1 Subsidiëring. Omzendbrief 26 maart 2012 Aan de verantwoordelijken van de zorgvoorzieningen voor personen met een handicap

Transcriptie

1 Omzendbrief 26 maart 2012 Aan de verantwoordelijken van de zorgvoorzieningen voor personen met een handicap VRAGEN NAAR: Kurt ASSELMAN Julie BRACKX TELEFOON: BIJLAGE(N): Pilootproject Diensten Inclusieve ondersteuning Geachte mevrouw Geachte heer Ingevolge een aantal vragen die ons gesteld werden met betrekking tot de pilootprojecten DIO, vindt U hierbij een verduidelijking van een aantal items. 1 Subsidiëring 1.1 Uitbesteding van de dagbesteding en permanentie 1 Conform het besluit kan de dienst DIO de dagbesteding en permanentie uitbesteden aan een andere dienstverlener. Dit betrof zowel - als niet- diensten. In Perspectief 2020 en in het Projectplan vertrekken we van het gegeven dat de financiering, verleend door het, aan door het erkende aanbieders (van zorg en assistentie), de kosten dekt van de handicapspecifieke ondersteuning, door deze aanbieders aangeboden. Het persoonsvolgende budget van de Persoon met een Handicap van de nabije toekomst omvat dus enkel de handicapspecifieke ondersteuning die door voorzieningen wordt geleverd, op vraag van de eigenaar van het persoonsvolgende budget. Het feit dat de initiatiefnemer DIO deze niet door het erkende diensten betaalt met in cash omgezette personeelspunten strookt dus niet met deze zorgvernieuwingsprincipes. Afhankelijk van de conclusies uit de evaluatie van het DIO project is het mogelijk dat deze formule van financiering van gedeelde zorg vanaf 1 januari 2013 niet meer mogelijk zal zijn. 1 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de vergunning, erkenning en subsidiëring van een pilootproject diensten Inclusieve Ondersteuning door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap; art 6, 7 en 8 1 van 5

2 Al deze afspraken dienen sowieso opgenomen te worden binnen de samenwerkingsovereenkomsten. Alle afspraken dienen vastgelegd in een Samenwerkingsovereenkomst, ook niet-financiële afspraken. Omwille van deze richtlijnen kunnen er vanaf heden ook geen samenwerkingsovereenkomsten meer opgemaakt worden mét financiële afspraken met een andere niet- voorziening. Lopende contracten kunnen blijven lopen maar kunnen niet meer in dezelfde zin verlengd worden. Ter herinnering : Indien er voor de dagbesteding een samenwerkingsverband is met een voorziening die onder een andere V.Z.W. ressorteert, maakt deze voorziening de gegevens over aan de V.Z.W. die de woonbegeleiding organiseert (DIO). De subsidiëring zal dan via de dienst DIO gebeuren. LET OP: de kosten van de andere V.Z.W. mogen niet reeds gesubsidieerd zijn, noch door het, noch door een andere overheid. In deze omzendbrief willen we u concrete richtlijnen geven hoe dit best met de samenwerkende voorziening geregeld wordt én hoe dit aan het ingediend kan worden. In het afrekeningsdocument dat u binnenkort zal mogen ontvangen zal u de mogelijkheid krijgen om naast de eigen bewezen loonkosten aan zorggebonden personeel ook de resterende zorggebonden punten uit te besteden. Concreet 1) Eerste belangrijk gegeven is uw aantal erkende zorggebonden punten Bvb het aantal erkende zorggebonden punten is voor voorziening x gelijk aan 100 2) Daarnaast geeft u in dit document ook alle opgenomen gebruikers met hun P, B en N waarden weer. Dit is het maximum aantal subsidieerbare zorggebonden (maar beperkt tot het aantal erkende zorggebonden personeelspunten).hierin zal rekening gehouden worden met het aantal maanden woonbegeleiding en de gewerkte dagen. Ook dit resulteert in een aantal punten Bvb het aantal punten gekoppeld aan de opgenomen cliënten en rekening houdende met de dagbesteding en de aantal maanden begeleiding bedraagt voor voorziening x: 110 punten, het maximum aantal zorggebonden personeelspunten is beperkt tot die 100 (1) 3) Die maximum aantal subsidieerbare zorggebonden punten kunnen volledig of deels bewezen worden met eigen zorggebonden of eventueel gedeeltelijk gecombineerd met uitbestede punten naar een andere -voorziening. Bvb: als de DIO dienst zelf al 80 punten bewijst aan zorggebonden personeel, dan kunnen hier maar 20 punten uitbesteed worden aan een andere dienst. Voor die uitbestede punten vragen we het aantal punten per samenwerkende voorziening op evenals de verantwoording van deze punten (functiecode, barema, anciënniteit, duur van het contract van het personeelslid (leden) en de totale loonkost per personeelslid die deze punten vertegenwoordigen. In de instructies binnen het afrekeningsdossier DIO vindt u de uitleg eveneens terug. 1.2 Combinatie met woonbegeleiding door een andere -voorziening Uitzonderlijk en dit enkel bij andere -diensten is het bijvoorbeeld ook mogelijk om woonbegeleiding door een andere -voorziening te combineren. Zie bvb onderstaande casus: 2 van 5

3 In ons DIO-project verblijft een cliënt wiens broer en zus in een pleeggezin in een totaal andere regio wonen. Onze cliënt heeft een vraag om te verhuizen naar een tehuis nietwerkenden in die regio om zo korter bij zijn familie te zijn. In afwachting van het moment dat hij de overstap kan maken naar een voorziening, vraagt de pleegmoeder of hij af en toe al niet een paar dagen in kortverblijf kan gaan in hun regio zodat hij meer contact kan hebben met zijn broer en zus, en de pleegmoeder. Hem bij haar thuis laten logeren is praktisch niet gemakkelijk. Vandaar de vraag. Dit dient zo geregistreerd én doorgegeven te worden, zo dat dubbele subsidiëring vermeden wordt. Daarom onderstaande richtlijnen: Indien de som van het aantal dagen in de andere zorgvorm groter of gelijk is aan 14 dagen wordt er één maand aanwezigheid in DIO minder betaald. Dit komt er op neer dat de dienst voor kortverblijf regulier wordt gesubsidieerd via de kostenstaten. De dienst DIO krijgt die subsidiering verminderd met het aantal dagen waarop de persoon met een handicap er niet was. De dienst DIO is er toe verplicht om dit mee te delen bij de indiening van het afrekeningsdossier. 1.3 Afrekeningsdocument DiO Er werd door het een instrument ontwikkeld in functie van de afrekening DIO. In dit document kunt u alle gegevens met betrekking tot de subsidiëring invoeren en terugvinden. U kan dit document zelf als dienst gebruiken om een beter zicht te krijgen op het te subsidiëren personeel en welke kosten wel/niet ingediend kunnen worden. Dit tevens rekening houdende met alle mogelijke gegevens naar uitbesteding van de punten toe, recht op inclusiebonus, indienen van organisatiegebonden punten Het document kan u terugvinden op de website via en bedragen diensten inclusieve ondersteuning /werkinstrumenten DIO. Voor meer info met betrekking tot het gebruik en invullen van dit document kunt u steeds terecht bij - Anne Moeys, diensthoofd cel afrekeningen : , anne.moeys@vaph.be - Sandra Muyldermans: dossiersbeheerder afrekeningen ambulante diensten: : sandra.muyldermans@vaph.be Opgelet: Dit document is een simulatie-tool om een beter zicht te krijgen op de subsidiabele kosten. Het maakt geen deel uit van het afrekeningsdossier. Het effectieve afrekeningsdocument ontvangt u binnenkort. De deadline voor het indienen van het afrekeningsdossier is 30 juni 2012, maar hoe vroeger diensten hun afrekeningsdocumenten kunnen bezorgen, hoe sneller deze kunnen afgerekend worden en zo doende ook meegenomen worden in de evaluatie van het pilootproject DIO. Daarnaast zal ook voor het afrekeningsjaar 2011 gevraagd worden om de bewijsstukken in functie van de uitbestede zorggebonden punten mee te sturen met het in te dienen afrekeningsdocument. Ook dit in het kader van de evaluatie van het pilootproject. In de toekomst zullen voor de volgende afrekeningsperiodes enkel via een steekproef bepaalde documenten opgevraagd worden en dienen deze voor de andere diensten gewoon ter beschikking te zijn in de dienst bij eventueel bezoek door inspectie. Voor het toesturen van de documenten en indienen van het afrekeningsdocument vragen wij u om dit alles via mail te bezorgen aan afrekening@vaph.be. 1.4 Forfaits VIA, management en vorming,.. Alle erkende voorzieningen vallen onder het Vlaams Intersectoraal Akkoord en genieten dus van de afgesproken maatregelen tussen overheid en sociale partners. Ook diensten DIO hebben recht op de VIA-middelen. 3 van 5

4 2 Vervroegde instap Het besluit voorziet in artikel 28 dat bestaande diensten beschermd en geïntegreerd wonen kunnen instappen in het pilootproject maar vermits het zorgzwaarte-instrument nog niet geconsolideerd is kunnen we nog niet in gaan op de vragen tot vervroegde instap. 3 Reconversie en integratie beschermd wonen en geïntegreerd wonen Het ontvangt ook regelmatig aanvragen om capaciteit tehuis om te zetten in DIO. Om bovenstaande reden is een omzetting naar DIO niet mogelijk. Daarnaast dienen er ook nog, op basis van de evaluatie van de regelgeving DIO, verdere richtlijnen ontwikkeld te worden aangaande de integratie van beschermd en geïntegreerd wonen in DIO. In afwachting is reconversie vanuit tehuisplaatsen dus niet mogelijk voor 1/1/2013. Wat de integratie van beschermd wonen en geïntegreerd wonen betreft: momenteel zijn er geen middelen voorzien voor 2013 en 2014 om bijkomende personeelspunten toe te kennen. De huidige diensten zullen dus, los van inschaling, vanaf 2013 starten met de punten die ze vandaag ter beschikking hebben. Het stelt alles in het werk om de evaluatie van DIO tegen 30/6 af te werken, zodat er spoedig daarna meer concrete richtlijnen kunnen gegeven worden. 4 Jaarverslag Conform het nieuwe concept jaarverslag Begeleid wonen werden dezelfde principes gehanteerd met betrekking tot de opmaak van het jaarverslag DIO. 1) Geen dubbele invoer: Er wordt gebruik gemaakt van de reeds aanwezige cliëntgegevens op het. Het gaat hier bij DIO vooral om de gegevens die via rapportering bekomen worden uit cliëntregistratie (CR) (naam en voornaam van de gebruikers, start- en einddatum van de begeleiding, rijksregisternummer ) alsook de gegevens die hier reeds aanwezig zijn met betrekking tot de inschalingswaarden van de verschillende gebruikers. 2) In het jaarverslag worden enkel die gegevens gevraagd die echt belangrijk zijn om te vragen. Vanwege de laattijdigheid van het bezorgen van het sjabloon van het jaarverslag DIO en omwille van het feit dat we hieromtrent reeds heel wat gegevens hebben ontvangen in functie van de evaluatie DIO dient er voor het jaar 2011 geen jaarverslag in gediend te worden: noch inhoudelijk, noch met betrekking tot de statistische gegevens. Ter info geven we u alvast de procedure vanaf het jaarverslag 2012 weer. 4 van 5

5 Alvast volgende indieningsdata ter info: Omzendbrief Begeleid wonen Wat Wanneer Door Wie 1 Aanleveren rapport per voorziening incl. knoppen zodat de dienst zelf een rapport kan maken op dienstniveau 2 Na controle op volledigheid en correctheid: Indiening rapporten. 3 Terugkoppeling op de ingediende jaarverslagen met grafieken en tabellen 4 Terugkoppeling met een rapport op sectorniveau Ten laatste 1 maart Ten laatste op 1 april Binnen de week na indiening Ten laatste in de derde week van april Alle diensten Met vriendelijke groeten Laurent Bursens Administrateur-generaal 5 van 5