THE FAST BREAK. Door: Ton Boot

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "THE FAST BREAK. Door: Ton Boot"

Transcriptie

1 THE FAST BREAK Door: Ton Boot 1

2 Inhoud Voorwoord... 1 Hoofdstuk 1: De korte of quick break... 6 Oefenstof voor de korte of quick break Hoofdstuk 2: De lange of gecontroleerde fast break A. De klassieke fast break B. De side-line fast break Oefenstof voor de lange of gecontroleerde fast break De combinatie en overgang va de verschillende typen breaks C De secondary break Oefenstof voor de gecombineerde en secondary break Literatuurlijst

3 Voorwoord Het is niet mijn bedoeling een uitgebreid methodisch verhaal over de fast break te houden, maar meer de indrukken en ideeën die ik de afgelopen twee seizoenen heb opgedaan, op papier te zetten. De fast break wordt ook wel de running game, transition game of conversion game genoemd; vaak is er bij verschillende schrijvers geen eenstemmigheid over de nomenclatuur. Zo gebruikt F. Arnold (coach Brigham Young University)bijv. de term transition game alleen is de betekenis van secondary break. Omdat de nomencultuur toch zeer belangrijk is, zal ik proberen ook enkele moderne Amerikaanse termen te lanceren en te gebruiken, al ben ik mij er van bewust dat de genoemde termen vaak en verschillende betekenis hebben bij de diverse kenners. Wanneer ik het over de fast break heb, bedoel ik een snelle, georganiseerde overschakeling van verdediging naar aanval met als bedoeling tot een gemakkelijk schot te komen. Vooral de organisatie zou ik willen benadrukken; het is mijn overtuiging dat het rendement van een goede (dus goed georganiseerde) fast break, vooral de eindfase ervan, veel hoger is dan van een niet-georganiseerde fast break. Volgens bovenstaande definitie zou dan niet eens van een fast break gesproken kunnen worden. Wanneer er geen organisatie en discipline zijn in een fast break, welke van nature al een neiging tot chaos in zich heeft, ontaardt deze in een zinloos heen en weer geren. De Amerikanen spreken in dit verban over fire-horse of racehorse basketball. Toch heerst er bij veel Amerikaanse- en Europese topcoaches een grote mate van verscheidenheid in opvattingen m.b.t. de vrijheid in de fast break; Bob Cousy bijv. pleit voor veel vrijheid, speciaal i.v.m. de eindfase van de fast break, D. Geyer, die het over de side-line fast break heeft, legt de nadruk op de discipline. De fast break is misschien wel het moeilijkste onderdeel van het basketball, vooral omdat er technisch veel gevraagd wordt en beslissingen in topsnelheid moeten worden genomen. Het is dan prettig voor de spelers om vaste gewoontes en wetten te hebben. Er zijn nog zoveel zaken in het basketball waar een creatief element de hoofdrol speelt, dat als er iets vastgelegd kan worden, dit moet gebeuren. De schoonheid van de fast break schuilt niet in het creatieve, het speelse, maar in de goede uitvoering en de bekroning d.m.v. een doelpunt. De fast break heeft zeer veel voordelen, slechts enkele nadelen. Vanuit dit gezichtspunt is het vreemd dat er nog ploegen zijn, die geen fast break spelen, althans niet systematisch. Enkele naar mijn mening belangrijkste voordelen: Iedere speler is een potentiële scorer Men krijgt schoten met een hoog rendement, dus gemakkelijke scores. Dit helpt een team door slechte periodes in de wedstrijd heen en geeft zowel het team als aan een individuele speler een grote mate van zelfvertrouwen De fast break is een vorm van extreme pressie. Sinds pressie, agressiviteit en snelheid de voornaamste peilers voor een topsportteam zijn, moet geprobeerd worden de 3

4 pressie gedurende de hele wedstrijd en op elk moment te verkrijgen en te handhaven. Dat dit in de verdediging mogelijk is, is algemeen bekend, maar ook de fast break is een fantastisch pressiemiddel (bezie in dit verband een wat Real Madrid met de fast break doet) Ook in verband met het pressie-beginsel. Na een fast break kan men zeer gemakkelijk een full-court press spelen. De organisatie is gemakkelijk omdat de tegenpartij tijd nodig heeft om de bal in te nemen en bovendien zijn ze mentaal kwetsbaar na een makkelijk score Er zullen minder problemen zijn met een sterk verdedigend team of met een team dat sterk wisselt in verdedigingsvormen Het is een belangrijk wapen in verband met het bepalen van het tempo in de wedstrijd Een fast break is alleen toepasbaar bij balbezit. Er zijn vele mogelijkheden om aan balbezit te komen maar de meest voorkomende zijn vanuit de verdedigingsrebound of na een score van de tegenpartij (dit geldt voor 80%). Ook is de fast break vanuit hier boven genoemd het beste trainbaar, dan vanuit onverwachte acties, zoals intercepties, van waaruit dan een spontane fast break kan worden gespeeld. Hierbij valt nog op te merken, dat er in veel gevallen principes worden aangeleerd en geen schema s. Deze principes zijn ook in de andere gevallen van in balbezit komen ( b.v. na een jumpball, na vrij worpen) goed toe te passen. Zowel het één (principes) als het ander (schema s) heeft voor- en nadelen. Het grote voordeel van principes is dat ze in sterk wisselende omstandigheden toegepast kunnen worden en bovendien kan de tegenstander er moeilijk op anticiperen, omdat de keuzemogelijkheden zo groot zijn. Bij een schema is er slechts één mogelijkheid van uitvoering, uiteraard met zijn nadelen, maar juist in die fasen van de wedstrijd waarin het slecht gaat, werkt dit gebrek aan vrijheid bevrijdend (het niet hoeven kiezen) en vaak dan is schematisch spel te prefereren boven vrij spel. In het algemeen wordt de fast break in drie verschillende typen onderverdeeld, nl.;: De korte fast break: ook wel de quick break genoemd De lange- of gecontroleerde fast break: deze is onder te verdelen in klassiek (door het midden) en modern (langs de zijkanten) De secondary break De eerste twee typen worden ook wel primary- of initial break genoemd (in tegenstelling tot de secondary break). Een kenmerk van deze drie verschillende soorten fast break is, dat in de eindfase van deze break een numeriek overwicht van resp. twee aanvallers tegen één verdediger (of 1-1), drie aanvallers tegen twee verdedigers ( of 4-3, 4-2 als de trailer wordt ingeschakeld) en vijf aanvallers tegen vier verdedigers ( of 3-3, 4-4, 5-5) Het opvallende feit doet zich voor dat in het algemeen een (top)-team maar één type fast break speelt, dus of de korte of de lange fast break. Naar mijn mening is de toepassing van beide apart zeer goed mogelijk, alsmede ook een combinatie van deze typen. 4

5 Ik zal achtereenvolgens iets over deze typen van de fast break zeggen en de mogelijkheden van de overgang van het ene type in het andere bespreken en bovendien een hoeveelheid oefenstof aanreiken, welke ik vooral gebruikt heb in mijn afgelopen twee jaar bij Nashau- Den Bosch. Hierbij valt nog op te merken dat zelfs de eenvoudigste oefenvorm ook door deze topspelers met plezier en inzet werden gedaan, temeer daar zij de zin van deze oefening inzagen. Het is een probleem om bij absolute topteams specifieke techniekoefeningen te doen, maar juist dit soort oefeningen zijn natuurlijk fantastisch i.v.m. de oefening van simpele techniek. 5

6 Hoofdstuk 1: De korte of quick break Deze soort fast break wordt ook wel korte break genoemd. De termen korte en lange break geven nogal verwarring. Jan Janbroers gebruikt in zijn boek Modern Basketball (het enige standaardwerk in onze taal) de termen kort en lang net andersom, nl. voor quick break ook wel lange break en voor de gecontroleerde break ook wel korte break, vanwege de lange en korte passes die gegeven worden in de respectievelijke breaks. Naar mijn mening is het begrip tijd essentiëler en het kort en lang slaat in mijn terminologie (zoals het hier wordt gebracht) op de tijdsduur; bovendien kunnen in de quick break ook wel korte passes, evenals in de gecontroleerde fast break lange passes, voorkomen. De quick break is dus de zeer snelle overgang naar de aanval. Hij valt op door het gebruik van vaak lange passes, weinig mensen en resulteert in de eindfase meestal in een numeriek overwicht van twee aanvallers tegen één verdediger (ook de 1-1 situatie is voordelig voor de aanvaller). Het kenmerkende is dus snelheid (binnen 1à 2 sec.) en simpelheid. Dit heeft zowel voor- als nadelen. Het grote voordeel is een snel doelpunt, wat vaak frustrerend werkt op de tegenstander, het grote nadeel is dat alles op topsnelheid en over grote afstand moet gebeuren, waardoor de kans op balverlies wordt vergroot. ln de evolutie van het basketball komt de quick break vóór de meer gecompliceerde fast break. Ook komt de quick break vóór de gecompliceerde fast break in de ontwikkeling van de individuele speler. Vanuit dit gezichtspunt is de quick break zeer belangrijk en mag niet ontbreken in de bagage van jeugdteams. ln de eerste plaats vanwege de techniektraining, in de tweede plaats omdat op dat niveau de quick break tactisch zeer goed speelbaar is, zowel vanuit de verdedigingsrebound als vanuit een doelpunt. Zeer weinig topteams spelen de quick break. Dit is jammer; hij is zeer goed toepasbaar op hoog niveau, vooral na een doelpunt. Er zijn Amerikaanse coaches, die na de verdedigingsrebound een gecontroleerde break en na een doelpunt een quick break propageren. ln het feit dat er een doelpunt is gevallen zit nu net de oorzaak waarom de quick break vaak niet wordt gespeeld. Na een doelpunt, vooral een belangrijk doelpunt, is de ploeg mentaal zeer kwetsbaar. Op die momenten wordt er vaak gemopperd op elkaar, in ieder geval zien we dan een gebrek aan organisatie en doortastendheid, juist datgene wat we nodig hebben bij de start van welke fast break dan ook. ln het algemeen kan gesteld worden dat grote desorganisatie en slechte beslissingen te zien zijn, als het slecht gaat, terwijl het team dan juist organisatie nodig heeft! Als u uw team zo weet te motiveren, dat het in moeilijke situaties georganiseerd reageert, in het geval van de quick break na een doelpunt d.m.v. een snelle in-bounds pass en goed lopen, dan bent u zeer goed bezig. De spelers hebben dan ook geen tijd om over de teleurstelling na te denken en zullen deze ook niet kunnen laten merken. Het is zaak om mentaal een fast break te kunnen spelen; het altijd pogen een fast break te spelen, kortom fast break te denken (thinking fast break). Een team dat zover is, is een winnend team; bovendien is het dan niet noodzakelijk supersnelle spelers te hebben: het gaat om het anticiperen en reageren op de situatie. De quick break mag nooit ontbreken 6

7 vanwege de mogelijkheid van een snel doelpunt, of de dreiging ervan, door de pressie die op de tegenstander wordt uitgeoefend. Zoals vermeld is, zal de break voornamelijk vanuit de rebound of na een doelpunt worden gespeeld. De verschillende soorten fast break worden in dit artikel voornamelijk behandeld na balbezit d.m.v. de verdedigingsrebound; het motief hiervoor is dat na een snelle inbounds pass de fast break-patronen bijna identiek zijn aan die welke ontstaan na de verdedigingsrebound. Toch zijn er na een doelpunt soms problemen om de in-bounds pass zo snel mogelijk te doen plaatsvinden. Er dienen in ieder geval vaste afspraken gemaakt te worden over degene die de in-bounds pass neemt (de out-of-bounds passer). Hierover bestaan twee gedachten: A. de dichtstbijzijnde speler; dit is vaak de center, maar het is niet noodzakelijk B. een aangewezen speler; meestal zal dit ook de center zijn omdat hij zich vaak in de buurt van de bal bevindt en omdat hij vaak de traagste speler van het gezelschap is. Interessant in dit verband is de gedachte van F. Arnold, coach van het bekende Brigham Young Universityteam, waar de Joegoslaaf Cosic ook gestudeerd en gespeeld heeft; hij liet de in-bounds pass altijd door zijn snelle forward uitvoeren, omdat deze dan verplicht was te rebounden, dus niet vóór het doelpunt al zou gaan lopen voor de fast break. Beide gedachten hebben voor- en nadelen; bij Nashua prefereerden wij de in-bounds pass door de dichtstbijzijnde speler. Op de andere mogelijkheid om balbezit te verkrijgen, de verdedigingsrebound zal niet uitgebreid ingaan, in ieder gaval niet op de techniek. Belangrijk is de zgn. individual rebound area (diagram 1.1). Dit is een vierkant met zijden van ca. 4 meter rond de basket (ca. 95% van de gemiste schoten komt in dit gebied). Binnen dit gebied dient de verdediger zijn man uit te blocken. Buiten dit gebied moet hij hem checken (in de gaten houden, licht contact met de hand maken) en daarna in de richting van de basket naar de dichtstbijzijnde zijde van de individual rebound area gaan; deze positie is zeer belangrijk i.v.m. met eventuele van de ring wegspringende- en geblockte schoten. Nog een opmerking m.b.t. het balbezit. ln het algemeen start men de fast break pas bij balbezit, dit is echter niet beslist noodzakelijk. Sommige coaches laten bepaalde spelers al lopen, met de verwachting balbezit te krijgen, voordat er feitelijk balbezit is, dus bv. tijdens het schot met relatief goede verdedigingsrebounders. Ik ben hier geen voorstander van; wanneer dit als systeem wordt toegepast kan men hierop gemakkelijk met tactische middelen reageren. Komen we nu op de outletpass, door velen het belangrijkste onderdeel van de fast break genoemd. Na de rebound moet de rebounder naar buiten draaien (van de tegenstander af) en een zo strak (dus snel) mogelijke pass naar de eerste man, de outlet man, geven. De soort 7

8 pass doet er niet toe, als het maar snel gebeurt. Als de pass onmogelijk is, dus of de rebounder, of de outlet-man, of beiden, worden te zwaar verdedigd, heeft de rebounder altijd de mogelijkheid voor een bevrijdende dribble (escape dribble). De positie van de outlet-man kan in het algemeen worden aangegeven tussen de vrije worplijn (en het verlengde ervan) en de middenlijn (diagram 1.2). De normale plaats is op de hoogte van de vrije worplijn, meestal aan dezelfde kant waar de rebound is gemaakt (zie diagram 1.3, pass 1); ook kan de outletman zich naar de middenlijn bewegen voor de outletpass (pass 2), een andere mogelijkheid is zich vrij te lopen d.m.v. een button hook-cut ter hoogte van de vrije worplijn (pass 3). Wat betreft het outletgebied heersen er onder de diverse coaches verschillende opvattingen, bv. een klein gebied aan de zijlijn in het verlengde van de vrije worplijn, het gebied in het midden t.h.v. de vrije worplijn en zelfs het gebied aan de andere kant van waar de rebound is gepakt. Bij Nashua werd als outletgebied de gehele ruimte van zijlijn tot zijlijn rondom de vrije worplijn en zijn verlengde gebruikt (diagram 1.4). Hier zien we dus een praktische aanpassing (vlg. diagram 1.2), waardoor de interceptie door de verdediging moeilijker wordt. Ook zullen we zien dat de 1 e fase van de quick break, wat betreft de outletman en de rebounder, nu analoog wordt aan de 1 e fase van de gecontroleerde fast break. Zowel de outletpass als de in-bounds pass moeten naar een benoemde outletman, en wel de nr. 1, de point guard (nr. 1 = point guard, nr. 2 = running of shooting guard, nr. 3 = snelle of small forward, nr. 4 = strong forward, nr. 5 = center). Theoretisch gebeurt dit het snelst, als de bal naar de dichtstbijzijnde vrije man gaat en dit zal in de meeste gevallen (zowel in een zone-verdediging als in een man-to-man-verdediging) de nr. 1 of de nr. 2 zijn (diagram 1.5 en 1.6), hoewel de andere spelers ook mogelijk zijn. ln dit verband wordt door H. Harkins gesproken over ball-side guard (on-side guard) en off-side guard. Ik ben er voorstander van de outletpass altijd naar de nr. 1 te laten gaan. De oplossing van de situatie in diagram 1.6 zou zijn zoals afgebeeld in diagram 1.7. Nr. 2 vult één van de side-lanes, nr. 1 beweegt zich naar de kant van de rebounder om de outletpass te ontvangen; dit duurt ca. 1 sek. en zal dus nauwelijks tijdverlies opleveren. 8

9 Het voordeel van de outletpass naar 1 is dat de rebounder (nogmaals ik spreek slechts over de rebounder, maar dit geldt natuurlijk ook voor de out-of-bounds passer) zich slechts op één man hoeft te concentreren; deze kan eventueel door middel van handopsteken of roepen de aandacht van de rebounder trekken. Verder zijn de taak en de eigenschappen van 1 dermate moeilijk en specifiek dat men blij mag zijn als men zo'n speler in zijn team heeft (Jan Dekker bij Nashua, Marzorati bij Cantü, Corbolàn bij Real Madrid). Enige eigenschappen die deze spelers moeten bezitten m.b.t. de fast break zijn: zij moeten zeer goed kunnen vrijlopen in de outlet area zij moeten technisch zeer begaafd zijn; vooral het vangen moet goed beheerst worden, ook de escape dribble en de powerdribble moeten perfect zijn zij moeten veel overzicht hebben zij moeten zeer snel zijn zij moeten in elke situatie snelle beslissingen kunnen nemen zij moeten een zeer goed jumpshot uit beweging hebben (vooral vanuit een dribble). Als 1 de bal ontvangen heeft, zal hij twee mogelijkheden hebben, nl. de lange pass (1) of wat meestal zal gebeuren een dribble en daarna een pass (2). Bij de start van de dribble zal hij erg moeten oppassen voor de verdediger in zijn buurt, die de mogelijkheid van een interceptie op de eerste stuit van de dribble heeft, of een charging fout kan uitlokken (diagram 1.8). Dit komt, omdat 1 bij het ontvangen van de outletpass meestal met zijn rug naar de aanvalsbasket staat en zich zo snel mogelijk wil omdraaien om naar voren te gaan. Aan te raden is om voor of tijdens het ontvangen van de bal om zich heen te kijken, in laatste instantie is het bij balbezit nog mogelijk om te kijken voordat er gedribbeld wordt, alhoewel dit wel tijd gaat kosten. Op het moment dat het balbezit wordt verkregen (dus niet ervoor), rent (vliegt) de speler die het dichtst bij de aanvalsbasket stond, uitgezonderd de outletman, direkt naar voren; deze speler wordt de flyer genoemd (diagram 1.9). Dit zal, zowel bij een zone- als bij een man-tomanverdediging meestal de nr. 2 zijn. 9

10 Het gaan van de flyer bij de quick break en het gaan van de andere spelers bij de gecontroleerde fast break, wordt beheerst door de zgn. "go-philosophy" (Ned Wulk, coach Arizona State University): "alle spelers moeten, behalve in eerste instantie de rebounder en de outletman, gaan". De flyer dus zal zo snel mogelijk de dichtstbijzijnde side-lane moeten bezetten (filling the lane). M.b.t. de fast break wordt het veld in de lengterichting verdeeld, nl. de twee side-lanes (wing-lanes) en de middle-lane (diagram 1.10). In het algemeen maakt men de drie lanes even breed, maar naar mijn mening moeten de side-lanes veel smaller zijn dan de middle-lane, waardoor: 1. de man, die de middle-lane moet vullen, veel bewegingsvrijheid krijgt 2. de spelers, die de side-lanes moeten vullen, dicht bij de zijlijnen moeten lopen. Deze lanes zijn een didactisch hulpmiddel, vooral bij de later te behandelen soorten fast break, met als groot voordeel dat de spelers ver uit elkaar moeten lopen (spreiding), zodat de verdediging het moeilijker krijgt. ln een fast break hebben vooral de spelers, die aan de zijkanten moeten lopen, de neiging naar binnen te trekken, waardoor de aanvallers zich te dicht op elkaar gaan bewegen; de spelers bewust te maken van deze lanes, vooral de sidelane, is zeer moeilijk, maar erg belangrijk. Met specifieke oefeningen en dit steeds te benadrukken is het toch wel aan te leren. 10

11 Terug naar de flyer. Omdat deze, op het moment van balbezit, rende, is het goed mogelijk dat hij de laatste verdediger gepasseerd is. Hij heeft dus geen verdediger meer voor zich en zal zo snel mogelijk de bal moeten ontvangen, en wel van de rebounder (4) of de outletman (1); wanneer 1 een dribble nodig heeft, zal hij de bal toch zo snel mogelijk moeten passen, in het algemeen vóór de middenlijn (diagrammen 1.11, 1.12 en 1.13). De flyer moet, wanneer hij de bal ontvangen heeft, of wanneer hij de bal zal ontvangen, t.h.v. de vrije worplijn naar de basket insnijden, met een hoek van ca. 45 (diagrammen 1.14 en 1.15). Dit heeft verschillende voordelen, nl.: 1. makkelijk schot via het bord 2. veel overzicht over het veld (als de hoek groter wordt, wordt het overzicht kleiner; dit is één van de bijkomende voordelen van een smalle side-lane! ) 11

12 Als de flyer zich aan dezelfde kant van de rebounder bevindt, zal hij die side-lane dus moeten vullen; het is duidelijk dat zowel de pass als het verwerken van de bal in dat geval moeilijker zal zijn (diagram 1.16). Het is ook mogelijk dat de flyer de laatste verdediger niet is gepasseerd, m.a.w. de laatste verdediger is op tijd terug. Dan zal 1 zo snel mogelijk naar voren en naar de middle-lane moeten dríbbelen, d.m.v. een powerdribble. Tegelijkertijd rent de flyer naar voren naar de baseline; hij snijdt niet t.h.v. de vrije worplijn in naar de basket want hij krijgt de bal niet. Bij de baseline gekomen (nog steeds in de side-lane) gaat hij ca. 3 m. terug in de richting van de middenlijn (diagram 1.17); dit wordt bouncing genoemd en de flyer is nu een bouncer geworden. Het voordeel van het doorlopen naar de baseline en terug is dat hij de laatste verdediger bindt en deze zich verder naar achter zal terugtrekken, waardoor de andere aanval er(s), in dit geval dus de middenman, minder last van hem zal hebben, en vaak een mogelijkheid tot een open jumpshot krijgt (diagram 1.18). Als de laatste verdediger zich niet verder terugtrekt zal hij de bouncer uit het oog verliezen en wanneer deze terugkomt van de baseline kan hij de bal ontvangen voor een gemakkelijk jumpshot (diagram 1.19). Een andere methode, die toegepast wordt door Real Madrid, is niet de flyer te laten bouncen, maar de flyer op de baseline te laten; dit heeft twee nadelen t.o.v. de bouncemethode, nl. de passhoek wordt moeilijker en het eventuele schot vanaf de baseline is lastiger. Na de pass van de middenman naar de zijkant moet de middenman zich naar de kant van de bucket (edge, ook wel elleboog genoemd; diagram 1.20) bewegen. Dit is noodzakelijk omdat 12

13 een eventuele pass terug naar de middenman gemakkelijker wordt (de pass is nu meer buiten bereik van de verdediger van de zijman). Het is tevens de laatste pass die mogelijk is; meer dan twee passes in de eindfase is in het algemeen niet mogelijk, de andere verdedigers zullen dan al terug zijn (men moet zelfs al zeer attent zijn op de onderschepping van deze tweede pass door de terugkomende verdedigers). ln bovenstaand geval is de middenman doorgedribbeld tot aan de kop van de bucket; dit is goed, en de practische oplossingen die dan mogelijk zijn, hebben we gezien. Liever heb ik dat de bal zo snel mogelijk naar de zijkant wordt gepasst i.p.v. het opdribbelen van de middenman. Hoe eerder de bal zo diep mogelijk is, des te eerder en groter de dreiging voor de verdediging; en dreiging wil zeggen: pressie, één van de doelstellingen van de fast break. De zijman hoeft de laatste verdediger niet gepasseerd te zijn om de bal te ontvangen; hij is vaak al vrij omdat hij zich dicht bij de zijlijn bevindt, dus ver van de verdediger (zoals we zagen een groot voordeel van de smalle side-lane). Er zijn dan twee mogelijkheden, deze zijman komt wel of niet tot een schot. Als hij wel tot een schot komt, zal de middenman de rebound moeten proberen te bemachtigen (diagram 1.21). Als hij niet tot een schot komt, dus wordt verdedigd, kan hij naar de middenman terugpassen, die eventueel kan schieten (diagram 1.22). Maar ook als deze niet tot een schot kan komen is de pass terug naar de flyer mogelijk (diagram 1.23). En nu zien we het grote voordeel van de vroege oorspronkelijke pass naar de zijkant; in de eindfase is de tweede pass nu niet terug naar de middenman (zoals we gezien hebben in de mogelijkheid van een opdribbelende middenman; diagram 1.20), maar juist terug naar de zijman, dus diep (in de richting van de baseline). Een eventuele terugkomende verdediger komt nu te laat, de bal verwijdert zich van hem (dit. i.t.t. de tweede pass naar de middenman). 13

14 Nog enkele opmerkingen: het beeld van de klassieke quick break, de 2-1 situatie waarbij twee aanvallers op de verdediger afgaan zonder de lane-regels (diagram 1.24), is bij ons iets veranderd. Dit komt nog wel voor na spontane situaties, bv. Een plotselinge interceptie; reden, waarom dit ook nog geoefend wordt. Tot nu toe ben ik bijna steeds uitgegaan van de outletpass of de in-bounds pass; dit is natuurlijk niet beslist noodzakelijk. Een directe pass is ook soms zeer goed mogelijk (diagram 1.11). Deze quick break, met de directe lange pass, toont ons de quick break in zijn oorspronkelijke, klassieke vorm. Theoretisch is dit ook het snelst. Omdat deze pass redelijk makkelijk te onder scheppen was, kwam de quick break met twee passes, uitmondend in de 2-1 situatie (diagram 1.25). De eerste pass gaat dan naar de outletman,die zich op de middenlijn bevindt, en deze speelt de laatste verdediger uit samen met de tweede man. Dit is de quick break zoals Maccabi Tel Aviv speelt. Nadeel van dit systeem is in eerste instantie een gebrek aan verdedigende rebounders; slechts drie man rebounden in feite. Ook het gevaar van onderschepping is groot. ln theorie zijn de klassieke vormen het snelst; ook de outletman op de midden lijn is bijna ideaal. Maar in de praktijk kan de verdediging zich gemakkelijk aanpassen, waardoor andere vormen en ideeën t.a.v. de quick break ontstonden. We zien hier een discrepantie ontstaan tussen theorie en praktijk. De vorm die Nashua speelt, is dus een duidelijke aanpassing aan de praktijk, met de outletman t.h.v. het verlengde van de vrije worplijn. Dit geeft ons de mogelijkheid om onze quick break (een goede benaming is misschien gecontroleerde quick break) te verbinden met de gecontroleerde fast break (zie hoofdstuk 3); deze verbinding is alleen mogelijk omdat de beginfasen van beide typen bijna analoog zijn. Hieruit volgt meteen, dat de verbinding van de klassieke quick break en de gecontroleerde fast break praktisch onmogelijk is. Nog iets over goede- en slechte schoten. Naar mijn mening is in de fast break (dus niet noodzakelijkerwijs in een reguliere aanval) elk open schot binnen ca. 5 m. een goed schot; het is in de eerste plaats een gemakkelijk schot en bovendien is- de reboundpositie door de overblijvende speler(s) goed verzorgd 14

15 Oefenstof voor de korte of quick break Rebound: 1-1 Tweetallen, A en 1. A passt van onder de basket naar 1 en probeert 1 te verdedigen. 1 heeft een voorsprong in tijd en kan vrij schieten. Als 1 scoort, of de aanvalsrebound pakt, blijft hij schutter. Als A de verdedigingsrebound pakt, vindt er een wisseling van functie plaats. Wie heeft er het eerst 15 doelpunten; dan een andere plaats kiezen. Rebound: 3-3 Drie aanvallers, die om de beurt vrij mogen schieten, drie verdedigers erbij. Na het schot gaan alle spelers in de rebound. Wisselen van functie na drie verdedigingsrebounds. Welke groep heeft het eerst (b.v.) 30 doelpunten. Rebound: (evt ) Drie groepen van drie spelers. Twee groepen staan op het veld, aanvals- en verdedigingsrebounders, één groep buiten het veld. De coach schiet. Na een verdedigingsrebound wisselt deze groep met de groep buiten het veld; de aanvalsrebounders blijven dus aanvalsrebounders. Na een aanvalsrebound wisselen de aanvalsen verdedigingsrebounders van functie; de groep buiten het veld mag dus buiten het veld blijven. Als een groep slecht reboundt, dan komen ze dus niet tot rusten, dan moeten ze blijven rebounden. 15

16 Rebound en outletpass Opstelling als op het diagram. 1 gooit de bal tegen het bord en plukt de rebound. Na de rebound probeert 1 de outletpass naar de outletman te geven, 3 probeert dit te verhinderen. 4 passt na een geslaagde outletpass naar 2. Na de outletpass wisselen van functie a.v.: 2 wordt rebounder, 1 wordt verdediger, 3 wordt outletman en 4 sluit aan op oorspronkelijke plaats van 2. Organisatie, vooral begin fase Vier spelers in opstelling als op het diagram. De coach rolt de bal naar 4. Nu zijn er verschillende mogelijkheden, nl.: A. directe pass van 4 naar de flyer 2 B. outletpass van 4 naar 1, 1 passt naar 2 C. outletpass van 4 naar 1, dan een korte (snelle) dribble van 1 en een pass naar 2 D. outletpass van 4 naar 1, 1 maakt een lange (snelle) dribble naar de vrije worplijn, en speelt met 2 (die nu een bouncer is geworden) Dit alles kan ook met inschakeling van verdedigers, in alle fasen, met specifieke opdrachten. 2-1 (plus 1) De coach passt naar aanvaller 1, die met aanvaller 2 een 2-1 situatie heeft tegen verdediger A. Verdediger B tracht verdediger A te assisteren op het moment van de pass van de coach naar 1. 16

17 Handicap 2-1 Opstelling: Twee aanvallers (1 en 2) op de baseline. Twee verdedigers (A en B) op de vrije worplijn. De coach passt naar één van de aanvallers (1), die full-court naar de andere basket gaan; één verdediger gaat snel terug (B), de andere (A), wiens aanvaller tegenover hem de bal ontvangen heeft van de coach, moet eerst de baseline aantikken, alvorens B te mogen assisteren. Deze oefening is goed te doen met de lane-regels. 3-Drill Drie spelers (1, 2 en 3) stellen zich op aan de baseline. 1 heeft de bal, dribbelt snel naar de andere basket en tracht te scoren. 2 gaat achter 1 aan, als deze het verlengde van de vrije worplijn is gepasseerd en probeert 1 in te halen. Na een score van 1, worden 2 en 3 aanvallers; 2 wordt de out-of-bounds passer, 1 moet 3 beletten de in-bounds pass te ontvangen (denying, faceguarding). Deze in-bounds pass moet binnen het gearceerde gebied worden gegeven. Na de in-bounds pass spelen 2 en 3 naar de andere basket tegen 1 op het halve veld. Als deze groep de in-bounds pass hebben gedaan, kan een andere groep van drie spelers vanaf de andere kant al starten. Touchdown pass-drill A. 1 staat onder de basket, 2 op het verlengde van de vrije worplijn. Aan de andere kant staat 3 onder de basket, 4 op het verlengde van de vrije worplijn. 1 heeft de bal, geeft een lange pass naar de flyer, die scoort. 3 pakt de bal en passt naar flyer 4. 1 komt op de plaats van 2, 3 komt op de plaats van 4, de nieuwe mensen komen op de plaatsen van 1 en 3 (diagram a). B. Idem, maar nu wordt de flyer een bouncer, ontvangt de bal en geeft een jumpshot (diagram b). 17

18 Half-court wedstrijd Er wordt half-court een wedstrijd gespeeld op basket A. Als de verdediging in balbezit komt (na een doelpunt, na een verdedigingsrebound, na een interceptie), moet de ploeg eerst via een quick break op de andere basket (B) scoren (zonder verdediging), alvorens op basket A weer verder te gaan met de half-court wedstrijd. 18

19 Hoofdstuk 2: De lange of gecontroleerde fast break Dit is de break, waarbij door de snelle overschakeling naar de aanval meestal een numeriek overwicht van drie aanvallers tegen twee verdedigers ontstaat. In vergelijking met de quick break worden er meerdere spelers ingeschakeld. De naam gecontroleerde fast break is als term ingeburgerd maar dit wil natuurlijk niet zeggen, dat het voorgaande over de quick break geen controle inhield; in feite is daar al de gecontroleerde quick break geïntroduceerd (i.t.t. de klassieke quick break). Een quick break ontstaat in de praktijk meestal wanneer balbezit na een doelpunt of een interceptie verkregen wordt, terwijl de gecontroleerde fast break meestal na een verdedigingsrebound ontstaat. Er zijn daarom ook coaches, die na een doelpunt alleen een quick break laten spelen, en na een verdedigingsrebound alleen een fast break (deze coaches moeten dus op twee typen fast break oefenen). De gecontroleerde fast break is onder te verdelen in de klassieke fast break (A), waarbij de bal door het midden getransporteerd wordt (ook wel conventionele of middle break genoemd, en de meer moderne side-line fast break, waarbij de bal langs de zijkant (sidelane) naar voren wordt gebracht (B). A. De klassieke fast break Deze break volgt historisch gezien op de quick break; hij moet bij elke jonge speler worden aangeleerd, omdat hij methodisch vóór de side-line fast break komt. Elk topteam heeft hem in zijn tactische bagage, soms samen met andere typen fast break. Er worden drie fasen in deze fast break onderscheiden, namelijk: 1. BEGINFASE; deze wordt bepaald door het verkrijgen van balbezit, meestal d.m.v. de verdedigingsrebound, en de outletpass (in-bounds pass). Het moment van balbezit is ook het moment van (gaan) lopen voor de overige spelers. 2. MIDDENFASE; hierin moet de bal naar het midden gebracht worden en door het midden naar voren getransporteerd worden, de side-lanes worden gevuld en de trailer en safetyman volgen (lane-organization). 19

20 3. EINDFASE; hierin moet door goede beslissingen het eventuele overwicht worden uitgebuit. De opvolgende fasen geschieden ook meestal op verschillende gedeelten van het veld (diagram 2.1). De eerste twee fasen moeten zo snel mogelijk gebeuren (speed-fase), in de eindfase spelen goede en snelle beslissingen de belangrijkste rol (poise). Ook hier wordt als hulpmiddel (zoals we gezien hebben bij de quick break), het veld in de lengterichting in stroken (lanes) verdeeld, namelijk, de twee smalle side-lanes en de brede middle-lane. De Beginfase ln de praktijk is de fast break het gemakkelijkst te spelen vanuit de zone-verdediging, vanwege de vaststaande organisatie in de beginfase (en daarom ook goed aan te leren) en vanwege het feit dat in de meeste typen van zone-verdedigingen de verdedigingsrebound meestal beter is t.o.v. de man-to-man verdediging. De beginfase lijkt veel op de beginfase die we gezien hebben bij de quick break, in ieder geval wat betreft de rebounder en de outletman; we zien hier echter geen uitgesproken flyer. Ook hier ben ik er een voorstander van de bal te laten opbrengen door één bepaalde man, de nr. 1. Dit zou op de volgende twee manieren georganiseerd kunnen worden, namelijk: A. de outletpass naar 1 en deze dribbelt onmiddellijk naar het midden(diagram 2.2) B. outletpass niet naar 1, hier 2, en een onmiddellijke pass naar 1, in ieder geval voor de middenlijn (diagram 2.3) ln beide gevallen vult 1 de middle-lane. 20

21 Toch verdiend naar mijn mening a. de voorkeur vanwege de verdere organisatie van de fast break (oplossingen hiervoor zagen wij al bij de quick break). Ook zal in deze fase het straten van de fast break door de overige spelers (op het moment van balbezit) moeten plaatsvinden ( go-philosophy ). Er wordt vaak beweerd dat de snelle outletpass het geheim van de fast break is, naar mijn mening is dat de go-philosophy minstens zo belangrijk. We zien dit in een wedstrijd vaak ontbreken; omdat het te bevorderen zijn twee zaken belangrijk, nl: het volste vertrouwen in zowel de rebounder als de outletman moet aanwezig zijn, en niet de angst voor balverlies van deze twee spelers het weten van de andere drie spelers hoe te moeten lopen, hoe de lanes te vullen We zien weer een voordeel van het feit dat de outletpass naar dezelfde man gaat; de rest van de spelers weet nu dat ze kunnen gaan. In het andere geval worden alle spelers na de rebound (behalve de rebounder natuurlijk) potentiele balontvangers en kunnen dus pas gaan na de outletpass (i.p.v. op het moment van de rebound). De Middenfase Dit is de fase, waarin de werkelijke snelheid gemaakt wordt, en de lanes gevuld. Belangrijk hierbij is dat de side-lanes erg smal zijn, waardoor de lopers vlak bijde zijlijn moeten blijven. We krijgen op deze manier een goede, gespreide fast break. Juist de grootste fout in deze fase is het dicht op elkaar lopen van de spelers, waardoor de verdediging het erg gemakkelijk krijgt. Dit bewustzijn voor de smalle side-lanes bijbrengen op trainingen blijkt zeer moeilijk te zijn. De bedoeling is de zgn. Y-formatie te verkrijgen en de weg wijst zich a.h.w. vanzelf. De rebounder wordt safetyman, 1 vult t.a.t. de middle-lane met een powerdribbel, de sidelanes en trailer positie worden door de andere drie spelers ingenomen(van deze laatste drie vullen de voorste twee de side-lanes, de achterste wordt trailer); dit geldt voor zowel het spelen vanuit een zone-verdediging als vanuit een man-to-manverdediging. ln diagram 2.4 zien we een voorbeeld: 1: middle-lane 2 en 5: side-lanes 3: trailer 4: safetyman 21

22 We kunnen ons voorstellen dat 2 bijna altijd in een side-lane terecht komt. 1 Houdt de bal en dribbelt tot aan de kop van de bucket; de middenman (1) heeft in deze middle break een kritieke positie. Het is dus kenmerkend voor deze fast breakdat de bal in het midden blijft, de wingmen zich in de side-lanes bevinden vóór de middle- man, en dat deze drie spelers een gelijkbenigedriehoek vormen (diagram 2.5). Nochtans, als 2 en/of 5 de laatste verdedigers gepasseerd zijn, moeten zij de bal natuurlijk ontvangen voor de open (uncontested) lay-up. De Eindfase Dit is de fase van de snelle beslissingen. 1 met de bal zal snel moeten passen en vooral de timing van de pass is erg belangrijk; dit in verband met de verdedigers in de eindfase, vooral de verdediger van 1 (diagram 2.6). De verdediger zal gewend zijn aan het afstoppen van de middenman in het 1-2 ritme en kan daarop reageren; er wordt nl. bijna altijd gepasst na het afstoppen in het 1-2 ritme. Als er nu op andere momenten tijdens het 1-2 ritme gepasst wordt, zal dit verrassend werken t.o.v. de verdediger, hij zal meestal op zijn verkeerde been staan, uit balans zijn, zijn herstel zal dus ook langer duren. Dus zal in de praktijk de middenman slechts moeten afstoppen met de bal in het 1-2 ritme als hij onverdedigd is, en in dat geval zal hij kunnen schieten. Na de pass moet hij altijd afstoppen voor de vrije worplijn en een stap in de richting van de pass maken (diagram 2.7). Dit afstoppen (en de stap) is zeer moeilijk aan te leren. De middenman heeft de neiging om na de pass door te gaan in de richting van de basket. Hij brengt daardoor degene met de bal (en zijman) in moeilijkheden omdat deze geen afspeelmogelijkheid terug naar de middenman meer heeft, nog afgezien van de 3 seconderegel, welke ten nadele van de middenman werkt. De zijspelers moeten t.h.v. het verlengde van de vrije worplijn insnijden in de richting van de basket (ca. 45 -cut; diagram 2.8). Het is de bedoeling in deze eindfase tot een numeriek overwicht te komen en dit uit te buiten; dit zal meestal een 3-2 situatie zijn, soms (als de trailer wordt ingeschakeld) een 4-2 of 4-3 situatie. 22

23 Laten we nu de 3-2 situatie eens nauwkeuriger bekijken. Drie opmerkingen vooraf: 1. de tijd van het numerieke overwicht zal slechts kort zijn, in het algemeen twee passes. Niet meer, omdat alle verdedigers dan (langzamerhand) terug zullen zijn. Niet minder, omdat de twee reeds terugzijnde verdedigers bij een goede verdediging de aanvallers tot meer dan één pass kunnen dwingen. 2. een numeriek overwicht kan op statische wijze opgelost worden; het woord statisch is een beetje misleidend want er is wel degelijk beweging, nl. van de bal (erg belangrijk) en van de middenman (zoals we gezien hebben in de richting van de bal). Er zijn coaches die in deze situatie ook veel beweging van de spelers propageren, dit is aar mijn mening niet nodig en niet goed. 3. omdat er snelle beslissingen genomen moeten worden, en de eindfase gemakkelijk programmeerbaar is, moeten alle situaties afzonderlijk worden getraind. Het is natuurlijk waanzin om in een situatie, waar vijf mogelijke oplossingen zijn en er slechts één oplossing bij zeer goede verdediging is, om deze oplossingen niet aan te reiken en te oefenen, onder het mom van dat dit ten koste van de creativiteit zou gaan; in de prestatiesport telt het rendement en degene, die dit ontkent moet zich snel uit de prestatiesport terug trekken. Nu de praktisch mogelijke 3-2 eindsituaties, afhankelijk van de verdedigers. A. 1 wordt afgestopt, door de ene verdediger, de andere verdediger verdedigt een bepaalde zijman; nu een pass van 1 naar 3, die met een lay-upshot eindigt (diagram 2.9) N.B.: let op de stap van 1 na de pass in de richting van de pass. B. 1 wordt afgestopt, de tweede verdediger wacht onder. de basket, pass van 1 naar één van de zijmensen, die met een jumpshot eindigt (diagram 2.10). De makkelijkste pass is een bouncepass. C. 1 wordt afgestopt, de tweede verdediger wacht onder de basket. Nu een pass van 1 naar één van de zijmensen (in dit geval 3), de tweede verdediger gaat er naar toe om het open jumpshot te verhinderen, en 3 passt naar de andere zijman, die een gemakkelijk schot heeft (diagram 2.11). De pass van 3 naar 2 is een moeilijke pass. Let op de bewegingen van 1 met de bal mee. 23

24 D. de twee verdedigers staan in een laterale opstelling, 1 wordt dus niet afgestopt. Hij stopt toch af t.h.v. de vrije worplijn en lost een open jumpshot. Sommige coaches propageren in deze situatie het doordribbelen van 1 naar de basket om een lay-upshot te maken. Naar mijn mening is het open jumpshot zeer gemakkelijk, de aanvalsrebound goed verzorgd, en de kans op geblockte schoten en chargingfouten zeer groot, zodat 1 rit afstoppen op de vrije worplijn om daar het schot te nemen (diagram 2.12). E. dit is de laatste en meest voorkomende mogelijkheid bij de beste verdediging; vreemd genoeg wordt de oplossing van deze situatie het slechts beheerst door de aanvallers. 1 wordt afgestopt, passt naar een kant, hier naar 3; de tweede verdediger gaat naar 3 en de eerste verdediger valt terug om te voorkomen dat 2 na een pass van 3, een te gemakkelijk schot krijgt. Nu passt 3 terug naar 1 en deze geeft een jumpshot (diagram 2.13). Dit zijn vijf situaties die in deze 3-2 eindfase kunnen voorkomen en trainbaar zijn; hier is dus geen improvisatie meer nodig, hetgeen het balverlies vermindert, de beslissingen vergemakkelijkt en het rendement verhoogt. Het is essentieel in het proces van aanleren, dat de aanvallers de positie en de wijze van reageren van de verdedigers wordt bijgebracht, dus de aanvallers moeten precies weten waarom en wanneer ze iets moeten doen. Laten we in deze 3-2 situatie het leerproces eens volgen: A. het tonen van de vijf aanvalsmogelijkheden met twee verdedigers B. elke mogelijkheid laten doen, waarbij de verdedigers precies geïnstrueerd worden C. het automatiseren van de mogelijkheden zonder verdedigers. lk doe b.v. in vijf series van twee minuten, elke mogelijkheid; dit kan full-court (of 3/4 court) en is een fantastische conditieoefening D. het oefenen van de 3-2 situatie, waarbij de verdedigers zo goed mogelijk verdedigen. Tot nu toe is alleen maar over de eindfase met drie aanvallers gesproken; het is natuurlijk in theorie beter voor de aanval als de vierde man, de trailer, zich ook nog in het strijdgewoel kan mengen. ln de praktijk gebeurt dit niet al te vaak; d.i. weer een kwestie van aanleren (het leerproces speelt gedurende de training een zeer grote rol). 24

25 ln theorie is een numeriek overwicht met vier aanvallers tegen twee verdedigers voordeliger dan met drie aanvallers; het is vreemd dat in deze situatie de drie aanvallers het probleem beter oplossen dan de vier aanvallers. Anders wordt het als er drie verdedigers zijn, dan is de situatie met vier aanvallers voordeliger. De trailer komt na het afstoppen van 1 van achter 1 vandaan en passeert hem langs de andere kant waar de pass naar toe is gegaan (langs de weak-side): dit passeren geeft geen problemen want 1 maakt na de pass een stap in de richting van de pass, waardoor er ruimte ontstaat t.h.v. de vrije worplijn voor de trailer. De trailer gaat dan diep en bezet de lage postpositie aan de kant waar de bal (strong-side; diagram 2.14) is. Dat hij naar de lage postpositie op strong-side gaat, heeft drie redenen: 1. het is een goede plaats voor een gemakkelijk schot 2. het is een goede reboundpositie 3. ter hoogte van de vrije worplijn wordt plaats gemaakt voor de safetyman. Nu komt nog een ander voordeel van de brede middle-lane naar voren. 1 kan al tijdens zijn dribble in het laatste gedeelte van de middenfase een zijde kiezen; de zijman staat toch open, en wordt pas verdedigd bij balbezit (diagram 2.15). Er komt dan tijdens de dribble van de middenman al ruimte vrij voor de trailer. De timing van het insnijden van de trailer is zeer belangrijk en hangt af van de positie en mogelijkheden van de man met de bal. Als de bal bv. aan de zijkant is en deze zijman maakt een drive naar de basket, moet de trailer natuurlijk niet de lage post-positie gaan bezetten (hij zou de aanvaller met de bal alleen maar in de weg lopen) maar in het midden blijven, een ideale reboundspositie (diagram 2.16). 25

26 Ook kan de trailer nu, doordat 1 ruimte heeft gemaakt t.h.v. de vrije worplijn, een hand-off pass van 1 ontvangen voor een jumpshot of een lay-upshot (diagram 2.17). Het kan gebeuren dat de tweede guard (2) de trailerpositie krijgt en zo op de lage post-positie terecht komt. Dit is geen ideale plaats voor de tweede guard (liever een langere man op deze plaats), maar het gebeurt zo zelden (meestal zal hij in de fast break de wingpositie innemen), dat ik wat dat betreft geen speciale maatregelen genomen heb. Een denkbare en natuurlijke ingreep zou zijn, dat de weak-side wingman (4) naar de lage post-positie snijdt en 2 de open wingpositie bezet (diagram 2.18). Het is duidelijk dat de 4-3 situatie net zo uitgespit kan worden als de 3-2 situatie; alleen de mogelijkheden van reageren van de verdedigers, dus ook de aanvallende opties, zijn veel talrijker. Misschien is het daarom verstandig om enkele van de belangrijkste opties, die u zelf kunt bedenken, aan de spelers te tonen en te oefenen en ook de eventuele verkeerde oplossingen op trainingen en in wedstrijden constant te corrigeren. Ook dient men er rekening mee te houden dat men gebonden is aan een tijdslimiet; deze tijdslimiet duurt ongeveer één à twee passes. Enkele praktische oplossingen zijn: A. pass van 1 naar één van de andere medespelers (evt. hand-off pass naar 4 en deze spelers komen tot een schot (diagram 2.19). B. na de pass naar 2, 3 of 4 een pass terug naar 1, die tot een schot komt. C. na de pass naar de zijkant, volgt de tweede pass. naar de lage post, die schiet (diagram 2.20) 26

27 B. De side-line fast break De side-line fast break heeft dezelfde Organisatie als de middle break, dus met drie lanes en het vullen van de lanes, maar de bal wordt nu niet via de middle lane naar voren getransporteerd, maar via één van de wing-lanes. Voordelen hiervan zijn: 1. ln de middenfase van de break worden de verdedigers vermeden; de verdedigers moeten zo snel mogelijk in de richting van de verdedigingsbasket terug en dat is altijd door het midden van de middle-lane (diagram 2.21). De consequentie hiervan is dat er zich bijna nooit verdedigers in de side- lanes bevinden, waardoor het snel naar voren brengen van de bal (het doel in de midden- fase) zeer gemakkelijk wordt. 2. Dit is een argument van D. Geyer, en ik vermoed dat het juist is. Komt de bal langs de side-lane op het verlengde van de vrije worplijn, dan maakt de dribbelaar Ook een ca cut (zoals bij de middle break) in de richting van de basket. Deze man wordt nu in de praktijk later gestopt dan een dribbelaar door het midden, met als gevolg een evt. gemakkelijker jumpshot (diagram 2.22). 3. Wanneer de dribbelaar afgestopt is, heeft hij, door de 45 - cut, meer overzicht op het veld dan de dribbelaar door het midden (diagram 2.23). Hij zal dus met zijn beslissingen in de eindfase niet alleen rekening kunnen houden met de teruggekomen verdedigers, maar ook met de terugkomende verdedigers. 27

28 4. Naar mijn mening het belangrijkste argument. Vanwege de terugkomende verdedigers heeft men, om de verdediging uit te spelen, slechts tijd om hoogstens twee passes in de eindfase te geven; meestal heeft men bij de beste verdediging ook twee passes nodig (met nul en één pass wordt de verdediging niet uitgespeeld). Welnu, in de side break gaat de eerste pass meestal naar de middenman en van de middenman de tweede pass weer naar één van de zijkanten. Deze tweede pass is dus altijd diep, in de richting van de base- line (diagram 2.24) d.w.z. weer van de terugkomende verdedigers af! (We zagen zoiets al bij de quick break). Men zal bij de tweede pass dus niet verrast worden door een terugkomende verdediger, dit i.t.t. de middle break. Een voordeel van de middle break is dat in de eindfase de middenman gemakkelijker naar twee zijden kan passen. Op zich zal de middle break in een situatie van een numeriek overwicht (bv. 3-2) het beste zijn; maar dit numeriek overwicht duurt bij een goede verdediging slechts zeer kort en juist de terugkomende verdedigers scheppen problemen. Gezien ook dit laatste biedt de side-line fast break naar mijn mening zoveel evidente voordelen dat ik een groot aanhanger en propagandist hiervan ben. Bij het aanleren van dit type fast break is de grootste moeilijkheid dat de spelers steeds weer de bal naar het midden proberen te brengen, omdat de middle break er van kinds af aan ingebakken is. Ls deze moeilijkheid overwonnen, dan loopt hij zeer gemakkelijk. De lane-organisatie is bijna hetzelfde als bij de middle break. De eerste fase verloopt gelijk, dus de rebound en de outletpass (of doelpunt en in-bounds pass) zijn gelijk. Het maakt niets uit wie de lanes vult, daar bij het transport van de bal naar voren in het algemeen geen hinder wordt ondervonden van de, verdedigers. Als 1 de outletpass ontvangt, zal hij, als hij niet kan passen, meteen naar voren kunnen dribbelen 2 vult de andere side-lane, 5 de middlelane en 3 wordt tw. De trailer (diagram 2.25). Wij zagen al bij de middle break dat het niet absoluut noodzakelijk was de outletpass aan 1 te geven, maar vanwege genoemd voordeel (functies zijn bekend) zal het hier ook het beste zijn. Echter, nu is het niet noodzakelijk voor 1 om de bal naar voren te dribbelen. 28

29 Het is zeer goed mogelijk dat: A. Iemand anders de bal toevallig aan de zijkant in handen krijgt (bv. Via een deflected ball); deze man (hier 2) zal dan als hij niet wordt verdedig de bal naar de voorste niet verdedigende speler moeten passen, of meteen naar voren moeten dribbelen (diagram 2.26). Het vullen van de lanes geschiedt als op het diagram (hierover later meer) dus hier 1 de andere side-lane, 5 de middle-lane en 3 wordt de trailer. B. De outletpass naar 1 gaat en een andere speler dezelfde lane vult. Dan is het beste om via een pass de bal naar voren te transporteren (de snelste manier) en de lanes weer a.v. te vullen, 1 de middlelane, 5 de side-lane en 3 wordt de trailer (diagram 2.27). ln verband met de lane-organisatie kunnen we misschien wat algemene regels opstellen: 1. de voorste spelers vullen de dichtstbijzijnde side-lanes 2. probeer de bal zo snel mogelijk naar de voorste spelers in één van de side-lanes te passen 3. als de bal aan de zijkant is, en deze man is de voorste speler, of hij kan niet naar een man vóór hem passen, dan dribbelt hij recht vooruit in de side-lane (diagram 2.28). Dit zal geen problemen geven i.v.m. de eventuele dribbeltechniek van deze speler, want hij wordt toch niet verdedigd. Ln de eindfase moeten de eventuele verdedigers tot een verklaring komen. 4. als de bal zich in de side-lane bevindt, bv. Na een outletpass, dan kan de bal heel goed in dezelfde lane verder getransporteerd worden d.m.v. een pass; de speler die de pass gaf, vult de middle-lane (diagram 2.29). 29

Voor de wedstrijd Marathon Kantine Het Basketballspel Marathon Marathon

Voor de wedstrijd Marathon Kantine Het Basketballspel Marathon Marathon Voor de wedstrijd De wedstrijden van Marathon beginnen meestal om 20.00 uur en de Kantine gaat een half uur van tevoren open. Inmiddels zijn de spelers dan al bezig met de warming-up op het speelveld.

Nadere informatie

Het verbeteren van de split-vision adhv ball-handling/passing en combinatiedrills :

Het verbeteren van de split-vision adhv ball-handling/passing en combinatiedrills : Het verbeteren van de split-vision adhv ball-handling/passing en combinatiedrills : -> Waarom dit onderwerp? - Iedereen spreekt over READ the defense in het modern basketball, dus, is het belangrijk om

Nadere informatie

MODULE BASKETBAL TWEEDE FASE

MODULE BASKETBAL TWEEDE FASE MODULE BASKETBAL TWEEDE FASE Deze module bestaat uit drie lessen basketbal, waarbij jullie zelf een gedeelte van de lessen verzorgen. De bedoeling is dat jullie drie teams formeren van 8 a 10 personen.

Nadere informatie

Development of the big man (4-5)

Development of the big man (4-5) VBL-VTS Clinic : Lucien Van Kers Niveau Trainer B GENT 13/04/07 De as tussen guard and big men Development of the big man (4-5) Om een kampioenen ploeg te maken zijn de 1 (passer) en 5 (receiver) positie

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTER E-CURSUS

SCHEIDSRECHTER E-CURSUS SCHEIDSRECHTER E-CURSUS TECHNIEK / TACTIEK / COACHING APRIL 2004 Scheidsrechter E-cursus Techniek/Tactiek/Coaching 1 01 Passen De bal wordt aan beide kanten met gespreide vingers vastgehouden, duimen achter

Nadere informatie

2 Person Officiating (2PO) versie februari 2019

2 Person Officiating (2PO) versie februari 2019 2 Person Officiating (2PO) versie februari 2019 Inleiding De afgelopen jaren is er vanuit o.a. FIBA veel aandacht geweest voor 3PO en nauwelijks voor 2PO De meest recente officiële mechanics zijn de FIBA

Nadere informatie

Verbeter Tactische Vaardigheden door Partijvormen

Verbeter Tactische Vaardigheden door Partijvormen Hockey : Versie maart 2006 Bron: KNHB / A.Cox / B.Bams Verbeter Tactische Vaardigheden door Partijvormen Het verbeteren van tactische vaardigheden van jeugdspelers d.m.v. partijvormen. Door Alexander Cox

Nadere informatie

OEFENINGEN HOCKEYPLAN SEIZOEN DEEL 2

OEFENINGEN HOCKEYPLAN SEIZOEN DEEL 2 OEFENINGEN HOCKEYPLAN SEIZOEN 2015-2016 DEEL 2 Onderstaand deel 2 met oefeningen welke speciaal door het Hockeyplan zijn geselecteerd. Deze oefeningen dienen als basis voor diverse technische/taktische

Nadere informatie

1e periode: herhalen van taakgericht en teamgericht. 2e periode: balbezit 3e periode: balbezit en balbezit tegenstander.

1e periode: herhalen van taakgericht en teamgericht. 2e periode: balbezit 3e periode: balbezit en balbezit tegenstander. 1e periode: herhalen van taakgericht en teamgericht. e periode: balbezit e periode: balbezit en balbezit tegenstander. 1 e Periode: Herhalen van taakgericht en teamgericht Training 1: Wat zijn de taken

Nadere informatie

groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1, 1.2, 1.4 en 1.6 / partijvorm 1

groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1, 1.2, 1.4 en 1.6 / partijvorm 1 groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1, 1.2, 1.4 en 1.6 / partijvorm 1 DIGEN VERDE WU 1.1 3 tegen 2 met 2 doeltjes 0 10 20 30 40 WU 1.2 3 tegen 1 positiespel 0 10 20 30 40 0 10 9 10 20 het drietal start

Nadere informatie

1 e Periode: Balbezit en balbezit tegenstander. 2 e Periode: Omschakelen van balbezit eigen team naar balbezit tegenstander en Balbezit tegenstander

1 e Periode: Balbezit en balbezit tegenstander. 2 e Periode: Omschakelen van balbezit eigen team naar balbezit tegenstander en Balbezit tegenstander 1 e Periode: Balbezit en balbezit tegenstander. 2 e Periode: Omschakelen van balbezit eigen team naar balbezit tegenstander en Balbezit tegenstander naar balbezit eigen team. 3 e Periode: Completeren van

Nadere informatie

1 Basisvorm: DVD D-pupillen oefenvormen. 4 tegen 4 met 4 doeltjes. Vereenvoudigingen. Oefenvormen 1.1-1.8

1 Basisvorm: DVD D-pupillen oefenvormen. 4 tegen 4 met 4 doeltjes. Vereenvoudigingen. Oefenvormen 1.1-1.8 1 Basisvorm: 4 tegen 4 met 4 doeltjes Vereenvoudigingen Oefenvormen 1.1-1.8 DVD D-pupillen oefenvormen Oefenvorm1.1 4 tegen 4 met 4 doeltjes Inhoud - Bedoeling van deze vorm: Karakteristiek: door snelle

Nadere informatie

ONSPORTIEVE FOUT 2017 REGELS / ART 37. Version 1.0. / 5 oktober Officiating s Cool

ONSPORTIEVE FOUT 2017 REGELS / ART 37. Version 1.0. / 5 oktober Officiating s Cool ONSPORTIEVE FOUT 2017 REGELS / ART 37 Version 1.0. / 5 oktober Officiating s ool 1 NOTE Deze presentatie is gemaakt door de FIBA Referee Department en mag niet gebruikt worden anders dan met FIBA Logo

Nadere informatie

Basketbal Opleidingsplan U12. Opgesteld door: Robert de Wit Versie 3.0

Basketbal Opleidingsplan U12. Opgesteld door: Robert de Wit Versie 3.0 Basketbal Opleidingsplan U12 Opgesteld door: Robert de Wit E-mail: robertdewit.basketbal@live.nl 2010-2013 Versie 3.0 Geplaatst op de volgende websites (blog): www.robertdewit.wordpress.com Leeftijdscategorieën:

Nadere informatie

HET POSITIE- EN PARTIJSPEL

HET POSITIE- EN PARTIJSPEL HET POSITIE- EN PARTIJSPEL Inleiding: Bij dit onderdeel worden de geleerde technieken in praktijk gebracht. De partijtjes moeten klein gehouden worden om zoveel mogelijk balbezit te garanderen en dat de

Nadere informatie

oefenvormen E-Pupillen RVT Basisvorm 4(+K) tegen 4(+K) 2 grote doelen vereenvoudigingen Oefenvormen

oefenvormen E-Pupillen RVT Basisvorm 4(+K) tegen 4(+K) 2 grote doelen vereenvoudigingen Oefenvormen oefenvormen E-Pupillen RVT Basisvorm 4(+K) tegen 4(+K) 2 grote doelen vereenvoudigingen Oefenvormen 4.1. - 4.7 Oefenvorm 4.1. 4(+k) tegen (4+k) met 2 grote doelen Inhoud: Bedoeling van deze vorm: Karakteristiek

Nadere informatie

Het creëren van kansen en het scoren. Uiteindelijk moet er gescoord worden. Hoe creëer je kansen en wat is van belang bij het benutten van kansen?

Het creëren van kansen en het scoren. Uiteindelijk moet er gescoord worden. Hoe creëer je kansen en wat is van belang bij het benutten van kansen? Het creëren van kansen en het scoren Uiteindelijk moet er gescoord worden. Hoe creëer je kansen en wat is van belang bij het benutten van kansen? i. Het creëren van kansen en het scoren Duel 1 tegen 1

Nadere informatie

Tip Trainer: Laat de volgende speler pas starten nadat Speler3 de bal ontvangt.

Tip Trainer: Laat de volgende speler pas starten nadat Speler3 de bal ontvangt. DRIBBELEN & PASSEN Elke speler een bal. Speler1 dribbelt langs pionnen en passt de bal naar speler2 nadat de laatste is gepasseerd. Speler1 sprint door en neemt de positie van speler2 over. Speler2 passt

Nadere informatie

Uitleg spel en spelregels voor ouders

Uitleg spel en spelregels voor ouders Uitleg spel en spelregels voor ouders Break Out 88 Basketbalvereniging Opgericht 6 juni 1988 Aan ouders en verzorgers, Hierbij bieden wij de ouders en verzorgers van onze leden een informatieboekje aan,

Nadere informatie

Nieuwerkerkse Hockey Club De IJssel. Coach tips Tactische uitgangspunten

Nieuwerkerkse Hockey Club De IJssel. Coach tips Tactische uitgangspunten Tactische uitgangspunten te gebruiken bij trainingspartijen en wedstrijden Hieronder vind je de tactische principes die je bij het coachen kunt gebruiken. Door deze principes ook tijdens de training/afsluitende

Nadere informatie

Warming-up: Jagerbal. Partij: 6 : 6 op 2 grote doelen + keepers

Warming-up: Jagerbal. Partij: 6 : 6 op 2 grote doelen + keepers Thema: Passen en Trappen E-pupillen Training: 1 Warming-up: Jagerbal Er worden drie groepen gemaakt Het veld is verdeeld in drie vakken De konijnen dribbelen in het middelste vak. De jagers moeten vanuit

Nadere informatie

groep 1 oefenvorm 1.1 t/m 1.8 d-pupillen

groep 1 oefenvorm 1.1 t/m 1.8 d-pupillen groep 1 oefenvorm 1.1 t/m 1.8 d-pupillen Oefenvorm 1.1 0 10 20 30 40 4 tegen 4 met 4 doeltjes 9 Inhoud - Bedoeling van deze vorm Karakteristiek: door snelle wisselingen speelveldgedeelte kunnen scoringskansen

Nadere informatie

1. Vertrouw op aanwijzingen van je keeper! Die heeft het beste overzicht aangezien die continue met zijn gezicht naar de bal toe ligt.

1. Vertrouw op aanwijzingen van je keeper! Die heeft het beste overzicht aangezien die continue met zijn gezicht naar de bal toe ligt. 8 juli 00 Door Floris van Heemst MANMINDER BASISREGELS DIE ALTIJD GELDEN. Vertrouw op aanwijzingen van je keeper! Die heeft het beste overzicht aangezien die continue met zijn gezicht naar de bal toe ligt..

Nadere informatie

RKSV WEC Aron van Balveren RKSV WEC

RKSV WEC Aron van Balveren RKSV WEC RKSV WEC Aron van Balveren RKSV WEC Voor de creatieve speler kom je kijken! Met de eerste trainingen weer in zicht wil ik het seizoen graag aftrappen met een stukje over een niet te onderschatten vaardigheid

Nadere informatie

Welkom bij een heerlijk AVONDJE BSW

Welkom bij een heerlijk AVONDJE BSW Welkom bij een heerlijk AVONDJE BSW spelregels van basketball zijn op zich niet ingewikkeld. Als men de regels kent komt dat uw kijkspel, uw beleving en ervaring ten goede. Voor de wedstrijd De wedstrijden

Nadere informatie

groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1 t/m 1.7 / partijvorm 1 llen aanva

groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1 t/m 1.7 / partijvorm 1 llen aanva groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1 t/m 1.7 / partijvorm 1 llen aanva WU 1.1 3 tegen 2 met 2 doeltjes 0 10 20 30 40 WU 1.2 3 tegen 1 positiespel 0 10 20 30 40 0 10 9 10 20 het drietal start met de bal

Nadere informatie

groep 2 WU 2.1 en 2.2 / oefenvorm 2.1, 2.3 en 2.4 / partijvorm 2A en 2B

groep 2 WU 2.1 en 2.2 / oefenvorm 2.1, 2.3 en 2.4 / partijvorm 2A en 2B groep 2 WU 2.1 en 2.2 / oefenvorm 2.1, 2.3 en 2.4 / partijvorm 2A en 2B DIGEN VERDE WU 2.1 WU 2.2 2 tegen 1 (+k) groot doel - lijn 9 K 2 tegen 1 (+1) klein doeltje - lijn 9 11 11 12 12 10 10 k speler 1

Nadere informatie

groep 3 WU 3.1 en 3.4 / oefenvorm 3.1 t/m 3.9 / partijvorm 3 llen aanva

groep 3 WU 3.1 en 3.4 / oefenvorm 3.1 t/m 3.9 / partijvorm 3 llen aanva groep 3 WU 3.1 en 3.4 / oefenvorm 3.1 t/m 3.9 / partijvorm 3 llen aanva 0 20 30 40 WU 3.1 1 tegen 1 lijnvoetbal 0 0 20 30 40 WU 3.4 dribbeltikspel 20 beide spelers kunnen scoren door over de doellijn van

Nadere informatie

HC Houten, periodisering seizoen : Middenveld aanspelen

HC Houten, periodisering seizoen : Middenveld aanspelen opgeheven, maar daar tegenover staat wel dat er dan geen goede druk meer kan worden gezet op de achterhoede. Daar is nu namelijk een 3:2 situatie ontstaan. Uiteraard kan de tegenstander ook zijn vrije

Nadere informatie

groep 3 oefenvorm 3.1 t/m 3.8 d-pupillen

groep 3 oefenvorm 3.1 t/m 3.8 d-pupillen groep 3 oefenvorm 3.1 t/m 3.8 d-pupillen Oefenvorm 3.1 4 tegen 4 lijnvoetbal 0 10 20 30 40 9 Inhoud - Bedoeling van deze vorm Karakteristiek: scoren door over de doellijn te dribbelen via positiespel spelers

Nadere informatie

oefenvormen E-Pupillen RVT Basisvorm 4 tegen 4 lang smal veld vereenvoudigingen Oefenvormen 2.1-2.5

oefenvormen E-Pupillen RVT Basisvorm 4 tegen 4 lang smal veld vereenvoudigingen Oefenvormen 2.1-2.5 oefenvormen E-Pupillen RVT Basisvorm 4 tegen 4 lang smal veld vereenvoudigingen Oefenvormen 2.1-2.5 Oefenvorm 2.1. 4 tegen 4 lang smal veld 2 kleine doeltjes Bedoeling van deze vorm Karakteristiek - in

Nadere informatie

groep 4 WU 4.1 en 4.2 / oefenvorm 4.1 t/m 4.3, 4.5 en 4.6 / partijvorm 4

groep 4 WU 4.1 en 4.2 / oefenvorm 4.1 t/m 4.3, 4.5 en 4.6 / partijvorm 4 groep 4 WU 4.1 en 4.2 / oefenvorm 4.1 t/m 4.3, 4.5 en 4.6 / partijvorm 4 DIGEN VERDE WU 4.1 2 (+k) tegen 1 (+k) breed veld - grote doelen WU 4.2 2 tegen 1 (+k) groot doel - lijn 6 9 9 12 7 8 k beide teams

Nadere informatie

HC Houten, periodisering seizoen : Middenveld aanspelen

HC Houten, periodisering seizoen : Middenveld aanspelen Nu het scoren en verdedigen uitgebreid is behandeld, gaan we in blok proberen het ontbrekende stukje tussen beide onderdelen te plaatsen. Alles in dit deel heeft te maken met de opbouw van het spel vanuit

Nadere informatie

2 Basisvorm: DVD D-pupillen oefenvormen. 4 tegen 4 lang smal veld. Vereenvoudigingen. Oefenvormen 2.1-2.8

2 Basisvorm: DVD D-pupillen oefenvormen. 4 tegen 4 lang smal veld. Vereenvoudigingen. Oefenvormen 2.1-2.8 2 Basisvorm: 4 tegen 4 lang smal veld Vereenvoudigingen Oefenvormen 2.1-2.8 DVD D-pupillen oefenvormen Oefenvorm 2.1 4 tegen 4 lang smal veld 2 kleine doeltjes Inhoud - Bedoeling van deze vorm: Karakteristiek:

Nadere informatie

OEFENVORMEN TACTIEK. Door Lucas van Krieken. A. Verdedigen

OEFENVORMEN TACTIEK. Door Lucas van Krieken. A. Verdedigen OEFENVORMEN TACTIEK Door Lucas van Krieken A. Verdedigen B. Aanvallen De oefenstof zal echter ook heel veel de techniek aanspreken. Immers, zonder techniek kom je nooit hoog en blijf je dus in een laag

Nadere informatie

Skill development in Basketball

Skill development in Basketball Skill development in Basketball Toegespitst op teaching points bij LO2 en BSM 1 Introductie Basketball is een van de sporten die in vrijwel ieder pto/pta terug komt. In competitieverband is het daarentegen

Nadere informatie

Workshop Spelregelkennis. Deel 2

Workshop Spelregelkennis. Deel 2 Workshop Spelregelkennis Deel 2 Wat gaan we doen? Spelregels: fouten + bepalingen Workshop Spelregelkennis Fouten Fouten Wat is een fout? Wat voor soort fouten hebben we? Wat is de act of shooting? Persoonlijke

Nadere informatie

Spelhervattingen : De Verdedigende Strafcorner Versie mei 2005 Bron: KNHB / R.Klein / B.Bams

Spelhervattingen : De Verdedigende Strafcorner Versie mei 2005 Bron: KNHB / R.Klein / B.Bams Spelhervattingen : De Verdedigende Strafcorner Versie mei 2005 Bron: KNHB / R.Klein / B.Bams Het aandacht besteden aan de verdedigende strafcorner en aan het spelen van verdedigende varianten begint veel

Nadere informatie

Beter leren voetballen D-E-F pupillen Estria // april 2011

Beter leren voetballen D-E-F pupillen Estria // april 2011 Beter leren voetballen D-E-F pupillen Estria // april 2011 Programma 19.00 uur 19.30 uur 20.30 uur 20.45 uur 21.15 uur 21.30 uur Voorstellen - Inleiding - Taakverdeling Praktijk "Beter leren voetballen

Nadere informatie

SKILL GAMES JO10 & JO11 BLOK 2

SKILL GAMES JO10 & JO11 BLOK 2 SKILL GAMES JO10 & JO11 BLOK 2 SKILL GAMES TRAINING De FIFA18 SKILL GAMES training is de opvolger van de circuittraining. Om beter aan te sluiten op de belevingswereld van de kinderen hebben we ervoor

Nadere informatie

Training van het positiespel

Training van het positiespel Training van het positiespel Voorwoord In de wedstrijd gaat het om het maken van de juiste keuze. Het creëren van de technische mogelijkheden door techniek training is de eerste fase in het trainingsproces.

Nadere informatie

Landelijke Departement Scheidsrechters. 24 seconden regel. Johnny Jacobs - Frank Van Meel. Departement Scheidsrechters

Landelijke Departement Scheidsrechters. 24 seconden regel. Johnny Jacobs - Frank Van Meel. Departement Scheidsrechters 24 seconden regel Departement Scheidsrechters Johnny Jacobs - Frank Van Meel Vanaf 1 juli 2013 wordt de 14 /24 regel ingevoerd voor alle Landelijke, Provinciale, Gewestelijke en Interprovinciale afdelingen

Nadere informatie

1) 2. 3 : 1 in een afgebakende ruimte = 12 12 meter

1) 2. 3 : 1 in een afgebakende ruimte = 12 12 meter Thema: Positie- en Partijspel E/D-pupillen Oefening 1 1. Warming-up: Dribbelen door doeltjes van pilonnen Organisatie - We maken van pilonnen maken we in een afgebakende ruimte doeltjes van ongeveer 2

Nadere informatie

Technisch beleid HVV Tubantia Visie op talent, spelprincipes, coachen en trainen

Technisch beleid HVV Tubantia Visie op talent, spelprincipes, coachen en trainen Technisch beleid HVV Tubantia Visie op talent, spelprincipes, coachen en trainen Motivatie Lerend vermogen Goede bewegers Gedrag Ruimtelijk georiënteerd Vrijspelen Dwingend verdedigen Sturen op ontwikkeling

Nadere informatie

D. Aansluiting tussen de linies

D. Aansluiting tussen de linies D. Aansluiting tussen de linies Het veld is voor de D-pupillen nog erg lang en het valt dus niet mee om de ruimte tussen de linies klein te houden, zodat er voldoende afspeelmogelijkheden blijven. Ook

Nadere informatie

Visie op de manier van voetballen (speelstijl/speelwijze)

Visie op de manier van voetballen (speelstijl/speelwijze) Visie op de manier van voetballen (speelstijl/speelwijze) De speelstijl/speelwijze die vv Bargeres nastreeft is hieronder beschreven. Deze speelstijl/speelwijze geeft aan waar het opleiden van jeugdspelers

Nadere informatie

groep 2 oefenvorm 2.1 t/m 2.8 d-pupillen

groep 2 oefenvorm 2.1 t/m 2.8 d-pupillen groep 2 oefenvorm 2.1 t/m 2.8 d-pupillen Oefenvorm 2.1 4 tegen 4 lang smal 0 veld 2 kleine doeltjes 0 20 30 40 9 Inhoud - Bedoeling van deze vorm Karakteristiek: in de opbouw de tegenpartij lokken om de

Nadere informatie

TRAINING 2 FEBRUARI

TRAINING 2 FEBRUARI 170201 TRAINING 2 FEBRUARI TRAINING Teamfunctie Teamtaak Speelveldgedeelte Rol tegenpartij Doelstelling OVERSTEEKSPEL 1 VERDEDIGER EN DOELTJES Regels: 3-4 spelers met bal proberen te dribbelen naar de

Nadere informatie

kaatsen en positiespel

kaatsen en positiespel Partijspel met omschakeling! Twee veldjes gebruiken, veld A van 30-40 met op beide achterlijnen twee kleine goals. veld B 15-20 met op elke achterlijn een kleine goal en bal op de middenlijn. We spelen

Nadere informatie

Visie op Spel & Spelontwikkeling. KNHB Academie. Nationaal Hockeycongres Paul de Ruijter

Visie op Spel & Spelontwikkeling. KNHB Academie. Nationaal Hockeycongres Paul de Ruijter Visie op Spel & Spelontwikkeling KNHB Academie Nationaal Hockeycongres - 2015 Paul de Ruijter 24-01-2015 Visie op Spel & Spelontwikkeling Spelgericht trainen Leren & Ontwikkelen Invidu en team Motorisch

Nadere informatie

GiGa Bewegingsonderwijs Leerlijn

GiGa Bewegingsonderwijs Leerlijn Groep 1 & 2 De leerlingen gaan dribbelen in het vak en gaan proberen de bal aan de voet te houden. Hierbij moeten ze de bal dicht bij houden zodat ze de bal niet verliezen. A Dribbelen met de bal aan de

Nadere informatie

Jeugd Opleidingsplan SV Lycurgus

Jeugd Opleidingsplan SV Lycurgus Jeugd Opleidingsplan SV Lycurgus Deel 2 Wat is voetballen? Mark Boterman Versie 1.0 (oktober 2014) Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 1 Voetballen... 2 2 Spelbedoeling... 2 3 Structuur van het voetballen...

Nadere informatie

Doel van de warming-up oefeningen is het trainen van de basistechnieken zoals aannames, passen, lopen met de bal en passeerbewegingen.

Doel van de warming-up oefeningen is het trainen van de basistechnieken zoals aannames, passen, lopen met de bal en passeerbewegingen. Trainingsoefenstof bijeenkomst Starten met training geven in de zaal Warming-up Tekening 1: warming-up vormen met 2-tallen (a) en 4-tallen (b) Doel van de warming-up oefeningen is het trainen van de basistechnieken

Nadere informatie

MODULE FLAGFOOTBAL TWEEDE FASE

MODULE FLAGFOOTBAL TWEEDE FASE MODULE FLAGFOOTBAL TWEEDE FASE Deze module bestaat uit vier lessen flagfootbal, waarbij jullie zelf een gedeelte van de lessen verzorgen. De bedoeling is dat jullie gelijke teams formeren. Elk team heeft

Nadere informatie

Studiebijeenkomst VVON afd. Rijnmond: Sparta Station Rotterdam, Horvardweg 7 (Spartapark-Noord 1)

Studiebijeenkomst VVON afd. Rijnmond: Sparta Station Rotterdam, Horvardweg 7 (Spartapark-Noord 1) Studiebijeenkomst VVON afd. Rijnmond: Sparta Station Rotterdam, Horvardweg 7 (Spartapark-Noord 1) Datum: maandag 07 februari 2005 Programma: Ontvangst : 19.00 uur Stadion Sparta Aanvang training : 19.30

Nadere informatie

HET LEERPLAN VAN EEN VELDSPELER (11-13 jaar) doelstellingen richtlijnen BALBEZIT POSITIESPEL

HET LEERPLAN VAN EEN VELDSPELER (11-13 jaar) doelstellingen richtlijnen BALBEZIT POSITIESPEL BALBEZIT POSITIESPEL 1. Doelstellingen Vrijlopen Steunen 2. Richtlijnen Vrijlopen Steunen B1. Speler kan zich aanspeelbaar opstellen op het ogenblik dat speler aan de bal kan passen. B4. Speler kan een

Nadere informatie

Drie-tegen-drie aanvalsspel berust in essentie op een drietal principes of teamtactische richtlijnen: 1. Met bal; 2. Zonder bal; 3. Rebound.

Drie-tegen-drie aanvalsspel berust in essentie op een drietal principes of teamtactische richtlijnen: 1. Met bal; 2. Zonder bal; 3. Rebound. Artikel 15 Drie-tegen-drie aanval (algemeen) Drie-tegen-drie is systematisch de logisch volgende stap na twee-tegen-twee. In jeugdopleiding is het wenselijk met vereenvoudigde basketballvormen zoals drie-tegen-drie

Nadere informatie

De volgende 6 thema s komen aan bod: 1. Schot uit stand 2. Samenspelen - het vrijlopen en het herkennen

De volgende 6 thema s komen aan bod: 1. Schot uit stand 2. Samenspelen - het vrijlopen en het herkennen Als de kinderen lid worden van een korfbalvereniging is het uitermate belangrijk dat de kinderen snel duidelijk wordt wat de bedoelingen van het spel zijn en dat zij de benodigde vaardigheden goed aangeboden

Nadere informatie

Het spelen van pressing, verscheidenheid en mogelijkheden

Het spelen van pressing, verscheidenheid en mogelijkheden Coachen : Versie mei 2002 Bron: KNHB / F.Rutgers / B.Bams Het spelen van pressing, verscheidenheid en mogelijkheden Frank Rutgers is spelbepalende middenvelder bij de hoofdklasser Pinoke Heren-1. Tevens

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Dribbelen: O De leerling stuit minder dan 15 keer met de voorkeurshand V De leerling stuit 15 keer met de voorkeurshand G De leerling stuit 15 keer met

Nadere informatie

TOUCH RUGBY WAT IS TOUCH RUGBY

TOUCH RUGBY WAT IS TOUCH RUGBY REGELS TOUCH RUGBY WAT IS TOUCH RUGBY Touch rugby is een rugby-vorm die er voor zorgt dat rugby prima voor iedereen is te spelen. Het is een variant waarbij intensief fysiek contact wordt voorkomen. In

Nadere informatie

Trainingsprogramma 1 e jaars D-pupillen

Trainingsprogramma 1 e jaars D-pupillen Trainingsprogramma 1 e jaars D-pupillen Inhoudsopgave Training Nummer 1... 3 Training Nummer 2... 5 Training Nummer 3... 7 Training Nummer 4... 9 Training Nummer 5... 11 Training Nummer 6... 13 Training

Nadere informatie

Oefenvormen - 'Kegel-spel 4 tegen 2'

Oefenvormen - 'Kegel-spel 4 tegen 2' Oefenvormen - 'Kegel-spel 4 tegen 2' Zet veldje uit van 15 x 8. Vier pilonnen staan als raakdoelen op de achterlijn. Aan de andere kant staan ook vier pilonnen. De ruimte tussen de pilonnen is een meter.

Nadere informatie

Trainingsprogramma C-junioren

Trainingsprogramma C-junioren Trainingsprogramma C-junioren Inhoudsopgave Training Nummer 1... 3 Training Nummer 2... 5 Training Nummer 3... 7 Training Nummer 4... 9 Training Nummer 5... 11 Training Nummer 6... 13 Training Nummer 7...

Nadere informatie

Trainingscyclus. verwijzing van alle tekens: - te coachen spelers. - tegenstander. - kaatser. - pion, petje. - bal. - keeper. - balbaan.

Trainingscyclus. verwijzing van alle tekens: - te coachen spelers. - tegenstander. - kaatser. - pion, petje. - bal. - keeper. - balbaan. Trainingscyclus verwijzing van alle tekens: - te coachen spelers - tegenstander - kaatser - pion, petje - bal - keeper - balbaan - looplijn - dribbel warming-up: met bal voorafgaand aan elke training *

Nadere informatie

Trainingsprogramma 2 e jaars E-pupillen

Trainingsprogramma 2 e jaars E-pupillen Trainingsprogramma 2 e jaars E-pupillen Inhoudsopgave Training Nummer 1... 3 Training Nummer 2... 5 Training Nummer 3... 7 Training Nummer 4... 9 Training Nummer 5... 11 Training Nummer 6... 13 Training

Nadere informatie

Skills. Organisatie. Aandachtspunten. Dribbelen/drijven (domineren) -dribbelen -passeren, uitspelen

Skills. Organisatie. Aandachtspunten. Dribbelen/drijven (domineren) -dribbelen -passeren, uitspelen Dribbelen/drijven (domineren) -passeren, uitspelen - ACTIE EERST DROOG OEFENEN (allemaal een bal - 4 spelers spelen 1:1. De speler krijgt de bal aangespeeld of dribbelt, en probeert te scoren door over

Nadere informatie

Handout BSM Studiedag 2016

Handout BSM Studiedag 2016 Handout BSM Studiedag 2016 Ultimate Ultimate onderscheidt zich op een aantal vlakken van andere sporten. De belangrijkste daarvan is dat het een zelfregulerende sport is. Spelers zijn samen verantwoordelijk

Nadere informatie

Inhoudsopgave Reader Offense

Inhoudsopgave Reader Offense Inhoudsopgave Reader Offense 1 Eén tegen één (aanvallend) 1 2 Twee tegen twee (aanvallend)... 8 3 Eenvoudige tactiek... 11 4 Collectieve tactiek: Aanval.. 14 5 Aanval tegen man-to-man.. 18 6 Aanval tegen

Nadere informatie

Pupillen. Waterpolo. (waterpolo voor dummies)

Pupillen. Waterpolo. (waterpolo voor dummies) Pupillen Waterpolo (waterpolo voor dummies) Ben je net begonnen met waterpolo en moet je binnenkort misschien je eerste wedstrijd spelen? Of heb je al vaker een wedstrijd gespeeld, maar ken je nog niet

Nadere informatie

Welkom bij een heerlijk AVONDJE STEPCO BSW

Welkom bij een heerlijk AVONDJE STEPCO BSW Welkom bij een heerlijk AVONDJE STEPCO BSW wedstrijd. De spelregels van basketball zijn op zich niet ingewikkeld. Als men de regels kent komt dat uw kijkspel, uw beleving en ervaring ten goede. Voor de

Nadere informatie

HET LEERPLAN VAN EEN VELDSPELER (9-11 jaar) doelstellingen richtlijnen BALBEZIT POSITIESPEL BALBEZIT PASSING

HET LEERPLAN VAN EEN VELDSPELER (9-11 jaar) doelstellingen richtlijnen BALBEZIT POSITIESPEL BALBEZIT PASSING BALBEZIT POSITIESPEL 1. Doelstellingen Vrijlopen Steunen 2. Richtlijnen Vrijlopen Steunen B1. Speler kan zich aanspeelbaar opstellen op het ogenblik dat speler aan de bal kan passen. B4. Speler kan een

Nadere informatie

DRIBBELEN/DRIJVEN/PASSEREN

DRIBBELEN/DRIJVEN/PASSEREN E-pupillen DRIBBELEN/DRIJVEN/PASSEREN Ter herinnering: Doelstellingen voor E-pupillen - datgene wat geleerd moet worden Verder ontwikkelen van de techniek door middel van het spelen van basisvormen. o

Nadere informatie

Basistaken per positie MICHEL DEKKER WSV 1930

Basistaken per positie MICHEL DEKKER WSV 1930 Basistaken per positie MICHEL DEKKER WSV 1930 Basistaken: Keeper ( nr 1) - Bal uit het doel houden - Coacht spelers door overzicht over het hele veld - Kiest zo positie dat rugdekking gegeven kan worden

Nadere informatie

SPELREGELS U8

SPELREGELS U8 SPELREGELS 2017-2018 U8 SPELREGELS Minibasketbal - 1 1. Aantal spelers per ploeg / deelname Een ploeg mag minimum 3 spelers en maximum 12 spelers op het wedstrijdblad inschrijven. De spelers zijn van het

Nadere informatie

E-pupillen DRIBBELEN. Doelstellingen voor E-pupillen - datgene wat geleerd moet worden

E-pupillen DRIBBELEN. Doelstellingen voor E-pupillen - datgene wat geleerd moet worden E-pupillen DRIBBELEN Ter herinnering: Doelstellingen voor E-pupillen - datgene wat geleerd moet worden Verder ontwikkelen van de techniek door middel van het spelen van basisvormen. o Passen binnenkant

Nadere informatie

W8-TR1 L STOREN & VEROVEREN

W8-TR1 L STOREN & VEROVEREN W8-TR1 L STOREN & VEROVEREN TRAINING Teamfunctie Omschakelen Teamtaak Storen Speelveldgedeelte Helft tegenpartij Rol tegenpartij Opbouwen via de zijkanten! Doelstelling Leren druk zetten als team. WARMING-UP

Nadere informatie

Hockey, niet zo maar een sport "van zestalhockey naar achttalhockey''

Hockey, niet zo maar een sport van zestalhockey naar achttalhockey'' Hockey, niet zo maar een sport "van zestalhockey naar achttalhockey'' In het hockey sta je er niet alleen voor. Je speelt in een team. Eerst zestalhockey en daarna achttalhockey. Teamsport betekent je

Nadere informatie

DE TAKEN VAN DE DERDE RIJ BIJ:

DE TAKEN VAN DE DERDE RIJ BIJ: DE TAKEN VAN DE DERDE RIJ BIJ: SCRUM LINE-OUT AFTRAP Door Voormalig Bondscoach N.R.B. Uitgebracht door Rugbycoach.com TAKEN VAN DE DERDE RIJ...3 Inleiding...3 Doel...3 Sleutelfactoren:...3 RICHTLIJNEN

Nadere informatie

Doelstelling. Leeftijdscategorie Jeugd Aantal Spelers Ongeveer 12 Oefen/Leerfase

Doelstelling. Leeftijdscategorie Jeugd Aantal Spelers Ongeveer 12 Oefen/Leerfase Verbeteren van het passen/trappen in (hoog) tempo; Aanspelen op het 'juiste' been en in de loop; Verbeteren v/h dribbelen / kaatsen. Passen (BalBezit) Passen en Trappen in een stroomvorm Passen/Trappen

Nadere informatie

E-pupillen WREEFTRAP. Doelstellingen voor E-pupillen - datgene wat geleerd moet worden

E-pupillen WREEFTRAP. Doelstellingen voor E-pupillen - datgene wat geleerd moet worden E-pupillen WREEFTRAP Ter herinnering: Doelstellingen voor E-pupillen - datgene wat geleerd moet worden Verder ontwikkelen van de techniek door middel van het spelen van basisvormen. o Passen binnenkant

Nadere informatie

Spelregels U12. (5 tegen 5)

Spelregels U12. (5 tegen 5) Spelregels U12 (5 tegen 5) 2018-2019 Inhoudstafel 1. Aantal spelers per ploeg / deelname... 3 2. Speelveld... 3 3. Hoogte basketring... 3 4. Bal... 3 5. Wedstrijdduur rust... 3 6. Time-outs... 4 7. Vervangingen...

Nadere informatie

Speelwijze E- en F-jeugd

Speelwijze E- en F-jeugd Speelwijze E- en F-jeugd 1. Algemeen Er wordt gespeeld in een vaste opstelling. 2. Balbezit Opbouw van achteruit. Bij balbezit speelveld optimaal benutten. Dit betekent dat de spelers aan de buitenkant

Nadere informatie

Oefenvormen - Het Oversteekspel

Oefenvormen - Het Oversteekspel Oefenvormen - Het Oversteekspel Voorbeeld uit KNVB opleidingboek " Zo doen wij dat effies" blz. 51 Veldafmetingen Het totale speelveld bedraagt 15 x 10 meter, waarbij de straat (en de sloot) 8 x 5 meter

Nadere informatie

Overzicht Prestatie Niveau 6 Technische doelen Tactische doelen Sociale Doelen Mentale Doelen

Overzicht Prestatie Niveau 6 Technische doelen Tactische doelen Sociale Doelen Mentale Doelen Overzicht Prestatie Niveau 6 Technische doelen Tactische doelen Sociale Doelen Mentale Doelen Bovenhands en spelverdelen: Bovenhands en spelverdelen: Plezier hebben in het volleybal Inzet Zuiver spelen

Nadere informatie

Trainingvoorbereiding formulier Trainer Coach Veldvoetbal

Trainingvoorbereiding formulier Trainer Coach Veldvoetbal Trainingvoorbereiding formulier Trainer Coach Veldvoetbal Training plannen op middellange termijn. COACH TEAM TEAMFUNCTIE TEAMTAAK SPEELVELDGEDEELTE ROL TEGENPARTIJ DOELSTELLING Mitchel Valkhof B Aanvallen

Nadere informatie

G. Het verbeteren van het verdedigen

G. Het verbeteren van het verdedigen G. Het verbeteren van het verdedigen Verdedigen over een heel veld is geen gemakkelijke opgave. De ruimte moet voor de tegenstander klein worden gehouden, maar hoe doe je dat? Ook wordt er in dit thema

Nadere informatie

VC Groot Dilbeek Denkcel opleidingen

VC Groot Dilbeek Denkcel opleidingen Aspecten per teamfunctie Opleiding Aspecten per teamfunctie en coaching VC Groot Dilbeek Denkcel opleidingen Aanvallen opbouwen om kansen te creëren en bijgevolg doelpunten te maken Speelruimte groot maken

Nadere informatie

Allemaal naast elkaar op de lange zijde van het veld aan de kant van het korfbalveld. Oefeningen tot aan de helft van het veld

Allemaal naast elkaar op de lange zijde van het veld aan de kant van het korfbalveld. Oefeningen tot aan de helft van het veld Trainers: Teamfunctie: Aanvallen Teamtaak: Aanvallen; het verbeteren van het afwerken op doel en het oefenen van vaste patronen Oefening 1: warming up Inhoud Organisatie Aanwijzingen/ coaching Heen en

Nadere informatie

CIOS Arnhem Sporting Events SPELREGELS. Sportdag Sportaccentscholen

CIOS Arnhem Sporting Events SPELREGELS. Sportdag Sportaccentscholen SPELREGELS Sportdag Sportaccentscholen 2013 www.ciosarnhemsportingevents.nl 1 Basketbal 1. Geen lichamelijk contact. 2. Niet de bal uit handen slaan/trekken. 3. Geen second dribbel. 4. Terugspelen op eigen

Nadere informatie

Workshop Spelregelkennis. Deel 1

Workshop Spelregelkennis. Deel 1 Workshop Spelregelkennis Deel 1 Wat gaan we doen? Bespreken Spelregelbewijs Basketball Masterz Spelregels: tijd & overtredingen Spelregelbewijs Iedereen die basketballt, vanaf 14 jaar, haalt zijn Spelregelbewijs

Nadere informatie

W7-TR1 L POSITIESPEL OPBOUW

W7-TR1 L POSITIESPEL OPBOUW W7-TR1 L POSITIESPEL OPBOUW TRAINING Teamfunctie Omschakelen Teamtaak Opbouwen Speelveldgedeelte Eigen helft Rol tegenpartij Opbouwend van 50% naar 100%, de wedstrijddruk op de opbouwende ploeg geven!

Nadere informatie

OPLEIDINGSSESSIES: 29/11/12 EN 6/12/12

OPLEIDINGSSESSIES: 29/11/12 EN 6/12/12 LEERLIJN VBL OPLEIDINGSSESSIES: 29/11/12 EN 6/12/12 INHOUD SESSIE 3 Feedback op de afgenomen eqûete Analyse beheersingsniveau 3 (praktijksessie) Aanvallend ½ terrein Volledig terrein Verdedigend ½ terrein

Nadere informatie

Handout Ultimate clinic LO2 studiedag

Handout Ultimate clinic LO2 studiedag Handout Ultimate clinic LO2 studiedag Ultimate Ultimate onderscheid zich op een aantal vlakken van andere sporten. - Ultimate is een non-contact sport. Nu zijn er meer non-contact sporten (korfbal, basketbal)

Nadere informatie

Materialen. Complexiteit

Materialen. Complexiteit Verbeteren van het aannemen v/d bal (opendraaien) Aan- en Meenemen (BalBezit) Passen/Trappen om het aannemen v/d bal (opendraaien) te verbeteren Passen/Trappen Leeftijd 2e jaars F en ouder Aantal spelers

Nadere informatie

Trainingsprogramma 2 e jaars D-pupillen

Trainingsprogramma 2 e jaars D-pupillen Trainingsprogramma 2 e jaars D-pupillen Inhoudsopgave Training Nummer 1... 3 Training Nummer 2... 5 Training Nummer 3... 7 Training Nummer 4... 9 Training Nummer 5... 11 Training Nummer 6... 13 Training

Nadere informatie

Trainingsprogramma B-junioren

Trainingsprogramma B-junioren Trainingsprogramma B-junioren Inhoudsopgave Training Nummer 1... 3 Training Nummer 2... 5 Training Nummer 3... 7 Training Nummer 4... 9 Training Nummer 5... 11 Training Nummer 6... 13 Training Nummer 7...

Nadere informatie

Club: vv Sweel. Tijd: 60 min. Aantal spelers: 8. Organisatie (tekening en accenten):

Club: vv Sweel. Tijd: 60 min. Aantal spelers: 8. Organisatie (tekening en accenten): Dribbelen en kappen Club: vv Sweel Aantal spelers: 8 Tijd: 60 min Tijd: Activiteiten trainer en spelers: Didactische aanwijzingen, aandachtspunten of accenten: 5 min Warming-up 1: (standaard wedstrijd

Nadere informatie

Artikel 26. De technische pass. Algemeen

Artikel 26. De technische pass. Algemeen Artikel 26 De technische pass Algemeen Een technische pass. Wat is dat? Welke zijn de vereisten waaraan een pass moet voldoen om het predicaat technisch te verwerven. Er is de aanwezigheid van het materiaal,

Nadere informatie

Circuittraining voetbal:

Circuittraining voetbal: Circuittraining voetbal: Organisatie Circuittraining: Teams: Aantal Spelers: Stations: Tijd per Station: 5 teams. tot maximum 50 spelers 5 Stations. 12 Minuten Algemeen: Alle oefeningen komen vanuit de

Nadere informatie