wanneer verschuldigd? (3/8) Zijn de wettelijk te betalen basispensioenbijdragen hoger dan pensioenlast vroegere vastbenoemden? JA NEEN Bestuur is geen responsabiliseringsbijdrage verschuldigd Bestuur is responsabiliseringsbijdrage verschuldigd 20/2/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 18

37 19 Wanneer verschuldigd? (4/8) De responsabiliseringsbijdrage wordt in jaar X+1 gefactureerd aan elk bestuur waarvan: de eigen basispensioenbijdragen in jaar X = percentage wettelijke basispensioenbijdrage vermenigvuldigd met loon van actieve vastbenoemden KLEINER was dan de eigen pensioenlast in jaar X = de rust- en overlevingspensioenen van vroegere vastbenoemden 20/2/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 19

38 20 Factuur (5/8) Responsabiliseringsfactuur wordt verstuurd in september van het jaar X + 1 Responsabiliseringsbijdrage door bestuur te betalen uiterlijk op 31 december van het jaar X +1" 20/2/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 20

39 21 Volledige responsabilisering (6/8) Volledige responsabilisering als bestuur geen vastbenoemden meer in dienst heeft eigen pensioenlast 100% geresponsabiliseerd responsabiliseringsbijdrage = eigen pensioenlast 20/2/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 21

40 22 Gedeeltelijke responsabilisering (7/8) Gedeeltelijke responsabilisering als bestuur nog vastbenoemden in dienst heeft eigen pensioenlast gedeeltelijk geresponsabiliseerd solidariteit draagt deel pensioenlast bestuur Responsabiliseringscoëfficiënt bepaalt: gedeelte in pensioenlastexcedent dat bestuur zelf betaalt gedeelte in pensioenlastexcedent dat door GPF gefinancierd wordt Responsabiliseringscoëfficiënt in principe niet minder dan 50% in jaren verminderd ingevolge inzet reserves in 2012: 36,97 %; 2013: 38,26 % en 2014: 39,24 % 20/2/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 22

41 Voorbeeld gedeeltelijke responsabilisering jaar 2015 (8/8) 23 Loonmassa bestuur ex-pool 1: Pensioenlast bestuur ex-pool 1: Basisbijdrage: x 40% = Basisbijdrage na korting: x 38% = Responsabilisering: ( ) x 50% = Responsabilisering na korting: ( ) x 45,41% = Totaal te betalen: = /2/ maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 23

42 Impact van herstructurering op pensioenfinanciering maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 24

43 2 mogelijke scenario s Overdracht van (deel van) activiteiten en statutair personeel naar bestuur dat niet aangesloten is bij het GPF Overname pensioenverplichtingen («pensioenboete») Overdracht van (deel van) activiteiten en statutair personeel naar bestuur dat wel aangesloten is bij GPF Mogelijkheid tot overdracht van pensioenlasten (pensioenlastconventie) 28 maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 25

44 Overname pensioenverplichtingen (zogenaamde «pensioenboete») maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 26

45 1 e luik pensioenboete Herstructurering tussen bestuur aangesloten bij het GPF (= overdragend bestuur) en bestuur niet aangesloten bij het GPF (= overnemend bestuur) Vlaamse overheid = niet aangesloten bestuur Overnemend bestuur moet proportioneel bijdragen in lopende pensioenlasten van overdragend bestuur op datum van herstructurering 28 maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 27

46 1 e luik pensioenboete: berekening Eerst neemt men een foto van de gepensioneerden van overdragend bestuur op datum van herstructurering bv. pensioenlast van 5 miljoen EUR op jaarbasis Proportionele bijdrage = verhouding van de aan pensioenbijdragen onderworpen loonmassa van de overgedragen vastbenoemden ten opzichte van de totale vastbenoemde loonmassa van het overdragend bestuur in 4 kwartalen voorafgaand aan overdracht (= coëfficiënt) bv. 10% Toepassing van deze coëfficiënt op voormelde pensioenlast voor elk jaar na de herstructurering (geleidelijke afname in de tijd) bv EUR in 1 e jaar, in 2 e jaar, 28 maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 28

47 1 e luik pensioenboete Impact op responsabiliseringsbijdrage overdragend bestuur Pensioenlast gedekt door 1 e luik van de pensioenboete wordt niet in rekening gebracht bij responsabiliseringsbijdrage (zo niet dubbele financiering) bv. bij berekening respo. bijdrage overdragend bestuur voor jaar herstructurering wordt pensioenlast van 4,5 miljoen EUR in aanmerking genomen (= 5 miljoen EUR EUR) 28 maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 29

48 2 e luik pensioenboete Overnemend bestuur moet bijdragen in toekomstige pensioenlasten van overgedragen (actieve) vastbenoemde personeelsleden (Toekomstige) pensioenaandelen m.b.t. de diensten gepresteerd bij overdragend bestuur komen ten laste van het overnemend bestuur Gesolidariseerde pensioenfonds komt er niet in tussen Bv. personeelslid met 22,5 jaar dienst bij overdragend bestuur en 22,5 jaar dienst bij overnemend bestuur: helft pensioen ten laste van overnemend bestuur Zware financiële last die aanvankelijk toeneemt in de tijd 28 maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 30

49 Pensioenlastconventie maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 31

50 Pensioenlastconventie Herstructurering tussen 2 besturen aangesloten bij het Gesolidariseerde pensioenfonds Impact op responsabiliseringsbijdrage van overdragend én overnemend bestuur Oplossing: overdragen van een deel van de vastbenoemde personeelsleden Overdragen van een deel van de lopende en/of toekomstige pensioenlast via een conventie Afwijking op de wettelijke regel van proportionele verdeling van pensioenlast in functie van de gepresteerde diensttijd bij elk werkgever maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 32

51 Ramingen maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 33

52 Pensioenboete Vlaamse Overheid maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 34

53 28 maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 35 35

54 28 maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 36 36

55 28 maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 37 37

56 28 maart 2017 Via Beeld > Koptekst en voettekst kan je de voettekst ingeven 38 38

57

58