stichting Vrijwiiiig Vervroegde Uittreding voor de Betonproduktenindustrie BZ/783/1 E

Transcriptie

1 stichting Vrijwiiiig Vervroegde Uittreding voor de Betonproduktenindustrie e» VUB behandeld door Mw. I. Engelbregt doorkiesnummer bij beantwoording ons kenmerk vermelden Ministerie van SZW T.a.v. Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoonwaardenwetgeving, Afdeling CAV Postbus LV Den Haag uw kenmerk uwbriefvan ons kenmerk BZ/783/1 E datum 14 juni 2013 Onderwerp: Jaarversiag 2012 Stichting Vrijwiiiig Vervroegde Uittreding voor de Betonprodulttenindustrie Geachte heer Van der Goes en mevrouw Van Delft, Bijgaand zenden wij u 3 exemplaren van het jaarverslag 2012 van de Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Betonproduktenindustrie. Tevens sturen wij u een kopie van de accountantsverklaring en de begeleidende brief van KPMG bij de accountantsverklaring. Met vriendelijke groet, Namens Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Betonproduktenindustrie Inge Ervgelbregt Bestuursadviseur Administratie: Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. Bezoelcadres Postbus 40029,7300 AX Apeldoorn Rijnzathe 10 Alg. telefoonnummer PV De Meern Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Betonproduktenindustrie Rekeningnummer g 378 IBAN: NL55 STAL BIC: STALNL2G KvK Amsterdam

2 _~ VUB Stichting Vrijwillige Vervroegde Uittreding voor de Betonproduktenindustrie Jaarverslag 2012 colofon Dit jaarverslag is een uitgave van Stichting Vrijwillige Vervroegde Uittreding voor de Betonproduktenindustrie administrateur Syntrus Achmea (Pensioenbeheer) Postbus 3183, 3502 GD Utrecht telefoon: datum 29 mei 2013 versie definitief Jaarverslag VUB 2012 Pagina 1 van 29

3 Inhoud 1 Kerngegevens 3 2 Algemene gegevens 4 3 Verslag Inleiding CAO-VUB Uittredingsvoonwaarden Uitkeringsgrondslag Bijdrageheffing Doelstelling Einde regeling in zicht Beleggingen Communicatie Wet VPL Spaar-VUT-regeling Migratie Aantal uittreders Uitkeringslasten Premie Voorzieningen nakomende verplichtingen Begroting Financieel beleid Risicomanagement en beleggingsbeleid Belangrijke bestuurlijke voornemens en besluiten na balansdatum Toekomstparagraaf Slotopmerkingen 13 4 Jaarrekening Balans per 31 december 2012 na resultaatverdeling staat van baten en lasten over het boekjaar Algemene toelichting Toelichting op de balans Toelichting op de staat van baten en lasten 24 5 Overige gegevens Bestemming van het saldo van baten en lasten Gebeurtenissen na balansdatum Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 28

4 1 Kerngegevens Aangesloten ondernemingen (ultimo boekjaar) Verplicht aangesloten werkgevers Vrijwillig aangesloten werkgevers Totaal Uitkeringen Totale uitkeringslast (x 1 miljoen) Aantal maanduitkeringen Gemiddelde uitkeringslast 16,8 20,8 23, Bijdrageheffing (bedragen x 1 miljoen) Totale bijdrageloonsom Gemiddeld bijdragepercentage Bijdrage-inkomsten (inclusief correcties oude jaren) 265,4 278,6 284,2 7,65 7,65 7,65 19,8 21,7 21,4 Uittredingsregeling (ultimo boekjaar) Aantal lopende uitkeringen Jaarverslag VUB 2012 Pagina 3 van 29

5 2 Algemene gegevens stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Betonproduktenindustrie Samenstelling bestuur Op 31 december 2012 was het bestuur als volgt samengesteld: Leden werkgevers H.C. Baarens (voorzitter) IVI. te Lintelo (plv. voorzitter) L.L. Bruns Plaatsvervangers vacature vacature M. de Rooij Alle (plaatsven/angende) werkgeversleden zijn aangewezen door de Bond van Fabrikanten van Betonproducten in Nederland (BFBN). Leden werknemers J.P.M. Janssen (secretaris) H.J. Wuijten P.M.A.J. Verheggen (plv. secretaris) Plaatsvervangers vacature R. Vlietman F.H.van der Land 1) 2) 3) Alle (plaatsvervangende) werknemersleden zijn aangewezen door respectievelijk: (1) FNV Bondgenoten; (2) CNV Vakmensen; (3) De Unie. Commissie van Advies Leden werkgevers G. Cleypool A. Doeve A.P. Pielkenrood Plaatsvervangers vacature vacature vacature Alle (plaatsvervangende) werkgeversleden zijn aangewezen door de BFBN. Leden werkneniers Plaatsvervangers P. Kruijff vacature A. Bot vacature J. Eggen vacature 1) 2) 3) Alle werknemersleden zijn aangewezen door respectievelijk: (1) FNV Bondgenoten; (2) CNVVakmensen; (3) De Unie. Jaarverslag VUB 2012 Pagina 4 van 29

6 Accountant KPMG Accountants N.V. Rijnzathe PV De Meern Administrateur Syntrus Achmea (Pensioenbeheer) Rijnzathe 10, 3454 PV De Meern Vermogensbeheerder F&C Netherlands BV Postbus 75471, 1070 AL Amsterdam Jaarverslag VUB 2012 Pagina 5 van 29

7 3 Verslag 3.1 Inleiding Het is ons een genoegen hierbij verslag uit te brengen over het boekjaar 2012 van de Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Betonproduktenindustrie. (verder te noemen: de Stichting). In dit verslag wordt de inhoud van de VUT-regeling uiteengezet. Tevens wordt aandacht besteed aan de premie-inning en wordt een overzicht gegeven van het aantal (toegekende) VUT-uitkeringen. 3.2 CAO-VUB De VUT-regeling is neergelegd in een collectieve arbeidsovereenkomst waarin de vrijwillig vervroegde uittreding voor de betonproduktenindustrie- regeling opgenomen is (CAO-VUB). De CAO-VUB is door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) algemeen verbindend verklaard en liep oorspronkelijk van 1 januari 2006 tot 1 januari 2011 (bijvoegsel staatscourant d.d , nr 152). In 2010 heeft een actualisering van de statuten plaatsgevonden. De CAO-VUB is verlengd en geldt van 1 januari 2011 tot 1 januari Op 9 februari 2011 heeft het ministerie SZW de algemeen verbindend verklaring (AW) afgegeven en op 11 februari 2011 is deze melding in de Staatscourant gepubliceerd. 3.3 Uittredingsvoorwaarden Om in aanmerking te komen voor een VUT-uitkering dient men onmiddellijk voorafgaande aan de uittreding werknemer te zijn in de zin van de regeling en uiterlijk in de maand waarin de deelneming aanvangt de volgende leeftijd bereikt hebben: de 60-jarige leeftijd: geboren in de periode tot en met ; de 60,5-leeftijd: geboren in de periode tot en met ; de 61-jarige leeftijd: geboren in de periode tot en met ; de 61,5-jarige leeftijd: geboren in de periode tot en met ; de 62-jarige leeftijd: geboren in de periode tot en met Daarbij moet de werknemer voldoen aan de zogenoemde 10 dienstjareneis. Dit houdt in dat hij in de periode tussen zijn 30 ste verjaardag en de ingangsdatum van de deelneming minimaal 10 jaar in dienst moet zijn geweest van een werkgever in de betonproductenindustrie, waarvan ten minste 5 jaar direct voorafgaande aan de uittredingsdatum bij dezelfde werkgever. De jaren die de werknemer in dienst is geweest bij een van aansluiting en bijdrageheffing vrijgestelde werkgever tellen hierbij niet mee. Voorts moet de werknemer op het moment van uittreden het dienstverband hebben beëindigd en mag hij niet voor een volledige SV uitkering in aanmerking komen, onder een afvloeiingsregeling vallen of op non actief staan. Voor werknemers die al 40 jaar in de bedrijfstak werken bij dezelfde werkgever bestaat de mogelijkheid om vanaf de 58- jarige leeftijd uit te treden. Dit geldt echter alleen voor werknemers die geboren zijn vóór 1 januari De VUTuitkering kan worden uitgesteld tot uiterlijk de 64,5-jarige leeftijd. Een VUT-aanvraag moet in ieder geval drie maanden voor 64,5 jarige leeftijd worden gedaan. Jaarverslag VUB 2012 Pagina 6 van 29

8 3.4 Uitkeringsgrondslag De uitkeringsgrondslag is gebaseerd op het laatstgenoten brutoloon op jaarbasis, inclusief vakantietoeslag, een eindejaarsuitkering plus die onderdelen van het inkomen die kunnen worden beschouwd als vaste loonbestanddelen. Het vaste karakter van de loonbestanddelen moet de werknemer aantonen, bijvoorbeeld door overlegging van een loonreglement of arbeidsovereenkomst. De uitkeringsgrondslag is maximaal gelijk aan 1,5 x het maximum dagloon voor de premieheffing voor de Werkloosheidswet op jaarbasis. 3.5 Bijdrageheffing De grondslag waarover krachtens de VUT-regeling bijdrage wordt geheven, is geregeld in artikel 5 van de CAO-VUB. De totale bijdrage moet door de werkgever aan de Stichting worden betaald. De hoogte van de bijdrage wordt jaarlijks vastgesteld door cao-partijen, nadat hierover advies is ingewonnen bij het bestuur van de Stichting. De hoogte van de bijdrage bedraagt een percentage van het loon dat over dat jaar in aanmerking komt voor premieheffing ingevolge artikel 17, eerste lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen zonder dat op dit loon in mindering wordt gebracht het bedrag dat bij genoemde premieheffing buiten beschouwing blijft ingevolge het bepaalde in artikel 17, tweede lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen. De bijdrage 2012 bedraagt 7,65%. Voor deelnemers geboren vóór 1 januari 1950 geldt een werkgeversdeel van 4,75% en een werknemersdeel van 2,90%. Voor de overige deelnemers zijn deze percentages respectievelijk 5,70% en 1,95%. In de bestuursvergadering van 3 september 2012 heeft het bestuur besloten om geen premie te heffen voor het jaar Het bestuur behoudt zich het recht voor, conform de VUT-cao, om vóór 1 januari 2014 een premie voor 2014 vast te stellen. Het bestuur is tot dit besluit gekomen aan de hand van de verschillende VUT-prognoses die door de actuaris van de Stichting zijn opgesteld en behandeld in verschillende bestuursvergaderingen. Uit deze prognoses blijkt dat de middelen van de Stichting in beginsel voldoende zijn om tot en met 2014 aan de verplichtingen te kunnen voldoen. Het voorbehoud ten aanzien van de premievaststelling voor 2014 is opgenomen onder andere vanwege: 1. de huidige situatie in de bedrijfstak. Het is namelijk mogelijk dat er in het eerste kwartaal van 2013 een (negatieve) correctie gaat plaatsvinden op de loonsom, waardoor de premie inkomsten van de Stichting afnemen; 2. mogelijk hogere toekomstige kosten dan geschat. Hierbij kan gedacht worden aan een groot aantal niet bij de Stichting bekende vutters die alsnog een VUT-uitkering opvragen of een stijging van de pensioenlasten omdat de pensioenpremie van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Betonproductenindustrie stijgt. 3.6 Doelstelling De uitgaven van de regeling, zoals opgenomen in de rekening van baten en lasten, voldoen aan de doelstelling van de Stichting. Het doel van de Stichting is om aan werknemers die gebruik maken van de "in de collectieve arbeidsovereenkomst inzake vrijwillig vervroegde uittreding voor de betonproduktenindustrie" geboden mogelijkheid om vervroegd uit het arbeidsproces te treden, de daarvoor bij reglement vast te stellen uitkeringen te doen. 3.7 Einde regeling in zicht Het uitvoeren van een VUT-reglement is wettelijk toegestaan tot 31 december Hierna is het niet meer mogelijk VUT-uitkeringen te verstrekken. Dit is vastgelegd in de Wet aanpassing fiscale behandeling VUT/prepensioen en introductie levensloopregeling (VPL). Het bestuur houdt goed zicht op het einde van deze regeling. Enerzijds is het belangrijk dat zij kan voldoen aan haar uitkeringsverplichtingen en anderzijds om niet langer premie te incasseren dan nodig is. Jaarverslag VUB 2012 Pagina 7 van 29

9 3.8 Beleggingen Beleggingsplan 2010 / 2014 In december 2009 is het beleggingsplan 2010/2014 vastgesteld. Het beleggingplan is aan de hand van de volgende uitgangspunten opgesteld: o de VUT-regeling eindigt in 2014; o de Stichting moet financieel gezond blijven, en 0 het beleggingsrisico dient afgebouwd te worden in de portefeuille. Zo voorziet het beleggingsplan in een afbouw van de diverse portefeuilles naar 100% in liquide categorieën. Samengevat gaat in het beleggingsplan het indirect vastgoed meteen naar nul, het geldmarktfonds/deposito's gaat in twee stappen naar nul, de converteerbare obligaties gaan in drie stappen naar nul, obligaties in vier stappen naar nul en kort vastrentende waarden in vijf stappen naar nul. Jaarlijks wordt het beleggingsplan beoordeeld en eventueel bijgesteld. Uiteindelijk dient het gehele belegde vermogen van de Stichting te worden geliquideerd. Het saldo van de rekening courant rekening loopt hierdoor op. Het bestuur had eind 2011 het voornemen bij twee verschillende banken spaarrekeningen te openen. Er is uiteindelijk één spaarrekening geopend bij Staalbankiers. Aangezien de kosten van een dergelijke rekening niet opwegen tegen de opbrengsten en het stallen van het vermogen op een spaarrekening eveneens voor een steeds kortere periode is omdat de liquiditeit snel zal afnemen, heeft het bestuur op 3 september 2012 besloten het vermogen bij F&C op de Deutsche Liquidity Fund te laten staan. Hierbij is afgesproken het saldo van de spaarrekening bij Staalbankiers zo hoog mogelijk te houden, omdat hier het hoogste rendement wordt behaald. Evaluatie van de beleggingsportefeuille Aan het eind van 2012 was voor circa 13 miljoen aan liquide middelen bij het Deutsche Liquidity Fund opgebouwd. Het bestuur heeft op 30 mei 2012 besloten de beleggingsportefeuille (op het Geldmarktfonds na) per 25 juni 2012 te liquideren. Het vrijgekomen geld uit het F&C Kort Vastrentende Waardenfonds, de Stichting Global Credits en het Global Convertible Fund is toegevoegd aan de Deutsche Liquidity Fund. 3.9 Communicatie De informatie met betrekking tot de voonwaarden van de VUT-regeling is terug te vinden in de periodiek afgesloten CAO-VUB. Het bestuur verstrekt desgevraagd informatie over de VUT-regeling en de mogelijke wijzigingen. Informatie over de VUT-regeling binnen de betonproductenindustrie is ook terug te vinden op de website van wviw.betonpensioen.nl Wet VPL Als gevolg van invoering van de Wet VPL per 1 januari 2006 worden werknemers gestimuleerd om langer door te werken. Een gevolg is dat de mogelijkheid om vervroegd uit te treden wordt beperkt voor medewerkers geboren op of na 1 januari Het reglement van VUT Beton is destijds hier op aangepast, waardoor slechts de groep werknemers geboren vóór 1 januari 1950 nog van de VUT-regeling gebruik kan maken, mits zij ook aan alle overige voon/vaarden voldoen. Jaarverslag VUB 2012 Pagina 8 van 29

10 3.11 Spaar-VUT-regeling Vanaf 1 januari 2006 bestaat de "Spaar-VUT". Dit houdt in dat wanneer een werknemer later dan de reguliere uittredingsleeftijd van de VUT-regeling gebruik maakt, een gedeelte van de niet benutte VUT-uitkering wordt omgezet in ouderdomspensioen (Spaar-VUT). De VUT-uitkering kan worden uitgesteld tot uiterlijk de 64,5-jarige leeftijd. Het bestuur heeft in 2008 besloten om vanaf 1 oktober 2008 de Spaar-VUT-uitkering te verlagen van 100% naar 50% (motie Vendrik). Cao-partijen hebben het bestuur mandaat verleend om hierover een besluit te nemen. Het bestuur heeft in de vergadering van november 2009 besloten om die gevallen waarbij de vastgestelde Spaar-VUT niet aan de pensioenuitvoerder van de deelnemer kan worden overgeheveld, individueel te bekijken. Het reglement is hierop aangepast Migratie ln 2009 is Syntrus Achmea (Pensioenbeheer) gestart met de migratie van pensioenadministraties van de fondsen, met als doelstelling het aantal systemen terug te brengen van vier naar één. Hiermee werkt Syntrus Achmea (Pensioenbeheer) aan kostenefficiency en klantgerichtheid. In het verslagjaar is VUB begonnen met de voorbereidingen op de migratie per 1 januari Het migratietraject gebeurt op een zeer zorgvuldige en gecontroleerde manier, waarbij de continuïteit en kwaliteit van de dienstverlening op elk moment geborgd is. Het bestuur is betrokken in het migratietraject door deelname van een afvaardiging van het bestuur in de Klantregiegroep Migratie. Met ingang van 1 januari 2013 migreert de pensioenadministratie van de Stichting naar Maia. Jaan/erslag VUB 2012 Pagina 9 van 29

11 ^ ' ' ^ ' 3.13 Aantal uittreders Het totale aantal uittreders ultimo 2012 is gedaald met 195 tot 352 (Stand 2011: 547). Het aantal uittreders kan als volgt worden verklaard: Aantal lopende uitkeringen per 31 december vorig boekjaar Aantal toegekende aanvragen Toekenningen per geboortejaar In 2012 In : O O Totaal: Totaal Aantal beëindigde uitkeringen! In 2012 in Wegens pensionering Wegens overlijden Totaal Saldo: aantal lopende uitkeringen per 31 december De ontwikkeling van het aantal uittreders over de afgelopen vijfjaar kan als volgt grafisch worden weergegeven: O *? 735 'fy /IO '?'"-''; \r'tr-rc'.-... "]}, \ < 617 l''^ji^'i'<.-'y'^^'''"'l %'.'.^y^^ ' -- '*ï'^;\\0 A,- s;'?-^.^>: ' '3 KT \J lt- : > -" i' -'' ''^ -'-/ Jaarverslag VUB 2012 Pagina 10 van 29

12 3.14 Uitkeringslasten Hetaantai maanduitkeringen daalde van in 2011 tot in Dit is een daling van 23,4% (daling 2011 ten opzichte van 2010: 13,0%). De gemiddelde maandelijkse uitkeringslast steeg van 2.871,- in 2011 naar 3.039,- in Een stijging van 5,85% (in 2011 ten opzichte van 2010 een stijging van 0,55%). De totale uitkeringslasten daalden van 20,8 miljoen in 2011 naar 16,8 miljoen in Een daling van 19,2% (in 2011 was sprake van een daling ten opzichte van 2010 van 12,2%) Premie Het bijdragepercentage in het verslagjaar bedroeg 7,65% (2011: 7,65%) van het premieloon voor de Werkloosheidswet. De vastgestelde bijdragen daalden van 21,6 miljoen in 2011 tot 19,8 miljoen in Een daling van 8,3% ten opzichte van 2011 (stijging 2011 ten opzichte van 2010: 0,93%) Voorzieningen nakomende verplichtingen De nakomende verplichtingen, dit zijn de lasten die voortvloeien uit de verplichting van de Stichting om alle uitgetreden werknemers tot aan pensionering van de vastgestelde reguliere VUT-uitkering te voorzien, zijn afgenomen van 26,3 miljoen (2011) tot 12,0 miljoen (2012). Deze voorziening is verhoogd met de voorziening voor nakomende verplichtingen van de spaar-vut. Deze zijn afgenomen van 7,5 miljoen (2011) tot 2,4 miljoen (2012). Totaal zijn de nakomende verplichtingen afgenomen van 33,8 miljoen (2011) tot 14,4 miljoen (2012). De VUT-regeling eindigt op 31 december Ultimo 2012 is er geen financieringstekort aanwezig. De venwachting van het bestuur is dat alle uitkeringen tot het einde van de regeling betaald kunnen worden. Er worden tussentijds geen liquiditeitstekorten verwacht. Op basis van de meest recent opgestelde prognose wordt een overschot venwacht aan het eind van de looptijd van de regeling. Het bestuur moet nog een besluit nemen, conform de statuten, inzake het bestemmen van het overschot. De huidige regeling kent tot 2014 geen nieuwe toetreders meer. Wel zullen er nog nieuwe uitkeringen toegekend worden. Het bestuur heeft de financiële positie en de onttrekking van de liquiditeit tot en met 2014 beoordeeld. Toekomstige premieheffing is in 2013 en mogelijk in 2014 niet nodig om voldoende middelen te genereren voor afwikkeling van de regeling. De financiering is afdoende gewaarborgd Begroting Ingevolge Richtlijn 640, lid 204, inzake de verslaglegging van organisaties zonder winststreven, dient de Stichting de begrotingcijfers in de staat van baten en lasten op te nemen. Van deze verplichting wordt een fonds ontslagen indien de begroting slechts in beperkte mate als sturingsmiddel wordt gehanteerd. Dit laatste is voor deze Stichting het geval Financieel beleid De VUT-regeling eindigt op 31 december Ultimo 2012 is geen financieringstekort aanwezig. De venwachting van het bestuur is dat alle uikeringen tot het einde van de regeling betaald kunnen worden. Alle lopende en nieuw in te gane uitkeringen zijn reeds afgefinancierd. Er worden tussentijds geen liquiditeitstekorten venwacht. Op basis van de meest recent opgestelde prognose wordt een overschot venwacht aan het eind van de looptijd van de regeling. Over het bestemmen van het overschot heeft het bestuur in het verslagjaar nog geen besluit genomen. Jaarverslag VUB 2012 Pagina 11 van 29

13 3.19 Risicomanagement en beleggingsbeleid Vanuit de maatschappelijke ontwikkeling is het van steeds groter belang om het risico dat de Stichting loopt te managen. Het belangrijkste risico dat het bestuur onderkent is het concentratierisico. Concentraties kunnen ertoe leiden dat de Stichting bij grote veranderingen in bijvoorbeeld de waardering(marktrisico) of de financiële positie van een tegenpartij (kredietrisico) grote (veelal financiële) gevolgen hiervan ondervindt. De belangrijkste vorm van concentratierisico in de bezittingen van de Stichting is de concentratie van de liquide middelen bij één bank. Om dit risico te mitigeren zijn de vorderingen reeds verspreid over meerdere banken. Het restant risico acht het bestuur zeer klein. De VUT-regeling eindigt ultimo Het risico kan zich voordoen dat de Stichting niet alle uitkeringen kan voldoen. Het bestuur van de Stichting heeft het afgelopen jaren regelmatig prognoses opgesteld en indien nodig het beleid aangepast. Het bestuur verwacht dat ultimo 2014 een overschot resteert, en acht het risico dat niet alle uitkeringen kunnen worden voldaan laag. In 2012 heeft het bestuur zich voorbereid op de (financiële) afwikkeling na afloop van de VUT-Regeling, om risico's zo veel mogelijk te beperken. In 2013 zal het bestuur zich hierop verder voorbereiden. Beleggingsbeleid Het beleggingsbeleid van de Stichting is gericht op de kortere termijn in verband met het vervallen van de verplichtingen na De doelstelling voor de vermogensbeheerder is het realiseren van een optimaal rendement met korte termijn beleggingen. Beleggingsrisico's dienen daarbij zoveel mogelijk te worden beperkt. In december 2009 is door het bestuur ëen beleggingsmandaat afgegeven voor de komende jaren. In dit mandaat wordt de beleggingsportefeuille de komende jaren omgezet naar volledige liquiditeit in 2014.! Er is sprake van een toenemend belang van vastrentende waarde en deposito's. In de huidige markt is de rente voor de korte termijn laag. Deze lage rente heeft tot gevolg dat er een beperkt rendement op de beleggingen mogelijk is, resulterend in lagere directe beleggingsopbrengsten. Beleggen brengt risico's met zich mee, zoals markt- en kredietrisico's. Als gevolg van ontwikkelingen in de markt kan de waarde zowel stijgen als dalen. Tevens brengt het beleggen in fondsen kredietrisico's met zich mee, mogelijkenwijs kunnen de fondsen niet tijdig liquide gemaakt worden. Het bestuur acht de risico's echter aanvaardbaar laag Belangrijke bestuurlijke voornemens en besluiten na balansdatum Na balansdatum hebben zich geen belangrijke stellige bestuurlijke voornemens en besluiten voorgedaan Toekomstparagraaf Ultimo 2014 eindigt de VUT-regeling. De venwachting van het bestuur is dat alle uikeringen tot het einde van de regeling betaald kunnen worden. Op basis van de meest recent opgestelde prognose wordt een overschot venwacht aan het eind van de looptijd van de regeling. Over het bestemmen van het overschot heeft het bestuur in het verslagjaar nog geen besluit genomen. Jaarverslag VUB 2012 Pagina 12 van 29

14 3.22 Slotopmerkingen Nadere gegevens met betrekking tot de financiële gang van zaken gedurende het afgelopen boekjaar zijn vermeld in de op de volgende pagina's opgenomen jaarrekening. Het bestuur wenst op deze plaats de medewerkers van de administrateur, de vermogensbeheerder en de accountant hartelijk te bedanken voor hun deskundige inzet voor de Stichting. Het bestuur waardeert bijzonder de betrokkenheid waarmee de inspanningen zijn verricht. Amsterdam, 29 mei 2013 Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Betonproduktenindustrie Het bestuur: J.P.M. Janssen, voorzitter H.C. Baarens, secretaris Jaarverslag VUB 2012 Pagina 13 van 29

15 4 Jaarrekening 4.1 Balans per 31 december 2012 na resultaatverdeling Activa (X 1.000) roelichting *) EÜR Beleggingen Aandelen Obligaties Liquiditeiten Vorderingen Premiedebiteuren Wederkerigheid Overige vorderingen en overlopende activa Liquide middelen Totaal *) De nummering venwijst naar de toelichting Jaarverslag VUB 2012 Pagina 14 van 29

16 Passiva (X 1.000) Toelichting Eigen vermogen Algemene reserve Beleggingsreserve Voorzieningen VUT-verplichtingen Schulden Uitkeringen, belastingen en premies sociale verzekeringen Overige schulden Totaal Jaarverslag VUB 2012 Pagina 15 van 29

17 4.2 Staat van baten en lasten over het boekjaar 2012 (X 1.000) Toelichting Premiebaten Beleggingsopbrengsten Onttrekking aan de voorziening VUT-verplichtingen Baten Uitkeringslasten Sociale lasten en pensioenpremies Overige bedrijfskosten Overige lasten Lasten Totaal Jaarverslag VUB 2012 Pagina 16 van 29

18 4.3 Algemene toelichting Doel Het doel van de Stichting Vrijwillig Ven/roegde Uittreding voor de Betonproduktenindustrie (VUB), statutair gevestigd te Amsterdam (hierna 'het fonds'), is om aan werknemers die gebruik maken van de "in de collectieve arbeidsovereenkomst inzake vrijwillig ven/roegde uittreding voor de betonproduktenindustrie" geboden mogelijkheid om vervroegd uit het arbeidsproces te treden, de daarvoor bij reglement vast te stellen uitkeringen te doen. Grondslagen van waardering, resultaatbepaling en resultaatbestemming Algemene grondslagen De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met Richtlijn voor de jaarverslaggeving 640 'Organisaties zonder winststreven'. Ingevolge Richtlijn 640, lid 204, dient het fonds de begrotingcijfers in de staat van baten en lasten op te nemen. Van deze verplichting wordt het fonds ontslagen indien de begroting slechts in beperkte mate als sturingsmiddel wordt gehanteerd. Dit laatste is voor het fonds het geval. Continuïteit Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling. Gebruik van schattingen De opstelling van de jaarrekening vereist dat het bestuur oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft. Vergelijking met voorgaand jaar De grondslagen van waardering en resultaatbepaling zijn, voorzover niet anders vermeld, ongewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar. Waarderingsgrondslagen Voor zover niet anders is vermeld zijn de activa en passiva gewaardeerd tegen nominale waarde. Beleggingen Aandelen Aandelen, waaronder tevens converteerbare obligaties zijn begrepen, worden gewaardeerd tegen marktwaarde. Voor niet ter beurze genoteerde participaties in aandelenfondsen is dit de berekende intrinsieke waarde, die de actuele waarde van de onderliggende beleggingen representeert. Vastrentende waarden De obligaties zijn gewaardeerd tegen marktwaarde. De bij verkoop gerealiseerde resultaten, alsmede niet gerealiseerde koersverschillen worden verantwoord onder 'koersresultaat obligaties'. Liquiditeiten Liquiditeiten worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Participaties in geldmarktfondsen worden gewaardeerd tegen de intrinsieke waarde van de fondsen die de actuele waarde van de onderliggende beleggingen representeert. Jaarverslag VUB 2012 Pagina 17 van 29

19 Vorderingen en schulden Deze posten bestaan uit handels- en overige vorderingen, leningen en overige financieringsverplichtingen, handelsschulden en overige te betalen posten. Deze posten worden bij de eerste opname venwerkt tegen reële waarde. Indien deze posten niet zijn gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de staat van baten en lasten, maken eventuele direct toerekenbare transactiekosten deel uit van de eerste waardering. Na de eerste opname worden deze posten gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs, verminderd met bijzondere waardeverminderingsverliezen. Liquide middelen Onder de liquide middelen worden banktegoeden opgenomen welke onmiddellijk opeisbaar zijn. De liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Algemene Reserve Deze reserve is een saldopost en dient ter opvang van tegenvallers anders dan waarvoor een specifieke reserve respectievelijk voorziening is getroffen. Indien in enig jaar sprake is van een negatieve Algemene Reserve vindt presentatie plaats als Financieringstekort. Se/egg/ngsresen/e De beleggingsreserve is het verschil tussen de marktwaarde van de beleggingen enerzijds en de aankoopwaarde anderzijds. Negatieve ongerealiseerde verschillen worden aan de beleggingsreserve onttrokken voor zover deze toereikend is. Voorziening VUT-verplichtingen Voorziening voor nakomende verplichtingen ingegane VUT uitkeringen De nakomende verplichtingen zijn per balansdatum berekend op het bedrag van de reeds ingegane nog verschuldigde uitkeringen tot aan de pensioengerechtigde leeftijd van de betrokkenen onder aftrek van pensioenuitkeringen en andere uitkeringen. De werkgeverslasten zijn eveneens in de voorziening opgenomen. Voorziening voor nakomende verplichtingen nog niet ingegane uitkeringen De nakomende verplichtingen spaarvut zijn bepaald op basis van een inventarisatie van de in de bedrijfstak werkzame werknemers geboren voor 1 januari Van deze groep is nog niet vastgesteld of zij op de spil-uittredingsleeftijd aan de uittredingsvoorwaarden zullen voldoen. De nakomende verplichtingen zijn berekend als de verschuldigde uitkeringslast vanaf spil-uitredingsleeftijd tot aan het bereiken van de 65-jarige leeftijd. Tevens is een schatting gemaakt van de nog niet ingegane spaarvut. Deze schatting is ook opgenomen onder de voorziening nakomende verplichtingen. Schulden op korte termijn Alle schulden hebben een looptijd korter dan één jaar. Grondslagen van resultaatbepaling De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. In het algemeen geldt dat bij het opmaken van de jaarrekening nog niet alle gegevens definitief zijn vastgesteld. Met name geldt dit voor de venwerking van deelnemersgegevens. De effecten hiervan worden dan in het volgend jaar verantwoord. Resultaatbestemming Het saldo van baten en lasten wordt gedoteerd aan of geput uit het eigen vermogen. Jaarverslag VUB 2012 Pagina 18 van 29

20 4.4 Toelichting op de balans Beleggingen Aandelen De mutaties zijn als volgt weer te geven: (X 1.000) Stand per 1 januari Aankopen - 80 Verkopen Gerealiseerde henwaardering Koersresultaat Stand per 31 december Obligaties De mutaties zijn als volgt weer te geven: (X 1.000) Stand per 1 januari Aankopen Verkopen Gerealiseerde henwaardering Koersresultaat Stand per 31 december Liquiditeiten De mutaties zijn als volgt weer te geven. (X 1.000) Stand per 1 januari Aankopen Verkopen Gerealiseerde henwaardering Koersresultaat Stand per 31 december Jaarverslag VUB 2012 Pagina 19 van 29

21 4.4.2 Vorderingen Alle vorderingen hebben een looptijd korter dan 1 jaar. Tenzij anders is vermeld. De reële waarde wijkt niet materieel af van de nominale waarde Premiedebiteuren De post premiedebiteuren is als volgt opgebouwd: (X 1.000) Openstaande facturen Voorziening dubieuze debiteuren Totaal Bij de waardering van vorderingen wordt rekening gehouden met het risico van oninbaarheid door hien/oor een voorziening in aftrek te brengen op het saldo van de uitstaande vorderingen. Voor gelijksoortige posten met gelijksoortige risico's wordt gezamenlijk een schatting gemaakt van verliezen en risico's op balansdatum. Deze systematiek om de voorziening vast te stellen wordt gerekend tot de statische methode. In 2012 is een bedrag van gedoteerd van de voorziening. (2011: dotatie). Er werd een bedrag van aan premies over de voorgaande jaren als oninbaar afgeschreven (2011: ) Wederkerigheid^ (X 1.000) Te vorderen uit hoofde van wederkerigheid Totaal - 8 ' Dit betreft een te ontvangen bedrag van één of meerdere andere VUT-stichtingen inzake een kostenverdeling voor uitkeringsontvangers, die in de laatste 10 jaar voor de ingangsdatum van de VUT-uitkering ook onder het andere VUT-fonds vielen. Jaarverslag VUB 2012 Pagina 20 van 29

22 Overige vorderingen en overlopende activa (X 1.000) Pensioenpremie Vordering op Syntrus Achmea inzake te hoog vastgestelde uitkeringen Totaal Liquide middelen De samenstelling van de liquide middelen is als volgt: (X 1.000) Staalbankiers Deposito Totaal Onder de liquide middelen worden opgenomen die tegoeden op bankrekeningen die direct opeisbaar zijn Eigen vermogen Algemene reserve Het verloop is als volgt weer te geven: (X 1.000) Stand per 1 januari Mutatie beleggingsreserve Resultaatbestemming Stand per 31 december De VUT-regeling eindigt op 31 december Ultimo 2012 is geen financieringstekort aanwezig. De venwachting van het bestuur is dat alle uikeringen tot het einde van de regeling betaald kunnen worden. Er worden tussentijds geen liquiditeitstekorten venwacht Op basis van de meest recent opgestelde prognose wordt een overschot verwacht aan het eind van de looptijd van de regeling. Het bestuur moet nog een besluit nemen inzake het bestemmen van het overschot. Jaarverslag VUB 2012 Pagina 21 van 29

23 Beleggingsresen/e Het verloop is als volgt weer te geven: (X 1.000) Stand per 1 januari Mutatie beleggingsreserve Stand per 31 december Voorzieningen De voorziening VUT-verplichtingen heeft betrekking op lopende en toekomstige VUT-uitkeringen. Mogelijke toekomstige deelnemers zijn volledig in de voorziening meegenomen. (X 1.000) Stand per 1 januari Mutatie voorziening Stand per 31 december Voorziening voor nakomende verplichtingen ingegane uitkeringen Voorziening voor nakomende verplichtingen nog niet ingegane uitkeringen Schulden Alle schulden hebben een looptijd korter dan één jaar, tenzij anders is vermeld. De reële waarde wijkt niet materieel af van de nominale waarde Uitkeringen, belastingen en premies sociale verzekeringen De post is als volgt gespecificeerd: (X 1.000) Vut uitkeringen 2 11 Overkook Pensioenpremie 10 - Loonheffing en premies zvw _ Totaal Jaarverslag VUB 2012 Pagina 22 van 29

24 Overige schulden De post is als volgt gespecificeerd: (X 1.000) Kosten accountant Administratiekosten Terug te betalen premies aan werkgevers Diversen Totaal Niet in de balans opgenomen verplichtingen Per jaareinde is er geen sprake van niet in de balans opgenomen verplichtingen. Jaarverslag VUB 2012 Pagina 23 van 29

25 4.5 Toelichting op de staat van baten en lasten Baten Premiebaten De premiebaten zijn als volgt opgebouwd: (X 1.000) Premie boekjaar Premie voorgaande jaren Totaal De premiebaten voorgaande jaren zijn verantwoord conform de door de werkgevers verstrekte definitieve loonopgaven. Het premiepercentage voor 2012 is evenals in ,65% Beleggingsopbrengsten (X 1.000) koersresultaat aandelen koersresultaat obligaties koersresultaat liquiditeiten 9 3 Rente deposito's en liquiditeiten Af: Beleggingskosten Totaal Naast de gerealiseerde rentebaten worden hieronder tevens de gerealiseerde en ongerealiseerde waardemutaties verantwoord Lasten Uitkeringslasten Hieronder zijn de aan het verslagjaar toegerekende uitkeringen opgenomen. Deze post is als volgt opgebouwd: (X 1.000) (Bruto) uitkeringen Overkook Totaal Jaarverslag VUB 2012 Pagina 24 van 29

26 Sociale lasten en pensioenpremies Deze post is als volgt opgebouwd: (X 1.000) Sociale lasten Pensioenpremies Totaal Overige bedrijfskosten Deze post is als volgt gespecificeerd: (X 1.000) Administratiekosten Kosten accountant; controle van de jaarrekening 14 8 Bestuurskosten 4 7 Bureaukosten - - Overige kosten _ 6-13 Totaal Bestuurdersbezoldiging Onder de bestuurskosten is een bedrag van aan vacatiegelden verantwoord (2011: 7.000). Personeel Het fonds heeft geen personeel in dienst. De beheeractiviteiten worden op basis van een uitvoeringsovereenkomst verricht door personeel in dienst van Syntrus Achmea Pensioenbeheer dan wel vermogensbeheerder. Jaarverslag VUB 2012 Pagina 25 van 29

27 4.5.3 Gebeurtenissen na balansdatum Na balansdatum hebben zich geen gebeurtenissen voorgedaan met belangrijke financiële gevolgen voor de stichting. Utrecht, 29 mei 2013 Stichting Vervroegd Uittreden voor de Betonproduktenindustrie Namens het bestuur. J.P.M. Janssen, voorzitter H.C. Baarens, secretaris Jaarverslag VUB 2012 Pagina 26 van 29

28 5 Overige gegevens 5.1 Bestemming van het saldo van baten en lasten Het resultaat boekjaar is gedoteerd aan de algemene resen/e. 5.2 Gebeurtenissen na balansdatum Na balansdatum hebben zich geen gebeurtenissen voorgedaan met belangrijke financiële gevolgen voor de Stichting. Jaarverslag VUB 2012 Pagina 27 van 29