De verandering in kwaliteit van leven van obese ouderen tijdens een gewichtsverliesprogramma

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De verandering in kwaliteit van leven van obese ouderen tijdens een gewichtsverliesprogramma"

Transcriptie

1 De verandering in kwaliteit van leven van obese ouderen tijdens een gewichtsverliesprogramma 16 januari 2012 Hogeschool van Amsterdam Nicolien Broersen & Astrid Bobeldijk Bacheloropleiding Voeding & Diëtetiek Hogeschool van Amsterdam Nummer afstudeerproject: (A) Afstudeerbedrijf: Voedingslab (Hogeschool van Amsterdam) in samenwerking met Vialente (diëtistenpraktijk), ManualFysion (fysiotherapiepraktijk), ClubWest (sportschool) en Danone Research.

2 De verandering in kwaliteit van leven van obese ouderen tijdens een gewichtsverliesprogramma Auteurs: Nicolien Broersen Astrid Bobeldijk Scholeksterstraat 27 Snaarmanslaan HM Groet 1815 SH Alkmaar Nummer afstudeerproject: (A) Opdrachtgever: Lector gewichtsmanagement, Dr. ir. Peter J.M. Weijs, in samenwerking met Danone Research Praktijkbegeleiders: Suzanne van der Plas en Tarana Haarsma Docentbegeleider: Ir. Amely M. Verreijen

3 Voorwoord In deze scriptie leest u de beschrijving van het onderzoek waar we met veel plezier aan hebben meegewerkt. Deze scriptie is geschreven ter afsluiting van ons afstudeerproject van de bacheloropleiding Voeding en Diëtetiek aan de Hogeschool van Amsterdam. Deze studie zou niet zo goed zijn verlopen zonder Tarana Haarsma, die het onderzoek in goede banen heeft geleid. Ook zijn we erg blij met het onderzoeksteam van fase II: Joni Beintema, Marlou Lasschuijt, Marleen Hobijn, Floor Hogenboom, Marlot Wijers en Iris Bras. Dankzij onze goede samenwerking is het onderzoek soepel verlopen en hebben we een gezellige tijd gehad. Ook Suzanne van der Plas zorgde voor gezelligheid en was onmisbaar wanneer één van de meetapparaten weigerde mee te werken. We willen onze docentbegeleider, Amely Verreijen, bedanken voor haar fijne begeleiding en gerichte feedback waar we erg veel aan hebben gehad. Ook willen we Peter Weijs bedanken voor zijn hulp en kritische blik. Nicolien Broersen & Astrid Bobeldijk Januari 2012

4 Samenvatting Achtergrond: De prevalentie van ouderen met obesitas in Nederland stijgt. Tijdens het ouder worden, verliezen ouderen spiermassa en kracht. Als dit gepaard gaat met obesitas, kan dit zorgen voor lichamelijk disfunctioneren, morbiditeit en mortaliteit. De huidige richtlijn voor het behandelen van volwassenen met overgewicht is niet gericht op het behouden van spiermassa bij ouderen. De combinatie eiwitinname en sporten lijkt een gunstig effect te hebben op de spiereiwitsynthese. Naar aanleiding van deze resultaten is The Muscle Preservation Study opgezet: een studie waarin obese ouderen gedurende 13 weken gaan afvallen met behulp van een laag calorisch dieet en krachttraining. In deze scriptie wordt gekeken naar het effect op de kwaliteit van leven van de obese ouderen tijdens het volgen van het gewichtsverliesprogramma. Methode: Er zijn 75 ouderen gescreend die voldeden aan de inclusiecriteria. Deze personen volgden 13 weken een afvalprogramma waarbij ze een dieet volgden, drie keer per week aan krachttraining deden en per week tien keer het studieproduct in de vorm van shakes moesten innemen. De ouderen ondergingen in week 0, 7 en 13 metingen waarbij hun lichaamssamenstelling werd gemeten en fysieke testen werden afgenomen. De deelnemers moesten bij elk van deze metingen de RAND-36 gezondheidstoestandvragenlijst inleveren. In totaal hadden 36 personen de vragenlijst ingevuld bij de baseline- en eindmeting. Aan de hand van deze vragenlijst werd in deze scriptie de kwaliteit van leven van de ouderen geëvalueerd. Daarnaast is met behulp van de 400 meter wandeltest en de stoeltest het fysiek functioneren van de ouderen geëvalueerd. Resultaten: De 36 obese ouderen zijn significant gewicht verloren. Het gemiddelde ± SD gewichtsverlies was -3,7 ± 3,1 kg. Ook de BMI van de deelnemers is significant verlaagd. Het percentage vetmassa is significant afgenomen (-2,3 ± 4,1%), net zoals het aantal kg vetmassa (- 3,6 ± 4,3 kg). Het percentage vetvrije massa is significant gestegen (2,2 ± 4,2%). De kwaliteit van leven van de deelnemers is niet significant gestegen, op één dimensie na. De deelnemers beoordeelden hun gezondheid in het algemeen, in vergelijking met een jaar geleden, significant beter. Bij de rest van de dimensies is geen verschil gevonden. De fysieke testen zijn bij de eindmeting verbeterd; de deelnemers hadden minder tijd nodig om de testen te voltooien. De tijden van de stoeltest en de 400 meter wandeltest zijn significant gedaald. Conclusie: De conclusie van dit onderzoek is dat de kwaliteit van leven van de deelnemers niet significant is verbeterd (op één dimensie na), ondanks dat hun lichaamssamenstelling gunstig is verbeterd. De fysieke testen zijn wel sneller afgelegd. Trefwoorden: kwaliteit van leven, RAND-36, obese ouderen, gewichtsverlies.

5 Inhoudsopgave 1. Inleiding Aanleiding en probleemstelling Literatuurachtergrond en hypothese 6 2. Methoden De doelgroep De onderzoeksopzet De metingen Statistiek Resultaten Kenmerken deelnemers bij de baselinemeting Verschillen tussen de baselinemeting en eindmeting Discussie Conclusie 23 Literatuurlijst 24 Bijlagen Bijlage I Bijlage II De RAND-36 gezondheidstoestandvragenlijst Tabel: Gemiddelden en standaarddeviaties van de referentie, schaalscores vergeleken met de resultaten van de RAND-36 van de deelnemers bij de baselinemeting en eindmeting.

6 1. Inleiding 1.1 Aanleiding en probleemstelling De prevalentie van ouderen met obesitas in Nederland stijgt. Meer dan 15% van de mensen boven de 65 jaar hebben obesitas. 1 De verwachting is dat er in Nederland steeds meer oudere mensen bij komen, de zogenaamde vergrijzing. Van alle inwoners (ruim 16 miljoen mensen) zijn er bijna 2,5 miljoen ouderen (65+). Volgens de Nationale bevolkingsprognose van het Centraal Bureau voor de Statistiek zal in 2040 bijna 26% van de inwoners van Nederland 65+ zijn. Dit houdt in dat er in ,5 miljoen ouderen zijn. 2,3 Dit betekent dat, als het percentage ouderen met obesitas hetzelfde blijft, in 2040 ongeveer ouderen met obesitas zijn. Wat gebeurt er als deze obese ouderen af gaan vallen? Gewichtsverlies bij ouderen versnelt de spierafbraak en dat kan ervoor zorgen dat het lichamelijk functioneren daalt. Ouderen met obesitas zijn gebaat bij gewichtsverlies als ze zo min mogelijk spiermassa verliezen. Een hoge inname van eiwit (1,5 gram per kilogram lichaamsgewicht) stimuleert de aanmaak van spiereiwit en lijkt de vetvrije massa te behouden tijdens het afvallen. 4,5,6 Er is op dit moment een richtlijn voor het behandelen van volwassenen met obesitas. Dit document van het Centraal Begeleidingsorgaan (CBO) wordt echter niet toegespitst op ouderen; het is gericht op volwassenen in het algemeen. Deze richtlijn uit 2008 houdt geen rekening met het feit dat het bij ouderen erg van belang is dat hun spiermassa wordt behouden. In de overwegingen van de huidige richtlijn wordt er meegenomen dat onoordeelkundig afvallen bij ouderen gevaar oplevert door het afnemen van de spiermassa. Dit kan leiden tot conditie- en krachtverlies. Bij een gerichte aanpak kan wel een verbetering van de gezondheidstoestand optreden. 7 Daarom is het van belang dat de richtlijn voor het behandelen van obesitas meer toegespitst wordt op ouderen. Er zou in het huidige document een apart hoofdstuk gewijd kunnen worden aan het behandelen van obese ouderen, met specifiek aandacht voor spierbehoud. Een verschijnsel dat steeds meer voorkomt is sarcopene obesitas. Sarcopene obesitas kan omschreven worden als een combinatie van obesitas, lichamelijke inactiviteit en verminderde spiermassa of kracht bij oudere mensen. Deze mensen hebben te maken met leeftijdgerelateerde veranderingen in de samenstelling van het lichaam; het verlies van spiermassa en kracht tijdens het ouder worden. Dit proces wordt sarcopenie genoemd. Bij ouderen versterken obesitas en sarcopenie de effecten op het lichamelijk disfunctioneren, de morbiditeit en de mortaliteit. Met de leeftijd stijgt ook de prevalentie van sarcopenie en sarcopene obesitas. 8,9 Mede hierom is het belangrijk dat de spiermassa van ouderen blijft behouden. Naar aanleiding van de resultaten van verscheidene onderzoeken is in 2011 The Muscle Preservation Study opgezet door Danone Research, in samenwerking met het Voedingslab (Hogeschool van Amsterdam), Vialente (diëtistenpraktijk), ManualFysion (fysiotherapiepraktijk) en ClubWest (sportschool). Deze spierbehoudstudie onderzoekt of extra eiwitinname en krachttraining invloed heeft op het behouden van de spiermassa van de ouderen. De uitkomsten van dit onderzoek zouden bij kunnen dragen aan de ontwikkeling van de richtlijn voor het behandelen van obesitas bij ouderen. De combinatie eiwitinname en sporten blijkt een gunstig effect te hebben op de spiereiwitsynthese. 10,11 De deelnemers krijgen tijdens de studie drie keer per week krachttraining, dus dat heeft naar verwachting een gunstig effect op het spierbehoud doordat de afname van spiermassa hierdoor kan verminderen. 5

7 Al deze aspecten kunnen invloed hebben op de kwaliteit van leven van de ouderen. Kwaliteit van leven kan op meerdere aspecten worden beoordeeld, zoals sociaal functioneren en vitaliteit. Deze scriptie bekijkt het effect van het volgen van een gewichtsverliesprogramma op de kwaliteit van leven van de ouderen. Naar dit effect is nog weinig onderzoek gedaan, terwijl het wel relevant is. Het behouden van vetvrije massa is belangrijk en het behouden van kracht misschien nog wel meer. Fysiek functioneren, een dimensie voor het beoordelen van de kwaliteit van leven, is ook erg van belang voor ouderen. De probleemstelling is als volgt: Wat is de invloed van een gewichtsverliesprogramma op de kwaliteit van leven van obese ouderen? 1.2 Literatuurachtergrond en hypothese Voor het opstellen van de hypothese bij de gestelde probleemstelling is in de literatuur gezocht naar studies die onderzoek doen naar het effect van afvallen op de kwaliteit van leven. In deze paragraaf worden de studies beschreven en wordt een hypothese geformuleerd. Allereerst is het relevant om uit te leggen uit welke dimensies de kwaliteit van leven bestaat. Deze wordt bij volwassenen meestal getoetst met de RAND-36 gezondheidstoestandvragenlijst of met de Short Form Healthy Survey vragenlijst (SF-36 vragenlijst). Deze vragenlijsten beslaan het hele terrein van gezondheid en zijn niet gericht op specifieke ziektes. De vragenlijsten zijn bijna identiek; de RAND-36 is de Nederlandse versie van de Engelse SF-36 vragenlijst. De wijze van score verschilt wel iets. 12,13 De vragenlijsten bestaan uit 36 vragen, onderverdeeld in meerdere dimensies. De dimensies waarop wordt beoordeeld, zijn: - Fysiek functioneren (10 items); - Sociaal functioneren (2 items); - Mentale gezondheid (5 items); - Vitaliteit (4 items); - Pijn (2 items); - Rolbeperkingen door fysiek probleem (4 items); - Rolbeperkingen door emotioneel probleem (3 items); - Algemene gezondheidsbeleving (5 items); - Gezondheidsverandering (1 item). Per dimensie worden de scores opgeteld en getransformeerd naar een schaal van 0 tot 100. Een hogere score staat voor een betere gezondheidstoestand. Deze dimensies kunnen worden onderverdeeld in 2 componenten, namelijk het fysieke component en het mentale component. De dimensies worden gewogen opgeteld. De gewichten die hiervoor worden gebruikt, zijn gebaseerd op een regressievergelijking die in een Amerikaanse populatie is gemaakt. Er zijn nog geen Nederlandse getallen bekend. 14 Een gegeven dat invloed heeft op met name het fysiek functioneren is dat obese personen de neiging hebben om minder lichamelijk actief te zijn en dit zou kunnen bijdragen aan een verminderde spierkracht. Dit kan invloed hebben op verschillende dimensies van de kwaliteit van leven. 15 Er is in de literatuur gekeken naar resultaten van onderzoeken die het effect van gewichtsverlies op de kwaliteit van leven onderzochten. In tabel 1 staat een overzicht van deze onderzoeken en hieronder worden deze onderzoeken toegelicht. Verschillende onderzoeken hebben de kwaliteit van leven van ouderen en/of volwassenen onderzocht wanneer zij overgewicht of obesitas hebben en mee hebben gedaan aan een 6

8 programma om gewicht te verliezen. Uit een studie van Pan et al. 16 is gebleken dat obesitas bij ouderen kan leiden tot een verminderde kwaliteit van leven, die verbeterd kan worden door een interventie zoals een training of een dieet. In deze studie vonden ze significante verbeteringen binnen de verschillende dimensies (fysieke domein, psychologische domein, sociale relaties en omgeving) van de gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven. Uit een andere studie, van Villareal et al. 17 waar fysieke testen werden uitgevoerd binnen verschillende groepen (controlegroep, dieetgroep, trainingsgroep, dieet-trainingsgroep), is gebleken dat een combinatie van gewichtsverlies met training een verbetering laat zien in het fysieke functioneren bij oudere mensen. De onderzoeksgroep bestond uit ouderen van 65 jaar of ouder met obesitas. Deze studie lijkt het meest op de Muscle Preservation Study. De gemiddelde score op de fysieke testen bij de meting van een half jaar en een jaar na de baselinemeting waren verbeterd in alle groepen. De dieet-trainingsgroep, in vergelijking met de dieetgroep of de trainingsgroep is het sterkst verbeterd. De combinatie dieet en training bleek dus positief voor de fysieke gesteldheid van de deelnemers. Fysiek functioneren is een onderdeel van de kwaliteit van leven. In deze studie werd dus alleen gekeken naar het fysiek functioneren en niet naar de andere onderdelen van de kwaliteit van leven. Fontaine et al. 18 hebben gekeken naar de kwaliteit van leven aan het begin, eind en een jaar na een gewichtsverliesprogramma van 13 weken. De deelnemers waren tussen de 21 en 45 jaar en hebben licht tot matig overgewicht of obesitas (10-25 kg boven hun ideale gewicht). De verbetering op de kwaliteit van leven die meteen werd waargenomen na de behandeling werden alleen gehandhaafd na één jaar op de aspecten algemene gezondheid en vitaliteit. Uit dit onderzoek wordt geconcludeerd dat een behandeling met gewichtsverlies de kwaliteit van leven verbetert en dat ten minste enkele van deze voordelen worden gehandhaafd na één jaar. Er waren bij de meting na één jaar significante verbeteringen geconstateerd op het gebied van gewicht, fysiek functioneren, algemene gezondheid, vitaliteit, geestelijke gezondheid en rolbeperkingen door fysieke problemen. Significante verschillen van de nulmeting tot de follow-up zijn geconstateerd bij gewicht, algemene gezondheid en vitaliteit. De studie van Kolotkin et al. 19 heeft veranderingen in de kwaliteit van leven van obese patiënten bekeken in relatie tot gewichtsverlies. De kwaliteit van leven werd beoordeeld bij de intake en een jaar na follow-up. Er werd gemeten wat de invloed van het gewicht was op de kwaliteit van leven, met behulp van de Impact of Weight on Quality of Life vragenlijst (IWQOL-vragenlijst). Alle vijf de schalen van de IWQOL-vragenlijst en de totale score toonden statistisch significante verbeteringen ten opzichte van de periode van één jaar. Voor de totale score en voor drie van de vijf IWQOL-schalen (fysieke functioneren, zelfvertrouwen en seksuele leven) is er een relatie gevonden tussen gewichtsverlies en veranderingen op het gebied van de kwaliteit van leven. Er is een significant verband tussen het percentage gewichtsverlies voor alle schalen van de vragenlijst. Dit houdt in dat de kwaliteit van leven steeg, naarmate de deelnemers meer gewicht verloren. Fysieke functie en zelfvertrouwen werden het sterkst positief beïnvloed door gewichtsverlies. In een onderzoek naar sarcopene obesitas zijn meer dan personen in de leeftijdscategorie van jaar onderzocht. Deze studie laat zien dat gewone, dagelijkse activiteit een belangrijke determinant is van het lichamelijk functioneren. Obesitas komt twee tot drie keer vaker voor bij oudere mensen die minder dan 30 minuten per dag lopen in vergelijking met degenen die een hoger niveau van regelmatige activiteit hebben. Bovendien hangt een laag niveau van beweging sterk samen met verminderde prestaties in de activiteiten van het dagelijks leven. Ouderen die op hoge intensiteit trainen waardoor vetmassa afneemt en spiermassa toeneemt, presteren beter tijdens de activiteiten van het dagelijks leven. 20 7

9 Het op korte termijn uitoefenen van interventies bij ouderen heeft voordelen, waaronder het toenemen van vetvrije massa en het verminderen van vetmassa. Ook de tailleomtrek neemt af, net zoals de insulineresistentie en bloeddruk. 21,22,23 Gewichtsverlies veroorzaakt door regelmatig trainen is ook in verband gebracht met het verbeteren van het lichamelijk functioneren van kwetsbare ouderen. 24 Uit deze verschillende studies blijkt dat bij een gewichtsverliesprogramma met een training en een dieet de kwaliteit van leven kan verbeteren. Op basis van bovenstaande studies is de hypothese dat de kwaliteit van leven van de obese ouderen zal toenemen door aan een gewichtsverliesprogramma deel te nemen. In deze scriptie wordt eerst beschreven hoe de studie is ingericht door de onderzoeksgroep en de methoden te beschrijven. Vervolgens wordt er gekeken naar de resultaten en veranderingen van de RAND-36 gezondheidstoestandvragenlijst en de andere metingen (lichaamssamenstelling en fysieke testen) die hiermee een verband kunnen hebben. Hierna komt de discussie, waarbij er kritisch wordt gekeken naar de resultaten. Tenslotte wordt er een conclusie getrokken en worden er aanbevelingen voor de praktijk gedaan. 8

10 Tabel 1. Uitkomsten van studies naar het effect van gewichtsverlies op de kwaliteit van leven (KvL). Referentie Deelnemers Soort gewichtsverliesprogramma Pan HJ, et al. 38 deelnemers (2011) jaar Villareal DT, et al. 107 deelnemers (2011) jaar Fontaine KR, et al. (2004) deelnemers jaar Kolotkin L, et al. 161 deelnemers (2001) jaar Dieetadvies en trainingsprogramma 12 weken Dieet en trainingsgroep, controle groep, dieet- /trainingsgroep 52 weken Laag calorisch dieet, trainingsprogramma, cognitieve gedragstherapie 13 weken Dieetadvies en trainingsprogramma 52 weken KvL gemeten met: WHOQOL- BREF* Gewichtsverlies (kg) Kwaliteit van leven Gemiddeld SD Onderdeel Gemiddeld (verandering in SD score) Tevredenheid nu Tevredenheid voor gewichtstoename D1 Fysiek D2 psychologisch D3 Sociale relatie D4 Omgeving SF-36 Controle groep Fysiek Mentaal Dieet groep Fysiek Mentaal Training groep Fysiek Mentaal Dieet&training Fysiek Mentaal SF % 14.9 Fysiek +10.8% 6.7 Psychologisch +17.7% 12.3 Lichamelijke pijn +4.7% 14 Alg. gezondheid +19.7% 11.8 Vitaliteit +41.1% 14.6 IWQOL- Lite** 20.2 NB *** Sociale functie +7.6% 15.4 Emotioneel +7.4% 27.9 Ment. gezondheid +8.2% 11.8 Fysiek functie Eigenwaarde Seksuele leven Openbare angst Werk IWQOL totaal *WHQOL-BREF: Taiwanese versie van de HDRQOL, score van de domeinen loopt van 4-20 en de score van de tevredenheid loopt van ** IWQOL-Lite: Impact of weight on Quality of Life vragenlijst *** NB = niet bekend = Significant

11 2. Methoden In dit hoofdstuk wordt beschreven wat de omschrijving van de doelgroep is (inclusie- en exclusiecriteria) en wordt de methode van het onderzoek toegelicht. Ook de metingen die tijdens deze studie worden onderzocht zullen nader worden toegelicht. 2.1 De doelgroep (inclusie en exclusie) De onderzoeksgroep bestond uit obese ouderen. De inclusiecriteria voor de doelgroep van The Muscle Preservation Study zag er als volgt uit: - De deelnemers zijn tussen de 55 en 85 jaar; - De vrouwen menstrueren niet meer; - De BMI is >30 of >28 met een buikomtrek >88 cm (vrouwen), >102 cm (mannen); - De deelnemers zijn bereid om het toestemmingsformulier te tekenen; - De deelnemers zijn bereid om een dieetadvies te volgen, om deel te nemen aan de onderzoeken, om elke dag het studieproduct (de shakes) te nemen, om het hele programma af te ronden en ze kunnen de vragenlijsten invullen; - De deelnemers zijn door de fysiotherapeut lichamelijk fit bevonden om veilig deel te kunnen nemen aan het trainingsprogramma. Als de personen aan deze criteria voldoen, kunnen zij meedoen aan het onderzoek. De exclusiecriteria voor de onderzoeksgroep ziet er als volgt uit: - De deelnemer heeft de afgelopen vijf jaar te maken gehad met kwaadaardige aandoeningen, behalve adequaat behandelde prostaatkanker zonder bewijs van uitzaaiingen, gelokaliseerde blaaskanker, baarmoederhalskanker, borstkanker of niet-melanome huidkanker; - De deelnemer is bekend (geweest) met nierfalen, leverfalen, anemie en/of chronische ontstekingen; - De deelnemer heeft de volgende medicatie: corticosteroïden, immunosuppressiva en/of insuline; - De deelnemer heeft binnen de afgelopen 3 maanden aan een afvaldieet deelgenomen, eiwitbevattende voedingssupplementen genomen, meegedaan aan trainingen of alcohol of drugs misbruikt; - De deelnemer neemt dagelijks meer dan 10 microgram vitamine D en/of meer dan 500 milligram calcium aan supplementen; - De deelnemer is allergisch voor melk en melkproducten of heeft galactosemie; - De onderzoeker is onzeker of de deelnemer in staat is om het onderzoek te volgen; - De deelnemer doet mee aan een andere studie gelijktijdig of binnen vier weken voor het starten van deze studie. Als de personen aan één of meerdere van deze criteria voldeden, konden zij niet deelnemen aan het onderzoek. De personen werden dus geïncludeerd wanneer zij aan alle inclusiecriteria voldeden en aan geen van de exclusiecriteria. Het onderzoek is goedgekeurd door de Medisch Ethische Toetscommissie (METc) en is in samenwerking met VU Medisch Centrum. De deelnemers gaven vrijwillig toestemming door het toestemmingsformulier te ondertekenen. Zij mochten altijd stoppen met deelname aan het onderzoek. 10

12 2.2 De onderzoeksopzet Hoe wordt er gewerkt tijdens deze studie? Hieronder wordt stap voor stap beschreven hoe de deelnemers zijn geworven en welke stappen de deelnemers tijdens de studie ondergaan. De deelnemers zijn geworven door middel van het verspreiden van flyers in flats, buurthuizen, apotheken, artsenpraktijken en supermarkten in verschillende wijken in Amsterdam, zoals Osdorp en Slotervaart. Ook had er een oproep in twee regionale kranten gestaan, namelijk GaSet en Westerpost. De deelnemers konden reageren door te mailen of te bellen en vervolgens werd er een telefonische pre-screening afgenomen om te bepalen of degene geschikt was voor het onderzoek. Als de potentiële deelnemer voldeed aan de criteria, werd er een afspraak gemaakt voor een screening in het Voedingslab aan de Hogeschool van Amsterdam. De deelnemers volgden een afvalprogramma van 13 weken, waarbij ze drie keer per week krachttraining kregen en een laag calorisch dieet volgden, waarbij ze tien shakes per week moesten drinken. Eén keer in de twee weken volgden ze een voedingsles. De deelnemers vulden meerdere vragenlijsten in, waaronder de RAND-36 vragenlijst waarvan de gegevens in deze scriptie worden onderzocht. In week 0, 7 en 13 vinden er metingen plaats om de lichaamssamenstelling te meten. Het doel van de studie was het onderzoeken van het effect van eiwitsupplement op het behoud van spiermassa tijdens een 13 weken durend afvalprogramma in combinatie met training en een laag calorisch dieet bij 55+ in vergelijking met een controle groep. In figuur 1 is te zien hoe het programma er schematisch uit ziet. De screening (visit 0) Tijdens deze screening werden er algemene vragen gesteld, een aantal antropometrische metingen gedaan en werd het toestemmingsformulier ondertekend. Deze algemene vragen gingen over leeftijd, geslacht, leefsituatie, rookgedrag, alcoholconsumptie, medische geschiedenis en gebruik van voedingssupplementen. Ook werd er een Dietary History afgenomen, dus werd er globaal genoteerd wat degene over het algemeen eet en drinkt op een dag. 11

13 Vervolgens werden er afspraken gepland voor de aankomende weken: visit 1, 2 en 3 (in week 0, 7 en 13) en de introductieles van de fysiotherapeut met de bijbehorende beenkrachtmeting. De deelnemer kreeg bij de screening formulieren mee om bij visit 1 ingevuld mee te nemen: 3-daags eetdagboekje, 3-daags beweegdagboekje en de RAND- 36 gezondheidstoestandvragenlijst (kwaliteit van leven). De baselinemeting (visit 1, week 0) De baselinemeting vond minimaal 3 dagen en maximaal 4 weken na de screening plaats. Dit was een bezoek van 2 uur aan het Voedingslab. De deelnemer diende nuchter te zijn tijdens het onderzoek (5 uur van tevoren de laatste voeding genomen, tot 1 uur voor de meting alleen water gedronken). Tijdens deze meting werd er nagevraagd of er veranderingen waren in de medische geschiedenis en werden de vitale functies (bloeddruk en hartslag) gemeten. De deelnemer onderging verschillende metingen. Tijdens de bio-impedantiemetingen werd de lichaamssamenstelling gemeten. Hierbij zijn de INVENTUM 820 BG (BIA), Bodyscout bio-impedantie spectrometer (BIS, van Fresenius-Kabi) en Tanita BC-418MA personenweegschaal gebruikt. De Bodpod (LMI) meet ook de lichaamssamenstelling, alleen gebeurde dit niet via een elektrische wisselstroom zoals bij de bio-impedantiemetingen, maar via luchtverplaatsing. Ook is het rustmetabolisme gemeten met de Vmax Encore (Viasys) indirecte calorimeter. Tussendoor werd ook de buikomtrek, armomtrek en huidplooi gemeten. Vervolgens onderging de deelnemer fysieke tests om het lichamelijk functioneren te meten en werden de vragenlijsten ingenomen. Aan het einde van de visit nam de deelnemer, onder toeziend oog van één van de onderzoekers, het eerste studieproduct. Het studieproduct werd door middel van randomisatie toegewezen aan de deelnemer. Ook kreeg de deelnemer 2 dozen studieproducten (de shakes) en 2 shakebekers mee naar huis. Tevens kreeg de deelnemer nieuwe vragenlijsten mee: 3-daags eetdagboekje, 3-daags beweegdagboekje, RAND-36 gezondheidstoestandvragenlijst (kwaliteit van leven), productinnamekalender, voedingssupplementen smaak beoordelingslijst en een trainingsbeoordelingslijst. Deze dienden bij de tussenmeting ingevuld ingeleverd te worden. De tussenmeting (visit 2, week 7) De tussenmeting vond plaats tussen 6 en 8 weken na de baselinemeting. De tussenmeting was een bezoek van 2 uur aan het Voedingslab. Hierbij werden dezelfde metingen verricht als bij de baselinemeting, behalve het meten van het rustmetabolisme. De deelnemer diende dus ook weer nuchter de metingen te ondergaan. De ingevulde vragenlijsten werden ingenomen en de deelnemer kreeg dezelfde formulieren weer mee, die bij de eindmeting ingevuld ingeleverd dienden te worden. De eindmeting (visit 3, week 13) De eindmeting vond plaats tussen 12 en 14 weken na de baselinemeting. De eindmeting was een bezoek van 2 uur aan het Voedingslab. Tijdens deze visit werden weer dezelfde metingen verricht als bij de baselinemeting, zodat de resultaten uiteindelijk met elkaar vergeleken konden worden. De vragenlijsten werden weer ingenomen. Als er gezondheidsrisico s waren voor de deelnemer, kon er worden besloten dat de deelnemer moest stoppen met het programma. 12

14 2.3 De metingen De metingen die worden verwerkt in het beantwoorden van de hoofdvraag zijn: Lichaamssamenstelling: - Vetvrije massa (Bodpod) (kg, % van lichaamsgewicht) - Vetmassa (Bodpod) (kg, % van lichaamsgewicht) - Lichaamsgewicht (kg) - Body Mass Index (kg/m 2 ) De Bodpod 25 meet de lichaamssamenstelling met behulp van luchtverplaatsing, waarmee van het gehele lichaam de samenstelling vetpercentage, vetmassa en vetvrije massa werd gemeten. De deelnemers droegen hierbij strak zittende kleding en een badmuts. De Bodpod meet het volume van het lichaam. In combinatie met het gewicht werd de dichtheid van het lichaam berekend. De dichtheid werd in de formule van Siri verwerkt en hieruit werd het vetpercentage bepaald. De Siri-formule (1961) bepaalde het vetpercentage met de volgende formule: vet% = 495 / dichtheid ,27 Aan de hand van het gewicht en de lengte van de persoon kon de Body Mass Index (BMI) worden berekend. Fysiek functioneren meter wandeltest - Stoeltest Bij de 400 meter wandeltest liep de deelnemer een parcours van 20 meter tien keer heen en weer. Het parcours diende op een normale wandelsnelheid te worden afgelegd, zodat de deelnemer de test 400 meter kon volhouden. De tijd werd opgenomen. Bij de stoeltest nam de deelnemer plaats op de stoel. De eerst keer werd er aan de deelnemer gevraagd of hij/zij een keer wilde opstaan en of dit veilig voelde om vijf keer zo snel mogelijk te herhalen. Wanneer de deelnemer dit bevestigde, kon de test beginnen. De deelnemer diende zo snel mogelijk vijf keer op te staan van de stoel en weer te gaan zitten met de armen gekruist over de borst. Dagelijks leven - Gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven: RAND-36 gezondheidstoestandvragenlijst Om het antwoord op de hoofdvraag te onderzoeken, werd gebruik gemaakt van de RAND-36 vragenlijst (zie bijlage I). De resultaten van de ingevulde vragenlijsten werden in verband gebracht met de andere metingen die hierboven zijn beschreven. Op die manier kon er worden bekeken wat voor invloed de metingen hadden op de kwaliteit van leven van de obese ouderen. De hoogste score die te behalen viel is 100 en de laagste 0. Hoe hoger de score, des te hoger de kwaliteit van leven is. De dimensies van de kwaliteit van leven zijn fysiek functioneren, sociaal functioneren, mentale gezondheid, vitaliteit, pijn, rolbeperkingen door fysiek probleem, rolbeperkingen door emotioneel probleem, algemene gezondheidsbeleving en gezondheidsverandering

15 2.4 Statistiek De data werd in PASW 18.0 Software (SPSS Inc., Chicago, IL, USA) geanalyseerd. Om de verschillen binnen de groep te berekenen is gebruik gemaakt van de paired-samples t- test. De samenhang tussen de variabelen is ook in SPSS berekend. Bij het berekenen van de resultaten van de verschillende leeftijdscategorieën (zie bijlage II) is gebruik gemaakt van de one samples t-test. Voor het analyseren van de vragen van de RAND-36 vragenlijst is gebruik gemaakt van de Wilcoxon Signed Ranks Test, om te zien of de deelnemers in week 13 positiever, hetzelfde of negatiever hebben gescoord per vraag. Er is voor deze test gekozen omdat deze vragen niet normaal verdeeld zijn in verband met de meerdere antwoordcategorieën waaruit de deelnemers moesten kiezen. Voor alle uitkomsten gold dat de resultaten als significant verschillend worden beschouwd als de p-waarde kleiner dan 0,05 is. 14

16 3. Resultaten In dit hoofdstuk worden de kenmerken van de onderzoeksgroep bij de baselinemeting uitgewerkt en wordt het effect van de interventie op de kwaliteit van leven (RAND-36 vragenlijst), het gewicht en BMI in kaart gebracht. 3.1 Kenmerken deelnemers bij de baselinemeting De onderzoeksgroep bestond uit 56 mensen, waarvan 37 vrouwen en 19 mannen. Dit waren de deelnemers van fase I en II. Dit betekent dat 66% van de groep bestond uit vrouwen en 44% uit mannen. In totaal hebben 43 personen het onderzoek afgerond, dus er zijn 13 personen uitgevallen. Hiervoor zijn verschillende redenen opgegeven, zoals gezondheidsproblemen, de motivatie niet meer kunnen opbrengen of lichamelijke klachten. Er zijn van 2 personen geen gegevens meegenomen omdat deze onbetrouwbaar waren. Eén deelnemer is wel door de screening gekomen, maar door een meetfout bleek dat hij eigenlijk niet tot de inclusiecriteria behoorde (te kleine buikomvang). Bij de andere deelnemer is bij de screening de lengte gebruikt van de telefonische screening en deze kwam niet overeen met de werkelijke lengte. De gegevens van deze mannen werden niet meegenomen in deze scriptie. In figuur 2 is het verloop van de deelnemers van de studie te zien. De gemiddelde leeftijd van de deelnemers was 63,2 ± 6,0 jaar. De jongste deelnemer was 55 jaar en de oudste 78 jaar. In tabel 2 zijn de kenmerken van de deelnemers bij de baselinemeting te zien. 15

17 Tabel 2. Kenmerken deelnemers bij de baselinemeting Mannen (N=13) Gemiddelde ± SD Vrouwen (N=23) Gemiddelde ± SD Totaal groep (N=36) Gemiddelde ± SD Leeftijd (jaren) 66,1 ± 7,1 62,6 ± 5,4 63,8 ± 6,2 Gewicht (kg) 102,7 ± 11,2 87,3 ± 9,8 92,9 ± 12,6 BMI (kg/m²) 33,8 ± 2,7 32,5 ± 3,8 33,0 ± 3,5 Vetpercentage * 36,4 ± 3,7 48,1 ± 4,4 43,9 ± 7,0 Percentage vetvrije massa * 63,5 ± 3,7 52,0 ± 4,4 56,0 ± 6,9 *N =12 mannen en 22 vrouwen, i.v.m. claustrofobie In de resultaten werden ook de tijden van de fysieke testen meegenomen. De gemiddelde tijd bij baselinemeting van de stoeltest, waarbij de deelnemers 5 keer zo snel mogelijk moesten gaan zitten en staan, was 12,3 ± 3,8 seconden. De gemiddelde tijd van de 400 meter looptest was 4:57 ± 0:43 minuten. De stoeltest is afgenomen bij 35 deelnemers, omdat één persoon jicht aan zijn teen had. De 400 meter wandeltest is afgenomen bij 34 personen omdat dezelfde persoon jicht aan zijn teen had en er was een deelneemster die met een stok liep en slecht ter been was. 3.2 Verschillen tussen de baselinemeting en eindmeting In totaal hebben 36 personen de RAND-36 gezondheidstoestandvragenlijst ingevuld bij de baseline- en eindmeting. Deze resultaten werden met elkaar vergeleken (tabel 3). Hoe hoger de scores, des te hoger de kwaliteit van leven is. De lichaamssamenstelling is gemeten bij 34 personen, omdat 2 personen niet in de Bodpod wilden in verband met claustrofobie. We bekijken van 36 personen de resultaten, zodat we het verband kunnen bekijken met de antwoorden op de RAND-36 vragenlijst. Tijdens de studie zijn er 13 personen uitgevallen. Zij zijn gestopt met deelname en hebben dus geen eindmeting gehad en hebben de RAND-36 vragenlijst hierbij niet ingeleverd. Er zijn voor 5 personen verschillende verklaringen waarom de vragenlijst niet was ingeleverd, waaronder dat de lijst kwijt was geraakt of was vergeten. En, zoals hierboven al is vermeld, worden van 2 deelnemers de gegevens niet meegenomen in verband met onbetrouwbare meetgegevens. Lichaamsgewicht en lichaamssamenstelling Het lichaamsgewicht van de deelnemers is significant afgenomen, wat inhoudt dat de deelnemers zijn afgevallen. De BMI van de deelnemers is significant gedaald. De hoeveelheid vetvrije massa (kg en %) en de hoeveelheid vetmassa (%) zijn ook significant verlaagd. De hoeveelheid vetmassa (kg) is niet significant veranderd. Gemiddeld zijn de deelnemers 3,9 ± 3,0% lichaamsgewicht verloren. De mannen zijn gemiddeld 5,6 ± 2,7% lichaamsgewicht verloren en de vrouwen 2,9 ± 2,8%. 16

18 Tabel 3. Effect van gewichtsverliesprogramma op lichaamsgewicht, RAND-36 score en fysieke testen. Leeftijd (jaren) Gewicht (kg) BMI (kg/m²) Vetmassa (kg) * Vetmassa (%) * Vetvrije massa (kg) * Vetvrije massa (%) * RAND-36 Fysiek functioneren Sociaal functioneren Rolbeperkingen (fysiek) Rolbeperkingen (emotioneel) Mentale gezondheid Vitaliteit Pijn Algemene gezondheidsbeleving Gezondheidsverandering Fysieke component Mentale component Stoeltest (sec)** 400 meter wandeltest (min)*** Baselinemeting Week 0 (N=36) Gemiddelde ± SD 63,8 ± 6,2 92,9 ± 12,6 33,0 ± 3,5 40,2 ± 6,8 43,9 ± 7,0 51,9 ± 10,5 56,0 ± 6,9 80,0 ± 17,7 84,7 ± 19,9 79,2 ± 35,1 80,6 ± 36,8 72,3 ± 15,8 61,9 ± 16,4 75,4 ± 20,3 64,5 ± 12,6 51,4 ± 18,8 48,0 ± 6,8 48,9 ± 10,2 12,7 ± 3,8 4:57 ± 0:43 Eindmeting Week 13 (N=36) Gemiddelde ± SD 89,2 ± 11,4 31,5 ± 3,3 36,7 ± 9,0 41,7 ± 9,3 51,5 ± 11,0 58,2 ± 9,4 82,3 ± 17,7 82,3 ± 19,5 70,8 ± 39,0 77,8 ± 35,6 76,8 ± 13,8 64,9 ± 15,1 76,6 ± 25,8 65,8 ± 16,5 67,4 ± 24,5 47,5 ± 8,8 50,1 ± 7,2-1,3 ± 3,6-0:13 ± 0:26 Verschil week 0 en 13 Gemiddelde ± SD -3,7 ± 3,1-1,5 ± 1,1-3,6 ± 4,3-2,3 ± 4,1-0,3 ± 3,2 2,2 ± 4,2 2,3 ± 12,7-2,4 ± 20,0-8,3 ± 47,8-2,8 ± 37,7 4,4 ± 14,9 2,9 ± 19,9 1,2 ± 16,3 1,3 ± 17,1 16,0 ± 26,8-0,5 ± 7,3 1,2 ± 10,0 11,4 ± 3,0 4:44 ± 0:33 Verschil P-waarde <0,001 <0,001 <0,001 0,003 0,542 0,006 0,291 0,471 0,303 0,661 0,082 0,386 0,663 0,647 0,001 0,699 0,478 0,046 0,006 Significant, P=<0,05. * N= 34 i.v.m. claustrofobie ** N= 35 *** N = 34 RAND-36 gezondheidstoestandvragenlijst Zoals te zien in tabel 3 is er één significant verschil bij de scores van de RAND-36 vragenlijst van de baseline- en eindmeting. Dit betekent dat de kwaliteit van leven van de deelnemers niet is gestegen of gedaald tijdens deelname aan het gewichtsverliesprogramma, behalve de dimensie gezondheidsverandering. Deze dimensie is significant gestegen, wat positief is. Voor de rest van de dimensies is er geen verschil gevonden. De score van de RAND-36 vragenlijst kan worden verdeeld onder twee hoofddimensies, namelijk het fysieke component en het mentale component. Deze componenten werden berekend met behulp van de 8 dimensies. Deze componenten zijn niet significant veranderd. In week 0, dus bij de baselinemeting, heeft niemand bij vraag 1 aangegeven dat zijn of haar algemene gezondheid uitstekend was. 80,6% van de deelnemers beoordeelde deze vraag als goed of hoger. 86% van de deelnemers beoordeelde deze vraag bij de eindmeting als goed of hoger. Eén persoon beoordeelde zijn of haar algemene gezondheid als uitstekend. Vraag 2, die vroeg hoe de deelnemers hun gezondheid in het algemeen zouden beoordelen in vergelijking met een jaar geleden, is in week 13 door 18 personen positiever beantwoord dan in week 0 (p=0,002). De dimensie gezondheidsverandering, die gekoppeld was aan deze vraag, was dan ook significant gestegen. 17

19 Bij vraag 3 zijn twee significante verschillen gevonden. Bij de eindmeting scoorden de deelnemers significant verschillend op twee subvragen van de vraag: Wordt u door uw gezondheid op dit moment beperkt bij deze bezigheden? Het ging hier om de subvragen een paar trappen oplopen (p=0,035) en 100 meter lopen (p=0,046). De subvraag over 100 meter lopen is significant negatiever beantwoord en de subvraag over een paar trappen oplopen is positiever beantwoord. Deze vraag hoort bij de dimensie fysiek functioneren. De antwoorden op vraag 4 zijn vaker negatief dan positief beantwoord bij de eindmeting, in vergelijking met de baselinemeting. Deze vraag gaat over problemen bij werk of andere dagelijkse bezigheden ten gevolge van de lichamelijke gezondheid (de dimensie rolbeperking door fysiek probleem). Bij de beginmeting beoordeelden 77,8% van de deelnemers deze vraag positief. Bij de eindmeting was dit 70,1%. Dit verschil was niet significant. Bij de antwoorden van vraag 5 was geen significant verschil te zien tussen week 0 en 13. Deze vraag behoorde tot de dimensie rolbeperking door emotioneel probleem. Bij de vragen 6, 7, 8, 10 en 11 zijn geen significante verschillen gevonden tussen de begin- en eindmeting. Vraag 6 en 10 omvatten de dimensie sociaal functioneren en vraag 7 en 8 de dimensie pijn. Vraag 11 hoort, samen met vraag 1, bij de dimensie algemene gezondheidsbeleving. Bij vraag 9 was er wel een significant verschil gevonden, namelijk bij de vraag: Hoe vaak gedurende de afgelopen 4 weken voelde u zich erg zenuwachtig? (p=0,004). Deze vraag was significant positiever beantwoord, dus de deelnemers waren minder vaak erg zenuwachtig. In het figuur 2A is de samenhang te zien tussen verandering in het mentale component en de verandering in gewicht. In figuur 2B is de samenhang te zien tussen verandering in het fysieke component en de verandering in gewicht. Zoals te zien aan de correlatiewaarden zijn de verschillen niet significant, dus is er geen verband gevonden. Het grootste deel van de onderzoeksgroep was tussen de 0 en de 6 kilo afgevallen, met 3 uitschieters die meer zijn afgevallen. Figuur 2A. Correlatie mentale component en gewicht Figuur 2B. Correlatie fysieke component en gewicht 18

20 Fysieke testen Bij de fysieke testen is er een significante verbetering gemeten bij de stoeltest (p= 0,046) en de 400 meter wandeltest (p=0,006). De deelnemers hebben hier beter op gescoord; zij hadden minder tijd nodig voor de testen. Er is gekeken naar de samenhang tussen de wandelsnelheid van de 400 meter test en de hoeveelheid vetvrije massa. Er is geen samenhang tussen deze twee variabelen (r=-0,29 met een significantie van 0,876). Vervolgens is er gekeken naar de samenhang tussen de wandelsnelheid van de 400 meter test en de hoeveelheid vetmassa. Hier is ook geen verband tussen de variabelen gevonden. Ook is er geen significant verband gevonden tussen de wandelsnelheid en het gewichtsverlies. Met dezelfde variabelen voor de lichaamssamenstelling is er gekeken naar samenhang met de tijd van de stoeltest. Bij geen van de variabelen is een significante correlatie gevonden met de stoeltest. 19

21 4. Discussie De resultaten laten zien dat de kwaliteit van leven van de obese ouderen die deelnemen aan het gewichtsverliesprogramma niet significant verandert. Dit komt niet overeen met de hypothese die vooraf was vastgesteld, waarbij werd verwacht dat de kwaliteit van leven zou verbeteren. Deze hypothese was gesteld naar aanleiding van de resultaten van de beschreven onderzoeken, waarbij de kwaliteit van leven (gedeeltelijk) wel zijn gestegen. Onze deelnemers beoordelen hun gezondheid in het algemeen, in vergelijking met een jaar geleden, wel significant beter. Meerdere studies laten zien dat de kwaliteit van leven, of bepaalde dimensies van de kwaliteit van leven, van de deelnemers verbetert door deel te nemen aan een gewichtsverliesprogramma. Wel moet worden gezegd dat de meeste studies gebruik maken van een controlegroep, waarmee de interventiegroep kan worden vergeleken. Bij onze studie maken we geen gebruik van een controlegroep. Als we hier wel gebruik van zouden maken, zouden we wellicht beter kunnen zien welke invloed deelname aan het gewichtsverliesprogramma heeft op de ouderen, in vergelijking met personen die niet deelnemen. De vraag is ook of de kwaliteit van leven van de controlegroep gelijk blijft, of juist achteruit gaat? Dat zou interessant zijn om te onderzoeken. De studies die hieronder worden beschreven, tonen aan dat de kwaliteit van leven van ouderen wel kan verbeteren tijdens deelname aan een gewichtsverliesprogramma. In een studie van Villareal et al. 28 wordt het effect van gewichtsverlies en sporten bij fragiele obese ouderen onderzocht. Volgens de onderzoekers is het belangrijkste doel van de studie dat het fysiek functioneren van de ouderen wordt verbeterd. Er is een vergelijkbaar onderzoek gedaan als de Muscle Preservation Study, maar dan met een controlegroep en behandelingsgroep. De behandelingsgroep kreeg 6 maanden wekelijks gedragstherapie en 3 keer in de week training. Deze groep is 8,2 ± 5,7 kg afgevallen en bij de controlegroep is het lichaamsgewicht constant gebleven. De kwaliteit van leven is gemeten aan de hand van de SF-36 vragenlijst. Bij alle dimensies, behalve sociaal functioneren, mentale gezondheid en rolbeperkingen door emotioneel probleem is de kwaliteit van leven in de behandelingsgroep hoger dan in de controlegroep. Blissmer et al. 29 deden onderzoek naar de gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven van obese ouderen die 6 maanden training, voedingslessen en gedragstherapie kregen. De kwaliteit van leven is gemeten aan de hand van de SF-36 vragenlijst. De deelnemers kwamen na 12 en 24 maanden terug voor een follow-up assessment. Aan het begin van de studie scoorden de deelnemers lager dan de Amerikaanse leeftijdspecifieke populatienorm op de dimensies lichamelijke pijn, vitaliteit en mentale gezondheid. Over het algemeen scoorden deze deelnemers redelijk hoog bij de baselinemeting, vergeleken met de populatienorm. Na 6 maanden is er een stijging te zien bij fysiek functioneren, algemene gezondheid, vitaliteit en de subschalen van de mentale gezondheid van de SF- 36 vragenlijst. Na 24 maanden bleven de meeste verbeteringen gehandhaafd, ondanks wat gewichtstoename. Deze studie is langer dan onze studie. Misschien dat de duur van het programma effect heeft op de resultaten van ons onderzoek. Hoe zou de kwaliteit van leven zijn na een paar maanden? Een follow-up zou interessant kunnen zijn. Kaukua et al. 30 hebben onderzoek gedaan naar de kwaliteit van leven van obese ouderen die zich aan een laag calorisch dieet hielden en gedragstherapie kregen. De deelnemers kregen 10 weken een laag calorisch dieet voorgeschreven en gedurende 4 maanden gedragstherapie. Deze kernelementen van deze gedragstherapie waren verandering van voeding, beweging, zelfmonitoring, cognitieve herstructurering en terugvalpreventie. Na 2 jaar volgde een follow-up. De RAND-36 vragenlijst werd gebruikt in deze studie. De minimale BMI voor deelname was 35 kg/m². Het gemiddelde ± SD gewichtsverlies was 12,5 ± 5,6% aan het einde van de therapie. Na 4 maanden zijn alle dimensies van de kwaliteit van leven gestegen. De grootste stijging was te zien bij fysiek functioneren. Na 20

22 een jaar zijn de scores van fysiek functioneren, lichamelijke pijn en algemene gezondheid nog steeds hoger dan bij de baselinemeting, maar de verschillen zijn niet allemaal meer significant. Het gemiddelde ± SD gewichtsverlies na een jaar was 6,0 ± 7,1%. Na 2 jaar was alleen fysiek functioneren nog significant gestegen ten opzichte van de baselinemeting. Het gemiddelde ± SD gewichtsverlies was 2,6 ± 7,5%. Bij de andere dimensies zijn geen verschillen te zien in vergelijking met de resultaten van de baselinemeting. De vraag is of de gedragstherapie invloed heeft op de resultaten. Als de deelnemers van ons onderzoek ook gedragstherapie zouden krijgen, zou hun kwaliteit van leven dan stijgen? In een ander onderzoek van Kaukua et al. 31 is onderzoek gedaan naar de kwaliteit van leven van obese mannen met een BMI van 35 kg/m² of hoger. De opzet van de studie is precies hetzelfde als de hierboven beschreven studie 30. Zes maanden na de interventie werd er een follow-up gedaan. Het gewicht van de controlegroep was stabiel gebleven en de interventiegroep was gemiddeld 17,0 ± 7,4% gewicht verloren na de 4 maanden. Bij de follow-up was dit 13,9 ± 7,8%. Tijdens de behandeling was geen enkele dimensie van de kwaliteit van leven significant veranderd, maar waren er wel verbeteringen te zien bij de algemene gezondheid, lichamelijke pijn, mentale gezondheid, rolbeperking (emotioneel probleem) en vitaliteit. Aan het einde van de follow-up bleven de dimensies fysiek en sociaal functioneren verbeterd. Deze resultaten van de kwaliteit van leven komen gedeeltelijk overeen met onze resultaten; er is wel verbetering te zien, maar dit is niet significant. Deze studies tonen aan dat in het ene onderzoek de kwaliteit van leven wel verbetert en bij de ander niet. In de onderzoeken zijn de dimensies niet altijd significant verhoogd, maar sommigen toch verbeterd, wat ook in onze analyse bij verschillende dimensies het geval is. Wat een verklaring zou kunnen zijn voor het feit dat de kwaliteit van leven van onze deelnemers niet significant is toegenomen, is dat de deelnemers niet zoveel zijn afgevallen (3,9 ± 3,0 % van hun lichaamsgewicht). In de vergelijkbare studies die hierboven zijn vermeld, zijn deze aantallen groter en zijn de deelnemers dus meer gewicht verloren. Dit kan zeker invloed hebben op de beoordeling van de kwaliteit van leven. Een aantal vragen hebben slechter gescoord, omdat de belasting voor de deelnemers redelijk hoog was en de ouderen hebben aangegeven dat ze minder tijd konden besteden aan werk of andere bezigheden. Ook konden ze hun werk of bezigheden niet zo zorgvuldig doen als ze gewend waren en gaven ze aan minder te hebben bereikt. De resultaten van de RAND-36 vragenlijst vergeleken met de referentie In tabel 4 (bijlage II) zijn de resultaten van de RAND-36 vragenlijst van de deelnemers te zien in vergelijking met de referentiewaarde 12. De deelnemers zijn verdeeld in leeftijdscategorieën, net zoals is gedaan in de handleiding van de vragenlijst. Door de uitkomsten van de deelnemers te vergelijken met een referentie, zijn we op zoek gegaan naar een reden waarom de kwaliteit niet is gestegen. Ook kunnen we hierin zien hoe de kwaliteit van leven bij de baselinemeting is beoordeeld. Deze tabel laat zien dat de jongste groep deelnemers op de dimensie fysiek functioneren bij de beginmeting al significant hoger scoorden dan de referentie (p=0,004). De dimensie vitaliteit is bij de baselinemeting significant lager beoordeeld dan de referentie (p=0,046). Bij de eindmeting zijn er 3 dimensies significant verschillend met de referentie: fysiek functioneren (p=0,001), sociaal functioneren (p=0,031) en gezondheidsverandering (p=0,010). Dit toont aan dat de deelnemers significant anders scoorden dan de 21

23 referentie, wat voor dimensies fysiek functioneren en gezondheidsverandering positief was en voor de dimensie sociaal functioneren negatief. Bij de groep van jaar is er geen significant verschil bij de baselinemeting in vergelijking tot de referentie. Bij de eindmeting is er één significant verschil gevonden, namelijk bij de dimensie gezondheidsverandering (p=0,018). De deelnemers hebben significant hoger gescoord dan de referentiewaarde. Hoe kunnen deze scores verklaard worden? De verbetering van het fysiek functioneren, dat te zien is bij de groep van jaar, zou toegeschreven kunnen worden aan de training die de deelnemers krijgen. Door de krachttraining zouden de deelnemers in het dagelijks leven beter kunnen functioneren. Het gaat hier om activiteiten zoals boodschappen dragen, trappen lopen en fietsen. Het verslechteren van de dimensie sociaal functioneren in de jongste groep toont aan dat de deelnemers meer belemmerd zijn in hun sociale activiteiten door hun lichamelijke gezondheid of emotionele problemen dan de referentiegroep. Een eventuele verklaring hiervoor zou kunnen zijn dat het gewichtsverliesprogramma erg intensief voor de deelnemers was. Het programma vroeg veel tijd en inzet van de ouderen, waardoor ze hier veel mee bezig waren en hierdoor minder ruimte hadden voor sociale contacten. Door de krachttraining kunnen de deelnemers last hebben van spierpijn of een blessure, waardoor ze minder goed in hun vel zitten. Bij sommige ouderen verliep het afvallen moeizaam, wat zou kunnen zorgen voor emotionele moeilijkheden. De verbetering van de dimensie gezondheidsverandering bij de eindmeting in allebei de leeftijdscategorieën zou verklaard kunnen worden door het fitter worden door deelname aan het gewichtsverliesprogramma. Sterke en zwakke punten van het onderzoek Gezien de beperkte omvang van de onderzoeksgroep, kunnen er geen harde conclusies worden getrokken. De resultaten zijn wel verkregen met een gevalideerde vragenlijst tijdens een wetenschappelijk onderzoek, maar er zijn toch aardig wat non-respons gevallen en de gegevens kunnen niet worden vergeleken met een controlegroep. De duur van het studieprogramma is redelijk kort, in vergelijking met andere onderzoeken. Als de studie langer zou duren, zouden de deelnemers misschien meer bereikt kunnen hebben. De studie heeft geen follow-up, waardoor het effect op langere termijn niet kan worden gemeten. Toch is het opvallend dat maar één dimensie van de kwaliteit van leven significant is verbeterd, waardoor kan worden gesteld dat de kwaliteit van leven van de obese ouderen niet is gestegen tijdens deelname aan het gewichtsverliesprogramma. Hier kunnen conclusies uit getrokken worden; als we willen dat de kwaliteit van leven verbetert, dan moet er iets veranderen aan het programma. 22

- 172 - Prevention of cognitive decline

- 172 - Prevention of cognitive decline Samenvatting - 172 - Prevention of cognitive decline Het percentage ouderen binnen de totale bevolking stijgt, en ook de gemiddelde levensverwachting is toegenomen. Vanwege deze zogenaamde dubbele vergrijzing

Nadere informatie

METING TANITA INNERSCAN. NAAM:. LEEFTIJD:. LENGTE cm:. GESLACHT: M / V. Gewicht. Vetpercentage. Watergehalte % Spiermassa.

METING TANITA INNERSCAN. NAAM:. LEEFTIJD:. LENGTE cm:. GESLACHT: M / V. Gewicht. Vetpercentage. Watergehalte % Spiermassa. METING TANITA INNERSCAN NAAM:. LEEFTIJD:. LENGTE cm:. GESLACHT: M / V DATUM DATUM DATUM DATUM Gewicht Vetpercentage Watergehalte % Spiermassa Lichaamsbouwtype Basismetabolisme Metabolische leeftijd Botmassa

Nadere informatie

S A M E N V A T T I N G 1 6 3

S A M E N V A T T I N G 1 6 3 161 Samenvatting S A M E N V A T T I N G 1 6 3 Veroudering gaat samen met verlies van spiermassa en spierkracht, ook wel sarcopenie genaamd. Dit verlies in spiermassa en spierkracht zorgt in het dagelijkse

Nadere informatie

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...

Nadere informatie

SAMENVATTING. MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172

SAMENVATTING. MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172 SAMENVATTING MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172 ALIFE@WORK DE EFFECTEN VAN EEN LEEFSTIJLPROGRAMMA MET BEGELEIDING OP AFSTAND VOOR GEWICHTSCONTROLE BIJ WERKNEMERS ACHTERGROND Overgewicht, waarvan

Nadere informatie

hoofdstuk 1 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

hoofdstuk 1 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 SAMENVATTING Dit proefschrift is gewijd aan Bouwen aan Gezondheid : een onderzoek naar de effectiviteit van een leefstijlinterventie voor werknemers in de bouwnijverheid met een verhoogd risico op hart

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting SAMENVATTING

Nederlandse samenvatting SAMENVATTING Samenvatting Nederlandse samenvatting SAMENVATTING De inleiding, de achtergronden en de doelstellingen van dit proefschrift worden beschreven in hoofdstuk 1. Evenals in andere landen neemt het aantal

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en discussie

Samenvatting, conclusies en discussie Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit

Nadere informatie

Appendix. Nederlandstalige samenvatting (Dutch summary)

Appendix. Nederlandstalige samenvatting (Dutch summary) Appendix Nederlandstalige samenvatting (Dutch summary) 93 87 Inleiding Diabetes mellitus, kortweg diabetes, is een ziekte waar wereldwijd ongeveer 400 miljoen mensen aan lijden. Ook in Nederland komt de

Nadere informatie

Vitamine B12 deficiëntie

Vitamine B12 deficiëntie Vitamine B12 deficiëntie Quality of life prospectief onderzoek Dit rapport bevat de analyses van de B12 Quality of Life Questionnaire, waarin 20 personen met een laag-normale vitamine B12 waarde zijn gevraagd

Nadere informatie

Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 131. chapter 10 samenvatting

Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 131. chapter 10 samenvatting Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 131 chapter 10 samenvatting Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 132 Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 133 Zaadbalkanker wordt voornamelijk bij jonge mannen vastgesteld

Nadere informatie

Beweegprogramma kinderen met overgewicht Carlijn Groenen

Beweegprogramma kinderen met overgewicht Carlijn Groenen Beweegprogramma kinderen met overgewicht Carlijn Groenen Aanleiding beweegprogramma Voor een goede gezondheid is een gezond gewicht belangrijk, zowel op jonge als op latere leeftijd. Het percentage mensen

Nadere informatie

GEZONDHEID SUBSTANTIEEL VERBETERD

GEZONDHEID SUBSTANTIEEL VERBETERD RESULTATEN ANALYSE 2014 GEZONDHEID SUBSTANTIEEL VERBETERD De Rughuis Methode heeft aangetoond dat de gezondheidstoestand en kwaliteit van leven bij patiënten met chronische rugklachten enorm kan toenemen.

Nadere informatie

Periode van invullen vragenlijsten 2 december 2013 tot en met 18 juni 2014

Periode van invullen vragenlijsten 2 december 2013 tot en met 18 juni 2014 Wetenschappelijk onderzoek VoetreflexPlus behandelingen. Onderzoeksverslag voor Total Health De opleiding van Total Health leidt studenten op tot VoetreflexPlus therapeut. In het derde leerjaar van deze

Nadere informatie

Vitamine B12 deficiëntie

Vitamine B12 deficiëntie Vitamine B12 deficiëntie Quality of life Retrospectief onderzoek Dit rapport bevat de analyses van de B12 Quality of Life Questionnaire, waarin meer dan 200 personen met een lage vitamine B12 waarde zijn

Nadere informatie

3. Gebruik die formule om het rekenvoorbeeld in de tekst van het artikel na te rekenen.

3. Gebruik die formule om het rekenvoorbeeld in de tekst van het artikel na te rekenen. Werkstuk door een scholier 2178 woorden 17 juni 2008 6,3 23 keer beoordeeld Vak Wiskunde 5. Uitwerkingen van het verslag 2.1 Inleidende opdrachten 1. Welke gewichtsklassen onderscheidt de WHO? Ze onderscheiden

Nadere informatie

Samenvatting Go4it - de effectiviteit van een poliklinische multidisciplinaire groepsbehandeling voor obese adolescenten

Samenvatting Go4it - de effectiviteit van een poliklinische multidisciplinaire groepsbehandeling voor obese adolescenten Go4it - de effectiviteit van een poliklinische multidisciplinaire groepsbehandeling voor obese adolescenten Overgewicht en obesitas onder Nederlandse kinderen en adolescenten zijn een toenemend volksgezondheidsprobleem.

Nadere informatie

Sportparticipatie Kinderen en jongeren

Sportparticipatie Kinderen en jongeren Sportparticipatie 2017 Kinderen en jongeren Onderzoek & Statistiek Juni 2017 Samenvatting Begin 2017 heeft de afdeling Onderzoek & Statistiek een onderzoek uitgezet onder ouders en jongeren uit de gemeente

Nadere informatie

Het onderzoeksteam bestaat uit

Het onderzoeksteam bestaat uit INFORMATIEBROCHURE Deze brochure bevat informatie over het doel en de opzet van Fancy, een onderzoek naar voorkeuren voor voedingsmiddelen. Daarnaast staat beschreven wat dit onderzoek inhoudt, wat wij

Nadere informatie

(2016.1) Schouder: Secundair Impingement-syndroom

(2016.1) Schouder: Secundair Impingement-syndroom (2016.1) Schouder: Secundair Impingement-syndroom Instituut: Sportrevalidatie Hilversum Verwijzer: Alle verwijzers Periode: 1-1-2016 t/m 31-12-2017 Fysiotherapeut: Alle fysiotherapeuten Inleiding Dit rapport

Nadere informatie

199 Hoofdstuk 2 In Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 en 5

199 Hoofdstuk 2 In Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 en 5 197 Samenvatting 198 Samenvatting Samenvatting 199 Veroudering gaat gepaard met het verlies van spiermassa en spierkracht, ook wel sarcopenie genoemd. Dit leidt tot beperkingen in het dagelijkse leven,

Nadere informatie

Wat is de WAI: E.On Benelux afdeling AMM Kerntaken Ontwikkelen centrales Beheren centrales Onderhouden centrales ASSET & MAINTENANCE MANAGEMENT

Wat is de WAI: E.On Benelux afdeling AMM Kerntaken Ontwikkelen centrales Beheren centrales Onderhouden centrales ASSET & MAINTENANCE MANAGEMENT ASSET & MAINTENANCE MANAGEMENT E.On Benelux afdeling AMM Kerntaken Ontwikkelen centrales Beheren centrales Onderhouden centrales Doelen Voldoen aan veiligheid, milieu, kwaliteitseisen Optimaliseren kosten

Nadere informatie

DE IMPACT VAN BEWEGEN EN VOEDING OP SPIERMASSA EN FYSIEK FUNCTIONEREN VAN OUDEREN. Dr. Ir. Michael Tieland

DE IMPACT VAN BEWEGEN EN VOEDING OP SPIERMASSA EN FYSIEK FUNCTIONEREN VAN OUDEREN. Dr. Ir. Michael Tieland DE IMPACT VAN BEWEGEN EN VOEDING OP SPIERMASSA EN FYSIEK FUNCTIONEREN VAN OUDEREN Dr. Ir. Michael Tieland 1 DISCLOSURE BELANGEN (potentiële) belangenverstrengeling Geen Veroudering Spiermassa & Kracht

Nadere informatie

Chapter 10 Samenvatting

Chapter 10 Samenvatting Chapter 10 Samenvatting Chapter 10 De laatste jaren is de mortaliteit bij patiënten met psychotische aandoeningen gestegen terwijl deze in de algemene populatie per leeftijdscategorie is gedaald. Een belangrijke

Nadere informatie

Resultaten vragenlijst onderzoek: Cholesterolverlagers, beweging en spierklachten

Resultaten vragenlijst onderzoek: Cholesterolverlagers, beweging en spierklachten Resultaten vragenlijst onderzoek: Cholesterolverlagers, beweging en spierklachten -------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

Van Klacht Naar Kracht deelnemersresultaten april 2010-2011

Van Klacht Naar Kracht deelnemersresultaten april 2010-2011 Feitenkaart Van Klacht Naar Kracht deelnemersresultaten april 010-011 In september 007 is de uitvoering van het Rotterdamse leefstijlprogramma Van Klacht naar Kracht gestart. Het doel van het programma

Nadere informatie

Evidence based richtlijnontwikkeling (EBRO) training voor patiënten. Ton Kuijpers, Epidemioloog

Evidence based richtlijnontwikkeling (EBRO) training voor patiënten. Ton Kuijpers, Epidemioloog Evidence based richtlijnontwikkeling (EBRO) training voor patiënten Ton Kuijpers, Epidemioloog Guru based medicine Inhoud Voorbeeld van een wetenschappelijk onderzoeksdesign (RCT) Mate van bewijs Conclusies

Nadere informatie

MANTELZORG, GOED GEVOEL

MANTELZORG, GOED GEVOEL UITKOMSTEN ONDERZOEK: MANTELZORG, GOED GEVOEL Inhoud: Theorie & Vragen Methode Theoretische achtergrond: Mantelzorgers zijn iets minder gelukkig dan de rest van de bevolking (CBS, 2016). Mantelzorg brengt

Nadere informatie

Samenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie

Samenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Zoals beschreven in hoofdstuk 1, is artrose een chronische ziekte die vaak voorkomt bij ouderen en in het bijzonder

Nadere informatie

Welkom bij de workshop Behoud van spierkracht bij ouderen. Esmée Doets en Michael Tieland 13 mei 2019

Welkom bij de workshop Behoud van spierkracht bij ouderen. Esmée Doets en Michael Tieland 13 mei 2019 Welkom bij de workshop Behoud van spierkracht bij ouderen Esmée Doets en Michael Tieland 13 mei 2019 ProMuscle in de Praktijk Implementatie van een leefstijlprogramma voor kwetsbare ouderen in de praktijk

Nadere informatie

VOOR ANTROPOMETRISCHE VETMASSA BIJ KINDEREN

VOOR ANTROPOMETRISCHE VETMASSA BIJ KINDEREN VLAAMSE REFERENTIECURVEN VOOR ANTROPOMETRISCHE PARAMETERS VAN DE ABDOMINALE VETMASSA BIJ KINDEREN Dr. Sarah Begyn Promotor: Prof. Jean De Schepper Co-promotor: Prof. Mathieu Roelants Kadering BMI-curven

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Leefstijl Nederlander niet verbeterd. Weer meer mensen met overgewicht

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Leefstijl Nederlander niet verbeterd. Weer meer mensen met overgewicht Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-021 20 maart 2007 9.30 uur Leefstijl Nederlander niet verbeterd In 2006 zijn Nederlanders niet gezonder gaan leven. Het aandeel volwassen Nederlanders

Nadere informatie

Ouder, Kind en Eten Onderzoek

Ouder, Kind en Eten Onderzoek Ouder, Kind en Eten Onderzoek Informatiebrochure Voorwoord Fijn dat u interesse heeft in het Ouder, Kind & Eten onderzoek. Op dit moment doen er al 165 ouders mee aan het onderzoek en we zoeken nog 40

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Een goede hand functie is van belang voor interactie met onze omgeving. Vanaf het moment dat we opstaan, tot we s avonds weer naar bed gaan,

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

VirtueleThuiszorg = preventieve inzet Voor Diabetes Mellitus Type 2 en Gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico

VirtueleThuiszorg = preventieve inzet Voor Diabetes Mellitus Type 2 en Gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico VirtueleThuiszorg = preventieve inzet Voor Diabetes Mellitus Type 2 en Gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico Diabetes Mellitus type 2 (DM2) wordt door verschillende experts aangeduid als een leefstijlziekte

Nadere informatie

Casus oudere vrouw met COPD

Casus oudere vrouw met COPD Casus oudere vrouw met COPD Een casus: Mevrouw de Wit 73 jarige vrouw 2003 tot 2005 herhaalde heupfracturen, kunstheup links Osteoporose Sinds een aantal jaren COPD gold 3, matige ziektelast Echtgenoot

Nadere informatie

Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin. Resultaten evaluatie JOGG December 2017

Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin. Resultaten evaluatie JOGG December 2017 Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin Resultaten evaluatie JOGG December 2017 Inleiding Achtergrond In het kader van de JOGG aanpak in de gemeente Roosendaal heeft op basisschool de Vlindertuin

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Gezonde leefstijl wint langzaam terrein. Licht dalende trend van zware drinkers

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Gezonde leefstijl wint langzaam terrein. Licht dalende trend van zware drinkers Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-018 18 maart 2008 9.30 uur Gezonde leefstijl wint langzaam terrein De laatste jaren zijn Nederlanders iets gezonder gaan leven. Het percentage rokers

Nadere informatie

Resultaten Vierdaagse Onderzoek 2017 Drs. Dominique ten Haaf Drs. Coen Bongers Dr. Jeanne de Vries Prof. Dr. Lisette de Groot Dr.

Resultaten Vierdaagse Onderzoek 2017 Drs. Dominique ten Haaf Drs. Coen Bongers Dr. Jeanne de Vries Prof. Dr. Lisette de Groot Dr. Resultaten Vierdaagse Onderzoek 2017 Drs. Dominique ten Haaf Drs. Coen Bongers Dr. Jeanne de Vries Prof. Dr. Lisette de Groot Dr. Thijs Eijsvogels Prof. Dr. Maria Hopman Voorwoord Afgelopen jaar heeft

Nadere informatie

Evaluatierapport Gezond Eten en Bewegen

Evaluatierapport Gezond Eten en Bewegen Evaluatierapport Gezond Eten en Bewegen Inleiding Dit verslag is gebaseerd op 54 evaluatieformulieren die verzameld werden bij de 152 deelnemers aan de cursussen Gezond eten en bewegen (respons rate 35.5%)

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 112

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 112 111 Ondervoeding is gedefinieerd als een subacute of acute voedingstoestand waarbij een combinatie van onvoldoende voedingsinname en ontstekingsactiviteit heeft geleid tot een afname van de spier- en vetmassa

Nadere informatie

In Beweging! Lizette Wattel Universitair Netwerk Ouderenzorg UNO-VUmc 1-2-2015

In Beweging! Lizette Wattel Universitair Netwerk Ouderenzorg UNO-VUmc 1-2-2015 2015 In Beweging! Lizette Wattel Universitair Netwerk Ouderenzorg UNO-VUmc 1-2-2015 IN BEWEGING IMPLEMENTATIE VAN EEN BEST PRACTICE BINNEN HET UNO-VUMC. EINDVERSLAG INLEIDING Ouderen in woonzorgcentra

Nadere informatie

NIET-CHIRURGISCHE BEHANDELING VAN OVERGEWICHT EN OBESITAS. Algemene Abdominale Chirurgie SFZ

NIET-CHIRURGISCHE BEHANDELING VAN OVERGEWICHT EN OBESITAS. Algemene Abdominale Chirurgie SFZ NIET-CHIRURGISCHE BEHANDELING VAN OVERGEWICHT EN OBESITAS Algemene Abdominale Chirurgie SFZ Welkom Beste Mevrouw/Mijnheer, Welkom in het obesitascentrum van het SFZ Heusden-Zolder. Deze brochure bevat

Nadere informatie

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens

Nadere informatie

VUmc Basispresentatie

VUmc Basispresentatie Sarcopenie Sarcopenie en ondervoeding Vorm van ondervoeding Gekarakteriseerd door verlies van spiermassa en spierkracht Risico op verminderd fysiek functioneren en een verminderde kwaliteit van leven Marian

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting 11 Nederlandse Samenvatting Bij beslissingen over het al dan niet vergoeden van behandelingen wordt vaak gebruikt gemaakt van kosteneffectiviteitsanalyses, waarin de kosten worden afgezet tegen de baten.

Nadere informatie

Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis

Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis Samenvatting Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis Hoofdstuk 1 bevat de algemene inleiding van dit proefschrift. Dit hoofdstuk

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B 1 havo 2009 - I

Eindexamen wiskunde B 1 havo 2009 - I Vetpercentage Al heel lang onderzoekt men het verband tussen enerzijds het gewicht en de lengte van volwassen mensen en anderzijds hun gezondheid. Hierbij gebruikt men vaak de Body Mass Index (BMI). De

Nadere informatie

Dutch Summary. (Nederlandse Samenvatting) Tim Takken

Dutch Summary. (Nederlandse Samenvatting) Tim Takken Dutch Summary (Nederlandse Samenvatting) Tim Takken 9 In Hoofdstuk 1 wordt een inleiding gegeven over algemene fitheid en algehele gezondheid. Uit diverse studies blijkt dat er een relatie bestaat tussen

Nadere informatie

Praktische opdracht Wiskunde Statistiek

Praktische opdracht Wiskunde Statistiek Praktische opdracht Wiskunde Statistiek Praktische-opdracht door R. 3948 woorden 5 december 2016 2,8 3 keer beoordeeld Vak Wiskunde Scoreformulier: Statistisch onderzoek havo 4 wiskunde A Namen groepsleden:

Nadere informatie

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten G.E. Wessels Datum: 16 augustus 2013 In opdracht van: Stichting Informele Zorg Twente 1. Inleiding Het belang van mantelzorg wordt in Nederland

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het Samenvatting Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het individu als op populatieniveau. Effectieve

Nadere informatie

Wandelen als medicijn voor 65-plussers

Wandelen als medicijn voor 65-plussers Wandelen als medicijn voor 65-plussers Liesbeth Preller 6 april 2019 Opbouw workshop Context Veranderende populatie Veranderende regelgeving zorg en ondersteuning Beweegrichtlijnen Inhoud en onderbouwing

Nadere informatie

Sarcopenie in obesitas en na bariatrische chirurgie. Prof. Dominique Hansen, PhD, FESC

Sarcopenie in obesitas en na bariatrische chirurgie. Prof. Dominique Hansen, PhD, FESC Sarcopenie in obesitas en na bariatrische chirurgie Prof. Dominique Hansen, PhD, FESC Prevalentie van obesitas Prevalentie van obesitas Sarcopenie in obesitas Biolo G, et al. Clin Nutr 2014; 33; 737 Wat

Nadere informatie

Chapter 11. Nederlandse samenvatting

Chapter 11. Nederlandse samenvatting Chapter 11 Nederlandse samenvatting Chapter 11 Reumatoïde artritis (RA) is een chronische aandoening die wordt gekenmerkt door ontstekingen van de gewrichten. Symptomen die optreden zijn onder andere pijn,

Nadere informatie

Onderzoek heeft aangetoond dat een hoge mate van herstelbehoefte een voorspellende factor is voor ziekteverzuim. Daarom is in de NL-SH ook de relatie

Onderzoek heeft aangetoond dat een hoge mate van herstelbehoefte een voorspellende factor is voor ziekteverzuim. Daarom is in de NL-SH ook de relatie Samenvatting Gehoor en de relatie met psychosociale gezondheid, werkgerelateerde variabelen en zorggebruik. De Nationale Longitudinale Studie naar Horen Slechthorendheid is een veelvoorkomende chronische

Nadere informatie

FEET4FEET. Ontstaan van voetklachten tijdens de. Nijmeegse Vierdaagse

FEET4FEET. Ontstaan van voetklachten tijdens de. Nijmeegse Vierdaagse FEET4FEET Ontstaan van voetklachten tijdens de Nijmeegse Vierdaagse Preventie van voetklachten tijdens de Nijmeegse Vierdaagse Waarom dit onderzoek? De Nijmeegse Vierdaagse is het grootste wandelevenement

Nadere informatie

MARKTONDERZOEKVERSLAG. Goldensports, juni 2016

MARKTONDERZOEKVERSLAG. Goldensports, juni 2016 MARKTONDERZOEKVERSLAG Goldensports, juni 2016 Marktonderzoek Golden sports juni 2016 Inleiding In juni 2016 hebben 63 deelnemers van GoldenSports de vragenlijst ingevuld (zie bijlage 1). De vragenlijsten

Nadere informatie

1 INFORMATIEBROCHURE

1 INFORMATIEBROCHURE INFORMATIEBROCHURE 1 2 Contactinformatie onderzoekers Contactpersoon: Swetlana Gutjar Afdeling Humane Voeding, Wageningen Universiteit Telefoon: 0317-481265 E-mail: nemostudie@wur.nl Bezoekadres: Agrotechnion,

Nadere informatie

MAKE THE SWITCH. Van suiker- naar vetverbranding

MAKE THE SWITCH. Van suiker- naar vetverbranding MAKE THE SWITCH Van suiker naar vetverbranding Wat is Sportvasten Switch van suiker naar vetverbranding! Een kickstart naar een andere stofwisseling en een nieuwe levensstijl! Hoe is Sportvasten ontstaan

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Obesitastraining Eat-Fit

Patiënteninformatie. Obesitastraining Eat-Fit Patiënteninformatie Obesitastraining Eat-Fit 1 Inhoud Inleiding... 3 Body Mass Index (BMI)... 3 Obesitas en fysieke activiteit... 3 Dieettherapie... 4 Operatie... 5 Onze obesitastraining Eat-Fit... 5 Het

Nadere informatie

RESPONS Er zijn panelleden benaderd. Van hen hebben er de vragenlijst ingevuld. Dit resulteert in een respons van 64%.

RESPONS Er zijn panelleden benaderd. Van hen hebben er de vragenlijst ingevuld. Dit resulteert in een respons van 64%. Samenvatting gezondheidsbeleving, 2015 Het Internet Panel (DIP) is in maart 2015 benaderd over het onderwerp gezondheidsbeleving. De GGD doet elke 4 onderzoek naar de gezondheid van bewoners. Dit doen

Nadere informatie

12-10-2012. Voedingszorg rondom de COPD-patiënt. 2. In welke gold klasse valt mevrouw?

12-10-2012. Voedingszorg rondom de COPD-patiënt. 2. In welke gold klasse valt mevrouw? Voedingszorg rondom de COPD-patiënt Landelijk Diëtisten Netwerk COPD (LDN COPD) Gonnie Geraerts Heleen Froon Paula van Melick Anke Kalisvaart 1. Welke gegevens vraag je na en welke antropometrie voer je

Nadere informatie

Voedingszorg rondom de COPD-patiënt

Voedingszorg rondom de COPD-patiënt Voedingszorg rondom de COPD-patiënt Landelijk Diëtisten Netwerk COPD (LDN COPD) Gonnie Geraerts Heleen Froon Paula van Melick Anke Kalisvaart 1. Welke gegevens vraag je na en welke antropometrie voer je

Nadere informatie

Rotterdam Lekker Fit! Gezinsaanpak draagt bij aan vermindering consumptie gezoete dranken door kinderen.

Rotterdam Lekker Fit! Gezinsaanpak draagt bij aan vermindering consumptie gezoete dranken door kinderen. Februari 2013 Rotterdam Lekker Fit! Gezinsaanpak draagt bij aan vermindering consumptie gezoete dranken door kinderen. In Rotterdam heeft een kwart van de basisschoolkinderen overgewicht, met alle gezondheidsrisico

Nadere informatie

Biowalking voor ouderen

Biowalking voor ouderen Biowalking voor ouderen Een pilot onderzoek naar de effecten van en ervaringen met Biowalking voor ouderen Dr. Jolanda Maas Vrije Universiteit Amsterdam, afdeling Klinische Psychologie 1. Inleiding IVN

Nadere informatie

voor een actieve sociale levensstijl. SCORELIJSTEN FITTEST

voor een actieve sociale levensstijl. SCORELIJSTEN FITTEST voor een actieve sociale levensstijl. SCORELIJSTEN FITTEST Bloeddruk De bloeddruk wordt gemeten met een elektronische bloeddrukmeter. Bij het meten van een te hoge bloeddruk volgens de norm, werden de

Nadere informatie

Hypnotherapie als behandeling van het Prikkelbaredarmsyndroom

Hypnotherapie als behandeling van het Prikkelbaredarmsyndroom Hypnotherapie als behandeling van het Prikkelbaredarmsyndroom Een pilot studie naar de behandeling door PDS-therapeuten Methode studiepopulatie 285 patiënten (leeftijd 18-65 jaar, 74% vrouw), gediagnosticeerd

Nadere informatie

Effectieve voeding en beweging bij overgewicht Esther van Etten Sportdietist

Effectieve voeding en beweging bij overgewicht Esther van Etten Sportdietist Effectieve voeding en beweging bij overgewicht Esther van Etten Sportdietist - Sportdietist: - Eigen praktijk: SMC Fysiomed Amsterdam - Nationale roeiselectie: KNRB - Schrijven van blogs en columns: JOGG,

Nadere informatie

Implementatie van GLIM criteria en Sarcopenie richtlijn in de praktijk. Heidi Zweers

Implementatie van GLIM criteria en Sarcopenie richtlijn in de praktijk. Heidi Zweers Implementatie van GLIM criteria en Sarcopenie richtlijn in de praktijk Heidi Zweers Disclosure-slide Geen belangenverstrengeling te melden CV Lid van NAP PhD student voeding bij Mitochondriële ziekten

Nadere informatie

nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting

nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting nederlandse samenvatting 197 Nederlandse samenvatting Binnenwerk QLIM Study Mix 197 21-03-16 15:58 198 the qlim study Van alle kinderen in Nederland die worden gediagnosticeerd met kanker is vijf jaar

Nadere informatie

Berekening energiebehoefte en meting lichaamssamenstelling bij ALS, zinvol? Dea Schröder, Coby Wijnen, Ilse Batten 2016

Berekening energiebehoefte en meting lichaamssamenstelling bij ALS, zinvol? Dea Schröder, Coby Wijnen, Ilse Batten 2016 70 kg Berekening energiebehoefte en meting lichaamssamenstelling bij ALS, zinvol? Dea Schröder, Coby Wijnen, Ilse Batten 2016 Voedingstoestand Daling van het gewicht (BMI) en ALSFRS-R gerelateerd, wijst

Nadere informatie

Leidenincijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming

Leidenincijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming incijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming Uitkomsten GGD-gezondheidspeiling 2016 Gezondheid van aren BELEIDSONDERZOEK 071-516 5123 I info@leidenincijfers.nl I

Nadere informatie

3-isOne-studie. Leefstijlprogramma. 3-isOne, voed lichaam, brein & hart, is een leefstijl-programma gebaseerd op 5 pijlers:

3-isOne-studie. Leefstijlprogramma. 3-isOne, voed lichaam, brein & hart, is een leefstijl-programma gebaseerd op 5 pijlers: Leefstijlprogramma 3-isOne, voed lichaam, brein & hart, is een leefstijl-programma gebaseerd op 5 pijlers: Deze 5 pijlers worden stap voor stap geïntegreerd in het leven van de klant/patiënt. Het traject

Nadere informatie

Maureen van Hurck Studentnummer: 500639753 Projectnummer: 2015103 Afstudeer periode: september 2014 - januari 2015 Publicatiedatum: januari 2015

Maureen van Hurck Studentnummer: 500639753 Projectnummer: 2015103 Afstudeer periode: september 2014 - januari 2015 Publicatiedatum: januari 2015 Welke formules zijn het meest valide bij het schatten van energieverbruik in rust bij ouderen (55+) met obesitas in vergelijking met het resultaat van de indirecte calorimeter? Auteur: Maureen van Hurck

Nadere informatie

Sportparticipatie Volwassenen

Sportparticipatie Volwassenen Sportparticipatie 2014 Volwassenen Onderzoek & Statistiek Februari 2015 2 Samenvatting In het najaar van 2014 is de sportparticipatie van de volwassen inwoners van de gemeente s- Hertogenbosch onderzocht.

Nadere informatie

Factoren die kunnen en willen doorwerken tot 65 beïnvloeden

Factoren die kunnen en willen doorwerken tot 65 beïnvloeden Het verhogen van duurzame inzetbaarheid van de beroepsbevolking is een van de grootste uitdagingen voor de geïndustrialiseerde landen in de komende decennia. Omdat de beroepsbevolking krimpt en vergrijst

Nadere informatie

1 INFORMATIEBROCHURE

1 INFORMATIEBROCHURE INFORMATIEBROCHURE 1 2 Contactinformatie onderzoekers Contactpersoon: Swetlana Gutjar Afdeling Humane Voeding, Wageningen Universiteit Telefoon: 0317-480759 E-mail: emo.studie@wur.nl Bezoekadres: Biotechnion,

Nadere informatie

hoofdstuk 2 een vergelijkbaar sekseverschil laat zien voor buitenrelationeel seksueel gedrag: het hebben van seksuele contacten buiten de vaste

hoofdstuk 2 een vergelijkbaar sekseverschil laat zien voor buitenrelationeel seksueel gedrag: het hebben van seksuele contacten buiten de vaste Samenvatting Mensen zijn in het algemeen geneigd om consensus voor hun eigen gedrag waar te nemen. Met andere woorden, mensen denken dat hun eigen gedrag relatief vaak voorkomt. Dit verschijnsel staat

Nadere informatie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Overgewicht is een snel groeiend wereldwijd probleem en is geassocieerd

Nadere informatie

ONDERZOEK HARTREVALIDATIE: KAN HET KORTER? Sabrine de Vries Spithoven ANIOS Cardiologie

ONDERZOEK HARTREVALIDATIE: KAN HET KORTER? Sabrine de Vries Spithoven ANIOS Cardiologie ONDERZOEK HARTREVALIDATIE: KAN HET KORTER? Sabrine de Vries Spithoven ANIOS Cardiologie 21-11-2014 INHOUDSOPGAVE Introductie Relevantie Onderzoeksvragen Methode Resultaten Discussie Conclusie Aanbeveling

Nadere informatie

Informatiebrochure. Een onderzoek van Afdeling Humane Voeding, Wageningen Universiteit

Informatiebrochure. Een onderzoek van Afdeling Humane Voeding, Wageningen Universiteit Informatiebrochure Een onderzoek van Afdeling Humane Voeding, Wageningen Universiteit Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Contactinformatie onderzoekers... 3 Plattegrond locatie... 4 Voorwoord... 5 Het onderzoek...

Nadere informatie

B-vitaminen ter preventie van fracturen en de vermindering van het fysiek functioneren

B-vitaminen ter preventie van fracturen en de vermindering van het fysiek functioneren SAMENVATTING Samenvatting B-vitaminen ter preventie van fracturen en de vermindering van het fysiek functioneren Door de stijgende levensverwachting zal het aantal osteoporotische fracturen toenemen. Osteoporotische

Nadere informatie

Deel I Het startpunt van het Vital@Work onderzoek

Deel I Het startpunt van het Vital@Work onderzoek De babyboomer generatie, een langere levensverwachting en lagere geboortecijfers hebben als gevolg dat de samenleving vergrijst. Om de gevolgen van de vergrijzende samenleving, zowel vanuit bedrijfs- als

Nadere informatie

COPD- en Astmacontroleboekje van:

COPD- en Astmacontroleboekje van: De Astma apotheken en COPD van Zorggroep Uw behandelplan Almere Inhoudsopgave Waarom dit boekje 1 Controleafspraak voor astma / COPD 4, 6, 8, 10 Doelen voor de controle de volgende keer 5, 7, 9, 11 Andere

Nadere informatie

Bijlage bij hoofdstuk 7 Ervaren gezondheid, leefstijl en zorggebruik

Bijlage bij hoofdstuk 7 Ervaren gezondheid, leefstijl en zorggebruik Bijlage bij hoofdstuk 7 Ervaren gezondheid, leefstijl en zorggebruik B7.1 Constructie van de maten voor fysieke en psychische gezondheid SF-12 vragen in SING 09 In gezondheidsonderzoek wordt vaak de zogenaamde

Nadere informatie

Thuis Onbezorgd Mobiel (TOM) samenvatting onderzoeksresultaten 1

Thuis Onbezorgd Mobiel (TOM) samenvatting onderzoeksresultaten 1 Thuis Onbezorgd Mobiel (TOM) samenvatting onderzoeksresultaten 1 Publicatiedatum 29 maart 2019 Waarom TOM? De overheid stimuleert dat ouderen langer thuis kunnen blijven wonen, waarmee een groot beroep

Nadere informatie

Ellen Govers. Waarom een dieet dat afwijkt van de RGV? Het dieet in 3 fasen Casussen Conclusies en aanbevelingen

Ellen Govers. Waarom een dieet dat afwijkt van de RGV? Het dieet in 3 fasen Casussen Conclusies en aanbevelingen Ellen Govers Waarom een dieet dat afwijkt van de RGV? Het dieet in 3 fasen Casussen Conclusies en aanbevelingen 1. patiënten kunnen goed afvallen op de Richtlijnen Goede Voeding 2. overgewicht behandelen

Nadere informatie

De COBRA-studie: Veranderingen in lichaamssamenstelling tijdens chemotherapie voor vrouwen met borstkanker.

De COBRA-studie: Veranderingen in lichaamssamenstelling tijdens chemotherapie voor vrouwen met borstkanker. De COBRA-studie: Veranderingen in lichaamssamenstelling tijdens chemotherapie voor vrouwen met borstkanker. Oncologiedagen voor verpleegkundigen, Ede 18-11-2014 Maaike van den Berg, MSc, Anja de Kruif,

Nadere informatie

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers ummery amenvatting Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers 207 Algemene introductie Werkgerelateerde arm-, schouder- en nekklachten zijn al eeuwen

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Gezondere leefstijl blijkt voor velen moeilijk haalbaar

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Gezondere leefstijl blijkt voor velen moeilijk haalbaar Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-017 16 maart 2010 9.30 uur Gezondere leefstijl blijkt voor velen moeilijk haalbaar Bijna een op de twee beweegt onvoldoende Ruim een op de tien heeft

Nadere informatie

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Samenvatting 141 Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Hoofdstuk 1 is de inleiding van dit proefschrift. Internetbehandeling voor depressie en angst is bewezen effectief. Dit opent

Nadere informatie

De NVD heet je van harte welkom bij deze sessie!

De NVD heet je van harte welkom bij deze sessie! De NVD heet je van harte welkom bij deze sessie! Angela Fleming en Yvonne Verhulst, Ter Gooi Diëtistendagen 2016 4 De meerwaarde van de diëtist bij de behandeling van de klinische COPD patiënt. Angela

Nadere informatie

Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's

Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's Versie 5.0.0 Drs. J.J. Laninga December 2015 www.triqs.nl Voorwoord Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over het uitgevoerde ervaringsonderzoek naar

Nadere informatie