Ap: AMERIKAANSE DRONES VROUWEN IN AFGHANISTAN WESTELIJKE BALKAN SPEC I AL FORCES

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ap: AMERIKAANSE DRONES VROUWEN IN AFGHANISTAN WESTELIJKE BALKAN SPEC I AL FORCES"

Transcriptie

1 Ap: AMERIKAANSE DRONES VROUWEN IN AFGHANISTAN WESTELIJKE BALKAN SPEC I AL FORCES

2 INHOUDSOPGAVE 3 Redactioneel 4 Analyse Bommen, bepalingen en belangen Het toenemend gebruik van drones door de VS 9 Opinie Vrouwen, vrede en veiligheid Opereren vanuit het genderperspectief: vrede en veiligheid voor iedereen 14 Opinie Vooruitgang en stagnatie De Westelijke Balkan twintig jaar na het uiteenvallen van Joegoslavië 20 Beschouwing Méér dan moderniseren Special Operations Forces belangrijker binnen de NAVO 25 Atlantisch Nieuwsoverzicht 29 Boekbespreking 31 Achteraf COLOFON Atlantisch perspectief: Nummer: 7 / 2011 Jaargang 35 tijdschrift voor internationale betrekkingen en veiligheidspolitiek Atlantisch Perspectief is een genmaj marns b.d. Kees Homan het bureau van de Atlantische Abonnementen en lidmaatschap- uitgave van de Stichting Joris Janssen Lok Commissie. pen worden automatisch met een Atlantische Commissie prof. dr. Ruud Janssens kalenderjaar verlengd tenzij voor ingeschreven bij de Kamer van prof. dr. Wim Klinkert Vormgeving 1 december schriftelijk is opgezegd. Koophandel Haaglanden onder Hans van Leeuwe Arthur Meyer; M/vG ontwerpers nummer Atlantisch prof. dr. Marianne van Leeuwen Perspectief verschijnt 8x per jaar Rik van der Linden Opmaak & Druk Bureau & Redactie Bezuidenhoutseweg 237A-239A 2594 AM Den Haag Anselm van der Peet dr. Sebastian Reyn Auke Venema Internationale Adviesraad dr. Hans Binnendijk De Swart, Den Haag ISSN-nr.: Artikelen uit Atlantisch Perspectief mogen alleen worden overgenomen Amerikaanse Navy SEALs springen uit een vliegtuig tijdens een vrije val parachutetraining. Special forces, zoals de SEALs, worden steeds belangrijker (zie het artikel van Michiel de Weger, pag. 20) en vaker ingezet(foto: U.S. Marine Corps/Reece E. Lodder) telefoon: dr. Ann-Sofie Dahl na schriftelijke toestemming van fax: Marten van Heuven de redactie. redactie@atlcom.nl prof. dr. Jan Willem Honig internet: prof. dr. Margarita Mathiopoulos De redactie van Atlantisch prof. dr. Alexander Moens Perspectief is het niet noodzakelij- Eindredacteur dr. Henning Riecke kerwijs eens met de strekking van Maarten Katsman Stanley Sloan de artikelen in het tijdschrift. Losse en voorgaande nummers Adviesraad Abonnementen van Atlantisch Perspectief zijn dr. Bram Boxhoorn Een abonnement kost 27,50 te verkrijgen bij de Atlantische voorzitter Niklaas Hoekstra per jaar. Studenten en scholen betalen 22,-. Opgave schriftelijk, Commissie. Advertentietarieven zijn te bevragen Ap:AMERIKAANSE DRONES VROUWEN IN AFGHANISTAN WESTELIJKE BALKAN SPECIAL FORCES senior redacteur telefonisch of elektronisch bij bij de redactie.

3 Ap: 2011nr7 Redactioneel 3 Het circus en de buitenwereld In de VS is het circus van de voorverkiezingen voor de presidentskandidaten (die beginnen in januari) nu goed op gang gekomen na een reeks debatten tussen de Republikeinse kandidaten. Vooralsnog lijkt Obama zich weinig zorgen te hoeven maken. De echte talenten van de Republikeinse Partij, bijvoorbeeld Chris Christie, willen het nog niet proberen. De huidige kandidaten begaan intussen misstap na misstap: Rick Perry, al tien jaar gouverneur van de bevolkingsrijke staat Texas, was even de frontrunner voor de Republikeinse nominatie. Tot hij zich blameerde in het debat van vorige week, door zich niet te kunnen herinneren wat één van de drie ministeries was die hij wil opheffen, zodra hij president is. Na lang aarzelen sloot hij zijn antwoord af met oops. Een goudmijn voor de media en cabaretiers. Pizzakoning Herman Cain ligt na een onverwachte, snelle opkomst onder vuur wegens beschuldigingen van seksuele intimidatie. Daarnaast komt Cain inhoudelijk te kort. Gevraagd naar zijn mening over Obama s optreden tegen Kadhafi, controleerde Cain eerst bij de interviewer of Obama inderdaad de opstandelingen steunde, voordat hij verder durfde te antwoorden. Wat volgde was een wirwar van vage standpunten. Newt Gingrich, Speaker of the House tijdens Clintons presidentschap, leek eerder al afgeschreven na allerlei campagnegeklungel, maar neemt in een recente peiling toch weer de leiding. Over zijn ideeën en standpunten valt te twisten, hij heeft in ieder geval redelijk verstand van zaken en kan goed debatteren, een kwaliteit die zijn tegenstanders missen. Mitt Romney (25 procent) is samen met de libertijnse Ron Paul (15 procent) de meest stabiele factor in peilingen. De overige zestig procent kan nog alle kanten op gaan. Voorlopig geldt Romney als de meest serieuze kanshebber, bij gebrek aan beter. Obama heeft ondertussen op het gebied van buitenlands beleid een mooi track record opgebouwd: Osama bin Laden is gedood, evenals één van de belangrijkste kandidaten om hem op te volgen, de Amerikaans-Jemenitische Anwar al- Awlaki. Kadhafi is met relatief kleine en goedkope inspanningen ten val gebracht, de terugtrekking uit Irak wordt voltooid en het plan om datzelfde te doen in Afghanistan is ingezet. Op Nationale Veiligheid, traditioneel het sterke punt van de Republikeinen, is Obama moeilijk te kritiseren. Er blijven nog wat hoofdpijndossiers, waarbij Iran nu in het oog springt. Op 8 november bracht het Internationaal Atoomenergie Agentschap (IAEA) zoals elk kwartaal een rapport uit over het Iraanse atoomprogramma. Het rapport bevat niet zozeer nieuwe informatie over de mate van weaponization, maar wel extra details over de activiteiten die Iran heeft ondernomen. Mitt Romney greep het IAEArapport aan om de aanval op de regering-obama te openen: dankzij buitengewoon falen van de huidige regering kan Iran snel zijn doel bereiken en een atoombom verkrijgen. Dit is wel erg makkelijk gesteld, want het probleem speelt natuurlijk al langer. Ook George W. Bush kon niet voorkomen dat Iran hard op weg is naar een nucleaire status. In 2008 neuriede John McCain tijdens een soundcheck bomb, bomb, bomb Iran en die optie lijkt nu van Israëlische kant dichter bij te komen. Over het algemeen wordt aangenomen dat de Amerikanen geen nieuwe oorlog in het Midden-Oosten willen beginnen. Toch houdt Obama alle opties op tafel. Zijn strategie van dialoog, sancties en een voorbeeld stellen (omarmen van nucleaire ontwapening) is misschien niet effectief om Iran te stoppen, maar verschaft wel extra tijd en bredere internationale steun. Daarnaast vermindert die strategie de perceptie van Amerikaanse hypocrisie. Ahmadinejad kon in de laatste Bush-jaren met zijn anti-amerikanisme een behoorlijke status verwerven, momenteel is hij weer geïsoleerd. Ko Colijn stelde in Vrij Nederland dat de geruchten rond een Israëlische aanval op Iran niets meer zijn dan een jaarlijks in de herfst terugkerend fenomeen. Wellicht probeert Israël deze keer de druk op de Amerikanen op te voeren, juist nu de verkiezingstijd weer begint en de kandidaten van beide partijen de sterke Israëlische lobby nodig hebben. Na een moeizame periode in de relatie kan een crisis rond Iran de twee bondgenoten misschien weer nader tot elkaar brengen. Een gevaarlijk spel om te spelen, zeker met het oog op de mogelijke Republikeinse kandidaten. Maarten Katsman 16 november 2011 Wilt u reageren? Mail de redactie: redactie@atlcom.nl.

4 4 Analyse Ap: 2011nr7 Bommen, bepalingen en belangen Het toenemend gebruik van drones door de VS 1 Wouter van Cleef Wat zijn de overeenkomsten tussen Somalië, Jemen, Pakistan, Afghanistan en Libië? Staatsinstellingen bestaan amper in deze landen of staan zwaar onder druk. Regelmatig horen we over geweld op deze plekken. Er is echter nog een ander fenomeen dat deze landen met elkaar verbindt: Amerika heeft in de afgelopen maanden in al deze landen aanvallen met onbemande vliegtuigen uitgevoerd. Naar aanleiding van een serie recente aanvallen en ontwikkelingen zet dit artikel een aantal belangrijke juridische, politieke en militaire aspecten van de inzet van dit moderne wapen op een rij. Voor Amerika s politieke en militaire leiders is de keuze voor het onbemande vliegtuig (drone in militair jargon) een vrij eenvoudige. De kosten zijn immers laag: de piloot rijdt gewoon in Nevada naar zijn werk terwijl het toestel dichtbij het strijdtoneel wordt bewapend en onderhouden. De risico s blijven beperkt: bij een crash zal de piloot niets overkomen. Naast het voorkómen van onnodige slachtoffers is de belangrijkste zorg dat hoogwaardige technologie niet in verkeerde handen valt. Daar staat tegenover dat de potentiële opbrengsten van drone-inzet zeer hoog zijn. Middels één gericht schot kan een anders onbenaderbare vijandige strijder worden uitgeschakeld. In bijzonder gevoelige situaties kan er voor gekozen worden de operatie geheim te houden. Dat geldt ook voor de huidige Amerikaanse drone-inzet in Pakistan, die van regeringswege nog altijd wordt ontkend noch bevestigd. Peter Bergen, AfPak -analist bij the New America Foundation, noemt het drone-programma zonder omhaal the world s worst-keptsecret. Juridische inzichten en bezwaren Als je de kosten tegen de baten afweegt lijkt het begrijpelijk dat het gebruik van drones onder de regering-obama significant is toegenomen en dat drones in steeds meer landen worden ingezet. Toch wordt dit beleid sterk bekritiseerd. Philip Alston, voormalig speciaal VN-rapporteur voor buitengerechtelijke executies, heeft de Amerikaanse regering een veeg uit de pan gegeven vanwege de aanvallen. Hij sprak over een ontluikende Playstation-mentaliteit door het gebruik van drones en waarschuwde dat overtredingen van het oorlogsrecht en andere internationaalrechtelijke normen op de loer liggen. Alston stelt vast: the most prolific user of targeted killings today is the United States. Hij sluit niet uit dat sommige aanvallen te rechtvaardigen zijn met een beroep op zelfverdediging. Een aanval op terroristen die zonder twijfel een rechtstreekse bedreiging voor de VS vormen zou op die manier juridisch kunnen worden verantwoord. Voor buitenstaanders valt dat echter onmogelijk te bepalen, juist omdat er nooit publiek verantwoording wordt afgelegd. Officieel vinden de meeste drone-aanvallen plaats onder bevel van de inlichtingendienst CIA. De dienst mag slechts beperkt publiekelijk over zijn werk naar buiten treden. Het juridisch kader van de inzet is daardoor niet te beoordelen. Omdat CIA-medewerkers die met droneswerken géén militairen zijn, is het internationaalrechtelijk regime waaronder de aanvallen plaatsvinden onduidelijk, of - volgens critici - afwezig. Het humanitair internationaal recht erkent agenten van civiele inlichtingendiensten niet als strijder in juridische zin ( lawfulcombatants ). Hetzelfde geldt voor hen die worden aangevallen met drones: ook dat zijn geen geüniformeerde strijders in een staatsleger, integendeel.

5 Ap: 2011nr7 5 Daarboven geldt natuurlijk ook het expliciete verbod op het gebruik van geweld door staten, behalve indien een land eerst zelf wordt aangevallen. Dit verbod is expliciet vastgelegd in het VN-Handvest. Omdat het juridisch kader van drone-aanvallen onduidelijk blijft, pleit Alston voor meer openheid. Hij vreest dat de internationale rechtsorde steeds meer in het gedrang komt: als staten zich minder laten leiden door het VN-Handvest, neemt de kans toe dat andere staten deze bepalingen eveneens aan de kant schuiven. Eerder dit jaar zijn een aantal achtergronden van drone-operaties onthuld in de Amerikaanse media. In Newsweek sprak de voormalig hoofdjurist van de CIA, John Rizzo, over de toetsen die hij uitvoerde alvorens een executie-order te tekenen. Hoewel hij de inhoud van de juridische toetsen voor zich hield, stelde Rizzo dat hij uitgebreid onderzocht of een persoon inderdaad een ernstige bedreiging vormde voor de veiligheid van de Verenigde Staten. Pas nadat hij het bewijs had geverifieerd en getoetst, ging hij akkoord. Naar eigen zeggen wees Rizzo regelmatig verzoeken af, omdat hij niet overtuigd werd door het aangeleverde materiaal. The Wall Street Journal blikte uitvoerig terug op de operatie tegen Attiyah Abd al-rahman, Al-Qaida s operationele chef, die eind augustus in het Pakistaanse Waziristan werd uitgeschakeld door een drone-aanval. De journalisten rapporteerden dat aanvallen tegen topterroristen als al-rahman uitgevoerd worden op basis van overduidelijke inlichtingen. Daartegenover staat dat drones meer en meer worden ingezet bij zogenaamde signature strikes. Bij deze categorie aanvallen is de identiteit van doelwitten bij de VS onbekend, maar wordt op basis van een profiel (zoals contacten met bekende terroristen en recente activiteiten) besloten tot uitschakeling van een individu of gezelschap. Deze zogenoemde signature strikes vormen een extra reden tot zorg onder juristen: als je niet eens weet wie precies je doelwit is, kun je onmogelijk weten of je een vijand uitschakelt. In de Verenigde Staten laaide het publieke debat over de rechtsgronden onder drone-aanvallen op nadat Anwar al-awlaki werd uitgeschakeld. Deze Al-Qaida strijder met de Jemenitische én Amerikaanse nationaliteit werd eind september gedood bij een aanval op het konvooi in Jemen waarin hij meereed. Awlaki was een inspiratiebron voor een aantal terroristen, zoals de psychiater die in november 2009 op legerbasis Fort Hood dertien militairen doodschoot en Faisal Shahzad, die in mei 2010 een auto wilde laten ontploffen op Times Square. In Amerika leidde Awlaki s uitschakeling tot discussie: deugt het wel dat de Amerikaanse regering een eigen onderdaan doodt? Een fundamenteel beginsel in de Amerikaanse grondwet is dat de regering niet kan straffen - laat staan doden - zonder proces. Voor Washington gaf uiteindelijk Awlaki s nieuwe rol de doorslag:hij was niet langer alleen inspirator van terroristen, steeds meer speelde Een onbemand vliegtuig van het type Global Hawk, die lange afstanden kan vliegen en o.a. gebruikt wordt om potentiële doelwitten vast te stellen (foto: U.S. Air Force/Andy M. Kin)

6 6 Analyse Ap: 2011nr7 hij een operationele rol bij aanslagen. Awlaki verliet het domein van aanzetten tot geweld en radicaliseren en werd steeds meer een manager van terroristische operaties, zoals de mislukte aanslag door onderbroekterrorist Abdulmutallab. Terwijl de internationale kritiek op het drone-programma zich vooral richt op schendingen van het De potentiële humanitair internationaal recht en fundamentele opbrengsten van mensenrechten, bestaat in de landen waar de drone-inzet zijn zeer aanvallen plaatsvinden zorg over schendingen hoog van de eigen soevereiniteit. Een interessant gegeven daarbij is dat drones vooral worden ingezet in juridische zwarte gaten. In de stammengebieden langs de Pakistaans-Afghaanse grens is de zwaardmacht van de staat in feite afwezig. Hetzelfde geldt voor delen van Jemen en vrijwel heel Somalië. Als Pakistan nalatig blijkt te zijn bij de bestrijding van internationaal terrorisme binnen het eigen territorium en niet bij machte is recht en orde te handhaven, kun je het andere staten (zoals de VS) dan werkelijk kwalijk nemen dat zij in die gebieden ingrijpen? Wanneer een staat eenvoudigweg niet capabel is zelf iets te ondernemen tegen een dreiging binnen het eigen territorium, komen klachten over soevereiniteitsschendingen wat gratuit over op de buitenwacht. Het debat over de status van dergelijke juridische zwarte gaten is nog maar net begonnen. Met het groeiend aantal falende staten wereldwijd, en de ernstige gevolgen van staatfalen over de grenzen heen (terrorisme, drugshandel en massale migratiestromen), zal deze kwestie gedurende de komende decennia steeds belangrijker worden in de wereldpolitiek. Politieke gevoeligheden van drone-aanvallen Aanvallen middels onbemande Amerikaanse vliegtuigen vinden vooral plaats boven Pakistan, waar ze met name in de stammengebieden en in het noordwestelijke deel van het land regelmatig toeslaan. Trotse Pakistani is dit een doorn in het oog. Na elke aanval volgen officiële veroordelingen vanuit de regering in Islamabad en gaan mensen de straat op om te demonstreren tegen schendingen van Pakistans soevereiniteit en eventuele burgerslachtoffers. Uit de Wikileaks-documenten weet het grote publiek inmiddels wat de Pakistaanse elite liever geheim hield: in diplomatieke kringen hebben hoge Pakistaanse politici en militairen de VS jarenlang stilletjes bedankt voor de aanvallen. Ook leverde de Pakistaanse regering allerlei ondersteuning ten behoeve van de aanvallen. Hoewel de Amerikaanse en Pakistaanse regeringen tot voor kort de plooien in hun relatie steeds konden gladstrijken, neemt de razernij onder gewone Pakistani over drone-aanvallen een grote vlucht. Na elke aanval gaan grote groepen woedende Pakistani de straat op om te demonstreren. Dit sentiment vormt een ideale voedingsbodem voor bewegingen als Al-Qaida en de Taliban die de VS juist beogen te bestrijden met de aanvallen. Terwijl president Obama met de drone-aanvallen op korte termijn dus belangrijke doelen uitschakelt, blijft het de vraag of de aanvallen op langere termijn niet schadelijk zijn voor Amerika s eigen belangen. Een risico waar ook de eerder genoemde expert Peter Bergen de afgelopen jaren nadrukkelijk op heeft gewezen. Na de Amerikaanse raid op de schuilplaats van Al-Qaidaleider Bin Laden in Pakistan lijkt echter een definitieve kentering in de Pakistaanse houding te zijn ontstaan. Bin Laden kon jarenlang ongestoord op slechts drie uur rijden van Islamabad wonen. Hij verbleef op een steenworp afstand van een grote Pakistaanse militaire academie - dus niet diep in de tribale gebieden zoals vaak werd vermoed. Dit gegeven heeft de toch al gespannen relatie tussen Pakistan en de VS geen goed gedaan. Het feit dat Amerikaanse militairen diep in de nacht Pakistaans territorium ver waren binnengedrongen was onverteerbaar voor de regering van president Zardari. Daarom besloot de Pakistaanse regering tegenmaatregelen te nemen. De vliegbasis Shamsi in het zuidwesten van Pakistan werd gesloten voor de inzet van Amerikaanse drones. Voorheen was deze afgelegen basis juist een belangrijke locatie waarvandaan de VS de onbemande toestellen lanceerden. Het bestaan van deze Amerikaanse drone-basis binnen de Pakistaanse grenzen was een publiek geheim. Een van de vele min of meer publieke geheimen waar de drone-inzet door omgeven is. De Pakistaanse volkswoede over de Amerikaanse aanvallen doet de statuur van de VS in de wijde regio geen goed. Hoewel president Obama bij zijn beroemde toespraak in Caïro (in juni 2009, vóór de Arabische Lente) een nieuwe verstandhouding met de islamitische wereld zei na te streven, wordt de opgevoerde en verbrede drone-campagne in de regio gezien als bewijs van Amerikaanse hypocrisie. Het wapen is daarmee een object van haat en frustratie geworden. Precies om deze reden schreef Washington Postcolumnist David Ignatius deze zomer het onverstandig te vinden dit wapenplatform in te zetten bij de campagne in Libië: het is de slechtst mogelijke uiting van Amerikaanse macht. Toch is dat geen reden voor de regering-obama terughoudend op te treden bij het gebruik van drones. De Amerikanen lijken namelijk in toenemende mate ongerust dat Oost-Afrika de nieuwe uitvalsbasis zou kunnen worden van een krachtig, internationaal opererend terroristisch netwerk. In september schreven The Washington Post en The Wall Street Journal over de toename in het gebruik van Amerikaanse drones rond Somalië. Amerikaanse politici zullen zich

7 Ap: 2011nr7 7 nog de gewelddadigheden herinneren bij de aftocht van de eigen troepen die onder VN-commando tevergeefs trachtten de orde te herstellen in de vroege jaren 90. Een effectieve Somalische staat is sindsdien een illusie gebleven. Het centraal gezag is nooit hersteld, met alle nadelige gevolgen van dien. In het aangrenzende Ethiopië en Djibouti bevinden zich bases waarvandaan steeds vaker drone-aanvallen plaatsvinden in het vrijwel onbestuurde buurland. Op de Seychellen, een eilandenrijk in de Indische Oceaan, stonden al langere tijd drones klaar om bewegingen van Somalische piraten in de gaten te houden. Volgens recente, bevestigde onthullingen zijn deze toestellen ook ingezet bij gewapende acties in Somalië. Zo wordt Afrika langzaam maar zeker toegevoegd aan het werkterrein van Amerika s onbemande luchtstrijd tegen het internationaal terrorisme. En niet zonder reden. Al-Shabaab, de militant-islamistische groepering die een belangrijk deel van het door oorlog verscheurde Somalië bestuurt, heeft in de laatste jaren een snelle opmars gemaakt. Het netwerk komt regelmatig in het nieuws vanwege verschrikkingen in Somalië: keihard optreden tegen inwoners die zich niet aan Al-Shabaabs strikte, islamitische wetten conformeren en aanslagen tegen Afrikaanse VNtroepen die in het land aanwezig zijn. Inlichtingendiensten wereldwijd zijn bezorgd over mogelijke samenwerking tussen Al-Shabaab en Al-Qaida. Hoewel er weinig concrete openbare informatie over samenwerking tussen de groepen bestaat, kan men ervan uitgaan dat uitwisseling van strijders, technieken en ideologie gevaarlijke elementen van zo n monsterverbond kunnen vormen. Al-Shabaab laat ook buiten Somalië steeds meer van zich spreken. Een aanval op Israëlische toeristen in Mombassa, Kenia in 2002 (waarbij zelfs een Israëlisch passagiersvliegtuig werd beschoten) wordt toegeschreven aan Al-Shabaab. Ook westerse hulpverleners in Somalië zijn geregeld doelwit geweest van geweld. De meest bloedige, internationale aanval tot nog toe vond echter plaats in 2010 in Oeganda. Bij een bomaanslag op twee bars tijdens de finale van het wereldkampioenschap voetbal in Zuid-Afrika kwamen 74 burgers om het leven. Sinds 11 september 2001 weet de internationale gemeenschap hoe groot de gevolgen kunnen zijn van een onbestuurde staat waar terroristen, zoals in Afghanistan, een thuishaven kunnen vinden. In Somalië is piraterij een uitingsvorm van staatfalen. Grootschalig internationaal terrorisme vanuit Somalië is een reëel risico. Amerika gebruikt de drones vanuit de buurlanden om Al-Shabaab voortdurend in de gaten én onder schot te houden. Zo wordt de druk op deze beweging steeds verder opgevoerd. Militair perspectief Ondanks de juridische en politieke bezwaren tegen het gebruik van gewapende drones zullen militairen en inlichtingendiensten de toestellen graag blijven gebruiken. Nu het vertrek van Amerikaanse troepen uit Irak aanstaande lijkt, de terugtrekking uit Afghanistan op gang komt en de situatie in Pakistan en Somalië ongewis blijft, zal het onbemande vliegtuig vaak in beeld komen om te voorkomen dat terroristische netwerken langere en gewelddadigere tentakels kunnen ontwikkelen. Drones zijn immers een ideaal wapenplatform om van afstand belangrijke doelwitten uit te schakelen zonder verder bij schermutselingen betrokken te raken. Terwijl de situatie in het Midden-Oosten nog instabiel is na de recente en voortdurende opstanden, blijft de Amerikaanse regering vooral bezorgd om de situatie in Jemen. De eerder genoemde onderbroekterrorist Abdulmutallab kreeg hulp uit Jemen toen hij probeerde een vliegtuig van Amsterdam naar Detroit op te blazen. In 2000 slaagde Al-Qaida op het Arabisch Schiereiland (AQAP) erin Amerikaanse militairen te doden toen de USS Cole bij het binnenvaren van de Jemenitische havenstad Aden werd aangevallen. Nu de hoogtijdagen van de pro-amerikaanse president Saleh voorbij zijn, is Washington uiterst bezorgd over de toekomst van het land. Koste wat kost wil Amerika voorkomen dat Al-Qaidacellen in onherbergzame delen van het land vrijspel krijgen. Zo komt de drone bij Amerika s politieke en militaire chefs weer in beeld om terreurcellen in Jemen voortdurend onder schot te houden. Als gevolg hiervan zijn de VS dit jaar begonnen met de bouw van een permanente drone-basis in het gebied. Associated Press, Een piloot van een drone van het type Reaper, die gebruikt wordt als hunter-killer (foto: U.S. DoD/Don Branum)

8 8 Analyse Ap: 2011nr7 dat de bouw van deze basis onthulde, heeft op verzoek van de Amerikaanse regering besloten de exacte locatie niet bekend te maken om zo de diplomatieke schade te beperken. Later lieten medewerkers van de Franse inlichtingendienst aan verslaggevers weten dat Saoedi-Arabië de vermoedelijke thuisbasis is van deze geheime, nieuwe drone-basis. Dat ligt voor de hand: de leiders van Saoedi-Arabië - een Arabische grootmacht - hebben groot belang bij een stabiel Jemen. Ook in Riaad is men erg bezorgd over de toekomst van de kleinere zuiderbuur. Conclusie: regionale oorlog? Zowel geografisch als kwantitatief is het aantal drone-aanvallen snel uitgebreid. Critici vragen zich daarom zelfs af of de huidige dynamiek niet wijst op een regionale oorlog van de VS in het gebied. Voor die conclusie is het nog te vroeg. Het valt immers te bezien of een drone-aanval überhaupt als oorlogshandeling te kwalificeren valt volgens de regels van het internationaal recht. Ook was inzet van het wapen in bijvoorbeeld Libië en Jemen gericht op wezenlijk verschillende doelen en hebben zij een totaal andere politieke achtergrond. Terwijl de term regionale oorlog dus niet van toepassing lijkt op de drone-inzet, is het voor Washington wel van belang een aantal zaken omtrent het gebruik van het wapen te heroverwegen. Om er zeker van te zijn dat de aanvallen - met name in Jemen Drones zijn en Pakistan - het doel bereiken om Al-Qaida en de slechtst andere terreurnetwerken te verzwakken, zal droneinzet meer gericht moe- mogelijke uiting van ten zijn op het uitschakelen van de allerhoogste Amerikaanse macht leiders van terroristische David Ignatius bewegingen. De kans is anders te groot dat het kind met het badwater wordt weggegooid: drone-aanvallen veroorzaken zoveel weerstand in betreffende landen dat het risico bestaat dat de terroristenaanwas groter is dan dat drones kunnen uitschakelen. Ter voorkoming daarvan moet het aantal aanvallen zo klein mogelijk blijven en vooral gericht zijn tegen de tentakels die terreurnetwerken bijeenhouden. criticasters in politieke en academische kringen wellicht overtuigd worden van Amerika s zorgvuldigheid. Ook zouden de VS er verstandig aan doen zich te realiseren dat de drone zeker in de islamitische wereld een zeer impopulair wapen is geworden. Dit gegeven, in combinatie met groot ongenoegen over de Amerikaanse rol tijdens en voorafgaand aan de Arabische Lente, maakt dat het onwenselijk is om met militaire middelen al te dicht in de buurt van dit uiterst gevoelige politieke proces te komen. Dat betekent dat de VS, vooral in Jemen, terughoudend moeten zijn met hard militair ingrijpen in het land, om zo te voorkomen dat de VS nog meer goodwill in de regio verliezen. Ondanks deze kanttekeningen zullen we nog vaak over het wapen horen en lezen. Met de hoge mate van instabiliteit in Centraal-Azië en het Midden-Oosten, is de drone nog maar net aan zijn onbemande opmars begonnen. Wouter van Cleef is politicoloog en publicist op het terrein van internationale politiek en internationaal recht. Hij is te bereiken via +31 (0) en w.van.cleef@gmail.com. Wilt u reageren? Mail de redactie: redactie@atlcom.nl. 1. In dit artikel ligt voortdurend de nadruk op bewapende drones met een relatief groot bereik. De bekendste voorbeelden van dit type toestellen zijn de MQ-1 Predator en de MQ-9 Reaper. Met het oog op het beperken van internationale reputatieschade zouden de VS er ook goed aan doen wat meer informatie te delen over de juridische overwegingen die zij toepassen bij een besluit een drone-aanval uit te voeren. Hoewel vijandige strijders uiteraard niet op voorsprong gezet mogen worden door het volledige toetsingskader voor drone-inzet openbaar te maken, kunnen sommige

9 Ap: 2011nr7 9 Opinie Vrouwen, vrede en veiligheid Opereren vanuit het genderperspectief: vrede en veiligheid voor iedereen Ella van den Heuvel Vrouwen zijn de grootste slachtoffers bij oorlogen en in conflictsituaties. Zij verliezen vaak als eerste de toegang tot gezondheidszorg, onderwijs en economische activiteiten. Tevens vormen zij het grootste deel van de vluchtelingen en zijn in toenemende mate slachtoffer van seksueel geweld, dat steeds vaker door milities wordt ingezet als wapen. Redenen te over waarom het nodig is méér aandacht te besteden aan vrouwen in (post-) conflictgebieden en waarom we, als we het over gender hebben, vaker over vrouwen dan over mannen praten. Vrouwen zijn echter niet alleen slachtoffer, maar bieden juist ook een deel van de oplossing van oorlog en conflict. Vrouwen hebben andere vaardigheden en werkwijzen dan mannen en hebben evenals de mannen een grote rol te spelen in het vredes- en wederopbouwproces. VN-resolutie 1325: Vrouwen, vrede en veiligheid In antwoord op de situatie zoals hierboven geschetst, en na een lange lobby vanuit diverse internationale vrouwenbewegingen, bracht de VN-Veiligheidsraad in 2000 resolutie 1325 uit over het thema Vrouwen, vrede en veiligheid. De resolutie erkent dat vrouwen disproportioneel geraakt worden door conflict en roept op tot actieve participatie van vrouwen - op elk besluitvormingsniveau- in preventie van conflict, in vredesonderhandelingen en tijdens het wederopbouwproces. Voorts roept de resolutie op om vrouwen in (post-)conflictgebieden beter te beschermen tegen seksueel geweld en gender basedgeweld; het genderperspectief in alle aspecten van vredesoperaties in te bedden; en vrouwenrechten en gendergelijkheid te promoten. In 2008 en 2009 volgden er nog vier resoluties over dit thema, hetgeen de noodzaak van de roep om aandacht voor dit onderwerp aantoonde. NAVO en gender Negen jaar na resolutie 1325, in september 2009, gaf de NAVO haar eerste directive 1 over gender uit. Deze directive stuurt aan op het implementeren van VN-resolutie 1325 en het integreren van het genderperspectief in NAVO-operaties met als doel de operaties effectiever te maken. Tegelijkertijd stelde de NAVO de eerste militaire genderadviseurs aan op het hoofdkwartier van de International Security Assistance Force (ISAF) en het ISAF Joint Command (IJC) in Kaboel. Nederland en Noorwegen boden zich aan om deze post in te vullen. Mede door de inzet van de genderadviseurs heeft ISAF de afgelopen twee jaar een enorme ontwikkeling doorgemaakt als het gaat om de integratie van gender in de missie. Dat gender een belangrijke rol speelt in militaire operaties is bij de NAVO- en ISAF-leiding doorgedrongen. Hierbij is het argument van de genderadviseurs doorslaggevend geweest dat de operaties effectiever zullen worden wanneer men handelt vanuit het genderperspectief. Denken en opereren vanuit een genderperspectief betekent dat je je altijd afvraagt, bij elke operatie die je plant of uitvoert, welk effect het heeft op de mannen, de vrouwen, de jongens en de meisjes. Dat betekent dan dus ook dat je er altijd voor moet zorgen dat je alle partijen consulteert. Toch is het niet zo dat de noodzaak voor het integreren van het genderperspectief nu bij iedere militair, op elk niveau, is doorgedrongen. Gender blijft voor velen nog steeds een vaag concept waarvan niet duidelijk is wat je er precies mee kan of moet. Op welke wijze gender kan bijdragen aan de operational effectiveness, vraagt nog altijd om veel toelichting en voorbeelden (zie kader).

10 10 Opinie Ap: 2011nr7 Voorbeeld: opereren vanuit een genderperspectief We nemen als voorbeeld een Provincial Reconstruction Team (PRT) in Afghanistan. Een groep Nederlandse militairen gaat s morgens op pad om te patrouilleren in een nabij gelegen dorp. De opdracht die de groep meekrijgt, is om poolshoogte te nemen van de veiligheidssituatie in het dorp. In een klein konvooi rijden ze de poort uit en eenmaal in het dorp aangekomen gaan ze te voet verder. Met behulp van de tolk voeren ze een aantal korte gesprekjes met wat mannen die bezig zijn hun handelswaar te verkopen, en spreken ze wat uitgebreider met de lokale politiechef en de dorpsoudste. Kort na terugkomst in het kamp rapporteert de groepscommandant over zijn bevindingen aan de stafofficieren plannen en operaties. Hij is positief over de betrekkelijke rust die ze hebben geconstateerd in het dorp en over het gesprek met de lokale politiechef en de dorpsoudste. Beide heren lieten weten dat de aanwezigheid van de troepen de dorpsgemeenschap een veilig gevoel geeft. De politiechef heeft de groepscommandant gevraagd om regelmatig te blijven patrouilleren in het dorp. De stafofficieren zijn content over de situatie die de groepscommandant hun schetst en zij concluderen samen met de groepscommandant dat het goed gaat in dit dorp. Echter, de veiligheid voor de dorpsgemeenschap is niet alleen af te meten aan de veiligheid op straat. De veiligheid van de vrouwen in dit dorp is meer gerelateerd aan hun directe leefomgeving: het huis waarin zij wonen. In dit voorbeeld kunnen we ons dus afvragen of de groepscommandant en de stafofficieren hun werk wel goed hebben gedaan. Immers, het patrouilleren op straat levert in dit geval voornamelijk veiligheid op voor de mannen. Als de groepscommandant en de stafofficier zich daarvan bewust waren geweest, hadden zij een vrouwelijke militair en vrouwelijke tolk kunnen meenemen op patrouille, om ook met de vrouwen in het dorp contact te kunnen leggen. Een week later gebeurt dit. De vrouwelijke militair benadert een plaatselijke vrouwelijke directeur van een lokale nongovernmental organization (NGO) en stelt haar een aantal vragen over de veiligheidssituatie in het dorp. Dezelfde vragen als die de groepscommandant aan de dorpsoudste en de politiecommandant stelde. De Afghaanse vrouw antwoordt dat de veiligheidssituatie voor de vrouwen in het dorp veel te wensen overlaat. Veel vrouwen hebben te maken met huiselijk en/of seksueel geweld. Om hun veiligheid te verbeteren zijn er dringend meer vrouwelijke politieagenten nodig en meer opvangtehuizen voor vrouwen, zodat deze vrouwelijke slachtoffers de mogelijkheid hebben aangifte te doen en eventueel te vluchten naar een veilige plek. Checklist: hoe te opereren vanuit een genderperspectief Opereren vanuit een genderperspectief betekent dat je informatie vergaart afkomstig van verschillende personen, die verschillende groepen vertegenwoordigen. Een eenvoudige checklist waarmee je kunt nagaan of vanuit het genderperspectief is gehandeld, bestaat uit drie essentiële vragen: 1. Zijn zowel mannen als vrouwen geconsulteerd dan wel betrokken, waardoor je een volledig beeld hebt van de situatie? 2. Is er rekening gehouden met de verschillende behoeften van mannen, vrouwen, jongens en meisjes en wordt deze informatie ook gebruikt om aan al deze verschillende behoeften tegemoet te komen? 3. Zijn de instituties voldoende ingericht en zijn er voldoende voorzieningen om aan de verschillende behoeften te kunnen voldoen? Ter illustratie: wanneer vrouwen recht hebben om te gaan stemmen, is het van belang dat de stembureaus goed en veilig te bereiken zijn voor vrouwen. De bureaus moeten voorzien zijn van een apart vrouwengedeelte onder toezicht van vrouwen, zodat de vrouwen ook daadwerkelijk kunnen gaan stemmen. Gender in de praktijk Operational effectiveness Bij het inzoomen op de relatie tussen gender en operational effectiveness, stellen we ten eerste dat de effectiviteit van de ISAF-missie kan worden afgemeten aan de mate waarin er een basis is gelegd voor duurzame vrede en ontwikkeling in Afghanistan. Gendergelijkheid is hierbij één van de indicatoren. Het is echter niet eenvoudig om de effectiviteit van een missie te meten en het is nog lastiger om te meten in hoeverre de effectiviteit is vergroot door het integreren van het genderperspectief. Desalniettemin is het duidelijk dat wanneer we daadwerkelijk trachten te meten hoe de situatie in het land is verbeterd, er dan gekeken moet worden naar de situatie van de gehele bevolking, dat wil zeggen de situatie van de mannen, de vrouwen, de jongens en de meisjes. Gender in Afghaans beleid Het is bij veel mensen onbekend dat gender totaal verweven is in het Afghaanse (regerings)beleid. Dit begint bij de Afghaanse grondwet, waarin staat dat alle inwoners van Afghanistan, mannen en vrouwen, dezelfde rechten en plichten hebben. Echter, in het dagelijks leven van de Afghanen is dit niet of nauwelijks terug te zien. Vrouwen spelen in de realiteit een onderge-

11 Ap: 2011nr7 11 Beleidsvisie schikte rol en de verschillen in mogelijkheden op sociaal, politiek en economisch vlak tussen mannen en vrouwen zijn erg groot. De Afghaanse regering erkent dat het werken aan gendergelijkheid en empowerment van vrouwen belangrijk is voor de ontwikkeling van het land en voor duurzame vrede. Zo stelt de Afghaanse nationale ontwikkelingsstrategie dat gender impact heeft op veiligheid, ontwikkeling en op goed bestuur. participatie van vrouwen; en meer vrouwen in leiderschapsposities. Aangezien alle ISAF-operaties en activiteiten ter ondersteuning zijn van de strategie van de Afghaanse overheid, betekent dit ook dat ISAF deze genderstrategie volledig ondersteunt. ISAF kan niet succesvol zijn als zij niet systematisch gebruik maakt van de bijdragen die vrouwen (kunnen) leveren aan het vredes- en wederopbouwproces. Afghanistan heeft een ministerie van Vrouwenzaken dat de kar trekt als het gaat om het implementeren van het Nationaal Actieplan voor de vrouwen van Afghanistan, waarvan wordt gesteld dat alle ministeries er verantwoordelijk voor zijn. Het omvangrijke plan bestaat uit een groot aantal acties. Deze zijn toegespitst op verbetering van voorzieningen voor vrouwen op het gebied van (toegang tot) gezondheidszorg en Vrouwen zijn de onderwijs; grotere deelname van vrouwen aan grootste slachtoffers economische activiteiten en ontwikkeling; betere bij oorlogen en in veiligheid; betere juridische bescherming en een conflictsituaties betere mensenrechtensituatie; meer politieke Gender in ISAF-beleid In 2010 heeft de toenmalige commandant van ISAF, Generaal David Petraeus, voor het eerst een Gender annex aan zijn operationele plan toegevoegd. De genderadviseurs speelden een belangrijke rol in dit proces. Het achterliggende doel van deze Gender annex is om de Afghaanse overheid in staat te stellen haar genderstrategie voort te zetten. De annex benadrukt het belang van het integreren van het genderperspectief in de planning en uitvoering van operaties. De annex benoemt bovendien de middelen die daarvoor moeten worden ingezet, zoals het consulteren van méér vrouwen onder andere door de inzet van Female Engagement Teams (FET s). FET s zijn teams van vrouwelijke militairen, inclusief een vrouwelijke tolk, die er speciaal op zijn gericht om in contact te treden met de lokale vrouwen. Het succesvolle concept is eerder geïntroduceerd door de Amerikaanse marinierseenheden in Irak en is nu door ISAF omarmd. In 2010 heeft Petraeus een order gestuurd aan alle PRT s Een lid van een Amerikaans FET geeft les in basishygiëne in de provincie Helmand, Afghanistan (foto: U.S. Marine Corps/Joseph M. Peterson)

12 12 Opinie Ap: 2011nr7 waarin zij worden aangespoord FET s te creëren, te trainen en in te zetten om zo meer vrouwen te kunnen bereiken. Het spreekt voor zich dat enkel het hebben van een aantal FET s, een FET-order en een Gender annex, alhoewel het belangrijke stappen voorwaarts zijn, niet de oplossing is. Het gaat om de implementatie ervan waarvoor ten eerste genderbewustzijn nodig is onder de ISAF-troepen. Zolang militairen niet begrijpen waar het bij gender om draait, is de kans dat er actief aan wordt gewerkt zeer gering. Een oproep van de NAVO aan alle lidstaten is dan ook om een genderbewustzijntraining op te nemen in de pre-deployment training. Aangezien dit nog niet of nauwelijks gebeurt, zal er ook in het missiegebied nog aan genderbewustzijn gewerkt moeten worden. Genderadviseurs kunnen een belangrijke rol spelen in het bijbrengen van bewustzijn, alhoewel het bereik niet groot is zolang er nog maar enkele genderadviseurs zijn aangesteld binnen ISAF. In de ideale situatie heeft elk hoofdkwartier, elk regionaal kwartier en iedere tactische eenheid een genderadviseur Gender is totaal of, zoals dit op tactisch verweven in niveau genoemd wordt, een Gender Field Advisor. het Afghaanse Deze functionarissen kunnen gendertraining regeringsbeleid verzorgen en hebben in de ideale situatie directe toegang tot de commandant om hem/haar te adviseren over hoe het genderperspectief in de operaties te integreren. Recentelijk heeft Petraeus, middels een brief aan de NAVO, aangedrongen op het invoeren van speciale trainingsprogramma s voor FET s voor alle landen die troepen leveren aan ISAF. Hij benadrukte daarbij onder andere de noodzaak voor een speciale taaltraining voor de tolken van de FET s. In dezelfde brief deed hij een aanbeveling aan de NAVO-leiding om alle landen die troepen leveren voor ISAF, te verzoeken Gender Field Advisors in hun eenheden op te nemen, zowel op strategisch niveau (hoofdkwartieren), als operationeel (regionale commando s) en tactisch niveau (PRT s). Mannen in boerka s Bovenstaande ontwikkelingen laten zien dat gender op de agenda staat bij de NAVO en ISAF. Een andere ontwikkelingen die bijdroeg aan toenemende aandacht voor gender in operaties in Afghanistan is de recente aanvallen op de Britse en Amerikaanse ambassade in Kaboel. Gebleken is dat de insurgents boerka s gebruikten om langs de security checkpoints te komen. Deze truc wordt steeds vaker toegepast en dwingt de Afghaanse politie samen met ISAF te zoeken naar manieren om dit in de toekomst te voorkomen. Vanwege hun geloofsovertuiging mogen Afghaanse mannelijke soldaten en politieagenten, geen vrouwen fouilleren. Door groot gebrek aan vrouwelijke soldaten en politieagenten is dit probleem niet zomaar op te lossen. De Afghaanse leger- en politiecommandanten willen dan ook meer vrouwen binnen hun eenheden. Op dit moment wordt er gewerkt aan een plan om de Afghanen te kunnen ondersteunen bij het rekruteren en opleiden van vrouwen voor de politie. De doelstelling is vrouwen te werven. Als we vanuit het genderperspectief naar dergelijke plannen kijken, dan wordt duidelijk dat er méér nodig is dan alleen het aannemen en opleiden van vrouwen tot politieagent. Er zullen ook extra faciliteiten moeten worden geregeld, zoals eigen vertrekken voor vrouwen op de politieposten en checkpoints, waar ze zich onder andere kunnen omkleden en wassen en kunnen slapen. Wat vaak over het hoofd wordt gezien, is dat wanneer je een grote groep jonge vrouwen wil rekruteren er dan ook aan aanvullende voorzieningen zoals kinderopvang moet worden gedacht, want het is niet altijd zo dat de kinderen bij familie kunnen worden ondergebracht. Die kinderopvang moet dan wel van een dermate kwaliteit zijn (schoon, warm en een kindvriendelijke inrichting) dat de vrouwen hun kinderen er met een gerust hart achter kunnen laten. Hoe westers dit soort voorzieningen ook mogen klinken, Afghaanse vrouwen geven zelf aan hier behoefte aan te hebben. Kunduz In Kunduz, waar Nederlandse troepen opleidingen verzorgen voor Afghaanse politiemensen, worden inmiddels ook vrouwen opgeleid. De eerste elf Afghaanse politievrouwen hebben in oktober de opleiding afgerond en zijn door de Afghaanse autoriteiten gecertificeerd. Deze vrouwen konden zelf ook meedenken over de inhoud van de cursus, wat de beste manier is om ervoor te zorgen dat de opleiding ook aansluit bij hun behoeften en culturele achtergrond. De mannen die worden opgeleid krijgen voorlichting over de rol en het belang van vrouwen bij de politie. De vraag is nu hoe het deze politievrouwen in de praktijk zal vergaan. Van belang is dat er gekeken wordt naar wat deze vrouwen nodig hebben om hun dagelijkse werk te kunnen uitvoeren, zoals het veilig kunnen verplaatsen van huis naar de politiepost en aparte faciliteiten voor vrouwen op de posten. Het succes zal ook zeker afhangen van de mate waarin het aantal vrouwen bij de politie toeneemt. Des te meer vrouwen, des te groter de kans op succes. Dit zit hem met name in het feit dat vrouwen hulp en steun van andere vrouwen in dit beroep hard nodig hebben.

13 Ap: 2011nr7 13 Protest Afghaanse vrouwen Wat nog niet is genoemd, maar wel vaak in de gedachten van mensen leeft,is dat het voeren van een actief genderbeleid in een land als Afghanistan vanwege de islamitische cultuur en de tradities niet past of niet mogelijk is. Van belang is om na te gaan of deze gedachten kloppen door met name te luisteren naar de opvattingen van de vrouwen en vrouwenorganisaties die actief zijn in het land. Zoals eerder genoemd, is er in Afghanistan beleid en zijn er nationale actieplannen gericht op gender. Echter, van de uitvoering van het beleid en de plannen komt in de praktijk weinig terecht omdat de Afghaanse regering, die voornamelijk uit mannen bestaat, er zeer weinig aan doet. Afghaanse vrouwen komen hiertegen in protest en schreeuwen om aandacht voor deze voor hen zeer onwenselijke situatie. Een voorbeeld van een vrouwenorganisatie die zich hiervoor inzet is The Afghan Women s Network (AWN),een overkoepelende organisatie van 84 Afghaanse NGO s, geleid door vrouwen en met meer dan individuele leden. De AWN strijdt voor vrede en veiligheid, rechten van de vrouw, politieke participatie en leiderschap voor vrouwen. Het bestaan van dergelijke netwerken laat zien dat de Afghaanse vrouwen zelf heel goed in staat zijn zich te organiseren en te pleiten voor een betere situatie voor de vrouwen in hun land. AWN vraagt ISAF om hen te ondersteunen door wat te doen aan de slechte situatie waarin de vrouwen in Afghanistan verkeren. De organisatie vraagt de gehele internationale gemeenschap om de mannelijke leiders in hun land erop te wijzen dat er niet wordt voldaan aan de rechten van de vrouw die in de grondwet staan en dat het nationaal actieplan voor de vrouwen in Afghanistan niet wordt uitgevoerd. Kortom: het idee dat veel mensen vaak hebben van de situatie van vrouwen die leven in zeer traditionele culturen als Afghanistan, komt vaak niet overeen met de werkelijkheid. Het beeld dat Afghaanse vrouwen gewend zijn aan het onderdrukte leven dat zij leiden, dat aandacht voor gender niet in hun cultuur past en dat we ons maar beter niet met hen kunnen bemoeien, is onjuist. Het is een beeld dat vaak door het inwinnen van eenzijdige informatie is ontstaan. stabiliteit en een succesvolle wederopbouw voor de gehele bevolking, voor iedereen. 1. Luitenant-ter-zee der eerste klasse drs. Ella van den Heuvel is voormalig genderadviseur voor ISAF Joint Command in Kaboel. Wilt u reageren? Mail de redactie: redactie@atlcom.nl. Bi-SC Directive 40-1 Integrating UNSCR 1325 and gender perspectives in the NATO Command Structure including measures for protection during armed conflict (September 2009). Het enige juiste beeld, is het volledige beeld, en dat verkrijg je alleen als je zowel met mannen als met vrouwen spreekt. Vraag het de vrouwen zelf, vraag hoe zij tegen de situatie in hun land aankijken, wat zij willen en wat zij nodig hebben. Stel hen dezelfde vragen als die we aan hun mannen, zoons, broers en ooms stellen, en het beeld zal compleet zijn. Vervolgens kunnen wij als internationale gemeenschap, waaronder ISAF, inspelen op dat beeld en het totale behoefteplaatje. Dát is opereren vanuit het genderperspectief. Dát is wat onze operaties effectiever maakt met het oog op het doel dat we daar willen bereiken: veiligheid, Generaal Petraeus voegde als commandant van ISAF een Gender Annex toe aan zijn operationele plan voor Afghanistan (foto: U.S. Army/Lorie Jewell)

14 14 Opinie Ap: 2011nr7 Vooruitgang en stagnatie De Westelijke Balkan twintig jaar na het uiteenvallen van Joegoslavië Oliver Rolofs en Jochen Stöger Twintig jaar geleden viel Joegoslavië uiteen. De onafhankelijkheidsverklaringen van Slovenië en Kroatië op 25 juni 1991 en de daaropvolgende agressieve hegemoniale politiek van Servië stortten de multinationale federatie in de afgrond. De desintegratie leidde tot een reeks van oorlogen en het ontstaan van meerdere nieuwe staten. Dit proces kwam tot een (voorlopig) einde met de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo op 17 februari Na twee decennia is de Westelijke Balkan een regio met zowel opgeloste als onopgeloste problemen. Een vastberaden politieke krachtsinspanning van de Europese Unie zou van doorslaggevend belang kunnen zijn voor het oplossen van de bestaande conflicten. Desintegratie Josip Broz Tito, de stichter van het communistische Joegoslavië, had sinds de Tweede Wereldoorlog met harde hand over de eenheid van zijn staat gewaakt. Na zijn dood op 4 mei 1980 was de desintegratie van Joegoslavië onontkoombaar. Begin jaren tachtig begonnen de problemen met rellen in de vooral door Albanezen bevolkte Zuid-Servische provincie Kosovo. Het uiteenvallen werd bespoedigd door de nooit verwerkte, eeuwenoude geschiedenis van geweld tussen de volkeren van Joegoslavië; de grote economische problemen waarmee de staat te kampen had; de daarmee verbonden conflicten tussen de deelrepublieken over de verdeling van de financiële middelen in de federatie; en het heroplevende nationalisme. Als gevolg van de omwentelingen van 1989/1990 in de Sovjet-Unie en de rest van Midden- en Oost-Europa ontstonden ook in Joegoslavië nieuwe partijen. In 1990 vonden in een aantal deelrepublieken de eerste vrije verkiezingen plaats. In Kroatië en Slovenië werden deze gewonnen door nationalistische en naar nationale onafhankelijkheid strevende partijen. De daaropvolgende onafhankelijkheidsverklaring van Kroatië en Slovenië op 25 juni 1991 werd door Belgrado gezien als in strijd met de grondwet. Onder leiding van de president van de deelrepubliek Servië, Slobodan Milosevic, probeerde Belgrado met behulp van het Joegoslavische leger de onafhankelijkheid van Kroatië en Slovenië met geweld te verhinderen. Zo kwam het in juni 1991 in Slovenië en vanaf september van dat jaar in Kroatië tot de eerste gewapende confrontaties. De conflicten in het voormalige Joegoslavië leidden tot oorlog. Vooral in de republieken met een heterogene samenstelling van de bevolking, Bosnië-Herzegovina en Kroatië, vond een explosie van geweld plaats. In Bosnië- Herzegovina vielen meer dan doden. De bevolking sloeg massaal op de vlucht, hele regio s werden etnisch gezuiverd en verwoest. De noodzaak van Europese betrokkenheid De meeste landen van de Euro-Atlantische gemeenschap waren in 1991 geen voorstander van het uiteenvallen van Joegoslavië, maar geleidelijk ontstond het inzicht dat de ontwikkelingen in de Westelijke Balkan onomkeerbaar waren. In het jaar 1992 concludeerde de door de EG in het leven geroepen commissie-badinter dat de grenzen van de voormalige Joegoslavische deelrepublieken moesten worden beschouwd als de grenzen van de inmiddels soevereine successiestaten. Dit volkenrechtelijke besluit ten spijt bleken alle bemiddelingspogingen van de Europese Gemeenschap tevergeefs. Uiteindelijk waren het de Amerikanen en niet de Europeanen die met behulp van militaire middelen een oplossing van het conflict forceerden. In december 1995 werd met het vredesverdrag van Dayton de oorlog in Bosnië-Herzegovina officieel beëindigd.

15 Beleidsvisie Het onvermogen van Europa oorlog en volkerenmoord op het eigen continent te verhinderen heeft de geloofwaardigheid van de EU zwaar beschadigd. Eén van de grootste dieptepunten van de Balkanoorlog, de val van de enclave Srebrenica in 1995, was een drama voor de bevolking van Bosnië-Herzegovina. Het was tevens een traumatische ervaring voor Nederland en zijn Dutchbatmilitairen, die in het kader van de VN-missie UNPROFOR hierbij betrokken waren. De ervaringen van de Kosovo-oorlog in 1999 maakten duidelijk dat de vastberadenheid en leiding van de VS nog steeds onontbeerlijk waren voor het oplossen van Europese conflicten. Alhoewel de EU-lidstaten in vergelijking met de oorlog in Bosnië-Herzegovina een grote eensgezindheid vertoonden, bleek de EU wederom niet in staat zelfstandig een conflict te beslechten. Het Kosovo-conflict werd halfhartig en zonder strategisch concept benaderd en bovendien was de EU niet in staat een geloofwaardige militaire dreiging tegen Servië op te bouwen. Als reactie op het gebrek aan leiding en besluitvaardigheid tijdens de conflicten op de Balkan werd het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid van de EU (GBVB) verder ontwikkeld en bevorderd door de verdragen van Amsterdam (1997), Nice (2001) en Lissabon (2007). De EU ziet het stimuleren van vrede, stabiliteit, welvaart en vrijheid in de Zuidoost-Europese landen Kroatië, Servië, Montenegro, Bosnië-Herzegovina, Macedonië, Kosovo en Albanië als een prioriteit. Het stabilisatie- en associatieproces (SAP) vormt het kader voor de EU-strategie met betrekking tot de Westelijke Balkan. Dit proces moet hervormingen in deze landen ondersteunen en bevorderen. Op de lange termijn biedt het SAP deze staten de mogelijkheid tot een volwaardig EU-lidmaatschap, mits ze voldoen aan bepaalde politieke en economische criteria. In maart 2000 werd in een verklaring van de Europese Raad van Lissabon vastgesteld dat de stabilisatie- en associatieovereenkomsten (SAO) met de staten van de Westelijke Balkan als belangrijke stap op weg naar een volwaardig EU-lidmaatschap moeten worden gezien. De Europese Raad van Thessaloniki van juni 2003 bevestigde opnieuw de toetredingsperspectieven van de landen van de Westelijke Balkan en besloot tot een versterking van de politieke samenwerking, een verbeterde opbouw van instituties en het uitvoeren van verdere handelsmaatregelen om de economische groei te stimuleren. Tot zover de Brusselse theorie. Door de gedeeltelijk negatieve ervaringen van de laatste EUuitbreiding met Roemenië en Bulgarije in 2007 en door de gevolgen van de economische en financiële crisis bestaat in de EU-lidstaten sinds uiterlijk 2009 minder enthousiasme voor verdere uitbreiding van de Unie. Alhoewel de perspectieven op EU-lidmaatschap nog bestaan, hebben deze ontwikkelingen een negatieve uitwerking op de hervormingswil van de landen van de De Servische president Boris Tadic tijdens een troepeninspectie (foto: U.S. Army/JimGreenhill)

16 16 Opinie Ap: 2011nr7 Westelijke Balkan. De kloof tussen verschillende van deze landen wordt groter. Slovenië is dankzij zijn stabiele democratie en bloeiende economie al sinds 2004 lid van de EU en Kroatië zal deze stap in 2013 kunnen maken. blijkt onder andere uit het feit dat men er sinds de verkiezingen van 3 oktober 2010 niet in is geslaagd een gezamenlijke regering voor Bosnië-Herzegovina te vormen. De Koning vat de politieke stilstand in Bosnië-Herzegovina als volgt samen: Ook Montenegro, dat reeds de status van kandidaat-lid van de EU heeft, boekt vooruitgang. Op 12 oktober 2011 presenteerde de Europese Commissie de jaarlijkse voortgangsrapportage over de uitbreiding van de EU. De Tsjechische eurocommissaris Stefan Füle, die belast is met dit dossier, oordeelde positief over de hervorming van de rechtspraak en de bestrijding van corruptie in Montenegro. Bovendien heeft Montenegro voldaan aan één van de belangrijkste voorwaarden voor het begin van de toetredingsonderhandelingen met de EU, doordat het parlement begin september een hervorming van het kiesstelsel heeft goedgekeurd. De Europese Commissie adviseert daarom het begin van de toetredingsonderhandelingen met Montenegro. Bosnië-Herzegovina, Kosovo, Macedonië en Servië daarentegen kampen nog steeds met zowel binnenlandse als buitenlandse problemen. De EU is medeverantwoordelijk voor deze stand van zaken, door haar onsamenhangende en strategieloze beleid: de eisen voor deze regio zijn (deels) te streng en de EU hanteert een dubbele moraal, vooral met betrekking tot Servië. Bosnië-Herzegovina Zestien jaar na het einde van de oorlog is de staatsvorming in Het motto in Bosnië- Bosnië-Herzegovina nog steeds onvoltooid. Het Herzegovina lijkt te vredesverdrag van Dayton heeft standgehouden en zijn: één tegen allen, het oplaaien van een gewapende confrontatie allen tegen één tussen de verschillende bevolkingsgroepen lijkt onwaarschijnlijk. Maar Dayton heeft het land praktisch in twee entiteiten verdeeld die slechts door een uiterst zwakke centrale overheid verbonden zijn: de Servische Republika Srpska enerzijds en de moslim-kroatische federatie anderzijds. Het verdrag van Dayton heeft een naoorlogse situatie gecreëerd die niet bevorderlijk is voor de stabiliteit van het land. Het verdrag plaatste Bosnië-Herzegovina onder een sterk internationaal toezicht met uitvoerende macht bij een hoge vertegenwoordiger, maar de werkelijke machthebbers binnen deze complexe staatsinrichting zijn de entiteiten. Het ontbreekt deze entiteiten aan de wil een efficiënte centrale eenheidsstaat te vormen. Dit Vooral de Bosnische Serviërs en Kroaten willen niet tornen aan de in het vredesakkoord vastgelegde binnenlandse machtsverhoudingen. De politici die het felst de letter van Dayton verdedigen ( ) zijn in wezen de grootste tegenstanders van staatsvorming. ( ) Dat de huidige staatsinrichting niet werkt, staat vast. Parlementsbesluiten kunnen niet met een simpele meerderheid worden genomen. Als één van de bevolkingsgroepen het ook maar ergens niet mee eens is, gaat het niet door. In plaats van mee te werken aan een gemeenschappelijk toekomstperspectief, streeft het Servische deel afscheiding van Bosnië-Herzegovina na. Dit streven wordt door Belgrado geduld. De Bosnische Kroaten willen de samenwerking met de Bosniërs, de Bosnische moslims, beëindigen en een eigen deel van het land opeisen. De Bosniërs daarentegen pleiten voor een sterke centraal geregeerde eenheidsstaat. Deze conflicten ondermijnen de centrale overheid, die niet over een functionerende regering, een efficiënte nationale politie en een slagvaardig gemeenschappelijk parlement beschikt. Het motto van de Serven, Kroaten en Bosniërs in Bosnië- Herzegovina lijkt te zijn: één tegen allen, allen tegen één. De EU blijkt in toenemende mate radeloos met betrekking tot Bosnië-Herzegovina en lijkt een exitstrategie zonder duidelijk gedefinieerde einddatum te volgen. In zestien jaar tijd is men er niet in geslaagd een concept voor een duurzame politieke stabilisering van het land zonder autoritaire controle door de internationale gemeenschap te ontwikkelen. Een teleurstellende balans. Toen de verantwoordelijkheid voor Bosnië-Herzegovina aan de EU werd overgedragen, was het enige concept voor staatsvorming van Brussel het EU-integratieproces. Er vond geen strategisch debat plaats over de vraag of het perspectief op het EU-lidmaatschap voldoende was om de politieke elite van Bosnië-Herzegovina en zijn buurlanden te bewegen om politieke en economische hervormingen te implementeren. Als gevolg van het uitblijven van hervormingen en toenemende radeloosheid met betrekking tot Bosnië-Herzegovina begingen de EUlidstaten de volgende strategische fout: de politici en instituties van het land werd te vroeg een politieke volwassenheid toebedacht en een spoedig einde van het mandaat van de hoge vertegenwoordiger werd aangekondigd. Tot op heden moest dit mandaat echter steeds weer worden verlengd. Hoe de Bosnische politici nu gestimuleerd moeten worden hervormingen door te voeren is onduidelijk. Het gebrek aan geloofwaardigheid van de EU werd verder vergroot door het sluiten van stabilisatie- en associatieovereenkomsten met Bosnië- Herzegovina en Servië, ondanks het feit dat deze landen de door de

17 Ap: 2011nr7 17 EU gestelde eisen met betrekking tot hervormingen niet inwilligden. Tegen de wil van Nederland en België werd Servië in 2008 in het SAP opgenomen. Dit terwijl Belgrado lange tijd weigerde mee te werken aan een van de hoofdeisen van de SAO: het volledig coöpereren met het Joegoslavië-tribunaal (ICTY) in Den Haag. Teneinde het hervormingsproces in Bosnië-Herzegovina op gang te brengen, startte de EU in 2009 gezamenlijk met de VS het Butmirproces, dat bedoeld was om de grondwet te hervormen. Door de toenemende onenigheid binnen de internationale gemeenschap met betrekking tot Bosnië-Herzegovina, de slechte planning en informatievoorziening van de Europeanen, de complexe etnische structuren en het gebrek aan medewerking van de Bosnische hoofdrolspelers mislukte ook deze poging om tot vooruitgang te komen. De onsamenhangendheid en het gebrek aan strategie van het beleid van de EU met betrekking tot Bosnië-Herzegovina droegen bij aan de politieke stilstand, de groeiende frustratie en het verbreden van de etnische kloven in het land. Hoofdverantwoordelijk voor de stagnatie zijn echter de Bosnische politici. Servië De arrestatie en uitlevering aan het Joegoslavië-tribunaal van de oorlogsmisdadigers Ratko Mladic en Goran Hadzic door Servië in de zomer van 2011 betekenden het vereffenen van een oude schuld. Hiermee toonde Belgrado zijn goede wil, maar op de weg naar Europese integratie is dat slechts de eerste stap. Voordat dat proces kan worden voltooid, moet Servië nog belangrijke hordes nemen. De democratie is in Servië nog niet vast verankerd. Kritische journalisten worden vervolgd en vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld bedreigd. Daarnaast heeft Servië zwaar te kampen met de gevolgen van de wereldwijde economische en financiële crisis. Het percentage werklozen ligt boven de twintig. Een aanzienlijk deel van de economie is in handen van oligarchen, die tijdens het regime van Milosevic hun welvaart vergaarden en grote invloed op de politiek uitoefenen. De strijd tegen corruptie en de georganiseerde misdaad en de hervorming van de rechtsstaat verlopen moeizaam. Al met al geen overtuigende argumenten voor een snelle toetreding van Servië tot de EU. Belgrado neemt weliswaar verzoenende stappen in de richting van Kroatië, maar tegelijkertijd voert Servië een destructief beleid ten opzichte van de buurlanden Bosnië-Herzegovina en Kosovo. De daar levende Serviërs voelen zich door Belgrado gesteund in hun poging het gezag van de overheid van de landen waar ze leven te ondermijnen. Dit beleid vormt een bedreiging voor de stabiliteit in de regio. In plaats van het verlies van Kosovo te accepteren, droomt Belgrado verder van een Groot-Servië en boycot het internationale conferenties waaraan Kosovo deelneemt. Een technische dialoog met de regering in Pristina over thema s zoals handelsbetrekkingen, vrij reizen, energievraagstukken en de zoektocht naar vermiste personen uit de Kosovo-oorlog is opgeschort sinds het grens- en handelsconflict tussen Servië en Kosovo van deze zomer. Door het in stand houden van illegale parallelle Servische structuren in Kosovo ondermijnt Servië de moeizame opbouw van een zelfstandige staat door de EULEX-missie en de Kosovaarse regering. Belgrado probeert de Servische minderheid, die vooral in het noorden van Kosovo woont, te instrumentaliseren en een samenwerking tussen hen en Kosovaarse instanties en de EU te verhinderen. Des te opmerkelijker is het advies van de Europese Commissie van 12 oktober 2011 om Servië voor te dragen voor de status van kandidaatlidstaat van de EU. Begin december 2011 neemt de Europese Raad hierover een besluit. Het voorstel van de Europese Commissie lijkt vooral ingegeven door de wens de huidige pro-europese centrumlinkse regering onder leiding van president Boris Tadic, ondanks slechte prognoses, de komende parlementsverkiezingen te laten winnen. De Europese Commissie koppelde haar besluit aan de voorwaarde dat Servië het conflict met Kosovo zou oplossen. Servië legt deze eis naast zich neer. Belgrado is van mening dat Europese integratie en het onopgeloste conflict met Kosovo niets met elkaar te maken hebben. Kosovo Het sinds 2008 onafhankelijke Kosovo wordt naast het ondermijnende optreden van Servië nog met andere destabiliserende factoren geconfronteerd. Deze variëren van verwijten aan het adres van de overheid van corruptie en banden met de georganiseerde misdaad, tot de momenteel door EULEX onderzochte verdenking van illegale orgaanhandel door de Kosovaarse minister-president Hashim Thaci. Bovendien is de Kosovaarse bevolking ontevreden over het gebrek aan vooruitgang op sociaal en economisch gebied. Ook in Kosovo is de werkloosheid hoog. Na het besluit van Pristina om in de zomer van 2011 het centrale gezag ook in het door Serviërs bewoonde noorden van Kosovo te doen gelden, laaide het conflict tussen Kosovo en Servië opnieuw op. De onenigheid ontbrandde bij twee grensovergangen. Oppervlakkig gaat het om tolkwesties. Het geweld betekent wederom een terugslag in de betrekkingen tussen de twee landen, die dankzij de onlangs begonnen dialogen enigszins leken te verbeteren. De huidige stand van zaken is een gecompliceerd conflict. De Kosovaarse regering staat voor de uitdaging de bevochten De Kosovaarse minister-president HashimThaci (rechts) op bezoek in het Pentagon (foto: U.S. DoD/R. D. Ward)

18 18 Opinie Ap: 2011nr7 soevereiniteit te handhaven. Zowel op binnenlands als op buitenlandspolitiek gebied zou het terugdringen van Belgrado s invloed in het noorden van Kosovo een belangrijke steun in de rug zijn van de jonge Kosovaarse staat en de regering-thaci. Een dergelijk succes zou de legitimiteit van de regering vergroten. Nadelig voor de toekomst en stabiliteit van het land is het gebrek aan slagvaardigheid en handelingsmogelijkheden van de half controlerende, half adviserende EULEX, die zich meer op de theorie dan op de praktische problemen van Kosovo concentreert. Daarnaast vormt de beperkte soevereiniteit die het gevolg is van de Servische blokkadepolitiek, in de internationale context een belemmering voor de verdere ontwikkeling van het land. Kosovo wordt tot dusverre door slechts tachtig staten volkenrechtelijk erkend. In dit verband is problematisch dat alhoewel Kosovo een testcase voor de regie van Europa had moeten zijn, het onafhankelijke Kosovo tot op heden zelfs nog niet door alle lidstaten van de EU is erkend. Ondanks de uitspraak van het Internationaal Gerechtshof (ICJ) van juli 2010, die de rechtmatigheid van de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo erkent, blijft de interne verdeeldheid binnen de EU vooralsnog bestaan. Van de 27 lidstaten zijn er 22 voor erkenning, vijf tegen: Spanje, Slowakije, Roemenië, Cyprus en Griekenland. Dit is een dilemma voor de EU en de verdeeldheid leidt wederom tot een ernstig gebrek aan strategische besluitvaardigheid en leiding. Het ontbreekt de EU dus ook voor wat betreft Kosovo aan een coherente en geloofwaardige strategie. Macedonië In het voorjaar van 2001 was het de beurt aan Macedonië om negatief in het nieuws te komen. De jarenlange discriminatie van de Albanese minderheid door de Slavisch-Macedonische meerderheid had de sinds 1991 onafhankelijke Joegoslavische successiestaat aan de rand van een burgeroorlog gebracht. De gevechten tussen Albanese milities en Macedonische regeringstroepen werden in augustus 2001 met de overeenkomst van Ohrid beëindigd, door grote druk op beide conflictpartijen en een snelle crisisdiplomatie van de VS, NAVO en EU. Deze overeenkomst regelt sindsdien het samenleven van de verschillende bevolkingsgroepen in het land. Het Albanese deel van het volk deelt in de macht en heeft gelijke rechten op het gebied van taal en cultuur. Tien jaar na de overeenkomst van Ohrid is er vrede in Macedonië. Desalniettemin is het land het afgelopen decennium met diverse problemen geconfronteerd. De autocratische en nationalistische koers van de in 2008 verkozen nationaal-conservatieve regering onder leiding van minister-president Nikola Gruevski vormt zowel een bedreiging voor de Europese perspectieven als voor de interne stabiliteit van het land. Bovendien blokkeert een inmiddels twintig jaar durend conflict met Griekenland over de naam Macedonië de toetreding tot de EU en de NAVO. In het land, dat sinds 2005 EU-kandidaat is, heeft de Griekse blokkade binnenlandspolitieke stagnatie en een duidelijke vertraging van de hervormingen veroorzaakt. Bovendien heeft het conflict met Athene voor een opleving van het Slavisch-Macedonische nationalisme gezorgd, hetgeen een onnodige belasting vormt voor de in Ohrid overeengekomen integratie van de diverse etnische gemeenschappen. Het ontbreekt vooral aan de maatschappelijke en politieke bereidheid om de diverse groepen in de praktijk te laten samenleven. Het nationalistische beleid van Gruevski leidt tot het uitvergroten van de tegenstellingen en veroorzaakt in toenemende mate interetnische problemen. Het conflict met Athene isoleert Macedonië, kan destabiliserende gevolgen hebben en tot nieuwe etnische spanningen leiden. In dit door politieke stilstand en nationalisme gekenmerkte klimaat ontwikkelde de regeringsstijl van Gruevski steeds sterkere autocratische trekken. Corruptie en patronagesystemen gedijen, justitie en de media worden in toenemende mate onder druk gezet en noodzakelijke investeringen om de economie van het land te stimuleren worden vertraagd. Macedonië lijkt van de Europese weg af te dwalen. Recentelijk uitte de Europese Commissie haar ontevredenheid over deze negatieve ontwikkelingen en verhoogde daarmee de druk op Skopje. Eurocommissaris Füle waarschuwde Macedonië zelfs dat het zijn status als kandidaat-lid van de EU zou kunnen verliezen als het tempo van de hervormingen niet zou worden verhoogd. Des te opmerkelijker is dat de Europese Commissie in haar jaarlijkse voortgangsrapportage over de uitbreiding van de EU de lidstaten het advies geeft de onderhandelingen over toetreding met Macedonië te beginnen. Het is de vraag of deze gang van zaken de politieke elite van Macedonië voldoende stimuleert om de noodzakelijke hervormingen door te voeren. Al met al is de rol van de EU ook in het geval van Macedonië onbevredigend. Te strenge eisen, die de mogelijkheden van het land overschatten, en de in Skopje waargenomen Brusselse uitbreidingsmoeheid hebben wederom aan de stagnatie bijgedragen. De grootste zwakte van het Europese beleid met betrekking tot Macedonië is echter het onvermogen het conflict tussen Skopje en Athene op te lossen. De EU had met diplomatieke middelen een aanzet moeten geven tot een overeenkomst tussen Griekenland en Macedonië. Tegen de achtergrond van de zeer omvangrijke financiële steun aan Griekenland staan Brussel voldoende middelen ter beschikking om invloed op de regering in Athene uit te oefenen teneinde het conflict te beëindigen. Het is onduidelijk waarom Brussel deze stap, die in het belang is van de stabiliteit van de regio, nog niet heeft genomen. Conclusie Twintig jaar na het uiteenvallen van Joegoslavië zijn twee post- Joegoslavische statengroepen ontstaan. De ene groep wordt gevormd door Slovenië, dat reeds lid van de EU is, en Kroatië en Montenegro, die vooruitgang boeken en goede uitzichten hebben op verdere Europese integratie. De andere groep wordt gevormd

19 Ap: 2011nr7 19 Opinie door Bosnië-Herzegovina, Kosovo, Servië en Macedonië. Deze landen Turkije breidt zijn worden gekenmerkt door stagnatie en interne invloed uit als verdeeldheid en zullen nog diverse politieke en soft power op de economische hervormingen moeten doorvoeren Westelijke Balkan voordat toetreding tot de EU mogelijk is. Brussel, waarvan een duidelijke leidinggevende rol in deze regio verwacht zou mogen worden, heeft weinig bijgedragen aan de ontwikkeling van deze landen. Het beleid van de EU werd gekenmerkt door het ontbreken van een coherente politieke langetermijnstrategie voor de Westelijke Balkan, een vaak tegenstrijdige oriëntatie op kortetermijnregelingen, een gebrek aan inlevingsvermogen en een te grote focus op de politieke machthebbers ten koste van andere maatschappelijke spelers. Het is de vraag hoe op deze manier de politici van de Westelijke Balkan kunnen worden gemotiveerd om hun politieke en economische systemen te hervormen. Te vaak overheersen in Brussel verkeerde inschattingen van de situatie in deze regio. Ze zijn het product van het onbegrip voor de van de Europese maatstaven afwijkende politieke cultuur van de Balkan en van de misvatting dat de democratische principes van de EU probleemloos naar de slecht ontwikkelde transformatie- en naoorlogse samenlevingen van de Westelijke Balkan kunnen worden geëxporteerd. Een bijkomstig probleem voor de EU is dat het gebrek aan een samenhangende en geloofwaardige strategie voor de hele Westelijke Balkan en aan oplossingen voor de resterende conflicten een machtsvacuüm heeft doen ontstaan, dat sinds de jaren negentig steeds weer door de VS, maar inmiddels ook in toenemende mate door Turkije wordt opgevuld. Vooral Ankara breidt zijn invloed als soft power op de Westelijke Balkan duidelijk merkbaar uit en treedt op als pleitbezorger van Bosnië-Herzegovina, Kosovo en Macedonië, juist die landen, die van het Europese pad zijn geraakt. De Turkse invloed in deze regio is evenmin in het belang van Europa als het opvallend toenemende aantal investeerders uit islamitische staten zoals Iran, Koeweit en Maleisië, die zich vooral in Bosnië-Herzegovina engageren. In plaats van vooral de technische en theoretische benadering zou een intensievere inhoudelijke concentratie op de gehele Westelijke Balkan één van de kerntaken van het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid van de EU moeten zijn. Dit betekent dat een praktische langetermijnstrategie voor de regio moet worden ontworpen, die het stabilisatie- en associatieproces begeleidt en rekening houdt met de onopgeloste problemen die het gevolg zijn van de oorlogen in het voormalige Joegoslavië. Het is de plicht van de EU de mensen in dit gedeelte van Europa een duidelijke strategie en toekomstperspectieven te bieden. De EU moet in haar strategie, naast de politieke stabilisatie en een permanente vredesregeling, aandacht besteden aan het stimuleren van de economie en de welvaart, een actieve aanpak van de verwerking van het verleden, de verdere opbouw van de samenleving, de ontwikkeling van het onderwijs. Bovendien moet ze nieuwe impulsen geven om de moeilijk te overbruggen kloven tussen de verschillende bevolkingsgroepen te dichten. De EU beschikt over alle noodzakelijke middelen en instrumenten - ze moet ze nu vastberaden inzetten. Duitse en Nederlandse initiatieven in het kader van een gezamenlijk Europees optreden kunnen een zinvolle bijdrage leveren aan de definitieve oplossing van de conflicten in de landen van de Westelijke Balkan. Hauptmann d. R. Oliver Joachim Rolofs is persvoorlichter bij de Munich Security Conference (MSC). Dr. Jochen Stöger is freelance publicist. Wilt u reageren? Mail de redactie: redactie@atlcom.nl. Ook twee decennia na de gewelddadige desintegratie van Joegoslavië is het de historische en politieke plicht van Europa om een blijvende stabilisering en pacificatie van de regio te realiseren. Dit is in het belang van de regio en van de rest van Europa. De Westelijke Balkan is een onderdeel van Europa. De landen van deze regio moeten in het kader van een omvattende Europese vredesorde dichter bij Europa komen te staan.

20 20 Beschouwing Ap: 2011nr7 Méér dan moderniseren Special Operations Forces belangrijker binnen de NAVO Michiel de Weger In 2006 werd voor het eerst een aparte organisatie voor Special Operations Forces (SOF) binnen de militaire structuren van de NAVO opgenomen. Met de creatie van een NATO Special Operations Headquarters (NSHQ) in 2010 nemen de SOF nu een belangrijke plaats in de militaire samenwerking in. Deze beschouwing vertelt meer over het toenemend belang van SOF; hoe zij zich binnen de NAVO hebben ontwikkeld; waar hun potentie ligt voor gebruik in toekomstige operaties en wat dit zou kunnen betekenen voor de politieke samenwerking binnen het bondgenootschap. SOF zijn immers bij uitstek geschikt voor politiek gevoelige operaties. Het opzetten van de SOF-organisatie binnen de NAVO is dan ook méér dan het volgen van een trend in de NAVO-lidstaten, méér dan slechts moderniseren. Zal de opmars van de SOF politiek bindmiddel of politieke splijtstof aan het bondgenootschap toevoegen? Opmars van SOF In de militair-wetenschappelijke literatuur is het laatste decennium veel geschreven over het toenemend belang van SOF, in de volksmond vaak commando s genoemd, voor de operaties van westerse krijgsmachten. Gewezen wordt dan op hun bijdrage in de inval in Afghanistan en Irak, alsook de wereldwijde strijd tegen terroristische groepen. Dit voorjaar doodden Amerikaanse SEALs, van oorsprong maritieme special forces, in een actie die overal ter wereld uitgebreid in de media kwam, Al-Qaidaleider Osama bin Laden. Dit soort eenheden is in heel veel NAVO-landen in personeelsomvang gegroeid, tegen de trend in van inkrimping van de rest van de krijgsmacht. Nederlandse SOF hebben een grote bijdrage geleverd aan de operaties in Afghanistan, met inzetten in Kaboel, Kandahar en Uruzgan. In de eerste twee jaar van de Nederlandse uitzending naar Uruzgan speelden ze zonder meer een cruciale rol, waarover veel te weinig publiek bekend is. In de VS zijn de SOF in capaciteiten sterk gegroeid en zijn zij gelijkgesteld met de andere krijgsmachtdelen, dus op gelijke voet met de Navy, Army, Marines en Air Force, en daardoor in de hoogste gremia van het Pentagon en het Witte Huis vertegenwoordigd. In het Verenigd Koninkrijk speelt vooral de SAS (en later ook de SBS) al decennia een belangrijke rol, terwijl Frankrijk er om bekend staat inzet van speciale eenheden in de vele voormalige, vooral Afrikaanse, koloniën niet te schuwen. Nieuw was dat bijvoorbeeld Polen het laatste decennium zijn SOF (meest bekend is de GROM) veel inzette. Duitsland bouwde sinds midden jaren 90 zijn speciale eenheden sterk uit (KSK). Canada (JTF-2) doorliep eenzelfde proces. Buiten de NAVO-landen zijn landen als Australië en Israël, maar ook Egypte, Saoedi-Arabië en Pakistan, de laatste drie vooral ook voor inzet in eigen land, heel actief met SOF-eenheden. NATO Special Operations Headquarters Deze opmars van de SOF startte, met enige jaren vertraging, ook binnen de militaire structuren van de NAVO. De SOF-samenwerking binnen de Europese Unie gaat veel minder ver en binnen de VN bestaat deze helemaal niet. Met name de ervaringen in Bosnië- Herzegovina, Kosovo en Afghanistan, waar de SOF van de verschillende landen veelal alleen werkten en op strategisch en operationeel niveau niet duidelijk werden aangestuurd en gecoördineerd, deden het besef groeien dat meer en betere samenwerking moest worden gezocht. Nu nemen drieëntwintig NAVO-landen aan deze samenwerking deel, terwijl ook goed kan worden samengewerkt met SOF-eenheden van gelijkgezinde, niet-navo-landen. In 2006 werd het NATO SOF Coordination Centre (NSCC) opgezet. Het NSCC werd geloceerd bij het NAVO-militaire hoofdkwartier in Mons, België. Het NSCC had als taken de ondersteuning van NAVO

21 Ap: 2011nr7 21 Beleidsvisie SOF-operaties en het fungeren als expertisecentrum voor NAVOcommandanten (SACEUR en ACO). Het centrum ontwikkelde een aantal handboeken voor SOF-optreden; probeerde interoperabiliteit tussen nationale SOF-eenheden te vergroten; verzorgde gezamenlijke opleidingen en trainingen en stelde criteria op voor en erkende SOF-trainingscentra in verschillende lidstaten. Ook zijn er op specifieke operaties gerichte trainingen, zoals in Afghanistan, waaraan al veel Nederlandse SOF deelnamen. In 2010 werd het NSCC hernoemd tot het NSHQ. Hier werken nu 149 militairen. Nederland is vertegenwoordigd door vier SOF-militairen: twee luitenantkolonels (één van KCT en één van de SOF van het Korps Mariniers, de MarSOF), een adjudant en een sergeant-majoor. De oprichting van NSHQ lijkt vooral ook een poging van de SOFactievere landen, met name de VS en het VK (Frankrijk is, zoals bekend, minder fan van de bondgenootschappelijke structuren) om andere landen te motiveren meer met hun SOF te doen, deze te professionaliseren en wellicht zelfs uit te breiden. Aan de SOFprofessionals zal het niet liggen: met hart voor de zaak en vaak de Britten of Amerikanen als voorbeeld zouden zij ongetwijfeld zo vaak als mogelijkheden zich voordoen in nieuwe operaties deelnemen. Of zij daarvoor altijd politieke toestemming krijgen is een andere zaak. Waar met name de VS, VK en Frankrijk vaak de eenheden als verlengstuk van politieke doelstellingen (willen) gebruiken, geldt dat voor de andere landen veel minder. Aangenomen dat de SOF niets doen zonder politieke toestemming is het dus te verwachten dat hun mogelijke gezamenlijke inzet veel politieke discussies tussen de bondgenoten zal opleveren. Grote potentie Wie zich verdiept in toekomstvoorspellingen en dan bedenkt welke delen van krijgsmachten in toekomstige conflicten nuttig kunnen zijn, moet tot de conclusie komen dat ook voor de NAVO SOF-eenheden heel belangrijk kunnen zijn. Zo wordt een verdere opkomst van regionale blokken en een multipolair wereldpolitiek systeem verwacht. De (militaire) technologische voorsprong Special Forces van het Westen neemt af. Het Westen wordt nemen toe in in toenemende mate afhankelijk van energie personeelsomvang, uit het Midden-Oosten en Rusland. Amerika zal tegen de trend in minder capaciteiten voor buitenlands beleid kunnen en willen opbren- van inkrimpende gen en wordt minder strijdkrachten dominant in de wereld- Secretaris-generaal van de NAVO Rasmussen op bezoek bij Deense special forces (foto: NATO)

22 22 Beschouwing Ap: 2011nr7 politiek. Voor het oplossen van problemen zullen steeds meer (ad hoc) politieke coalities en allianties met een groter aantal landen of partners nodig zijn. De kans op grootschalig interstatelijk conflict neemt nog verder af. Het wordt onwaarschijnlijk geacht dat Rusland een militaire bedreiging voor Nederland dan wel het Westen gaat vormen. De kans op een nucleaire wapenwedloop in het Midden-Oosten en (de dreiging van) het gebruik van nucleaire wapens in de wereld wordt groter. De internationale militaire concurrentie, met name op zee, neemt toe door zorgen over energievoorziening. Ook is er een kans op kleine militaire confrontaties tussen omliggende landen om invloed in het Noordpoolgebied. De kans op irreguliere conflicten, waarin SOF meer dan reguliere militaire eenheden een rol kunnen spelen, zal toenemen. Toekomstige tegenstanders kunnen ondergronds gaan. Nietstatelijke actoren zullen een grotere rol spelen. Internationale georganiseerde criminaliteit, illegale migratie en smokkel blijven toenemen en worden een groter probleem voor ontwikkelde landen. Dat geldt ook voor de vele niet (door staten) bestuurde gebieden in de wereld. Onrust en opstanden zullen vaker voorkomen. In stadsgebieden zullen criminaliteit en extremisme toenemen en kunnen endemische stadsguerrilla s ontstaan. Cyberwars zullen vaker voorkomen en intensiveren, terwijl chemische, biologische, radiologische en nucleaire middelen verder zullen worden ontwikkeld en over de wereld verspreid raken. Ook conventioneel wapenbezit is wijdverspreid. Het lijkt er ook op dat de huidige instabiliteitzone in de wereld zich zal uitbreiden. Zo blijven er politieke en economische conflicten, humanitaire rampen, corruptie en milieuproblemen in sub-sahara-afrika. Ook in het komende decennium is er een groot risico op binnenlandse spanningen in Noord-Afrika en het Midden- Oosten, alsook in China, Zuid-Oost-Azië en Indonesië. Politieke en criminele problemen op de Balkan houden aan. Afghanistan, Pakistan en Irak gaan een onzekere toekomst tegemoet. Zuid- Amerika wordt verwacht zich gunstig te ontwikkelen, maar dat geldt niet voor Colombia, Haïti, Suriname en Guyana. Daarnaast wordt gewezen op landen en gebieden waar binnenlandse problemen waarschijnlijk zullen toenemen: economische, gezondheids-, bestuurlijke en criminaliteitsproblemen in Rusland, een toename van instabiliteit in Saoedi-Arabië en een implosie van Noord-Korea. Jeugdbubbels in de Andes, sub-sahara Afrika, het Midden-Oosten, de Kaukasus en het noorden van Zuid-Azië resulteren daar in een toename van criminaliteit en extremisme, vooral in (kleinere) steden. In gevallen van spionage, burgeroorlogen, opstanden, terrorisme, zware criminaliteit en wetteloosheid in de wereld kunnen de NAVO-landen direct of indirect belangen hebben. Tanks, gevechtsvliegtuigen of oorlogsschepen kunnen in veel van die situaties maar beperkt worden gebruikt, vooral ook omdat zij, ondanks alle inspanningen, teveel risico brengen onschuldige slachtoffers en/of nevenschade te maken. SOF zijn in dit soort conflicten daarentegen zeer bruikbaar. Ook kunnen SOF goed worden ingepast in comprehensive approaches, dus de samenwerking met civiele organisaties, bijvoorbeeld voor het geven van opleidingen, advies en andere vormen van ondersteuning van lokale actoren (military assistance), zowel aan de zijde van de overheid als die van opstandelingen (bijvoorbeeld Libië, Afghanistan, Kosovo). SOF zijn ook uitstekend in staat samen te werken met speciale eenheden van gendarmeriekorpsen, zoals in Frankrijk de GIGN of in Nederland de BSB; speciale eenheden van de politie, zoals de Duitse GSG-9; en militaire en civiele inlichtingendiensten. Vraag is uiteraard of in dit soort scenario s door de NAVO zal worden opgetreden, als de bondgenoten het daarover eens kunnen worden, of dat lidstaten liever alleen of met niet-navo-landen zullen willen optreden. Bindmiddel of splijtstof? Het afgelopen decennium was het binnen de NAVO niet ongebruikelijk dat in gewone militaire operaties niet alle bondgenoten daadwerkelijk en met een significant militair contingent deelnamen. Discussies over het vormen van coalitions of the willing komen inmiddels veel vaker voor, zoals dit jaar weer bij de start van de operaties in Libië. Het afgelopen decennium is de inzet van SOF in de hoofdsteden van de bondgenoten een politiek veeleisender vraagstuk gebleken dan de inzet van reguliere eenheden - zeker als wordt bedacht hoeveel besluitvormende aandacht nodig is voor de inzet van vaak niet meer dan enkele tientallen militairen. Met de prominente plaats van NSHQ en de nog steeds verder veranderende veiligheidsomstandigheden lijkt dat ook binnen de NAVO zo te worden. Rekruten van de SEALs ondergaan zware fysieke tests. SEALs zijn van oorsprong Amerikaanse maritieme special forces, die getraind zijn operaties uit te voeren vanuit zee en de lucht en vanaf land (foto: U.S. DoD/ShauntaeHinkle-Lymas)

23 Ap: 2011nr7 23 Beschouwing SOF zijn bedoeld voor politiek gevoelige SOF zijn bedoeld operaties, high risk and high pay-off, zoals het voor politiek aanvallen van belangrijke leiders of locaties, gevoelige operaties: het verzamelen van gevoelige informatie high risk and high of het trainen van opstandelingen of pay-off speciale eenheden. Echte speciale operaties moeten, om zorgvuldig te worden beoordeeld, intensief door planners, ambtenaren en ministers worden doorgesproken op doelstelling, haalbaarheid, risico s, implicaties voor relaties met andere landen, mediabehandeling, politieke reactie bij falen etc. Het ligt dus in de verwachting dat het NSHQ relatief veel aandacht zal vergen van hogere militaire commandanten, het Militair Comité, de secretaris-generaal en zelfs de Permanente Vertegenwoordigers van de bondgenoten in de Noord-Atlantische Raad. Om een voorbeeld te geven: stel dat de VS er om politieke redenen - niet denkbeeldig, want Al-Qaida is een bedreiging voor heel het Westen - voor hadden gekozen om niet zelf, maar via NSHQ Osama bin Laden in Pakistan op te halen. In dat geval had niet president Obama, maar de Noord-Atlantische Raad de ontwikkeling van het aanvalsplan moeten sturen en de finale goedkeuring moeten geven - misschien zelfs in een gezamenlijke zitting of met een besluit van alle ministers van Defensie en Buitenlandse Zaken van de bondgenoten. Waarom de VS in dit voorbeeld juist niet voor een NAVO-operatie hebben gekozen ligt vrij voor de hand: om binnenlands politieke redenen, maar ook vanwege geheimhouding en het feit dat waarschijnlijk een aantal bondgenoten niet had willen instemmen met de operatie. SOF-inzet is ook wezenlijk anders dan inzet van grote, reguliere militaire eenheden in de zin dat zij kan plaatsvinden in situaties die noodzakelijkerwijs politiek anders worden geapprecieerd. De rest van de krijgsmacht wordt in de regel ingezet als laatste optie, als vanuit de veiligheidsbelangen van landen overduidelijk is dat moet worden ingegrepen, veelal na maanden van discussies in media, politiek en binnen ministeries. SOF kunnen uiteraard ook in een echte oorlog bijzonder nuttig zijn, zoals bijvoorbeeld bewezen in de aanloop naar en de eerste weken van de strijd tegen de Iraakse krijgsmacht in 2003, maar dat wordt hier verder buiten beschouwing gelaten. SOF kunnen echter vóór, na en zonder openlijke conflicten in andere landen (vrijwel) onopgemerkt (covert) of terwijl het lijkt of alleen lokale militairen of speciale politie-eenheden actief zijn (discrete) hun werk doen, bijvoorbeeld ook om slechts inlichtingen te verzamelen. De mogelijkheid van geheime operaties betekent politiek gezien dat veel eerder en vaker tot inzet van SOF kan worden besloten. Of de NAVO echt vaker SOF gaat inzetten is maar de vraag, waar historisch onderzoek in de toekomst het definitieve antwoord op moet geven. De ervaring in hoofdsteden leert dat dit in ieder geval niet gebeurt als militaire, ambtelijke en politieke besluitvormers onbekend zijn met het werk van de SOF en hen onnodig wantrouwen. NSHQ zal dus lang veel tijd moeten steken in voorlichting van functionarissen die nu of in de toekomst over inzet van SOF zullen moeten besluiten. Vraag is ook of de opkomst van de SOF in de NAVO er toe zal leiden dat waar voorheen SOF van één of een paar landen door de hoofdsteden werden ingezet, in de toekomst veel, zo niet alle NAVO-landen met dit soort operaties zullen instemmen en hun eenheden zullen inzetten via NAVO-structuren. Zo zijn de nationale SOF-eenheden, zeker van de VS, het VK en Frankrijk, in veel meer landen actief geweest dan de SOF van andere bondgenoten. Te denken valt aan Georgië, Peru, Sierra Leone, Rwanda, Libanon, de Filipijnen, Colombia, Pakistan, Jemen en Libië. Had intensievere SOF-samenwerking en een NSHQ in de NAVO gemaakt dat in dit soort gevallen met SOF van meer landen was opgetreden? De uitgebreide ervaring die binnen de NAVO inmiddels bestaat met vorming van coalitions of the willing doet verwachten dat de bondgenoten de opkomst van de SOF niet tot politieke splijtstof zullen laten verworden. Als een mogelijke SOF-inzet omstreden is, zal veelal worden gekozen landen die geneigd zijn om tegen inzet te stemmen niet teveel onder diplomatieke druk te zetten. De andere landen kunnen dan hun gang gaan - binnen, ondersteund door of desnoods toch buiten de militaire structuren van de NAVO. Daarmee is niet gezegd dat de SOF als politiek bindmiddel in de alliantie zullen werken. Zoals dit proces zich ook in veel hoofdsteden heeft afgespeeld kan verwacht worden dat ook binnen de NAVOstructuren steeds meer functionarissen aan de nieuwe, prominente rol van de SOF zullen wennen, hen beter bevragen, vertrouwen en meer inzetten. Maar speciale operaties zullen politiek gevoelig blijven. Met meer speciale operaties maakt de NAVO weer een stap richting het soort veiligheidsproblemen waar de bevolking van de bondgenoten zich meer zorgen over maakt dan over de kans op echte oorlogen. Misschien maakt het toegenomen gevoel van relevantie wel dat ook het gevoel van politieke verbondenheid in de alliantie (verder) toeneemt en in die zin de SOF als politiek bindmiddel fungeren. Dr. Michiel de Weger was tot voor kort onderzoeker en docent aan de Koninklijke Militaire Academie. Tegenwoordig is hij zelfstandig consultant (michieldeweger@centuryconsulting.nl). Wilt u reageren? Mail de redactie: redactie@atlcom.nl.

24 24 Ap: 2011nr7 Binnenkort verschijnt bij de Atlantische Commissie een studie van Hugo Klijn: Russia, our Distant Neighbour In Russia, our Distant Neighbour onderzoekt Hugo Klijn enkele westerse conventionele opvattingen over het grootste land ter wereld - een land dat sinds Peter de Grote een aanzienlijke invloed heeft gehad op de Europese geschiedenis. Klijn stelt vast dat vooral in de 19e eeuw niet werd getwijfeld aan de Europeesheid van Rusland. Hij nuanceert ook de bewering dat Russisch radicalisme enerzijds geleidelijke verandering in de weg staat en tegelijkertijd een agressief buitenlands beleid voorschrijft. Met betrekking tot het einde van de Sovjet- Unie benadrukt Klijn het belang van interne processen en betoogt hij dat het westers beleid uit de jaren 90 controversieel blijft bij de Russische politieke elite, vooral waar het gaat om uitbreiding van de NAVO. Ten slotte waarschuwt hij voor het hanteren van westerse normen bij het beoordelen van Rusland en zijn leiders. Dit leidt tot een beperkte blik op een divers en complex land. Aan alle (student)begunstigers en abonnees: het bestuur van de Atlantische Commissie is u allen zeer dankbaar voor de snelle betaling van de jaarlijkse bijdrage. Aan allen en vooral aan hen die weer (veel) meer hebben overgemaakt dan gevraagd: heel veel dank!

25 Atlantisch Nieuwsoverzicht Ap: 2011nr7 25 Nieuwsoverzicht op het gebied van de trans-atlantische betrekkingen, Europese veiligheid en het Nederlandse buitenlands beleid Periode 16 september november 2011 Auteurs Rianne Mastop en Bart Mol Bronnen NRC Handelsblad, de Volkskrant, International Herald Tribune, The Washington Post, Financial Times, Le Monde, FrankfurterAllgemeineZeitung, Jane sdefenceweekly, CNN, BBC News, e-nieuwsbrieven van Eastweek, RFE/RL Balkan ReportenISN Security Watch, en websites van onder meer de NAVO en andere internationale organisaties Nederland Op 2 november vroeg de voorzitter van Manoeuvre: het geïntegreerd optreden het NATO Military Committee, admiraal van grondtroepen en helikoptereenheden. Kunduz Giampaolo Di Paola, Nederland om de taken uit te breiden. Het kabinet heeft De meest spectaculaire actie was de luchtmobiele aanval op het Volgens de politietrainers in Kunduz de Kamer beloofd dat de agenten niet TT-circuit in Assen, zogenaamd een botst het mandaat van de missie met zouden worden ingezet bij gevechten. luchthaven. de Afghaanse realiteit. Het minderheidskabinet moest beloven er geen militaire missie van te maken en dus mogen de agenten niet de strijd aan gaan met de Taliban. De uiteindelijke beslissing van de Tweede Kamer over eventuele uitbreiding van het mandaat was nog niet bekend tijdens het drukken van deze editie. Defensie krijgt een moeilijk jaar, zo bleek uit de Rijksbegroting 2012 die werd gepresenteerd op Prinsjesdag. De bezuinigingen beperken zich niet alleen tot de 400 miljoen uit het Er is te weinig werk voor de twintig regeerakkoord, maar er komt nog eens marechaussees: er staan er slechts twee voor de klas om de Afghanen op te leiden. De NAVO wees Nederland er al een half jaar geleden op dat door zijn strikte regels weinig Afghanen tot de training zouden worden toegelaten. Krijgsmacht Generaal-majoor Mart de Kruif werd gepromoveerd tot luitenantgeneraal en volgde per 25 oktober luitenant-generaal Rob Bertholee op 173 miljoen bij om tekorten uit het verleden op te lossen. De omvangrijke reorganisatie is inmiddels ingezet. Internationale samenwerking staat hoog op de agenda om zodoende kosten te besparen. De autoriteiten in Kunduz willen een als Commandant Landstrijdkrachten afgeslankte trainingsmissie, zo heeft het lokale hoofd Sediq Kahn laten weten. In plaats van een basiscursus met daaropvolgend nog eens een aanvullende (C-LAS). Hij zal de derde zijn die de functie van C-LAS gaat bekleden, sinds de functie in 2005 in het leven werd geroepen. Afgeronde missies Het kabinet heeft op 28 september de eindevaluatie van de Nederlandse cursus van tien weken vindt Kahn acht uur les meer dan voldoende. Hij is bang dat politieposten onbemand raken en daardoor een prooi zijn voor de Taliban. Van 26 september tot en met 7 oktober vond Falcon Autumn plaats. Het was de grootste militaire oefening op Nederlandse bodem sinds jaren. Er werden militairen ingezet, zo n missie in Uruzgan ( ) aan de Tweede Kamer overhandigd. In een begeleidende brief stellen de ministers Rosenthal (Buitenlandse Zaken) en Hillen (Defensie) en staatssecretaris Het kabinet wil de missie in Kunduz 300 voertuigen en 15 gevechts-en Knapen (Buitenlandse Zaken) dat de uitbreiden. De minderheidscoalitie is voor de politietrainingsmissie afhankelijk van de steun van GroenLinks, D66 en de ChristenUnie, omdat de PVV tegen de missie in Afghanistan is. De missie kromp in de maand oktober door gebrek aan werk voor de marechaussees. transporthelikopters. De organiserende eenheid was 11 Luchtmobiele Brigade van de landmacht in samenwerking met het Defensie Helikopter Commando. De militairen verplaatsten zich via een brede strook grofweg van Arnhem naar Groningen. De oefening draaide met name om Air veiligheidssituatie in Uruzgan is verbeterd en de economische ontwikkeling op gang is gekomen. De missie heeft een stevige basis gelegd voor de opvolgers en de Afghaanse autoriteiten. Uruzgan was in 2010 een heel andere provincie dan in Atlantisch Nieuwsoverzicht

26 26 Atlantisch Nieuwsoverzicht Ap: 2011nr7 en nieuwe buitenlandse politiek van Turkije in Arabische Lente het mediterrane gebied. Met name Op 30 september werd bekend dat de gespannen relatie met Israël is de Libië Nederland een bijdrage gaat leveren NAVO een doorn in het oog. Turkije is aan de VN-missie in Zuid-Soedan. In een belangrijk lid van het bondgenoot- Op dinsdag 18 oktober werd Bani januari sprak de bevolking van Zuid- schap, als brug tussen het Westen Walid definitief door de Nationale Soedan zich uit voor onafhankelijk- en de Arabische wereld. Israël is een Overgangsraad (NTC) veroverd en heid. Direct daarop startte de United gewaardeerde partner van de alliantie. op 20 oktober viel Sirte. In de middag Nations Mission in the Republic of De NAVO heeft Israël een aanbod werd bekend dat de Libische dictator South Sudan (UNMISS). gedaan om permanent zitting te nemen Kadhafi gevangen genomen was door De Nederlandse bijdrage zal bestaan op het hoofdkantoor van het bondge- de NTC. Niet veel later overleed hij. uit vijftien tot twintig marechaussees nootschap in Brussel. Tot nu toe werd Over acht maanden moeten er vrije en vier civiele politiefunctionaris- de NAVO-Israëlrelatie nog overzien verkiezingen zijn. sen voor de opbouw van politie; twee door de Israëlische ambassade in Maandag 31 oktober werd het einde van militaire liaisonofficieren ten behoeve België. Daarnaast zijn Israël en de de NAVO-missie in Libië ingeluid. In de van samenwerking met het Zuid- NAVO in gesprek over een mogelijke afgelopen zeven maanden voerden ge- Soedanese leger; en enkele staffunc- inzet van een Israëlisch schip voor vechtsvliegtuigen van de NAVO tionarissen op het hoofdkwartier van Active Endeavour -operaties (antipi- vluchten uit boven Libië en vernietig- UNMISS. Daarnaast wordt nog gespro- raterij) op fulltime basis. Dat zou de den hierbij commandocentra, wapens, ken over de inzet van civiele deskun- eerste maal zijn dat Israël participeert voertuigen en meer dan duizend tanks. digen op het gebied van rechtsorde en in een NAVO-missie. Op dezelfde dag werd Abdul al-qeeb mensenrechten. De Nederlandse bijdrage geldt voor Raketschild gekozen tot de nieuwe interim-premier van het Noord-Afrikaanse land. een duur van twee jaar, mits de VN- Volgens Rasmussen moet de NAVO Veiligheidsraad het mandaat van De Verenigde Staten en Roemenië drie belangrijke lessen trekken uit UNMISS na 9 juli 2012 verlengt. hebben op 13 september een ak- operatie Unified Protector in Libië. NAVO koord bereikt over het plaatsen van Amerikaanse onderscheppingsraket- Ten eerste heeft Libië laten zien dat de NAVO flexibel is. Binnen zes dagen ten in het Oost-Europese land. De kon de operatie worden gestart. Ten Secretaris-generaal van de NAVO plaatsing is onderdeel van een NAVO- tweede is de openheid van de NAVO Anders Fogh Rasmussen maakt zich plan voor een groter raketschild. De gebleken. De bondgenoten, evenals geen zorgen over de betrokkenheid wapens worden over ongeveer over vier oude en nieuwe partners (ook uit het van de VS met de NAVO. Het was juist jaar geplaatst. Het akkoord wekt de irri- Midden-Oosten), wisten elkaar snel te goed dat de Europeanen inzake Libië tatie van Rusland op, dat vreest dat de vinden. Ten derde is Unified Protector de leiding hebben genomen. De VS raketten tegen Rusland zijn gericht. het bewijs van de kracht van de NAVO. wilden van de Europese landen meer Op 26 september heeft het ministerie Dit was de eerste operatie waarbij de leiderschap zien binnen de organisatie van Defensie middels een brief aan Europese bondgenoten en Canada de en dat hebben ze ook getoond. de Tweede Kamer laten weten dat leiding hadden en dat verliep succes- Rasmussen wees een voorstel af van Nederland gaat bijdragen aan het vol. Frankrijk, Duitsland, Italië, Polen en Spanje om een defensiehoofdkwartier raketschild van de NAVO dat Europa moet beschermen tegen mogelijke Jemen van de Europese Unie in te richten in raketaanvallen vanuit onder meer Iran. Brussel. Het Verenigd Koninkrijk is hier Daartoe moeten de radarsystemen van Op 23 september keerde president Ali fel tegen. Volgens Rasmussen moet er de vier luchtverdedigings- en com- Abdullah Saleh onverwacht terug uit niet geïnvesteerd worden in nog meer mandofregatten (LCF) verbeteren, Saoedi-Arabië, precies op het moment bureaucratie, maar juist in multinatio- zodat die vijandelijke raketten kun- dat de hoofdstad Sana a het toneel nale samenwerking op het gebied van nen opmerken en volgen. Defensie is geworden van een burgeroorlog. In hardware. gaf eerder aan te willen investeren in een week tijd zijn zeker zeventig doden Rasmussen heeft zijn bezorgdheid moderniseringen, ondanks de forse gevallen, waarvan het merendeel bur- geuit over de steeds dwingendere bezuinigingen. gers en ongewapende demonstranten. Atlantisch Nieuwsoverzicht

27 Atlantisch Nieuwsoverzicht Ap: 2011nr7 27 Generaal Martin Dempsey, opvolger van admiraal Mike Mullen als de voorzitter van de chefs van staven, de hoogste militaire functie van de VS (foto: U.S. DoD/Jacob N. Bailey) Saleh riep op tot een staakt-het-vuren India, Zuid-Afrika en Brazilië omdat zodat voor- en tegenstanders van het men bang was dat het een eerste stap regime met elkaar om de tafel kunnen. naar militaire interventie zou zijn. geheime bases zijn in de Hoorn van Afrika en het Arabisch schiereiland om zo de regionale tak van Al-Qaida (AQAP) te kunnen bestrijden. De drone-aanvallen maken deel uit van een nieuwe antiterreurcampagne van de CIA waartoe president Obama opdracht heeft gegeven. Het gaat vooral om eliminatie van terreurleiders. In Jemen is Anwar al-awlaki, leider van Al-Qaida en Amerikaans staatsburger, door een aanval van een Amerikaanse drone om het leven gekomen. De radicaalislamitische Awlaki gold als één van de mogelijke opvolgers van de in mei gedode Osama bin Laden. President Obama heeft bekendgemaakt zeker honderd militairen naar Centraal-Afrika te sturen om Zuid-Soedan, Congo en de Centraal- Afrikaanse Republiek te beschermen tegen de Lord s Resistance Army (LRA), een rebellengroep uit Noord- Oeganda die sinds twintig jaar van betrokkenheid bij een verscheidenheid aan geweldsdelicten wordt beschuldigd. Tevens ontvoerde de LRA tienduizenden kinderen om dienst te doen als kindsoldaat, aldus het Internationaal Strafhof in Den Haag. Syrië De Verenigde Staten De Balkan De Europese Commissie heeft op Recentelijk vonden er een aantal be- Kosovo 23 september de oliesancties tegen langrijke positiewisselingen plaats van Syrië uitgebreid. Extra maatregelen zijn volgens de EU-buitenlandchef Catherine Ashton noodzakelijk, omdat de Syrische regering haar bevolking blijft onderdrukken. Op deze manier hoopt de EU dat het regime van Bashar al-assad zonder geld komt te zitten en de strijd zal opgeven. De VN-Veiligheidsraad lijkt het bijna hoge Amerikaanse functionarissen. Generaal Martin Dempsey is de nieuwe hoogste officier binnen de strijdkrachten. Hij volgt admiraal Mike Mullen op als voorzitter van de chefs van staven. Minister van Defensie Robert Gates is opgevolgd door Leon Panetta, oud-directeur van de CIA. Panetta s functie werd overgenomen door David Begin oktober is het in het noorden van Kosovo tot ernstig geweld gekomen tussen Kosovaren (etnische Albanezen) en leden van de Servische minderheid. NAVO-militairen van KFOR moesten eraan te pas komen om de grensposten tussen Servië en Kosovo te beschermen. Het conflict tussen de Kosovaarse eens te zijn over een ontwerpresolutie. Rusland en Europa zitten nu met elkaar om de tafel om de plooien Petraeus, voordien bevelhebber van de militaire operaties in Afghanistan (Commandant ISAF). overheid en de Servische minderheid is vooralsnog onoplosbaar. Servische Kosovaren erkennen nog altijd niet glad te strijken. In augustus werd een Europees voorstel (gesteund door de VS) afgewezen door Rusland, China, De VS bombarderen steeds vaker met drones (onbemande vliegtuigen) in Jemen en Somalië. Uit WikiLeaksdocumenten de onafhankelijkheid van Kosovo en beschouwen zichzelf als onderdeel van Servië. Het is echter ondenkbaar dat de is gebleken er dat er Albanese Kosovaren de in 2008 verkre- Atlantisch Nieuwsoverzicht

28 28 Atlantisch Nieuwsoverzicht Ap: 2011nr7 gen onafhankelijkheid zullen opgeven. viteit is in het gebied van waaruit de NAVO gewaarschuwd voor de ram- Ondanks het ultimatum van de NAVO raketten afgevuurd zouden zijn. koers waarop ze afgaan wanneer zij om de Servische wegblokkades aan Op dinsdag 20 september is de zich bemoeien met het nucleaire pro- de grens weg te halen, weigeren de Afghaanse oud-president Buhanuddin gramma van Iran. Rasmussen kondigde Serviërs hieraan gehoor te geven. De Rabbani (71) om het leven gekomen aan dat de NAVO geen enkele intentie EU kan de NAVO steunen door ge- bij een zelfmoordaanslag in zijn huis heeft om in Iran te interveniëren. Het sprekken over Servische toetreding tot midden in de zwaarbewaakte ambas- Witte Huis liet weten het aankomende de unie stop te zetten. President Tadic sadewijk van Kaboel. De aanslag is op- rapport van de nucleaire waakhond wil graag dat Servië lid wordt van geëist door de Taliban. De aanslag past IAEA af te wachten. de Europese Unie en werkte daarom ook mee aan de uitlevering van Ratko in de huidige strategie van de Taliban, waarbij de naaste bondgenoten van Turkije Mladic, de generaal die wordt verdacht president Karzai moeten vrezen voor van misdaden tegen de menselijkheid. hun leven. Rabbani was tussen 1992 en Op de Algemene Vergadering van Eind oktober hebben de Serviërs de 1996 president van Afghanistan. de VN op donderdag 22 september wegen gedeeltelijk geopend voor de bevoorrading van de gestationeerde Iran heeft de Turkse premier Recep Tayyip Erdogan forse kritiek geuit op Israël. NAVO-eenheden (KFOR). De NAVO Erdogan beschouwt het Palestijns- wil een algehele opheffing van de blok- Naar aanleiding van de antisemitische Israëlische conflict als een bloedende kades. retoriek in de rede van de Iraanse wond, waar de internationale gemeen- Het Midden-Oosten president Mahmoud Ahmadinejad tijdens de Algemene Vergadering van schap iets aan moet doen. Hij beschuldigt Israël ervan zijn eigen gang AfPak de Verenigde Naties besloten onder andere delegaties van de VS, Canada, te gaan. De relatie tussen Turkije en Israël is verslechterd na een aanval op Frankrijk en Nederland de zaal te ver- een Turkse vloot in de Gazastrook op 10 Admiraal Mike Mullen, de hoog- laten. Ahmadinejad zette vraagtekens mei ste Amerikaanse militair, heeft de achter de aanslagen van 11 september Erdogan heeft in september een trip Pakistaanse geheime dienst (ISI) 2001 en vond dat het Westen nog altijd gemaakt door Tunesië, Libië en Egypte. ervan beschuldigd betrokken te zijn de Holocaust gebruikt om het gedrag Na de late steun aan de Nationale bij de aanslag op de Amerikaanse van Israël te rechtvaardigen. Overgangsraad in Libië en het gedo- ambassade in Kaboel. Hij vindt dat Al-Qaida heeft Ahmadinejad opgeroe- gen van Bashar al-assad in Syrië was het militante netwerk Haqqani zich pen te stoppen met zijn theorieën over het tijd om het imago van hemzelf en gedraagt als de rechterhand van de ISI. 9/11. Het is volgens de terroristische zijn partij AKP te verbeteren. Turkije Islamabad stelt dat er geen contacten organisatie onzinnig te beweren dat kan een bepalende rol spelen in het zijn. Pakistan wordt als bondgenoot het Witte Huis achter de aanslagen zat. Midden-Oosten. De VS en Europa van de VS vaker beticht van dubbel- De Russische president Dmitri kampen met een enorme schulden- spel. Medvedev heeft laten weten dat crisis. Turkije kan met zijn bloeiende Opmerkelijk genoeg hebben de Taliban Rusland open staat voor sancties economie investeren in Tunesië, Libië het opgenomen voor Pakistan en zij tegen Iran. De Verenigde Staten willen en Egypte en zodoende zijn macht in de verklaarden de Haqqani te controleren, dat al geruime tijd vanwege het kern- regio vergroten. en niet de ISI zoals de Amerikanen programma in Teheran, maar Rusland beweren. NAVO-troepen hebben was er steeds op tegen. in Afghanistan met Haji Mali Kahn een topfiguur van de Haqqani-clan opgepakt. In een verklaring van de De Israëlische premier Nethanyahu en minister Barak van Defensie proberen een meerderheid in het kabinet te krij- Kijk voor het uitgebreide nieuwsoverzicht op NAVO wordt de actie een mijlpaal een gen voor een militaire aanval op Iran. genoemd. Begin november heeft het Israëlische Afghanistan heeft Pakistan gemaand leger een succesvolle test gedaan met te stoppen met het afvuren van raket- een ballistische langeafstandsraket. ten op het noordoosten van het land. Het bereik van de raket is zo groot dat Een woordvoerder van het Pakistaanse Iran getroffen kan worden. leger heeft gemeld dat er geen acti- Teheran heeft direct de VS en de Atlantisch Nieuwsoverzicht

29 Ap: 2011nr7 29 Boekbespreking Duitse herbewapening tegen de achtergrond van de Koude Oorlog Hoog boven Koblenz ziet de Festung Ehrenbreitstein, een voormalige kazerne die nu dienst doet als museum en jeugdherberg, neer op het Duitse provinciestadje. Het uitzicht op de plek waar de Rijn en Moezel samenkomen, de Deutsches Eck, is er adembenemend: auto s en treinen verworden er tot miniaturen. In een uithoek van het immense gebouwencomplex bevindt zich een klein monument dat de Duitse gesneuvelden herdenkt, zowel die van de Eerste en Tweede Wereldoorlog, als zij die in dienst van de Bondsrepubliek om het leven kwamen. Herbewapening De Bundeswehr is inmiddels een geaccepteerd onderdeel van de Duitse samenleving, al ligt de inzet ervan nog steeds uitermate gevoelig. West- Duitsland kende tijdens de Koude Oorlog een groot aantal dienstweigeraars en ook na de Duitse hereniging bleven de strijdkrachten een veelbesproken thema. Toen de Luftwaffe in 1999 onder NAVObevel voor het eerst sinds 1945 direct bij krijgshandelingen betrokken raakte, leidde dat tot grote discussies bij onze oosterburen. Het debat over de inzet van het Duitse leger, zelfs onder de vlag van de Verenigde Naties en de NAVO, doet in Duitsland nog altijd veel stof opwaaien. Dat is echter een klein briesje in vergelijking met de golf van verontwaardiging en woede die ontstond rond de vraag van de Duitse herbewapening, slechts vijf jaar na de Tweede Wereldoorlog. De geallieerden waren het erover eens dat het gevaar van het Duitse militarisme voor eens en voor altijd moest worden uitgeschakeld. Franklin D. Roosevelt stelde al ruim voor het definitieve eind van het Derde Rijk, in september 1943, dat de op oorlog broedende bendes van militairen met wortel en tak uit de Duitse samenleving moeten worden verwijderd, als we enige zekerheid omtrent een toekomstige vrede willen hebben. De Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken van de in mei 1940 naar Londen uitgeweken regering, Eelco Nicolaas van Kleffens, liet eind 1944 een memorandum opstellen over de behandeling die Duitsland na de oorlog uit militair oogpunt ten deel moest vallen, om eens en vooral Duitschlands tanden uit te trekken. Na de ondergang van nazi-duitsland in mei 1945 was demilitarisatie één van de speerpunten van de geallieerde bezetters. Op 20 augustus 1945 werden alle militaire scholen, verenigingen en clubs met een militair karakter verboden. De Geallieerde Controleraad - het hoogste gezag in het bezette en opgesplitste Duitsland - droeg Duitse uitgevers, bibliotheken en onderzoeksopstellingen op alle werken in te leveren die geweld verdedigden. Het idee alleen al van een nieuw Duits leger leek waanzin. Toch zou een nieuw West-Duits leger er al snel komen. Toen vanaf 1947 duidelijk begon te worden dat de Britten en Amerikanen aan de ene en de Russen aan de andere kant het niet eens zouden worden over de toekomst van Duitsland en de Koude Oorlog zich meer en meer begon af te tekenen, verscheen de kwestie van een eventuele, ver in de toekomst gelegen herbewapening van West- Duitsland langzaam aan de horizon. Rearming Germany De Verenigde Staten gooiden bij monde van hun minister van Buitenlandse Zaken Dean Acheson in september 1950 uiteindelijk de knuppel in het hoenderhok, daarbij van harte gesteund door Nederland. Acheson stelde voor de Bondsrepubliek te herbewapenen en volwaardig lid te laten worden van de NAVO. De andere Europese landen, Frankrijk voorop, reageerden verontwaardigd en verwierpen het Amerikaanse voorstel. De Fransen kwamen met een eigen voorstel, de Europese Defensie Gemeenschap, maar daarvan is tot op de dag van vandaag weinig terecht gekomen. Bovendien: verzet tegen een Duitse herbewapening mocht dan groot en gezien de gebeurtenissen van de eerste helft van de twintigste eeuw volstrekt begrijpelijk zijn, een alternatief voor een West-Duitse herbewapening was er feitelijk niet. Zonder de Bondsrepubliek zou er een gat vallen in de westerse verdediging tegen het communisme. Of, zoals Jonathan M. House betoogt in de door James C. Corum geredigeerde bundel Rearming Germany: The depleted states of western Europe could not simultaneously rebuild their economies, deal with their rebellious colonies, and field enough troops to deter a Soviet advance. The only solution to this problem, however unpalatable, was to tap the economic and military resources of West Germany (blz. 75).

30 30 Boekbespreking Ap: 2011nr7 Adenauer, de eerste Bundeskanzler, deelde de opvatting van de Amerikanen dat de Duitse mankracht en het industriele potentieel moesten worden ingezet. Echter, zo stelt Oliver Haller in dezelfdebundel: The chancellor declared his unwillingness to form a sovereign military that would raise the specter of German militarism from the dead. The defense of West Germany, he emphasized, lies primarily in the hands of the occupation troops (blz. 170). Dat zou niet alleen rekening houden met de gevoelens van andere Europese landen, maar ook een opstap kunnen zijn naar meer West-Duitse soevereiniteit op andere gebieden. Die zou Bonn in de daaropvolgende jaren ook krijgen. Slechts tien jaar na het eind van nazi- Duitsland werd West-Duitsland lid van de NAVO. Heldere observaties en scherpe inzichten zijn kenmerkend voor Rearming Germany. De verschillende auteurs hebben een vlotte pen en schrijven met veel verstand van zaken. De Duitse herbewapening, ook die van de Oost- Duitse tegenhanger van de Bundeswehr, de Nationale Volksarmee, wordt voor een breed uiteenlopend voetlicht gebracht. Zo zijn er artikelen over de SPD en haar standpunt over de hele kwestie, het interne debat binnen het West-Duitse leger over de aanname van de NAVOdoctrine en, vanzelfsprekend, de oprichting van de Bundeswehr. De reactie van de West-Duitse bevolking blijft helaas wat onderbelicht, terwijl juist de herbewapening van de Bondsrepubliek ook intern tot enorme discussies leidde. Vanaf 1949 was er een sterk verdeelde publieke opinie, die weliswaar een beperkte herbewapening wilde toestaan, maar scherpe restricties op wilde leggen aan het gebruik van geweld door het nieuwe Duitse leger. Niettemin is Rearming Germany een waardevolle bijdrage aan de historiografie van de naoorlogse Duitse geschiedenis. Divided, but not disconnected Het debat over de herbewaping van West-Duitsland speelt ook een aanzienlijke rol in de bundel Divided, but not Disconnected. Deze publicatie is echter veel wijdlopiger en, zoals wel vaker bij een verzameling artikelen, mist daardoor de nodige samenhang. Toch hebben de verschillende bijdragen één gemeenschappelijke noemer: de Duitse ervaring van de Koude Oorlog, zowel in de BRD als in de DDR. Zoals terecht in de bundel wordt opgemerkt, is ersinds de hereniging een tendens in Duitsland dat the asymmetry that once characterized the relation between the two German states may be writ large in the form of a public memory that privileges the point of view of a Federal Republic that was on the side of the victors of the Cold War. Dat leidt niet zelden tot een soort overwinnaarsgeschiedenis, waarin alles wat met de DDR te maken heeft, als verdorven en slecht wordt gezien, en dat de BRD als het ware de stralende zon was. De samenstellers van de bundel wijzen erop, dat dit beeld niet conform de werkelijkheid is: It is important to insist on the diversity of Cold War experiences as the conflict unfolded. A fresh consideration of the manifold ways in which Germany was divided, but not disconnected can form an important part of this process (blz. 9). Wat dat betreft is deze bundel geslaagd. De lezer krijgt een breed palet aan Duitse ervaringen voorgeschoteld, variërend van de Koude Oorlog en de herinnering aan het naziverleden tot aan de herdenking van Maarten Luther in de Duitse Democratische Republiek. Het mijns inziens sterkste artikel analyseert de satire rond de Bundeswehr in de jaren zestig en zeventig van de twintigste eeuw. Het meeste verzet tegen de West-Duitse herbewaping was daarbij te vinden aan de linkerkant van het politieke spectrum, waaronder grote delen van de SPD en de vakbeweging. Onder historici overheerste echter een conservatieve houding, terwijl beide Duitse staten hun eigen herbewapening en herinvoering van de dienstplicht verdedigden als reactie op acties van de ander, een karakteristiek kenmerk van de hele Koude Oorlog. Zoals Andrew Plowman in zijn bijdrage schrijft: Each side presented its own policy as defensive and peace-loving, and that of the other as hostile (blz. 134). In de Bondsrepubliek was de remilitarisering in de jaren vijftig de belangrijkste politieke en morele kwestie: Few other issues shaped the fledgling democracy more decisively (blz. 135). Geen wonder dus, dat de inzet van het Duitse leger nog altijd zo n beladen thema is. Martijn Lak is promovendus bij de Erasmus Universiteit Rotterdam. Wilt u reageren? Mail de redactie: redactie@atlcom.nl. Boeken: Tobias Hochscherf, Christoph Laucht en Andrewe Plowman (eds.), Divided, but not disconnected. German experiences of the Cold War (Berghahn Books, New York/ Londen 2010); 266 blz.; 131,80; ISBN James C. Corum (ed.), Rearming Germany (Brill, Leiden/Boston 2011); 285 blz.; 121; ISBN Atlantisch Nieuwsoverzicht

31 Ap: 2011nr7 31 Achteraf De NAVO-agenda in de aanloop naar de top van Chicago Bijeenkomst met Jamie Shea Op 24 oktober organiseerde de Atlantische Commissie een bijeenkomst met Jamie Shea als spreker. Hierbij waren ongeveer tachtig deelnemers aanwezig. Shea, Deputy Assistant Secretary General for Emerging Security Challenges for NATO, beantwoordde een aantal brandende vragen met betrekking tot de organisatie. Kwesties die aan bod kwamen waren onder andere de gevolgen van de bezuinigingen, de effecten van de betrokkenheid in Afghanistan en Libië en de groeiende scepsis in het Amerikaanse Congres t.a.v. de NAVO. De overkoepelende vraag Wat zijn mogelijke nieuwe veiligheidskwesties voor de NAVO? stond hierbij centraal. Shea zei geen enorme veranderingen te verwachten tijdens de Chicago-top, omdat de NAVO nog steeds bestaande veranderingen en ontwikkelingen moet verwerken die in de laatste top, te Lissabon, zijn besloten. Hij benadrukte drie hoofdzaken voor de NAVO waarvan het eerste punt de meeste aandacht zal genieten, namelijk de locaties waar daadwerkelijk sprake is van militaire betrokkenheid. De barrières voor een NAVOinterventie zijn aanzienlijk verhoogd na de interventie in Libië. Het fenomeen van grootschalige interventies zal dan ook hoogstwaarschijnlijk op de achtergrond geraken en de focus zal terugkeren naar de dagelijkse realiteit van betrokkenheid in Afghanistan en het terugtrekken van troepen uit dat land in Het tweede kernpunt beslaat partnerschap. Méér betrokkenheid van partners in operaties is wenselijk. Na Afghanistan is het zaak de banden met bijdragende landen van buiten Europa, zoals Australië en Maleisië, niet te verliezen. De vraag is hier of de NAVO terugkeert naar Europa na Afghanistan. In de Balkan liggen mogelijkheden voor uitbreiding van het NAVO-lidmaatschap. Potentiele kandidaten zijn Bosnië en Montenegro. De aandacht zal voor een groot deel uitgaan naar Rusland, waarmee nog steeds onenigheid is met betrekking tot raketdefensiesystemen die de NAVO dicht bij Rusland wil opbouwen. Ook moeten goede betrekkingen met bestaande bondgenoten, zoals Turkije, gewaarborgd worden. Het derde punt is de economische crisis. Bezuinigingen versterken het belang van een kosteneffectieve aanpak jegens aankomende NAVO-kwesties: welke capaciteiten heeft de NAVO werkelijk nodig? De missie in Libië was relatief goedkoop, maar nog steeds te duur. Meer aandacht voor inlichtingen is wenselijk. Inlichtingensystemen van de NAVO schoten te kort in Libië, waardoor zij afhankelijk was van de partners. Shea voorspelde dat trainingsmissies vaker zullen voorkomen, als een kostenefficiente manier om een crisis aan te pakken. Ook zal er meer aandacht moeten worden besteed aan een meer preventieve aanpak. Dit moet duurdere en uitgebreide operaties voorkomen. De focus moet tevens niet uitsluitend komen te liggen op crisis, want de NAVO moet ook efficiënt blijven tijdens reguliere periodes zonder crisis. Na Shea s betoog was er tijd voor vragen. De eerste vraag betrof het fenomeen smart defence. De NAVO richt zich onder andere op massavernietigingswapens en terrorisme, terwijl de dreiging hiervan voor Europa klein is. Is het niet logischer om zich te richten op georganiseerde misdaad en falende staten die de Europese veiligheid direct bedreigen? Shea beaamde deze redenatie. Het geweldsniveau is in Europa inderdaad op een historisch laag punt. De NAVO is echter wel degelijk betrokken bij falende staten, zoals Afghanistan. Ook is de NAVO afhankelijk van de publieke opinie. Er moet meer aandacht worden geschon- Atlantische Commissie ken aan cyberveiligheid, aangezien een moderne samenleving, steunend op moderne technologie, kwetsbaar is voor disruptie door cyberaanvallen. Een andere vraag betrof de nieuwe Amerikaanse doctrine leading from behind en hoe die de NAVO beïnvloedt. Is die doctrine een bedreiging voor de NAVO? Shea maakte duidelijk dat de VS in Libië alles hebben gedaan wat nodig was om de missie te voltooien, ondanks deze nieuwe doctrine. Als de Verenigde Staten een keuze moeten maken tussen het laten falen van de NAVO en de nieuwe doctrine, zouden de VS de doctrine laten varen. Tevens gaven de VS meer dan 1 miljard dollar uit aan de missie in Libië, wat nog steeds zeer substantieel is. Toch werd het voortouw in de missie genomen door de Europese landen. De VS waren niet de drijvende kracht, zoals voorheen gebruikelijk was. Europa beschikt echter simpelweg niet over dezelfde middelen en mogelijkheden. Rianne Mastop Achteraf

Vrouwen, vrede en veiligheid

Vrouwen, vrede en veiligheid Vrouwen, vrede en veiligheid Opereren vanuit het genderperspectief: vrede en veiligheid voor iedereen Ella van den Heuvel Vrouwen zijn de grootste slachtoffers bij oorlogen en in conflictsituaties. Zij

Nadere informatie

Bommen, bepalingen en belangen

Bommen, bepalingen en belangen Bommen, bepalingen en belangen Het toenemend gebruik van drones door de VS 1 Wouter van Cleef Wat zijn de overeenkomsten tussen Somalië, Jemen, Pakistan, Afghanistan en Libië? Staatsinstellingen bestaan

Nadere informatie

TRANSATLANTIC TRENDS 2004 NETHERLANDS

TRANSATLANTIC TRENDS 2004 NETHERLANDS TRANSATLANTIC TRENDS 2004 NETHERLANDS Q1. Denkt u dat het voor de toekomst van Nederland het beste is als wij actief deelnemen in de wereldpolitiek of moeten wij ons niet in de wereldpolitiek mengen? 1

Nadere informatie

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2637 Advies Luchtaanvallen IS(IS) Datum 24 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper

Nadere informatie

TRANSATLANTIC TRENDS - NETHERLANDS

TRANSATLANTIC TRENDS - NETHERLANDS TRANSATLANTIC TRENDS - NETHERLANDS VRAAG 10 Denkt u dat het voor de toekomst van Nederland het beste is als wij actief deelnemen in de wereldpolitiek of moeten wij ons niet in de werelpolitiek mengen?

Nadere informatie

Voor wie er nog mocht aan twijfelen

Voor wie er nog mocht aan twijfelen Voor wie er nog mocht aan twijfelen Ze zijn hier en wij moeten er mee leren leven. Joepie! Intussen zetten de idioten van de EU de nationale regeringen onder druk om de visumplicht voor Turken af te schaffen!

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 16 april 2018 Betreft Beantwoording vragen

Nadere informatie

DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK.

DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK. DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK STARTPUNT In beginsel art. 2 (4) HVN: geweldsverbod interstatelijke betrekkingen Uitzonderingen:

Nadere informatie

Afghanistan docentenhandleiding

Afghanistan docentenhandleiding Afghanistan docentenhandleiding Docentenhandleiding Inhoud De situatie in Afghanistan wordt in het nieuws ondergesneeuwd door andere conflicten. Toch gaat daar de strijd voort. Bijna elke week zijn er

Nadere informatie

De dood van Joegoslavië ( )

De dood van Joegoslavië ( ) Geschiedenis van de laatste 50 jaar De dood van Joegoslavië (1990-1995) Bas Levinsohn 1 Inleiding Overzicht colleges Titel college Thema college Tijdsperiode 1 De Cubaanse rakketencrisis Beslissingen tijdens

Nadere informatie

Dames en heren, Toespraak van de Commandant der Strijdkrachten Generaal P van Uhm, ter gelegenheid van het symposium op 5 mei 2012 te Wageningen.

Dames en heren, Toespraak van de Commandant der Strijdkrachten Generaal P van Uhm, ter gelegenheid van het symposium op 5 mei 2012 te Wageningen. Toespraak van de Commandant der Strijdkrachten Generaal P van Uhm, ter gelegenheid van het symposium op 5 mei 2012 te Wageningen. Let op: Alleen gesproken woord geldt! Dames en heren, Ik sta hier vandaag

Nadere informatie

Interventie Syrië. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht

Interventie Syrië. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht Oudemanhuispoort 4-6 1012 CN Amsterdam Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 5252833 Interventie Syrië Datum 29 augustus 2013 Opgemaakt

Nadere informatie

1 Belangrijk in deze periode

1 Belangrijk in deze periode 1 Belangrijk in deze periode In 1945 eindigt de Tweede Wereldoorlog (1940-1945). Duitsland wil, onder leiding van Adolf Hitler, Europa veroveren. Na vijf jaar strijd en 55 miljoen doden geeft Duitsland

Nadere informatie

Communicatie en strategie van de Afghaanse Taliban, vanuit het perspectief van het leiderschap

Communicatie en strategie van de Afghaanse Taliban, vanuit het perspectief van het leiderschap , vanuit het perspectief van het leiderschap Auteurs: Godfried Wessels Seran de Leede Edwin Bakker Samenvatting Op 28 december 2014 is een einde gekomen aan de ISAF-missie (International Security and Assistance

Nadere informatie

Omgaan met radicalisering: Doelen

Omgaan met radicalisering: Doelen Religieuze leiders Omgaan met radicalisering: Doelen Deze aanbevelingen zijn bedoeld voor religieuze leiders die regelmatig contact hebben met leden van de gemeenschap. Doel van deze cursus is dat u: Zich

Nadere informatie

De Iraanse revolutie (1979) en zijn gevolgen

De Iraanse revolutie (1979) en zijn gevolgen Geschiedenis van de laatste 50 jaar De Iraanse revolutie (1979) en zijn gevolgen Bas Levinsohn 1 Inleiding Overzicht colleges Titel college Thema college Tijdsperiode 1 De Cubaanse rakketencrisis Beslissingen

Nadere informatie

Het mysterie: Moord op Lumumba

Het mysterie: Moord op Lumumba Het mysterie: Moord op Lumumba Lumumba was de eerste premier van onafhankelijk Congo in 1960. Twee weken na zijn aantreden werden Lumumba en zijn regering afgezet tijdens een staatsgreep en werd Lumumba

Nadere informatie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0058/1. Amendement. Sabine Lösing, Tania González Peñas namens de GUE/NGL-Fractie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0058/1. Amendement. Sabine Lösing, Tania González Peñas namens de GUE/NGL-Fractie 6.3.2019 A8-0058/1 1 Paragraaf 17 17. benadrukt voortdurende steun van de EU voor een inclusief vredes- en verzoeningsproces onder leiding van en gestuurd door Afghanistan zelf, met inbegrip van de uitvoering

Nadere informatie

Afghanistan. NAVO-militair gedood in Zuid-Afghanistan

Afghanistan. NAVO-militair gedood in Zuid-Afghanistan Afghanistan NAVO-militair gedood in Zuid-Afghanistan KABUL - In het zuiden van Afghanistan is dinsdag een militair van de internationale vredesmacht ISAF gedood. Dat maakte een woordvoerder van de troepen

Nadere informatie

3 september 2014. Onderzoek: Internationale spanningen en conflicten

3 september 2014. Onderzoek: Internationale spanningen en conflicten 3 september 2014 Onderzoek: Internationale spanningen en conflicten Over het EenVandaag Opiniepanel Het EenVandaag Opiniepanel bestaat uit ruim 30.000 mensen. Zij beantwoorden vragenlijsten op basis van

Nadere informatie

Wat betekenden de verschillen tussen Noord en Zuid-Korea voor de Koude Oorlog? (conclusie)

Wat betekenden de verschillen tussen Noord en Zuid-Korea voor de Koude Oorlog? (conclusie) Praktische-opdracht door J. 1743 woorden 12 september 2011 6,1 32 keer beoordeeld Vak Geschiedenis Hoofdvraag Wat betekenden de verschillen tussen Noord en Zuid-Korea voor de Koude Oorlog? (conclusie)

Nadere informatie

Hoop op democratie in het Midden Oosten

Hoop op democratie in het Midden Oosten De Toestand in de Wereld 3 Hoop op democratie in het Midden Oosten Egypte: De kater na de Arabische lente Bas Levinsohn 1 Inleiding Vraagstelling Wat wordt bedoeld met de Arabische lente? Wat is de betekenis

Nadere informatie

Het is met veel emotie dat ik u welkom heet in de Belgische Senaat.

Het is met veel emotie dat ik u welkom heet in de Belgische Senaat. 1 Toespraak van de heer Armand De Decker, Voorzitter van de Senaat, naar aanleiding van het bezoek van de heer Mahmoud Abbas, President van de Palestijnse Autoriteit 23 februari 2010 Excellenties, Beste

Nadere informatie

De (on)rechtmatigheid van humanitaire interventie:

De (on)rechtmatigheid van humanitaire interventie: RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN De (on)rechtmatigheid van humanitaire interventie: Respect voor staatssoevereiniteit versus bescherming van mensenrechten? PROEFSCHRIFT ter verkrijging van het doctoraat in

Nadere informatie

Maatschappijwetenschappen 2e fase DE GENOCIDE IN SREBRENICA 1995 KNIPVELLEN

Maatschappijwetenschappen 2e fase DE GENOCIDE IN SREBRENICA 1995 KNIPVELLEN Maatschappijwetenschappen 2e fase DE GENOCIDE IN SREBRENICA 1995 KNIPVELLEN NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies OPDRACHT 2 HET FEITENRELAAS Zet de feiten op een rijtje door een

Nadere informatie

Belangen: Wel of niet ingrijpen in Syrië?

Belangen: Wel of niet ingrijpen in Syrië? Belangen: Wel of niet ingrijpen in Syrië? Korte omschrijving werkvorm: Leerlingen moeten zich inleven in een permanent lid van de Veiligheidsraad van de VN. Ze gaan aan de slag met het vraagstuk of de

Nadere informatie

HDAB Aanvulling stand van zakenbrief Afghanistan: nazorg, counter insurgency opleiding en eigen vuur incident

HDAB Aanvulling stand van zakenbrief Afghanistan: nazorg, counter insurgency opleiding en eigen vuur incident Postbus 20701 2500 ES Den Haag Telefoon (070) 318 81 88 Fax (070) 318 78 88 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Afschrift aan de Voorzitter van de Eerste

Nadere informatie

Opgave 4 Conflict Noord-Korea en Zuid-Korea

Opgave 4 Conflict Noord-Korea en Zuid-Korea Opgave 4 Conflict Noord-Korea en Zuid-Korea Bij deze opgave horen figuur 3 en de teksten 7 tot en met uit het bronnenboekje. Gebruik tekst 7. Er zijn twee vormen van dictaturen: autoritaire en totalitaire

Nadere informatie

7,8. Opstel door een scholier 2548 woorden 27 juni keer beoordeeld. Geschiedenis

7,8. Opstel door een scholier 2548 woorden 27 juni keer beoordeeld. Geschiedenis Opstel door een scholier 2548 woorden 27 juni 2011 7,8 1 keer beoordeeld Vak Geschiedenis Inleiding Voor het laatste semester van dit schooljaar hebben we de opdracht gekregen om een werkstuk te gaan maken

Nadere informatie

uitreiking van de herinneringsmedaille Vredesoperaties. Berckmoes-Duindam, Tweede Kamer.

uitreiking van de herinneringsmedaille Vredesoperaties. Berckmoes-Duindam, Tweede Kamer. Toespraak van de Commandant der Strijdkrachten, generaal T.A. Middendorp, tijdens de uitreiking Herinneringsmedaille Vredesoperaties op 12 oktober 2012 te Apeldoorn. Let op. Alleen gesproken woord geldt!

Nadere informatie

Ank Bijleveld-Schouten

Ank Bijleveld-Schouten Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 30 maart 2018 Betreft Beantwoording vragen

Nadere informatie

NAVO hv123. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/73227

NAVO hv123. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/73227 Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres VO-content 25 januari 2017 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/73227 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.

Nadere informatie

Schriftelijke vragen Van Bommel over de arrestatie van een Afghaanse burger in Kamp Holland en het gebruik van particuliere beveiligingsbedrijven

Schriftelijke vragen Van Bommel over de arrestatie van een Afghaanse burger in Kamp Holland en het gebruik van particuliere beveiligingsbedrijven Postbus 20701 2500 ES Den Haag Telefoon (070) 318 81 88 Fax (070) 318 78 88 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Datum 29 februari 2008 Ons kenmerk D/2008003878

Nadere informatie

Henk Kamp - Minister van Defensie 4 mei 2006

Henk Kamp - Minister van Defensie 4 mei 2006 Henk Kamp - Minister van Defensie 4 mei 2006 Dames en heren, Morgen is het 61 jaar geleden dat Nederland werd bevrijd. Hoewel de bevrijding van Nederlands-Indië nog enkele maanden op zich liet wachten,

Nadere informatie

Docenten en jeugdwerkers

Docenten en jeugdwerkers Docenten en jeugdwerkers Omgaan met radicalisering: Doelen Deze aanbevelingen zijn bedoeld voor docenten op middelbare scholen en alle andere professionals die regelmatig contact hebben met jongeren. Doel

Nadere informatie

Het land op de kaart

Het land op de kaart Eritrea Het land op de kaart Indeling Geografie Geschiedenis De bevolking Godsdienst Onafhankelijkheidsoorlog Politiek Oorlog met Ethiopië 1998 Eindeloze dienstplicht Geografie. Eritrea ligt in de hoorn

Nadere informatie

rust zetten. rust gezet) Commandant der Strijdkrachten.

rust zetten. rust gezet) Commandant der Strijdkrachten. 1 Toespraak van de komend Commandant der Strijdkrachten, generaal Middendorp, bij de aanvaarding van het commando over de Nederlandse krijgsmacht op 28 juni 2012 te Den Haag. Let op: Alleen gesproken woord

Nadere informatie

Opstel Aardrijkskunde Conflicten in Syrie

Opstel Aardrijkskunde Conflicten in Syrie Opstel Aardrijkskunde Conflicten in Syrie Opstel door een scholier 1690 woorden 17 januari 2016 7,6 20 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Conflicten in Syrie mijn onderzoek Syrische bootvluchtelingen,

Nadere informatie

Advies IS - Irak. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law. Postbus BA Amsterdam T

Advies IS - Irak. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law. Postbus BA Amsterdam T Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2632 Advies IS - Irak Datum 3 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper Op

Nadere informatie

Internationaal Toetsingskader voor Gewapende Humanitaire Interventie

Internationaal Toetsingskader voor Gewapende Humanitaire Interventie Internationaal Toetsingskader voor Gewapende Humanitaire Interventie Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten 7 maart 2001 Inhoudsopgave I Algemene overwegingen p. 2 II Criteria voor een toetsingskader

Nadere informatie

Speech ter gelegenheid van de ontvangst van Nederlandse ambassadeurs door de Staten-Generaal, d.d. donderdag 29 januari 2015 Anouchka van Miltenburg, Voorzitter Tweede Kamer Het gesproken woord geldt Geachte

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Ministerie van Defensie Plein 4 MPC 58 B Postbus 20701 2500 ES Den Haag www.defensie.nl > Retouradres Postbus 20701 2500 ES Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR

Nadere informatie

Instelling expertgroep voor vraagstuk politieke steun bij interstatelijk geweld en humanitaire interventie

Instelling expertgroep voor vraagstuk politieke steun bij interstatelijk geweld en humanitaire interventie 951-370 Instelling expertgroep voor vraagstuk politieke steun bij interstatelijk geweld en humanitaire interventie nr. Lijst van vragen en antwoorden Vastgesteld (wordt door griffie ingevuld als antwoorden

Nadere informatie

Twee jaar na de start van de Arabische revoluties. Uitdagingen voor België en Vlaanderen

Twee jaar na de start van de Arabische revoluties. Uitdagingen voor België en Vlaanderen Twee jaar na de start van de Arabische revoluties Uitdagingen voor België en Vlaanderen Inhoud I. Arabische revoluties: twee jaar later II. Complete impasse in Syrië III. Activiteiten Broederlijk Delen-Pax

Nadere informatie

De koude oorlog Jesse Klever Groep 7

De koude oorlog Jesse Klever Groep 7 De koude oorlog Jesse Klever Groep 7 1 Voorwoord Tijdens het maken van mijn spreekbeurt over Amerika kwam ik de Koude oorlog tegen. De koude oorlog leek mij een heel interessant onderwerp waar ik niet

Nadere informatie

Nederlands uitgezonden personeel, Een bezoek aan een missiegebied is. grilliger dan pakweg een werkbezoek. aan een oefenende eenheid op de

Nederlands uitgezonden personeel, Een bezoek aan een missiegebied is. grilliger dan pakweg een werkbezoek. aan een oefenende eenheid op de Toespraak uitgesproken door de Minister van Defensie, E. van Middelkoop, bij gelegenheid van zijn Kerstbezoek aan Afghanistan, 24 december 2008 te Kaboel. Nederlands uitgezonden personeel, Een bezoek aan

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.minbuza.nl Contactpersoon DWH/LC T 070-3485226 F 070-3485472

Nadere informatie

Voorstel van resolutie. betreffende het onderhandelen van een cultureel samenwerkingsakkoord tussen Vlaanderen en de Republiek China (Taiwan)

Voorstel van resolutie. betreffende het onderhandelen van een cultureel samenwerkingsakkoord tussen Vlaanderen en de Republiek China (Taiwan) stuk ingediend op 1536 (2011-2012) Nr. 1 21 maart 2012 (2011-2012) Voorstel van resolutie van de heren Filip Dewinter, Frank Creyelman en Christian Verougstraete en mevrouw Marijke Dillen betreffende het

Nadere informatie

Het dagelijks leven van ons allemaal vindt voor een steeds groter deel plaats in de digitale ruimte. Ook de dreigingen voor de nationale veiligheid

Het dagelijks leven van ons allemaal vindt voor een steeds groter deel plaats in de digitale ruimte. Ook de dreigingen voor de nationale veiligheid Het dagelijks leven van ons allemaal vindt voor een steeds groter deel plaats in de digitale ruimte. Ook de dreigingen voor de nationale veiligheid hebben door digitalisering een andere dynamiek gekregen.

Nadere informatie

deeultûrele grens de natuurlijke grens onafhankelijk de open grens de $~aatkundi "" ~...de 't-aalg(ens Kijkles Hoofdstuk 8 Les 1

deeultûrele grens de natuurlijke grens onafhankelijk de open grens de $~aatkundi  ~...de 't-aalg(ens Kijkles Hoofdstuk 8 Les 1 Kijkles Hoofdstuk 8 Les 1 Grenzen verdwijnen De schutting in jouw tuin is de grens tussen jouw tuin en die van de buren. Tussen woonwijken, gemeenten, provincies en landen zijn ook grenzen. Die grenzen

Nadere informatie

TERRORISME EN ANDERE BEDREIGINGEN VOOR DE NATIONALE VEILIGHEID ALS GEVOLG VAN MILITAIR INGRIJPEN IN IRAK

TERRORISME EN ANDERE BEDREIGINGEN VOOR DE NATIONALE VEILIGHEID ALS GEVOLG VAN MILITAIR INGRIJPEN IN IRAK TERRORISME EN ANDERE BEDREIGINGEN VOOR DE NATIONALE VEILIGHEID ALS GEVOLG VAN MILITAIR INGRIJPEN IN IRAK Een analyse ten behoeve van de briefing door HA IVO in de Ministerraad d.d. 7 februari 2003 1. Inleiding

Nadere informatie

Wat is inter - nationaal recht?

Wat is inter - nationaal recht? Wat is inter - nationaal recht? 2 Elk land heeft wetten en regels waar iedereen zich aan moet houden. Als je naar een ander land gaat, moet je je aan andere regels en wetten houden. Als je dat niet doet,

Nadere informatie

Macht en waarden in de wereldpolitiek

Macht en waarden in de wereldpolitiek Rik Coolsaet Macht en waarden in de wereldpolitiek Actuele vraagstukken in de internationale politiek Editie 2006-2007 2 Inhoud Inleiding... Deel 1. De jaren 90: het transitiedecennium 1. Van illusie naar

Nadere informatie

Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding

Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding j1 Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding Postadres: Postbus 16950, 2500 BZ Den Haag Aan: de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres Oranjebuitensingel

Nadere informatie

Politieagenten en gevangenisen reclasseringsmedewerkers

Politieagenten en gevangenisen reclasseringsmedewerkers Politieagenten en gevangenisen reclasseringsmedewerkers Doelen en achtergronden Deze aanbevelingen zijn bedoeld voor wijkagenten, gevangenispersoneel en reclasseringsmedewerkers. Doel van deze cursus is

Nadere informatie

14098/15 VER/mt 1 DG C 1

14098/15 VER/mt 1 DG C 1 Raad van de Europese Unie Brussel, 17 november 2015 (OR. fr) 14098/15 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 17 november 2015 aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties COAFR 334 CFSP/PESC 757

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal De heer J. Voordewind Binnenhof 4 Den Haag. Den Haag, 26 juni 2008

Tweede Kamer der Staten-Generaal De heer J. Voordewind Binnenhof 4 Den Haag. Den Haag, 26 juni 2008 Tweede Kamer der Staten-Generaal De heer J. Voordewind Binnenhof 4 Den Haag Den Haag, 26 juni 2008 Dank voor het verslag van uw bezoek begin april aan Noord-Irak dat u mij 10 juni jl. aanbood. Uw reis

Nadere informatie

11245/16 roe/fb 1 DGC 1

11245/16 roe/fb 1 DGC 1 Raad van de Europese Unie Brussel, 18 juli 2016 (OR. en) 11245/16 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 18 juli 2016 aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig doc.: 10997/16 Betreft:

Nadere informatie

- een bijgewerkte lijst van landen die onderworpen zijn aan een EU-embargo op de uitvoer van wapens (bijlage I);

- een bijgewerkte lijst van landen die onderworpen zijn aan een EU-embargo op de uitvoer van wapens (bijlage I); RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 1 juli 1999 (02.08) (OR. en) 9691/99 LIMITE PESC 207 COARM 2 BEGELEIDENDE NOTA van : het secretariaat van de Raad aan : de delegaties nr. vorig doc. : 12978/98 PESC 291

Nadere informatie

Majesteit, Koninklijke Hoogheid, excellenties, dames en heren,

Majesteit, Koninklijke Hoogheid, excellenties, dames en heren, Toespraak van de minister-president, mr. dr. Jan Peter Balkenende, bijeenkomst ter ere van de 50 ste verjaardag van de Verdragen van Rome, Ridderzaal, Den Haag, 22 maart 2007 Majesteit, Koninklijke Hoogheid,

Nadere informatie

Méér dan moderniseren

Méér dan moderniseren Méér dan moderniseren Special Operations Forces belangrijker binnen de NAVO Michiel de Weger In 2006 werd voor het eerst een aparte organisatie voor Special Operations Forces (SOF) binnen de militaire

Nadere informatie

GROENLINKS. Een alternatieve strategie voor Afghanistan OPPOSITIETAFEL

GROENLINKS. Een alternatieve strategie voor Afghanistan OPPOSITIETAFEL GROENLINKS Een alternatieve strategie voor Afghanistan OPPOSITIETAFEL Tweede-Kamerfractie GroenLinks 20 november 2007 Alternatieve strategie voor Afghanistan Kernboodschap De ISAF-missie in Afghanistan

Nadere informatie

Come home or go global, stupid

Come home or go global, stupid Come home or go global, stupid Een nieuwe toekomst voor de Noord Atlantische Verdragsorganisatie?! Drs. S.N. Mengelberg 1 De NAVO is een puur militaire organisatie! 2 De NAVO is niet langer de hoeksteen

Nadere informatie

16 november 2015. Onderzoek: Veiligheidsgevoel na aanslagen Parijs

16 november 2015. Onderzoek: Veiligheidsgevoel na aanslagen Parijs 16 november 2015 Onderzoek: Veiligheidsgevoel na aanslagen Parijs Over het EenVandaag Opiniepanel Het EenVandaag Opiniepanel bestaat uit ruim 50.000 mensen. Zij beantwoorden vragenlijsten op basis van

Nadere informatie

van de TFU, Welkom thuis! Eindhoven.

van de TFU, Welkom thuis! Eindhoven. Toespraak van de minister van Defensie, E. van Middelkoop, bij de terugkeer van de laatste Task Force Uruzgan, Vliegbasis Eindhoven, 8 augustus 2010. Let op: Alleen gesproken woord geldt! Commandant van

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 november 2005 (28.11) (OR. en) 14781/1/05 REV 1 LIMITE JAI 452 ENFOPOL 164 COTER 81

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 november 2005 (28.11) (OR. en) 14781/1/05 REV 1 LIMITE JAI 452 ENFOPOL 164 COTER 81 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 november 2005 (28.11) (OR. en) 14781/1/05 REV 1 LIMITE JAI 452 ENFOPOL 164 COTER 81 NOTA I/A-PUNT van: het voorzitterschap aan: het Coreper/de Raad nr. vorig doc.:

Nadere informatie

HET FENOMEEN TERRORISME

HET FENOMEEN TERRORISME TERRORISME Sinds de 11 september 2001, is het fenomeen terrorisme nog steeds brandend actueel en geniet steeds van een permanente aandacht vanwege de overheden. Hij werd trouwens als prioriteit in het

Nadere informatie

Voorstel van resolutie. betreffende een meer doeltreffende preventie van vrouwelijke genitale verminking in Vlaanderen

Voorstel van resolutie. betreffende een meer doeltreffende preventie van vrouwelijke genitale verminking in Vlaanderen stuk ingediend op 1680 (2011-2012) Nr. 1 19 juni 2012 (2011-2012) Voorstel van resolutie van de dames Marijke Dillen, Gerda Van Steenberge en Linda Vissers en de heren Frank Creyelman, Filip Dewinter,

Nadere informatie

PARLEMENTAIRE PARITAIRE VERGADERING ACS-EU

PARLEMENTAIRE PARITAIRE VERGADERING ACS-EU PARLEMENTAIRE PARITAIRE VERGADERING ACS-EU Commissie politieke zaken 29.2.2008 WERKDOCUMENT over de bescherming van burgers tijdens vredesoperaties van de VN en regionale organisaties Co-rapporteurs: Komi

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 750 X Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2014 Nr. 67 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Nadere informatie

De Bilderberg Groep. Democratie? Welke Democratie?

De Bilderberg Groep. Democratie? Welke Democratie? De Bilderberg Groep. Democratie? Welke Democratie? http://www.youtube.com/watch?v=vsax6nds1ey Vorige dinsdag eindigde de Bilderberg conferentie uitgave 2014 in Denemarken in plaats van het gebruikelijke

Nadere informatie

Eindexamen geschiedenis vwo 2008-II

Eindexamen geschiedenis vwo 2008-II De koloniale relatie tussen Nederland(ers) en Nederlands-Indië In 1596 bereikte een Nederlandse expeditie onder Cornelis de Houtman Bantam. 2p 1 Leg uit welk verband er bestaat tussen deze expeditie en

Nadere informatie

Geachte Commissaris van de Koning in Zeeland, Burgemeesters en wethouders en raadsleden van de Zeeuwse gemeenten, Vertegenwoordigers van defensie,

Geachte Commissaris van de Koning in Zeeland, Burgemeesters en wethouders en raadsleden van de Zeeuwse gemeenten, Vertegenwoordigers van defensie, 1. Geachte Commissaris van de Koning in Zeeland, Burgemeesters en wethouders en raadsleden van de Zeeuwse gemeenten, Vertegenwoordigers van defensie, Beste Veteranen, familieleden, vrienden en kennissen

Nadere informatie

omslag FORUM #10/

omslag FORUM #10/ omslag 12 De slag om de verkiezingsborden hebben de eurosceptici gewonnen. Maar hebben ze ook de harten van ondernemers? Tekst: Karin Bojorge en Paul Scheer Foto en Illustraties: Link Design 13 omslag

Nadere informatie

12897/15 rts/sl 1 DG C 2B

12897/15 rts/sl 1 DG C 2B Raad van de Europese Unie Brussel, 12 oktober 2015 (OR. en) 12897/15 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 12 oktober 2015 aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties MAMA 161 CFSP/PESC 631 RELEX

Nadere informatie

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2637 Nader Advies Geweldgebruik tegen ISIL in Syrië 23 juni 2015 Prof. dr. P.A. Nollkaemper

Nadere informatie

Vlaamse buitenlandse wapenhandel in 2016

Vlaamse buitenlandse wapenhandel in 2016 03 10 2017 Vlaamse buitenlandse wapenhandel in 2016 De handel in militair materieel naar, vanuit en over het grondgebied van Vlaanderen In 2016 leverde de Vlaamse Regering 716 vergunningen voor buitenlandse

Nadere informatie

BELGIË IN DE VEILIGHEIDSRAAD

BELGIË IN DE VEILIGHEIDSRAAD BELGIË IN DE VEILIGHEIDSRAAD Inhoud België in de VN Veiligheidsraad Verenigde Naties VN Veiligheidsraad België in de VN Veiligheidsraad Achtergrond bij de Vredesweek 2019 Vlaamse Vredesweek Bouwen aan

Nadere informatie

1red , NOS, Gesprek met de minister-president, Ned.2, uur

1red , NOS, Gesprek met de minister-president, Ned.2, uur 1red18248 29-06-2007, NOS, Gesprek met de minister-president, Ned.2, 22.50 uur MINISTER-PRESIDENT BALKENENDE, NA AFLOOP VAN DE MINISTERRAAD, OVER HET ONDERZOEK NAAR EVENTUELE VERLENGING VAN DE MISSIE IN

Nadere informatie

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport. Rapport 2 h2>klacht Beoordeling Conclusie Aanbeveling Onderzoek Bevindingen Klacht Verzoekster klaagt erover dat een ambtenaar van het regionale politiekorps Haaglanden zich, in het kader van een sollicitatieprocedure,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken Nr. 1817 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Werkstuk Aardrijkskunde Irak conflict

Werkstuk Aardrijkskunde Irak conflict Werkstuk Aardrijkskunde Irak conflict Werkstuk door T. 1373 woorden 12 december 2014 7 63 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Tussen wie gaat het conflict en wat is de kern van het conflict?

Nadere informatie

De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden

De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden EUROPESE UNIE ~OVERZICHT~ De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden PERS 6 februari 2008 In december 2001 heeft de EU voor

Nadere informatie

Geschiedenis van Speciale Vertegenwoordigers en Rapporteurs van de Verenigde Naties voor Iran

Geschiedenis van Speciale Vertegenwoordigers en Rapporteurs van de Verenigde Naties voor Iran Geschiedenis van Speciale Vertegenwoordigers en Rapporteurs van de Verenigde Naties voor Iran De onderstaande tabel biedt een overzicht van de activiteiten van de Speciale VN-Vertegenwoordigers en Rapporteurs

Nadere informatie

Toekomst missie Uruzgan ( )

Toekomst missie Uruzgan ( ) Toekomst missie Uruzgan ( - 2010) Na de beslissing van Obama over het uitbreiden van de militaire inspanningen in Afghanistan en het terugtrekken vanaf 2011 en de oproep aan o.a. Nederland om in Afghanistan

Nadere informatie

Naam KIDS FOR WARCHILD Oorlog en vrede in de wereld

Naam KIDS FOR WARCHILD Oorlog en vrede in de wereld Naam KIDS FOR WARCHILD Oorlog en vrede in de wereld In meer dan dertig landen in de wereld is er oorlog. Wereldwijd zijn er dus miljoenen kinderen die een oorlog meemaken. Vraag 1. Kun je drie landen noemen

Nadere informatie

Leila Jordens-Cotran RIMO 2013

Leila Jordens-Cotran RIMO 2013 Leila Jordens-Cotran RIMO 2013 Uitgangspunt is definitie art. 1 Verdrag status staatlozen 1954: Staatloze is een persoon die door geen enkele Staat, krachtens diens wetgeving, als onderdaan wordt beschouwd

Nadere informatie

Toespraak bij de lancering van het Defensie Cyber Commando door de Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert op 25 september 2014 te Den Haag.

Toespraak bij de lancering van het Defensie Cyber Commando door de Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert op 25 september 2014 te Den Haag. Toespraak bij de lancering van het Defensie Cyber Commando door de Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert op 25 september 2014 te Den Haag. Let op: Alleen het gesproken woord geldt! De lancering

Nadere informatie

Kijktip: terrorismedeskundigen aan het woord

Kijktip: terrorismedeskundigen aan het woord Kijktip: terrorismedeskundigen aan het woord Korte omschrijving werkvorm U bekijkt met de leerlingen een fragment van De Wereld Draait Door en van EenVandaag. Beatrice de Graaf en Robbert McFadden proberen

Nadere informatie

Aan: de Minister-President de Minister van Defensie de Minister van Buitenlandse Zaken. Van: Coördinator Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten

Aan: de Minister-President de Minister van Defensie de Minister van Buitenlandse Zaken. Van: Coördinator Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten Aan: de Minister-President de Minister van Defensie de Minister van Buitenlandse Zaken Van: Coördinator Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten Betreft: Toestand Midden-Oosten Afgesloten 17.00 uur op 19 oktober

Nadere informatie

Migratie en ontwikkeling Sessie: Praktijk en beleid van actoren

Migratie en ontwikkeling Sessie: Praktijk en beleid van actoren Migratie en ontwikkeling Sessie: Praktijk en beleid van actoren Stellingen Voor de ontwikkeling van een land is het best dat er zo weinig mogelijk emigratie is. Ontwikkelingssamenwerking zal migratie stoppen.

Nadere informatie

filosofie havo 2015-I

filosofie havo 2015-I Opgave 3 Wat is de Wat 11 maximumscore 1 Een goed antwoord bevat het volgende element: een uitleg dat Eggers zich met morele vraagstukken bezighoudt: hij vraagt zich af wat hij zelf vanuit zijn eigen normen

Nadere informatie

Datum 18 oktober 2016 Betreft Beantwoording vragen over geheime beïnvloedingsoperaties door Rusland

Datum 18 oktober 2016 Betreft Beantwoording vragen over geheime beïnvloedingsoperaties door Rusland Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 18 oktober 2016 Betreft Beantwoording

Nadere informatie

De Vietnam-oorlog. De Vietnam-oorlog. De Vietnam-oorlog. De Vietnam-oorlog. Twee grote processen

De Vietnam-oorlog. De Vietnam-oorlog. De Vietnam-oorlog. De Vietnam-oorlog. Twee grote processen Koude Oorlog Amerikaanse buitenlandse politiek communisme rivaliteiten tussen de Sovjet-Unie en China nationalistische bewegingen dekolonisatie Twee grote processen Koude oorlog Nationalisme en dekolonisatie

Nadere informatie

Internationale Rode Kruis- en Rode Halve Maanbeweging

Internationale Rode Kruis- en Rode Halve Maanbeweging Internationale Rode Kruis- en Rode Halve Maanbeweging Structuur De Internationale Rode Kruisbeweging bestaat uit drie onderdelen: Nationale Rode Kruis- en Rode Halve Maanverenigingen (onder meer het Belgische

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument 11.1.2006 B6-0038/2006 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B6-0345/2005

EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument 11.1.2006 B6-0038/2006 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B6-0345/2005 EUROPEES PARLEMENT 2004 Zittingsdocument 2009 11.1.2006 B6-0038/2006 ONTWERPRESOLUTIE naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B6-0345/2005 ingediend overeenkomstig artikel 108, lid 5 van het

Nadere informatie

Geachte heer Deforche

Geachte heer Deforche VERVIERVOUDIGING VAN AANTAL ERKENDE VLUCHTELINGEN IN ROESELARE op VIJF JAAR TIJD Dat de vluchtelingencrisis van de jongste jaren ook Roeselare had bereikt, konden we al enigszins vermoeden. Dat merkt eenieder

Nadere informatie

Indonesian Times blz. 4 toch niet vrij? en spotprent

Indonesian Times blz. 4 toch niet vrij? en spotprent Indonesian Times 28-12-1949 blz.2 eindelijk onafhankelijk!! blz. 5 het dagelijks leven en advertentie Blz. 3 onafhankelijkstrijd? blz.6 eerlijke strijd? blz. 4 toch niet vrij? en spotprent blz.7 column

Nadere informatie

EUROPESE VERKIEZINGEN Eurobarometer Europees parlement (EB Standard 69.2) Voorjaar 2008 Samenvatting

EUROPESE VERKIEZINGEN Eurobarometer Europees parlement (EB Standard 69.2) Voorjaar 2008 Samenvatting Directoraat-Generaal Communicatie Directoraat C - Betrekkingen met de burgers EENHEID MONITORING PUBLIEKE OPINIE 15/09/2008 EUROPESE VERKIEZINGEN 2009 Eurobarometer Europees parlement (EB Standard 69.2)

Nadere informatie

Voor de delegaties gaan hierbij de conclusies van de Raad over Iran, die op 4 februari 2019 door de Raad zijn aangenomen.

Voor de delegaties gaan hierbij de conclusies van de Raad over Iran, die op 4 februari 2019 door de Raad zijn aangenomen. Raad van de Europese Unie Brussel, 4 februari 2019 (OR. en) 5744/19 RESULTAAT BESPREKINGEN van: aan: Betreft: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties Conclusies van de Raad over Iran MOG 7

Nadere informatie